N», 11725 A°. 1898 Qeze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van <§pn- en feestdagen, uitgegeven. Derde Blad. Feuilleton. Maandaa 16 Mei. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommere0.05. PRIJS DER ADVERTENTEEN Van 1-6 regels f !.05. Iedere regel meer f 0.17 J. - Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het in casseer en buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Ofüciëele Kenuisgeringen* Bnrgomeeeter en "Wothonders van Leiden; Breugon ter algemoene keonie, dat de golegenhoid tot hot doen inschrijven van leerlingen voor do Hoogere Burgerschool voor Jongona zal worden opengesteld op Woensdag 26 Mei. 1 e n 8 Juni a. e., des voormiddaga van 1 0 tot 1 2 nron, en dat het Admisei o-E x a m e n zal plaats hebben op Woensdag, Donderdag. Vrydag en Zatordag 6, 7, 8 en 9 Juli a. s., beide in het schoolgebouw aan de Pietorekerkgraoht. Burgemeester eu Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, Bnrgomeestor. 18 Mei 1898. VAN HEY3T, Socrotarie. Leiden, 14 Mei. Wy ontvingen het door de commissie van beheer over de Stedelyke Gasfabriek aan den gemeenteraad aangeboden verslag over die inlichting ovtr 1897. De commissie heeft gemeend aan dat ver slag dit jaar een eenigsziue feestelijk aanzien te mogen geven, wegens het feit, dat dit geschreven is in het feestjaar 1898, het jaar, waarin het vijftig jaren geleden is, dat de gasfabriek, de oudste gemeente-gasfabriek van Nederland, in exploitatie werd gebracht. Het verslag is dientengevolge versierd met een afbeelding van de gasfabriek in haar vroegeren toestand en eenige aanzichten van de tegen woordige, en begint met een historisch over zicht. Omtrent het onderhoud van de ovens wordt medegedeeld, dat eenige het volgendo jaar geheel moeten worden uitgebrok-n en van nieuwe retorten voorzien, dat van andere de retorten worden nagezien, de scheuren gedicht, en vordere reparatiën werden aangebracht, terwyi nog andere geen noemenswaardige herstellingen Vireischten. Het aantal retorten bleef onveranderd, dua 152: stuks, waarvan 112 stuks hebben dienst gedaan, zoodat 26 pCt. in reserve bleven. In Juni en Juli waren in werking 6 genera tors in de ni uwe stokerij met 48 retorten; de maximumproductie per retort per etmaal bedroeg op 25 November 265 M1., de minimum- productie 172 MJ. op 31 Juli, de gemiddelde productie over het geheele jaar was 16176 M\ per etmaal. Ook dit jaar vond de Zondagsrust geregelde toepassing, zonder bezwarende stoornissen in het becryf op te loveren. Do condensors werkten na het bijplaatsen van een 2do stel condensors zeer g09d, en werden in het afgeloopen jaar minder napbtha- linevor8toppingen geconstateerd dan vorige j*ren. Aan de exhausters had het gewone onder houd plaats, zij werkten goeddo grootste exhauster werd van eon automatisch smeer- toestel voorzien, hetgeen oliebesparing ten govolgo heeft; ook de zoogenaamde olie- pompen werden door meer practische vervan gen door de levering van voor het doel on- geschikto olie werd een periode van voel getob doorleefd. Het vervangen van do kleine stoomketels door een grooteren kon nog wor en uitge steld, aangezien de gebiedende noodzakelijk- heil nog niet bleek. De peloute biyft uitstekende diensten ver richten. De zuiverkisten werden ingericht volgens bet zoogenaamde Compoundstelsel, met ge broken inlaten boven de beide lagen en gezamenlijke uitlaten tasschen de lagen; het doel, langzamer dooratroeming van het gas, werd hierdoor verkrogon. Do stationsmeters werkten uitstekend en behoefden niet te worden schoongemaakt. De werkzaamheden voor het stadspijpennet waren door uitbreioing der gemeente naar alle zijden zeer aanzienlijk, terwijl de onkosten werdon bestreden uit een door den Raad toe gestaan crediot. De reeds geruimen tijd uitgestelde ver betering aan de oude stokerij werd dit jaar uitgevoerd; daardoor ia de steeds veel te ecge stookruimte aanzienlijk verbreed, zeer tot gerief van het bedrijf, en is verkregen een betere ventilatie. Ook het perron is verbreed en flink overkapt, zoodat een 30- tal kolenwagens hieronder gelost kunnen worden; door deze perrons verbreiding was het noodzakelijk de öraaischulf te verleggen, bonevens de rails op het terrein van de fabriek en de fairbank, welke van een gegolfd plaatijzeren omhuizing werd voorzien. Een badhuis kwam op 7 Mei in gebruik tot groote voldoening van het personeel; dat deze maat regel voldoet, bewijst, dat van af den datum der opening tot uit. December een totaal van 1914 baden word genomen. Met de bestrating van het fabrieksterrein werd ook dit jaar wederom voortgegaan, waar door een netter aanzien van het geheel lang zamerhand wordt verkregen. Aan huur van gasmeters werd ontvangen f 7951.15. De waarde der verhuurde en voorhanden gewone gasmeters bedraagt volgens inventaris ƒ52,659.481/! ©n die van de muntmeters 25,822.46'/v Do plaatsing der muntmeters bleef geregeld doorgaan; op 31 December bedroeg het aantal geplaatste meters 914. De hoeveelheid gebruikt gas bedroeg 336,029 M\ De commissie wyst 6r op, dat ook rekening moet worden gehouden met de winst, welke op het muntgas zelf wordt verkregen, waarvan de productiekosten kleiner wordeD, naarmate moer gas wordt gemaakt, terwijl behalve op het gerief der kleine gas- verbruikers nog wordt gewozen op het feit, dat door het muntgasvertruik vrouwelijk keukenpersoneel wordt gevormd, dRt reeds Vdn jongs af met gas als verwarmingsmiddel bekend wordt en dat dus als lovende reclame voor het gasverbruik in de huishouding by alle standen mag worden aangemerkt. Het fitterspersoneel had geregeld werk, zoowel met particulieren en muntgasaanlcg als met aansluiten van verbruikers in het nieuw toegevoegd stadsgedeelte. De gasleiding in het krankzinnigengesticht „Endegeest" werd in h6t afgeloopen jaar vol tooid en voldoat uitstekend. Het aantal gasmeters, welke het verbruik registreerden, bestond op 1 Januari 1897 uit 3754 gewone en 618 muntmeters. In 1897 werd het getal der gewone met 172 en dat der muntmeters met 296 stuks vermeerderd, zoodat aan het einde des jaars in gebruik waren 3926 gowone on 914 munt gasmeters, totaal 4840. Het aantal lantaarns bedroeg 904 gewone vlammen, 3 lantaarns in het Elizabethsbof, 2 lantaarns ten behoeve van de havendienst, 1 ten dienste van de veemarkt, 10 Kraussé's, benevens 121 petroleumlantaarns. De totale verlichting op uit. December be stond uit 1065 gewone vlammen, verdeeld in 242 gewone en 143 gloeia^oudvlammen en 403 gewone en 217 gloeinachtvlammen. Omtrent de gasglooistraatverlicbting valt slechts op te merken, dat- dezo steeds ge leidelijk wordt uitgebreid en aan de verwach ting blijft beantwoorden. De rekeniag eu verantwoording wegens beheer over het uitbreidings- ea vernieuwings fonds bedraagt in ontvangst f 55,700 43s in uitgaaf 53,309.86 batig saldo f 2390.575, terwijl de exploitatie zelvq aanwyst een ontvangst vanf 418,239.30 en een uitgave van. 334,874 56 zoodat het batig saldo is. f 83,364.74G. Als rente aan de gemeento werd een bedrag van ^25.176.08 uitbetaald. Alle liberale kiesvereeDigingen in bet district Haarlemmermeer stelden tot candi- daat voor de Prov. Staton van Noord-Holland den heer J. H. M. Evolein. Prins Ario Mataram, hoofd van hit Soerakartasche gezantschap, was Donderdag middag aan een gastmaal genoodigd ten huize van den minister van koloniën, den i heer Cremer. Aan dit diner, dat veertien couverts telde, namen ook deel de ministers van financiën en van marine, benevens leden en oud-leden van de Tweede Kamer. De pauselyko internuntius, Mgr. Tar- nassi, vertrok gisteren uit Den Haag voor eenigen tyd naar Luxemburg. Mr. G. J. Grashuis heeft, om redenen van gezondheid, ontslag aangevraagd als leeraar in de Indische talen aan de Ryks- landbouwschool te Wageningen. Onze lsndgenooto mej. Louise Mulder heeft zich, nadat dezer dagen haar contract te Riga is afgsloopen, voor bet volgende sei zoen aan de hofopera te Coburg verbonden. Ten aanzien van het onderwys in de Maleische taal aan de Handelsschool te Amsterdam adviseeren B. en Ws. den Raad, wegens de meerdere belangstelling in dat onierwys, aan den heer A. A. Fokker, te Leiden, de voortzetting op te dragen van dat onderwys gedurende 1898/99, op ^een jaar wedde van 800 en aan te nemen do toezegging van de Deli maatschappy, de Amsterdam-Deli-Compagnie en de Deli Batavia- maatschappy, waarby deze zich verbinden, in do bezoldiging van gemelden leeraar gedurende den cursus 1898/99 een bedrag van 400 by te dragen. De staatscommissie, belast met het afnemen van het examen, bedoeld by art. 11 der wet op het notarisambt, zal haar zittingen houden te 's Gravenhago, op Vrydag 1 Juli a. s. en volgende dagen. Hun, die wenschen tot het examen te worden toegelaten, wordt herionerd, dat zy zich ten minste veertien dagen vóór den aan vang daarvan schrifteiyk moeten aanmelden by den voorzitter der commissie ('s-Graven- hage, Naesaulaan No. 21), met opgaaf of zy zich aan kt geheele examen dan wel aan één of meer gedeelten wenschen te onderwerpen en onder overlegging van hunne geboorte akte. De verzoekschriften moeten op zegel gesteld zyn. Van do ontvangst zal aan de belanghebbenden vóór den aanvang dor zit tingen worden kennis gegiven. {Sis Ct.) TtVËEDË ÜASiEll. GeldlecrAng van 45 millioen. Blijkens het voorloopig verslag waren sommige leden weinig ingenomen met deze wetsvoordracht. Naar de in do Memorie van Toelichting gegeven voorstelling scheen do R geering een leening van 45 millioen ter versterking der Indische geldmiddelen gerecht vaardigd te achten, wegens de ten laste der Indische begrooting gedane uitgaven voor spoorwegen en nieuwe bevloeiingswerken. Intusschen werd opgemerkt, dat die uitgaven uit de gewone middelen bestreden hadden kunnon worden, indien ni-et do Atjehoorlog vele milliomen had gevorderd, en dat cus deze leening veeleer is een gevolg van dien oorlog. Voorts werd opgemerkt, dat het naar goede beginselen van financiöele politiek niet geoorloofd is leeningen aan te gaan tot het dikken van uitgaven voor nieuwe bevloeiings werken, omdat deze uitgaven geenszins als productieve kunnen worden aangemerkt. Dergelijke financiëele politiek achtten deze leden uiterst bedenkelyk. Een lid achtte het onbillijk Indiö te belasten met de uitgaven voor rente en aflossing der voorgestelde lsening, waar Nederland vroeger honderden millioonen uit Indiö had getrokken. Ey meende, dat het moederland deze uitgaven voor zyn rekening behoort te nemen. Eoven- di.n betwijfrlde hy of een leening wel nooizakelyk was. Naar aanleiding van dezo bedenkingen werd door andere leden opgemerkt, dat wel is waar herhaaldelyk bezwaar is gemaakt tegen het voteeren van uitgaven voor irrigatie werken, waarvan men weet, dat zy niet uit de gewone middelen gedekt zouden kunnen worden, maar dat desniettemin tot deze uitgaven is beslottn. Thans, nu door ten laste der Indische begroo ting gedane uitgaven, welke dan cok, een zeer aanzienlyk voorschot door Nederland aan Indiö moet worden verstrekt, hetwelk in Juli a. 8. denkelyk niet minder dan 45 millioen zal beloopen, kan het enkel de vraag zijn of de tyd gekomen is, om de eenmaal bestaande vlottende schuld to consolideeren. En waar geen kana bestond, dat door beschikking ov.r eventueele overschotten in de Indische kassen of andere baten de schuld kon gedelgd worden, was h. i. consolidat e een eisch van gezonda politiek. Zelfs meent men, dat do Reg. reeds vro ger een voorstel tot het aangaan eonei leening had bebooren in te dienen. Spoedige afdoening word dan ook wenschenlyk ge oordeeld. Men kon niet inzien de onbillijkheid Inoië te belasten met rento en aflossing der te sluiten leening. In een afdoeling werd nader het denkbeeld geopperd, om tot vermindering van de ver antwoordelijkheid van het moederland do leening vast te koppelen aan de Ned.-Ind. Staatsspoorwegen; byv. vestiging van e-sa spoorwegdeparteraent op Java en door aan de o'-ligatiohouders eener 3-pcts.-leening een zeker tantième van de opbrengst dier spoor- wegon toe te kennen. Omtrent bet bedrag der voorgestelde leening werden verschillende opmerkingen gemaakt. Sommige leden wenschten het bedrag te stellen op ten hoogste 50 millioen, wyzendo op de reeds door de Regeering aangevraagde buitengewone uitgave van f 4,574,620 voor aankoop van den Bataviaschon Oosterspoorwog. Volgens sommigen was 't verkieslijk het bedrag zéé to stellen, dat daaruit gedekt kunnen worden de buitengewone uitgaven, waarvan thans reeds vaststaat, dat zy hetzij ten laste van de Nederlandsche, hstz\j ten laste van de Ind. begrooting, in de eerstvol gende jaren gedaan zullen moeten worden, zonder uit de gewoae middelen bestreden te kunnen worden. Andere leden achtten hot niet raadzaam op verhooging van het bedrag aan te dringoo. De toelichting, dat na de conversie der 3'/j pCt. schuld in 3 pCt. de keus van het rente type der nu te sluiten leening als van zelf aangegeven zou zyn, kwam aan eenigo leden geheel onvoldoende voor, zy wenschten nader gemotiveerd te zien, waarom de Minister, in de thans bestaande omstandigheden een rentevoet van 3 pCt. verkieslijk acht. Aan de bepaling der rente op 3'/2 pCt- gaven som mige loden de voorkeur, omdat de laening dan boven pari zou kunnen worden uitgege- Een yselyke mekt. Slot) De heer Wilmot bekende my, dat by een oogenblik een zware verdenking tegen my had opgevat, vooral, toön hij aan het station vernam, dat myn waggon vermist werd; men hield de b6ide manneD, die in de andere coupé gestapt waren, voor myn medeplichtigen, en verwonderde zich zeer, dat men zich zoo in myn persoon bedrogen had. Toen ik in myn bulptloozen toestand gevonden werd, ging den zoekenden natuurlijk een ander licht op. Het kwam er nu op aan de roovers te ontdekken en hun, zoo mogelijk, hun buit weer afhandig te maken, want 19000 pond sterling zyn Z9lfs voor d9 rijksteHaiikinstelling g3on kleinigheid. Er worden du?£ zoowel' van Westborn als van Montforth uit, geheime politiemannen naar da plaats der misdaad gezonden, en wel met speciale locomotieven, dia den ganschGn nacht voor rekening onzer Bank onder stoom bleven. Eindelijk keerde een er van met een gouden horloge terug, dat men in de modder gevonden had, niet ver van de plek, waar de waggon leeggestolen "was geworden. Eet horloge behoorde noch aan my (want het myne bevond zicli onaan geroerd in myn vestzakje), noch aan iemand van onze bekenden; dus waarschyniyk aan een der dieven, wien bet misschien by het optillen der geldkistjes uit den zak gevallen was. Maar aan wien behoorde het? Want de Engelsche horloges gelyken op elkaar als het «ene ei op het andere, en oen naam was er niet in gegraveerd. De heeren Wilmot en Dane bekoken het uurwerk geruimen tyd, maarzy zagen or niet meer aan dan wy allen. Inmiddels was het gerucht van den aan zienlijken diefstal door de geheele stad ver spreid, ofschoou wij alle voorzorgsmaatregelen hadden aangewend, om do zaak geheim te houden. Ondanks het vroege morgenuur, stroomde jong en oud toe; o. a. kwam ook do horlogemaker Wilson, die voor den heer Wilmot placht te werkeD, en bekeek, op verzoek van don geheimen politieagent, het horloge. Nadat hij het geopend en nauwkeurig beschouwd had, verklaarde hy, dat hy het uurwerk kende en dat hy hot meermalen voor dou beer Wilmot gerepareerd had: hy zoude herstellingen nog wel kuünen aanwijzen. „Dit horloge," voegde hy er nog by, tot groote verbazing van den heer Wilmot, „be hoorde ongevoor drie jaar geleden aan me vrouw Wilmot, en doze vertelde mij later eens, dat het haar mot eenige andere sieraden ontstolon was." „Wat!" riop de directouv, „het horloge van mijn vrouw? Zyt gy daar zeker van?" „Geheel zeker! Ik herken het uurwerk nu zeer nauwkeurig, daar ik het menigmaal onder handen gohad en er byv. deze drie juweelen zelf ingezet heb." „Dat is zeer eigenaardig," meende de heer Wilmot; „de dief, die dit horloge gestolen heeft, moet op de een of andere wyze met degenen, die vannacht dezen roof hebben uitgevoerd, in betrekking' staan. „Mynheer Porter," vervolgde by, zich tot don stations chef wendende, „kunnen wy terstond een extra-locomotief naar Newland krygen?" „Ik zal er dadelyk een laten voorkomen," antwoordde de beambte bereidvaardig, „en inmiddels even seinen, dat men den weg vry houde Terwyl dit geschiedde, vroeg de hoer Wil mot den dokter, of ik zonder gevaar mee naar Newland kon genomen worden, om mis schien de roovers te herkennen. De geneesheer meende, dat er niets by te wagen viel, en verklaarde zich bereid ons te vergezellen, ten einde terstond by de hand te zyn, wanneer het noodig mocht worden. Wy stapten dus op de locomotief en bo- vonden ons weldra te Newland. De heer Wilmot en twee politieagenten begaven zich terstond naar de Bank, terwyl ik met do overigen van het gezelschap in een kleine herberg achterbleef. Na een half uur keerde de heer Wilmot alleen terug; hy deelde mede, dat men den heer Garstang niet had aange troffen, daar deze den vorigen dag voor kor ten tijd op reis was gegaan. De geheime politiemannen waren achter gelaten en zóó opgesteld, dat zy konden na gaan, wie do Bank bezocht of vorliet. Wilson, de horlogemaker, was intusschen by verschillende zyner vakgenooten in New land geweest en had hun het gevonden uur werk laten zien; een hunner herkende het, by had hot herhaaldelijk voor Garstang schoongemaakt. Dat was een nieuwe, sterke schakel in de keten onzer verdenkingen, en het wachtwoord was thans: Garstang vinden! De stationschef Porter, by wien we het eerst om inlichting kwamen, meende te weten, dat Garstang dikwyis met een klein rytuigj9 de stad naar een zekere richting verliet, en in die richting lag een dorp, waarheen wij ons op weg begaven. Daar vernamen wy, dat Garstang hier vaak mot zijn rytuig gezien werd en dat hy een eenzaam op zyn eigen grond gelegen huis bezocht, dat slechts door een oude vrouw met haar dochter bewoond W6rd. Onze tocht ging dus nu naar dat huis. Toen wij er aan kwamen, bloven de dokter en ik in het rytuig, terwyl de anderen zich verdoelden. Eon gedeelte bezette de voorzyde, het andere den achterkant van het huis, maar nog eor iemand de deuren bereikte, hoorden wy het knarsen van raderen, en do dokter zag een wagen met zeer afgebeulde paarden don weg uit het bosch afkoraeD. Onze lieden verborgen zicb, en daar men ons rytuig van den boschwog uit niet goed zien kon, reed do wagen zonder eenigen argwaan het erf van het eenzame huis op. Nu werden alle uitgan gen bezet en wy hadden do vogels in de knip. Htt is onnoodig breedvoerig uiteen te zetten, dat wy de wc-rkelyke roovers gevangen hadden. Zy beproefden wel is waar van hun vuur wapenen gebruik te maken, doch zy vonden ons voorbereid en aebtten verdtr allen tegen stand nutteloos. Toen do in het hui3 govonden personen met my geconfronteerd werdeD, herkende ik onder hen dadelyk den man, dien ik '8 avonds vóór do Bank ontmeet had en die my later den slag met de kolf van het pistool toebracht. Evenzoo werden beide ge vangenen, ofschoon zy later hun kle6ding verwls6old hadden, door den stationschef herkend als dogenen, die te Westborn in myn waggon gestapt waren. De een der tweo maunen was Garstang, de ander zyn broeder. Het gansche geheim was daarmee opge helderd. Maar die twee hadden nog mede plichtigen. By on 3 onderzoek aan het telegraaf bureel vernamen wy, dat een jong meisje htt nood lottige cyfertelogram gebracht had, en dit joDge mei.=je was de voorgewendo dochter der oude bewoonster van het eenzame huis en het vroegere dienstmeisje van mevrouw Wilmot. Zy bekende, dat zy dostyds bet juweelenkistje wel had weggenomen, doch zon der do waarde er van te kennenGarstang was haar dien avond in de gaDg tegen gekomen, bad haar bang gemaakt, haar hot kistje afge nomen en haar toen naar dit huis gevoerd, terwyl hy beloofde haar te zullen trouwen, indien zy over de bewaarplaats der sieraciön zwygen wilde. Zy beloofde het, werd, nadat zy naar Westborn was teruggekeerd, door din heer Wilmot weggezonden en toen door Garstang voorgoed in zyn nabyheid gobracht; hy stelde het trouwon echter telkens uit, terwyl hy haar voortdurend in vrees wist te houden. Zy gehoorzaamde hem blindelings en maakte zich zoodoende ook tot medeplichtige van de tweede miedaad. Terwyl het proces der beide Garstangs hangendo was, kwamen nog ondorscheideno bedriegeryen van het edele broederpaar aan het licht, en daar do spoorwegdiefstal over tuigend bewezen werd, kregen zy levenslange gevangenisstraf in het workhuis. Het meisje stierf nog vóór hun veroordeeling aan do vliegende tering. Wat myzelven betreft, ik was spoedig weer hersteld en verkreeg don directeurspost in S., maar de gebeurtenissen van dien yseiyken nacht zal ik nimmer vergeten. En mevrouw Wilmot? Dat dezo over haar instinct, zooals zü het noemde, ten hoogste voldaan was, nu alles zoo'n goeden afloop had govonden, zal zeker wel niet vermeld behoeven to worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 9