N\ 11794
Zaterdag 6 Augustus.
A\ 1898
<§626 <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van fan- en feestdagen, uitgegeven,
Leiden. 5 Augustus.
Feuilletons
Twee vrienden.
LEIDSCH
DACrBLA
PBXJS DEZER COUBATTT:
Voor Lelden per 8 tnaandeo. tl f 1,1ft,
Franco per poet 1.40.
êiaonderlüke Nommor9 (1> f q.05.
PRUS DER ATH/ER'l'MN'l'l Ifru
"Van 1 6 regels t.05. Iedere regel meer f 0.17{. - Croctere
letters naar plaatsruimte. - Voor het tncasseeren bulten de stad
wordt f 0.06 berekend
Voor het examen In de handelsweten
schap (boekhouden, handelsrekenen en handels
recht) vanwege de Vereeniging van handels
bedienden „Mercurius", te Rotterdam, zyn
laagd de heeren L. J. Roeper Bosch, van
Leiden, en J. P. De Groot, van Alfen aan
den Rijn, leerlingen van den heer A. H. Van
den Oever.
Voor de akte Fransche taal lager onder
was is geslaagd mej. S. H. Obreen, te Leiden;
voor de hoofdakte de heer H. Rozemoyer,
ta Heemstede.
De 828te jaarlyksche algemeene ver
gadering van het Fonds ter aanmoediging en
oodersteuning van den gewapenden dienst in
de Nederlanden is t9 Amsterdam gehouden.
Blijkens d0 „Sts.-Ct." bevat het daarin uit
gebrachte versbg onder andere de navolgende
mededeelingen:
De inkomsten over 1897 bedroegen een
som van 75,934.70. Behalve de renten van
het kapitaal op het Grootboek, die 40,329.50
epen, en de opbrengst der jaarlüksche
collecte, ad 19,993.95'/,, zün onder htt
aangegeven cijfer der inkomsten begrepen de
renten van het geschenk van wijlen Z. M.
den Koning (nationaal huldeblijk bü gelegen-
hoi 1 van Hoogst Deszelfs 25 jarige regeering),
al ƒ9070.33; het subsidie van het Rük ten
behoeve van het Invalidenhuis te Leiden,
groot ƒ6000; een bedrag van ƒ100, inge
komen van de commissie te Batavia; giften,
door de commissie te Curagao ingezameld,
ten bedrage van ƒ300; een legaat van wijlen
don heer A. D. Mugge, ad 200, alsmede
een bedrag van 6.25 van de districtscommissie
to Utrecht.
Aan 1601 deelgerachtigden keerde het Fonds
f 53,743 34'/, uit aan gratificatiën en
f 10,004 991/2 aan toelagen, voortspruitende
uit de renten van hot geschenk van wijlen
Z. M. den Koning. Onder die deelgerecbtigden
bevonden zich 337 verminkten uit Oost-Indië,
8 verminkten uit den strijd tegen België,
858 infirmeD, blinden en veteranen en 398
oud-strijders van België.
Het Invalidenhuis te Leiden verkeert in
goeden staat. Tegen afstand van hun pensioen
en hun gratificatie genoten 34 deelgerech-
tigden van het Fonds daarin doelmatige huis
vesting en goede verzorging.
De uitgaven ten behoeve van dit gesticht
beliepen ƒ8266.40.
Gedurende het afgeloopen jaar werden als
Dieuwe deelgerechtlgden in het Fonds opge
nomen 23 verminkten uit Oost Indiê, 44 in-
firmen en 19 oud strijders van België.
Htt getal der sollicitanten bedraagt 710.
De prins van Balen is gisteravond per
Staatsspoor in de residentie aangekomen.
Aan het station werd hU verwelkomd door
den hofmaarschalk van H. M. do Koningin,
baron Clifford, en den Duitschen gezant bij
ons Hof.
De prins heeft zich daarna naar Schevenin-
gen begeven, waar bij in het „Oranje-Hotel"
intrek heeft genomen.
Op 7 Augustus a. s. zal feestelijk worden
herdacht het 25-jarig bestaan van bet R.-K.
Ziekenhuis van den H. Johannes de Deo in
het Westeinde te 's-Gravonhage. Te tien uren
zal in de kapel van het Huis de plechtige
H. Mis door Z. Ex. Mgr. Tarnassi, den Pause
lijken Internuntius, worden opgedragen, ter
wijl in de daarop volgende feestvergadering
verslag zal worden uitgebracht over den gang
der zaken gedurende 25 jaar, waarin de
ziekenverpleging aan de Eerw. zusters van
liefde was toevertrouwd.
In alle R.-K. kerken zal Zondag een col
lecte ten bate der inrichting worden gehoudeD,
daar de inrichting ten gevolge van de ver
pleging van een groot aantal niet betalende
patiënten voor tekorten staat. In het afge
loopen jaar werden o. a. 648 patiënten opge
nomen en behandeld, waarvan meer dan 500
gratis.
In de congreszaal van de Nat. Tentoon-
8t Hing van Vrouwenarbeid te 's-Gravenhage
worden morgen, Zaterdag, toespraken ge
houden door mejuffr. C. E. Gruntke, over
Kunstnaaldwerkmejuffr. A. G. De Leeuw,
over de artistieke zijde van den tuinbouw, en
mevr. B. Holtrop Van Gelder, over „de vrouw
aan het tooneel." Zondag worden dramatische
voordrachten gehouden door mevr. A. Mulder
Roelofsen mejuffr. Alida Klein mejuffr. Chr.
Staas en mejuffr. Mina Sasbach.
Mej. Tina Tammes, assistente in de botanie
aan de universiteit te Groningen, gaf gisteren
een openbare les in de congreszaal, om aan
te toonen hoe de natuur zelve in den bouw
der bladeren beschermende inrichtingen heeft
getroffen tegen schadelijke invloeden. Weten
schappelijk en met voorbeelden schetste zt)
den beschermenden invloed van het vermogen
water te verdampen, van de kleur, V3n de
richting, waarin het blad groeit, van de slaap-
beweging, den vorm, de gelükenis in uiterlyk,
om slechts enkele der onderscheidene voor
waarden te noemen, waardoor in verschillen Je
gevallen het blad gesteund wordt in den
strijd om het bestaan tegen to veel of te
weinig vocht, licht, warmte, voedsel, tegen
dieren, tegea andere plantm.
Slechts een klein publiek volgde de in
aangenamen vorm gekleede les.
H».t orkest, dat op den gala-avond van
10 Sept. a. 8., H. M. de Koningin aan te
biedtn door het Comité der Inhuldigingsfeesten
te 's Gravenbage, in de Cantates van Richard
Hol en van Henri Viotta z^l medewerken,
zal samengesteld worden door do Haagsche
Toonkunstenaars-Vereeniging. Caecilia
Ten stelligste kan het „H. Dbl." ver
zekeren, dat het bericht van do „Java-Bode"
omtrent een verloving van dr. A. A. Korteweg
met mejonkvr. De Savornin Lobman ten
eenenmale onjuist is.
Omtrent do decoratie der Nieuwe Kerk
te Amsterdam voor de inhuldigingsplechtig
heid, waarmede men reeds eenigen tyd druk
bezig is, kan het „A. H." het volgende
meed6elen:
Hare Majesteit de Koningin zal de kerk
binnenkomen aan de zijde van den Dam, ter
wijl Hare Majesteit de Koningin-Regentes het
getouw zal binnengaan aan de zijde N.-Z.-
Voorburgwal. De troon zal opgericht worden
tegen het koorhek, maar zoodanig, dat het
fraaie koperen hek, voor deze plechtigheid
natuurlijk prachtig opgepoetst, zichtbaar blijft.
De baldakijn, die boven den troon komt, zal
ongeveer 16 a 17 M. boven den vloer zich
bevinden. Achter het koorhek wor^t een
smaakvolle plantenversiering aangebracht. De
geheele vloer der kerk wordt bedekt door een
houten vloer, waarop natuurlijk prachtige
tapijten en loopers zich zullen bevinden. Ter
zijde van het orgel komt een tribune voor
het koor; do galerijen zullen ook voor ge-
noodigden tot de plechtigheid beschikbaar zijn.
Overigens verrijzen tribunes aan weerszijden
van den troon, recht over den troon, naast
den toegang aan den Voorburgwal, verder
links van den ingang Mozes- en Aüronstraat
terwijl bovendien de banken als zitplaatsen
zullen dienst doen. Do open ruimten tusschen
de pilasters worden gedecoreerd met blauwe
stof, waarop heraldieke leeuwen, terwijl de
banken met gele stof worden b kleed. De
blauwe stof zal aan den bovenkant zwaar ge
drapeerd worden. Al de balken en het Ijzer
werk tusschen de pilaran wordt verborgen
achter z.n. lambrikynen, waaruit groote oranje
kleurige sjerpen afhangen. De predikstoel
wor^t onzichtbaar door tribunes en decoratie-
werk, terwijl ook alle gaskronen tijdelijk uit
het kerkgebouw verwijderd zijn.
Door wijlen ds. E. Z. Renoman, to
Haarlem, zijn 8H A. groenland onder Scheemda,
zonder vruchtgebruik vermaakt aan de My.
tot opvoeding van Weezen in het Huisgezin.
Het internationale congres voor hygiëne
en demographie te Madrid heeft ter bestudetring
der behandeling met h^-t serum tegen de diph
theritis een internationale commissie benoemd,
waarin o. a. zitting heeft voor Nederland
prof. Spronck.
Do Rotterdamsche. gemeenteraad be
noemde gisternaroiddag tot leeraar in de
scheepsbouw-, werktuig- en stoomwerktuig-
kunc: en het rechtlijnig teekenen aan de zee
vaar, school te Rotterdam den hoer L. N. De
Bruyno, te Utrecht, met 26 van de 28 uitge-
braebto stemmen.
Op de aanbeveling voor een leeraar in de
wiskunde aan de H. B.-S. met 5 jmgen cur
sus voor jongens te Rotterdam zün geplaatst
de heeren: J. D. Fast, te Groningen, en A.
C. De Vos, te Amirsfoort.
Ingekomen was een schrijven van dr. H.
J. Sleurs, die om gezondheidsredenen zijn
ontslag als Raadslid verzocht, na als zoodanig
19 jaar werkeaam te zijn geweest. Dr. Sleurs
gaat zich te Nümegen vestigen.
Tevens is ingediend een aanvulling der
verordening op de secretarie, bureau voor do
regeling der plaatselijke directe belasting.
Deze aanvulling heeft hoofdzakelijk ten coel
de gelegenheid te scheppen meer dan néé
controleur, alsmede een adjunct-controleur,
welke betrekking tot heden nog niet bestond,
te benoemen en aan deze een jaarwedde van
1300 tot ƒ2000 toe te kennen.
Een door B. en Ws. voorgestelde wijziging
van eonige bepalingen der beide verordeningen
voor het ziekenhuis heeft in de eerste phats
ten coel andere bepalingen in het leven te
roepen ten aanzien der vervanging van den
directeur en ten tweede het scheppen van een
nieuwe betrekking, namelijk die van dirigeerend
verpleegster (wedde 1000-1200 boven
kost en inwoning). Waar h6t de taak van
deze moet zijn onder den geneesheer-directeur
de geheele verpleging te leiden, zal van haar
geeischt worden, dat zü met al wat daartoe
behoort vertrouwd is.
Met het oog op de overbevolking in hot zieken
huis (er bevinden zich ruim 500 patiënten)
wordt door B. en Ws. voorgesteld bet daar
in aanbouw zijnd paviljoen voor de verpleging
van 24 krankzinnigen, t9 bestemmen voor
andere zieken en voorloopig het krankzinnigen
gesticht aan de Hoogstraat voor tydelljke op
neming van ten hoogste 20 patiënten to be
stendigen.
Tot hoofd eener o. 1. school te Rotterdam
zÜn voorgedragen de heeren N. A. H. De
Bock, L. G. Van Randwük en H. Schuuring,
allen te Rotterdam.
Uit Dusseliorf verneemt het „Hbl.", dat
de aldaar gevestigde vereeniging „Nederland"
(voorzitter de hetr P. Sweers) het voornemen
heeft ia een der grootste zalen der stad op 10
Sept. een groot feest te geven, waartoe reeds
uitnoodigingen aan alle beken ie Nederlanders
uit den omtrek (KeuleD, ElberfeÜ, Duisburg,
Neuss, Barmen, Ruhrort, enz.) zijn verzonden.
Het streven der feestcommissie is, zoovesl
doniyk een uitsluitend vaderlandsch feest te
geven, eu zü hoopt, dat een nauwere aan
eensluiting der landger.ooten daarvan het ge
volg zal zün.
De weleerw. heer A. B. Nales, pastoor
te Beesd, zal binnenkort den dag herdenken,
waarop hü vóór 60 jaar het priesterambt
aanvaardde.
De achting, waarin do heer Nales zich ver
heugen mag, zal zeker op den feestdag schit
terend uitkomen.
In de „Staats Ct." wordt medegedeeld,
dat voor de betrekking van surnumerair der
posteryen en telegraphie, waarvoor het examen
op 10 dizer en volgende dagen gehouden
wordt, 30 plaatsen worden opongesteld,
waarvan ten hoogste 4 voor vrouwelyke
candidaten.
De nestor der Nederlanders is de heer
G. A. Boomgaard, oud-zeevaarder te Gronin
gen, die 21 Sept. zün lilden geboortedag
hoopt te vieren. De lichamelijke zoowel als
de geestelijke toestand van den oud-strijder
van 1812 en '15 gaat achteruit. Het gezicht
is b\jna verloren, het verstand werkt niet
meer ea van loopen kan ook geen sprake
meer zün. Zelfs de pijp, die hem ettelüke
jaren getrouw gezelschap hield, blgft onaan-
gerotrJ. De oude heer wordt in zijn gasthuis
kamer uitstekend verzorgd. Een oppasser en
eene oppasseres zijn steeds ter zyner be
schikking.
De minister van oorlog, generaal-majoor
K. Eland, is bevorderd tot luitenant generaal.
De heer S. J. Veenstra, scheepsbouw-
en werktuigkundig ingenieur bü bet departe
ment van koloniën in Oost Indië, is te Amster
dam gedetacheerd om zich van verschillende
werken op do hoogte te stellen, die ten be
hoeve van het rük op de marinewerf en bü
particulieren worden uitgevoerd.
Naar wü uit goede bron vernemen, wordt
de kapt.-lnit. ter zee S. K. Sybrandi als com
mandant van Br. Ms. wachtschip te Helle-
voetsluis vervangen door den kapt.-luit. ter
zee W. P. A. M. Kluit. Vad
Geref. Kerk. Drietal Te Sneek B.: ds.
H. C. Yan den Brink, te Heeg, ds. J. Brouwer,
te O.- en N.-Wetering, en ds. K. K. Troost,
te NaalJwÜk.
Den 3den Octo'.er a. s. zal ds. A. P. G
Jorissen zya 40 jarige ambtsvervulling hor
denken als predikant bü de Remonslrantsche
Broederschap, waarvan circa 25 jaren in
Rotterdam. Tegen November a. s. h3eft ds
Jorissen zün emeritaat aangevraagd.
De minister van buitenlandsche zako
brengt in de „Sts. Ct." ter kennis van belang
hebbenden, dat de consul der Nederlanden te
Smyrna, mr. A. F. Van Leyden, aan diens
departement to sprekea zal zün op Dinsdag
9 Augustus a. s., van de3 voormiddags elf tot
des namiddags éón uur.
Volgens do „Westminster Gazette" zal,
na de prins en prinses van Wales wegens
het ongeval, den prins overkomen, de inhul
diging van H. M. de Koningin niet kunnen
bü wonen, koningin Victoria by die gelegtnheil
waarschynlyk vertegenwoordigd worden door
den hertog en de hertogin van Connaught.
Hetzelfde blad weet te vertellen van nog
een aantal vorsteiyke personen, dia do plech
tigheid zullen bywonen. Van verscheiden dier
gasten is ten onzent de naam niet genoemn,
en de lijst schijnt wel in tegenspraak met
het bericht, ook door ons vermeidat behalvo
naastbestaanden van ons koninkiyk buis, geon
vorstelüke personen verwacht worden.
Ziehier de lyst van de „Westminster Gazette"
do prins en prinses Albert van Pruisen met
hun zonen, do groothertog van Saksen-Weimar
en zün twee kleinzonen, de koning en koningin
en prinses Pauline van Wurtemberg, de prins
en prinses van Wied met familie, de kroon
prins van Saksen Koburg-Gotha, de prins c-n
prinses van Waldeck-Pyrmont, een aartshertog
en aartshertogin van Oostonryk, een grootvorst
en grootvorstin van Rusland, de kroonprins
en kroonprinses van Denemarken, de kroon
prins van Zweden en Noorwegen, de prins en
prinses van Napels, de kroonprins en kroon
prinses van Luxemburg, prins Albert van België
en de hertogin van Albany. (N. R. C.)
Het stoomschip „Prinses Amalia", van
Amsterdam naar Batavia, vertrok 4 Aug.
van Genua; de „Soembing", van Rotterdam
naar Java, vertrok 3 Aug. van Suez; de
„Prins Willem IV" arriveerde 31 Juli van Am
sterdam te Paramaribo; de „Prins Willom V"
vertrok 4 Aug. van Paramaribo naar Amster
dam; de „General", van Oost Afrika naar
Vlissingen en Hamburg, arriveerde 2 Aug.
te Lissabon; de „Admiral" vertrok 3 Aug.
van Mombassa naar Vlissingen en Hamburg;
de „Anchises" vertrok 30 Juli van Batavia
naar Amsterdam; de „Bundesrath", van
Hamburg en Antwerpen naar Oost-Aftika,
arriveerde 2 Aug. te Napels; de „Herzog",
2)
De oude he9r woonde op het slot hoel alleen
met Lady Winnifred, zijn dochter, het eenige
kind, dat hem was overgebleven. Er was ook
nog een zoon geweest, ook een Sir Richard,
een wilde deugniet, niet kwaad, maar
dwaas die veel schulden maakte, zijns
vaders fortuin en den bruidsschat van zijn
zuster opmaakte, om een vriend van hem,
ook een officier, uit den braad te holpen.
Later zette hy een valsche handteekeoing, om
do eer van dezen zelfden vriend te redden.
Toen dit bekend werd, schoot hy zich dood
on maakte daardoor zijn vader ongelukkig.
En deze vriend, voor wien hy zulke dingen
gedaan had, was nogal zyn eigen neef, Lawloy
Grenville. Niemand wist dit, behalve ik; Sir
Ric'aard had het my zelf verteld.
Hy kwam nogal dikwyls aan myn woning,
om een praatje over honden en fazanten te
maken, want hy wist heel goed, dat ik veel
van hem hield, ondanks al zyn fouten.
Lawley kwam veel op het kasteel nadat de
jonge Sir Richard begravon was ze zeiden,
dat hy kwam om Lady Winifred. Hy was
ineens rijk geworden, zooals hy zei door een
oom in Indië, die hem zyn fortuin had nage
laten; als je hot my vraagt, geloof ik, dat
Lawley lid was van een massa sociëteiten en
dat hy overal voel kaart speelde»
Sir Richard was lang niet togen dat huwelyk.
Op het kasteel hield men Lawley voor eon
soort heilige en nu hy ryk was en de naaste
bloedverwant, wat kon nu beter zyn, dan
dat zy elkaar trouwden?
Maar Lady Winnifred wilde er niets van
weten; want er gingen praatjes, dat Lawley
een jongeren broeder had, die Richard heette,
naar zyn peetoom, en die er heel knap moet
uitgezien hebben, ofschoon ik hem nooit
gezien had knap, maar zonder een rooden
duit in deze wereld, dus juist iemand voor
een jong meisje om verliefd op te zyn.
Sir Richard hield te veel van zyn dochter,
om haar tot een huwelyk te dwingen met
iemand, van wien zy niets wilde weten; toch
smeekte hy haar om met haar neef Richard
te trouwen uit liefde voor haar vader en om
de plaats te kunnen houden. Toen kwam
Richard en zeide, dat haar vader geiyk had,
en dat zy hem maar moest vergeten eo met
zyn ryken broeder moest trouwen hy zou
dan wel weg gaan, al moest het hem zyn
leven kosten. En inderdaad hy ging weg
en niemand hoorde later meer iets van hem.
Nu ik vind wel, dat dit een beetje ver
gedreven zelfopoffering was.
Dat nam alles niet weg, dat Lady Winnifred
het verzoek van haar vader bleef weigeren
(waar ik haar des te liever om had) en hoewel
Lawley er nu voortdurend over den vloer was,
zoide zy nooit een enkel woord tegen hem,
of zy moest in gezelschap zyn en het niet
kunnen laten.
Eens, toen ik naar huis liep door het bosch
by do Lykenlaan, zag ik in de verte Lady
Winnifred over den weg loopen en achter haar
aan Lawley. Hy haalde haar in en het scheen
me, als trachtte hy baar tegen te houden. De
wind was den anderen kant uit, zoodat ik niet
kon hooren wat zy zeide, maar uit haar gelaat
sprak vreeselyke angst, terwyi zy wankelend
trachtte te ontkomen.
Gewooniyk ben ik niet erg haastig aan
gelegd, maar dat was meer dan ik kon
verdragen. Ea vóór ik wist, wat ik ging
dooD, was ik over de heg gesprongen en had
hem met de kolf van myn ganzenroer ter
aarde geveld.
Hy was net als al die andere Londensche
teere poppetjes en had blykbaar een zacht
hoofd, want hy viel onmiddeliyk bewusteloos
neer en zeide nooit een enkele syllabe meer.
Natuurlyk zetten ze my in de gevangenis
voor dezen moord en wilden ze my maarzoo
spoedig mogelyk ophangen. Ik bekende hem
gedood te hebbeD, maar weigerde te zeggen
waarom, daar ik niet van plan was den naam
van Lady Winnifred in het geding te brengen;
maar toen kwam zy zelf op de zitting en ver
telde alles, wat zy wist, en nog een heelon
boel meer, waar men haar niet naar vroeg,
over den redder van haar eer en zoo wat
verder. En de jury werd toen aangedaan en
concludeerde tot eenvoudigen doodslag en do
rechter sprak my aan als oen vader en
meende, dat recht zou gedaan zyn, wanneer
hy my twintig jaar gaf. Ik zou er dan weer
geheel vry uitkomen, dit voegde de rechter
er niet by - juist op tyd om weer in een
werkhuis te komen en er gezelligjes te
sterveD.
Hoe het zy ik kon er mü niet mee
vereenigen en toen ze my in een spoorweg
coupé gezet haddon en de twee polilie-dienaren,
die moe waren, in slaap waren govallon, was
ik zoo vry uit het raam te springen. Natuurlyk
verwondde ik my by het neerkomen, daar
door loop ik nu nog altyd mank maar zorgde
wel uit de voeten te zyn, voordat zy den
trein hadden kunnen doen stilstaan. Ik ver
borg my in de bosschen dat was myn
geluk. Ik was gewend in bosschen te loopen
en kon dair nog doorkomeD, waar een ander
my niet zou kunnen volgen, en zoo bereikte
ik Londen, 's nachts wandelend en alleen van
bladen en braambessen levend. Het duurde een
maand vóór ik er was.
In Londen was ik vry wel veilig. Ik sloop
naar de dokken zoodra ik kon en kroop in het
ruim van een bark, die dienzelfden avond zou
vertrekken, zooals een jouwer my vertelde. Ik
bleef zoolang in hot ruim als ik kon, en toen
ik op het punt van stikken stond, begon ik
tegen het dek te hamoren. Ik bleef daarmee
ruim een uur bozig en toen deden zy het luik
open en haalden my op dek. Do kapitein
maakte nog de vriendelyke opmerking, dat hy
my daar kalm had laten stikken, wanneer
hy geweten had, dat ik het maar was; hy
had het luik open laten maken, omdat hy
meende, dat er vuur in de lading was.
Hy liet my nu twee dagen lang in do boeien
sluiten en stond my daarna toe te werken
voor den scheepskost, alhoewel hy my beloofde.
dat hy ten mynen behoeve de politiovlag zou.
hyschen in de eerste haven, die wy aandeden,
om duidelyk te maken, dat zyn schip geen
hospitaal was voor weggeloopen sjouwers.
Maar gelukkig kregen wy geen land in hot
zicht voordat wy te Melbourne kwamen; drie
maanden lang dus verdiende en at ik dien
scheepskost.
Zoodra wy te Sandridge (de havenplaats
van Melbourne) aan wal lageD, toen de schip
per bezig was zich aan land te bedrinken
en de wacht by den valreep als gewoonlijk
in slaap was gevallen, nam ik de gelegenheid
waar om het schip te verlaten zonder goeden
dag te zeggen, zelfs niet tegen den bootsman.
Toen ik aan de Koniogione-kade kwam,
kroeg ik wat werk: hiervoor kocht ik me een
ontbyt en besloot toen, daar maar voorloopig
to biyveD, want ik geloofde Diet, dat de baas
vaa de bark heel veel moeite zou doen om
een weggeloopen sjouwer weer op te pikken.
Hier ontmoette ik Dick. Wy waren boiden
bezig onder in htt rul n van een groote
Engelsch-lQdische stoomboot, die gelost werd;
toen de andere sjouwers zagen, dat Dick een
ni9uw merk was, maakten ze hem het werk
zoo moeilyk mogelyk. Hy was wel sterk,
maar aan dit ruwe werk Diet gewoon, zoo
dat ik hem hielp zooveel ik kon.
Toen de andero heeren dat merkten, maak
ten zy spektakel en lieten zo allerlei dingen
by ongeluk vallen om ons te treffen. Maar
Dick gaf er een een flink pak slaag on ik nanj
een ander onderhanden en toen was alles
weer in orde. (Wordt vervólgd.)