Ir
11786
A°. 1898
feze Qourant wordt dagelijks, met uitzonde wig
van fon- en feestdagen, uitgegeven.
Tweede Blad.
Leiden. 27 Juli.
De Bruidsmarsch.
Donderdag SS .1 ttli.
LEIDSCH
PRIJS DEZER COUBANT;
Voor Leiden per 8 maandenf 1.10.
nco per poet 1.40.
onderlijke Nommers OM.
PBJJS DHR AD VERTKNTIÊN
*Van 1-6 regels f 1.06. lodere regel meer f 0.17 j. - Groctere
letters naar plaatsruimte. Voor hst Inca&seereo buiten do stad
wordt ƒ0.05 berekend
pit noininer bestaat uit TWEE
Bladen.
Voor de akte Hoogduitsche taal (Lager
lerw.) is tosgelaten do heer G. L. Hofsteenge,
Leiden.
eslaagd is voor het examen der hoofdakte
er T. G. Breuring, eveneens van Leiden.
Door het bestuur der Handelsbedienden-
leniging „Kenois is Macht" is benoemd
onderwijzer in het Fransch de heer H.
T|Van Urk, onderwijzer aan de jongensschool
2de klasse alhier.
- De heer H. C. Coebergh, alhier, hoopt
Droderdag te herdenken, dat hij 25 jaar
otjfefgebrokea de betrekking vervuld heeft van
«Ssident der alhier gevestigde vereeniging
tan de „St.-Yincentius a Paulo."
j - Men schrijft uit Alfon aan den Ryn
Zondag jl. beeft onzo zeer geachte en beminde
Tyl-aar ds. K. W. Vethako in de voormiddag-
Lffls:iünsto-;foning zijn afscheidsrede gehouden
paar aanleiding der woorden in 2 Petr.8: 18.
fnlai 121 vers 4 werd den scheidenden leeraar
bt) hot eindigen door de Gemeente toegezongen,
w. is reeds naar Leiden vertrokken.
Bij prins Ario Mataram van Solo in het
jk-Bottl te 's-GraveDhage had gisteravond
I diner plaats, waaraan deelnamende secre-
Hs-generaal van het departement van kolo
nie, inr. A. E. Elias, jhr. J. D. Six, Raad
adviseur, de heer J. H. Elias, referendaris,
beiden aan het ministerie van koloniën; dr.
de Roemer, lijfarts van den Soesoehoenan
Soerakarta, en veel andere genoodigden,
er wie eeoige dames.
Na afloop van het diner, te 9 uren, ver-
san bet gezelschap by hot concert in bet
baus te Scheveningen.
Ie Solosche prins was io groot uniform
leed. Op de galerijen waren 2 loges voor
den prins en zjjn genoodigden gereserveerd.
0e directeur-generaal van de Maatschappij
bad ontviQg prins Ario Mataram en ge
leidde hem naar de voor hem bestemde loge.
Eet philharmoni8ch orkest hief bij de ver
schoning van den prins bet „Wien Neerlandsch
Bloao" aan, waarbij het publiek opstond. Het
concert werd hierna voortgezet.
- Ahmed Rocbid Bay, secretaris van de
Turksche Legatie to 's-Gravenhage, is in het
„Hotel Den Ouden Doelen" aangekomen.
- By gelegenheid der inhuldigingsftesten
jpdtn hier te lande verwacht Hr. Ms. gezan-
tin: te Rome, mr. W. "Westenberg; te Berlijn,
Van Tets; te Parijs, Ridder Da Stuers;
drid, jhr. Van Weede; te Stockholm, baron
Icke; te Londen, baron Van Goltstein.
Gistermiddag passeerden onze kust,
>eode uit westelyko richting Hr. Ms. pant-
ichepea „Evertsen" en „Piet Hein". Voor
Bdhreningen gekomen, keerden zij tsrug. Van
■I vuurtoren werd met de vlag gegroet.
_Jist'.-ravond manoeuvreerden deze schepen
ia den Nieuwen Waterweg met zoeklicht.
io den Ni
ij
Aan de feestcommissies voor de viering
van de Inhuldiging van H. M. Koningin Wil-
helmina is door het bestuur voor het Neder-
landsch Genootschap voor Munt- en Penning
kunde, onder do kenspreuk „Concordia res
parvao cresc-unt", te Amsterdam, oen rond
schrijven gezondeD, waarin wordt medegedeeld:
lo. dat het bestuur besloten heeft een uit
voerige beschrijving uit to geven van alle
gedenkpenningen, strooipenDingen, prijspen-
ningen en draagpenningen, wolke, naar aan
leiding van de feestelijke Inhuldiging van H. M.
Koningin Wilhelmina, zullen verschijnen
2o. dat het de heeren Th. M. Roest, te
Leidon, Joh. W. Stephanik, te Amsterdam,
en W. K. F. Zwierzina, te Alfen (Z. H.), be
last heeft met het bijeenzamelen dez?r ver
schillende penningen en der voor de beschrij
ving benoodigde gegevens.
De ondervinding, dat het nageslacht dikwijls
de beteekenis noch 't doel der penningen kan
nagaan, indien het niet voorgelicht wordt door
een beschrijving van de tydgenooten, en ook
de overweging, dat vele stukken reeds spoedig
verspreid of verloren zullen zijn, hebben het
bestuur genoopt bovenstaande maatregelen te
nemen.
Het bestuur roept thans de medewerking in
der feestcommissies, om eenige, de penningen
betreffende vragen*, aan het rondschrijven toe
gevoegd, te beantwoorden en daarna te zenden
aan den heer Joh. W. Stephanik, Keizersgracht
414, te Amsterdam, onder bijvoeging van een
exemplaar van ieder der metalen gedenk
stukken, welke door de commissie zullen
worden uitgegeven of gedragen.
Kunnen geen stukken voor dit doel worden
gegeven, dan zal men het bestuur verplichten
de exemplaren voor eenige dagen ter bezich
tiging en ter beschrijving te willen afstaan.
Zeer gaarne zal het bestuur ook mede-
deeling ontvangen (met bijvoeging van juist
adres), indien een gemeentebestuur of buurt-
commissiën of bijzondere vereenigingen, pen
ningen doen slaan, of indien particulieren
dergelijke stukken, op de Inhuldiging betrek
king hebbende, vervaardigen en in den handel
brengen.
Gottfried Mann's „Kronlngsmarsch", door
de meeste Nedorlandsche Harmonie-orkesten
reeds gespoeld, zal in de zetting voor sym
phonie orkest te Wiesbaden op het feestconcert
ter gelegenheid van de inhuldiging van Koningin
Wilhelmina worden uitgevoerd.
Ds. J. L. Fortuyn Drooglever, predikant
der Herv. Gemeente te Naarden, zal, naar
gemeld wordt, na ruim 30-jarige bediening,
mot 1 October e. k. zijn ambt nederleggen.
De minister van buitenlandsche zaken
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat
het 8 September 1896 te 's-Qravenhage met
Japan gesloten verdrag van handel en scheep
vaart 17 Juli 1899 in werking zal treden.
In verband met de aanneming der wet op
den persooniykeo dienstplicht, is deafdeeling
Haarlem van den Anti-Dienstvervangingsbond
opgeheven.
De heeren E, D. Van Dissel, uit Stra
tum, en J. H. Jager Gerlings, uit Haarlem,
beiden stud, forest, te München, hebben exa
men afgelegd in boscbexploitatieleer en bosch-
in8ecteDkunde.
Gisteren was den heer H. W. Mouiyn,
hoofdinspecteur der recherche te Rotterdam,
die met Augustus den politiedienst verlaat,
een Verrassing bereid. Voor zoover de dienst
het toeliet, werd hy gistermorgen door alle
superieuren der politie ontvangen en werd
hem onder betuiging van leedwezen over zyn
aanstaand vertrek by monde van den pas
benoemden hoofdinspecteur, den heer J. C.
Theyssen, als souvenir aangeboden een fraaie
eikenhouten scbryftafel met stoel.
De heer Mouiyn was door dit bewys van
vriendschap ten zeerste verrast en bedankte
in barteiyke woorden, zich by voortduring in
aller vriendschap aanbevelende.
Gistermorgen werd aan dr. Vlaanderen,
te .Apeldoorn, ty zyn gouden feest rteds zeer
vroeg een aubade gebracht door de muziek
vereniging „De Harmonie".
Te negen uren werd den geachten geneesheer
in het „Hotel v. d. Burg" namens patiënten
en oud-patiënten hulde gebracht door oen
commissie, die zich reeds vroeger had ge
vormd. Dr. Hattink voerde namens die com
missie het woord en wenschte den dokter
van harte geluk op zyn gouden ambtsfoest,
hem als biyk van hoogachting aanbiedend
een schildery van W. Bilders, een Geldersch
landschap voorstellende.
Onder de talryke telegrammen, die de jubi
laris ontving, bevond er zich een van HH. MM.
de Koninginnen.
Do voorbereiding tot de feesteiykheden
by de a. s. komst van H. M. de Koningin, na
Hare kroning, te Apeldoorn, is in vollen gang.
De Apeld. Ct." deelt mede, dat reeds talryke
corporation toezegging gedaan hebben, om
detl te nemen aan den te houden optocht.
Ook voor de versiering van het Loo en de
Paleislaan, by don Intocht va_n H.M. de Koningin
zfjn de plannen gereed.
Biykens by het departement van marine
ontvangen bericht is Hr. Ms. korvet „Somtnels-
dyk", onder bevel v»n den kapitein-luitenant
ter zee J. B. Snethlage, 25 dezer to Curasao
aangekomen en Hr. Ms. instructiiscbip „Nau
tilus", onder bevel van den kapitein-luitenant
ter zee J. P. Van Rossum, 25 dezer te Ponta-
Delguda.
De kapitein J. D. Wagner, van het corps
rydende artillerie te Arnhem, geletacheerd
by het 1ste reg. vesting art. te Utrecht, wordt
gedurende de a. s. groote revue voor de
Koningin op de Renkumer beide tydelyk
ontheven van zyn detacheering, ten einde
tydens de revue het bovel te voeren over de
battery, waarover hy het commando heeft.
De Beriynsche „Lokal-Anzeiger" meldt,
dat mej. dr. Katbarina van Tusschenbroek
tot professor in de gynaecologie aan de univer
siteit te Utre ht is benoemd.
Van een dergelyke benoeming is tot nu toe
bier te lande niets bekend.
Het stoomschip „Ajax", arriveerdo 26
Juli van Java te Amsterdam; de „Gedé,"
van Batavia naar Rotterdam, arriveerde 26
Juli te Suez; de „Maasdam," van Nieuw-York
naar Rotterdam, vertrok 26 Juli van Boulogne-
sur-Mer; de „Merapi," arriveerde 26 Juli van
Rotterdam te Batavia; de „Prinses Amalia,"
van Amsterdam naar Batavia, vertrok 26 Juli
van Southampton; de „Smeroe," van Batavia
naar Rotterdam, passeerde 24 Juli Sagres;
do „Burgemeester Den Tex," van Amsterdam
naar Batavia, arriveerde 26 Juli to Port-Said.
Aalsmeer. Mej. A. Van der Meulen, alhier,
komt voor op do voordracht voor onderwyzeres
te Jubbega Schurega (Friesland).
Katwyk-Binnen. Door ds. G. Wielenga,
alhier, is bedankt voor het beroep by de Chr.-
Ger«f. Gemeente te Sneek.
Noordwyk. Gisteren was het de Amster-
damsche processie, die haar jaariyksche bede
vaart naar bet gebeente van St.-Jeroen kwam
houden. Georganiseerd door de Zouaven-
Broederschap „FiJei et Virtuti", onder leiding
van haar directeur, pastoor L. Jansen, van de
„Posthoorn", kwamen de pelgrims, ten getale
van 550, uit Amsterdam, Weesp en omliggende
plaatsen, waarby zich nog een honderdtal uit
deze omgeving hadden aangesloten, omstreeks
negeD uren te Piet-Gyzenbrug aan, van waar
men te voet, per as of per stoomboot ongeveer
tien uren Noordwyk bereikte. De gewone
plechtigheden in kerk en tuin en op het
Maitelveld werden geleid door de zeereerw.
heeren Jansen, A. Waare, pastoor te Weesp,
en C. Floor, kapelaan van het Begynhof.
Omstreeks zes uren verlrokken de pelgrims
weer naar hun woonplaatsen.
Zooals onze lezers uit het raadsverslag
kunnen lezen, was do vergadering van den
gemeenteraad ondanks haar kortheid een zeer
telangryke. Door B. en Ws. werd nl. het
voorstel gedaan de gebouwen der gasfabriek
van het eene, in Maart 11 afgebrand, staat
nog de ruïne voor een som van zevenduizend
gulden aan te koopen. Daar in vorige geheime
zittingen deze zaak wel van alle kanten be
keken zal zyn geworden, werd bet voorstel
zonder ciscussie en met algemeene stemmen
aan.enomen. Zie verder het bedoelde raads
verslag.
Roelol'-Arendsveon. Gisteravond omstreeks
zeven uren is de timmermansknecht B. Van
Wieringen, van Oude Wetering, per fiets uit
de Veen komenae, en in het Noorden juist
dien bo k omkomende, in alle vaart tegen
C. Oudshoorn, manufacturier van Ryp-Wete-
ring, en die van de Oude-Wetering aan kwam
fietsen, gtroden, met het noodlottig gevolg,
dat laatstgenoemde, achteroverslaande, een
bloedende wond aan het hoofd bekwam. Door
eenige daar wonende lieden werd hy in de
herberg van den beer Marinkelle gedragen en
daar wist men den patiënt weder zoo goed
op te kDappen, dat by weder zyn weg kon
vervolgen.
Een poosje na het fiets-ongeval viel het
6 jarig zoontje van den heer N. Rodewyk
van de brug aan den Noordhoek te water.
De vader sprong het gekleed na en mocht
het geluk smaken zyn kind behouden op het
droge te brengen
Uit de „Staatscourant."
Kon. besluiten. Aan iur. J. S. baron Van
Harinxma tboe Slooten, op zijn verzoek, eervol
ontslag verleend uit zfjn betrekking van reebter-
plaatsvervanger in de arr.-recktbank te Leeuwarden,
ond«r dankbetuiging voor de in die betrekking
bewezen diensten.
Met ingang van 1 Augustus a. s. de kapitein
ter zee L. C. Rovers eervol ontheven van de be
trekking van lid der directie van het weduwen-
en weezenfonds der militaire officieren bij de
zeemacht, onder dankbetuiging voor de als zoo
danig door hem bewezen diensten; en benoemd
tot lid der directie van genoemd fouds de kapitein
ter zee W. F. Blaauw, inspecteur van de artillerie
der marine.
Aan deD tudelijk gep. officier van gez. Isle
klasse bij de zeemacht C. J. P. Verhoeff opnieuw
toegekend bet bem bij Kon. besluit van 23 Mei
1893 verleende ponsioen van ƒ950 'sjaars, thaus
voor den tijd van één jaar, ingaande 16 Juni 1898.
Examen landmeter.
De minister van binnenlandsche zaken brengt
in da ,Sts.-Ct." ter keDnis van hen, die het examen
van geëxamineerd en beëedigd landmeter weDSchen
af te leggen, dat zij zich daartoe vóór 25 Augustus
a. s. schriftelijk bij het departement van binnen
landsche zaken moeten aanmelden.
Zij, die in bet bezit zijn van de getuigschriften
of diploma's, bedoeld in art. 4 van bet Koninkl.
besluit van 28 Juli 1865 (Stsbl. No. 87). zooals
het is gewijzigd by dat van 30 Juni 1882 ibtsbl.
No. 78), behooren die stukken bij hun verzoek
schrift om toelating over te leggen
Veeartsen, die in aanmerking wenschen to
komen voor een benoeming tot assistent aan
'8 Rijks veeartsenijschool te Utrecht, voor bet
tijdvak van 1 Oct 1898 tot en met 30 Sept. 1899,
op een bezoldiging van ƒ1000 'sjaars, geheven
daarvan vóór 1 Sept. a. s met opgave vau leeftijd
en met overlegging van hun diploma van veearts,
schriftelijk te doen blijken in een aan den Minister
van Binnenlandsche Zaken gericht en bij den
directeur van voormelde inrichting portvrij in to
zenden gezegeld verzoekschrift.
Gemeenteraad vau Aoordwyk.
Zitting tan Dinsdagavond.
VoorzitterJhr. Mr. J. H. J. Quarles van
Ufforo, burgemeester.
Tegenwoordig alle leden.
Na lezing en goedkeuring der notulen wor
den een tweetal missives van Ged. Staten
voorgelezen (één daarvan ter begeleiding van
een Koninkiyk Besluit), houdende goedkeuring
van twee vorige raadsbesluiten, o. a. de ver
mindering (tot 1 Mei 1901) van bet maximum
aantal vergunningen tot achttien.
Verder een proces-verbaal van opname, enz.
der gemeentekas.
Al deze stukken worden voor notificatie
aangenomen.
Aan de orde is thans het voorstel van B.
en Ws. tot aankoop van de gasfabriek. Na
bespreking met den eigenaar-concessionaris
Mr. Kruymel kan bet Dag. Bestuur den Raad
voorstellen, alle gebouwen de grond is eigen
dom van den heer Van Stirum benevens
machinerieën en twee pypleidingtn aan te
koopen voor een som van zeven duizend
gulden. Hiermede vervallen dan alle onder-
handsche contracten en verordeningen, ook
de concessie, die van 1 Augustus 1895 tot
1 Augustus 1915 loopt.
Van de aangeboden gelegenheid tot discussie
maakt geen der leden gebruik, waarna het
voorstel met algemeene stemmen wordt aan
genomen.
Hierop wordt zonder discussie of hoofdelyke
6temmiDg goedgevonden een bedrag van ƒ7000
nominaal op bet Grootboek te dien bèhoeve
te verkoopen.
10)
Mild;
|Hebt
Irid.
euilleton,
ft) vandaag niets gegeten?" vroeg
,NeeD," antwoordde Beret, terwyi z(j onop-
jböudelyk door bleef eten.
I een oogenblik vroeg Mildrid weer: „Zyt
fiDiet met de herders meegegaan?"
■Neen," antwoordden de beide herders en
li) te gel\jk.
Jrïn het byzyn dezer menschen wilde Mildrid
Biet verder vragen, en later lieten haar eigen
JJrpelnzingen niet toe, op haar zuster te
Mjten; ook voelde zy op dit oogenblik zich
daartoe niet waardig. Dit vermeerderde nog
het aantal verwyten, waarmede zy haar ziel
■jrlaadde, toen zy 's avonds en 's nachts op
haar plaats voor de hut zat. Geen gevoel van
®de, geen trek tot slapen op den schooDen
alond noch in den ysgrauwen nacht. Het
armo kind had zich nog nooit in zulke
Pplyke omstandigheden bevonden. Zy bad
Ijndaehtig! Nu hield zy eens op, dan begon
zjj weer; nu prevelde zy gebeden, die zy van
ibliten kende, dan weer waren het haar eigen
TOorden, en doodmoede wierp ze zich eindeiyk
o| haar legerstede. Daar poogde zy haar hart
■I doen zwygon, maar zy had de kracht er
Biet toe, en kan slechts zeggenfO, goede
|wod, help my tochl" En dat herhaalde zy
BB eens zacht, dan weer luid, want zy streed
in zichzelve den zwaren stryd, of zy van hem
zou afzien, of niet.
Opeens werd ze zoo hevig verschrikt, dat
zy een luiden kreet uitte, want Beret had
zich plotseling opgericht en boog zich over
haar henen.
„Wie is het?" fluisterde zy; haar groote
oogen schoten vuur en haar gloeiende wangen
en de snello ademhaling bewozoD, dat ook zy
zeer opgewonden was. Mildrid, die door haar
zelfpyniging verstompt en naar lichaam en
geest doodmoede was, kon niet antwoorden;
zy was hevig geschrikt en op het punt in
tranen uit te barsten.
„Wie is het?" dreigde de andere, terwyi zy
haar gezicht nog meer naderde; „bet helpt
u niets, alles nog langer te willen verbergen;
ik heb u beiden vandaag den geheelen tyd
gadegeslagen 1"
Mildrid hield als ter verdediging de armen
omhoog, maar Beret vatte ze en boog zich
nog meer naar haar.
„Wie is het, zeg ik 1" Zy zag haar recht in
de oogen.
„Beret, Beretl" klaagde de andere, „ben
ik niet altyd goed voor u geweest, sedert uw
vroegste jeugd? Waarom zyt gy nu boos op
my, nu ik in nood ben?"
Beret liet de armen los, want haar zuster
weende. Maar de tong brandde haar, en haar
borst zwoegde, alsof ze stikken moest; zy
fluisterde: „Is het Hans Haugen?" Een
ademlooze stilte ontstond.
„Ja," fluisterde haar zuster eindeiyk snik
kende. Nu boog Beret haar armen nog eens
neer, om haar in de oogen te zien „Mildrid,
waarom hebt ge my dat niet gezegd?" vroeg
zy hartstochtoiyk.
„Lieve Beret, ik wist het zolf niet eeos,"
antwoordde de andere, „vóór gisteren had ik
hem nog nooit gezien. Ea van het oogenblik
af, dat ik hem zag, gaf ik my aan hem over;
juist dat is het, dat my zoo pynigt; o, ik
wenschte te sterven I"
„Zaagt gy hem gisteren voor het eerst?"
riep Beret ten hoogste verrast en vol
twyfel uit.
„Nooit te voren had ik hem gezien," ant
woordde Mildrid op vasten toon. „Kunt ge u
zulk een schande denken, Beret l"
Beret echter omhelsde haar teeder en over
laadde haar met liefkoozingen.
„Lieve Mildrid, het is hoorlyk, overheeriykl"
fluisterde zy en haar oogen schitterden van
vreugde; „o, het is hemelschl" herhaalde zy
en kuste haar, „ik kan zwygen, Mildrid 1" Zy
drukte haar aan haar borst en richtte zich
weer op; „maar dacht gy, dat ik niet zwygen
kon?" zeide zy, en haar stem beefde van
aandoening. „Ik niet zwygen, als uw geluk op
het spel staat, Mildrid I" Zy weende. „Waarom
hebt gy my in den laatsten tyd verstooten;
waarom naamt gy Inga in myn plaats? O,
wat heeft my dat een verdriet veroorzaakt;
ge weet niet, Mildrid, hoeveel ik van u houd
En zy verborg haar gezicht aan den boezem
der zuster. Deze beantwoordde nu haar lief
koozingen en verzekerde, dat zy daarover
vroeger nooit had nagedacht, dat zy zich niet
meer van haar zou scheiden, maar haar alles
toevertrouwen, omdat zy zoo lief en oprecht
was en zy streelde haar de wang, terwyi
de andere aezo liefkoozing mot geiyko teeder-
heid herhaalde. Beret richtte zich weer op; zy
wilde de oogen harer zuster zien by het weinige
licht, dat zich in den koelen zomernacht reeds
aan de oosterkim begon te vertoonen.
„Mildrid, wat ia hy schoon 1" was haar
eerste, opgewonden uitroep; „hoe kwam hy,
hoe zaagt gy hem voor het eerst? Wat zeide
hy? Hoe ging het wel toe?" En wat Mildrid
voor eenige uren aan niemand meende to
kunnen vertellen, dat vertelde zy nu aan haar
zuster; zy moest slechts nu en dan een
oogenblik ophouden, als Beret haar weer
omhelsde en harteiyk kuste; maar daardoor
werd de lust tot vertellen voor Mildrid tot
een innig genot; het was haar, alsof ze een
soort van lied voordroeg, te midden derheer-
ïyke natuur gedicht, en zy lachten en
schreiden, en hadden den slaap geheel ver
geten; zoo vond de zon haar, de een in
liggende houding op haar ellebogen steunende,
in verrukking over haar eigen avontuur, de
andere voor haar op de knieëD, met open
mond en betraande oogen luisterende, terwyi
zy tusschenbeide elkaar omhelsden in de
volheid harer vreugde. Zy stonden op, deden
samen het werk en toon zy daarmee klaar
gekomen waren en voor den schyn iets
gegeten hadden, kleedden zy zich beiden aan
voor de te verwachten ontmoeting van dozen
dag. Hy zou toch wel spoedig komen I Beiden
gingen in haar Zondagsche kleeren by den
rotswand zitten en Beret wees haar, waarzy
den dig te voren hen beluisterd had. De hond
was telkens by haar gekomen. De vertelling
der eene zuster wisselde af met dio dor andere,
het weer was ook heden goed en slechts
weinige wolken vertoonden zich aan den
homel. Zy hadden al gepraat tot over don
tyd, waarop zy Hans verwachtten; maar zy
bleven aan het vertellen en vergaten het,
elkaar aan den tyd te herinneren en Beret
sprong een paar maal omhoog naar do rots
om uit te zien; van hem was echter niets
te hooren of te zien.
Ze werden ODgeduldig; Mildrids ongeduld
werd opeens zoo sterk, dat Beret er van
schrikte. Zy maakte haar duidelyk, dat hy
immers zyn eigen baas niet was; twee dagen
had de Duitscher alleen moeten visschen,
jagen en zyn maal bereiden; dat zou den
derden dag wel zoo goed niet gaan on Mildrid
moest haar daarin geiyk geven.
„Wat denkt ge, dat vader en moeder wol
van dat alles zullen zeggen?" vroeg Beret,
om aan haar gedachten eon andere richting
te geven; ze had echter spoedig berouw over
dit gezegde. Mildrid verbleekte en staarde
Baret strak aan; Beret staarde haar weder
aan. Had Mildrid dan nooit te voren daaraan
gedacht? Jawel, maar zooals men denkt aan
iets, dat nog heel in de verte ligt. De vrees,
dat Hans Haugen oen verkeerd denkbeeld
van haar mocht koesteren, de schaamte over
haar eigen domheid en zwakheid hadden haar
gedachten zoodanig in beslag genomen, dafc
zy al het andere ter zyde geschoven had.
(Wordt vervolgd.)