1
"Wat het kiesrecht betreft, verklaart de
Minister, dat het aangegeven denkbeeld om
burgemeesters aan te schrijven aan belasting
schuldigen een circulaire te zenden, ter her
innering aan de bepalingen omtrent de kies
wet, nader zal worden overwogen. De behoeften
aan meer stemdistrlcten in groote gemeenten
is tot heden nog niet gebleken. De vraag of
een mechanische stemming de voorkeur ver
dient, z 1 by do aangekondigde technische
herzieningderkiesweteen punt van overweging
uitmaken. Aan het voorschrift van hot 2de lid
van art. 61 der Gemeentewet behoort, zoolang
het bestaat, getrouw de hand te worden ge
houden, en de Minister is zich niet bewust,
dat dit ni.t geschiedt.
Aanvulling van art. 242 der Gemeentewet
ligt vooralsnog niet in de bedoeling.De herziening
der Armenwet behoort tot de andere gewichtige
ontwerpen, die blijkens de Troonrede in staat
van voorbereiding zijn.
Een wetsontwerp op do banken-v^n leening
is in bewerking.
Het tijdstjp, waarop een wetsontwerp tot
wettdyke regeling van het toezicbt op levens
verzekeringmaatschappijen en begrafenisfond
een de Kamer zal bereiken, kan de Minister
nog niet mededeelen.
Te zijner tijd zal de Minister blijk geven,
dat het hem ernst is met do wijziging van
eenige bepalingen betreffende de wetgeving
op de krankzinnigen.
Het toegezegde ODtwerp betreffende de
Drankwet zal zijn eeu herziening van beperkte
strekking, met een veranoering Vdü stelsel.
Tot het overbrengen van verschillende
gemeente-uitgaven naar de Staatsbegrooting,
bestaat vooralsnog het voornemen niet. Aan
hetverzoek om geldelijken steun uit 's Rijks
kas, door een philanthropische vereeniging in
Friesland gedaan, kon geen gevolg worden
gegeven.
De Regeering is aanvankelijk overtuigd
van de noodzakelijkheid van het nemen van
maatregelen tegen de verontreiniging van
openbare wateren en met belangstelling wor
dm dienaangaande de voorstellen van de
daarvoor ingestelde Staatscommissie te gemoet
gezien. Wanneer hit gevraagde rapport om
trent de in den afg' loopen zomer genomen
proef met de verbeterde waterverversching
van '8-Gravenhage en omgeving zal z(Jn ont
vangen, zal de Regeering overwegen wat
door haar verder in deze zaak kan worden
gedaan.
Waar bet kan, zal de Minister medewerken,
om het aantal examens in te krimpen.
Voor openbare aanbesteding was het werk
van het Gouvernementsgebouw ta Groningen
niet geschikt.
Op de vraag, of aan den Bargemeester een
onbeperkte bevoegdheid toekomt om troepen
te vorderen tot handhaving der openbare orde,
moet ontkennend worden geantwoord.
De aangevraagde verhooging van deafdeeliDg
landbouw wordt door den Minister nader ver
dedigd.
Van de wenscheiykheid, om, waar dit noodig
mocht zjjn, de grenzen dor gemeenten tydig
uir ti zetten, is de Regeering overtuigd.
De bezoldiging van de ambtenaren ter pro
vinciale grifüen is by het Departement van
Binnenl. Zaken in onderzoek en de Minister
hoopt, dat by door een betere regeling aan
de gevoelde bezwaren zal kunnen te gemoet
komen.
Met de herziening der regeling van de be
volk.ngsregisters wenscht do Minister te
wachten tot na afloop der aanstaande volks
telling.
Dó wenschelykheid wordt gevoeld van een
reorganisatie van de instelling van do centrale
rommissie voor de statistiek.
Herziening van de wet op do Schutterijen
Jigt niet in het voornemen der RegeeriDg. In
verband met haar plannen met betrekking
tot de militie zal naar alle waarschijnlijkheid
eeD voorstel worden aanhangig gemaakt tot
afschaffing der schutteryen.
De toenemende kosten voor het krankzin
nigenwezen zijn, betoogt de Minister, een ge
volg van de toeneming van het aantal krank
zinnigen.
Behoefte aan lepra gestichten bestaat er, naar
het oordeel der Regeering, niet.
Tegen de instelling van Ryksbeurzen voor
het bezoek aan inrichtingen van middelbaar
onderwijs bestaat ernstig financieel bezwaar.
De Minister erkent, dat de opleiding van
leeraren ia de moderne talen verbetering
behoeft.
Pogingen om het booger onderwijs zooveel
mogelijk te brengen binnen het bereik van
alle klassen der bevolking, zullen door de
Regeering gaarne worden gesteund.
Een wijziging der wet op het hooger
on:erwys, dis tot opheffing van één of meer
der universiteiten zoude leiden, is van den
Minister niet te verwachten.
Komt het tot een reorganisatie, daD zal het
niet wel mogeiyk blijken, om zonder dat de
inrichting van het onderwys zelf schade ïydt,
tot aanmerkelijke beperking der uitgaven voor
het hooger onderwijs te komen.
Op de vraag, of de tyd niet is aangebroken
om het booger onderwys ook tot handelsonder
wijs uit te breiden, antwoordt de Minister,
dat het handelsonderwijs meer eigenaardig by
het middelbaar onderwys behoort.
De Minister ontkent, dat, daar steeds de
meest mogelijke voorzorgen worden gonomen
om de dieren niet te doen lydan, de vivisec
tie in de rijkslaboratoria tot ergerlijke Dieren
mishandeling ontaardt.
Uitbreiding van de bevoegdheid van de ryks-
gecommitteerden by de byzondore gymnasia
komt ook den Minister gewenscht voor.
Mocht het hem niet gelukken spoedig een
wetswyziging te kunnen voorstellen, dan is
het zyn voornemen, in afwachting van wets
herziening, een wyziging van het leerplan
en van het programma voor het eindexamen
der gymnasia te bevorderen biDnen de grenzen
der bestaande wettelijke bepalingen.
Omtrent het pensioen Yan leeraren 'aan
onverplichte gymnasia is tusschen de j ini ters
van financiën en van binnanlandsche zaken
overeenstemming verkregen.
Op grond van financieel bezwaar kan do
Minister geen vrijheid vinden de toekenniüg
te bevorderen van Rjjkssubsidiën aan do ge
meenten Amsterdam en Rotterdam ten behoevo
van haar gymnasia. Ten aanzien van de ge
meente 's-Gravenhage zouJen er wellicht
termen aanwezig zijn, wanneer die gemeente
zorg draagt, dat het onderwys worde gegeven
in goede lokalen.
De Minister herhaalt, dat hy vooralsnog
niet het voornomen heeft, tot herziening oer
wet tot regeling van het middelbaar onderwys
voorstell :Q te doen.
Gemengd Nieuws.
Twee Leidsche Muzenzonen had
den zich gisteren voor den kantonrechter
alhier te verantwoorden wegens overtreding
der "Wapenwet, waaraan zy zich ondtr Rijns
burg des nachts zouden hebben schuldig ge
maakt. Bovendien had een hunner aan den
rijksveldwachter, die hen bekeurde, een val-
schen naam opgegeven. Van een en ander
deed de verbalisant ter terechtzitting een
omstandig verhaal, waarop beklaagden echter
zóóveel hadden aaQ te merken, dat de kanton
rechter besioot de verdere behandeling der
zaak te schorsen tot Maandag a. s., ten einde
den ambtenaar van het openbaar ministerie
in de gelegenheid te stellen, nog een getuige
op te roepen.
Een der getoigen, geen student, die zich in
gezelschap der beide beklaagden had bevonden
en thans gehoord werd, maakte door zyn ver
klaringen op den rechter den indruk, dat hy
niet voor de waarheid wilde uitkomen. Hier
over ontving hy niet alletn een ernstigo
waarschuwing, maar zijn zonderlinge hou ing
deed den kantonrechter zelfs vragen, of hy
soms door een dier heeren was omgekocht,
om de waarheid niet te zeggen. Getuige gaf
hierop een ontkennend antwoord, terwyl een
der studenten nog mededeelde, dat get. dien
bedoelden nacht beschonken was. Had de
kantonrechter een der beklaagden reeds, vioeger
het onbetamelijke oneer 't oog gebracht van
een bedreiging, door hem tot den verbalisant
geuit, thans wees hy er beiden op, dat het
voor ontwikkelde jongelui niet te pas komt,
met eeu beschonken persoon 'a nachts om
drie uren uit ryden te gaan.
Ook stonden terecht twee heeren, lief
hebbers van bengelen, doch geen stroopers,
de een te Scheveningen, de ander alhier
woonaebtig. Hun was ten laste gelegd, dat
zy eamen zonder schriftelijke vergunning
hadden gevischt in een molentocht in den
Zwanenburgerpolder onder Warmond, welk
vischwater is gepacht door den heer N. aldaar.
De heer uit Leiden ontkende het ten laste
gelegde, de heer uit Scheveningen betwistte
de mogeiykheid niet, dat zjjn vischsno.-r in
water bad gelegen, dat, volgens de verkla
ringen van ce bei Je zoons van den heer N.,
cie als getuigen a charge optraden, ook tot
dien molentocht zou behooren.
De kantonrechter en de ambtenaar van het
openbaar ministerie stonden hier voor een
moeilijkheid, waaruit zjj zelfs door vluchtige
teek?nlngen, door b<kl. en getuigen van de
gesteldheid daar ter plaatse ter terechtzitting
gemaakt, niet koncen geraken. Besloten werd.
het oorddel in te winmn van den ryks veld
wachter, die met de gesteldheid daar op de
hoogte kan zyn, dezen op te roepen tegen
Maandag a. s. en tot zoolang de zaak te
schorsen.
Des middags moest een alhhr wonend
liefhebber van de jacht voorkomen. Hy werd
beklaagd van het schieten van een haas op
het land van den heer D. onder Zoeter wou ie,
zonder daartoe gerochtigd te zyn. Bekl. ont
kende het ten laste gelegde. Hy had niet
gejaagd noch geschoten op dat land, wel op
dat van C. H., van waar de getroffen haas
was geloopen naar het land van den heer D.,
waar de honden het beest hadden gevangen.
Met deze bewering kwam overeen wat een
zestal getuigen verklaarden. Hun stellige
verkLringen, vergeleken met de onvaste van
een drietal getuigen a charge, deden den
ambtenaar van het Openbaar Ministerie tot
vrijspraak van den bekl. concludeeren.
De uitspraak werd bepaald op Maandag a. s.
Weg met de fooien! In Den
Haag bestaat een dienstboclenvereeniging
„Allen voor Elkander". Zy houdt Donderdag
1 Dec. een openbare cursus vergadering, waar
een dienstbode zal spreken over „Afschaffing
van het fooienstelsel".
Donderdag 1 Dec. a. 8. zalvoor
de 4de kamer der rechtbank te Amsterdam
een belangryke strafzaak worden behandeld.
Een tabakskoopman aldaar verzon J in het
begin van dit jaar zestig balen tabak per
stoomschip „Edam" naar Nieuw York. Yoor
den koopprys van 17,000 dollars werd een
wissel getrokken, welke voorzien werd van
documenten, nl. cognossementen en assurantie-
polis; by de polis werd de party tabak ver
zekerd voor f 40,000.
De wissel werd door een makelaar te
Amsterdam op de Beura te koop aangeboden
en tegen den koers van den dag gekocht
door de bekende bankiersfirma Hope Co.,
die aan den trekker een chèque op de
Associatie Cassa ter hand stel e van f 37,000.
Beklaagde inde het geld en vertrok naar
Amerika. By aanbieding van den wissel werd
deze geweigerd en bleek het, dat de tabak
slechts een waarde had van f 4000.
Een aanklacht wegens oplichting volgde
en een aanvrage om uitlevering werd gericht
aan de Amerikaansche regeering. De uitleve
ring werd toegestaan en thans zal de beklaagde
zich wegen9 die feiten hebben te verantwoor
den. Als verdediger zal de beklaagde ter zyde
worden gestaan door mr. B. E. Asscher,
advocaat te Amsterdam.
Gisteren werd op het strand te
Oostterschelling, by paal 20, een ïyk gevonden,
vermoedelyk van een zeeman. Het was in
verren staat van ontbinding, miste reeds hoofd
en handen en had laarzen aan. Herkenning
was onmogelyk.
In den Nieuwen Waterweg niet
ver van den Hoek van Holland, lagen eenige
Urker visschersvaartuigen geankerd, toen ze
des nachts door den hevigen, kenterenden
wind aan lager wal en aan den grond ge
raakten. De botter UK 232 kwam daardoor
in zulk eeu hacbelyken toestand, dat men
de noodvlag heesch.
Een stoombaggermolon verleende daarop
hulp en bracht voor en na de vaartuigen,
sommige met verlies van anker en kabel,
in veilig water. De botter UK 232 bekwam
geen geringe lekkage.
Eenige dagen geloden bevatte
de Aarore", bet bekende blad, dat zoo krachtig
voor de revisie der Dreyfus-zaak in de bres
ia gesprongen, een artikel over de zaak-
Hogerbuis. Boven dat artikel schreef het
blad: „Een andere Dreyfua-quaeslie; een Hol
land8che Delegorgue; revisie onvermycelyk."
Het blai had vroeger reeds een tnef van
Domela Nieuwenhuis aan Zola gepubliceerd,
waarin deze „onvermoeide apost-1 van het
socialisme en van de vryheid," zooals bet
blad Domela Nieuwenbuis noemt, een beroep
deed ten gunste van de drie veroordeelden.
„Qy eischt de revisie van bet Dreyfus-
proces," zobe Domela, „wy eiscben ook de
revisie van het proces der gebroeders Hoger
huis. De Franache rogeering weigert, evenals
de Hollandscbe. Het eenige verschil is, dat
in Frankrijk de veroordeelde ryk is, terwyi
in Holland de veroordeelden drie werklieden
zyn."
De „Aurora" constateerde met genoegen,
dat er in Nederland een beweging ontstaan
was, dank zy de campagne, door enkele mannen
begonnen t^n gun6te der revisie.
Het blad deelt do bijzonderheden van do
Inbraak te Britsum mede en maakt verder
melding van de bemoeiingen van mr. Troelstra
zoowel in de Katner als tyótns het proces
tegon Hoitenga, Bakker en Van der Ploeg,
welke feiten wy thans bekend kunnen ver
onderstellen.
Enkele passages van het verhoor der ge
tuigen wor en weergegeven.
Mr. Tro lstra verdedigde de drie beschul
digden, en evenals mr. Labori ln het Zola-
proces, vroeg bjj het bewys to mogen leveren
van de beschul iging, tegen Dykstra geuit
De rechtbaük verwhrp echter zijn cenclusiën
en besliste, dat de debatten alleen zouden
loopen over do beschuldiging van laster.
De klager Dykstra werd als getuige geboord
en mr. Troelstra stelde hem de volgende
vraag:
„Hebt gy niet aan verschillende personen
bekend, en met name aan de weduwe Stienstra,
dat gü een der daders zgt van de inbraak te
Britsum?"
De president: „Deze vraag zal niet gesteld
worden."
Mr. Troelstra diende conclusion in, opdat
die vraag wel gesteld zou worden, welks ecbtsr
door de rechtbank werden verworpsn. Do
heer Troelstra verklaarde daarop, dat onder
zulke omstandigheden de verdediging onmoge
lyk was, waarom by zich terugtrok.
Op een gegeven oogenblik vroeg de president
aan den beklaagde Bakker, na do verklaringen
van een getuige £l décharge: „Hebt gy daar
nog iets by te voegen?" waarop Bakker
antwoordde: „Dat hangt er van af. Mag ik
hier de waarheid zeggen?"
Do president (levendig)„Neen."
„Zou men niet meenen met een uitspraak
van den waaraigen Delegorgue te doen te
hebben?" vraagt de „Aurora."
Voorts vermeldt het blad hoe mr. Troelstra
in „De Sociaal-Democraat" zyn open brief aan
den officier van justitie te Leeuwarden richtte
en hoe hy deswege vervolgd zal worden
wegens beloediging van de rechterlyke macht.
„De heer Troelstra heeft in „De Sociaal-
Democraat" verklaard, dat hy zeer voldaan is
over de wending, dia de zaak heeft genomen",
zegt de „Aurore", „en de meeste Hollandsche
bladen achten de revisie van het proces der
Hogerbuizen onvermy Jelyk.
„Evenals ln Frankryk zal men dus ook in
Holland den triomf der waarheid en de gerech
tigheid van de socialisten te deelen te hebben",
besluit het artikel.
In een entre filet, voorkomende in do
„Aurore" van Dinsdag jL, zegt het blad, dat
de zaak-Hogerhuis iedereen In Holland bezig
houdt. „De revisie van die rochterlyke dwa
ling is nog slechts een quaestfe van tyd. Ook
moet men hulde brengen aan den man, aan
den moedigen burger, die, niettegenstaande
zyn anti-revolutionnairo beginselen, zyn mach
tige modewerking verleend heeft aan de socia
listen, die voor de revisie van het proces der
gebroeders Hogerhuis streden.
De afgevaardigde Staalman, lid van de
Tweede Kamer, waar by behoort tot de con
servatieve party, heeft een langdurig en
minutieus onderzoek ingesteld over deze zaak,
waardoor hy geheel en al overtuigd is van de
onschuld der veroordeelden.
Evenals Scheurer-Kestner, is by het voor
werp geweest van de grofste beleedigingen,
doch heeft by nooit opgehouden luide de
waarheid te verkondigen."
Aldus de „Aurore", die blykbaar den heer
Staalman met mr. Troelstra verwart en een
eigenaardig begrip heeft van de politieke kleur
van den heer Staalman, dien zy tegeiykertyd
anti-revolutionnair en conservatief noemt.
(U. Dj
De „Ned. Bakkerecourant" waar
schuwt tegen het gebruik van een nieuwen
naam, dien men voor Margarine heeft uit
gevonden. „Fabrieksboter" biedt men tegen
woordig a3n.
Te Assen is, in tegenwoordigheid
van het dagelyksch bestuur der gemeente, op
den Brink een "Wilhelmina-boom geplant.
Gevaarlyk speelgoed. Dr. Salmon,
chef van het Staatsbureau tot onderzoek van
levensmiddelen, enz., te "Washington, waar
schuwt tegen gekleurd Duitsch speelgoed,
dat volgens zyn bevinding dlkwyls met
vergiftige kleurstoffen is geverfd en daarom
zeer gevaarlyk moet geacht worden voor
kiuderen. o
Volgens een te Antwerpen ont
vangen telegram uit Charleston, is de Noor-
weegsche bark „Sapbir", met een lading
hout van Pensacola naar Bahïa Blanca onder
weg, door storm gestrand Van de uit 15
koppen bestaande bemanning vielen er tien
in do zee en werden door haaien, dje bet
schip sedert crie dagen volgcen, opgepeuzeld;
de overigen redden zich in een boot en werden
na een cria d igen lan* ronJciryven dooreen
visschersvaartuig opgenomen.
Uit Liverpool wordt gemeld
omtrent hut n«by Grand Bassam gestrande
stoomschip Calabar": Er waren maar 1 blanke
en 90 klrurlingtn als passagiers aan boord.
Ttrwfil liet schip langzaam zonk, wcrien
de passagiers, post on geldswaarden aoor de be
manning op Grana Balsam geland. De inwoners
maakten het den passagiers zeer lastig. E n
postzak werd gestolen en de betaalmeester
moest met de revolver in de hand ae gelden
bewaken. Honderden inboorlingen planderden
het schip, de officieren creveu hen met de
revolver op de vlucht. Do bemanning van de
„Calabar" is "Vrfidag per stoomschip „Bakana"
te Liverpool aangekomen.
Byoa tienduizendguldenvoor
oen kus. Dezer dageu werd te Londen een
bazaar gehouien. Een der verkoopsters, de
schoone toonoelapeelster Ma.be! Harlowe, bad
voor het goede doel aangeboden een kus aan
den meestbio Jende te verkoopen. Het eerste
bod was twoe pond sL if 24) dat vond
men een belacheiyk bod. Een syndicaat
waarvan de leden later zouden loten wie de
gelukkige zou wezen bood dadelyk hon
derd pond. Een kolonel, Sir Edward Fortescua,
ging echter hooger. Langen ty 1 was het een
vinoige stryd tusschen hem en het syndicaat.
Einaelyk ble^f de kolonel overwinnaar voor
achthonderd pond.
Deze echter, reeds een oud heer, zei, toen
de actrice verlegen naar voren trad: „Vergeef
my, ik booJ niet voor myzelf, maar voor myn
kleinzoon, die heden juist jarig ia." Toen werd
een jongetje van ongeveer zeven jaar by Miss
Matei gebracht, dat natuurlijk hartelyk om
helsd werd.
De meeuw in Engeland is ge
volgd door zware regens, die hier en daar
overstroomingen veroorzaakten. Ook het storm
weder in het Kanaal heeft aangehouden. De
dienst tusschen Dover en Calais ondervond
veel stoornis en aan de kust hadden de red
dingboten dagelyks werk; zy slaagden erin
veel schipbreukelingen te redden, maar toch
kwamen niet weinigen om het leven.
Maar niet alleen de zee eischta menschen-
levens; ook in het binnenland zyn verschei
dene menschen in of ten gevolge van deti
sneeuwstorm om bet leven gekomen. De pre
dikant van Kingstone werd door twee dag-
looners dood op den weg gevonden; by Bolton
trof hetzelfde lot een uit do school komende
onderwijzeres. Drie ambachtslieden, door den
storm op een landweg overvallen, en een
visscher in zyn schuit, werden eveneens dood
aangetroffen en nog meer gevallen van dien
aard worden in de Engelsche bladen gevonden.
Het Hof der Marne heeft een
jongen van zestien jaar, Justin, die den 15den
Juni in het veld een kroeghoudster van 53
jaar met een sikkel vermoord had, tot levens
langen dwangarbeid veroordeeld. Wat den
jongen booswicht dreef is niet opgehelderd.
De laatste mode-dwaasheid.
Niet de allerlaatste want als het op dwaas
heden doen aankomt, kent de mode het woord
„laatste" niet maar een der laatste dwaas
heden der mode is geparfumeerde boter.
Ze wordt tot nog toe natuurlyk. alleen ge
bruikt op de tafel van ryke Amerikanen. De
melkeryen, waar deze boter gefabriceerd wordt,
ruiken even lekker als een bloemenwinkel of
het laboratorium van een parfumeur. De boter
wordt eerst gevormd tot kleine balletjes en
elk balletje daarna gewikkeld in f\jn mousseline.
Daarop legt meu ze op eeu bed van rozen
bladeren, die opzettelyk daarvoor in yzeren
potten geprepareerd worden, terwyi ze daarna
nog met een laag frissche rozenbladeren bedekt
worden. Dan wordt alles in een yskast ge
plaatst en daar tien minuten lang bewaard,
waarna de boter gereed is voor het gebruik.
De aanrandingen te Amsterdam.
Politie en justitie zyn gisteren den geheel?n
dag doende geweest om, naar aanleiding der
aanrandingen van do laatste dagen, oen spoor
van den dader te ontdekken. Ia men daarin
geslaagd9 Het „Hbl." moet het antwoord op
die vraag schuldig biyven. Gisteravond ging
het praatje, dat men den bedryver der aan
randingen op zoovele meisjes thans inderdaad
te pakkon had. Menschen, die door deFerdi-
nand-Bolstraat kwamen, zagen voor het
politiebureel aldaar een paar koetsjes staan
en wisten te vertellen, dat „hy" daarin naar
het bureel was gebracht.
Wat was het geval? Des middags had men
een bewonerder Hoedenmakerssteeg gear
resteerd, tegen wien vermoedens waren gerezen,
vermoedens, die er toe leidden, dat in de wo-
niDg der ouders van dezen man door da
justitie een huiszoeking gedaan. Aldaar werden
een paar messen gevonden, waaronder een al
eenigermate verroest, maar van een vorm, dat
de steken er mede konden zyn toegebracht.
Deze man werd aan bet politie-bureel in
de Ferdinand-Bol straat geruimen tyd verhoord
en geconfronteerd met de aangerande meisjes,
met den voerman, die Cato Heilo op de
Nicolaas-Witsen-kade had ondersteund, met
den heer, die den man hard over de Wetering
schans had zien loopen. Het verhoor vau
dezen man, die aangeduid werd als een
werkman van ongeveer 30-jarigen leeftyd,
duuroe geruimen ty J. Behalve de commissaris
der 5Je sectie, den heer v. d. Wiele, namen
de hoofdcommissaris, dt> heer Franken, de
rechfctr-commissaris, mr. T. Henny, en do
officier van justitie, mr. Von Baumhauer, aan
dit verhoor deel Tot by elven was met
het verhoor bezig. Wat de uitslag was, is
onbekendde justitie meende deze instructie,
vooralsnog althans, geheim te moeten houden,
maar vermoed mag worden, dat men nog
lang geen zekerheid heeft, want anders zou
meu de burgery spoedig geru&t hebben willen
stellen met de mededeeliag, dat men den
maD, cie de laatst-* jaren zooveel angst in do
hoofdstad verwekt hoeft, in handen had
gekregen. NLttamin achy oen er toch termen
te zyn gevonden om den man voorloopig in
verzekerde bewaring te houden.
Do „Tel." kan nog het volgende melden:
De aangehoudene, een zekere E. O., wonende
Hoedenmakersstraafc, ia ongevoar 30 jaren oud
en van een tamelyk forsche gestalte 's Middags
om. éóa uur was O. uit do ouderlyke woning
gegaan en eenige uren later vervoeg Je ziek
aldaar een rechercheur met de vraag of E. O.
daar woonde. Intusschen was de man reeds
gearresteerd en naar bet Binnengasthuis
gebracht, waar kM geconfronteerd werd met
Cato Heilo.
Een gevolg van deze confrontatie was do
huiszoeking. De aangehoudene, wiens ouders
beiien nog leven, keelt vier zusters en een
broeder, die gebuwd ls. De dochters waren,
toen de heeren Franken, hoofdcommissaris,
en Van der Wiele, commissaris van het
bureel in de Ferdinand-Bol-straat, verschenen,
toevallig thuis. Ofschoon het gezin eerst niet
begreep, wat dit voor hen onverwacht bezoek,
te beteekenan had, liet men gewillig alles
doorsnuffelen en werden alle kasten en laden
geopend.
Het resultaat van het onderzoek was, dat
eenige klea:ingstukken en e?n doo*je, waarin
een pruik en een. dolkmes je waren, werden
meegenomen. Later op don avoou kwamen
nog een inspecteur en een reehercheur eenigo
kledingstukken halen.
Do ouders van O., die aan de „Tel." het
bovenstaande mededeeldon, vertolden ook, dat
hun zoon gistermorgen eerst om ongeveer
negen uren was uitgegaan om te zien of hjj
ook weer werk kon bekomen. Om ongeveer
twaalf uien kwam hy terug met de bood
schap, dat „het vandaag niets gedaan was".
De vader vertelde, dat by het dolkmeoje^
waarby een scheede behoort, die ook in be
slag genomen is, ongeveer tweo jaren geleien
op de Stadhouderskade had gevonden. Hy
gebruikte 'taltyd om zyn pyp uitte krabben.
Het lag dan ook in een sigarenkistje, te
midden van een collectie pUpen, toen de heeren
het vonden. De pruik zou vroeger door den
broeder van E., die getrouwd is, gedragen
zyn. In den laatsten tyd had hy ze echter
niet meer noooig en zoodoende werd zo n-itjes
in een doosje bewaard. De pruik is voor
eenigo jaren gekocht en de familie weet nog,
dat era vriend van den gehuwden broedef
daarby is tegenwoordig geweest.
Overigens konden zy niets mededeelen.
De redactie van „De Ned. Hondensport",
die reeds herhaaldelijk medeJeelingen en rap
porten gaf over den verbazingwekkenden
speurzin van de Amerikaansche bloedhonden,
en ook in het jongste Dommer verslag geeft
van een in Engeland gehouden wedstrijd,
vraagt waarom in or.s land, byv. in Amster
dam, nog geen proef gonomen is met afge
richte Engelsche bloedhonden. Zou zulk een
hond vraagt z\j 11. Maandagavond, met
spoed ontboden ara het politiebureel in de
Ferdinand-Bolstraat en op het spoor gezet
van af de stille Nicolaas-Witsen-kade, niet
gemakkelyk den persoon hebben opgespoord
Zy twyfelt daaraan geen oogenblik.
Men beweert niet, dat het speuren met
honden naar menschen wreed is, want de
Engelsche bloedhonden zoeken slechts, speoren
het spoor op, volgen 'ten wyzen den te vinden
persoon aan, onverschillig of 't een moorde
naar, paardendief of zo.kgeraakt kind is. Z(|
vallen don aldus opgespoorden persoon niet
aan, doch begroeten dien integendeel met
vreugde.