m m uit het diepste begiosel der Fransche Revo lutie, by den mensch de wil opkomt, om zich aan Goda bestel te onttrekken, on er een eigen regeling van het leven Toor in de plaats te steil jd, het baat niet met al. DH«, Die in den hemel zit, zal lachen." Want of se al congressen houden en de person doon zweeten, en bonden oprichten, do man blijft man on de vrouw biyft vrouw, zooals God ze geschapen heeft. School dit verschil nog alleen in den gees telijken aanleg, men zou er overheen werken, want een man is vor te verweven, en een vrouw is oen heel eind weegs te ontvrouwen. Maar bot zit niet enkel in verschil van zielsaanleg. Het verschil is vastgelegd in het verschil van lichaam. En daartegen staat de feminist machteloos. Zoo machteloos, dat het in Engeland zelfs gewoonte ie, van het Parle ment te zeggen, dat het alles kan, alleen niet van een vrouw een man maken, ter aanduiding van de grens, die Gods Almacht en de volmacht van het Parlement onder scheidt Gelijk elk „Christen" óf Protestant, öf Grieksch öf Roomscb, en de boom of een eik of een ceder, enz. is, zoo ook is elk meDsch een man of een vrouw, en als zoodanig èn naar ziel èn naar lichaam onderscheiden. Ook naar de ziel. Te wanen toch, dat twee wezens, die naar het lichaam zoo geheel uit- eeDloopen, z i e 11 y k aan elkander geiyk zouden wezen, staat geiyk met het loochenen van elk verband tusschen ziel en lichaam, met het loochenen van het orgaüisch leven, en het dooddrukken van alle leven in mecha niek. Bestaat er daarentegen wel waariyk orga nisch verband tusscheh ziel en lichaam, dan kan het zielsleven van man en vrouw niet ideotisch zijn, of beider lichaam moest eender wezen. En nu dit niet zoo is, gaat alzoo de breede, aLlesbeheerschende tegenstelling van het actieve en passieve leven over heel de linie, óók in het zielsleven door. Zoo is er dan differentiëering; en juist in die differentiëering van onze menscbe- ïyke existertie ligt niet alleen de rykdom, maar tevens de band van het leven der menschen. Nu wil dien band een ieder; en de vor- stokte oud liberaal eert dien band in zijn contract-practyk. Maar hier nu juist ligt het verschil. Dien band, die mensch en mensch verbinden zal, kan mon orgaDiscb, maar men kan dien ook ook mechanisch nemen. Mechanisch is die band, zoo hy enkel op contract, overeenkomst, op afspraak, op wederzydsche wilsuiting rust. Dan toch ligt die band niet i n het leven, niet i n het wezen der dingen, maar komt er by, en wordt, als een teugel aan het paard, uit wendig aangelegd. Alle band van mensch en mensch biyft dan eon abstrac ie, jui9t zooals nu de band van patroon en werkman tot een werktuïg- lyke abstractie, met al haar naweeën, ver laagd is. Maar God hoeft den band tusschen mensch en mensch organisch gelogd. D. w. z. in het leven zelf, in het wezen der dingen, in de natuur van man en vrouw. Dit is de sociologie van de foiten der natuur, de sociologie van het Paradys, en een socio logie, die, omdat ze in do realitoit gegrond hgt, noch door een liberaal individualisme, ^och door de utopie der feministen, is omver io stooten. Evenals zuurstof en waterstof de onmisbare componenten vormen voor eiken stroom, die van de bergen ruischt, even onmisbaar zyn voor den stroom van ons menscheiyk loven deze componenten van de manneiyke en van de vrouwelijke natuur. Uit die componenten komt het huweiyk, uit hot huweiyk het huisgeziD, uit het huis gezin alle band des bloeds en der aanver wantschap; en uit deze saamvoeging en deze saamhoorigbeid wederom, komt ten slotte zelfs de verbreeding tot staten. Gemengd Nieuws. Naar de „Local-A nzeiger" ver neemt, zal da ster.'kamer van vorst Von Bis marck, zoowel als de door den gestorvene persooniyk bewoonde appartementen, door allo tijden hoen in denzelfden toestand be waard blijven. Zoo kan men thans nog op do vensterbank van de recht3 gelegen parterre- kamer een karton met roltabak cn daaitus- schen twee pypen zien, waaruit Bismarck nog in do laatste dagen Yan zyn leven gerookt heeft. Alle persoonlijke gedachtenissen, waartoe ook de linten der by zyn dooi toegezonden bloemkransen worden gerekend, zulleD, voor zoover zu niet in FriecJrichsruhe blyven, naar het Bi3marck-museuui in Schünyauson ge zonden worden. Op het landgoed van prinses Chulakoff, by Simferopol in de Erim, is een brutale diefstal gepleegd. Om hun bedrijf ongestoord te kunnen volvoeren, vermoordden de dieven vooraf de prinses en haar beide gezelschapsjuffers, waarop zij met alle kost baarheden den aftocht bliezen. Negen torens van de Wischau- naphtha-bronnen by Bakoe zyn in brand ge raakt. De vlammen sloegen naar de fonteinen en de tanks over, waar een millioen pud olie is opgeslageD. Veertien personen bekwamen brandwonden. Uit Buda-Pesth wordt d.d. 6 Aug. gemeld: In Podhorolla doorstak een tooneel- speler op het open tooneel voor het aangezicht van hst plubliek zyn eigen vrouw. Het publiek was ten hoogste ontsteld. DE INHULDIGING. Officieel Programma, TWEEDE AFDEELING. Ceremonieel der Plechtige Inhuldiging van Hare Majesteit de Koningin binnen de stad Amsterdam op Dinsdag 6 September 1S98 Door een Koninkiyk Saluut van 101 kanon schoten, het bespelen van het carillon en het gelui dor klokken zal da Plechtigheid worden aangekondigd. De Plechtige Beëediging en Inhuldiging van Hare Majesteit de Koningin zal plaats hebben in de Nieuwe Kerk. De Koninkïyke Kroon, de Kofiinklyke Schepter, de Ryks-appel en do Grondwet van het Ryk, liggende op rood fluweelen kussens, zullen tydig vóór den aanvang der Plechtigheid op een Kredenstafel tegenover den Troon worden neaergolegd. De Plocbtigheid zal als volgt zyn geregeld I. Des morgens ie 10 uren zullen in bet Koninkiyk Paleis moeten aanwezig zyn alle Dames en Heeren, aangewezen om Hare Majes teiten en de overige Vorstelyke Personen naar de Nieuwe Kerk te vergezellen. II. Da dienstdoende Schuttery en het Gar nizoen van do Hoofdstad zullen te 10 uren op den Dam de hun aangewezen plaatsen moeten hebben ingenomen. IH. Te 10 uren zal aan het Koninkiyk Paleis moeten zyn opgesteld: voor den linkervleugel een Eerewacht van een compagnie der dienst doende Schuttery van Amsterdam met de Muziek, voor den rechtervleugel een Eere wacht van den Nedertendschen Studenten- Scbietbond. Voor den ingang van de Nieuwe Kerk z.il te 10 uren moeten zyn opgesteld: rechts een compagnia Grenadiers met de Koniukiyke Militaire Kapel van het regiment Grenadiers en Jagers, en links een compagnie Jagers. Te 10 uren zal in de Nieuwe Kerk, van af de deur van het kerkgebouw tot den halven afstand naar den Troon, zyn opgestelJ een enkele ry manschappen van de dienstdoende Schuttery van Amsterdam. IV. Van af het Koninkiyk Paleis tot aan de Nieuwe Kerk zal worden opgesteld een by ongunstig weder overdekte gang, aan weers- zyden waarvan zullen zyn geplaatst Adel borsten van de Koninkïyke Nederlandsche Marine en Cadetten van de Koninkïyke Milit. Academie. V. Des ochtends te 10 uren wordt aan de Loden van de Staten-Generaal met de Griffiers en de Commiezen-griffiers dtr beide Kamers gelegenheid gegeven desverkiezende in het Koninkiyk Paleis byeen te komen, en zi.h te 10 u. 15 m., geëscorteerd door een commando van het 7de Regiment Infanterie, van het Paleis te begeven naar de Nieuwe Kerk. Aan den ingaDg zullen z\j door twee Ceremonie meesters worden ontvangen en geltiJ naar hun zitplaatsen tegenover den Troon. Aldaar zullen zy zich in een Openbare en Vereenigde Zitting constitueeren. VI. De Ministers, Hoofden van Ministeriëele Departementen, en de Leden van den Raad van State, zullen te 10 u. 15 m. in het Koninkiyk Palels byeenkomen en zich te 10 u. 30 m. van htt Paleis te voet begeven naar de Nieuwe Kerk. Aan den ingang zullen zy door twee Ceremoniemeesters worden ontvangen en geleid naar hun zitplaatsen. VII. Het Corps Diplomatique zal worden uitgenoodigd tot het by wonen der plechtigheid, met verzoek daartoe te 10 u. 30 m. in de Nieuwe Kerk aanwezig te zyn. Gemeld Corps zal door twee Ceremonie- meest- rs worden ontvangen en naar de voor de Diplomatie bestemde Tribune worden geleid. VIII. De Ministers van Staat, de Groot kruizen oer Nederlandscbe Orden, de Hooge Raad der Nederlanden, de Algemeene Reken kamer, de Commissarissen der Koningin in de Provinciën, het Hoog Militair Gerechtshof, de Hooge Raad van Adel, de leden van andere Colleges en de verdere Staatsambtenaren, voor welke plaatsen zyn aangewezen, alsmede alle andere personen, die zullen worden toegelaten, zullen zich ia de Nieuwe Kerk vereenigen op het uur, vermeld op het aan hen uitgereikt bewys van toegang. De Indische Vorsten, die de Plechtige Inhuldiging van Hare Majesteit de Koningin zullen by wonen, worden uitgenoodigd Zich te 10 u. 45 m. te bevinden aan de Nieuwe Kerk, alwaar Zy door twee Ceremoniemeesters zullen worden ontvaDgen en geleid naar den Troon, Zy zullen rechts en links aan den voet van den Troon Hare Majesteit afwachten. IX. De aan het Koninkiyk Huis aanver wante Vorsten en Vorstinnen, die de Plechtig heid zullen bywonen, worden uitgenoodigd Zich te 10 u. 40 m. van het Koninkiyk Paleis te begeven naar de Nieuwe Kerk, gezeten in een koets met zes paarden, radende door de Paleisstraat en den N. Z.-Voorburgwal. De Vorstelyke Personen zullen worden ontvan gen door twee Ceremoniemeesters en zullen worden geleid naar de voor Hoogstdezelven bestomde Loge ter rechterzyde van den Troon. X. Hare Majesteit de Koningin-Moedor zal Zich te 10 u. 50 m. naar de Nieuwe Kerk begeveD, gezeten in een koets, bespannen met acht paarden. Hare Majesteit zal voorryden aan de dour van de Kerk N.-Z.-Voorburgwal. De stoet, die Hare Majesteit zal begeleiden, is als volgt samengesteld: a. Een escorte Cavalerie. De Ceremoniemeester van Hare Majesteit de Koniogin, gezeten in den ry tuig met twee paarden. c. Zes Kamerheeren van Hare Majesteit de Koningin, gezeten in een rytuig met twee paarden. Hare Majesteit de Koningin-Moeder. d. De Grootmeesteres van Hare Majesteit do Koningin-Moeder, Hoogstderzelver Hof dame van dienst en de Kamerheer ran Hare Majesteit de Koningin, Particulier Secre taris van Hare Majesteit de Koningin- Mosder, gezeten in een rytuig met twee paarden. e. De Hofdames van Hare Majesteiten de Koningin en de Koningin-Moeder, de Kamer heer van H. Majesteit de Koningin, Thesaurier van Hare Majesteit de Koningin-Moederen de Intendant van het KonioklykDomein Soestdyk, Particulier Domein van Hare Majesteit de Koningin-Moeier, geztt-n in twee rytuigen met twee paarden. f. Een escorte Cavalerie tot sluiting van den stoet. De Dames dn Palais van Hare Majesteit de Koningin en de Koningin-Moeder worden uitgenoorigd, zich te 10 u. 45 m. te bevinden aan den ingang, N.-Z.-Voorburgwal, van de Nieuwe Kerk, alwaar zy Hare Majesteit de Koningin-Moeder zullen afwachten, om Hare Majesteit by het binnengaan in het kerk gebouw te volgen. XI. Aan de deur van de Kerk zal Hare Majesteit de Koningin-Moeder worden ont vangen door vier Ceremoniemeesters en twee Aide Ceremoniemeesters, welke, voorafgaan coor den Ceremoniemeester van Hare Majesteit de Koningin en dè KamerheeroD, Hare Majes teit zullen geleiden naar Hare zitplaats op den Troon, links van den zetel, bestemd voor Hare Majesteit de Koningin. Het gevolg van Hare Majesteit zal op of naast den Troon de aangewezen plaatsen in nemen. XII. By het binnenkomen van Hare Majes teit de Koningin-Moeder in de Kerk, zal het orgel, versterkt met blaasinstrumenten, worden bespeeld tot Hare Majesteit de Koningin de Kerk zal binnentreden. XIII. Hare Majesteit de Koningin zal het Koninkiyk Paleis te 11 uren verlaten, en zich onder het losbranden van bet geschut, het bespelen van het carillon en het gelui der klokken begeven naar de Nieuwe Kerk. De stoet van Hare Majesteit zal zyn samen gesteld als volgt: a. Da Herauten van Wapenen met hun trompetters. b. De Koningen van Wapenen. c. De Ceremoniemeester van Hare Majesteit de Koningin, die echter eerst by den ingang van de Kerk zyn plaats inneemt. d. De Kamerjonkers, de Jagermeesters en de Stalmeesters in buitengewonen dienst van Hare Majesteit de Koningin, gaande twoe aan twee. e. Twaalf Kamerheren van Hare Majesteit de Koningin, gaande drie aan drie. f. De Hoofden der Departementen van de Koninkïyke Hofhouding. g. De Groot Officitren van do Kroon. h. Het Rykszwaard, ontbloot gedragen door den gopensionneerden Luitenant-Generaal, Adjudant van Hare Majesteit in buitengowonen dienst, K. Van derHeyden, begeleid door twee Offi.ieren. i. De Standaard van het Koninkryk, ge dragen door den gepmsionneerden Vice-Adroi- raal, Adjudant van Hare Majesteit in buiten gewonen ditnst, P. Ten Bosch, begeleid door twee Officieren. j. Het Vaandel van het 7do Regiment Infanterie en de Standaard van het 3de Regi ment Huzaren, gedragen door de respectieve Commandeerende Officieren dier Regimenten. k. Het Vaandel van de dienstdoende Schut tery te Amsterdam en dat van het Regiment Grenadiers en Jagers, gedragen door de respectieve Commandeerende Officieren dier Regimenten. I. De Opper Ceremoniemeester van Hare Majesteiten de Koninginnen. DE KONINGIN. m. Vier Adjudanten van Hare Majesteit do Koningin, dragers van den Koninklyken Mantel. n. De Grootmeesteres van Hare Majesteit de Koningin. o. De Adjudanten in gewonen dienst van Hare Majesteit de KoniDgin, gaande naast elkander. p. De Adjudanten in buitengewonen dienst van Hare Majesteit de Koningin, gaande drie aan drie en in volgorde van rang en anciën niteit. q. De Ordonnans Officieren van Hare Majes teit de Koningin, gaande naast elkander. r. De Vlag officieren en Generaals in actie ven dienst in volgorde van rang en anciënni teit, gaande drie aan drie. Al de Heeren, die aan gen stoet deelnemen, gaan blootshoofds, ook buiten het Koninkiyk Paleis, met uitzondering van de dragers van het Rykszwaard en van den Standaard van het Koninkryk, en de Officieren, die hen begeleiden, de Officieren dragers van de Regiments-Vaandels en van den Regiments- Standaard, en de Herauten van Wapenen met hun trompetters. XIV. Aan de deur der Kerk op den Dam aangekomen, zal Hare Majesteit de Koningin worden ontvangen door een Commissie uit de Staten-Generaal, die Hoogstdezelve zal geleiden naar den Troon. Vóór en by het binnenkomen van Hare Majesteit in de Kerk zal door blaasinstru menten en het orgel een preludium van het Wilhelmus worden gespeeld, waarna door een klein koor drie coupletten van het Wil helmus zullen worden gezongen. Inmiddels zal Hare Majesteit do KoniDgin op den Troon plaats nemen, on zullen allen, die tot den stoet van Hare Majesteit bohooren, de hun aangewezen plaatsen iunemen achter en om den Troonzetel. XV. Hare Majesteit de Koningin gezeten zynde, zal een korte toespraak houden, daarna opstaan om den eed uit te spreken en ver volgens weder gaan zitten. By het uitspreken van don eed zullen allo in de Kerk aanwezigen van hun zitplaatsen opstaan. XVI. Alsdan zal de KONINGIN gehnldigd worden door de Staten-Generaal. Daartoe zal de Voorzitter der Vereenigde Zitting zich vóór den Troon en tegenover Hare Majesteit begeveu, en de in do Grondwet voorgeschreven Plechtige Verklaring afleggen. De Voorzitter zal zich daarna links vóór Hare Majesteit plaatsen, terwyi do namen van de Leden der Vereenigde Vergadering door den Griffier van de Eerste Kamer der Staten Generaaal achtereenvolgens worden afgelezen, en elk by name genoomd lid zal opstaan om de Plechtige Verklaring te be- eedigen of te bevestigen. XVII. Hare Majesteit de Koningin ont vangt dezen eed zittende. XVIII. Onmiddellyk na de hoofdelijke beëediging zal de oudste der Kooingen van Wapenen zyn schopter zwaaien, met luider etem zeggen: „Hare Majesteit Ko ningin Wilhelm ina is Ingehul- dg d", en driemaal „Leve de Koningin" uitroepen, welke kreet driemaal door den anderen Koning van Wapenen zal worden herhaald. Tegelykertyd zullen de Herauten van Wapenen mot hun trompetters zich begeven buiten do Kerk, ter hoogte van den rechter vleugel der compagnie Grenaöi rs, de trom petters zullen aldaar gezameniyk den ban openen, waarna de oudste der Herauten van Wapenen met luider stem zal uitroepen: „Hare Majesteit Koningin Wilhol- mina is ingehuldigd", hierop zal door beide Herauten van Wapenen driemaal gelyk- tydig worden geroepen: „Leve de Ko ning i n 1" De trompetters zullen daarna den ban sluiten, waarna de Herauten met hun trompetters naar hun plaats in de Kerk terug- keeren. XIX. Na den uitroep van de Koningen van Wap nen, in de vorige paragraaf bedoeld, zal onmiddellyk Koraalmuziek Invallen en aanhoudon, t tdat Hare Maj steit de Koningin, Hare Majesteit de Koningin-Moeder en de overige Vorstelyke Personen de K^rk zullen hebben verlaten. Door een Koninkiyk saluut van 101 kanon schoten, het bespeten van het carillon en het gelui der klokken zal de afloop van de Plech tigheid den Volke worden bekend gemaakt. XX. Hare Majesteit de Koningin zal de Kerk veriaten en naar het Koninkiyk Paleis terugkeeren op dezelfde wyze en in dezelfde orde als by Hoogstderzelver komst. Tot aan de deur van de Kerk zal Hare Majesteit op dezelfde wyze als by aankomst worden uitgeleid door een Commissie uit de Staten Generaal. XXI. Terstond nadat de Koningin de Nieuwe Kerk zal hebben verlaten, zal Hare Majesteit de Koningin Mo .der met hetzelfde ceremonieel en langs denzelfden weg als by aankomst, naar het Koninkiyk Paleis terugkeeren. Tot aan de deur van de Kerk wordt Hare Majesteit evenals by aankomst begeleii door vier C.remo- niemeesters en twee Atee-Ceremoniemeesters. XXII. De overige Vorstelyke Personen, die do Plechtigheid hebben bygewoond, zullen daarna de Kerk verlaten op dezelfde wyze als by aankomst, door de Ceremoniemeesters uitgeleid tot aan de deur van de Kerk. XXHI. Vervolgens zullen de Leden dor Staten-Gen'raai met hun escorte, do Ministers, Hoofden van Ministeriöele Departemonten, en de Leden van den Raad van State naar bet Koninkiyk Paleis terugkeeren. Eerstgenoem- den voor zooverre zy van deze gelegenheid wenschen gebruik te maken. XXIV. De Indische Vorsten zullen hun plaatsen rechts en links aan den voat van den Troon hernemen, zoolra Hare Majesteit den Troon zal hebben verlaten, en Zich, na het vertrek der Autoriteiten, in de vorige paragraaf genoomd, coor de Ceremoniemeesters uitgeleid, begeven naar den uitgang N.-Z.- Voorburgwal, van waar Zy in rytuigen naar Hun Hotel zullen terugkeeren. XXV. Ook het Corps Diplomatique zal, na het vertrek der Autoriteiten, in paragraaf XXIII genoemd, door de Ceremoniemeesters naar de deur van de Kerk worden teruggeleid. XXVI. Alsdan zullen de in paragraaf VIII genoemde Leden van Hooge Staatscollegiën en verdere Hoogere Staatsambtenaren, als mede al do overige aanwezigen, de Kerk ver laten. XXVII. De Directie in de Kerk wordt opge dragen aan tien Kamerheeren van Hare Majesteit de Koningin en aan den Adjunct- Intendant van het Koninkiyk Paleis te Amster dam, als Ceremoniemeesters, bygestaan door vier en twintig officieren der dienstdoende Schuttery van Amsterdam, twaalf Officieren der Marine en twaalf Officieren van de Land macht, als Aide-Ceremoniemeesters. XXVIII. Alle by dit programma aange wezen Autoriteiten zyn in ambtskostuum en in gala, do overige aanwezigen, zooveel mogeiyk, in kostuum of in rok met witte das. De Dames van het gevolg van Hare Majes teiten en der overige Vorstelyke Personen, benevens de Dames van het Corps Diplomatique, in groot toilet, de overige Dames in gekle^ wandeltoilet. Do Loden der Hofhouding van Hare Majej. teiten en der overige Vorstelyke personen in gala. De Militaire Macht in grooto tenue. In de Kerk en gedurende de Plechtigheid wordt allen mannelyken aanwezigen verzocht het hoofd ontbloot te houden, met uitzondering van de dragers van het Rykszwaard en van den Standaard van het Koninkryk en de Officieren, die hen begeleiden, de Officieren dragers der Regiment-Vaandels en van den Regiment-Standaard, de Herauten van Wapenen met hun trompetters, en de leden der Dienst- doende Schuttery van Amsterdam, opgesteld in den toegang tot den Troon. INGEZONDEN. Groote twyfel vervult alleD, die geregeld gevolgd hebben hetgeen over de bekende zaak der drie Gebroeders Hogerhuis geschre ven is, twyfel zteh openbaren! onder aha klassen der samenleving; by vrouwen en mannen van de meest uiteenloopende richting, twyfel, die, naar het oordeel van zeer bevoeg den, volkomen gerechtvaardigd is. De heer P. L. Tak zegt in het nummer van 24 Juli der „Kroniek": „Het betoog van „professor mr. Simons in het „Paleis van „Justitie" vernietigt de gansche beschikking „van den officier van justitie en noodzaakt „aan do schuld der veroordeelden sterk te „twyfelen." Onder de vele anderen, die twyfelen en de gronden daarvoor ontwikkeld hebben, noemen wy de heeren Valk, mr. Spin, mr. Troristra, ds. Klein, ds. Hissink, ds. v. Ln.-nen Martinet, v. d. Goes (in het Twee-Maandoiyksch tyd- schrift van Juli), Nauta, v. d. Veer, ds. Bax, ds. Melchers, prof. Pekelharing, en daarbft sloten zich aan bladen als „Do Standaard", „De Hervorming", „Onze Kring", „De Vader lander", „Do Telegraaf", „Vooruitgang", „De Kroniek" en vele volksbladen. Zal Leiden dan achterblyven, wanneer de mogeiykheii bestaat méde te werken tot terug geven aan de samenleving en aan hun oude moeier van drie jonge mannen, veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6, 11 on 12 jaar. Want wie is er, vraagt de heer Tak, die na bet lezen van hst advies van Prof. Simons de verantwoordelijkheid voor het voortduren der straf zou willen dragen? Er is weinig overeenkomst in de zaak- Dreyfus met die der getr. Hogerhuis. Dreyfus schynt onwettig veroordeeld te zyn, de gebr. Hogerhuis volkomen wettig, maar beide zaken hebben dit gemeen, dat na veroordeeling twyfel is ontstaan aan hun schuld, en waar in Leiden zoo velen krachtig instemmen met hen, die in Frankryk beproeven licht te ontatekerryxon dan hier gten belangstelling zijn in het lot van drie landgenooten? In een openbare ver gadering, vermoedelijk 15 Augustus, zalmen in de gelegenheid zyn, de gronden, waarop de twyfel aan hun schuld berust, nogmaals te booren uiteenzetten. Dat allen van eiken rang, geloof of politieke richting en die nog niet onverschillig zyn voor een rechtvaardige rechtspraak, de vergadering van 15 Augustus in de Stads Gehoorzaal zullen bezoeken, is het doel van dit schryven. Over het nut van een openbare vergadering loop:n de meeningen zq-t uiteen. Ik zal nog eenmaal het oordeel van den heer P. L. Tak aanhalen, waarmede, hoop ik, zeer velen zullen instemmen: „Men zal gereedelyk toegeven, dat volks vergaderingen niet bevoogd zyn in hoogste „instantio recht te spreken. Ware aan die „vergaderingen geen ernstig onderzoek, geen „breeie motivoering van den twyfel in woord „en schrift voorafgogaan, ik zou ze onwon- „schelyk hebben geacht. Ook nu ligt haar „kracht niet in hetgeen de moties precies „zeggen, noch, in de naar geaardbeil, ver schillen ie woorden der sprekers, maar ia „het sentiment, dat de gewekte twyfel onder streept. Want het volk weet meer van de „zaak af dan de heeren en dames uit d» „burgery. Het heeft zyn couranten gelezen „on de brochures van den heer Valk, zoowel „als de beide Kamer debatten. En daaruit is „het, niet minder als professor Simons, tot „de overtuiging gekomen, dat twyfel in deze „zaak niet alleen mogelyk, maar onontkoom baar is. Het schept geen oordeel zonder „onderzoek, het bezegelt een oordeel, waar- Voor noest gewerkt is." Ik eindig vol vertrouwen in het rechtvaar digheidsgevoel van de inwonors van Leiden met deze woorden van prof. Simons: Wie twyfel bevordert, mits op reieiyke gronden, bevordert een goede rechtspraak. W. H. Dis Graafp, Sassenheim. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek WEEK van 20 tot en met 26 Juli. Datum. Uur. Aantal. Gem. Eng. Standi. 20 Juli. 7.45 9.3) 7 15.8 21 7.45 9.45 8 15.8 22 7.45 9.45 7 15.0 23 7.45 9.30 8 15.8 24 7.45 9.45 7 16 25 7.45 9.45 8 16 26 7.45 9.45 8 15.6 Dit beteekent: Wanneer men 5 cubic feet =111.1 liters per unr van zulk gas vcrbraudt in een Sugg"» London-Argand-Standard burner No. 1, met 21 gaatjes» wordt een licht verkregen, dat in eterkte geljjk staal met 16.8 15.8 enz. Staad&ardkaarsen, waarvan elke kaars 20 grains 7.8 grammen Spermaceti pernor verbrandt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 6