N«. 11703 Woensdag SO April, V. 1898 <§eze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <Zon- en feestdagen, uitgegeven, Dit uonimcr bestaat nit TWEE Bladen. Eerste Blad. Leiden. 19 ApriL Peuilletom. Getrouw tot in den dood. LEIBSCH DAGBLAD. raiJS DSZER COUBAIJT» Voor Lolflon por 3 maanden, I.lOt Franco per poafc1.40, Ateondorlyke Nommera ,o q.05. 'FBZJS DKB ADVEHTENTIËITZ Van 1—8 regels f 1.05. Iedere regel moer f 0.17J. Oroofera lettere naar plaatsruimte. Toot het incaseeeren buiten, de stad vrordt f 0.06 berekend. OlUciëele Keunlsgevingea. De Burgemeester der gemeente Loidou; Gelet op art. 31 der Kieswet, Brengt ter algemeens kennis, dat do verzoeVen om verbetering von de kiezerslijst voor don dienat 1893/99, met de bewgsetukkeD, op do Secretarie öeatr gemeente ter iozage zijn nedergelogd en in tfaebr.ft, tegen betaling der ko6ten, verkrijgbaar gesteld. Leiden, De Burgemoeé'ór voornoemd, 18 April 1898. F. WA8. DRANKWET. Bnrgeroeeater on Wethouders van Leiden brengon ter algomeene kennie, dat door ANTONY OOR- NELIS VAN DEN BROEK, woDcndo alhier, en GBRA11DU8 OORNELIS TIJSBEN, wonende te 'a-Graveiihago, verzoekschriften zijn Ingediend om vergunning voor den kleinhandel in sterken drank, rcepot»ii7elrjk in de perceelen Morechstraat No. 35 en Groenhazegraoht No. 10. Bargemeeater en Wethoudon voornoemd, Loiden, F. WAS, Bargemooater. 18 April 1398. VAN BEYST. Secretarie. Hdt tiende jaarverslag der Leidsche coöperatieve winkelvereeniging „Door volhar ding verkregen" ziet er niet rooskhurig uit: op allta ie achteruitgang merkbaar, zoodat ook het leóonkapitaal een vermindering aan wast. Het brooQverbruik van den bakker- contractant daalde o. a. in het afgeloopen jaar van 32,228 tot 21,236; het verbruik van brandstoffen verminderde in ontvangsten van f 1356 tot f 985, enzenz. Deze achteruitgang had het bestuur doen besluiten de leden met den toestand van zaken in kennis te stellen, wat in een in de maand Maart gehouden ledenvergadering breedvoerig is geschied; het resultaat der toen gehouden besprekingen was, dat door het bestuur de vraag werd gedaan: Wat zal mon doen, blijven voortgaan met winkelen of zal men de Yereeniging opheffen? Het antwoord der vergadering wasOpheffen Zoodat het doodvonnis van het tienjarig kind was geteekond, maar toen nog niet bekrach tigd, daar de uitspraak (volgens reglementaire bepalingen) in een na een tusschenruimte van een maand volgende vergadering eerst plaats mocht hebben. Deze vergadering dan, waarin hot definitieve besluit moest genomen worden, heeft gister avond plaats gohad. Na opening door den vice voorzitter, de voorzitter zelf was wogens ongesteldheid af wezig werden de notulen der vorige ver gadering gelezen en goedgekeurd, waarna men onmiddellijk tot het nemen eener be slissing omtrent het al of niet voortbestaan der Yereeniging overging. De onverbiddelijke uitspraak der leden was: dat allen zich voor opheffing verklaarden. Dus, nog oen korte wijle on de Leidsche coöperatieve winkel vereeniging „Door volharding verkregen" is niet meer. Uit dit feit blijkt dus, dafc er in Leiden (jammer genoeg voor oen werkmans gezin) nog niet veel of in het geheel g.'en levensvatbaarheid bestaat voor de coöp-ratie, in tegenstelling met zooveel andere steden in ons land, waar ze zoo in bloei toeneemt. Alvorens de vorgadering na eenige voorafgaande besprekingen gesloten werd, werd door een der leden het bestuur dank gezegd voor de vele bemoeiingen, die hot gedurende den tijd, dat het zitting had la zoodanig, zich heeft getroost; niet het mhst gold dit den eersten secretaris en den penning meester, beiden wegens hun nauwkeurig beheer. Na een woord van dank voor do opkomst sloot do voorzitter de vergadering en bleef het bestuur nog eenigen tyd bijeen tot ver dere regeling van de zaken. De kapt. P. W. Weber, van het 4de reg. Inf. te Leiden, wordt 1 October a. s. voor een jaar gedetacheerd by den chef van den generalen staf te 's-Gravenhago. Te 's-Gravenhage i6 overleden de bekende dierenschilder Pieter Stortenbeker. Stortenbeker is uit een geheel geslacht van kunstenaars. Hy was de zoon van een huis schilder, die het echter zoo ver had gebracht, dat by scbildery^n aardig wist te kopiëeren. Hy liet zyn zoons de Haagsche Teeken- acaderaie bezoeken en daar werd Jan een goed decoratieschilder, Pieter een schilder naar de natuur, vooral van dieren, terwijl Kees, die veel jonger was, zich voornamelijk toe legde op schilderen van vogels. Twee andere broers beoefenden met succes de muziek. Al vroeg begon Pietor in het vry© veii te schilderen en met onuitputtelijk geduld stu deerde hy byv. op een koe, die juist als hy haar half had geschetst, opstond en wegliep. En dan duurde het soms heel lang eer de schilder haar weer in de gewenschte houding had gekregen. Door dit werken aaar de natuur heeft Stortenbeker oog gekregen voor de ware kleuren, oïé men dai>r buit»n ziet, en gobrok n met de halve, bruinachtige, paarsachtige kleuren, die men vroeger gaarne zag. Stortenbeker beeft zoowel het waterverf- toekenen als het olieverf-schilderen rntt succes beoefend. Hy heeft voor zyn opleiding veel te danken, behalve aan zyn broer Jan, aan de schilders Yan de Sande Bakhuyzon en Tom. Evonals zyn intieme viiend C. Bisschop was Stortenbeker een groot liefhobber van kostbare oudheden. In zyn geheele woning vindt men Diets anders dan fraaie meubelen en kostbaarhecen. Ook vele teekeningen van anderen, o. a. van Charles Kochussen, heeft Stortenbeker met grooten y ver en kunstkennis verzameld. Het Ryksmuseum bezit een goed specimen van Stortenbeker's kunst: koeien in een wei land by ondergaande zon. Over een paar dagen, den 21ston van dc-ze maand, zou Stortenbeker 70 jaar geworden zyn. Op het programma voor de feesttlykheden by de inhuldiging in do hoofdstad komen do volgende hoofdpunten voor: Maandag 5 September: H. M. do Koningin, vergezeld van H. M. do Koningin- Moeder, zal te 1.20 uur uit Den Haag ver trekken en aankomen aan het station Weesper- poort te Amsterdam. De Koninkiyke stoet, waarby zich natuuriyk de ©erewacht bevindt, begeeft zich langs den volgenden weg naar het Paleis: Sarphatistraat, Frederiksplein, Utrechtschestraat, Heerengracht (oneven zyde), Vyzelorug, Heerengracht (even zyde), Lei-jsche- straat, Keizersgracht (oneven zyde), Raadhuis straat, Paleisstraat, om bet Monument op den Dam, Paleis. Langs dezen weg, die zeer fraai versierd zal zyn, zullen op de.volgende punten tribunes worden opgeslagen, -welke tegen entróe toe- gankelyk zullen zyn: Weesperplein,Sarphati straat by htt Paleis voor Volksvlyt, Frederiks plein en Raadhuisstraat by de Keizersgracht en tusschen Singel en Spuistraat. Aan werklioden-veroeaigingen en andere corporation zal gelegenheid gegeven worden aan de Koningin hulde te bewyzen door zich met hun banieren langs den intochtweg te plaatsen. Dinsdag 6 September: 7-8 uren. Gewyde koraalmuziek op bazuinen van ver schillende kerktrahsen (o. a. van de Nieuwe Kerk). 11-12'/, uur. Inhuldiging. 2'/, 4 uren. Groote rytoor langs de boofd- versitrringen en door den Jordaan met de Willemstraat, de eilanden en de Israëlieten- wyken. 9-10 uren. Rjjtóer langs de illuminatie. Woensdag 7 September: 7 8 uren. Koraalmuziok als den vorigen dag. 10 10'/j uur. Aubade van den Neder- landschen Zangers-ond voor het Paleis op den Dam. ls/% 3'/% uur. Bezoek van de Koninginnen aan de terreinen van do groote volksfeesten achter het Rijks museum, alwaar HH. MM. den Historisch-Allogoriach'en Optocht in oogen- schouw zullen nemen, wélke optocht daarna ce stad, intrekt. f Van het terrein zullen by de komst van de Koninginnen 6000 postduiven worden opge laten. Aan de uitvoering van het ryko programma voor deze feesten wordt ook deelgenomen door een 1000 tal bden van het Nederlandsch Gymnastiekverbond, die voor de koninkiyke trioune evolutiën zullen uitvoeren. Namens de Nederlandsche werklieden zal te dezer plaatse aan H. M. de Koningin een adres van hulde worden aangeboden. 4i/2— 61/, uur. Passade voor inwoners van Amsterdam en van de provinciën. 83/%10'/t uur. Waterfeesten en illuminatie met vuurwerk op het IJ. De Koninginnen zullen uit een aan den Wost Indischen steiger te bouwen Paviljoen de feesten gadeslaan. Donderdag 8 September: 78 uren. Koraal-muziek als den vorigen dag. 103/%12 uur. Bezoek aan de tentoon stelling van voorwerpen, betrekking hebbende op het Huis yan Oranje, in het „Fragmenten gebouw" van het Ryks-museura, en van de Rembrandt tentoonstelling in het Steleiyk Museum; on kleine rytoer. 2'/j4 uren. Bezoek aan de matinée musicalo in het Concertgebouw door de Neder- landsche toonkunstenaars, met inbegrip van den rit heen en terug. 8—91/,. Gala-voorstelling in den Stads schouwburg. Vrydag 9 September: 11 uren.Ver trek van de Koninginnen van het Centraal station. Gedurende de drie eigenlyke feestdagen zullen in den middag en des avonds in ver schillende stadsgedeelten muziekuitvoeringen gegeven worden en wel in tenten, geplaatst: Amstelveld, Westerpark, Watorlooplein, Sar- phatipark, Westerstraat, Nieuwmarkt, Katten burg en Oosterpark. Naar wy vernemon, zal het Kamerlid de heer Pynacker Horöyk 1 Juni uit Indië repatriëeren. Vad Gisteren was het 25 jaar geleden, dat de heer R. L. Oldeman, thans predikant by de Remonstrantsche Kerk te Gouda, zyn predikambt aanvaardde. Zyn gemeenteleden vereerden hem met een kostbaar eikenhouten buffet en eeDige kostbare zilveren voorwer pen en kunstvoorwerpen. De Haagsche kunstschilder C. Bisschop hoopt aanstaanden Vrijdag, 22 April, zyn zeventigsten jaardag te mogen beleven. Het genootschap „Pulctari Studio" te 's-Gra venhage zal hem dien dag tot een feestdag maken. De portretschilder Johan Hendrik Neu man Gzn. is te 's-Gravenhage in ruim 79- jarigen ouderdom overleden. Door mr. A. W. F. H. Singer, advo caat en procureur te Groningen, is aan de Universiteits-bibliotheek aldaar ten geschenke aangeboden de verzameling medische werken, nagelaten door wijlen zyn vader, dr. W. M. H. Singer, oud-hoogleeraar aan de Ryks- uoiversiteit te Groningen. Aan den schenker is daarvoor do dank dor Regeering betuigd. De heer J. J. Menkema, te Hilversum, heeft bedank voor zyn benoeming tot leeraar in de Hoogduitsche taal en letterkundo aan do Kon. H. B.-S ts Apeldoorn. De particuliere correspondent van het „Hbl." seint nog uit Parys, dat onze Koningin nen gistermorgen reeds vroeg het Musóe du Luxembourg bezochten, vergezeld door ridder Da Stoers. Nadat zy eerst naar het Hotel Continental waren teruggekeerd, kwamen zy te kwart voor twaalven aan in het botol der Nederlandsche legatie, waar zy door den ge zant, ridder Da Stuers, werden ontvangen. Later gaven HH. MM. daar een particuliere auaientie aan de bestuurderen, de commis sarissen van toezicht, de eere-loden cn de dames-patronesson der Nederlandsche Vtr- esniging voor Liefdadigheid to Parys. De president, de heer R. A. Buisman, kon de audiëntie niot bijwonen, daar hy niet te Parys is. De vice-president, de heer B. Schröder, stelde de bestuarsleden, do hearen I.J. Boas, penningmeester, Ed. Pinner, secretaris, M. J. H. Van Lier, L. G. Coblyn, dr. J. F. Pennink en H. N. Roepius van Zevenhuizen, de leden der commissie van toezicht, John S. Raphael, Ph. L. Van Hemert en P. C. E. Wunderly, en do eereleden der Yereeniging, mr. H. Louis l8raéla en dr. E. Thyssen, aan HH. MM. voor. Da dames patronessen werden door mevrouw Van Weede aan HH. MM. voorgesteld. De Koninginnen hielden cour en onderhielden zich met ieder der leden op ae meest be- minneiyke wyze en spraken Haar belang stelling uit in de Vereeniging vcor Liefdacig- heid; bovendien gav. n zy uitdrukking aan Haar genoegen met Haar verbiyf te Parys, en Haar ingenomenheid met de vaderland lievende gevoelens van de zoo talryke Neder landsche kolonie. Na de audiëntie werd open receptie ge houden; ongeveer vyftig voorname Neder landers, waaronder de oud-consul Ansiyn, de heer Pierson, cn veel andere consulaire en diplomatieke ambtenaren, waren daarby tegen woordig. By hot dejeuner in de Legatie, dat 24 couverts telde, waren tegenwoordig, behalve de Nederlandsche gasten, de heeren Hanotaux, minister van buitenlandsche zaken, BihourJ, gezant te 's-Gravenhage, Le Grand, oud gezant, generaal Hagron, chef van het Militair Huis van den President, en commandant Moroau, van het Militaire Huis, toegevoegd aan de Koninginnen tydens Haar verbiyf te Parys. Na het dejeuner vertrokken HH. MM. met gevolg te 2 u. 50 m. met een extra-trein naar Versailles, waar zy het museum en de zalen van het paleis van Lodewyk XIV bezichtigden. In een open rytuig maakten zy een rit door het park. De groote fontunen werkten fc* Harer eer. Na dit schouwspel bewonderens waardig by den heeriykm zonneschya te hebben gadegeslagen, begaven de Vorstinnen ach naar Groot en Klein Trianon, waarop zy om zeven uren per extra-trein te Parys terugkeer ;en en zich naar Haar hotel begaven, waar zy dineerden. Des avonds gingen HH. MM. niet uit. Heden is er in het hotel een intiem dejeuner. In de maand Juli e. k. zal een examen worden gehouden voor boekhouders by het kadaster. Aanmelding vóór 1 Juni e. k. by den Minister van Financiën by een op z~gel geschreven request, voor zoover zy niet zijn teekenaar by het kadaster, met een bewijs, dat zy gedurende tien jaren onmid dellijk aan het verzoek voorafgaande, onaf gebroken als klerk aan een kantoor van do hypotheken en het kadaster, ty de kadas trale boekhouding zyn werkzaam geweest. Ds. A. Couvée, te Zeist, hoopt Maandag 25 April zyn 40-jarige evangelie-bediening te herdenken. Te Dordrecht is overleden de heer Cor- neille Vrieseadorp, in leten onder-voorzitter van do Kamer van Koophandel en oud commandant der dd. schuttory. De gemeenteraad van Deventer heeft af- wyzerid beschikt op een verzoek van eern.ga vak- en werkliedenverenigingen, om een openbare vergadering met een kinderfeest op 1 Mei op gemeentegrond to mogen houden; aan een sub-commissie voor de inhuldigings feesten werd voorwaardciyk afgestaan een gedeelte van de "Worp, om daar gedurende de inhuldigingsfeesten volksfeesten te houden. 5) Neen, er zat niets anders op dan dat „Puck" dit arme schepsel naar het kasteel droeg. „Ik zal u naar het huis van myn vader brengen on u daar voodsel en rust geven," zeide Lucille. „Donkt ge, dat gy op myn hit zult kunnen zitten, als ik hem aan den teugel leid? Hy is ze^r mak." „Ik weet het niet, juffrouw. Ik weet niet of ik wel op myn beonen kan staan. Alios .draait me voor de oogen alsof ik in een draaimolen zat." "Het matte hoofd zonk op Lucille's schouder neder, terwijl het meisje sprak; de besto ven, verwarde lokken on de bontkleurige katoenen halsdoek hingen tegen het groene kleed der jonge dame, zonder dat deze zich er tegen verzette. Nog nooit was de dochter van lord Ingleshaw in zoo nauwe aanraking ge weest met armoede in den hoogsten graad. „"Wy moeten u op den hit zien te krUgen," sprak zy. „Leun met uw hoofd togen dien boom, terwyl ik hem by u breng." Zij verliet voor een oogonblik bet meisje, dat, slap on krachteloos, tegen den bruinen donnostam geleund, nauwelijks overeind kon zitten, en ging naar „Puck," die zich al knab belend to goed deed aan het malsche gra3 om höm heen. Lucille bracht hem naar de plek, waar Bess zat, en tilde de zwakke ge stalte, die de kracht niet meer had om zich op to heffen, van den grond. Zy was klaar- biykeiyk in een half bezwymden toestand en zou op het paard vastgehouden moeten worden. De oude, druilerige „Puck" leende zich bedaard tot de taak, die van hem gevorderd werd, maar scheen er toch wel verbaasd over te zyn. Lucille zette het machtelooze meisje niet zonder moeite in den zadel en onder steunde het in een zittende, slap voorover hangende houding, terwyl zy den hit door het plantsoen langs den naasten weg naar het kasteel leidde. Al de glans vau den zonnescbyn op dien helderen Mei-ochtend, al de pracht van boach on void die statige oude boomen, die open groene plekken, mok wild gestoffeerd het glinsteren vaB den vyver in do verte, de grootschheil van dat oude, grauwe kasteel, dat zoo schilderachtig tegen een donkeren achtergrond van dicht gebladerte uitkwam dit alles ging voor Bess verleren, die haar hoofd niet ophief en als in een droom op den rand van een donkeren afgrond zweefde. Het uurwerk ces levc-ns was byna afgeloopen; elk oogenblik dreigde de laatste Aauwe zwaai van den slinger te zyn. Lucille ging met haar beschermeling naar het 6talplein. D.«ar was het zoo stil als in hob kast©3l van de scboone slaapster; want het was do etenstijd van het stalpersoneel; maar toen de hoefslagen van den hit zich op het plaveisel deu6n hooren, kwam er een oud man to voorschyn en trad de dochter van z(jn heer te gemoet. Dat was Tom Pike, de oude „groom," die met de by'zondere zorg voor „Puck" belast was. Hy bad lady Lucille de eerste beginselen der rykunst geleerd, om haar zoo ver te brengen, dat zy baar vader op zyn ritjes kon ver gezellen, en maakte een afgod van haar. Dus, toen zy hem verzocht de havelooze zwerveling in zyn armen te nemen en haar het kasteel binnen te dragen, kon hy het niet over zich verkrygen daar eenig bezwaar tegen te maken, hoewel hy het eigeniyk zeer onbehoorlijk vond. Het eenige, wat hy zeide, was: „Zou het niet beter zyn, dat ik haar naar den zadel maker bracht, lady Lucille? Daar kan ik haar wat vleesch en drinken geven." „N3en, Pike; het arme schepsel is erg ziek. Zy heeft veel zorg en verpleging noodig. Breng baar waar ik u zal wyzen." Pike nam Bess op zijn schouder alsof zy een doode was, en droeg haar het kasteel in, waar Lucille hem voorging naar een nette, kleine slaapkamer, aan het einde van een lan gen corridor, dicht bij haar eigen vertrek ken. De kamer werd gewooniyk in gereedheid gehouden voor kameniers van logées en nog onlangs was zy door do bejaarde kamenier van lady C rlyon betrokkon geweest. Hier legden zy het half böwustelooze meisje to bed. Toen haar hoofd op het kussen zonk, sloot zy bijna onmiddellyk de oogen en viel in e:n slaap, dio schier een verdooving was. „Ga naar beneden en haal een glas povt- wyn en een beschuit, Piko. Zy moet dadeiyk iets hebben. Zy is uitgehongerd." „Daar ziet zy wel naar uit, lady Lucille. Maar zou mylord het my niet kwaiyk nemen, dat ik zoo'n landloopster in huis heb gedra gen? Zy moest maar liever regelrecht naar het werkhuis gebracht worden." „Ik neem de verantwoordeiykheid op my, Pike," antwoordde Lucille. „Ik ben niet bang, dat myn vader het kwalijk zal nemen. Hy heeft meer van den barmhartigen Samaritaan dan van den Leviet in zich." „Dat is waar, lady Lucillo, maar, ziet ge, in dien tyd waren er geen werkhuizen; en een heer, die zooveel armenbelasting betaalt als mylord, kon er wel eens minder over ge sticht zyn, dat er laudloopsters in zyn slaap kamers gebracht en op zyn bed gelogd worden." „"Wil je den wyn nu halen, Pike, eer dat arme schepsel sterft?" vrorg Lucille onge duldig; en weg vloog Pike, als eeu pyi uit den boog. De altyd waakzame juffrouw Marjorum was niet zoo verdiept in Dante's „Inferno", dat zy geon ooren had voor aardecho gfluiden; en toen zy voetstappen in den corridor boorde, kwam zy aanloopen om to zien wat or ge beurde. Zy zag Pike wegsnellon en de deur V2n de slaapkamer half openstaan en haastte zich om te vernomen wat de reden dez:r storing van de gewone middagstilte was. Toen zy di9 gedaante met gescheurde kleoren, niet veel beter dan lompen, on een verbonden bloedenden voet, op Let bed zag liggen, stond z'J een oogenblik sprakeloos van ontzetting. Zoodra zy woorden kon viaden, om haar afgryz6n lucht te geven, riep zy uit, naar het bed wy zender „Lucille, in 's Hemelsnaam, wat is dat?" „Een arm meisje, dat lk in bet bosch bob gevonden stervend van honger en ver moeidheid." „Kindlief, ga dadelyk meel Lady Lucille, ga bier dadelyk van daan!" gilde de gouver nante. „Zie eens hoe morsig zy isl" „Haar gezichtje is niet morsig, juf MaTjy. Alloen haar kloeren zyn bestoven. Dat kan zy niet helpen, het arme schepsel!" „En gy bobt haar bier gebracht gy zel ve I Dat is al to erg!" Op dit oogenblik kwam Pike met een karaf portwyn en de beschuit op een zilveren blad. „O, Pike, Pike, hoe kunt ge uw meesteres in zoo iets verecurikkelyks voorthelpen I" zeide juffrouw Marjorum. Lucille nam den wyn, hief het matte hoofd van het meisje feeder op en tracht het glas aan haar bleoke lippen. Boss sloeg do oogen op en dronk een beofje wfjn, met een geluid als een snik; daarna doopte Lucillo de be schuit in den wyn on voerde haar zooals ze dikwijls een jong vogeltje had gedaan. „Doe dat riet, Lucille!'' riep juffrouw Mar jorum, baar hot glas uit do hand rukkende „Z9 hoeft misschien een besmettelijke ziekte ir.ogeiyk de pokken." „Ziet dat lief goziebt er dan uit alsof ze de pokken heeft?" Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 1