Ir 11786 A°. 1898 feze Qourant wordt dagelijks, met uitzonde wig van fon- en feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad. Leiden. 27 Juli. De Bruidsmarsch. Donderdag SS .1 ttli. LEIDSCH PRIJS DEZER COUBANT; Voor Leiden per 8 maandenf 1.10. nco per poet 1.40. onderlijke Nommers OM. PBJJS DHR AD VERTKNTIÊN *Van 1-6 regels f 1.06. lodere regel meer f 0.17 j. - Groctere letters naar plaatsruimte. Voor hst Inca&seereo buiten do stad wordt ƒ0.05 berekend pit noininer bestaat uit TWEE Bladen. Voor de akte Hoogduitsche taal (Lager lerw.) is tosgelaten do heer G. L. Hofsteenge, Leiden. eslaagd is voor het examen der hoofdakte er T. G. Breuring, eveneens van Leiden. Door het bestuur der Handelsbedienden- leniging „Kenois is Macht" is benoemd onderwijzer in het Fransch de heer H. T|Van Urk, onderwijzer aan de jongensschool 2de klasse alhier. - De heer H. C. Coebergh, alhier, hoopt Droderdag te herdenken, dat hij 25 jaar otjfefgebrokea de betrekking vervuld heeft van «Ssident der alhier gevestigde vereeniging tan de „St.-Yincentius a Paulo." j - Men schrijft uit Alfon aan den Ryn Zondag jl. beeft onzo zeer geachte en beminde Tyl-aar ds. K. W. Vethako in de voormiddag- Lffls:iünsto-;foning zijn afscheidsrede gehouden paar aanleiding der woorden in 2 Petr.8: 18. fnlai 121 vers 4 werd den scheidenden leeraar bt) hot eindigen door de Gemeente toegezongen, w. is reeds naar Leiden vertrokken. Bij prins Ario Mataram van Solo in het jk-Bottl te 's-GraveDhage had gisteravond I diner plaats, waaraan deelnamende secre- Hs-generaal van het departement van kolo nie, inr. A. E. Elias, jhr. J. D. Six, Raad adviseur, de heer J. H. Elias, referendaris, beiden aan het ministerie van koloniën; dr. de Roemer, lijfarts van den Soesoehoenan Soerakarta, en veel andere genoodigden, er wie eeoige dames. Na afloop van het diner, te 9 uren, ver- san bet gezelschap by hot concert in bet baus te Scheveningen. Ie Solosche prins was io groot uniform leed. Op de galerijen waren 2 loges voor den prins en zjjn genoodigden gereserveerd. 0e directeur-generaal van de Maatschappij bad ontviQg prins Ario Mataram en ge leidde hem naar de voor hem bestemde loge. Eet philharmoni8ch orkest hief bij de ver schoning van den prins bet „Wien Neerlandsch Bloao" aan, waarbij het publiek opstond. Het concert werd hierna voortgezet. - Ahmed Rocbid Bay, secretaris van de Turksche Legatie to 's-Gravenhage, is in het „Hotel Den Ouden Doelen" aangekomen. - By gelegenheid der inhuldigingsftesten jpdtn hier te lande verwacht Hr. Ms. gezan- tin: te Rome, mr. W. "Westenberg; te Berlijn, Van Tets; te Parijs, Ridder Da Stuers; drid, jhr. Van Weede; te Stockholm, baron Icke; te Londen, baron Van Goltstein. Gistermiddag passeerden onze kust, >eode uit westelyko richting Hr. Ms. pant- ichepea „Evertsen" en „Piet Hein". Voor Bdhreningen gekomen, keerden zij tsrug. Van ■I vuurtoren werd met de vlag gegroet. _Jist'.-ravond manoeuvreerden deze schepen ia den Nieuwen Waterweg met zoeklicht. io den Ni ij Aan de feestcommissies voor de viering van de Inhuldiging van H. M. Koningin Wil- helmina is door het bestuur voor het Neder- landsch Genootschap voor Munt- en Penning kunde, onder do kenspreuk „Concordia res parvao cresc-unt", te Amsterdam, oen rond schrijven gezondeD, waarin wordt medegedeeld: lo. dat het bestuur besloten heeft een uit voerige beschrijving uit to geven van alle gedenkpenningen, strooipenDingen, prijspen- ningen en draagpenningen, wolke, naar aan leiding van de feestelijke Inhuldiging van H. M. Koningin Wilhelmina, zullen verschijnen 2o. dat het de heeren Th. M. Roest, te Leidon, Joh. W. Stephanik, te Amsterdam, en W. K. F. Zwierzina, te Alfen (Z. H.), be last heeft met het bijeenzamelen dez?r ver schillende penningen en der voor de beschrij ving benoodigde gegevens. De ondervinding, dat het nageslacht dikwijls de beteekenis noch 't doel der penningen kan nagaan, indien het niet voorgelicht wordt door een beschrijving van de tydgenooten, en ook de overweging, dat vele stukken reeds spoedig verspreid of verloren zullen zijn, hebben het bestuur genoopt bovenstaande maatregelen te nemen. Het bestuur roept thans de medewerking in der feestcommissies, om eenige, de penningen betreffende vragen*, aan het rondschrijven toe gevoegd, te beantwoorden en daarna te zenden aan den heer Joh. W. Stephanik, Keizersgracht 414, te Amsterdam, onder bijvoeging van een exemplaar van ieder der metalen gedenk stukken, welke door de commissie zullen worden uitgegeven of gedragen. Kunnen geen stukken voor dit doel worden gegeven, dan zal men het bestuur verplichten de exemplaren voor eenige dagen ter bezich tiging en ter beschrijving te willen afstaan. Zeer gaarne zal het bestuur ook mede- deeling ontvangen (met bijvoeging van juist adres), indien een gemeentebestuur of buurt- commissiën of bijzondere vereenigingen, pen ningen doen slaan, of indien particulieren dergelijke stukken, op de Inhuldiging betrek king hebbende, vervaardigen en in den handel brengen. Gottfried Mann's „Kronlngsmarsch", door de meeste Nedorlandsche Harmonie-orkesten reeds gespoeld, zal in de zetting voor sym phonie orkest te Wiesbaden op het feestconcert ter gelegenheid van de inhuldiging van Koningin Wilhelmina worden uitgevoerd. Ds. J. L. Fortuyn Drooglever, predikant der Herv. Gemeente te Naarden, zal, naar gemeld wordt, na ruim 30-jarige bediening, mot 1 October e. k. zijn ambt nederleggen. De minister van buitenlandsche zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat het 8 September 1896 te 's-Qravenhage met Japan gesloten verdrag van handel en scheep vaart 17 Juli 1899 in werking zal treden. In verband met de aanneming der wet op den persooniykeo dienstplicht, is deafdeeling Haarlem van den Anti-Dienstvervangingsbond opgeheven. De heeren E, D. Van Dissel, uit Stra tum, en J. H. Jager Gerlings, uit Haarlem, beiden stud, forest, te München, hebben exa men afgelegd in boscbexploitatieleer en bosch- in8ecteDkunde. Gisteren was den heer H. W. Mouiyn, hoofdinspecteur der recherche te Rotterdam, die met Augustus den politiedienst verlaat, een Verrassing bereid. Voor zoover de dienst het toeliet, werd hy gistermorgen door alle superieuren der politie ontvangen en werd hem onder betuiging van leedwezen over zyn aanstaand vertrek by monde van den pas benoemden hoofdinspecteur, den heer J. C. Theyssen, als souvenir aangeboden een fraaie eikenhouten scbryftafel met stoel. De heer Mouiyn was door dit bewys van vriendschap ten zeerste verrast en bedankte in barteiyke woorden, zich by voortduring in aller vriendschap aanbevelende. Gistermorgen werd aan dr. Vlaanderen, te .Apeldoorn, ty zyn gouden feest rteds zeer vroeg een aubade gebracht door de muziek vereniging „De Harmonie". Te negen uren werd den geachten geneesheer in het „Hotel v. d. Burg" namens patiënten en oud-patiënten hulde gebracht door oen commissie, die zich reeds vroeger had ge vormd. Dr. Hattink voerde namens die com missie het woord en wenschte den dokter van harte geluk op zyn gouden ambtsfoest, hem als biyk van hoogachting aanbiedend een schildery van W. Bilders, een Geldersch landschap voorstellende. Onder de talryke telegrammen, die de jubi laris ontving, bevond er zich een van HH. MM. de Koninginnen. Do voorbereiding tot de feesteiykheden by de a. s. komst van H. M. de Koningin, na Hare kroning, te Apeldoorn, is in vollen gang. De Apeld. Ct." deelt mede, dat reeds talryke corporation toezegging gedaan hebben, om detl te nemen aan den te houden optocht. Ook voor de versiering van het Loo en de Paleislaan, by don Intocht va_n H.M. de Koningin zfjn de plannen gereed. Biykens by het departement van marine ontvangen bericht is Hr. Ms. korvet „Somtnels- dyk", onder bevel v»n den kapitein-luitenant ter zee J. B. Snethlage, 25 dezer to Curasao aangekomen en Hr. Ms. instructiiscbip „Nau tilus", onder bevel van den kapitein-luitenant ter zee J. P. Van Rossum, 25 dezer te Ponta- Delguda. De kapitein J. D. Wagner, van het corps rydende artillerie te Arnhem, geletacheerd by het 1ste reg. vesting art. te Utrecht, wordt gedurende de a. s. groote revue voor de Koningin op de Renkumer beide tydelyk ontheven van zyn detacheering, ten einde tydens de revue het bovel te voeren over de battery, waarover hy het commando heeft. De Beriynsche „Lokal-Anzeiger" meldt, dat mej. dr. Katbarina van Tusschenbroek tot professor in de gynaecologie aan de univer siteit te Utre ht is benoemd. Van een dergelyke benoeming is tot nu toe bier te lande niets bekend. Het stoomschip „Ajax", arriveerdo 26 Juli van Java te Amsterdam; de „Gedé," van Batavia naar Rotterdam, arriveerde 26 Juli te Suez; de „Maasdam," van Nieuw-York naar Rotterdam, vertrok 26 Juli van Boulogne- sur-Mer; de „Merapi," arriveerde 26 Juli van Rotterdam te Batavia; de „Prinses Amalia," van Amsterdam naar Batavia, vertrok 26 Juli van Southampton; de „Smeroe," van Batavia naar Rotterdam, passeerde 24 Juli Sagres; do „Burgemeester Den Tex," van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 26 Juli to Port-Said. Aalsmeer. Mej. A. Van der Meulen, alhier, komt voor op do voordracht voor onderwyzeres te Jubbega Schurega (Friesland). Katwyk-Binnen. Door ds. G. Wielenga, alhier, is bedankt voor het beroep by de Chr.- Ger«f. Gemeente te Sneek. Noordwyk. Gisteren was het de Amster- damsche processie, die haar jaariyksche bede vaart naar bet gebeente van St.-Jeroen kwam houden. Georganiseerd door de Zouaven- Broederschap „FiJei et Virtuti", onder leiding van haar directeur, pastoor L. Jansen, van de „Posthoorn", kwamen de pelgrims, ten getale van 550, uit Amsterdam, Weesp en omliggende plaatsen, waarby zich nog een honderdtal uit deze omgeving hadden aangesloten, omstreeks negeD uren te Piet-Gyzenbrug aan, van waar men te voet, per as of per stoomboot ongeveer tien uren Noordwyk bereikte. De gewone plechtigheden in kerk en tuin en op het Maitelveld werden geleid door de zeereerw. heeren Jansen, A. Waare, pastoor te Weesp, en C. Floor, kapelaan van het Begynhof. Omstreeks zes uren verlrokken de pelgrims weer naar hun woonplaatsen. Zooals onze lezers uit het raadsverslag kunnen lezen, was do vergadering van den gemeenteraad ondanks haar kortheid een zeer telangryke. Door B. en Ws. werd nl. het voorstel gedaan de gebouwen der gasfabriek van het eene, in Maart 11 afgebrand, staat nog de ruïne voor een som van zevenduizend gulden aan te koopen. Daar in vorige geheime zittingen deze zaak wel van alle kanten be keken zal zyn geworden, werd bet voorstel zonder ciscussie en met algemeene stemmen aan.enomen. Zie verder het bedoelde raads verslag. Roelol'-Arendsveon. Gisteravond omstreeks zeven uren is de timmermansknecht B. Van Wieringen, van Oude Wetering, per fiets uit de Veen komenae, en in het Noorden juist dien bo k omkomende, in alle vaart tegen C. Oudshoorn, manufacturier van Ryp-Wete- ring, en die van de Oude-Wetering aan kwam fietsen, gtroden, met het noodlottig gevolg, dat laatstgenoemde, achteroverslaande, een bloedende wond aan het hoofd bekwam. Door eenige daar wonende lieden werd hy in de herberg van den beer Marinkelle gedragen en daar wist men den patiënt weder zoo goed op te kDappen, dat by weder zyn weg kon vervolgen. Een poosje na het fiets-ongeval viel het 6 jarig zoontje van den heer N. Rodewyk van de brug aan den Noordhoek te water. De vader sprong het gekleed na en mocht het geluk smaken zyn kind behouden op het droge te brengen Uit de „Staatscourant." Kon. besluiten. Aan iur. J. S. baron Van Harinxma tboe Slooten, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit zfjn betrekking van reebter- plaatsvervanger in de arr.-recktbank te Leeuwarden, ond«r dankbetuiging voor de in die betrekking bewezen diensten. Met ingang van 1 Augustus a. s. de kapitein ter zee L. C. Rovers eervol ontheven van de be trekking van lid der directie van het weduwen- en weezenfonds der militaire officieren bij de zeemacht, onder dankbetuiging voor de als zoo danig door hem bewezen diensten; en benoemd tot lid der directie van genoemd fouds de kapitein ter zee W. F. Blaauw, inspecteur van de artillerie der marine. Aan deD tudelijk gep. officier van gez. Isle klasse bij de zeemacht C. J. P. Verhoeff opnieuw toegekend bet bem bij Kon. besluit van 23 Mei 1893 verleende ponsioen van ƒ950 'sjaars, thaus voor den tijd van één jaar, ingaande 16 Juni 1898. Examen landmeter. De minister van binnenlandsche zaken brengt in da ,Sts.-Ct." ter keDnis van hen, die het examen van geëxamineerd en beëedigd landmeter weDSchen af te leggen, dat zij zich daartoe vóór 25 Augustus a. s. schriftelijk bij het departement van binnen landsche zaken moeten aanmelden. Zij, die in bet bezit zijn van de getuigschriften of diploma's, bedoeld in art. 4 van bet Koninkl. besluit van 28 Juli 1865 (Stsbl. No. 87). zooals het is gewijzigd by dat van 30 Juni 1882 ibtsbl. No. 78), behooren die stukken bij hun verzoek schrift om toelating over te leggen Veeartsen, die in aanmerking wenschen to komen voor een benoeming tot assistent aan '8 Rijks veeartsenijschool te Utrecht, voor bet tijdvak van 1 Oct 1898 tot en met 30 Sept. 1899, op een bezoldiging van ƒ1000 'sjaars, geheven daarvan vóór 1 Sept. a. s met opgave vau leeftijd en met overlegging van hun diploma van veearts, schriftelijk te doen blijken in een aan den Minister van Binnenlandsche Zaken gericht en bij den directeur van voormelde inrichting portvrij in to zenden gezegeld verzoekschrift. Gemeenteraad vau Aoordwyk. Zitting tan Dinsdagavond. VoorzitterJhr. Mr. J. H. J. Quarles van Ufforo, burgemeester. Tegenwoordig alle leden. Na lezing en goedkeuring der notulen wor den een tweetal missives van Ged. Staten voorgelezen (één daarvan ter begeleiding van een Koninkiyk Besluit), houdende goedkeuring van twee vorige raadsbesluiten, o. a. de ver mindering (tot 1 Mei 1901) van bet maximum aantal vergunningen tot achttien. Verder een proces-verbaal van opname, enz. der gemeentekas. Al deze stukken worden voor notificatie aangenomen. Aan de orde is thans het voorstel van B. en Ws. tot aankoop van de gasfabriek. Na bespreking met den eigenaar-concessionaris Mr. Kruymel kan bet Dag. Bestuur den Raad voorstellen, alle gebouwen de grond is eigen dom van den heer Van Stirum benevens machinerieën en twee pypleidingtn aan te koopen voor een som van zeven duizend gulden. Hiermede vervallen dan alle onder- handsche contracten en verordeningen, ook de concessie, die van 1 Augustus 1895 tot 1 Augustus 1915 loopt. Van de aangeboden gelegenheid tot discussie maakt geen der leden gebruik, waarna het voorstel met algemeene stemmen wordt aan genomen. Hierop wordt zonder discussie of hoofdelyke 6temmiDg goedgevonden een bedrag van ƒ7000 nominaal op bet Grootboek te dien bèhoeve te verkoopen. 10) Mild; |Hebt Irid. euilleton, ft) vandaag niets gegeten?" vroeg ,NeeD," antwoordde Beret, terwyi z(j onop- jböudelyk door bleef eten. I een oogenblik vroeg Mildrid weer: „Zyt fiDiet met de herders meegegaan?" ■Neen," antwoordden de beide herders en li) te gel\jk. Jrïn het byzyn dezer menschen wilde Mildrid Biet verder vragen, en later lieten haar eigen JJrpelnzingen niet toe, op haar zuster te Mjten; ook voelde zy op dit oogenblik zich daartoe niet waardig. Dit vermeerderde nog het aantal verwyten, waarmede zy haar ziel ■jrlaadde, toen zy 's avonds en 's nachts op haar plaats voor de hut zat. Geen gevoel van ®de, geen trek tot slapen op den schooDen alond noch in den ysgrauwen nacht. Het armo kind had zich nog nooit in zulke Pplyke omstandigheden bevonden. Zy bad Ijndaehtig! Nu hield zy eens op, dan begon zjj weer; nu prevelde zy gebeden, die zy van ibliten kende, dan weer waren het haar eigen TOorden, en doodmoede wierp ze zich eindeiyk o| haar legerstede. Daar poogde zy haar hart ■I doen zwygon, maar zy had de kracht er Biet toe, en kan slechts zeggenfO, goede |wod, help my tochl" En dat herhaalde zy BB eens zacht, dan weer luid, want zy streed in zichzelve den zwaren stryd, of zy van hem zou afzien, of niet. Opeens werd ze zoo hevig verschrikt, dat zy een luiden kreet uitte, want Beret had zich plotseling opgericht en boog zich over haar henen. „Wie is het?" fluisterde zy; haar groote oogen schoten vuur en haar gloeiende wangen en de snello ademhaling bewozoD, dat ook zy zeer opgewonden was. Mildrid, die door haar zelfpyniging verstompt en naar lichaam en geest doodmoede was, kon niet antwoorden; zy was hevig geschrikt en op het punt in tranen uit te barsten. „Wie is het?" dreigde de andere, terwyi zy haar gezicht nog meer naderde; „bet helpt u niets, alles nog langer te willen verbergen; ik heb u beiden vandaag den geheelen tyd gadegeslagen 1" Mildrid hield als ter verdediging de armen omhoog, maar Beret vatte ze en boog zich nog meer naar haar. „Wie is het, zeg ik 1" Zy zag haar recht in de oogen. „Beret, Beretl" klaagde de andere, „ben ik niet altyd goed voor u geweest, sedert uw vroegste jeugd? Waarom zyt gy nu boos op my, nu ik in nood ben?" Beret liet de armen los, want haar zuster weende. Maar de tong brandde haar, en haar borst zwoegde, alsof ze stikken moest; zy fluisterde: „Is het Hans Haugen?" Een ademlooze stilte ontstond. „Ja," fluisterde haar zuster eindeiyk snik kende. Nu boog Beret haar armen nog eens neer, om haar in de oogen te zien „Mildrid, waarom hebt ge my dat niet gezegd?" vroeg zy hartstochtoiyk. „Lieve Beret, ik wist het zolf niet eeos," antwoordde de andere, „vóór gisteren had ik hem nog nooit gezien. Ea van het oogenblik af, dat ik hem zag, gaf ik my aan hem over; juist dat is het, dat my zoo pynigt; o, ik wenschte te sterven I" „Zaagt gy hem gisteren voor het eerst?" riep Beret ten hoogste verrast en vol twyfel uit. „Nooit te voren had ik hem gezien," ant woordde Mildrid op vasten toon. „Kunt ge u zulk een schande denken, Beret l" Beret echter omhelsde haar teeder en over laadde haar met liefkoozingen. „Lieve Mildrid, het is hoorlyk, overheeriykl" fluisterde zy en haar oogen schitterden van vreugde; „o, het is hemelschl" herhaalde zy en kuste haar, „ik kan zwygen, Mildrid 1" Zy drukte haar aan haar borst en richtte zich weer op; „maar dacht gy, dat ik niet zwygen kon?" zeide zy, en haar stem beefde van aandoening. „Ik niet zwygen, als uw geluk op het spel staat, Mildrid I" Zy weende. „Waarom hebt gy my in den laatsten tyd verstooten; waarom naamt gy Inga in myn plaats? O, wat heeft my dat een verdriet veroorzaakt; ge weet niet, Mildrid, hoeveel ik van u houd En zy verborg haar gezicht aan den boezem der zuster. Deze beantwoordde nu haar lief koozingen en verzekerde, dat zy daarover vroeger nooit had nagedacht, dat zy zich niet meer van haar zou scheiden, maar haar alles toevertrouwen, omdat zy zoo lief en oprecht was en zy streelde haar de wang, terwyi de andere aezo liefkoozing mot geiyko teeder- heid herhaalde. Beret richtte zich weer op; zy wilde de oogen harer zuster zien by het weinige licht, dat zich in den koelen zomernacht reeds aan de oosterkim begon te vertoonen. „Mildrid, wat ia hy schoon 1" was haar eerste, opgewonden uitroep; „hoe kwam hy, hoe zaagt gy hem voor het eerst? Wat zeide hy? Hoe ging het wel toe?" En wat Mildrid voor eenige uren aan niemand meende to kunnen vertellen, dat vertelde zy nu aan haar zuster; zy moest slechts nu en dan een oogenblik ophouden, als Beret haar weer omhelsde en harteiyk kuste; maar daardoor werd de lust tot vertellen voor Mildrid tot een innig genot; het was haar, alsof ze een soort van lied voordroeg, te midden derheer- ïyke natuur gedicht, en zy lachten en schreiden, en hadden den slaap geheel ver geten; zoo vond de zon haar, de een in liggende houding op haar ellebogen steunende, in verrukking over haar eigen avontuur, de andere voor haar op de knieëD, met open mond en betraande oogen luisterende, terwyi zy tusschenbeide elkaar omhelsden in de volheid harer vreugde. Zy stonden op, deden samen het werk en toon zy daarmee klaar gekomen waren en voor den schyn iets gegeten hadden, kleedden zy zich beiden aan voor de te verwachten ontmoeting van dozen dag. Hy zou toch wel spoedig komen I Beiden gingen in haar Zondagsche kleeren by den rotswand zitten en Beret wees haar, waarzy den dig te voren hen beluisterd had. De hond was telkens by haar gekomen. De vertelling der eene zuster wisselde af met dio dor andere, het weer was ook heden goed en slechts weinige wolken vertoonden zich aan den homel. Zy hadden al gepraat tot over don tyd, waarop zy Hans verwachtten; maar zy bleven aan het vertellen en vergaten het, elkaar aan den tyd te herinneren en Beret sprong een paar maal omhoog naar do rots om uit te zien; van hem was echter niets te hooren of te zien. Ze werden ODgeduldig; Mildrids ongeduld werd opeens zoo sterk, dat Beret er van schrikte. Zy maakte haar duidelyk, dat hy immers zyn eigen baas niet was; twee dagen had de Duitscher alleen moeten visschen, jagen en zyn maal bereiden; dat zou den derden dag wel zoo goed niet gaan on Mildrid moest haar daarin geiyk geven. „Wat denkt ge, dat vader en moeder wol van dat alles zullen zeggen?" vroeg Beret, om aan haar gedachten eon andere richting te geven; ze had echter spoedig berouw over dit gezegde. Mildrid verbleekte en staarde Baret strak aan; Beret staarde haar weder aan. Had Mildrid dan nooit te voren daaraan gedacht? Jawel, maar zooals men denkt aan iets, dat nog heel in de verte ligt. De vrees, dat Hans Haugen oen verkeerd denkbeeld van haar mocht koesteren, de schaamte over haar eigen domheid en zwakheid hadden haar gedachten zoodanig in beslag genomen, dafc zy al het andere ter zyde geschoven had. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 5