Brand- en Waterschade. FINAAL UITVEI0ÖPE1 WISBRUN LIFFMANN, AANBIEDING! Haarlemmerstraat 116, Beurs van Amsterdam. GOEDKOOPE A D VE It TEN TIEN. BoltrnwM 10. H. WILLE l Co. ^csa 05 05 p 05 Ten einde liet aanstaande seizoen met een geheel nieuwe sorteering te kunnen be ginnen, zullen wij de nog voorhanden zijnde Goederen voor nog nooit gehoorde lage pi-ijzen Alles moet weg! TEGENOVER DE DONKERSTEEG. N.B. De Winkel is geopend van 's mor gens ACHT tot 's avonds TIEN uren. CD p CS3 CD P- CD CO csi" CD P Een moeilijkheid om over enkele punten tot eenstemmigheid te komen in de zaak der Cretenzer regvring heeft de beraadslagingen der mogendheden op dit punt zeor langdurig gemaakt, doch de Koningin hoopt, dat binnen torten tijd de moeilijkheden zullen ter zijde gesteld zijn. Berichten, die waarschijnlijk geloofwaardig zJjD, zijn ontvangen over de bedoelingen van den khalifa, om op te rukken tegen het Egyp tische leger in Soedan. Dientengevolge zijn hevelen gegeven, om een afdeeling Engelsche troipen te zenden, ten einde den khedive te eteunen. Met Abessyniö is een tractaat van handol en vriendschap gesloten. De regeering hoopt, dat de conferentie over de suiker-quaesfie het gevolg zal hebben, dat de suikerpremiön voor de Staten van het vasteland worden afgeschaft. Maatregelen suilen worden voorgesteld om den "West-Indischen suikerplanters hulp te verleenen, ten einde de thans heerschende crisis te overkomen. Met het oog op de ontzaglijke bewapening van andere mogendheden is het de plicht, om te voorzien in de verdediging van het Rijk, hetgeen grootere uitgaven dan tot nog 'toe noodig zal maken. Voorstellen zullen u worden aangeboden om de kracht en de effectieve sterkte van Lét leg r te verheogen; om den tegenwoordigtn toestand van den militairen dienst te verbeteren; om in Ierland een zelfstandig plaatselijk bestuur in ie voeren op dezilfde wijze als reeds in Engeland bestaat, en om het graafschap Londen in gemeenten te splitsen. In de troonrede wordt geen melding •gemaakt van de Chineesche quaeetie. Bij de beraadslaging in het Lagerhtfis over het aör<:8 van antwoord qp de troonrede, zfiide minister Balfour, dat de regetring in overleg met de regedringen van Rusland en Frankrijk, die voor de instelling van het koninkrijk Gri.k nl&nd aansprakelijk zijn, zal toestemmen, gara. tie te verleenen voor de leering aan Griekenland. Verder zeido de minister nog, dat de cor respondentie over de CnarteTed Company weldra zal medegedeeld worJen. In den loop der debatten in het Hoogerhuis over het adres van antwoord ieide lurd Salis bury, dat hü gunstig gestemd is voor de candi- 'datuur van prins George van Griekenland els gouverneur van Creta, want daardoor zou een einde komen aan den betfeiirenswaaraigen staat van zaken -op het eiland. De minister hoopt, dat Khartoem zal ver overd zijn voordat wij vele maanden verder zyn. „Wat CUna betreft, wij hebben niet alleen niet afgezien van onze rechten krachtens tractaat, maar wij zfln ook niet van plan die op te geven. Er is niets, dat Engeland niet liever zou doen daii 'te gedoogen, dat' die rechten te niet weröen'gedaan, maarTidemaud heeft het minste plan, do vernietiging of schending van onz9 rechten krachtens het tractaat van Tientsin voor te stellen. China sloeg een Jeening voor; wij verklaarden ons bereid, op zeer biliyke voorwaarden een voor schot te doen, maar het moest ons dan zekere concassiën verlóenen, waarvan Ihet eenig doel is, den handel met Coina uit te -DT.iden en vrij te maken. „Wat de logende omtrent Talien-wan betre t, deze plaats werd met andere vrije havens genoemd door onzon gezant, sir Claude Mac- donaid. D.-n volgenden dag deed de 'Coineescbe ministerraad ons weten, dat zh over Talion wun groote moeite zouden hebben. Ik antwoordde 17 Januari, dat Talien-wan voor mij ireen hoofd zaak was, on st Ue als schikking voor, de opening van Talien-wan uit te stellen totdat de spoorweg zoo ver zou gelegd zyn. „Deze schikking," vervolgde lord.Salisbury, „is sedert aangenomen als voorwaarde voor de leening, maar wjj hebben van Rusland de verzekering zwart op wit gekregen, dat elke haven, waarvan Rusland bet gebruik verkrijgt als déboucbó voor z\jn handel, ook open zal" staan voor den Engelachen handel. Duitschlnd heeft ons een dergtlfjke verzekeringegeven ten opzichte van hot gebied, dat het onlangs bezet hee't. Da onderhandelingen over de leening zijn nog altijd hangende. Het adres van antwoord word aangenomen. Do zaalv-Dreyfus-Zoln. Vervolg van het Tioeede Blad). Ook deze vraag weigerde de voorzitter te stellen, waarop mr. Latori uitnaam van Zola de volgende conclusie neemt: „Overwegende, dat de getuigenis van den hoer Casimir Périer onontbeerlijk is om de "waarheid aan het licht te brengen en nood zakelijk om de goode trouw van de beschul digden te doen blyken, „en dat een weigering om haar te verhooren een verkrachting zou zijn van de rechten der verdediging, „vragen wy akte van h9t feit, dat de voor zitter heeft geweigerd aan den getuige do voigende vragen to stellen: „lo. Heeft de hoor Casimir Périer geweteD, dat een officier van den genralen staf werd verdacht van verraad? „2o. Heeft hij de beschuldigingen gekend, welke tegen dezen officier werden ingebracht? „3o. Heeft hij geweten, dat een geheim-stuk is medegedeeld buiten den beschuldigde en zjjn verdediger om? „4o. En zoo hij dat geweten heeft, wanneer heeft bfi dat dan vernomen?" Het Hof verwierp deze conclusie. Verder wordt de bankier De Castre gehoord, die verklaart vele brieven van Esterhazy ondeT de oogen te hebben gehad: „Toen ik het facsimile van het borderel zag, harkende ik het schrift van den commandant en deed daarvan mededeeling aan Matthias Dreyfus." Mr. Labori: „Hebt gij geen dreigbrieven ontvangen Getuige: „Sedert deze onthulling heb rk ongeteokende brieven ontvangen, geschreven met een verdraaide hand, waarin gezegd werd, dat mij deze onbeschaamdheid duur te staan zou komen." De zitting werd om halfvyf opgeheven. Mon voorziet dat het Zola onmogelijk zal zijn de geheele waarheid aan het licht te brongen, maar dat hij er in slagen zal ver schillende bijzonderheden te onthullen, waar door het aantal der voorstanders van de her ziening zal toenemen. Maar wat intusschen te zeggen van de juristen, die voor do deur van de kleedkamer een beschuldigde een half uur lang uitjouw den; eon beschuldigde wiens persoon heilig moet zijn voor allen op wie de verheven taak der verdediging rusten mag Dit is het ergste, wat gisteren gebeurd is; honderdmaal erger dan de dolle kreten van het opgezette grauw buiten, dat Emile Zola bijna te lijf 1b gegaan. Welk eon beid moet hü zijn, die den moed voor een nieuwen dag als deze heboudtl Eén oogenblik slechts, ter terechtzitting, beeft Zola zich vergeten. Het was toen hü •na een uitbarsting van verontwaardiging over den smaad en de beleedigingen waaraan hü blootstaat, den president, op diens vraag „Kent gü de wet, mynheer Zola toesnauw de: „Ik ken de wet ni.t en ik wil haar op dit oogenblik niet kennenik laat aan de jury de taak om te oordeelen." Maar al spoedig heeft hü de fout hersteld. Toan de advocaat- generaal hem züQ uitroep verweet en zeide, dat het Openbaar Ministerie de wet kende en haar zou weten te doen eerbiedigen, ant woordde Zola „Ik ben ;geen redenaar en het kan my overkomen dat ik uitdrukkiogen gebruik die myn -gedachte niet geheel juist weergeven. Ik heb niet willen zeggen dat ik mü boven de wet plaats, maar ik moest protesteeren tegen de wijz9 van procesvoering en de be leedigiagen, waarvan ik het voorwerp ben. Men wil mü beletten te spreken, mü het zwtlgen opleggen. Dit is schandelükl (Levendig applauseen Btem roept luidBravo 1) De advocaat-generaal vraagt wie dat ge roepen beeft. Mr. Labori: „Ik. Het was de uiting van myn geweten." Bravo Labori 1 zcgt de „N. R. C." In hem scbüet wel de ware man gevonden te zün die deze verdediging :moe3t leiden. Hoe voor- trofFelyk dit antwoord, toen de president weigerde aan mevrouw Dreyfus de opgegeven vragen te stellen: j,ik zou gaarne voortgaan al de hoffeiyké vormen, die gebruikelijk zyn, in acht te nemen, maar zoo gü er my toe Eoopt, mynheer do president, dan zal ik conclusion indienen ten aanzien van elke weigering om getuigen te hooren over do vrageD, die ik hun wil stellen." Uit het verhoor van den senator ScheurtT- Kj-stner nog deze aanvullende détails. -Overste Picquart - zeide de senator wasBertidon gaan opzoeken en bad dezen het borderel et eenige proeven van Esterbazy's schrift voorgelegd. Bertilion verklaar lo, dat er niet slechts gelijkenis, maar zelfs voLtrekto identi teit tU3schen de twee han .'■schriften bestond. (Men kent do raadselachtige ui latingen van dezen zelfden Bertillon, eonige weken geleden, voor bet proces-Esterhazy). Wat zün stappen ty den minister van oorlog aangaat, verklaarde Scbeurer-Kestner, dat by van dezen de belofte van oen officiéél onder zoek naar het schrift van bet borderel kreeg en daarop van zyn kant beloofde veertien dagen te zullen zwügen. Den volgenden dag bevatten de met liet ministerie van oorlog be vriende bladen het verhaal van het bezoek! En dadelyk bagon de perscampagne tegen S:freurer Ktstner. Na afloop van do zitting, Dam de menigte der nieuwsgierigen nog toe. Meer dan duizend personen bewogen voor In t paleis van justitie heen en weder. Het publiek snelde naar tuinen. Een individu die „Leve Zola! Weg met Frankryk!" riep, werd onmiddel'ük ge vangengenomen. Een onbescb'üfelüke verwarring (ntstond, toen Zola en zün advocaat in de gaandery werden horkend. Er onts'ond een beweging, cia beide heeren noodzaakte in do kleeckamer te vluchten, welker deuren gesloten werden. Een balf uur lang bleef het publiek voor deze deur staan schreeuwen: „Weg met Zolal" De heftigsten onder de betoogers waren jonge advocaten. De bevelhebber van het paleis moest een sterke afdeeling troepen uitzenden om de gaanderüen te ontiuinen Eerst toen dit geschied was kon Zola ver trekken. Toen hü den boulevard betrad, zag hü zeer bleek en beefde hy; zjjn vrienden ondersteunden hem. Er ging een oorverdoo- venl geschreeuw op van „Leve Zola 1" „Weg met Zola 1" „Ter doodl" De politie was onmachtig om hem te be schermen. Zola was omringd door meer dan vüfhonderd menschen en de enkele vrienden die hem wilden beschermen, hadden het zwaar te verantwoorden. De commissaris Rouny deed vergeefsche moeite om Zola te bereiken. Ten laatste kon deze zich losrukken en in zijn rütuig stappen, dat onder kreten van allerlei aard wegreed. Een individu die „Leve Zola l Weg met de scbreeuwersl" riep, werd door de menigto naar de brug Saint-Michel gedreven, waar men hem in het water wilde Werpen. Maar op dit oogenblik kwam een detache ment politie aanrukken, dat de menigte uiteen dreef. Er werden twee aanhoudingen gedaan. Uit Parüs wordt heden aan het „Hbl." ge seind dat de „Aurore" de brieven bevat, die gewisseld zün tusschen generaal Gonse en luitenant-kolonel Picquart. Den 7den September 1896 schreef generaal Gonse: „Waarde Picquart, ik heb uw brief ontvan gen en na ernstig ste hebben nagedacht over alles wat gü daarin zegt, baast ik mü u mede te deelen, dat bet mü nuttig toeschijnt de geheele zaak met de grootste voorzichtigheid te behandelen. Het zal noodig zün thans zeker heid te verkrügen over den aard der stukken (bedoeld zün de stukken die gevoegd waren bü bet borderel, dat aan Dreyfus wordt toe geschreven), over de wüze waarop zü afge schreven kunnen zün, en welke verzoeken om inlichtingen aan derden kunnen gedaan zün. „Men zou kunnen antwoorden, dat het in deze gedachtengang zeer moeilijk is, tot een resultaat te komen, zonder ruchtbaarheid aan de zaak te geven. Dat erken ik. „Maar naar m(jn meenin? moeten wfj met zekerheid te werk gaan. Het voortzetten van de onderzoekingen betreffende de handschriften (hier wordt bedoeld de vergelyking van het handschrift van Esterhazy met dat van het borderel), heeft het groote nadeel, dat bet noodzakelijk maakt nieuwe vertrouwden in de zaak te halen, onder de slechtste condities, en bet is wellicht beter nog to wachten tot ik volkomen overtuigd beD, om op deze eenigszins teere zaak verder te gaan. „Ik zal den TSden September terugkomen en mondeling kan men bet best een zaak van dezen aard behandelen." Overdte Picquart antwoordde den 86ten September aan generaal Gonse: „Generaal! Ik heb uw brief aandachtig ge lazen, en ik zal nauwlettend uwe instructies opvolgen; maar ik geloof dat het mün plicht is u dit te zeggen: Nieuwe a3nwyzingen en ernstige feiten, waaiover ik u na uw terug komst zal tpreken, toonen mü, dat het oogen blik genaderd is, waarop zy, die de overtuiging hebben dót men zich vergist haeïfc ten hunnen opzichte, alles -zuilen doen om eer to traebten een groot schandaal te verwekken. Ik geloof, dat het noodzak* 1 yk is, dat het initiatief van ons uitgaat. Zoo wy tüd varliezen, zal het initiatief door anderen genomen worden. Ik moet er nog byvoegen, dat die lieden niet zoo goed ingelicht schijnen te zün als wü, en dat hun pogingen schünen te moeten eindigen in een groot lawaai." Hierop antwoordde generaal Gonse aan overste Picquart, den lOden September: „Ik heb uw brief van 8 dezer ontvangen. Na er ernstig over te hebben nagedacht, biyf ik, ondanks de onrustbarende mededeeÜDgen, die er in gedaan worden, volharden by my a eersten indruk en geloof ik dat het noodig i* met oo grootste omzichtigheid t9 handelen. Op het punt waar gü thaos nut uw onder zoek zyt, is het er niet om te doen bet licht te vermyden, masr gü moet weten hoe gy het kunt aanleggen om de waarheid te doen uitkomen. Yan dit standpunt moet gü elko verkeerde manoeuvre vermijden en u vooral wachten voor onherroepelijke stappen. Htt noodzakolyk6t is, naar het mü toescbynf, in stilte en in den gedachtengang, dien ik u heb aangegeven, tot een zoo groot mogelyke zeker heid te komen, voor dat gü iets compio- mitteeit. „Ik weet wel, dat dit een zeer moeilyk vraagstuk is om op te lossen, en dat het veel onvoorziens kan opleveren, maar het is juist daarom dat met voorzichtigheid moet worden voortgegaan. De voorzichtigheid ontbreekt u niet. Daar ben ik dus gerust op. Doch denk er aan, dat de] moeiiykhe.en groot zijn en dat een g09de tactiek, waarby vooraf alle mogelijkheden overwogen worden, onvermyde lük is. Ik heb gel genheid aan generaal Boisdeffre ta schrijven t-n zal tr meteen enkel woori v,n gewagen, in den geest van mün eersten Iri.-f. Voorzichtigheid, voorzichtigheid! dat is het woord, dat gü voortdurend voor oogen moet houden. Ik kom den löden 's mor gens t.rug; kom mü vro'gtydig op mün bureau bezoeken, nadat gü uw brieven ge lezen hebt." Overste Picquart antwoordde den 14den September: „Generaal, den 7den Septemb r bad ik de eer uwe aandacht t9 vestigen op hetgeen enkele lieden binnenkort wenschen to doen uitkomen. Het artikel van de „Éclair", dat gü hierbij genoegd vindt, versterkt mü in mün overtuiging." Overste Picquart dringt er in dezen brief op aan, onvtrwyld 13 handelen. „roor nog langer te wachten zulLn wy overstelpt worden en in een onhoudbaren toestand geraken." LEIDEN, 9 Februari. Gisteravond om halftien is ten huize van den warmoezier Hendriks aan de Kooilaan buiten de Zylpoort door hot omval len van een petroleumstel oen binnenbrandje ontstaan. De bewoner heeft, na eerst zün beide kinderen in veiligheid gebracht te hebben, nog getracht het vuur met emmers water te blu6schen, hetgeen hem evenwel niet mocht gelukken. Toen evenwel despuit van den Heerensingel was aangerukt, was men den brand spoedig meester en bleek de kamer, waar 't ongeval had plaats gehad, geheel te zün uitgebrand. Ook de spuit der weesburgers en een paar andere spuiten yraren aangerukt. Assurantie dekt de schade. Telegrammen PARIJS, 8 Februari. De hoogleeraar Andrade, te Hennes, de schryver van een brief aan den oud-miDlster van oorlog Mercier aangaande de zaak-Dreyfu8, is in zyn ambt geschorst. PARIJS, 9 Februari. (A. H). De bladen, de woelige betoogingen besprekend, die gis teren voor den uitgang van het Paleis van JuBtitie plaats hadden, zeggen, dat men zich voor den vervolge op nieuwe ongeregeldheden en zelfs op gevechten inoet voorbereider), indien geen krachtige maatregelen worden genomen. De bladen, die voor Dreyfus optreden, meenen dat de verklariogen van Scbeurer- Kestner en Leblois de zaak een grooten stap nader by do waarheid hebben gebracht. De „Petit9 Republlque" zegt, dat men alles, de eer, de vryheid en de rechtvaardigheid, opoffert aan de gevoefigheid van het leger. PARIJS, 9 Februari. Er is een oven grooto toeloop als gisteren; in weerwil der genonv d maatregelen zjjn de couloirs van het gerechts gebonw stampvol. De presiknl geeft bevel dat «de publieke zaal niet door de advocaten mag ingenomen worden. Deza maatregel wordt slecht opge nomen; de commandant van het paleis van justiti9 ^anct ceno afdeeling der rep :bli- keinsche garde om de orde -tv hanrinrver. Hierdoor ontstaat een hevige vuci.tnnrty. De man3chappen der garde wurden gesl .gen door de advocaten, waarv. n tl één gearresteerd werd, die echter later weer op vr^je voeten werd geliten. Om elf uren kwamen de officieren, die moe-t?n getuigen, in uniform; het Linnen- komen van Zola wordt ni t opgsmerkt. Het publiek is kalmer, de zi fci ig wordt te 12 u. 10 m. geopend. Da qTe iiont tiedlt mede, dat hy mevrouw Dreylus Heen zal ondervragen o ctrei.t de goede trouw 'van Zoja, naar aaiti iding van diens beschuldiging tegen den kqpsraad, -die Esterhazy v-. r.ut- deeld heeft. Hy zal geen enkele vraag strJlen, Gie in verband staat mee het proces-F), yfus. Mr. Libori zegt dat by lon-Jusión .zal nemen. 9 Februari 1898. Tor. Koers 'boers. Leden. pCL Ked. "Werk. Sflhnld. •87 %-e S7% 8 pCt Ol/ijf. dito 99% S pCt Ccrt dito 98<i ®s*a 6 pCt Oostenr. .tieifSov. n Jan.'Juli 85% «5% 3 pCt. Portngal. £0% 20% 34% 35% 4 pCt. Venezuela 34% 33% Koloniale Bank Aandoelnn idito pref. CA NodcrL Indische Ilandclshank 83 87% Kcderl. Handel Mij. op rcscontro •140% 138 ^616 010 Ncderl. 41 42 Mocar.i Enim J06 107% Sumatra Palcmbang 101 101 Jansche Petrol 149 149 286 240 Contra). Pacific Shares 34% 14% J4>ó 13% dito pref. 82% TTnion Pacifio «3% 32% 01% 69% 22% 22% 79% 79 56% 66% Prolongatio 2i£ jf'Ct. Moeara Enim williger. - Union Pac. pref. flauw. Voor de vele bewijzen van deslnemiilg ondervonden bij bot oveflyden van onaei) geliefden Echtgenojt en Yadar, Prof. Dr. W. H. KOSTERS, b-tuig ik, ook namens myn# Kinderen, mijnen hartelyken dank. M. A. KOSTERS— Kobtxwxo. N Leiden, 9 Februari 1898. 1097 1 HAKTELUKE DANKBETUIGING aan den WlIbiL Hooggeleerden fleer Professor Dr. J. E. VAN ITERSON en deszelfs assistent 1 den Wdled. Zeergeleerden Hser Dr. M. RUT. GERS, voor do li ifderyke behandeling, bjj d| gevaarlyko opt ratio aan ,müne vrouw bewezen. Mogen zy lang gespaard bljjven tot zegeï der ïydende menschhoid. Ook aan de Verpleegzustera ODzen harte lijken dank. 1100 II H. MEÜLDIJK en Familie. Hellevoetsluis, 9 Februari 1898. BÜ mün v. rtrek naar Transvaal roep I Vrienden en Eekenfcn oen hartslyk en laats! vaarwel too. J. C. WESTERVELD. Southampton, lii Februari. Per bs Briton".. 1001 i By myn vert ek na^r Transvaal ro-p ik Vrienden en Btk n ion een harteiyk en laatst vaarwel toe. A. ESW1LDER. Southampton, 12 F-Lruari. Per fs. „B;i:on". 1002 De Familie bericht het overiyden van Mevr. "Wed C. v. ROSSUM DU CHATTEL, geboren Sala, te 's-Gravenhage, 5 Februiri 1898. Volfttrekt eeniqe kennisqevina1026 5 Porseleinen Theeserviezen Porseleinen Koffie- Wit 85 Cts. Plinke wit filters 70 Gts. Onyx Theebladen met kristallen .platen 90 Cts. Japansche Theebladen 40 Cts. Zeer groote Japansche TJaeeblader 70 Cts. Japansche Koppen en Schotel? van af ƒ2 75 't dozijn. Japansche Vazen van af 10 Cts 't paar. Japansche Theetafels van af 2.75 Geslepen Portglazen van af /12C *t dozijn. Heldere Likeurglazen van af 4 Cts Sterke Bierglazen op voet van ai 4 Cts. Gegraveerde Waterstellen op Pla teau 70 Cts. Gegraveerde Likenrkaraffen van af 30 Cts. Blauw Meissecer Theeserviezen met 12 koppen en schotels 3.25. Complete Fransch Porseleinen Tafelserviezen van af ƒ20.— Gedecoreerde granieten Tafelser viezen van af 1450. Mooie bronzen Klokken ƒ3.50. J Flinke Pegulateurs ƒ6.74. Zeer groote Regulateurs, 14 dagen locrpende 10.50. Notenhouten Waschtafels met Waschstellen ƒ5.90. Herder Tafel- en Dessertmessen in alle prijzen. Lepels en Vorken in alle quaKteiten* Japansche Kelkenbakjes met ver guld 30 Cts. 't dozijn. 1094 55 Nikkelen Theeserviezen, Filters, Theepotten, Komfoortjes, enz., enz., met 10 pCt. korting contant <35 £-4 O Ph CO i— O e-t-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 3