Zaterdag 15 October
A#. 1898
t§eze (goarant wordt dagelijks, met uitzondering
van rZon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 14 October.
Feuilleton.
MOOIE NAN.
PRIJS DEZER COURJLNT:
Voor Leidon per 3 maanden. I f 1.10.
anco per post 1.40.
ifzonderlUke Nommers0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIÈN:
Van 1—6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17{. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het Incasseeron buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Ondersteuning van wijkverpleging.
Gelijk wij indertijd mededeelden, is op do
ontwerp-gemecntebegrooting voor het aan
staande jaar een nieuwe post, voor boven
vermeld doel, gebracht en uitgetrokken tot
«en bedrag van f 2000.
In hun Memorie lichten B. en Wa. dezen
post als volgt toe:
Reeds lang doet zich de behoefte gevoelen,
dat de geneeskundige armendienst gesteund
worde door wijkverpleging.
Hoe ijverig en loffelijk ook de armen-
doctorcn over bet algemeen hun taak ver
vullen, toch missen zij door de omvangrijk
heid van hun werkkring den noodigen tijd
om by hun dageiyksche bezoeken aan de
j armenwyken zóólaüg aan het ziekbed te ver-
to ven als soms door den aard der zl kten
•wordt gevorderd.
Sommige zieken moeten dagelijks soms
oeermalen worden gereinigd, verbonden, ingo-
Iruppêld, enz. De armendokter mist den tyd
daarin naar behooren te voorzien, zeer tot
ichade van de patiënten, die daardoor meer
Ëan eens van behoorlijke geneeskundige ver
pleging zijn verstoken, of, zoo dit met het
bog op hun toestand mogeiyk is, zich dage-
lyks naar bet Ziekenhuis moeten begeven,
of door opneming in het Ziekenhuis aan den
huiseiyken kring worden onttrokken.
Meer on meer wint dan ook de overtuiging
©ld, dat de wykverpleging aan den genees-
undigen armendienst onschatbare diensten
an bewyzen.
De ervaring, ook in dezo gemeente, zy het
dan nog op kleine schaal, opgedaan, leert, dat
^wykverpleging onmisbaar is, wil men de arme
atiënten zooveel mogelyk in hun g zin
behooilyk doen verplegeD, terwyi het geen
etoog zal behooveD, dat de wykverpleging
p de gezinnen der armen een grooten -zede-
ken invloed uitoefent.
Het is bier de plaats niet al de voordeelen
an de wykverpleging op te sommen. Dat zy
«en gewichtig volksbelang betreft, weet ieder,
flie de resultaten der wykverpleging in het
buitenland en ook in enkele plaatsen van ons
land heeft leeren kennen.
Zeker ligt het op den weg van de gemeente
dit volksbelang te steunen. Hoewel de nood-
zakeiykheid gebleken is, dat de wykverpleging
grootendeels aan het particulier initiatief moet
worden overgelaten en dat zy moeiiyk tot een
zelfstandigen tak van gomeentebehcer kan
worden gemaakt, mag toch, waar hot zulk
een groot volksbelang geldt en de wykver
pleging een onmisbaar vereischte is voor een
behoorlijke verpleging onzer arme patiënten,
de gemeente niet langer acht9rbiy ven om deze
zaak financióel te 8teunen, waar de particuliere
rachten te kort schieten om haar op eenigs-
[ïin8 ruimer schaal te bevorderen.
De strekking van het voorstel is elko erkende
ereeniging of corporatie, welke zich wyk-
erpleging ten dool stelt, op aanvrage finan-
êel te steunen.
Dia steun zal hierin bestaan, dat de gemeente
r«en zeker bedrag, byv. de helft der kosten,
vergoedt, welke noodig zyn om één of meer
wykverpleegsters te bezoldigen, voor zoover
dezen aan zekere door B. en Ws. te beoordoelen
eiachen van geschiktheid en bekwaamheid
voldoen.
Die eischen zullen in den regel hierio be
staan, dat de verpleegster in het bezit is van
een diploma voor algemeene ziekenverpleging
van een der bekende inrichtingen en dat zy
bovendien het bewys levere, dat zy voldoende
opleiding heeft genoten in de wykverpleging,
waartoe hier te lande uitstekende gelegenheid
bestaat.
Yoorloopig mag het voorgestelde bedrag
ad f 2000 voldoende worden geaebt om aan
de zoo nuttige beweging van particulieren in
die richting een stoot te geven Telken jare
zal de gemeenteraad kunnen beslisseD in welke
mate en tot welk bedrag de gemeente finan-
ciëelen steun zal verleenen, terwyi zonder
twyfel, als de gemeente zich die hoogst nuttige
zaak aantrekt, veel particulieren zich geroepen
zullen voelen haar krachtiger te steunen dan
tot dusver.
De sergeant H. A. A. Sinnigen, van de
3de comp. 4de bat. iof., alhier in garnizoen,
die by koninkiyk besluit beroemd is tot 2den
luitenant by het 2de reg. inf., vertrekt morgen
naar 's-Hertogenboscb, ten eindeal Jaar beëedigd
en in functie gesteld te worden.
Door den heer F. E. O. Mörs, ambtenaar
by de Staatsdrukkery der Zui J-Afrikaansche
Republiek, zyn aan het Museum van Natuurlyke
Historie te Leiden ton geschenke aangeboden
eenige door hem verzamelde Zui J-Afrikaansche
insecten.
Den schenker is daarvoor de dank. der Re
geering betuigd.
Op de tiende lyst van de 20ste jaar-
s^Spcte voor de SGbolen met den Bybel in
„De Standaard" komen o. m. voor Bodegraven
met de Meye met ƒ210; Woerden met ged.
Rietveld, ged. B. Waarder, Kamerik, Teckop,
's Gravensloot, Oud-Kamerik, Linschoten, Wul-
verhorst, Cattenbroek, Zegveld en Zegveldsche
Broek met f 280.
De Tweede Kamer is voornemens, na
afdoening der aan de ordo gestelde ontwerpen,
tot 8 November uiteen te gaan.
Door de afdeelingen der Tweede Kamer
zyn benoemd tot rapporteurs over het Hoofd
stuk Financiën der Staatsbegrooting de heeren
Van der Kun, Houwing, Van Kempen, Smi t
en Bastert; over het Hoofdstuk Oorlog en
Vestingbegrooting do heeren Van Asch van
Wyck (Ede), Van Deinse, Smeenge, Heldt en
Groen van Waarder.
De gezant van Oostenryk-Hongarye by
one Hof, de heer Okolicsanyl d'Okolicsna, is
gistermiddag per Staatsspoor te 4 uren van
D^n Haag naar Weenen vertrokken. Hy zal
geruimen tyd ia zyn land doorbrengen. Het
beheer der legatie is gedurende dien tyd opge
dragen aan graaf Starzenski, gezantschapsraad.
By resolutie van den minister van financiën
is bepaald, dat nu de belastingjaren voor de
grondbelasting en de pcrsoneele belasting
samenvallen, er geen bedenking tegen bestaat,
dat de ontvangers, wanneer zy dit wenscheiyk
achten, voor die belastingen te zamen één
waarschuwing en één aanmaning zenden.
Zooals wel vanzelf spreokt, geldt dit enkel
het geval, dat de te-naam stelÜDg der aan
slagen dezelfde is.
In de te 's Gravenhage gehouden buiten
gewone algemeene vergadering van aandeel
houders in het Sportterrein „Den Haag" werd,
nadat door den voorzitter was medegedeeld,
dat commissarissen geen kans meer zagen de
zaak dryvende te houden, volgens „De Resi
dentiebode" een levendige discussie gevoerd
over de exploitatie van gebouw en terreinen.
Daarna werd een commissie gekozen, be
staande uit de heeren J. Cruyt, G. Franaes,
P. Ten Hagen en L. Möllinger, welke com
missie in overleg met het bestuur heeft te
overweg.nlo. of er kans bestaat het bestaande
tekort te dekken; 2o. zoo j^, of daarna de
exploitatie met succes kan worden voortgezet.
Hierover zal in de vergadering van 25 October
verslag worden uitgebracht.
De minister van justitie, met volledige
könnis van zaken wenschende te oordeelen
over bet door het hoofdoestuur van het
Nederlandsch Genootschap tot zedelyke ver
betering van gevangenen opnieuw ter sprake
gebrachte punt, betreffende het voor zyn
rekening verstrekken van reisgeld aan ge
vangenen (afgescheiden van hun uitgaanskas),
die tot het ondergaan hunner straf om 'oyzondere
redenen naar een meer of minder ver van
hun woonplaats gelegen gevangenis zyn
overgebracht, heeft per circulaire aan de
verschillend© colleges van regenten over Ue
gevangenissen en huizen van bewaring in de
arrondissement6 hoofdplaatsen een achttal
vragen gesteld, uit welker beantwoording zal
kunnen fciykenlo. hoeveel gevangenen in
de eerate acht maanden dezes jaars uit de
gevangenissen hier to lande zyn ontslagen,
die hun straf ondergingen, gedeeltelyk of
geheel, in een gevangenis buiten het arron
dissement gelogen, waarin zy veroordeeld
werden; 2o. om welke reden hun verplaatsing
of opneming in die gevangenis is geschied;
3o. hoeveel reisgeld die gevangenen hoofd
voor boo d noodig zouden gehad hebben,
indien hun, afgescheiden van hun uitgaanskas,
van ryk8wege reisgeld ware verstrekt ter
bereiking hunner laatste woonplaats of plaats
van bestemming; 4o. hoeveel dat reisgeld
zou hebben bedragen, bijaldien hun, by ontslag
uit de gevangenis van het arrondissement,
waarin do rechtbank, die hen veroordeelde,
is gelegen, op diezelfde wyze reisgeld ware
verstrekt; 5o. hoeveel tyd zy in de gevangenis
doorbrachten; 6o. hoe groot hun uitgaanskas
was; 7o. waarheen zy vertrokkeö, en 8o.
hoevolen van hen, overeenkomstig de daarvoor
bestaande bepalingen, reisgeld ontvingen en
tot welke bedragen.
Men schryft uit Rotterdam aan het
„Utr. Dbld.":
Er is hier een beweging ontslaan om een
verlaging te verkrygen van den prys van het
gas. Die beweging is uitgegaan van de ver-
eeüiging „Gemeente- en Volksbelangen" en
by verscheiden boekhandelaars is thans een
adres aan den gemeenteraad ter onderteekening
gelegd, waarin die verlaging gevraagd wordt.
Ook de vereeniging „Linker-Maasoever" heeft
besloten de beweging met een adres te
ondersteunen.
B. en Ws. hebben een voorstel ingediend
om voor het kookgas den prys te verlagen,
maar daarmede zyn de gasverbruikers niet
tevreden. Zy wenschen ook het lichtgas
goedkooper verkrygbaar gesteld te zien.
De levering van gas is hier oen ryke bron
van inkomst voor d9 gemeente, evenals de
levering van water. Om de winstcyfers eenigs-
zins te maskeeren, werd indertyd een be
lasting op het gebruik van de straat inge
voerd, oie dit eigenaardige heeft, dat do
gemeente als leverancier van gas en water
zichzelve belasting oplegt. Een deel der
winsten, op gas en water behaald, vloeit nu
echter onder den naam van belasting in de
steceiyke kas, en voor do verbruikers heeft
het den schyn alsof de gemeente hun maar
een matigen prys berekende.
Maar die schyn bedriegt hen niet meer.
Een commissie uit de vereeniging „Gemeente
en Volksbelangen" heeft de rekening eens
opgemaakt, en daaruit biykt, dat de gemeente
ongeveer 4*/a ton winst in het jaar maakt
op het door haar aan de burgery geleverde gas.
Een denkbeeld om een uniformtarief van
5 cents per kubiek meter in te voeren, vond
geen voldoenden steun.
Te 's-Gravenhage is na een langdurig
lyden overleden de gep. majoor ingenieur de
heer A. E. Anciró de la Porte.
Woensdag is te Nymegen op 64-jarigen
ke'tyd overleden de gep. majoor der infan
terie A. S. C. Saurel.
De vaandrig J. W. Valk, van het 4de
reg. inf., is voorgedragen voor reserve 2den
luitenant.
De gezantschapssecretaris vanFrankryk
by ons Hof, graaf Sógur d'Aguesseau, treedt
gedurende de afwezigheid van den gezant als
zaakgelastigde der Republiek op.
Onderscheidene hoofd- en verdere officio-
ren van de jongste promotie verschtnen gisteren
ter audiëntie van den minister van oorlog.
Gisteren zyn aan het hotel „Nieuw
Bussum" te Bussum afgestapt de twee jonge
prinsen van Koetei, met gevolg. De aangename
indrukken, die zy van het hotel en de plaats
verleden jaar ontvingen, doden hen dezen stap
doen. De tyd van vertrek is nog onbepaald.
Naar wordt medegedeeld, hebben Gede
puteerde Staten van Noord-Brabant hun
goedkeuring verleend aan de besluiten van
sommige gemeentebesturen, om, overeenkom
stig het plan Coolen, bydrage uit de gemeente
kas te verleenen voor militievry willigers, maar
is de Commissaris der Koningin van die bo-
slissing in booger beroep gekomen by de
Koningin.
Gisteren is te Zwolle in den ouderdom
van 84 jaren overleden mr. J. C. Bysterbos.
Jarenlang heeft by de betrekking van lid
van Gedeputeerde Staten, van griffier der
Staten en later opnieuw van lid der Staten
van Overysol bekleed.
De Vereeniging ter beoefening van Over-
yselsch Recht en Geschiedenis heeft aan hem
groote verplichtingen. Zy bezat in hem
een zeer bekwaam en werkzaam bestuurslid,
die zich inzonderheiJ by gelegenheid der
Geschiedkundig Overyselsche tentoonstelling
in 1882, naar aanleiding van het 25 jarig
bestaan der Vereeniging, zeer heeft onder
scheiden, en door zyn vele en goede zorgen
voor onderscheidene uitgaven der Vereeniging
zeer tot haar bloei heeft bygedragen. ZwCl.)
Uit het zeventiende jaarverslag van den
Ned.-InJ. Zendingsbond blykt, dat het leden
tal in Indiê, byna allen zendelingen en prodi-
kanten, 67 bedraagt, terwyl in Nederland nog
9 leden worden gevonden. Het aantal begun
stigers bedraagt in Indiö 22, in Nederland 17.
Het bondsorgaan „De Opwekker", onder redac
tie van A. Tiemer8ma, te Tanggeran, wordt
gratis gezonden aan de leden van den Bond
en aan begunstigers, die minstens 6 in de
bondskas storten.
In het verslag wordt met dankbaarheid
vermeld, dat inzonderheid door den steun van
het centraal comité tot instandhouding van het
seminarie te Depok, de conferenties der zende
lingen weer geregeld kunnen worden gehou
den. Het uitzicht bestaat, dat ook oe zendelin
gen van buiten Java doze conferenties, die
eens per jaar worden gehouden, zullen kunnen
bywoneo.
In verschillende couranten is indertyd
vermeld, dat aan de Prins Alexander-Stichting
te Bennekom door mevr. de wed. Veth een
6om van f 90,000 was gelegateerd. Wy ver-
Domen uit de beste bron, dat dit bericht uit
de lucht is gegrepen en dat het, w«t erger is,
aan deze inriclitiog voor blinde arme kinderen
bepaald kwaad heeft gedaan, omdat enkele
l.-den, die meenden, dat de stichting nu ryk
genoeg is, voor hun lidmaatschap reeds be
dankten. ArnhCl.)
Naar het „Hbl." verneemt, is de heer
R. A. I. Snethl ige, consul-generaal en tech
nisch adviseur der Zuid Afrikaansche Repu
bliek te Amsterdam, thaus ook benoemd tot
technisch inspecteur in Europa voor alle in
aanbouw zynde en nog te bouwen spoorwegen
in de genoemde republi-k.
Door de arronaissements-rechtbank te
Breda is, ter vervulling van een vacature
van rechter in dat college, opgemaakt de
navolgende alphabetiscbe lyst van aanbeveling:
Mr. R. P. Cleveringa, rechter in de arrondis
sementsrechtbank te Almeloo; mr A. Croocke-
wit, kantonrechter te Helder, en jhr. mr. W.
C. Quarles van Ufford, substituut griffier by
do arrondissementsrechtbank te 's Graven
hage.
De minister van fioanciën herinnert be
langhebbenden aan de verplichtmg zich vóór
of op 15 November tot het departement van
financiën te wenden tor verkryging van de
huwelyksgelden uit het fonds der vrouwe
Clara Jansdr. van Sparwoude, wordende onder
hun aandacht gobracht, dat de uitkeerlng
slechts plaats heeft ten behoeve van die per
sonen, wier huwelyk niet langor dan drie
j<ren vóór de aanmelding heeft plaats gehad
en welke te dier zake nog geen uitkeerlnj
hebben genoten.
28)
Over ieder dezer onderwerpen was Nan
bereid te praten, maar als Malcolm over haar-
zelve wilde spreken, maakte zy daar vriende-
I\]k, doch beslist een eind aan.
V „Tob niet over my, Malcolm! Ik zal precies
«p de oude wyze voortgaaD," zeide zy met
«en flauwen glimlach, „juist zooals ik deed,
eor gy hier kwaamt, docb, neen Diet precies
Hietzelfde", voegde zy er met een zucht by.
I „Neen waariyk nietl Ge zult nu een
■gelukkige toekomst hebben om op te zienl"
^zeide Malcolm. „En je zult me niet vergeten,
is bot wel, Nan? Beloof my, dat ik je niet
veranderd zal vindeD, als ik het volgend jaar
[terugkom?"
Nan glimlachte.
„Wie weet, wat er gebeurt, eer go terug
komt!" zeide zy, en toen stond zy van haar
plaats op. „Kom, Malcolm, onze tyd is om,
ik moet naar myn werk teruggaan en ik
weet zeker, dat Alan op u wacht," voegde
zy er op beslisten toon by.
„Laat hem wachten! Ik heb veel lust om
achter te blyven en bem alleen te laten gaan,"
mompelde Malcolm,
Nan lachte.
„Onzin! Kom laten wy gaan!" zeide zy.
®Ik moet ten minste 1" En zy sloeg deD
weg naar huis in, het aan hem overlatende,
of hy wilde volgen of niet.
Malcolm volgde haar, doch hy was een
weinig teleurgesteld. Hy had zich voorgesteld,
dat Nan het zich veel meer zou aantrekken
om afscheid van hem te nomen. Zy had ech
ter geen traan gestort en met geen enkel
woord haar spyt betuigd, dat do tyd van
scheiden daar was. Malcolm zag haar verwy-
tend aaD, terwyl zy voortliepen. Nan had oen
kleur door de inspanning van het loopen en
haar oogen hadden een vreemde, opgewon
den uitdrukking. Zy zag er volstrekt niet uit
als iemand, die bedroefd is.
„Ik geloof, dat het je volstrekt niet spyt
om afscheid van my to nemeD, Nan?" zeide
hy op beleedigden toon.
„Zoo?" Zy glimlachte bitter. „En wat zou
het my helpen, als het my speetAl schreide
en klaagde ik gy zoudt toch gaan,"
zeide zy.
„Kyk," ging zy voort, toen zy den winkel
in het gezicht kregen „Alan wacht op u."
Alan stond by de deur met Donald te pra
ten, terwyl een kleine jongen, op eenigen
afstand, de beide paarden vasthield. Alan zag
er zeer bleek en ernstig uit; toen by echter
de twee jongelieden zag aankomen en Nans
kalmen blik ontmoette, kleurde hy; in de
oogen, die hy op het jonge meisje vestigde,
kwam een smeekonde, vragende uitdrukking.
Malcolm merkte die op en verbaasde er zich
over. Nan zag het en begreep de beteekenis.
Zy schrikte, aarzelde, kleurde en voelde een
oogenblik het verlangen opkomen, de zwygende,
hartstochtelyke smeekbede, die zy in Alans
oogen las, te beantwoorden. Maar haar trots
kwam haar te hulp. Zy wierp haar hoofd in
den nek en toen zy Alan weder aanzag, had
den haar oogen een uitdagende uitdrukking.
„Kom, Malcolm, Alan wacht," zeide zy.
„Dadelyk."
„Malcolm ging haastig het huis binnen. Nan
en Alan waren thans alleen, want Donald
had hen verlaten en sprak tot den jODgen,
die de paarden vasthield. Alan naderde Nan.
„NaD, voor de laatste maal smeek ik je
my te zeggeD, dat ik my vergist heb, dat ik
je verkeerd beschuldigd heb," zeide hy met
heesche stom.
Maar Nan wilde niet antwoorden. Zy wilde
hem zelfs niet aanzIeD; zwygend stond zy tegen
den deurpost geleund en staarde peinzend
voor zich uit.
„Nan, spreek tochl" riep Alan eindeiyk uit.
Toen, voor de eerste maal, keerde zy zich
om en zag hem aaD, en er speelde een spot
achtige glimlach om haar lippen.
„Waarom zou ik spreken? Zoudt gy het
woord eener dievegge gelooven?" zeide zy.
„Neen ik zeg Diets. Laat deze maand,
waarin gy my voortdurend hebt kunnen gade
elaan, laten die lange uren, waarin wy samen
by Malcolms legerstede waakten, voor my
8prekonl"
Er was geen tyd om meer te zeggen, want
juist op dit oogenblik kwam Malcolm hot
huis uit en verscheen Will Crosby op het
tooneel. Hy stond togen don muur van het
huis geleund en zag vol belangstelling naar
alles, wat er voorviel. Alan wenkte den jon
gen de paarden voor te brengen en liet in
Donalds hand een ruime fooi glydeo.
„Dag, Will."
Malcolm stak Will Crosby zyn hand toe.
Hy nam dio en schudde ze hartelyk.
„Dag, kameraad; pas boter op dezen keer,"
zeide hy glimlachend.
Toen naderde Alan en stak zyn hand toe.
„Goeden dag," zeide hy.
Maar Will deed geen poging om de aan
geboden hand te vatten. Hy zag hem recht
in de oogen.
„Ik geef u liever geen hand," zeide hy
bedaard.
Alaa kleurde. Will Crosby was een van
de weioige mannen ia het kamp, waar hy
van hield. Hy was een ruwe man, maar
toch had hy iets goedhartigs, dat iedereen
voor hem innam. Hy was een van de meest
populaire mannen uit het kamp. Alan
had zich zeer tot hom aangetrokken gevoeld
en dikwyls tot Nan over hem gesproken en
haar gezegd, hoezeer hy in zyn smaak viel;
hy was onbeschryfiyk verbaasd over dezo
openiyko beleediging. Een oogenblik zagen
zy elkander zwygend aan; toen vroeg Alan
zeer uit de hoogte:
„En waarom niet?"
Will glimlachte doodbedaard.
„Waarom? Omdat ik geen plan heb de
hand aan te raken van een man, die een
vrouw beleedigen kon, zooals gy haar belee-
digd hebt," zeido hy langzaam en hy zag
beteekenisvol naar Nan, dio thans by Malcolms
paard stond. „Goede Hemel, man, zyt gy blind
on doof, dat gy de waarheid en onschuld
niet op haar gelaat lezen, niet in haar stem
hooren kunt? Wel, ik joeg liever eeD kogel
door uw hoofd dan dat ik uw hand aan
raakte 1" voegde hij er op heftigen toon by.
Wederom kleurde Alan. Hij antwoordde
niet, maar keerde zich af en hield zich bezig
met het vaster aanhalen van zyn zadelriem,
terwyl Nan en Malcolm afscheid namen. Zou
Nan tegen hem spreken? vroeg hy zich af; of
zou ook zy zyn hand weigeren? By durfde
ze haar nauwelyks toesteken, uit vrees afge
wezen te zullen worden. E9n storm van tegen-
strydige gevoelens woelde in zyn hart; do
oogen, welke die van Nan ontmoetten, waren
weder smeekend, vol liefde en wanhoop. Zy
werd bleek en beefde onder dien blik. Als
gedreven door een plotselinge ingeving, stak
zy hem eensklaps haar hand toe.
„Dag, Alan," zeide zy.
Alan nam haar hand en hield die o(fl
oogenblik styf vast.
„Als ik je onrecht heb aangedian, o,
vergeef my, Nan!" zeide by, en op zyn paard
springende, reed hy snel heen.
Malcolm keek een paar maal om en wuifde
met zyn hand, tot de twee gedaanton by den
winkel door den afstand niet meer te onder
scheiden waren, maar Alan keerde zyn hoofd
geen enkele maal om. Zwygend reed by voort
on zag met droevige, peinzende oogen recht
voor zich uit.
(Wordt vervolgd.)