Persoonlyke dienstplicht.
Het antwoord dor RogeeriDg is verschenen
op het Yoorloopig Verslag der Tweede Kamer
over het wetsontwerp betrekkelijk den per
soonlijken dienstplicht.
Een debat over de opportuniteit van dein-
diGDiDg dezer wetsvoordracht acht de Reg.
weinig vruchtbaar. De opmerking, dat tegen
de afschaffing der plaatsvervanging en nummer-
verwisseling ócne der staatkundige richtingen
aanmerkelijk bezwaar h6eft, betreft niet de
opportuniteit der IndieniDg, maar de indiening
zelve. Maar lovondien moet nog blijken of
werkelijk één staatkundige richting als zoo
danig tegen het ontwerp onoverkomelijke be
zwaren heeft.
Dat de datum van in werking-treden der
nieuwe regeling niet goed gekozen zou zijn,
kan de Reg. evenmin inzien. Het in-werking-
treden der wet op 1 September a. s. zal geen
dissonant zijn in de nationale feestviering.
Te minder, nu in het verslag wordt verklaard,
dat, dank zy de vrijstellingen, de R.Katho-
lieken zich eventueel bij de aanneming zullen
neerleggen.
Uitstel acht zy niet gerechtvaardigd.
Do Regeering stelt er prijs op nog eens
uiteen te zottan, waarom zy, ofschoon zelve
niet alleen van de wtnscbelykheid, maar ook
van de noodzakelijkheid van een volledige
reorganisatie onzer levende strijdkrachten ten
volle overtuigd, zich bij dit wetsontwerp be
paald heeft tot afschaffing van plaatsver
vanging en nummerverwissoling. De inge
slagen weg cchynt haar zoo ni.t de eenig
rnogtlyke dan toch de moest zekere om tot
zoo dringend ncolzakolyke verbetering te
komen.
Slechts dan zou de Regeering, ondanks alle
bezwaren, niet teruggedeinsd zijn in één wet
alles, wat verbetering beboeft, saam te vatten,
indien df de invoering van persoonlijken
dienstplicht op zichzelf oen nadeel of althans
geen verbetering zou zyn, óf bij het doen
van nadere voorstellen van legerhervorming
op dit beginsel allicht zou moeten worden
teruggekomen.
Maar noch het een noch het ander is 't geval.
Geenszins wordt toegegeven dat pers. dienst
plicht niet zou passen by een stelsel van
dienstplicht met ongelyko oefening, evenmin
als dat de Regeering kan inzien, dat over de
afschaffing van plaatsvervanging en nummer-
verwisseling geen beslissing zou kunnen
wor.en genomen, geheel afgescheiden van
latere plannen van legerorganlsatie en leger
vorming. Omtrent deze latere plannen blyft
de Kamer volkomen vry.
Gaarne wil de Reg. de verklaring afleggen,
dat na het tot stand-komen van deze wet
met de nadere voorstellen betreffende de
levende strydkrachten bekwame spoed zal
worden gemaakt. Voor zoover het belang der
defensie dit maar eenigszins toelaat, zal naar
besparing van k03t9n gestreefd worden.
Voorts doet de Reg. ten aanzien van de
gemankte bedonkingen opmerken dat het grond
wettig voorschrift, dat de nationale militie
zooveel mogelijk uit vrijwillige: 8 moet worden
samengesteld, vervat in art. 180 der Grond-
w t van 1848, niet meer bestaat; en dat
gelijkstelling van plaatsvervangers met vry-
willigers niet opgaat. Afschaffing der plaats
vervanging is h. 1. juist bevorderlijk aan de
naleving van het grondwettig voorschrift, dat
alle Nederlanders, daartoe ia staat, verplicht
zijn mede to werken tot handhaving dor on
afhankelijkheid van het Ryk.
De Regeering acht 't niet duidelijk, dat op
het minder bemiddeld gedeelte des volks een
blaam wordt geworpen door haar verwachting
van afdoende verbetering van bot zedeiyk en
verstandelijk gehalte van de militie, door op
neming van meer ontwikkelden in h6t leger
by afschaffing der plaatsvervanging.
Ds Regeering biy't volhouden, dat zeer
zeker het peil van zedelijkheid en ontwikkeling
van plaatsvervangers beneden dat der overige
miliciens staat. Naatt officiéél© cyfers spreken
ook de feiten in het nadeel der vervangers.
Ook over hot bezorgen van plaatsvervangers
kan over 't algemeen het oordeel niet gunstig
lui en.
Dat het intellectueel gehalte der militie door
invoering van den persoonlijken dienstplicht
zal verbeteren, kan h. i, niet op goede gronden
worden betwist. Dat het samenzyn in de
kazerne van personen, die in zeer verschillende
galuelijky omstancigheden verkeeren, op het
more.l gehalte van de dienstplichtigen en op
hunne onderlinge verhouding een minder
goeden invloed zal hebben, kan de Regeering
geenszins totgsvon. Men mag integendeel
verwachten, dat de eenheid van verplichting
de toenadering der vorschillende klassen tot
elkinJer zal bevorderen en dat het onderling
verkeer in het leger, geiyk doorgaans, op de
minder ontwikkelden een beschavenden Invloed
z 1 osfenen.
Door de dienstvervanging biyven de flinke
boerenzoons en de jongelingen uit de midden
klasse van het volk buiten de militie en doen
hun plaatsen innemen door mannen uit de
lagere klass-n, vèr by hen in ontwikkeling
achter staande.
By de hedondaagsche krygsvoering wordt
veol meer dan vroeger kennis en zelfstandig-
luid ook by ieder individu van het leger
geëischt.
Do persoonl. dienstplicht zal zonder boven
matige uitgaven een in aantal en gehalte
voldo3nd kader verschaffen en bet deed der
Regeering genoegen te vernemen dat op dezen
grond reeds alleen de voorgestelde maatregel
coor sommige leden gerechtvaardigd werd
geacht uit een militair oogpunt. E9D leger,
waarin alle standen der maatschappy schouder
aan schouder staan, heeft veel meer inwen ige
kracht en staat uit een moreel standpunt
veel hooger dan een tegor, waarin nagenoeg
alle gegoede en ontwikkelde elementen des
vclks worden gemist.
Maar al ware uit een militair oogpunt een
voldoende defensie te bereiken by een regeling,
die het aan de zonen der meer gegoeden
mogelijk maakt zich aan de verdediging van
het vaderland te onttrekken, uit een sociaal
on moreel oogpunt is dit niet te rechtvaardigen.
Voor geld moge veel te koop zyn, de plicht
om het vaderland te verdedigen mag niet
worden afgekocht. De bevoegdheid nu, aan
allen verzekerd, om anderen In tyd van oorlog
voor hen te laten vechten, is in werkelykhoid
voor de groote meerderheid der lotelingen
fictief, omdat de persoonlyke dienstvervulling
slechts voor een belanjryke som gelcis kan
worden afgekocht, en daaronder de geheele
klasse van ambachts- en werklieden.
Dcrgelyke ongoiykheid is niet te verdedigen
met de opmerking, dat nu eenmaal niets te
verandoren is aan höt feit, dat aan het bezit
van geld voordeelen zyn verbonden.
De Regeering i3 by het ontwerpen van haar
wetsontwerp uitgegaan van de gedachte, dat
hot haar plicht is, om, wanneer htt belang der
defensie het gedoogt, wel degelijk met byzon
dere maatschappelijke verhoudingen en om
standigheden rekening te houden, en van de
dienstplichtigen ook niet meer te vergen dan
werkelijk noodig wordt geacht m door de
rechtvaardigheid vordt geboden. Daarom is
een bepaling opgenomen, volgens wclko
ontheffing van dienst kunnen verkregen zy,
die voor het gezin niet kunnen wordon ge
mist, wier afwezigheid in naasten kring tot
armoede aanleiding zou kunnen geven Maar
ook om dezelfde redenen zUn ook maatregelen
genomen om het afbreken van studiën tot
een minimum tyd te beperken, en tevens
bepalingen voorgesteld, om het zich vestigen
in het buitenland voor handel en industrie
zoo weinig mogelyk te belemmeren, daarom
is de Regeering zelfs zoo ver gegaan ook de
gelegenheid open te laten van ciienstruiling
voor het z. g. biyvende gedeelte.
De Regeering blyft volhouden, dat van het
te zamen dienen meer onderlinge waardeering
tusschen de verschillende standen te ver
wachten is. Te ontkennen is 't niet, dat in
plaats van waardeering verbittering zou worden
verwekt, Indien, zooals sommige leden vrees
den, ryken en armen niet samen zouden dienen,
maar eerstgenoemden in den dienst op allerlei
wyze zouden worden bevoordeeld. To recht
is daartegen aangevoerd, dat van overheids
wege tegen dergelyke bevoorrechting streng
behoort te worden gewaakt. Geschiedde dit
niet, dan zouden de militaire autoriteiten zich
aan plichtverzuim schuldig maken. Tegen
over al de voordeelen, waartoe ook nog be
hoort, dat er een nauwere band zal komen
tusschen leger en volk, staan geen nadeelen
van oenige betoekenis.
Do Regeering wederlegt vervolgens uit
voerig do bedenkingen, gerezen tegen haar
voorstel om do bepaling van art. 120 uit te
breiden tot de lotelingen, die aan te stellen
eischen van oekwaamheid voldoen.
Zy ontkent, dat het reservekader by in
voering van persoonlyken cienstplicht geen
reden van bestaan meer zou hebben.
In verban 1 met de opmerking, om het
blijvend gedeelte geheel uit vrywilligsrs aan
te stellen, zoodat de loting daarvoor en dus
ook de nummerwteseling zou kunnen vervallen,
verklaart de Minister gaarne berdi te zijn
middelen aan te wenden om het aantal vry
willigers te doen toenemen.
Het voornemen bestaat om de soldy voor
de vry willigere by de infanterie op/" 0.13 per
dag te brengen; de maximale termyn van
6 maanden, bedoeld in art. 120 der militie-
wet, waro te verkorten tot 4 maanden. De
nota van wijzigingen, by het w. o. gevoegd,
bevat oen daartoe strekken 1 voorstel.
"Wat betreft de ontheffingen van den werke-
lykcn dienst aan geestelijke personen, enz.,
zegt de Regeering, dat zij niet voorstelt die
ontheffingen in te voeren, maar 6lecbts om
in de bestaande ontheffingen enkele wyzigin-
gen te brengen en er eenige uitbreiding aan
te gev.n, waar zy cit noodzakelijk acht juist
wegens de invoering van den persoonl. dienst
plicht.
Inzake de opmerkiög over de vrystelling
van ordebroeders, z?gt do Regeering, dat de
grond voor dezo ontheffing niet gelegen is
in de bostemming tot ziekenverplegers dezer
broeders, maar omdat do hierbedoeldo personen,
hoewel in den kanonnieken zin geen geeste-
lyken, clerici, maar regulares, echter gehou
den zyn tot een geestelijk leven, met welks
eigenaardigheden en eischen de krygsaionst
niet is overeen te brongeD, en dat de tyd,
waarin zy tot dienst zouden worden verplicht,
juist valt in de jaren, waarin zy in den regel
hun eigenaardige geestelijke vorming beginnen.
De Reg. is voornemens te bevorderen, dat
de voor de theologische vorming bestemde leer
lingen van de 5de en 6do klasse van de gym
nasia als studenten in do godgeleerdheid
zullen worden beschouwd. Van de zydo der
Doopsgezinden is geen bezwaar gemaakt tegen
de afschaffing.
Dat schadeloosstolling aan het gozin, waar
van de kostwinner in dienst wordt gesteld,
beter in het kader van het w.-o. zou passen
dan tjjdeiyke ontheffing van den werkelyken
dienst van don kostwinner, wordt door de
Reg. ontkend. Die schadeloosstelling kan feite-
lyk neerkomen op 't geven van onderstand
door don Staat en past niet in het stelsel
van dit ontwerp.
De minister van oorlog onderschryft het
geen in bet Voorl. Verslag omtrent do Inrichting
der kazernen is gezegd.
Hy acht verheffing van de maatschappeiyke
positie van den officiersstand, omdat jonge
lingen uit de gegoede klasse in de kazerne
komeD, niet noodig.
By het wetsontwerp zjjn gevoegdten eerste
een nota van wyzigingen; tsn tweede een
numerieke opgaaf van de ingeltyfden der militie
te lande, die met een briefje van ontslag zyn
heengezonden van 1891 tot 1897; ten derde
een numerieke opgaaf van hen, die als eenige
wettige zoon werden vrygeeteld in de ver
schillende provinciën van de lichtingen voor
1888—1897; ten vierde oen overzicht van de
procenten aangaande de kennis van het lezen en
het scbryven van ingeiyfden by de militie to
land van 1885—1897; ten vyfdedeindeelingder
lichting van 1898 en ten zesde een opgaaf
van de sterkte van het blijvend gedeelte by
de verschillende corpsen van het leger ge
durende de jaren 1890-1897.
Gemeenteraad van Bodegraven.
Voorzitter: de Burgemeester.
Afwezig mot kennisgoving de lieeren Turken
burg en Van Donk; zonder kennisgeving de heer
Moons.
Na opening der vergadering worden de notulen
der vorige vergadering gelezen en goedgekeurd.
Als ingekomen stukken worden ter tafel gebracht
bet proces-verbaal van kasopnemingen een missive
van Gedep. Staten, houdende terugzending van
het goedgekeurde Raadsbesluit tot af- en over
schrijving op de hegrooting dienst 1898 (verhoogde
jaarwedde van Burgemeester cn Secretaris).
Beide stukken worden voor kennisgeving aange-
nonion.
Wordt overgelegd het verslag van den land
bouw in Nederland over 1894 en 1895, welk
boekdoel voor do Raadsleden ter beschikking ligt.
De Voorzitter deelt mede, dat afwjjzend is
beschikt op do vraag, gedaan door B. en "Ws.
aan de Maatschappij tot Exploitatie van Staats
spoorwegen, om betero aansluiting van sommige
treinen en om trein 2.53 uit Amsterdam niet alleen
op Maandag, doch op iederen dag te doen stoppen
to Woerden. Eveneens is afwijzend beschikt op
het verzoek aan den Minister van Waterstaat;
Handel on Nijverheid, om alhier doorloopenden
dagdienst op bet post- en telegraafkantoor te
verkrijgen. Als reden voor deze weigering wordt
opgegeven, dat er een aantal kantoren is met
beperkten diensttijd, alwaar het verkeer meer
belangrijk is dan te Bodegraven.
Verder wordt medegedeeld, dat de Minister van
Oorlog op de vraag of de betrekking van plaat
selijk adjudant te Wierickerschans zal worden op
geheven, beeft te kennen gegeven, dat hieromtrent
nog geen besluit genomen is, doch dat de noodige
maatregelen getroffen zullen worden om te voor
komen, dat de opheffing van die betrekkingeenig
gevaar voor de gemeente zoude opleveren.
Ten slotte zegt de Voorzitter, dat door den inspec
teur der posterijen getracht is om een verandering
te brengen in de diensturen van het kantoor te
Nieuwerbrug, ten gevolge waarvan bet kantoor
niet eerder dan te halftien v.m. zoude geopend
worden, doch dat. dooir tusschenkomst van den
directeur-generaal 'deï poslorfien voorkomen is,
dat doze zonderlinge regeling is ingevoerd, zoodat
nu do openstelling van bet kantoor blijft zooals
bet tot nu toe was, nl. te halfhegen v.m.
Aan de orde is de benoeming van een onder
wijzer aan school A. De Voorzitter lee3t voor het
rapport van het schoolhoofd en de missive van
den arr.-schoolopziener, die de gehouden proefles
heeft bijgewoond. Uit de voordracht, bestaande uit
do heeren D. Groenendijk, te Uitgeest, C. W.
Rusting, te Spierdijk, en K. De Boer, te Houtrak-
polder, wordt eerstgenoemde benoemd met alge-
meene stemmen op een jaarwedde van ƒ700.
Ter tafel wordt daarna gebracht een voorstel
in zake handwerk-onderwijs op school A., alwaar
wegens het groote aantal leerlingen een helpster
moet worden aangesteld, hetgeen tevens gelegen
heid geeft om het aantal lesuren in de handwerken
te vergrooten, terwijl dan de kinderen uit de
laagste klasso niet, zooals dit jaar, van 11—12
naar huis gestuurd behoeven te worden. Na het
verstrekken van inlichtingen wordt het voorstel,
om mej. M. J. Van Dorp, die in het bezit is van
een bandwork-akte, te benoemen tot helpster, op
een jaarwedde van f 75, aangenomen.
Daarna wordt overgegaan tot het vaststellen
van het kohier van de hondenbelasting, dienst
1898. Op dit kohier komen voor 51 honden 1ste
klasse en 201 honden 2de klasse. Vervolgens komt
ter tafel het door B. en Ws. ontworpen kohier
van den hoofdelijken omslag. De vergadering gaat
over in comité-generaal. Na heropening wordt het
kohier vastgesteld tot een bedrag van ƒ3293.29,
bijeen to brengen door 498 contriboahelen.
Ten slotte deelt de Voorzitter mede, dat door
den heer De Liefde de hypotheek, per resto groot
ƒ4500, is afgelost, terwijl hem opnieuw f 2-500 is
verstrekt, rentende 4 pet. op een obligatie met
tweo eolide borgen.
Verder niets aan do orde zijnde, wordt de ver
gadering gesloten.
UITLOTINGEN. 2 pCts. Servische Loteu v.
1881 a 100 fr., trekking van 14 April 1898, be
taalbaar 14 Mei 1898, 16 SorieGn. 336 5U1 1021
2054 2542 S-IÖ5 3711 4230 4887 5310 5034 5778
C020 0117 6424.
Serie
No.
frs.
Serie
No.
frs.
3465
45
1000
5778
28
500
3711
35
275
5778
44
3500
4387
16
90000
6026
5
275
5310
23
500
6117
41
600
6778
4
1000
6424
31
10 00
De overige 790 nummers, vervat in bovenge
noemde 16 serieëD, ad 100 fr.
Burger! ijke Stand.
HAARLEMMERMEER. Ondertrouwd: H.
J. Van Esmond en E. Lippus. A. LI. Van Wal-
stijn en M. Gouweleeuw. J. Van der Marei on
M. Van der Marei. P. Terlouw en N. 13. Versteeg.
Gehuwd: J. H. Eijken en M. E. Sweers.
Bovallen: W. H. Willerasc geb. Kees D.
C. A. Verkurjl geb. BruijnisZ. K. Van Hooidonk
gob. Van Dongeu Z. A. Irik geb. Markus Z.
L. Truijman geb. Van Kruijssen Z. M. M.
Römelingh geb. Jansen Z. T. Bogaarte geb.
Brouwer D. N. Roomer geb. Stolk Z. F.
Van der Oord geb. Van Geest D. M. J. Smits
Seb. Joren D. A. Stoot geb. Van der Maarl
M. Goulooze gob. Van Gennep D. C.
Wesselius geb. Ouwerkerk D. I. Vellekoop
geb. Oosterom S. C. Baartman geb. Santifort
Z. H. De Jong geb. Lodder D. M. Van Bontem
geb. Stokman Z.
Overleden: H. P. Van Vugt, 1 j. P. Van
Braak, 2 j. L. P. Kaptijn, 3 m. J. G. Dom
peling, 5 m. C. M. SobeDS, 22 j. W. H. Van
Raam, 59 j. C. Van der Blij, 5 w. C. Kaper,
53 j. D. De Bock, 44 j.
KOLOWlfiff,
BATAVIA, 16-21 Maart.
De majoor Van Blommesteln, die na de
Lombok expeditie wegens voor den vyand be
komen verwondingen is afgekeurd cn gepen-
sionneerd, heeft in midden-Java, als onze
berichtgever zich niet vergist, to Salatiga, In
vereeniging met zyn echtgenoote een pension
geopend, dat aanvankeiyk goed bezocht wordt
en de beste vruchten belooft af te werpen.
De controleur 1ste klasse P.L. Ch. Lesueur
heeft zich candidaat gesteld voor secretaris
van Benkoelen.
Uit Batavia vernam de „Soer. Ct.", dat
de heer J. A. M. Bressier, militaire apotheker
der 1ste klasse, voornemens is, om, wanneer
hy zyn pensioen verdiend heeft, eervol ontslag
te vragen. Zyn collega H. Van Os werd inder-
tyd door den hoofdinspecteur gevraagd of hy
geneigd zou zyn by de opiumregie over te
gaan op zeer voordeelige conditiën. De kans
is groot, dat de heer Van Os voorgoed by
dezen diensttak zal overgaan.
Dc ramp op Ambon.
Omtrent den toestand op Ambon rappor
teer ie de heer F. W. Fabius aan het Soer.
Comité het volgende, na een persoonlyk bezoek
aan het geteisterde eiland:
„Te Ambon had zich reeds een comité
gevormd, bestaande uit den resident, secretaris,
controleur, kapitein der artillerie Baormayer,
ds. Keiftenbelt, architect waterstaat De Boer,
hoofddjaksa, kapitein der ChineezeD, dito
Arabieren en den heer Van Aart, particulier.
De resident verzocht dadelyk een vergadering
te beleggen, en den volgenden dag had doze
plaats. Staande deze vergadering, waarin ik
welkom werd gebeeten, tlosk het, dat er
reeJs f 8000 was binnengekomen. De heer
Baermayer stelde voor, zich in sub-commissies
te verdoelen van drie personen elk.
„Deze commissies zouden zich dan elk van
een wykmeester voorzien, en reeds den
volgenden morgen aanvangen, elk in zy'n
aangewezen wyk, huis aan huls de schade
aan moubilair en gebouwen op te nemen.
Aldus werd besloten. Ik verzocht en verkreeg
daarop vergunning, beurtelings tot myn ver
trek, den 13den Februari, do commissies to
vergezellen. Ton gevolge van dozen ver
stan-igen maatregel, door het comité aldaar
genomen, was ik in de gelegenheid, beter
dan iemand op de hoogte te komen van de
grootte van dc ramp. Niet enkele, doch alle
wyken werden door my bezocht. En goen
wyken waren gespaard gebleven. Steonen
huizen zoowel als bamboe, kampong-huiden,
alle wdren min of meer beschadigd. Het
meubilair van alle woningen was dec-riyk
gehavend. Te Ambon, waar de inlandsche
bevolking zich op Europeescho wyze hoeft
ingericht, hooft de inlandsche bevolking cus
meer schade geloden dan zulke by ten
dergelyk geval op Java zoudo zyn.
„Behoudens eenigo weinige uitzonderingen
zyn alle huizen beschadigd.
„In het Chineesche kamp, waar uitsluitend
steenen gebouwen waren, ziet het er het
treurigst uit, (puinhoopen overal, ruïnes als
van oen gebombardeerde stad). Hier werden
de meeste slachtoffers aangetroffen. Velen
werden verpletterd onder do instortende hui
zen. De groote passar aldaar, opgetrokken
met zware steen6n pilaren en pannen dak,
is totaal een ruïne geworden. In de kampongs
ziet men op sommige plaatsen 4, soms 5
huizen over elkander in een chaos van hout,
bamboe, moubilair, enz. liggen. De meest
optimistische mensch moet treurig gestemd
zyn by het zien van zooveel leed en schade,
aangedaan aan een bevolking, die misschien
een menschenleeftyd noodig heeft, om zich
daarvan te herstellen. Alle bezitters werden
getroffen, en niet alleen zy, maar ook de
Diaconie-bedeelden waren er het slachtoffer
van. Spaarbank, Diaconiofonds, KerkfonJs en
Chineesch Kerkfonds, al deze inst-Hingen
hadden haar gelden in hypotheken belegd.
Daar nu byna alle pandon beschadigd en
vele zelf6 totaal vernietig i zyn, zoo zijn geen
dezer instellingen in staat geld los te maken,
en hebben zjj zelfs weinig vooruitzicht van
baar uitzettingen iets terug te zien. By myn
verirek uit Ambon had de Commissie reeds
een totale schade-berekening van p.m. 7 ton.
Volgens de leden der Commissie zouden er
nog p.m. 2 ton tykomen. Indien men nu
bedenkt, dat de schade overal zeer matig
getaxeerd is, zoo is het cyter van p.m. een
millioen niet overdreven."
Door den Gouvernear-Generaal van Ned.-Indië
zijn de volgende beschikkingen genomen:
CIVIEL DEPARTEMENT. Ontslagen: Uit
's lands dienst de 1ste commies bij do Algemeene
Rekenkamer L. R. E. Van Polanen Petel, met
bepaling, dat nader zal worden beslist of dit
ontslag al dan niet moet worden beschouwd als
te zijn verleend eervol.
Benoemd: Tot resident van Pekalongan, de
assistent-resident van Bandoeng (Preanger-Kegont-
schappen) H. E. Steinmetz; tot voorzitter van
den Landraad te Kraksaan (Probolinggo) het Lid
van den Raad van Justitie te Semarang Mr. F.
B. Simon Van Leeuwen.
Verleend: Wegens langdurigen dienst, één
jaar verlof naar Europa, aan den landmeter 3de
iel. bij hot kadaster J. Calicher, den secroteris
der residentie Benkoelen A. E. Immink en den
adjunct-landmeter 2de kl. bij het kadaster H.
Tb. Kubr.
Benoemd: Bij de exploitatie van Staatsspoor
wegen op Java: tot chef der werkplaatsen, de
adj.-cbef der 3de afdeeling N. Do Vicq; tot adjunct
chef 3de afdeeling de inspecteur 3de kl. voor bet
toezicht op de spoorwogdieusten en bet stoomwezen
A. 11. R. Cb. D. Pereira; tot inspecteur 3de kl.
bij bet toezicht op do spoorwegdiensten en het
stoomwezen de ambtenaar op non-activiteit S. G.
Heijmering, laatst die betrekking bekleed hebbende.
Door den directeur van Binnenlandsch Bestuur.
Toegevoegd: Aan den hoofd-inspecteur voor
de suiker- en rijstcultuur, het landelijk stelsel cn
wat daarmede in verband staak, de ambtenaren
voor den burgerlijken dienst Th. Van Dissel en
L. H. W. Van Sandick en de burgerlijke ambte
naar A. Coomans.
DEP A RTEM ENT VA N OORLOG. Bevorderd:
Tot majoor by het wapen der infanterie, do kapi
tein K. F. Engelbert van Bevervoorde.
Verleend: Wegens ziekte, con tweejarig
verlof naar Europa, aan den magazijnmeester
lste klasse (kapitein) bij de militaire administratie
V. W. J. Van der Linden, en den lsten luitenant
der infanterie A. Tetenburg.
Van Atjeh afgelost: do lste luitenant
dor infanterie P. Hajenius, H. P. Van derMieden
van Opmeer en J. M W. Grootenbeer, de onder
luitenant Stoltz, dc lste luit. der cavnlerio J. Do
Kouingh, de magazijnmeester 2de kl. der militaire
administratie A. F. A. Van Seters. Genoemde
officieren zullen de bestemming volgen, die bun
door hun wapen- en dienstchef zal worden aan
gewezen.
Teruggevoerd: Van a la suite bij zijn
wapen, de kapt. bij hot corps marechaussee, geGv.
van Atjeh naar Padang, G. J. A. Wobb.
Goedgekeurd.De overplaatsing bij het
corps marechaussee, van don kapt, by bet 1st©
garos.-bat. van Atjeh en Onderh. to Lcpong, M.
W. E. Van Bloemen Waanders; de terugplaat
sing bij de troepenmacht in Atjoh t. n, i., van
den lsten luit. bij het 9do bat. inf., geëv. van
Atjeh naar Padang, G. A. Leers, en van den lsten
luit. bij het garn.-bat. van Atjeh en Onderh., geöv.
naar Padang, J. F. E. Willemsz.
BUITENLAND.
Italië»
De vrienden van Crispi hebben te Palermo
een ernstige verkiezings campagne moeten
voeren, welke echter ten slotte leidde tot do
overwinning, want, geiyk mon west: Crispi
W6rd herkozen met 1176 stemmen tegen 295
op Barrato, den candidaat der socialisten.
Er beorschte in de stad eon buitengewone
opgewondenheid, en men heeft een oogentlik
gevreesd voor wanordelijkheden. Zaterdag
reeds trok een groote troep aanhangers van
Crispi door do straten en kwam in botsing
met een twintigtal socialisten, van wie er ver
scheidene door messteken werden gewond.
In een manifest hebben de socialisten ver
klaard, dat zy geweld met geweld zouden
beantwoorden, en dat zy htt „Crispinisme"
d. w. z. den diefstal en de laagheid, heftig
zouden bestryden.
Ongelukkig voor hen hoeft höt Crispinisme
overwonnen.
Kuslnnd.
Te St. Petersburg is men van meening, dat,
in.ieu de inwendige verwarringen van Corea
nitt hef] gauw worden opgelost, Rusland
zonder uitstel tot het bezetten van Corea zal
overgaan, daar do terugroeping der Russische
instructeurs uit het Coreaansche legor slechts
geschied is onder voorwaarde, dat de Coreaan
sche regeering zelve zoowel de onafhankelijk
heid dos lands als do orde on de rust zon
weten te bewaren.
Over Londen, dus langs een grooten om
weg, verneemt de „Frankf. Ztg." uit Peters
burg, date daar onder de geatrengste geheim
houding een proces wegens hoogverraad is
gevoerd, dat den 12den April is Reéindigd.
De bladen mogen zelfs niet eens den afloop
mesdeelen. Acht mannen en een jong meisje,
die sedert vete maanden in de gevangenis
war n, waren beschuldigd, militaire documen
ten en mededeelingen, welke op do verdedi
ging van het ryk betrekking hebben, aan
agenten van de Oostenryksch-Hongaarsche
regeoring verkocht te hebben. Een zelfde geval
dus als de Dreyfus zaak in Frankryk. De
hoofd-beschuloigden waren de 59-jarige staats
raad Perownow en zyn 20 jarige dochter,
welke beiden tot levenslange verbanning naar
een der verwydordste gedeelten van Siberië ver
oordeeld zyn. Verder kregen Alexander Lok-
witzki, werkzaam aan het ministerie van
oorlog, die by het verkrygen der documenten
behulpzaam was geweest, 4 jaren tuchthuis
straf; kapitein Nicolaas Turtschaninow, een
adjudant van den commandant der vesting
St.-Petersburg, een vroegere tolk by den
generalen staf, de in Russischen dienst staande
Turk Abdurhaman Abdi, en Feodor Obedeiko,
een beambte der gendarmerie, ieder 13 jaren
verbanning, omdat zy geholpen hebben en
hun superieuren daarvan geen melding ge
maakt hebben; Ilja Kentajew, een schrijver
van het ministerie van oorlog, 8 maanden
gevangenisstraf, omdat hy geen melding ge
maakt had van hetgeen gebeurde. Tweeanderea
werden wegens gebrek aan bewys vrijge
sproken. De behandeling der zaak had plaats
met gesloten deuren en duurde 5 dagen. Ds
beschuldigden werden door de knapste advo
caten der hoofdstad verdedigd, en de verdediger
van Lok witzki werd nog bygestaan door
den vader van den beklaagde, die zelf advo
caat is.
De St-Peteraburg Maatschappy voor do
overbrenging van kracht, ontleend aan water
vallen, werd onlangs aldaar opgericht. Men
is begonnen fabrieken te bouwen om kracht
te balen uit de Narowa, Smatra en "Wuozen
watervallen, deze door electrischo geleiding
over te brengen en te verspreiden om in Sfc.-
PeterBburg en omliggendo districten dienst te
doen voor bet branden van electrisch licht en
hot leveren van beweegkracht. Het kapitaal is
6 millioen gulden.
Volgens sommige St.-Petersburger bladen
heeft het departement van binnenlandsche
zaken den stedelyken regeeringen aangezegd,
zieke buitenlanders in de gasthuizen te doen
verplegen. De verplegingskoBten zulten daarna
laDgs diplomatieken weg worden vereffend.
Uruguay,
De „Council of foreign bondholders" te
Londen maakt bekend, dat order is ontvangen
uit Montevideo voor de uitbetaling aan de heeren
Glyn, Mills, Carrie en Co. te Londen van
47,528.79 pd. st., uitmakende de 45 pCt. der
douane-ontvangsten voor de eerste helft van
April, voor den dienst der 3l/*-pCts.-acliuld
van Uruguay.