MARINE. MENGELWERK, i ÉS MI pP jjg ÉlÉ mi MM lUS mm B IB MÊ féls IP^ Oproeping Debiteuren en Crediteuren. Boerenknecht, DAMES! Knip-Cursus volgens Fransche methode toreD, dat, over en weer wat toegevend, de rust zal^bowaard bleven. Do Noderlandache Staatsfondsen waren flink prijshoudend on vast. Dit kon ook van de Russische Staatsfondsen en do Metal- lieken gezegd worden, hoewol, in verband met deze laatste, toch nog niet op een botere verhou ding tusschon Oostenrijk en Hongarije kan gowezen Worden. Spanjaarden en Portugeezen, welke in het bogin der week zeer gewillig waren en een grooten omzet hadden, werden ten slotte toch meer aangeboden en moesten ongoveer 1 pCt. prijsgeven. Do Douane-Turken monteerden l'/e pCt., doch wat de Turksche loten betreft, hiervoor trad geen noemenswaardige verbetering in. Wat de Zuid-Amerikaanscho markt aangaat, de meeste handol vond plaats in Brazilianen en Mexicanen. Van beide soorten ondervond do Brazil.- Funding Loan de meeste belangstelling. Zij kwam tot 837-i pet., doch moost echter, evenals do 5-pct. Mexicanen, weder wat van het gewonnen avans verliezen. Venezuela zeer stil, met wéinig bandel, tegen vorige koersen. Uruguay en Chili ponder handel. De belangstelling voor Zuid-Ameri- «aansche fondsen is zeer gering. Geen wonder ook, want deze landen worden, zoowel staatkundig als financieel, voorbeeldeloos slecht beheerd. Wauneer men het huishoudelijk leven van de regeeringen der verschillende republieken aldaar nagaat, begrijpt men niet, boe het mogelijk is, dat deze landen in Europa nog crediet kunnen vinden, en toch, wie in een glazen huis woont, moet niet met steenen werpen. Europa beeft ook zijn flesschentrekkors of, als dit woord to slangisch is; zijn beurzensnijders, daar feitelijk toch de wijze, waarop de schuldeiscbers van Ttalis, Portugal en Spanjo en nog andere getrakteerd worden, niet veel beter is dan die, waarop bovengenoemde men- scliensoort gewoonlijk handelt. Do Tabaksafdoeling was nogal lovondig en veel soorten konden zich aanmerkelijk verbete ren. Met uitzondering van de Senembnb valt voor allo soorten hooger koers te noteeren. Gewone aandeelen Deli-Tabak monteerden tot 47 pet., daar $p deze aandeelen 4 pet. zal worden uitgekeerd, naar het gerucht loopt. Op de Pctroleummarkt heerschte, in tegenoverstelling van den laatsten tijd, een zeer opgewekte stemming. In aandeelen Koninklijke en Sumatra-Palembang had een betrekkelijk aan merkelijke verheffing plaats. De aandeelen Moeara Enim waren, wat wel te verwachten wa9, onder den indruk der voorgenomen kapitaalsvergrooting, en konden zich dientengevolge op vorige prijzen niet staande honden. Omtrent het verloop der Amerikaansche Spoor- wegmarkt valt slechts op te merken, dat de in het hegin der week verwachte botere stemming is uitgebleven. Prijsverbetering vond niet plaats, wel hier en daar kleine afbrokkeling van den koers. Prima obligation echter worden steeds gevraagd. Rijnlandsc/ie Bank. Klokgelui. Een koude, gure winterstorm giert over de vlakte. Huilend en klagend vaart hy door de dorre takken en de kale kronen der vrucht- booinen. Onmeedoogend rukt by de halmen uit de schooven, het frissche, groene mos van de daken der huizen, zoodat het in kleine vlokken tusscben de bevende kippen rond vliegt, die met hoog opstaande veeren onder het klsine afdak beschutting zoeken. Lang zamerhand breidt do schemering zich uit over de velden, welke daar zoo naakt en doodsch liggen uitgestrekt met hun overvolle slooten, hun mot water gevulde wagensporen en hun doorweekte paden. Daar klinkt van den hoogen, wilton kerktorenv met het spitse, leien dak, het klokgelui over de vlakte. Nu eens vol, dof en geweldig, dan weder llefiyk en zacht. £e heilige rustdag wordt ingeluid. Het is de „Mariaklok", zooals ze in de taal des volks beet. Wat beeft het klokgelui den kinderen 3er vlakte te brengon? Aan den vermoeiden werkman, die, onder ïwaren, slaafschen arbeid, do week weder beeft doorgezwoegd, die de gespannen zenuwen heeft voelen verslappen en de vermoeide knieön knikken, breDgt het klokgelui de blyde bood schap, dat de rustdag naby isde dag, waar naar by de ganeche week hunkerend beoft uitgezien en waarop by zich met zyn ganscho ■ziel verheugt; de eenige dag, waarop hyzich eoD8 roebt op zyn gemak op do bank voor 'de warme kachel kan uitstrekken, terwyi een van de jongens hem een hoofdstuk uit den bybel voorleest, en zy, dio altyd trouw lief en leed met hem gedeeld beeft, yverig in de weer is, hot Zondagsmaal gereed te maken, op welks lekkere schotels, vleesch en aard appelsoep, de kinderen zich reeds do geheele week verhougd hebben. Denk eens: vleesch on aardappelsoep I Een koningsmaal in de oogen der kleinen! En na bet heeriyke mid dagslaapje, waarin bet zoo stil in do kamer is, opdat toch niet het minste geluid vadors rust zal verstoreD, volgt de verrukkeiyke Zondagmiddag, als de huisvrouw on de kleine, do laatsten frisch gewasschon en met schoon 'goed aan, zich om vader verdringoD, paard jo- ryden op zyn knie, op zyn schouders klimmen, terwyi de oudsten hem hun boeken brengen en met zekeren trots toonen hoe ver zo reeds gevorderd zyn in bet A-B C-boek, den cate chismus of de bybelsche geschiedenis. Dit is de boogtyd van het familieleven. Dan worden luchtkasteelen gebouwd, plannon ge vormd, vermaningen gegeven; dan wordt er overlegd, hoe men het best nog iets zou kunnen uitsparen voor tyden van nood en tegenspoed. De daglooner leeft oigeniyk alleen op den rustdag; de overige dagen zwoegt by slechts onafgebroken voort om te kunnen leven op Zondag. En daarom noemt by in stillen eerbied zyn versleten muts af, als de kerkklok verkondigt, dat de rustdag naby is; daarom verheldert een blyde glimlach ztyn gelaat, als by op Zaterdagavond zyn gereed schappen weglegt. Maar in de ooren van Ingrid klinkt het klokgelui als een boodschap der .vertwyfeling. Dus reeds morgen! Morgen zal ze dan ver kocht worden en in de tegenwoordigheid van velen zal de schandeiyke koop worden be zegeld I Het is dus tevergeefs geweest, dat ze gestreden heeft, haar banden ten bloede toe heeft gewrongen; tevergeefs, dat ze ge weend heeft, gebeden en gedreigd. O, ze zou alles hebben kunnen dragen: armoede, ver nedering, spot, smart slechts niet de vertwyfeling, misschien den dood van haar zwakke, zieke moeder. En daarom had ze toegegeven; zy, het schoone, ryke meisje, bezat nu niets meer op aarde, sedert hy, de arme kleermakerszoon, aan wien ze haar hart bad geschonken, naar het verre Westen was getrokkeD. Haar eenige hoop op geluk en zaligheid had by met zich genomen. Ja, hy kon wederkoeren, maar haar hoop was ver dwenen voor immer, vootgoed. En daarom is de sombere novel daar buiten haar een beeld van de droevige werkeiykheid. Ook haar levenszon is verduisterd door een ondoor- dringbaren nevel; een nevel, zóó dik, dat ook niet bet kleinste zonnestraaltje er vermag door te dringen. Zy, de benyde bruid, de heldin van den dag van morgen, zit daar met het hoofd in de banden en wensebt, dat ze nooit geboren ware. Ach, waarom was ze zoo zwak, zoo lafhartig geweest? Waarom was ze hem niet gevolgd naar bet verre land, hem, den maD, dien ze boven allen liefhad? Had oen dochter wel het recht met haar volle bewustzyn een valschen eed te doen, zelfs daar, waar het hot levensgeluk eener moeder gold? Is niet Hy de machtigste, Die den storm en den golven het zwygen gebiedt? O, liever een graf in den killen schoot der aarde, dan een leven met hem, dien ze morgen o, Hemel, morgen reeds, haar echtgenoot noemen zal. Haar echtgenootEn reeds is bet te laat om terug te treden. Ze kan het juk niet meer afschudden, ook al wilde zy het, en baar hart is op het punt te breken by dat aanhoudend klokgelui. Gave God, dat bet de doodsklok ware! En toch pas twintig jaren oud 1 Alsof ook het verdriet, evenals de vreugde, haar tydrekening niet heeft! Scherp en smarteiyk dringt de klank vaD het metaal in de kleine pastorie naast de kerk. Da sterke, anders zoo onwrikbaar kalme man is geiyk aan een geknakt riet. Peinzend zit hy in het vuur te stareD. Men kan bet hem aanzien, dat zyn geest in het verledene ver- wyit. Met de snelheid des bliksems doorleeft zyn bloedend hart nog eenmaal zyn ganscho, eenvoudige levensgeschiedenis. Het had langen tyd geduurd, eer hy, de arme boerenzoon, haar hart bad gewonnen; nog langer, eerhy haar een tehuis had kunnen aanbieden. En het wachten was haar zoo lang, zoo bitter lang gevallen! Als hy, met dweepzieke wel sprekendheid, haar schilderde hoe gelukkig ze zouden wezen in hun eigen, gezellige pastorie, en dat wie woet hoe spoedig reed?, dan werden haar wangen wel met een warmen blos bedekt, en het was wel oen teedere blik, waarmede ze hem aanzag, maar toch er kwamen oogenblikkon, waarop ze slechts weemoedig glimlachte en de lange wimpers neersloeg, alsof ze wilde zeggen: „En wanneer zal dat dan wel zyn?" Dat ontstemde hem en de vraag kwam by hem op, of het wel alleen haar innige liefde was, welke haar het wachten zoo bitter lang deed vallen. Wellicht ook hinderde het haar, dat ze nooit eens een bepaald antwoord kon govon op do telkens herhaalde vraag harer vriendinnen: „Nu, wanneer zal het nu bruiloft zyn?" En bywyien kon haar blik zoo koel op hem rusten; althans zoo scheen het hem soms to9. Er ligt een droevige waarheid in hot spreekwoord: „Men moet den eersten ring niet koopen, voordat men ook het geld heeft voor den tweeden en den derden" "Vaak ook schreide zy. De tranen eener vrouw laten nooit na sombere gedachten te wekken in het hart van den man, die haar liefheeft. „Ge weet niet, hoe lang de slape- looze nachten zyn, die uw tranen my kosten," placht hy dan te zeggen. Dan lachte ze en trachtto door herhaalde liefkoozingen hem weer vrooiyk te stemmen. „Spaar uw tranen," zei hy daD, terwyi hy haar harteiyk kuste. „Het leven kan Dog een werkeiyk groot verdriet voor u in zyn schoot verbergen, waarby tranen u een verlichting zullen zyn, u, kleine moedeloozel" En nu was het verdriet werkeiyk gekomen. Na twee jaren, in economisch opzicht vol zorgen en bekommernissen, maar toch zoo gelukkig doorgebracht, zullen zy morgen de eerste schoone vrucht hunner liefde begraven. De dood had haar tot zich genomen, hun kleine, goudlokkige engel, vaders en moeders oogappel. Morgen zal het somber klokgelui haar naar het graf volgen. Wat valt het in zulke oogenblikken zwaar te zeggen: „Vader, niet myn, Uw wil geschiedel" Maar de kleine moedelooze, wier droge oogen gloeiden van moedersmart, heden was zy de sterkste. In werkeiyk verdriet ploegt de vrouw dit altoos te zyn. Zelve troosteloos, kon ze hem nog troosten. Aan haar brengen de klokken de boodschap van een wederzien op een plaats, waar geen tranen meer zullen worden ge schreid en waar van scheiding geen sprake meer zal zyn. Nooit hebben de echtgenooten elkander nader gestaan dan juist nu, Sterk is de band der liefde; sterker nog misschien is die van het verdriet. De sterkste band is die van het liefdevol geloof. Voor de jonge Hanna, die in het armen huis by haar blinde moeder zit, ligt er een jubelende klank in die klokketonen. Het is immers geen droom, dat zy, de dochter van blinde Inger, morgen in het huweiyk zal treden met den tuinbaas uit de pastorie, die een ryke boerendochter had kunnen krygen, ja zelfs twee, als hot gerucht waarheid spreekt. En haar arme, blinde moeder zal het nu vergund wezen in haar eigen bed te sterven en liefdevolle handen zullen haar de oogen toedrukken. Hot juk, dat het meisje van haar wieg af gedrukt heeft, het zal worden afgeschud, de eer van baar man ls immers ook de hare! O, wat oen goede vrouw zal ze voor Johan wezenHoe gelukkig zal ze hem maken! „Morgen!" jubelen de klokken en met dien jubel stemt haar hart zoo ten volle ln. „Morgen!".... „Dan kryg ik toch nog eenmaal een eigen tehuis op aarde," fluistert do blinde. „Naar het armenhuis behoef ik nu niet meer te gaan. En by myn begrafenis zullen de klokken worden geluid, nietwaar Hanna? Vindt ge niet, dat de klokken van avond een byzonder lieflyken klank hebben?'' In Zweden bezit de huisvrouw gewoonlijk drie ringen: de eerete ie de verlovingsring, de twoedode trouwring, en den derdon ontvangt zo bjj de geboorto van haar oerste kind. SCHAAKRUBRIEK. - Maandag 24 October 1898. Redactie: L. S.-V, „Morphy". Adres: R* Van Dam, Haarlemmerstraat 26, Lelden. Xc-gezondeu. Mijnheer de Redacteur! In Uw veelgelezen en gewaardeerd blad geeft U ook schaakproblemen en nu bemerkte ik ODlangs dat U voor onzen zoo fraaien en eigen&ardigen naam van Raadsheer, het zoo veel minder mooie woord Looper gebruikt. Dit (ofschoon een heel good Hollandsch woord) is zeker van het Duitsche Laufer afgeleid, en toch, wat is de benaming Raadsheer ken schetsend. Hot bedoelde stuk staat onmiddeliyk naast den troon en in ons constitutioneel landie zQn de mannen in onmiddelyke nabyheid van den Koning mannen van aanzien. De Duitscher, wetende dat hun autocratischo Keizer zyn hofbeambten meer gebruikt als bedienden, noemen het „Laufer". Da Engelschman, in ziende, dat de mannen in do naaste omgeving van hun vorst, dezen noodig had tot instand houding der Staatskerk, verheft het stuk tot „bishop", en de Franschen, zich herinnerende hoe hun koningen, zelfs in wichtige itaate- aangelegenheden, by hun hofnarren te rade gingen, noemden het een „foo." De taal is heel het volk, en het is zee waar, dat elk weord zyn betoekenis heeft; onze taal is zoo rjjk on zoo fraai. Nu zult u zeggen, hoe komt gs op de gedachte om hiervoor een lans te breken? Zie, ik speel een correspoDdentie-schaakwedstryd met eenige heeren en toen kwam dit onderwerp tor sprake, dris waren er die het eok zeer be treurden, dat onze Raadsheer hoe langer hoe meer werd verdrongen, maar zeiden wee klagend, „wat valt er aan te deen," en nu dacht ik, wellicht is het maar een ingeslopen misbruik en als ik nu de stoute schoenen aandoe, wie weet, ef ik dan geen gehoor kryg en hulp, om dien indringer over d6 grens to zetteD. Ziedaar nu myn verzoek; reeds meerdere redacties hebben, liet ingewilligd en als nu niet meer Looper wordt gelezen maar Raads heer, komt het woord wederom tot zyn recht. Er zyn nu ongeveer 18 dag- en weekbladen, die R 8ChryvoD. Ik bied u myn verontschul diging aan voor myn vrypostigheid, maar het is voor een goed doelj: verheffing onzer moe dertaal, en ik twyfel niet, dat als u een warm hart hebt voor die kernachtige taal, myn ver zoek ingewilligd zal worden, tenminste als er geen overwegend bezwaar tegen bestaat. Zoo wy niet oppassen, worden wy zoo langzamerhand verduitscht, want ik geloof zeker, dat de vele schaaklitteratuur, die erin 't Dnitach bestaat, de oorzaak is, dat wy zoo gomakkelyk loopor, L&ufer, gebruiken. Hoogachtend heb ik de eer my te noemen Zutfen, October 1898. M. T. In antwoord op bovenstaande, deelen wy de geachte schryfster meds, dat by ons geon overwegend beswaar bestaat tegen de bedoelde verandering. Echter zy ons een opmerking veroorloofd. "Wanneor schryfster de benaming Raadsheer kenschetsend roemt, dan maakt zy dus een vergeiyking tuarschen een echte raadsheer on een van het schaakspel. E9n echte raadsheer biyft by den koning om hem in raoeiiyke gevallen te rade» en trekt niet met de soldaten te Telde. De raadsheer op bet schaakbord heeft echter een andere functie; hy irost evengoed als de anaore stukken zyn meester, den koning, helpen verdedigen tegon den vyand. Trouwens gaat de vergeiybing van het schaken met den oorlog in heel veel gevallen niet op. "Wy hebben b.v. ep het schaakbord een koningin, ook wel „Dame" genoemd. De koningin is by het schaakspel het sterksto stuk en beeft minstens zooveel macht als drie paarden. Als dat eens in werkeiykheid zoo was! Yermoedeiyk zou dan de wederhelft van zoo'n dame geen kans hebben om ooit de huis sleutel in zyn bezit te krygen. Red. Zwart. Wm^WA wm i mm' 'WM WI ipp pH a bod e f g h WIL Mat ln 2 zetten. Probleem No. 93 van S. M. Joseph, Nieuw-York. Adres voor opl.Bureel ,L9idsch Dag blad", motto „Schaakprobléëm". Opl. probl. No. 92. Lc4 Kc5 D d 5 -f- onz. K e 5 D e 7 enz. Pd 4 Df8 4- enz. P X P d 4 enz. a 6 D f 6 -+- enz. enz. Goede opl. No. 91 ontvangen van: Leiden: G. H. Key, J. v. Beveren, W. Ridderhof, R. Paulides. Gemeenteraad van Aarlanderveen. Voorzitter: de Burgemeester. Afwezig de heeren W. J. Van Muiswinkel, J. Kop en mr. C. Van der Lee. Na voorlezing der ingekomen stokken wordt goedgevonden B. en Ws. to machtigen tot het doen uitvoeren van enkele verbeteringen aan de onderwijzorswoning op hot dorp. Hierna wordt de gemeente-begrooting dienstjaar J899 vastgesteld zooals zij door B. en Ws. den Raad is aangeboden in ontvangst en in uitgaaf tot een bedrag van f 19,986.937 Bij verschillende artikelen hadden enkele Raadsleden verzoeken om nadere inlichtingen of maakten eenige opmerkin gen, die evenwel niet leidden tot wijziging der begrootiDg. De door B. en Ws. voorgesteldo verordeningen tot heffing van een hondenbelasting en opcenten op do grondbelasting werden zonder discussie goedgekeurd. De inhoud dier verordeningen was trouwens bijna gelijk aan de reeds bestaande be lasting-verordeningen. Óver het hierna aan de orde gestelde voorstel van B. en Ws. tot wijziging van het algemeen politio-reglement ontstond veel discussie. De Voorzitter deelde hieromtrent mede, dat, be halve vele nieuwe en meer scherpe bepalingen, die waren voorgesteld omtrent hot inleveren van teekeningen, het geven vaö rooilijnen, het maken van riolen en beerputten, alsmede de minimum- oppervlakto en inhoudsgrootte van woonhuizen, de voornaamste bepaling was, dat, evenals reeds in de politie-verordeningen voor Oudshoorn en Alfen is voorgeschreven, de dikte der buitenmaren in do wijken 3, 4 en 5 minstens één steen (0.16 Meter) moot zijn. De heer P. J. Yan Niekerk komt tegen de laatste bepaling op. Hierdoor toch wordt de bouw van huizen, vooral van arbeidershuizen, tegengegaan en dit vindt hij niet billijk. Arbeiders moeten er zijn; deze zijn nuttig en mogen niet worden ge weerd. Zijn sociale ideeün komen daartegen in opstand. De Voorzitter wil eerlijk bekennen, dat het doe van B. en Ws. juist is geweest het keeren van den bouw van arbeiderswoningen. Lang hebben B. en Ws. over bet voorgestelde nagedacht. Bij de herziening der AlgomeeBö Politie-verordening in 1897 kon het voorstel in de vergadering van B. en Ws. nog geen meerderheid verwerven, doch nu in den laatsten tijd hier zooveel arbeiders woningen worden gebouwd, blijkt de bepaling noodig. De kosten van onderwgs en armenzorg, waar B. en Ws. nu reeds mede te kampen hebben, zullen vooral na eenig verloop, hoog worden op gevoerd. Wordt de voorgestelde bepaling niet aangenomen, dan zal Aarlanderveen spoedig hot eldorado van huisjesmelkers worden. De heer Van Niekerk heeft gelezen, dat een Christelijke coöperatieve bonwvereeniging alhier is opgericht en bereids grond heeft aangekocht voor den bouw van arbeiderswoningen. Moot deze bouw dan ook worden geweerd? De heer Van Borssum Waalkes verdedigt het voorstel van B. en Ws. en zegt, dat de verorde ning niet toepasselijk zal zijn op dien voorgenomen bouw, omdat de rooilijn daarvoor nu reeds is aan gevraagd. De heer Boer had al lang uitgezien naar de thans voorgestelde bepaling. Aarlanderveen zou zoo langsamerhand worden een bergplaats voor den arbeidenden stand. Do voorgestelde bepalingen omtrent stookplaateen, localiteit, licht en lucht, slaapplaatsen enz. vindt hij uitstekend, en ook de dikte der muren draagt zijn goedkeuring weg. De bouw van oen arbeiderswoning is slechts ƒ150 dunrder, wanneer zij wordt gebouwd met een beelen steen dan met een halven, en een heelo steen is veel droger, gezonder en wanner. Dit gezegde lokt bij den heor Rijlaarsdam heftige bestrijding uit. Hij grondt zijn meening vooral op eigen ondervinding. Arbeiders heeft men noodig; ze zijn nuttig en ze moeten wonen waar het werk is. Arbeiders uit andere gemeenten zullen hier toch niet komen wonen. De Voorzitter zegt hierop, dat, wanneer spreker het bewijs voor het tegendeel wil zien, hij 's mid dags met schafttijd op de Alfensehe brug even moet staan. Na nog repliek van den heer Boer wordt het voorstel van B. en Ws. aangenomen met 6 tegen 2 stemmen, dio van de heeren P. J. Van1 Niekerk. en J. Rijlaarsdam. Goedgevonden wordt dat afschrijving van be- lasting wegens vertrek wordt verleend aan J, Wervolman on C. R. Ten Velthuis. Vastgesteld wordt hot suppletoir kohier van' den hoofdelijken omslag dienst 1898. Aan het einde der vergadering dringt do hoer 1 Boer aan op meerder politie-toezicbt op straat, omdat het in den laatsten tijd veel gebeurt, dat vrouwen en meisjes door straatjongens worden gehinderd mot vuurwerk. De Voorzitter zegt, dat de politie hoogst mociljjk kan optreden tegon jongens van zoo jeugdigen leeftijd als die, welke die straatschandalen bedrijven, doch bolooft de politie van do geuite klacht mede- deeling te doen. Hierna wordt de vergadering gesloten. INGEZONDEN. Onverantwoordelijk Wanneer ik en met my veel anderen do brug v&q de Noordwyksche stoomtram over het kanaal by Rynsburg beschouwen, mom pelen wy als vanzelf het bovenstaand opschrift. Ten 1ste omdat er aan beide einden der brug op do landhoofJen geen leuningen zyn aangebracht, waardoor gevaar ontstaat, dat oen vreemdeling, voor-1 by donker weer, oen val van circa 4 Meter kan maken. Ten 2de omdat er nu al ongeveer tweo jaar iu het dek van de brug openingen zyn van .zoowat 0.40 by 1.20 Mtter. Nu is, wel ls waar, de overgaDg van do brug verboden, maar als een vreemdeling to laat is voor de tram en hy of zy den weg vraagt naar Noordwyk of Kloosterscbuur, dan wordt zoo aikwyis ondoordacht het ant woord gegeven: Volg de tram maar, daa komt u er van zelf. Jawel, men komt er vanzelf, maar op een plaats, waar men niet graag komen wil. De argelooze vreemdeling beseft niet, zich op een zoo gevaarlyk pad te bevinden, waarop hy van een aanzieniyke hoogte te watir moet storten en jaramerlyk ver drinken. Dit is door my niet te sterk geteekend; het geval heeft zich tweo jaren geleden reeds voorgedaan. Toen is nl. een juffrouw, die de laatste tram gemist had en na naar den weg te hebben gevraagd, op haar tocht naar Noordwyk op dGze wyze aan het einde van haar leven gekomen. Om nog meer dergeiyse ontzettende onge lukken te voorkomen en vooral om de aan dacht van bevoegde autoriteiten van de tram-» maatscbappy op disn gevaarlyken toestand te vestigen, vtrzook ik U, Mynheer de Redacteur, beleefd üeze regelen te plaatsen. Rijnsburg, Hoogachtend, 21 Oct. 1898. J. Van ÏtÉrson. Vervolg der Advertentiën. Allen, die iets te verderen hebben van of verschuldigd zyn aan JF. WAFEL- BARKER, wonenle Hoogs Ryndyk 46, alhier, worden beleefd verzocht opgave of betaling te doen vóór 31 October a. s. 8424 8 Gevraagd, tegen 1 of 26 November: eeö K.K., liefst boven d« SO jaren, en vooral goad kunnonde melken en vereer met hoerend werk bekend, bfj A. J. ZWETSLOOT, „Maria's Hoeve", Groenendijk, Hazerswoude. 8408 7 Ondorgeteekende bericht, dat zy alhier mfè November a. s. zal openen: oen tevens voor Dames, die zelf haar Kostuum» willon knippen en maken. Mejuflr. PIÜT DITJIABV 8428 10 Hoogewosrd 2» Onder nadere goedkeuring van den Miniutal van Marine zal op Zaterdag don 29steit October 1890, des voormiddags te 11 uren, in het gebouw der Kweekschool voor Zee- vaart, bfj inschrijving worden HERAAS. BESTEED, ton behoeve van het personeel van 's Ryks Zeemacht, de levering van: le. Versch Spek, gedurende het jaar 1899; 2e. Aardappelen, gedurende het tijdvak van 1 Januari tot en met ultimo Juni 1899. De voorwaarden, waarnaar de heraanbe. steding zal geschieden, liggen ter lezing ia een der lokalen van de Kweekschool voor- noemd. De inschriivingsbiljetten, op gezegeld papier, voor elke levering afzonderlijk en ingericht overeenkomstig Art. 4 der Algemeens Voorwasrden, zullen, behoorlijk gesIotM), moeten worden ingeleverd aan de Kweek school voornoemd, vóór of uiterlijk op den dag der berbesteding, des voormiddaga te elf uren. 8423 34, De Luitenant t/Zee der 2de klasse, H. S. SUERMOHDÏ.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 10