r tl?. 11767. (gourcat wordt dagelijks, met uitzondering van §pn- en (feestdagen, uitgegeven. Eerste Blad. Feuilleton. Woensdaa 0 JulL A*. 1898 LEIDSCH DAG-BLAB. PRIJS DEZER COURANT) Voor Leiden per 8 maandeo.l.HX Franco per post 1.4(X Afzonderiyke Nommere 0.06. PRIJH DKR ADVEBTENTTËN» Van 1 0 regels f 1.06. iedere regel meer 0.17{. - Groot ere letters naar plaats ruim ta - Voor het incasseereD buiten de stad wordt 0.05 berekend Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Olhoiëele KenniHgeTlngeii. JACHT. De OommiBBaria der Koningin in d« provinei® Zuid-Holland, Gezien het besluit van de Gedeputeerde Staten ▼an den 21sten Juni 1898, No. 74; Gelet op art 11 der wet van don 13den Juni 1857 (Staatsblad No. 87); Brengt ter kennis van bolsnghebbenden, dat bg voornoemd beolui; door de Gedeputeerde 8t ten is bepaald, dat de al'^onderlgke jachten op waterwild Yoor dit jaar zullen worden geopend op Maandag den laten Aupu8tu8 aanstaande, en dat roi'Bclion van dat tydatip af do uitoefening der jaohtbedrgven, vermeld in art. 15, litt, d, f en h, der wet op de jacht en vieecherij, is geoorloofd; wordende tevcne herinnerd aan de bepaling van art. 1 van het Beglement op de uitoefening der jaobt en viMoherij in dozo prov.uoio, kraohteDS welke die jaobten niet anders mo;eu plaats hebben dan op het waler, lacgö de straadc-n, oevers vas meren, plassen, rivieren en op moerassige landen. En zal dezo kennisgeving, in plano gedrukt, worden afgekoBdi-zd en aangeplakt, waar zulks te doen gebruikelijk is, alsmede in bet Provinciaal blad en in de Nederlandeoho Staatscourant worden geplaatst. 'o-Gravenhage, den 25sïen Juni 1898, Do Commissaris der Koningin voornoemd, POOK. Leiden. 5 Juli. Aan den 57sten verjaardag van H. K. H. Prinses Mane, dochter van wijlen Z. K. H. Prins Frederik der Nederlanden en gemalin van Z. D. H. Vorst Von Wiod, werd heden gedacht door het uitsteken van de vader- landsche driekleur van d9 openbare en enkele particuliere ge. ouwen en door het houden eener parade ooor Ge troepen van het garnizoen op het Schuttersveld. Geslaagd is voor het examen als vroed vrouw nifj. A. A. E. Stigter, alhier. ■- De boekhouding van do Exploratie- en Mynbouw-Maatschappu „Sumatra" -irecteur ae heer A. L. Van Hasselt, te Leiden) is -•opgedragen aan den heer A. H. Van den Oever. Naar aanleiding der advertentie betreffende orkestklasse en orkestvereniging kunnen w\j, door den heer Couwenhoven ingelicht, het een en ander mededeelen. Genoemde heer C. zegt, dat er voor de dilet tanten musici hier ter stede geen gelegen heid bestaat zich in orkestspel te ontwikkelen. HU herinnert ons aan den tjjd, waarin zooveel dilettanten een plaats in het orkest innamen aan de violen, alten, cello's, zolfs enkele blaas instrumenten door hen bezet werden. Menig dilettant, die tijd en geld besteed heeft en gaarne in een orkest zou willen medewerken, vindt die gelegenheid alhier niet. Daarom wil hy trachten door het oprichten eener orkeatklasse en orkestvereniging den dilettant en toekomstigen musicus van be roep de gelegenheid te openen zich daarin to kunuen ontwikkelen. De orkestklasse heeft ton doel om zich voor te bereiden voor de orkestverenigingde orkostvereenigiDg echter om uit diegenen, die reed3 eenige routine bezitten of door ae orkestklasse daartoe voorbereid zijn, een orkestvereniging samen te stellon om orkest werken te bestudeeren en uitvoeringen te geven voor vrienoen van instrumentale muziek, die Couwenhoven's onderneming wil len steunen. Wy behoeven hen, die de toonkunst be oefenen als vak of ontspanning, zek-r niet op te wekken deze gunstige gelegenheid aan te grypen en hun meiewerking toe te zeggen aan den heer C. Wy weten, dat hy de man is, voor zulk een taak berekend, door zyn algemeene en degelyke instrumentale kennis en door de ondervinding, op dat gobied als muziekdirecteur te Deventer en Arnhem op gedaan. Door een verkeerde opgaaf zyn in de namen van hen, wien na afgelegd examen alhier de hoofdakte voor bbwaarschoolhouderes is uitgereikt, enkele misstellingen geslopen, nl.E. De SiUer moet zyn M. De Sitter; D. Gelpke moet zyn L. Gelpke; M. Timmerman moet zyn W. Timmerman, en E. Portengen moet zyn A. J. Portengen. De officier van gezondheid 1ste klasse M. Van der Weerd wordt 1 Augustus van zyn detacheeriog in de legerplaats by 01de- broek ontheven en keert alsdan te Leiden in garnizoen terug. By de verschillende kantoren van aan neming der marine meldden zich gedurende het 2de kwartaal 1898 248 joDgens beneden den leeftyd van 16 jaren voor vrywillige dienstneming by Hr. Ms. zeemacht. Van die 248 jongens werden er 171 afge keurd en 77 geplaatst by de Kweekschool voor Zeevaart alhier. De Fransche mail uit Oost Indié wordt morgenochtend alhier verwacht. Aan het postkantoor Leiden en de daar onder ressorteerende hulpkantoren werd ge durende het tweede kwaitaal 1898 ingelegd 130,763 30 en terugbetaald ƒ106,833.04. Het laatste door dat kantoor uitgegeven boekje draagt het nummer 15,245. Van het regiment grenadiers en jagers, het 4de reg. infanterie te Leiden en het 7de reg. inf. te Amsterdam zullen respectieveiyk 11, en 5 onderofficieren deelnemen aan het toelatingsexamen tot den hoofdcursus. Aan het postkantoor Noordwyk en de daaronder ressorteerende hulpkantoren werd gedurende het tweede kwartaal 1898 ingelegd f 4371.59* en terugbetaald ƒ5396.55. Het laatste door dat kantoor uitgegeven boekje draagt het nummer 617. Bedankt is Yoor het beroep naar do Geref. Gem. te Lisse door ds. Pieneman, te 's-Graven- hage. Op het zestal voor predikant by de Ned.-Herv. Gem. te Joure komt het eerste voor ds. A. W. Voors, te Heinoo. De wet op den persooniyken dienstplicht is Zaterdag door de Koningin-Regentes onder teekend. De minister van financien is uit het buitenland in de residentie teruggekeerd. De minister van oorlog heeft zfin verlof hervat en vertoeft te Nymegen. Te 's-Gravenhage ls overleden mr. G. J. E. E. Zilcken, van 1874 tot 1895 secretaris generaal aan het departement van buiten- iandsche zaken. De begrafenis zal Donderdag a. s. plaats hebben te 11 uren '8 voormiddags van uit het sterfhuis naar de R.K. begraafplaats. De naar Madrid verplaatste Raad van de Duitsche legatie te 's-Gravenhage, Baron Von SeefriedtButtenhoim, is gisterochtend naar zyn nieuwen post vertrokken, tot aan den trein in het Hoil. Spoorstation vergezeld door den gezant, Baron Von den BrlnckeD, en den militairen-attaché, luitenant Von Uckro. By h t eindexamen aan het gymnasium to Arnhem heeft zich, voor zoover do eerste groep betreft, een bijzonder feit voorgedaan. Terwyi twee candidaten aanstonds werden afgewezen, werd m6t alle andere examinendi het examen voortgezet. Naar aanleiding daarvan schryft mr. L. U. De Sitter, secretaris van het college van cura toren, aan de „N. R. C.": „Ter handhaving van de eer en den goeden naam van het Arnhemscho Gymnasium ver klaart de ondergeteekende, curator aan het Gymnasium, dat by onderzoek hem is geble- kon, dat het voortzotten van het dit jaar ge houden eindexamen voor Duitsch en Engelsch met alle examinandi van de eerste groep niet, zooals zulk een maatregel zou doen vermoe den, het gevolg is goweest van eenig bedrog van de zyde der examinandi, noch van eenige partydlgheid van de zyde der leeraren, doch enkel van willekeur van de zyde der gecom mitteerden, die het gemaakte werk, waarvan zy vooraf de opgaven niet hadden ingezien en waarvan zy de vaststelling dus geheel aan de betrokken leeraren hadden overgelaten, weigerden te beoordeelen, omdat de keuze van de ter vertaling opgegeven stukken niet naar hun smaak was." Op eenvouuige wyze is gisteren de derde internationale bakkery-tentoonBtelling in den Dierentuin te '«-Gravenhage geopend, in tegen woordigheid van veel genoodigden Tot de autoriteiten behoorden de hoofuintendant ge- neraal-majoor Van Gendt en de majoor-inten dant Winkel. De voorzitter van het uitvoerend comité, de heer Eussen, heette de aanwezigen welkom, dankte de Koningin-Regentes voor Haar nooit falende welwillendheid om Hare hooge be scherming te verleenen, de miuisters van buitenlandsche zaken, oorlog, marine en finan ciën voor hun steun en herinnerde hoe wijlen de burgemeester De Beaufort zyu krachtige hulp had toegezegd. Hy schetste het gewicht der tentoonstel ling als middel om het volksvoedsel by uit nemendheid beter te loeren kennen en noemde goed meel en uitstekende gist hoofdfactoren voor het b&kkersbearyf. Op deze tentoonstelling is ook plaats in geruimd aan de kookkunst, ten einde door wedstryden in koken zoowel fraaie schotels als volks8Cbotel8 te boreideu. Eindeiyk zal een speciale historische tentoonstelling, de bakku-ry betreffende, binnen weioige dagen de aandacht trekken. Mr. Stuart, van Amsterdam, president van de jury, beantwoordde de rede met eenige hartelyke woorden. Good bereid eten is volks zaak. Hy wenschte meer verband tusschen bakkers en het volk, zoodat de arbeider, evenals in Fiankryk, in de bakkeryen zelf ging eten en er melk of chocolade by dronk. Zoodo.nde zou bet drankgebruik bestreden worden. Do jury zou een zware taak hebben, daar ia een klein bestek toch alle 54 klassen vertegenwoorjigd waren. Hy wenaebte der tentoonstelling veel succes. Onder de tonen van het Wilhelmus werden daarna de zalen en geleryen doorloopen, terwyi ook op hc-t buitenttrrcin vélen een kykje gingen nemen. Algenuon is de roep over dc keurige tafol- v rsienngen van de firma Vos en Legrand, te Amsterdam, en Paulez, to 's-Gravenbage. Van de buitenlandsche inzendingen, waar van enkele dagen geloden weinig te bespeuren was, zyn er op het gebied van suikerw.r- ken, keukengereedschapp n, instrumenten tot microscopisch meelonderzoek, grootcre en kleine bakken, machines, enz. Heorlyk, uitlokkend zien de tafeltjes welbe reid op de bovenverdieping en in de beneden zaal er uit. Zy zyn keurig gedekt met het fijQ8to tafelzilver en kristal en pryken met de heerlykste vruchten. De bakkeryon op het buitenterrein bakten „proef" en gingen daarna aan 't bakkeD, om, na de opening, de hongerigen te spyzen. De militaire inzenoing in de zaal is ver sierd met de borstoeelden van Hare Majesteiten, te midden van vlaggen-tropeeön. Curiositeiten op 't gebied van gebak en „conditorei" vindt men ook, byv. een miniatuur Eifeltorentjehet portret van Hare Majesteit ce Koningin, in een omlysting van erop, jujubes en suikererwtjes Tot commandant van do Delftsche stu- denten-eorowaebt, die in September a. 8. de wacht aan het Koninklyk Paleis te Amster dam zal betrekken, is gekozen de heer F. Suringar, president der Delftsche Stadenten- Weerbaarheidsvereeniging. De zeeschilder Mesdag hooft aan Den Briel U-n geschenke gegeven een groote achildery van A. Waldorp, voorstellende: „De Inneming van Den Briel door de Watergeuzen". In een begeleidend schryven drukt hy als het doel zyner schenking uit, dat deze „belangryke schilderij zeker als eea herin nering aan het roemryke historische feit, door de ingezetenen van Brielle met iugo- nomenheid zal worden bezichtigd". De kunstschilder P. J. C. Gabrièl, te Scheveningen, viert heden zyn 70eten ver jaardag. Den lsten September a. 8. zal het 25 jaar geleden zyu, dat mr. B. H. Pekelharing bet ambt van hoogleeraar in de staathuis houdkunde en het administratief recht aan de Polytechnische School aanvaardde. De Sultan van Siak is, vergezeld van den heer Schouten, uit België te Nijmegen teruggekeerd. Vrydagmorgou vertrekt hy met den heer Schouten naar Vlissingen, alwaar de werkplaatsen der Maatschappij „De Schelde" en de inrichtingen der Maatschappy „Zoeland" in oogenschouw worden genomen. Vrijdag avond gaat Z. H. weder van daar naar Dor drecht, alwaar wordt overnacht. Zaterdag morgen wordt te Dordrecht de bekende glas fabriek der firma Bouvy bezocht. Van Dordrecht begeeft zich de Sultan naar Rotterdam, om nog denztlfden dag 's namiddags 4 oron van daar met het stoomschip „De Ba tavier" naar Londen te vertrekken, alwaar by eenigen tyd denkt te vertoeven. Na dit uitstapje keert H. naar Nymegen terug. De luitenants ter zee der 2de klasse G. J. Te Winkel en W. A. Vau AkeD, resp. diepende aau boord van Hr. Ms. wachtschip te Hellovoetsluis en Hr. Ms. monitor „Kroko dil", zullen met 16 dezer onderling van plaat sing verwisselen. De adelborst der l9te klasse bij de Konink lijke Nederlandsche Marine reserve D. Van den Ent wordt met 15 Juli a. s. geplaatst aan boord van Hr. Ms. iDstructieschip „Gier". De kapitein-ingenieur J. J. Schuil, leeraar by de Kon. Militaire Academie, wordt 16 Aug. overgeplaatst bij het corps genietroepen to Utrecht. In plaats der met 1 Jan. 1899 aftredende leden voor de Waalsche commissie werden gekozen de beeren M. A. Perk, pred. te AmsterdamA. Pynacker Hordyk, pred. to Nymegen, en H. T. Wilkens, oud. to Rotterdam, en tot hun secundi de hoeren C. G. Chavannes, pred. te Leiden, S Debry, pred. te Haarlem, en dr. P Q. Bronogeest te Leiden. Da r do heer Pynacker Hordyk tot 31 Dec. 1900 secun dus is van den heer E. Bourlier, werd in dezo plaats benoemd de heer A. I. W. A. Van der Mey, pred. te Zwolle. Tot het ontvangen der volgende reünie werd aargewezen 'a Hertogenb03ch, met die van Maastricht als haar plaatsvervangster. Door mevrouw de baronesse Van Brakel tot den Brakell, douairière van mr. Th. W. baron Van Zuylen van Nievelt, zyn gemaakt de navolgende legaten, vry van rechtenaan de Diaconie-Armtn te 's-Graven hage 6000 en aan die to Ravens waay 4000; de weesinrichting to Neerbosch 2000; de inrichting voor ooglyders te 's-Gravenhage ƒ800; bet Diaconessen huis te 's-Gravenhage ƒ1000; aan Talitha Kutui ƒ500; de Utrecht- sche Zendingsvereeniging 4000. De „Tya" verneemt, dat Z. H. de Paus den zeereerw. heer jhr. W. M. G. Witterfc van Hoogland, pastoor der nieuwe parocbio van O. L. V. van Goeden Raad te 's-Gravenhage, heeft benoemd tot geheim kamerheer. By koninklyk besluit zyn benoemd tot ontvanger der directe belastingen en accynzen te Uitgeest c. a. Jhr. A. Vau Raab van Can- steiD, ontvanger dtrzelfde middelen te Tiel (buitengemeenten); tot ontvanger der directe belangen en accynzon te Woudrichcm c. a. P. Scboutens, ontvaügen derzelfde middelen te Nieuwusluis c. a. Het stoomschip „Cluden," gecharterd door ce Holland-Amerika-iyn, vertrok 3 Juli van Nieuw-York naar Amsterdam do „Kaoz- Ier," van Hamburg en Amsterdam naar Oost- Afrika, arriveerde 3 Juli te Aden; de „Mercurius" arriveerde 2 Juli van Amsterdam te Kroon* HEIDEROZEN. 15) „Ik zou waarlijk ook niet weten waarom," was het vry scherpe antwoord; „ik kan toch met recht bewereD, dat het zonder my nog veel slechter met jelui staan zou; met een man als de uwe •■„Willem, ge weet, zulke woorden duld ik nietl" viel de barones hem met gestrengheid ia de rede. „MiJn man staat in myn oog hoog boven iedere blaam verheven." "T E9n spottend glimlachje trilde voor een ^oogenblik om de lippen haars broeders; toen $zeide by op meer bescheiden toon: „Het lag ^geenszins in myn bedoeling uw man te be- nadeelen noch hem zyn recht op volmaakt heid in uw oogen to ontnemen; tooh meen ik de bewering te mogen wagen, dat uw man zeer weinig voor behandeling van lande- ryen eu voor zakeu in 't algemeen geschikt is, en daarom heb ik my in deze aangelegen heid tot u gewend. Uw man geeft het immers zelf toe, dat gy voor zulke dingen een beter hoofd hebt dan hy." De barones antwoordde niet. Wat had zy ook moeten zeggen, daar het haar onmogelijk was tegenover haar broeder een vertrouwen te huichelen, dat haar inwendige gevoelens W er sprak? En toch, wanneer zy hem krenkte en vaD zich afstiet, welke gevolgen konden voor hen allen ontstaan? In spanning zag zy zyn verdere mede- deelingen te gemoet. „Uw echtgenoot,"j begon de heer Yon Brack- hof opnieuw, „heeft tot dusverre met het oog op u (en dat strekt zyn liefde als man ter eere), deels echter misschien ook, omdat het in zyn aard ligt van alles het beste te hopen, zoo lang het eenigszins gaat, veel dingen voor u verzwegen, die u toch op den duur niet onthouden kunnen blyven. Zoo, byvoorbeeld, dat hy de schulden, die op de achter het bosch gelegen perceelen drukken, niet anders weet te vereffenen dan door den bedoelden grond te verkoopen." „Dat weet ik," antwoordde de barones, niet zonder trots op het vertrouwen van haar man. „Karei zegt my meer dan gy denkt; by weet, dat ik veel kalmer ben, wanneer ik het ergste weet, dan wanneer ik meen, dat men voor my iets geheim houdt. Wat nu den verkoop van die stukken grondB be treft, hoop ik, dat er voor ons eloehts voordeel by te behalen i8; een kleinere bezitting toch is veel gemakkelyker te overzien en te be- heeren en is in ieder geval meer overeen komstig onze tegenwoordige omstandigheden." „Gy bevestigt door uw woorden slechts myn bewering van zooeveD," hernam de heer Von Brackhof, „nameiyk, dat uw man dedrogen altyd op weinig zwaartillende wyze behandelt en zich daardoor aan de grootste zelfmislei ding overgeeft. Wat ge daar zegt, zou alle maal heel goed en mooi zyn, als het zoo was; doch de winst, dio gy uit de verkleining van uw bezit ziet ontstaan, is zuiver denk beeldig. Waren de omstandigheden van dien aard, dat go een gunstig tydstip kondet afwachten om de landeryen te verkoopen k la bonne heure, dat ware iets anders. Thans echter is de waarde van den grond öerwyze gedaald, dat ge slechts een spotprys zoudt kunnen bedingen, een som, waarvan, als eenmaal de schulden plus de rente afbetaald zyn, weinig genoeg zal overbiyven. Het kapi taal, dat die stukkon gronds vertegenwoordi gen, is dus verloren en de vermindering uwer inkomsten die gevolgtrekking kunt ge zelf maken is duideiyk genoeg bewezen." „Weer een vermindering?" zuchtte de barones. „Wat moet daarvan komen? Ik zie niet in hoe wy ons nog meer bekrimpen kunnonl" „Dat is het juist!" nam haar broeder opnieuw het woord. „Voorwaar, daarin ver richt ge reods het uiterste. Zulk een leven beneden zyn stand grenst schier aan het ongeoorloofde. Die oude kast hier," hy greep naar het losgelaten behangsel, waarachter men de kalk naar beneden hoorde rammelen, „die valt u eerstdaags boven het boofd in, en als het met het wegdoen van bouwland zoo voortgaat, dan wil ik wedden, dat het binnen een paar jaar met de geheele zaak gedaan is, en „Heiderode" komt in vreemde handen." „Dat zou Karei niet overleven 1" sprak de barones onder een vloed van tranen. „Karei, attyd Karei r riep haar halfbroeder ongeduldig. „Men zou gaan meenen, dat het niemand anders aanging dan hem. My dunkt, u zou het toch ook niet gemakkelyk vallen het vaderland den rug toe te koeren en in don vreemde uw leven te eindigen." „Het tehuis dor vrouw is altyd d&ar, waar haar geliefden zyn, al is het in den afge- legensten hoek der wereld," antwoordde de barones; „de man echter, die zyn levensdoel mist, is gelijk de kapitein] van een ziukend schip: by vergaat met het vaartuig, dat hy niet kan redden." „Daar het u dus in elk geval er om te doen ia, uw man dit droevig lot te besparen," ging de heer Von Brackhof voort, „mag ik aannemen, dat ge des te eer op myn voorslag zult ingaan. Het betreft bet volgende: Zooale ge weet, heb ik onlangs van myn oom Ber nard een kleinigheid geërfd wel is waar slechts een paar ellendige duizend ryksdaal- dere, te veel om te leven en te weinig om te sterven maar toch altyd iets, om met ver standige behandeling er meer uit te halen. Nu ben ik genegen dit kapitaaltje ten beste van „Heiderode" te besteden; doch dit onder de tegenwoordige omstandigheden te doen, kan men ondanks allo offervaardigheid niet van my, al ben ik uw bloedverwant, verlan gen; dat ware als water op een gloeiende plaat; daar gy geen zoon hebt, om de vruchten van myn inspanning te genieten, zouden myn krachten, ja myn geheele bestaan aan vreem den besteed zyD. Ik stel u dus voor: Laat „Heiderode" reeds nu in myn bezit overgaan zie mij niet zoo verschrokken aan, Anna, voor ge verder hoort het spreekt vanzelf, dat jelui hier blyft wonen, en om uw nakomelingen hot bezit van het familiegoed to verzekeren op oen wyze, die u het meest welkom moet zyn geeft ge my Lora tot vrouw l" „Lora?" Als met een luiden schreeuw drong het woord over de lippen der moeder. De heer Von Brackhof fronste de wenk brauwen. „"Wel, men zou meenen, dat ik u een gift beker voor uw dochter aanbood, in plaata van myn handl" hernam hy geprikkeld. „Ik voel my inderdaad zeer gevleid over de wyze, waarop ge myn aanzoek opneemt." „Vergeef me!" antwoordde mevrouw Von Heiderode, weer bedaard. „Ik kon niet andere; go zult bogrypen, dat ik verrast was. Ge weet immers, even goed als ik, dat wjj allen u steeds als den oom van onze kinderen beschouwd hebben." „Hetgeen ik echter niet ben." „Zeer waar! Niettemin brachten de omstan digheden het zoo mee, en afgezien daarvan, zyt ge oud genoeg om de vader van onze kinderen te zyn.1' „Dat beteekent niets," was het antwoord; „ik ben nog in myn beste jaren, en naar myn inzien kan de man nooit te oud zyn vcor het huwelyk noch de vrouw te jong." Een ironisch glimlachje vloog over zyn gelaatstrekken. Mevrouw Von Heiderode rilde. „En Lora?*} vroeg zy met wegstervende stem. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 1