üh 11651
Woensdas ÏO Februari.
A°. 1898
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van <§on- en feestdagen, uitgegeven.
fir
Leiden, 15 Februari.
feuilleton.
roze&ATE,
DAfrBLA
i»jaU8 DEZER COURANTl
Voor Lolden per 8 maanden, f 1.10.
ÏVanco per post1,40,
Afeonderlyko Nommers 0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIE:
Van 1—6 regels f 1.05. Iedere rogel meer f 0.17}. Grootera
letters naar plaatsruimte. Yoor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Olliciëelo Konnlsgovlnffon.
Vergadering van den Gemeenteraad van Lelden,
op Dondordagl7 Februari 1898, des
namiddags tc twee uren.
Punten ter behaudelin/r:
Av. Voorstel tot vaststelling van liet schoolgeld
voor de leerlinge der Kweekschool voor Onder
wijzers Anna Êleyor, te Katwijk. (16)
Idem omttent de plaatsing van borden op de
Beestenmarkt tor nanwjjzing van de voor de ver
schillende veesoorten bestemde plaatsen. (17)
idem tot verlenging van de huur van het
voor koffiehuis, bestemd gedeelte van Den
Burg. (23)
Idem omtrent het verleenen van een belooning
aan den voormaligen Gemeente-architect, tl.
Paul, in verband mot den houw van het Krank
zinnigengesticht „Eudogeest." (18)
Idem omtrent de terugbetaling van keurloon
van veo en vieesch aan eenige paarden-
slacbters. (20)
Verzoek van G. J. Van Rheenen. om vrijstel
ling van schoolgeld, Boogere Burgerschool
voor JoDgens. (19)
Staat van af- en overschrijving op de l>e-
grooting der schutterij," dienst 1897. (22)
Voorstel tot verlenging van de huur dor bo-
2°.
8°.
4».
5".
6°.
V.
8°.
10'.
11°.
12°.
13°.
14n.
15°.
nedenwoning vau Jict perceel Nieuwsteeg
No. 10, verhuurd aan J. J. Spanjersberg. (21)
Verzoek van C. SchotelBrocse van Groenou,
om vrijstelling van schoolgeld Hoogero Burger
school voor Jongens en lager onderwijs. (26)
Voorstel omtventdeaansluitingaande telephoon
van de woning van den Wethouder, belast
met de Brandweer. (25)
Idem omtrent het doen van herstellingen aan
de machine van het Liernurstelsel. (24)
idem tot opnieuw vaststelling van do ver
ordeningen op do heffing en invordering van
eon plaatselijke belasting voor het gebruik
van openbure gemeentowerken en bezit
tingen. (27)
Verzoek van mej. J. C. De Leu, om ontslag
als derde onderwijzeres aan de school éde
klasse No. 2. (28)
Voo.'stel omtrent de aanschaffing van een
brancard, ten behoeve van do politie. (29)
Verzoek van Gebroeders Van Ulden, om mach
tiging tot \erkoop van het perceel Hoogo
Rijndijk 'evtic M. No. 1625 en tot opheffing
van het daarop ten behoeve van de gemeente
Leiden ïustond hypothecair verhand. (30)
Ingevolge Raadsbesluit van 28 December
1893, waarby aan de Gebroeders Van Ulden
werd verpacht het reiahouden van de ge
meente iu vjjf perceelen, werd by akte van
9 April 1894 verleden ten overstaan van
den notaris mr. J. A. F. Coebergk voor de
nakoming van de verplichtingen, welke uit de
overeenkomst voortvloeien, en ter voldoening
aan het bepaalde in art. 44, laatste alinea der
voorwaarden van verpachting, hypotheek ver
leend op de daarby omschreven onroerende
goederen, Un einde door de gemeente Leiden
tea allen tyde tot een bedrag van f 40,000
zal kunnen worden verhaald, hetgeen blyken
mocht te eeniger tyd door de pachters naar
aanleiding van het bepaalde in art. 44 te zyn
verschuldigd.
Thans hebben de Gebroeders Van Ulden
zich tot den gemeenteraad gewend met de
medeleeling, dat zy het perceel, vroeger ge*
meento Zoeterwoude, jthans kadastraal bekend
gemeente Leiden, Sectie M. No. 1625, groot
42 areD, 45 centiaren, van de heeren Roskam
en Van Vreeswijk, te Utrecht, wenschen te ver-
koopen voor een som van f 14,182, te voldoen
by de levering vry van hypotheken in den
loop van het jaar 1808, dat genoemd percael
met de aangrenzende daarby omschreven per
ceelen belast waren met een hypothecaire in
schrijving, groot f 13,000, en met verzoek mach
tiging te verleenen om genoemd perceel uit
het hypothecair verband ten behoeve van de
gemeente Leiden te ontslaan, onder voor
waarde, dat de koopprijs geheel zal strekken
tot aflossing van hypothecaire schulden op de
overblijvende onroerende goederen ten behoeve
van de gemeente Leiden by hypothecaire ver
banden gevestigd.
Het komt B. en We. voor, dat zonder be
zwaar aan het verlangen van adressanten kan
worden voldaan, waardoor de voorgenomen
verkoop van het bovenaangehaald perceel kan
plaats hebben.
Verdt r doelen B. en Ws. mede, dat de over
gangswet ter breedte van 5 metvr over „Rijn
stroom" is verlegd en dat thans de over
gangswet is gelegd aan de westzijde van het
aan „Rijnstroom" grenzend perceel No. 1624,
toeböboorenó© aan Gebr. Van Ulden en ten
behoeve van ander-en dan de gemeente hypo
thecair is verbonden.
Het is noodig dat, wanneer de gemeente
eventueel mocht gebruik maken van de be-
voege beid omschreven in art. 44 der voor
waarden ooi de daar genoemde perceelen in
eigendom ovtr te nemen de verlegging van
den bier bedoelden wig worde geregeld en dat
do nieuw aangelegde weg, strekkende tot ver
vanging van den vroeger bestaanden weg over
„Rijnstroom" werde begrepen onder de alsdan
door do gemeente over te nemen perceelen.
B. en We. geven cL malve in overweging
do verlegging van dien weg alsnog goed te
keuren on t§ besluiten dat in art. 44 der
voorwaarden in plaats van de woorden „daar
onder begrepen de oyergangsweg ter breedte
van 5 m*ter over Rijnstroom", gelezen worde
„daaronder begrepen de overgaogsweg ter
bree.to van 5 meter, gelegen op het perceel
No. 1624, ton westen van Rijnstroom" en
verder to fcepalo», dat eon bewijs moet worden
overgelegd, dat gei osrad p-uceel No. 1624
ontsligon is van het daarop thans rustende
hypothecair vorband, en dat genoemd perceel
mede zal worden opgenomen onder de eigen
dommen va» Gebrs. Van Uldim, waarop thans
ten beboer» van do gemeente Leiden een
hypotbeok is gevestigd en alzco hypothecair
zal zijn verbonden tct zekerheid van de vol
doening van een bedrag van f 40,000.
Ten alette geven B. en Ws. ia overweging
te bepalen, dat alle kosten, welke ook, val
lende op de ter uitvoering van dit besluit te
maken akten, waarby de gemeente Leiden
betrokken is, komen ten laste van Gebr.
Van Ulden.
Van de voorstelling gisteravond in den
schouwburg valt eigenlyk met veel nieuws
meer te zeggen. Door hetgeen in ons blad
reeds uit andere bladen is aangehaald om de
bezoekers op de hoogte te stellen wat bun
wachtende was, waren zy voldoende ingelicht
èn wat inhoud èn wat spel betreft. "Wij zou
den dus by het geven van een ultvo?rig ver
slag onwillekeurig in noodelooze herhalingen
vervallen: want wat van elders is gezegd, is
volkomen ook van toepassing op de opvoering
van Fulda's „Boezemvrienden" op de Leidsche
planken.
De artisten van het „Nederlandsch Tooneei"
bezorgden door hun spel ook bier menig ge
noeglijk, vermakeiyk oogenblik, zoowel eerst
het viertal ongetrouwde hoeren onderling, als
later met hunne resp. echtgenooten en ver
volgens deze ook afzonderiyk in hunne
nogal uiteenloopende karakters. Die vriend
schap eerst, dat ongenoegen dan, bet besluit
eindelijk om het po"je bier maar zonder de
vrouwen te gaan drinken, enz., enz. het
waren altemaal tooneeltjos, die in menig
opzicht aan de werkeiykl ei I ontleend kurnen
genoemd worden.En dat maakt het blyspel
des te amusanter on onderhoudender. Da regie
verdient eveneens e n woord van lóf. De
kamer of het galon was goed verzorgd.
A-m bjjval ontbrak het dan ook niet. ZelfB
moest het scherm tweemaal gehaald worden.
Dat het vorig optredea van oït gezelschap
gunstig was ontvangen, bleek bovendien uit
de goad bezette Schouwburgzaal op alle rangen.
Die iniruk is opnieuw bevestigd.
De heer S. Van Groniogen zal Yrydag
25 Februari a. s. in dea foyer der Stidszaal
oen concert geven met medewerking van
mevr. Oldenboom Lütkemann, zang, en Chr.
Timmner, viool.
Mevr. Oldenboom-Lütkemann is een zan
geres, die we g. arne weer zullen booren, en
de beide andere artisten zjjn genoeg bekend
oen een avond van hoog kunstgenot te doen
verwachten.
By beschikking van den miaister van
binnenlandsche zaken is, op zyn verzoek,
eervol ontslag verleend aan dr. J. L. Goeraans,
als assistent in het ziekenhuis aan de Rijks
universiteit te Leiden, en is als zoodanig
benoemd dr. J. C. J. Bierens de Haan.
Beroepen is te Hindelopen de heer P.
J. Couvóe, candidaafc te Leiden.
Het verzoek van net comité voor de
inbubigingsfeesten te 's-Gravenhage om voor
een der du min tra van het programma do
medewerking to mogen ontvangen van land
en zeemacht en van de schuttery by de
ministers van oorlog en van marine, alsmede
by den commandant der schuttery van de
residentie, heeft den meest wdwillenden steun
gevonden.
Di-ntoogevolgo is voor de groote militaire
taptoe, die op een der feestavonden door de
stad zal trekken, de beschikking toegezegd
over de Kon. Mil. Kapel d*r grenadi rs en
jagers, de hoornmuziek der jagers, de muziek
der huzaren en der veldartillerie en het muziek
corps der schuttery, alsmede van d© tamboers,
hoornblazers en trompetters, tot die corpsen
behoorende.
Ten einde dezen militairen fakkeltocht een
nog grootseher aanzien te geven, zullen aan
de zooeven geroemde garnizoenstroepen nog
toegevoegd worden de stafmuziekcorpsen van
het 4de reg. inf. uit Leiden en van höt 7de
reg. inf. uit Amsterdam, met de tamboers
en hoornblazers, benevens de tamloers en
de pypers van de afdeelingen van bet corps
mariniers te Amsterdam en Rotterdam, voor
zoovar beschikbaar.
Voor do taptoe is voorloopig bestemd oe
avond van Maandag 12 September. Zy zal
niet, gelyk de6tyds te Amsterdam, op één
punt geconcentreerd worden, maar de stad
doortrekken en dus voortdurend in beweging
zyn, zoodat de toeschouwers zich kunnen
verspreiden langs den weg, dien do stcet
zal nemen.
In beginsel heeft het ministerie van marine
goen bezwaar tegen het verschijnen van een
gedeelte van Hr. Ms. vloot voor de kust van
ScbeveniDgeD, ten einde tydens een avondfeest
aldaar van boord hunne zoeklichten met
bundels naar het strand to richten.
Door een vyf-en-twintigtal heeren uit adel
lijke kringen b, naar het „Vad." verneemt, een
eerewaebt gevormd, die by den intocht der
Ko .ingin in Den Haag zal dienst doen. Voor
zitter is baron Van der Duyn, se-r-taris baron
Van Pallandt, penningmeester baron De S r etb.
Hot hoofdbestuur van de Noderlandsche
Maatschappy voor Tuinbouw on Plantkunde
bericht, dat op de winter byoeDkomat to
Utrecht de volgende punten in behandeling
komen
1. Het is gewenscht, dat in verschillende
streken des lands turn bon w-proefveldau wor
den aangelegd, zcoals er tegenwoordig in al
onze provinciën landbouw pio.-fveldsn bestaan.
"Welke is de taak v^n zoodanige tuinfcouw-
proefveldeD, en welke zyn de niidelen om
ze te krijgen?
In te leiden door den heer prof. dr. J.
Ritsema Bos.
2. Bespreking der wenschelljkheid, dat by
de Ryks-Tuinbouwschool te Wageningen een
proefstation voor hulpmeststoffen iu don meest
uicgebreiden zin worde gevestigd, zoo-Is dit
ook by den landbouw het geval is.
In te leiden door den heer S. W. Taconis.
3. Zou men zich hier te lande nog niet
meer kunnen bezighouden met kweeken van
Azalea indic-i?
In te leiden door den heer J. K Budde.
Welke ma »tregeleri moet de Noderlandsche
Maatschappy voor Tuinbouw en Plantkunde
nemen ter wering van een zoer gevaarlijken
vijand, die uit Noord-Amerika ook in Neder
land kan worden ingevoerd, nl. do schildluis,
Aspidiotus perniciorus?
In te lelden door den heer Jac. P.ILGalesloot.
5. Zyn wij met onze tuinbou w-tent oonstel-
lingen op den goaden weg?
In te leiden door de heeren J. G. Balle^o
en E. Th. Witte.
6. Welke middelen zouden kunnen worden
aangewend, om het vervoer van planten en
bloemwerken over do spoorlijnen zoo snel
mogelijk te doen plaats hebben en vertraging
zooveel doeniyk te voorkomen?
In te leiden door den heer D. W. Boeking.
Bij koninklijk besluit van 12 Februari
is de Commissaris der Koningin in Zuid-Holland
gemachtigd tot het byeeDroepen van de Staten
dier provincie in buitengewone vergadering
op Dinsdag 1 Maart 1898, om dan aan de
ordo te stellen:
lo. de vc-rkiezing van een lid van de Eerste
Kamer der Stateu-Generaal iu de plaats van
dcia heer mr. C. J. Sickesz;
2o. een voorbracht van Gedeputeerde Staten
omtrent het verleenen van een renteloos
voorschot aan de Rotterdamache Tramweg
maatschappij, ten behoeve van het aanleggen
en in exploitatie brengen van tramwegon op
de Zuid Hollandsche eilanden, tevens met
behandeling van de adressen van A. P. Van
don Bosch en A. Hartog Azn., vroeger Kuy3,
en van L. P. Van den Blink c. 8., betr JIendo
subsidie voor het maken van tramlijnen in
de Hoekscbe Waard en op Voorn e on Putten
3o. een aanvrage om subsidie van dykgraaf
en hoogheemraden van het Groot Waterschap
van Woerden, ten beboevo oener vcr.:iouwing
van do sluis te Bodegraven;
4o. voorstellen tot wyziging van «rik-b
posten van de begrootin? der onkel provinciale
en hui.-houóelijks inkoaisten on uitgaven voor
don dienst van 1898.
Te Veenendaal hoopt de predikant Gerb.
Njjhui8 den lG len Maart a. s. zijn 25-jarige
evangelio-hedienir.g te herdenken.
Zyneerw. deed in 1872 voor het provinciaal
kerkbestuur v*n Gelderland zy:i proponents
examen en werd 16 Maart 1873 te Goudriaan
als predikant bevestigdvervolgens was de
heer Nyhuii nog werkzaam te Langerak,
Befgschenboek, Hoogeveeo, Genemuiden, Ber-
likum (Fr.) en sedert 20 April 1890 t) Vee-
n n aal.
Den 4den Febru.ri jl. heeft te Brussel de
onderteekening plaats gohad eenor overeen
komst tusschen Nederl md, België, Duitsch-
land en Frankrijk, tot regeling der metiog
van binnenlandscho vaartuigen. StsGt.)
Uit Groningen wordt ons geseind, dat
do oud-hoogleeraar Sanger gisteravonl i3
overleden. (N R. G.)
In de vergadering vau 1 Maart der
Tweede Kamer zal worden overgegaan tot
trekking der afdoelingen, welke het wetsont
werp van den persoonlijken dienstplicht zul
len onderzoeken.
Htt plan is, tijdens het aanstaand bye.n-
zyn de overeenkomst tetreffendo de overname
van den Grand Centraal, voor openbare beraad
slaging aan de orde te brengen.
In den toestand van den minister vaa
oorlog is merkbare vooruitgang waar te nemen.
Zaterdag vertowfden te Utrecht de minis
ter v.-.n binnenlandsche zaken en jhr. mr. De
Stuers, ten einde enkele gebouwen der univer
sity it, o. a. de Statenkamer, de gebouwen op
de Hoogt en het huis aan het Janskeikhof,
dat vroeger door prof. Hubrecht werd be
woond, te bezichtigen, een en ander in ver
band met verschillende uit te voeren ver
anderingen aan die gebouwen.
Het stoomschip „Admiral," van Hamburg
en Antwerpen naar Oost-Afrika, vertrok 13
Fobr. van Lissabon; de „Edam," van Nfouw-
York naar Amsterdam, passeerde 15 Febr.
Lizard; de „Kaiser," van Oost-Afiika naar
Vlissingen en Hamburg, arriveerdo 14 Febr.
te Marseille; de „König" vertrok 14 Febr.
van Mozambique naar Rotterdam en Hamburg;
de „Obdam," van Nieuw York naar Rotterdam,
passeerde 15 Febr. Lizard; de „Beira," van
Amsterdam via Londen naar Kaapstad, pas-
seerdo 12 Febr. Prawlopoint.
12»
Dien nacht dead ik geen oog toe. Ik zag
godurig het bleeko, kommervolle gelaat van
dis vrouw en den vriend met bloedende, door
schoten borst voor my.
Dc-n volgenden morgen zeer vrosg giug ik
naar zyn atelier; misschien zou ik daar den
6loutel van het duistere raadsel vinden. Ik
vond alles in de gewone orde, alsof hy zoo
pas zjjn werkplaats verlaten had. Naast de
schilder)!) waaraan by het laatst had gear
beid, lag hot penseel,' alsof hij dit pas had
neergelegd; over d«n stoel, or vlak by, hing
zyn schilderskiel. Het was mij, of hy zoo
dadeiyk binnen mo&êt komen met zyn fris-
schen, vroolyken lach, en zyn hand op myn
schouder leggen, zooals hy dit gowoon was.
De smart over den gestorven vriend over
meesterde my, ik moest gaan zitten om tot
myzelt" te komen.
Toen koek ik do kamer rond. Allee, wat
er hing en stond, kende ik zoo goed. Hy
scheen, terwijl ik weg was, niets nieuws ge
maakt te hebben. De schilderij op don ezel,
„Onder de dorpslinde", was hy kort voor
myn vertrek begon»en; nu was zij af. Het was
of ze my treurig aankeek, ondanks de vroolyke,
lachende kinderen, die in de avondschemering
zich onder de groote linde vermaakten.
Ik kon het niet langer aanzien en wierp
een doek over de echlldery.
Op de tafel naast my lag zyn schetsboek.
Ik greep bet werktuiglijk eo sloeg het open.
Eer3t zag ik enkel bekende dingen, toen
eenige nieuwe ontwerpen en eindelijk oen
vrouwenkop van wonderbaarlijke schoonheid.
Telkens en telkens weer dat betooverende,
fijn besneden gelaat, in afwisselenden stand
on verschillend van uitdrukking.
Nu lachte het den toeschouwer tegen, zoo
zonnig-warm, zoo kinderlijk onschuldig, dan
vertoonde het diepen ernst of smachtend ver
langen. Hior kesk het schelmsch koket, daar
was het koe), vel ongenaakbaren hoogmoed.
Daar had ik plotseling de oplossing van
het raadsel, waarnaar ik zocht.
Het was de schuld van dszs vrouw, dat hy
zich gedood had. Nu begreep ik eensklaps
alles. Do hartstocht voor haar bad hem
overmeesterd; tegen z))n wil en ondanks zyn
eerlyk verzet. Ey bad er zich niet van kunnen
bevrijden en dat vernederde hem; dat was
sen smet op zyn tot dusverre ongeschonden
eer. Dat alles had hem zwaar en in stilte de
ziel bekneld, als een beimeiyken vyand, met
wien hij tot den dood streed; maar dat hy
er tegen strijden moest, dat die rampzalige
hartstocht bestond, stond voor zjjn fijn
gevoelig begrip van eer reeds gelyk mek
echtbreuk, een strafwaardig misdryf, dat
slechts met den dood kon geboet worden.
Ik balde de vuist; ik had do bladen wol
kunnen verschtureD, van welke" my het ver-
leideiyke gelaat tegenlachte, maar ik deed
het niet, ik stak ze by myzyn vrouw mocht
ze In geen geval zien.
Dienzelfden dag vernam Ik vaa alle tra
den en bekenden de treurige gebeurtenis eu
tevens, dat by razend verliefd was gowetst
op de schoone miss Ellen. Zy had ook op
hem haar kunsten beproefd en met hem ge
spoeld, zooala ze döed met allen, die met haar
in aanraking kwamen. By hem had het spel
dubbele bekoorlijkheid voor haar, omdat hy
zich zoo wakker er tegen verweerde, en ook,
omdat zyn gelukkig huwelyksleven zoo alge
meen bekend was. Sommigen waren zeer
gebelgd over haar doen, maar de mee6ten
verontschuldigden hot als behaagzucht, schier
iedere vrouw aangeboren. Ze had hot spel
wel niet zoo ver moeten dry ven, maar daarom
behoefde een man zich toch nog nietdadolyk
dood te «chieten. Zulke dingen kwamen hon
derden malen voor later lachte men zelf
om zyn eigen dwaasheid.
Ik zweeg by dat alles, maar ik haatte do
schoono vrouw, die zoo lichtvaardig speelde
met het geluk en de eer van anderen, en een
sterke begeerte kwam in my op, my tegen
over haar te stellen, koud en minachtend,
om haar te straffen voor wat zy jegene myn
vriend misdreven had. Een paar dagen daarna
bezocht ik mr. Fourthland en maakte kennis
met miss Ellen.
Ja, zy was het, wier trekken mijn ongeluk
kige vriend zoo dikwyls op het papier weer
gegeven had! En ze was schoon, schooner nog
dan ik gedacht had. Ze betoovorde niet alleen
door haar uiterlyko bekoorlykheid, maar ook
door haar boeiend wezen. Ze was my steeds
een raadsel, iederen dag anders. Zo had iets
van een kat in al haar bewegingen, zoo lenig,
buigzaam en sierlijk; als een kat in elkaar
gedoken, lag ze ook op de zyden kussens
van den divan en dan glinsterden en schit
terden haar groengrijze oogen, terwijl een
eigenaardig kirrend lachen van haar lippen
klonk.
Myn oogen werden beneveld door haar
schoonheid, maar ik liet het baar niet mer
ken. Ik bleef tegenover haar kalm en onver
schillig, vol koele beleefdheid. Alle pogiogen,
die zy aanwendde, om my te boeien en op
te winde», bleven zonder gevolg. Ik vermeed
haar niet; integendeel, ik zocht haar gezel
schap even yverig als al haar aanbidders,
maar ik behandelde haar met een spottende,
verhoven kalnate, waarin vaak iets beleeöi-
g6nd8 school. Ik was do eenige, die zich ni9t
voor haar zegewagen spande, en dat viel in
het oog. Esrst werd ik er om geplaagd, toen
verkocht aasn sr aardigheden over, en eindeiyk
ba wonderde men my.
Of myn gemoed werkelyk zoo kalm was,
als het scheen? Er kwamen oogenblikken,
waarin my het bloed gloeiend door de aderen
bruiste en myn brein schier benevelde. Maar
dan dacht ik aan den verloren vriend en aan
het harteleed zijner vrouw en werd mfizelven
weer meester. Allerlei aandoeningen bestorm
den mybewondering, baat, afschuw en
daarby een trotsch gevoel van zegepraal, dat
zy, de aangebeden schoone, zich zooveel moeite
gaf om my voor zich in te n6men. En dan
koesterde ik do gedachte, de wilde begeerte:
ba, als ik eens macht over haar verkrijgen
kon! Als zy eens my haar hart wilde schen
ken en ik haar dan lachend afwees? Zou dat
niet de beste wijze zyn om mfin vriend te
wreken? Dit denkbeeld maakte zich zóó
geheel van my meester, dat ik vergat, dat ik
met vuur speelde.
Op zekeren dag vroeg zy my haar poitreb
to schilderen; zy wilde het haar vader, die
over eenige weken jarig was, als verjaars
geschenk zenden. Beleefd, maar koel bedankte
ik vcor de eer, en zeide, dat my de tyd er voor
ontbrak. Ik beken, dat het mij vrel zeer aan
trok, dit wonderscboono vrouweigtlaat op
doek te brengen, maar een onbestemde vrees,
een sooit voorgevoel, dat ik my daardoor in
hot gevaar stortte, hisld my terug.
Koit daarna, op een parlytje bij Fouithland,
kwam het toevallig ter sprake. Professor Hen-
dricbs vroeg aan miss Ellen, of ze met my
al over haar portret had gesproken.
„Gesproken wel, professor,zei zs oen weinig
pruilend, „maar ik hsb bet gevangen."
De professor köek »y verwonderd aan.
„"Wat, Anloni, laat ge u zulk «en schcono
kans ontglippen? Go kunt voor uw talent
geen dankbaarder arbeid vinden. Ik dacht, dat
go de gelegenheid met beide handen hadt
aangegrepen."
Ik verontschuldigde my met den korten
tyd en met ander dringend work.
„Maar, beste viiend, dat kan je alles later
wel inhalen. Je raag de gelegenheid niet laten
voorbygaan, die je naam waarschynlyk beroemd
zal maken, en dat nog wol in Amerika 1 En
wat den korten tyd betreft, daar zal miss
Hoggard etellig rekening mee houden en jo
naar je eigen wonsch en verlangen tyd en
duur der séances laten vaststellen."
Wordt vervolgd.)