N». 11854
Maandag W October.
A0. 1898
<§eze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van <§on- en feestdagen, uitgegeven.
Derde Blad.
I Feuilleton.
MOOIE NAN.
LEIDSCH
P~R1.TR DEZES COTTRA TSTPi
Voor Leiden per 8 maanden, f 1.10.
JFYanco per po6t - - .•••••••*•-• e 1.40*
Aizonderiyke Nommers - 0.06.
FRUS DER AD VERTENTIÊN
Van 1-6 regels 1.06. iedere regel meer f O.J7|. - Groctero
letters naar plaatsruimte. - Voor het incas3eeroD buiten de stad
wordt f 0.05 berekend
Offloiëelo KenntsgfOvinffon.
Bnrtr.meester ea Wethouder. eau Leiden,
Gezien irt. 8, lete .line», der wot ran don Jdon
Jnni 1875 (Staatablad No. 85), tol regoling ven hel
toezioht brj het oprichten Tan innehnngen, welke
ger.ar, aoliade of hindor knnnon reroorzakon;
Brengen bn deze ter elgomeone kennie, dat door
hen op h.den rergnnning i. rerleond aan H. G. VAN
EG OND en reolitrerkrijgendeo tot het plaatsen en
in-working*.tellen ran eon gaemotor ran 4 psardo-
\racht in het perceel Lange Zandstraat No. 8.
Bnrgemoeeter en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WASi Burgemeester.
19 Oct. 1898. VAN HEY3T, 8eoretari«.
Directe Beiasllngen.
De Bo'rgemeeB'er van Leiden brengt ter algemeone
tennis, dat aan den OntraDger dor Directe Belastingen
is ter hand ge told hot kohier dor Pereoneele belasting
l*to. 12 van den dienst 1898, oxeoutoir verklaard den
12den Oo'. Jl. on herinnert 'voorts den bel Dg-
hebbonden aan hunne verplichting om den aanslag
op d n bij de Wet bepaalden vcefc te voldoen.
Leiden, De Burgemeester voornoemd,
14 Oct. 1898. F. WAS.
Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden
brengen ter algemeene kennis, dat ingevolge art.
10 van het Koninklijk Besluit van 4 Mei 1896, tot
vaststollmg T*n een algeraoon reglement voor de
Kamers van Koophandel en Fabrieken (8taalsblad
No. 142) op Dinsdag den 22ston November
1 8 9 8 des namiddags van twee tot vier uren ten
Baadhnize otn verkiezing zal plaats hebben Tan
vier leden van de Kamer van Koophandel on Fabrieken
in deze gemeonto ter vervulling van do vacatures,
die zullen ontstaan door de periodieke aftreding
■jan de heoren:
J. ZAALBERG J.Ce.,
P. L. O. DRIESSEN,
O. C. TIELEMAN on
M. H. VAN WAVEREN,
die eobter iDgevolgo art. 6, alinea 3 ran boven
vermeld i esluit, weder herkiesbaar zgo.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leidon, F. WAS, Burgemeester.
14 Oot. 1898. VAN HEYST, Secretarie.
Kosten, yerbonden aan liet instellen
van een onderzoek omtrent de
wcnschelijklioid van de invoering
van een algemeenen keuringsdienst
van levensmiddelen.
- Na de invoering bier ter stede op 1 October
1893 van de keuring van vee, vleesch, visch
en ooft is herhaaldelijk de vraag overwogen,
of het noodig en wenscheiyk zou zyn in deze
gemeente een keuringsdienst in te voeren ook
op andere levonsmiddelon.
Do uitnemende werking van de keuring
van vee, vleescb, visch en ooft, welke zonder
twijfel aan de volksgezondheid ten goede komt,
rechtvaardigt het vermoeden, dat uitbreiding
van den keuringsdienst tot andere levensstof
fen uit een hygiënisch en ©economisch oog
punt aanbeveling verdient,
ft Hoe een dergelijke keuringsdienst zou moe
ten gerogeld worden een regeling, welke
uit den aard der zaak veel ingewikkelder is
_dan de keuring van vee, vleesch, visch en
oft zal ernstig moeten overwogen worden,
oodra genoegzaam statistisch onderzoekings-
ateriaal omtrept do geaardheid der hier ter
tede verkocht wordende levensmiddelen aan-
[wezig is. nea»-
Aan de beslissing, of het noodig is in deze
gemeente een keuringsdienst van levensmid-
delen in to voeren, en zoo ja op welke wijze
die zou moeten worden geregeld, dient der
halve op ruime schaal, en over niet te kort
tijdsverloop een eDquête vooraf te gaan naar
den aard der levensmiddelen, hier ter stede
koop aaogetoden.
Hiertoe strekt do op de ontwerp gemeente-
begrooting voor 1898 voorgestelde uitgave
van ƒ2150.
Dat niet eerder aan het instellen van zulk
een onderzoek kon gedacht wordon, zeggen
B. en Ws. in hun Memorie van Toelichting,
vindt zijn oorzaak hierin, dat het voorstel
had moeten afstuiten op de groote kosten,
die onder gewone omstandigheden met een
dergelijke enquête gepaard gaan.
Immers, de gemeente zou niet alleen moeten
voorzien in de thans voorgestelde uitgave ad
ƒ2150, welke is samengesteld uit ƒ1500 als
bezoldiging van een tijdelijk aan te stellen
gemeentelykon chemicus, 500 voor chemica
liën en monsters, 150 voor de bezoldiging
van een loopjongen, doch ook voor een labo
ratorium met de inwendige inrichting daarvan
en de bezoldiging van een of meer assistenten
by het chemische werk.
Nu in den loop van dit jaar het nieuwe
Pharmaceutisch Laboratorium van de Ryks
universiteit alhier in gebruik zal komen, schynt
do mogeiykheid te bestaan om een regeling
te treffen, welke zoowel aan onze gemeente-
voor het beoogde doel, als aan het universi
tair onderwys ten gooie zal komen.
Een mondeling en schrifteiyk overleg met
den hoogleeraar dr. WysmaD, directeur van
het Pnarmacoutisch Laboratorium, hoeft aan
Burg. en Weths. de overtuiging geschonken,
dat tegen do gewenschte reg. ling geon be
zwaren bestaan en dat het voorstel ook by
de Regeering instemming zou vinden.
De regeling zou hierin, bestaan, dat in het
Pharmaceutisch Laboratorium voor den ge
meentelijken scheikundige lokaliteiten en hulp
middelen werden beschikbaar gesteld.
Daardoor zouden vervallen de bezwaren, in
andere gemeenten verbonden aan de oprichting
en het onderhoud van een la-oratorium en
do inwendige inrichting en eveneens de be
zoldiging van een of meer assistenten by het
chemische werk. Want als zoodanig zou de
hoogleeraar-dirocteur van het Pharmaceutisch
Laboratorium don gemeentelijken scheikundige
voor zekeren termyn een paar van de me r-
gevorderde studenten willen toevoegen.
De gemeente zou zich dan kunnen bepalen
tot de aanstelling van een g meenteiyken
scheikundige, tot het verstrekken van een
subsidie ter bestryding der onkosten van ver
bruik van chemicaliën, aankoop van monsters
en bezoldiging van een jongen voor schoon
maken en het doen van boodschappen.
Op die wyze zouden de belangen van de
gemeente en die van de universiteit band
aan hand gaan.
Het voordeel dezer regeling voor de ge
meente is het vrye gebruik van lokalen en
hulpmiddelen van h6t laboratorium en de
kostelooze assistentie van meergevorderde stu
denten voor den gemeentelijken acheikundige.
Voor do universiteit is het groote voordeel,
dat op deze wyze een chemische polycliniek
wordt gevestigd, een zeer te waardeeren vorm
van onderwys, welke niet kan worden opge
wogen door enkel laboratoriumsoefeningen,
waaraan de prikkel van de werkeiykheid ont
breekt. De verhouding van den gemeentelyken
scheikundige tegenover den hoogleeraar-direc
teur zou dan deze moeten zyn, dat de eerste
aan den directeur als assistent by het onder
wys werd toegevoegd en dus aan den directeur
on ;er^eschikt werd; terwyl de gemeente het
onschatbaar voorrecht zou hebben, dat de hoog
Leraar Wysman op het werk van den ge
meentelyken acheikundige eenig toezicht .uit
oefende, echter zon er dezen daardoor van
zyn zelfstandige verantwcordelykheicT te
ontheffen.
Voor de gemeonte vloeit uit bovenom
schreven regeling bovendien het groote voor
deel voort, dat de maatregel slechts een
weinig kostbare proef is, die twee a drie
jaren moet voortduren, waarna eerst met
vrucht zal kunnen geoordeeld worden of de
invoering van eon keuringsdienst op levens
middelen hier ter stede noodig is.
Mocbt de gemeente na zekeren termyn
meenen, dat de uitkomsten de onkosten niet
waard zyn, dan belet niets haar om de proef
te staken.
Aan den gemeentelyken scheikundige zCillen
behalve de keuring van levensmiddelen nog
andere diensten ten behoeve van de gemeente
kunnen worden opge.ragBn.
Als voorbeelden kan gewezen wordon op
het onderzoek van drinkwater, zooals vroeger
door dr. Bakhuis Roozeboom, thans door prof.
Wysman geschiedde; een regelmatige controle
op het door de Duinwatormaatschappy ge
leverde water; het onderzoek van bier ter
stede verkochte p6tioleiim- met het oog op
de veiligheid; htt orHUrar^k van materialen
by aanbesteding, voor zoover dit van schei
kundigen aard kan zyn, bfjv. verfwaren, papier,
Inkt, levensmid :elen, kleedingstoffenschei
kundige onderzoekingen van vleesch op ruimer
schaal dan tot dusver k n plaats hobben door
den inspecteur dor vee- en vleeschkeuring,
die toch reeds een drukken werkkring heeft
en die zeer gesteund zou worden, als aan een
daarvoor beschikbaar ambtenaar kon worden
opgedragen de bereiding van de materialen,
benoodigd voor zyn bacteriologische onder
zoekingen.
Financitfele Kroniek.
Wederom kan men gernst zeggen, dat de Bears
zich dozo week kenmerkte door een flauwe en
lustelooze stemming, wolko nog meer toenam, toen
bekend werd, dat de Bank van Engeland en de
Russische Rijksbank bun discouto met 1 pCt. en
de Oostenrijksch-Hongaarsche Bank met l/j pCt.
verhoogd hadden. Dat duurder geld voor Europa
voor de deur stond, gaven wo reeds voor een
paar weken te verstaan, als een onvermijdelijk
gevolg van de verplaatsing van de batige handels
balans naar do overzijde van den Oceaan; doch
dat doze verhooging van het disconto te Londen
en te St.-Petersborg vergezeld gaat van oorlog
zuchtige beschouwingen en dreigementen in
do Engelsche bladen, tegen Frankrijk gericht, is
een nevenomstandigheid, welke niet geheel en al
van gevaar ontbloot is. Wel is waar is men ge
wend aan bet geblaas on het geschetter der
Engelschen, die, zooals dezer dagen in een dor
nieuwsbladen niet onaardig word gezegd, schijnen
te meenen, „dat hun door de Voorzienigheid is
opgedragen de geheelo wereld te koloniseeren en
dat hun een eerste hypotheek op al het onbeheerde
land rechtens toekomt"; doch dit neemt niet weg,
dat de gespannen toestand zeer ernstig worden
kan, wanneer de uitdagende houding der Engel-
aohe pers overslaat naar Frankrijk, waar do pers
zich tot dusverre op zeer bezadigden toon over
het Fashoda-conflict heeft uitgelaten. De gevolgen
van een breuk tusschen Frankrijk en Engeland
zouden niet gemakkelijk te overzien zijn. Men
zou gerust kunnen zeggen, dat in dat geval over
de geheelo wereld hot oorlogsrumoer zou gehoord
worden.
Frankrijk en Engeland toch zijn huren, maar
niet alleen in Europa, zij zijn het ook in Afrika,
in Azië en in Noord- en Zuid-Amerika. En zou
Rusland onder zulke omstandigheden onzijdig
blijven en zijn slag niet slaan? Laat ons hopen,
dat dio oorlogzucht beperkt zal blijven totj de
courantenartikelen! Ook in betrekking tot Oosten-
rijk-tlongarije is de Beurs niet op haar geraak.
Men vreest zeer, dat een eventueolo verandering
van regeering hij abdicatie of dood van Keizer
Frans Jozef ongunstige gevolgen zal hebben op
finaneiëel gebied. Dat men in Weenen echter de
zaken zoo duister niet inziet, blijkt wel daaruit,
dat men daar het hier aangeboden fonds meestal
opneemt. Van do twee deelen der Monarchie is
Hongarije ongetwijfeld finaneiëel het sterkst. Niet
tegenstaande dat, moesten toch ook de Hongaarsche
fondsen een weinig vau hun koers prijsgeven.
Wendt men zijn oogon naar het Oosten, dan ziet
men ook in China dingen gebeuren, die niet zonder
invloed op politiek en financiën zullen blijven. Do
reactionnaire regoeringsdaden van de Keizerin-
Weduwe mogen al om bijoogmerken aan Rusland
aangenaam zijD, het valt niet te ontkennen, dat
zij voor de ontwikkeling vaD het land schadelijk
en den koloniseerenden mogendheden zeer onaan
genaam zijn. Waarschijnlijk zal het einde biervan
wel wezen, dat Europa de voogdij over ChÏDa feitelijk
aanvaardt en de kuststreken van dit uitgestrekte
Rijk tot meerdere zekerheid onder eigen beheer
neemt. Wij zullen hopen en vertrouwen, dat bij
dergelijke gebeurtenissen de schuldeischers van
China in betere Omstandigheden zullen verhoeren
dan de houders van de Cubaansche schuld thans.
Amerika toch, hetwelk Spanje nu zoo goed als
uitgekleed heeft, wil van een overneming der
Cubaansche schuld niets hooren en staat er
daarentegen danig op, dat Spanjo wel degelijk
aansprakelijk zal blijven voor rente cn hoofdsom
der schuld. De Spaansche zaakgelastigden echter
wijzen deze vriendelijke schikking boleefd van do
hand en vinden, dat hij, die de erfenis aanvaardt,
ook de schuld behoort te betalen.
Men kan hot don Spanjaarden niet kwalijk Domen,
dat zij, al is het ook met woordbreuk, weigeren
zich ten behoeve van Amerikanen, die de Cubaan
sche schuldbrieven kochton, en Europeanen, dio
hen aan hun lot overlieten, toen zij in nood ver
koerden, thans nog verder zullen uitkleedon, nadat
men hun van al hun kostbare staatsie en Zondag-
scho kleeren heeft beroofd. Wat de onderhandeling
omtrent een nieawe Spaansche leening betreft,
waarvan onlangs werd melding gemaakt, hiervan
heeft Senor Sagasta medegedeeld, dat er, althans
voor het oogenblik, geen onderhandelingen worden
gevoerd. Voorloopig beeft de regeering zich weder
tevreden gesteld met een voorschot van do Bank
van Spanje, groot 50 millioen pesetas, een zeer
gevaarlijk hulpmiddel, dat ten slotte den toestand
slechts verergert. Ook de Spaansche Perpetueelen
liepen terug.
In de Portugeezen kwam ook reactie. Het
schijnt namelijk, dat het met do overeenkomst
omtrent de Delagoabaai nog niet zoo ver is, als
men eerst wel dacht. Ter Beurze toch wint de
meeniDg meer en meer veld, dat de overeenkomst
tosschen Engeland en Duitschland eerst den vorm
van een verdrag zal aannemen en als zoodanig
geldend worden, wanneer Portugal zich om een
of andere reden van zyn koloniaal bezit in Afrika
zal ontdoen. Niettogenstaande deze meeuing, go-
looft men echter toch, dat het niet onwaar
schijnlijk is, dat de Delagoubaai binnen betrekko-
lijk korten tijd zal wordon verkocht of verpacht.
Portugeezen werden, en vooral de laatste dagen,
sterk aangeboden, en konden hun koers niet bard-
haven. Het ultimatum dor vier mogendheden in
zako Creta schijnt op de Turkscho fondsen geen
invloed uit to oefeneü, doch handel in Turksche
obligation is er niet geweest. Alleen do loten
verbeterden een fractie. Of do triomftocht van
den keizer van Duitschland op do Turksche aan
gelegenheden invloed zal hebben en Verandering
in de politieke verhouding teweeg brengen is
een vraag, welko wij ter oplossing aan de toekom
zullen overlaten.
Do Petroleum waai den waren weder zeer OLgo
rogeld. De aaiideelen Koninklijke moesten hun
behaald avance woder prijsgeven. Ook de Sumatra-
Palombang brokkelde af. Moeara-Eniin, die zich
nog hot best hield, werd ton slotte ook flauwer,
daar er geruchten liepen van ophanden zijnde
kapitaalsvergrooting. Over bet algemeen mag men
wel zeggen, dat zooveol enthusiasme er eertijds
was voor mijn- en exploratie-ondernqiningcn, er
nu evenveel terughouding is, en stroomden voor
oen jaar de gouden tientjes in deu schoot der
Maatschappijen, thans moeten de rijksdaalders er
in gedreven wordon.
Op de Tabaksraarkt was do aandacht gevestigd
op de Sakoeda, van welke een zeer gunstig divi
dend in het vooruitzicht gesteld wordt. Ook aan-
deelen Lankat-Tabak-Mij. A en B verbeterden
ccnige punten.
Voor do Funding Loan van Brazilië bestond
meer vraag en monteerden tot 82'-/< pet. Ook do
Moxicaansche 5-pcts. binnenlandsche leoning
waren vast.
Wat do Amerikaanscho Spoorwegmarkt betreft,
hierin is in de afgcloopen week niet veel verande
ring gekomen. Oregon-B-bonds liepen aanvankelijk
sterk terug, hetwelk volgens sommigen daardoor
wordt verklaard, dat de beheerder van den boedel
van Oliver Ames, vroeger president van de
Union-Pacific en do grootste houder van de obli
gation der Oregon-Shortline, do goheele hoeveelheid
Shortliuo-B-bonds, tot dien boedel behooronde,
ondershands verkocht heeft. Wat aangaat do ver
mindering der ontvangston over Augustus van den
Atchison-Topeka-Spoorweg, lee3t men uit de medo-
dceling van den prosident Walker, dat dit voor-
namolijk daar vandaan komt, dat het graan langs
de Atchisonlijn nog niet tor verscheping wordt
aangevoerd. Verleden jaar werden in de maand
Augustus 500 a 600 waggons graan daags ver
voerd, en dit jaar nog geon ICO waggons per dag.
De boeren, houden het graan op, in de hoop van
betere prijzen De verhoogde uitgaven zyn ver
oorzaakt door verhaaste logging van spoorlijnen
en constructio van bruggen. De president zegt do
overtuiging te hebben, dat, mogen de cijfers voor
een enkele maand sterken achteruitgang aantoonen,
hot resultaat over het goheele jaar toch gunstig
zal zijn.
Dat de markt echter gedrukt was, valt niet te
ontkennen. De verspreiding van de gele koorts
langs de Mississippi, hoewel gezegd wordt, dat
dezo goruebton overdreven zijn, zal hieraan ook
wol wat toegebracht liebbeD. Als men zich echter
in Amerika aan sound money houdt en wanneor
niet door werkstaking in mijnen en op do spoor
wegen de gang van zaken in de war gestuurd
wordt, dan zal, niettegenstaande oogenblikkelijko
depressie, eorlang voor Amerikaanscho fondsen
wel weder groote belangstelling volgen.
Hijnlandsc/ie Bank.
?0)
Maar by Alan was van zoo iets nooit sprake,
en toen uw oom stierf, was hy ale een vader voor
Malcolm en een broeder voor my. Zooals jo
weet, ben ik maar een paar jaar ouder dan
by, en was ik pas drie sd twintig, toen ik als
-we du wo achterbleofl"
„Ja - het klinkt altyd zoo grappig, dat
lan u tante noemt," zeide Frances glim-
acbend.
„Het klonk twintig jaar geleden nog gek-
er, want ik zag er jonger en Alan ouder
it dan we wareD. Ik heb dikwyia men-
chen verbaasd zien opkyken en glimlachen,
la hy my „tante Marianne" noemde. Ik hield
ltyd heel veel van Alan. Ik zou hem erg
raag gelukkig getrouwd zien. Ik geloof,
Frances, dat ik Eva Wilford een paar dagen
'o logeeren zal vragen, terwyl Alan bier is.
Wat vindt je daarvan?" ging mevrouw Cour
tenay beteekenisvol voort.
Frances lachte.
„Vraag haar in allo geval, tantelief, als u
wilt, maar als u hot doet ia de hoop, dat
Alan van haar zal gaan houden, zult u teleur,
gesteld worden. Hy heeft een hekel aan
haar."
„Waarom?"
„Ja waarom? Toen hy laatst aan een diner
naast haar heeft gezeten, heeft zy den geheelen
tyd over do rechten der vrouw togen hem
gesproken, en sedert haat hy haar met een
doodelyken haat."
„Hy is nogal moeilyk te voldooD, geloof ik."
Maar mevroaw Courtenay keek met wel
gevallen naar het bevallig hoofdje, dat zich
over het borduurraam boog, en vergaf Alan
zyn kieskeurigheid. Hot was geen wonder,
dat hy moeilyk te voldoen was, als hy voort
durend in bet gezelschap van zulk een lief
meisje verkeerdeI Als er d6g maar een Frances
op de wereld wasl
„Heb jo vandaag prettig gereden, lieveling?"
vroeg zy.
„Heerlyk." Frances bloosde terwyl zy sprak.
„Het is zoo gezellig om woer met Malcolm
te ryden," zeide zy, „erg gezellig."
Weder keek mevrouw Courtenay naar haar
nichtje, en een welwillende glimlach plooide
haar lippen. Haar vurigste wensch was, dat
haar nichtje en aangenomen dochter Malcolms
vrouw zou worden in waarheid haar doch
ter. En in den laatsten tyd, sedert MalcolmB
thuiskomst, scheen het, alsof die wensch kans
had vervuld te zullen worden. Hy had altyd
van Frances gehouden. Zy was in zyn oogen
een lief, vroolyk meisje, altyd gereed hem te
bedienen op zyn wonken en zyn bevolen te
gehoorzamen, maar sinds zyn Afrikaansche
reis, scheen het zyn moeder toe, dat by haar
uit een ander oogpunt beschouwde. Het was
nu zyn beurt om te gehoorzamen, de hare
om te bovelon. Eensklaps schenen zyn oogen
geopend voor het feit, dat zy een heel mooi,
lief meisje was, op wier bezit elke man trotsch
zou mogen zyn.
Mevrouw Courtenay zag de verandering in
haar zoon met groote blydschap, maar zy was
een veel te verstandige vrouw, om iets van
haar wenschen te zeggen, zelfs tot haar
schoonvader, sir John. Zy kon slechts hopen
en wachten. Zy glimlachte dus vergenoegd
by France's woorden en antwoordde:
„Ja, dat kan ik my begrypenl „Fairholt" is
zichzelf niet, als Malcolm weg is. Luister l
Hoor je geen wielen, lieve?*'
„Ja." Frances schoof haar borduurraam
weg en sprong op van haar stoel.
„Ik zie de dogcart het hek binnenkomen.
Kom, laten wy ze aan de deur opwachten,
tante Marianne."
Zy liep vlug do kamer uit, langzamer ge
volgd door mevrouw Courtenay. Een bediende
hield de laatste in de vestibule staande, zoodat,
toen de dogcart voorreed, Frances alleen stond
in de deur, die aan alle zyden door rozen
omgeven was. Alan nam zyn hoed af en
wuifde haar toe, toen de dogcart het huis
naderde.
,Wat is het kind mooi! Zy i3iederenkeer,
dat ik haar zie, mooier en liever geworden,"
zeide by tot Malcolm.
„Ja." Malcolm kleurde. „Ik dacht wel, dat
je dat vinden zoudt," voegde hy er by, en
de toon, waarop hy sprak, maakte, dat Alan
hem eeret scherp aanzag en toen sarcastisch
glimlachte.
„Wat, nu al?" dacht hy. „Slechts negen
maanden geleden had Malcolm oeuwigo liefde
en trouw gezworen aan Nan Lester, en reeds
keerde zyn wispelturig hart zich van haar
tot zyn nichtje, dat, mooi en lief als zy was,
niet te vergelijken was in Alans oogen
ten minste met mooie NanI
Frances kwam de stoep af, toen de dogcart
stilbioid en Alan er uitsprong.
„Welkom thuis, Alan", zoide zy en stak
hem haar wang toe voor den vanouds gebrui-
keiyke kus.
Malcolm keek half lachend, half boos toe.
„Alan mag zich wel gevleid voelen door
uw harteiyke ontvangst, Frances," zeide hy.
„Ge geeft my tegenwoordig nooit meer een
zoen".
Frances bloosde. Zy zag hem even verle
gen aan.
„Wy zoenen geen monschen, die we voort
durend zien", zeide zy, een weinig verward.
„Alan is een gast; gü zyt hier altyd. Kom,
laten we nu naar tante Marianne gaan,
Alanl" En zy stak haar hand door zyn
arm en ging met hem naar do vestibule,
waar mevrouw Courtenay hem stond op te
wachten.
XII.
Veertien dagen gingen voorby en Alan
had weldra de vaste overtuiging,Jdat Malcolms
veranderlyke liefde zich van Nan tot Frances
gekeerd had, en dat, indien Nan werkeiyk
op hem wachtte, zy naar alle waarschynlyk-
heid tevergeefs zou wachten.
Andere oogen, behalve die van Alan, sloegen
den voortgang der kleine liefdesgeschiedenis
gade, en met meer voldoening. Sir John was
er vervuld over, mevrouw Courtenay in de
wolkeD.
Waar Alan ook kwam, hoorde hy: „Wat
eon aardig paar zal het zyol Hoe uitstekend
komen zy by elkaar! Wat zal mevrouw
Courtenay er mede ingenomen wezeD," on dor-
geiyke opmerkingen.
Hy word inwendig altyd boos, als hy naar
dergelyke woorden luisteren moest, en nog
bovendien er glimlachend in toestemmen. Hy
kon de gedachte aan Nan niet verbannen,
aan wie Malcolm nog zoo kort geleden zyn
liefde verklaard had. Wist zy het? vroeg hy
zich af. Had Malcolm haar geschreven om
haar bekend te maken met de verandering,
die in zyn gevoelens had plaats gegrepen, of
was zy zich nog onbewust van zyn trouwe
loosheid? Zy moest hot weteD, vond Alan,
en dadeiyk. Malcolm moest schryven, als hy
het nog niet gedaan had, maar misschien had
hy zich reeds van die taak gekweten. Alan
kon zich ten minste niet voorstellen, dat men
aan hot eene meisje bet hof zou maken, ter
wyl men zyn woord aan een ander gegeven
had. Hy besloot hem by de eerste goede
gelegenheid te vragen, of hy aan Nan ge
schreven had, maar die gelegenheid deed zich
niet zoo spoedig voor.
(Wordt vervolgd