MENGELWERK. Financl'iele Ivronielï. In de houding der effecteninarkt kwam gedu rende doze week geen verandering: de handel bleef even bedaard en zonder de minst* tfeighig tot lovendiger verkeer. Een oogenblik viel er voor de Ainerikaanscho Spoorwegaarden een opflikkering te bespeuren, doch het was alsof de Bears zicb haastte het vlammetje weer zoo spoedig mogelijk uit te dooven. Dit totaal gemis aan •pgewoktheid doet zich bij alle soorten gevoelen, al is de oorzaak niet bij allo van gelijken aard. Voor Staatsfondsen bestaat reeds lang geen andere bokiDgsttlliug dan zuivere geldbeleggingde tijden, dat verschillende soorten werden van de markt gonomen eu opgeborgcu, tot een hooger koers aanleiding gaf om ze weer te voorscbjjn te balen en met winst te vorkoopen, zijn voorbij. De Euro- peescha .Staatsfondsen over het algemeen hebben ban geschiktheid voor speculatieve belegging ge heel verloren. Een uitzondering daarop wordt gevormd door de Turksche waarden, waarin langzamerhand een speculatieve beweging is te voorzien. De oorzaak daarvoor is gelegen in be schouwingen, welke worden gemaakt leu opzichte der vermoe olijke inkomsten over het jaar 1897/93, in verband met de verwacht wordende betaling der achterstallige termijnen door Bulgarije, met wolkcr hervatting onlangs weer is b.'gonnen. De inkomsten der Turksche schatkist worden daar mede als hoog9t gunstig afgeschilderd en men acht thans den tijd gekomen om met de verhoogde rentebetaling op de S'criën-Tarken een aanvang te inaken. Het afzonderlijk fonds, uit welks mid delen do ve^hooging van '/4 pCt. rente zou kun nen worden voldaan, is reeds lang toereikend om de verhoogde rentebetaling op één coupon toe te passen^ docli de raad van administratie heeft liet steeds^ beter geoordeeld niet daarmede aan te vangen, zoolang niet do zekerheid bestond, dat met do verhoogde uitkeering eenigen tijd kon worden voortgegaan. Wanneer nu de achterstalligo termijnen door Bulgarije zullen zijn betaald, zal het afzonderlijke rentefonds zoodanig zijn toego- oomeo, dat eene rentebetaling van l'/4 pCt. tin plante van zoual9 tot beden 1 pCt.) gedmende drie jaren mogelijk zal zijn, en thans wordt do vraag 'gesteld of de raad vair administratie zicb nog langer gerechtigd kan achten om de hoogere rentebetaling tegen te houden. Dat dit punt van groot belang is voor de ia ons land verhaodeld wordende Turken Serie C en D, is duidelijk en daarmede staat dan ook de vastere stemming der laatste dagen voor deze fondsen in aaow varband. Voor Spanjaarden bestond een bepaald gaost ge stemming, in aansluiting bij de Parijwlt merkt. Be aleritteweade berichten om trent een zeer gespaD ien verhouding tusscheo Spanje en de Vereenigde Staten hebben voor meer geruststellende plaats gemaakt en het schijnt, dat «e verhouding tusschen beide landen er op doelt om langs vredelievenden weg degescbilpnnte» uit den weg te mimen. Daarenboven komt er in den toestand op Cuba wet eetiigc wijziging ten gorde, zoodat met deze omstandigheden wel een koers- verbetering te voorzien was. Portngeesche fondsen hadden aanvankelijk een zeer ongunstige markt, veroorzaakt door de zwakke positie, waarin de schatkist van het land verkeert, hetgeen zelfs aanleiding heoft gegeven tot het doen ontstaan van twijfel omtrent de betaling der Januari conpoii. Hoewel do financiëele toestand allesbehalve schit terend is, behoeft echter voor de couponbetalicg voorloopig nog niet te worden gevreesd, al is bet een feit, dat de regeering telkenmale tot leenen haar toevlucht moet- nemen, ten eindo in de beta ling te kunnen voorzien. Wat de Indische cultuur- en tabak waarden betreft, daarbij valt van geen noemenswaardige verandering melding te maken, hoewei voor tabak- aaadeelen wel goede kooplust bestond. Onder de industritiele soorten bestond groote belangstelling voor Petroleum-wnarden, in het bijzonder voor aandeden Kouinklijke Maatschappij, enz. Het vrij krachtig hei-stel der koersen behoeft niemand te verwonderen, want de voorafgaando daling was in oorzaak en doel doorzichtig genoeg, om daaraan geen langen duur toe te kennen. De strijd om do .Koninklijke" heeft zich nu eerst goed geopenbaard in het verschijnen van ver schillende circulaires en protesten, waarin de be doeling der jongste daling, voor al wie het nog niet weten mocht, duidelijk is aangetoond. Een overzicht te geven van hot voor en tegen ge schrevene is in dit kort bestek niet mogelijk, doch reeds vroeger is in deze kolommen gewezeD op de bedoeling der circulaires, tegen de Maat schappij in de wereld gezonden. Het blijft evenwel een betreurenswaardige handeling, om door handige speculatie op do onkunde en licbtge- leovigbeid van het publiek een gunstig bekende Maatschappij aan te vallen en het vertrouwen in haar te ondermijnen, alléén omdat de eerste de beste speculant den koers haier aandeelcn te hoog belieft te vinden, hetgeen eigenlijk beduidt, dat een uitgebreide speculatie a la baisse ondernomen moest worden, waarbij het publiek ten slotte het gelag zou moeten betalen. Zooals bet koersverloop dor aandeelen tot nu toe is geweest, valt te ver moeden, dat de toeleg niet of slechts ten deelo gelakt is, doch het publiek voornamelijk heeft het in de hand, om .aan deze manoeuvre een einde te maken, door zich niet door de kunstmatige daling te laten intluencecren en dan ook niet uit ang9t tot verkoop der anndcelen te besluiten, doch ze kalm te behouden. De afdeeling der Zuid -Amerikaansche fondsen bleef voortdurend ongeanimcerd. Mexi- caanschc en Braziliaansche waarden blijven in gedrukte stemming door do ongunstige omstandigheden, welke op de financiën dezer landen zulk een ernstigen invloed hebben, namelijk respect, lagere zilverpryzen en binnenlandsche onlusten. Venezuela gaat niet minder onder een zorgvollen toestand gebukt. De crisis op financiëel- en handelsgebied is steeds erger ge worden en het blijkt nu ten slotte, dat ook de remises voor do rentebetaling op de spoorweg- leening, welke voornamelijk in Duitschland is geplaatst en waarop een bevoorrecht verband bestond, eveneens zijn gestaakt. Dit is nu wel het ernstigste bewijs der tinanciéele onmacht en in verband daarmede behoeven do berichten om trent volslagen stilstand van handel en scheep vaart niet te vorwonderen. Het oouige straaltje van hoop voor de obligatiehouders is iu de ge schiedenis van het Jand to vinden. Lang geleden ts Venezuela meermalen in gebreke gebleven met het nakomen der verbintenissen, doch eeno ingrijpende schuldregeling heeft indertijd het beheer in betere richting gestuurd. Eveuwel niet zonder schokken is dit beter tijdperk voorbij gegaan. want eenigo jaren geleden moesten weer enkele coupons onbetaald blijven, doch word bij de latere hervatting der rentebetaling in de geleidelijke afdoening der coupons voorzien. Uit het verleden blijkt dan. dat Venezuela zich nimmer •nwillig heeft getoond in het nakomen der aaoge- gano verbintenissen, doch alleen door onmacht of ernstige moeilijkheden werden stagnatiën in het leven geroepen. Dit doet niet geheel zonder grond verwachten, dat, wanneer een nieuw bestuur er in kan slagen don inner! Ijken toestand eerst wat op orde to brengen, en wanneer het financieel huishouden weer op do been i9 geholpen, dat dan wel weer eeu tijdperk zal aaubreken, waarin Venezuela het geheel of gedeeltelijk nakomen der geldelijke verplichtingen zal hervatten. Het schijnt, dat de nieuwe overeenkomst, welke den houders van obligation Ecuador onlangs is aangeboden, op weg is tot stand te komen. Het is noodig, dat drie vierdo der buitenlandsche schuld tot de regeling toetreedt, om de voorloopige overeenkomst van kracht te doen worden Hoewel do toetreding vóór 1 December a. s. moet ge schieden. schijnt in on9 land daarvoor nog geen gelegenheid te zijn opengosteld. De Amorikaansche spoorweg markt liad over het algemeen wel een beter verloop. De aan houdende malaise van don laatsten tijd werd deze week op gunstigo wijze onderbroken door hoogere Nieuw-Yorksche noteeiingeu, ten gevolge van eeno beslissing door het Hoog-Gerechtsbof, waarbij de wetgeving, ingevoerd om de vorming der (gewoon lijk buitengewoon machtige) Trust-combinaties te verbieden, in strijd met de constitutioneele wet geving is verklaatd. Do vorming van dergelijke reusachtige speculatie-combinaties zou dus in het vervolg weer geoorloofd zijn, en dit bracht te Nieuw-York een opgewekte stemming teweeg! De toestand van handel en nijverheid eu dus ook van do spoorwegen blijft onveranderd gunstig, hetgeen duidelijk blijkt uit de spoorwegoutvaug- sten. Liet jaarverslag van den Western-N.-York and Pennsylvania spoorweg toont aan, dat de netto-ontvangsten bedroegen 960,400 dolk, waarvan betaald werd aan intrest op de 1ste hypotheek- obligatiëu 499,500, op do algemeene hypotbeek- oblig. 225,000, aan belastingen, enz. 115,000, zoodat een overschot bleef van 126,000 dolk Hoewel l iet buitengewoon ruim, laat dit saldo echter voldoende marge voor de renteverhooging op de algemeene hypotbeok-obligatiën, welke thans 200,000 dolk voreischt. Veel zullen echter dc netto ontvangsten niet behoeven tq, verminderen, om de verhoogde rentebetaling weer iu gevaar te brengen. Rvnlciridbche Bafilc. Praatjes over Kunst. Vlokken. CXXII. In het vindingrijke'Frankrijk is weder iols nieuws virsdunon. Voor o.i& ligt lJ. de eorsta aflevering van een uitgave, uia tot titel draagt „l'Affiche vécuj", eo Waarin ae bekendste aan plak bi) j e tt n öoor levende n oitllen worden voorgesteld. Dit oerst) heft geeft on^ een drietal te aanschouwen v<.n Gex, „Suprème Pernot", Pal, „Parfums des Fe in ra os du France", en Maurice Re 1 ler Dumae, „Chaup guo Jules Mumm". Vooral de laatste is uitmuntend geslaagd. Het is die, waarop een gout-LOlletecrde dame, in purper gewaad, de bloote ar.i en halverwege gegant'.erd, met bevallig liandgeba ren glas champagne aan do lippt n br ngt. Misschiet! dat deze nieuwe „uole«ux- vivai.ts" ook by o„s te lande in.ang znIL-n vind n. Doch, won.t dit voorte ld van üe natie, die zoj buitengewoon met go ><hn smaak bedeeld is, gevolgd, dan dient er niet alleen voor mooi gevormde modellen, doch ook voor juiste kosiumos en schoone kapsels ter dego te worden zorg gedragen. Van het typige oude kamertje in de Lakenhal heeft de heer Go9deljee albier een zeer goad geslaagde photo vervaardigd. Alle détails komen er uitmuntend voor den dag, en da mo.-ilgkhsden, aan het nemen v*n een lichtdruk van zulk een donkere localiteit verbonden, heeft genoemde pbotograaf glans rijk weten te overwinnen. Van de door Knackfusz op zoo smakelijke wyze uitgegeven kleine wtrkj s „Künstler Mouographien" zijn er nu een aantal ver schenen, waarin Raphael, Rubens, Rembrandt, Michi langelo, Dürer, Velazquez, Toniers d. J., v. Werner, Murilio, Knaus, Frans Hals, Van Dijck, Ludwig Richt r, Watteau, Tho. waldssn, Holbein e. a. worden behandeld. Een der merkwaardig ton, voorzi n van een 141 tal afbeeldingen naar schilderijen, houtsneden en teekeningen, is wel die van den 82-jarigen Adolph Menzel. Een uitmun- t.nd po.tret in lichtdruk gaat vooraf, dat tevens bewijst, hoe waar odzo Jan Veth dezen kranigen grijsaard in „De Kroniek" indertijd heeft wesrgegeven. Men treft in dit boekdeeltje reproducties naar ttudiebladen aan, die van de verwonder lijke knapheid van dtzon teekenaar getuigen. Onder anderen heeft hg zich naam gomaakt door het in 1865 voltooide schilderij „de kroning van koning Wilhelm te Kö.igsberg op 18 October 1861," dat in het vorstelijk slot te Berlijn bewaard wordt. Ook de episoden uit het leven van den „alte Fritz" wist hjj met bijster groote vaardigheid in beeld te trengen. En zoo he9ft dez3 artist, die in 1S32 begonnen is met het ontwerpen van fl^sschen- etiketten en prijscouranten, bet tot een inderdaad zeldzame hoogte in de kunst weten te brengen. Bi) zijn taihtigsten verjaardag heeft de Duitsche keizer in het voorjaar van 1895 den grijzen kunstschilder een eigenaardig feest te Sans-Souei bereid, ten eindo den schiljer van den tijd van Frederik den Grooten te hulaigen. Alle genooiigden droegen dy kleedjj van dit tijdvak, en wtl zoo getrouw, alsof Monzel zelf de modellen er voor geteekend had. Alleen Menzel, voor wien de verrassing streng geheim gehouden werd, verscheen in rok. Plotseling komt een wacht van grenadiers in het gewe9r, en de gegeven commando's en de bewegingen waren getrouw naar de toenmalige reglementen ingestudeerd. Aldus begon het feest, waarvan het voornaamste gedeelte uit een muziekuitvoering bestond, die ia de concertina! van het Slot gegeven werd. Het aitikel van Knackfusz eindigt aldus: „Dar vielseitigen und doch in so ausgepriigte Eigenart gafaszten Kunst Menzels steht die gesan te Kunstweft t br'urchtsvoll gogenübor. Uni mitten in dem gürcnden Karrpf zwlschen alt-en und neuen und werdenden Aascbauungen Vrrsagt keiner dem Manna seine c.ufnchtige Bewundfrung, der früher als andero das Vorhandensein malerischer Schünheit über ll ringsnm in dor aMtagïlehen Wirkli:hkeit entdeckt und mit echter Künatlorschalt verwen-Jet bat." Het staat te verwachten, dat de schilden van vele scheurkalenders voor het volgende jaar voorstellingen zullen bevatten, die ver band houden met het in 1898 te vierën Kroningsfeest, coch dat ook hierbij eenvoud kan worden bttracht, cn dit \eelal het ken merk van „h=t ware" t ljjkt, wordt o. a. deug delijk bewezen door eene versitring, die op een door d9 firma BI mkenberg albijr vc-r- kijjgbaar gestelden kalonder prqkt. Tog n het fond van een rijzonde zon is e?n zeer geslaagde lichtdruk naar oe jonaste l ee'tenis van onze Koningin aangebracht, terwijl h.t decoratief van htt schutblad uit trompetaarcissBn bes aat, dn in teere tinten, za-.bt groen en licht geel, zyn gehouden. Htt ligt niet op oazen weg in vtjdere cri.iak over de teekening te treden; genoeg z:j het to vermtllen, dat de soberheid, dio in iiez?n wandk slender hoerscht, het oog aan genaam aandoet, en dat d9ze almanak stellig gunstig af zal st ken bij vele van nog na t-j komen andero proeven. C. V. Door het noodlot vervolgd. (Ontleend aan een eenvoudige schets in „De Echo naar aanleiding van het droevig ongeluk in de Westerstraat, te Amsterdam.] In c'e Spaarndaramerstraat had bg d_. t'joing van het groote ongeluk, dat weer over hem was gekomen, vernomen. Toen z(in jongen 't had uitgestameld, hijgend van 'c hards loopen en met vreemd verwrongen gezicht, d it z?i, dat het kind, wel jong nog, maar rijp door zijn vtrw ntschap met de ellende van het leven, heel den omvang overzag van het schrijnend leed en do nieuwe zorgen, die 't noodlot hun wreed had opgelegd, toen had hjj het niet geloofd, had by 't niet willen gelooren. „Maar, jongen, 't is toch niet waar W3t je me daar vertelt?" „Ja heustchi Pa"> had 't ventje er uit gebracht, en in 't besef, dat zgn vadertje nu heel, héél bzdroefd moést zjn, had hjj hem geliefkoosd, hem de banden gestreeld oa zich aan zjjn arm vastgeklemd, dicht tegen hem aan, alsof zij zoo samen sterker zouden zyn om don strijd ..tegen- nieuwe elftnia aan te gaan, sterker om ttaande te blijven bij zoe'n geweldigen rukwind van kommer en verdriet. Zoo óóit lieden recht hadden om uit te bulderen hun toorn tegen het noodlot, dat, toon het eens zijn loodzware, onafwendbare reuz9nband op hen had gelegd, hen er altyd ondor gebukt deed gaan, dan is het zeker het echtpaar Van Buhre, welks naam men kent in verband met den noodlottigen brand, die verl. "Woensdag hun twee jongste kinderen van hen wegnam en hen van alles, W2t zjj met veel moeite aan meubelen, huisraad en dergelyke vergaard hadden, beroofde. Hun leven was één lange reeks van tegen spoeden, van ongeluk en ïyden, van ontbering en strijd. Een toeval was er noodig om aan het licht te brengen, hoe dicht dit deernis waardige gezin den hongerdood nabij was. Toen hun wegen elkander kruisten, jaren geleden, toen zy nog 'n meiske was van 'n leeftijd, waarop andero meisjes, uit voornamer kringen, nog school gaan, en hy 'n knaap, voor wien do tyd, dat het Rjjk hem zou kun nen opeischen om zfc'n militieplichten te ver vullen, nog in 't verschiet lag, hsd de over eenstemming in beider levensomstandigheden hen nauwer tot elkander gebracht. Beiden waren van bun prilste jeugd bg vreemden verpleegd, verpleegd op de koude, hardvochtige, baatzuchtige wyze, die meer recht gaf om van exploiteert n dan van verplegen to spreken. Haar wiegje, kostbaar van de zijde en kant, waarmee het was getooid geweest, had in een deftige woning den trots uitgemaakt van een jonge, gelukkige moeder van goeden huize, en later had een gouvernante haar opvoeding aangevangen. Tot er een dag was gekomen, dat haar moeder schreiend bg haar had neergezeten, 09rst geruïneerd en toen verlaten door haar man, die de lisfde van de gouvernante boven die van de moeder van zgn dochtertje had verkoren. Da smart daarover maakte de jonge vrouw krankzinnig. In een krankzinnigengesticht leeft zg nog steeds haar schynleven voort. Over het dochtertje ontfermden zich lieden, die geen oogenblik verzuimden om het kind te doen gevoelen, dat het genadebrood at. Die het zooveel mogeiyk productief maakten, en zich bijvoorbeeld niet ontzagen om het meisja 's winters met de bloote voeten in verslaten schoenen de besneeuwde atraat op te sturen, slecht gekleed en slecht gevoed. 't Was immers maar hun pleegkindl Zyn kinder- en jongelingsjaren waren al even guur en grauw gftveest. Van Buhre werkte later aan oen suiker» fabriek, een vermoeiende, sloopende brood winning, maar ten minste een broodwinning. Op een dag werd een nieuwe machine in werking gebracht, een machine voor de be reiding van klontjes. Van Buhre zou ze bedienen. Nog maar kort was hy er mee aan den gang, toen een arm van de machine hem een gat in het hoofd sloeg en een stuk van zijn oor scheurde. De wonden werden verbonden, en met het hoofd in lappen bleef hy voortgaan met de machine te bedienen. Een tweede ongeluk trof hem weinige weken later. Dezolfde machine, die reeds eenmaal z(jn schedel bad beschadigd, brak hem nu de kniosebgf. Toen brak e9rst recht de ellende voor Van Buhre en zgn huisgezin aan. Zgn knieschyf genas wel, maar zyn arbeid in de suikerfabriek bad zyn zenuwgestel in de w-r gebracht. Maanden en maanden lang moest hg in een zieken-inrichting worden verpleegd. In jammeriykea toestand vond Van Buhre zyn gezin, toen hg ongeveer hersteld werd ontslagen. Zjjn terugkeer in den kring der ztjoen maakte er echter den toestand niet beter op. Er was nu wel een mond bggekomeD, dia govoad moest worden, maar van werken was voor den man nog geen sprake. Al donkerder en dreigender pakten de wol ken van kommer en gebrek zich boven het noodlgdende gezin samen. De hoop op uit komst hadden de lange maanden vaa bittere ontberingen hun verleerd te koesteren. Op oen avond ging de vrouw uit. In haar hoofd woelde en warrelde het van het -lijden, dat zg niet langer kon aanzien en niet langer kon dragen. Op het punt, dat haar laatste wensch in vervulling zou overgaan, werd zg opgemerkt. In den donkeren nasbt werd zy naar het Gasthuis geredeu, als de ruïne van een mensch, naar het lyf en naar de ziel. De wanhoop van de daad, die haar in het Gasthuis bad gebracht, bracht medeiydenden er toe om naar den toestand van baar gezin een onderzoek te doen. Toen kwam eerst, by na te laat, de bittere ellende, waaraan man, vrouw en kinderen ten prooi waren en reeds zoo lang waren geweest, in al haar afschuwelgkheid aan den dag. Er werd raad en hulp geschaft. De vrouw herstelde langzaam. En eindeiyk brak zoowaar voor hen de zon door, toen, door toedoen van „Liefdadigheid naar Vermogen", man en vrouw beiden een plaatsing kregen aan de bezorging van dit blad („De Echo"). Voor hen, de waarlgk niet door het geluk verwenden, scheen de gulden tgd aangebroken. Er was nu voedsel voor allen, en kleeren voor allen, en huisraad en bedden, en van de buiten kansjes kon zelfs 'n klein spaarpotje worden gemaakt voor jé kon nooit eens weten. Nu was het zenuwlgden van den man heelemaal genezen, en de vrouw fleurde op by zooveel geluk.... Geluk! Alsof dat voor hen was weggelegd. 't Noodlot had maar 'n oogenblikje met hsn gespeeld, zooala de kat doet met de mui8, die zg zóóveel knauwen he9ft gegeven, dat zg ze, voor haar vertier, wel 'n oogenbh'kje durft laten wegloopen, zeker van haar met één sprong toch weer in haar macht te hebben. Nu is het er weer mee uit. Twee kinderen te gelgk verloren en alles wat zg bezaten verbrand. Nieuw verdriet en nieuwe ellende. 's Avonds, toen 's middags de nieuwe ramp over hen gekomen was, giDg ik tot hen, om hun in woorden, die als banaliteiten klonken bg bun groot verdriet, te zeggen hoe ik in hun droevig lot deelde. Zy zat stil voor zich uit te weonen, haar subtiele lichaampje telkens van snikschokken sidderend, in haar heel frêle uiterlgk deken- merken nog dragend van haar geboorte. Hy zich vermannend, troo3twoordjes spre kend tot zgn vrouw, maar bemoeilykt door symptomen van terugkeerend zenuwlgden. Na zulk een onverhoedschen, dubbel wreeden slag ook. Wy spraken van de arme meiskes, wier vroolgk lachen ze nu nooit meer zouden hooren. De stumpertjes! „Och meneer", zei Yan Buhre, „den dood misgun ik hun niet. Voor hen zou toch ook wel geen geluk zyn weggelegd, zoo min als voor hun vader en moeder." 't Klonk wreed, 't sneed door de ziel, maar 'twas waar. Juist omdat het zoo waar was; omdat woorden van verzet als spot zouden hebben geklonken, doed het zoo wreed aan. „Nu eindelgk meenden we het geluk ge vonden te hebben," zei de arme. „Na al onze ellende en al oos lgden' eindelijk uitkomst, 't Was of we 'n nieuw leven waren begonnen. Ik liep te neuriönl Geen grooter genoagen was er voor ons dan om met ons allen 's Zondags thuis te zitten, allemaal netjes in de kleeren, ook nog goed in da kast, afijn, om zoo te zeggen zonder zorgen. „En nu die vreeselgke brand. Die lieve kinderen verbrand, en alles weg, alles, alles. En snikkend stamelde Van Bubre nog, dat ze nu eenmaal voor het ongeluk geboren waren, en dat het niet langer te dragen was, maar dat niemand er zich om zou bekommeren, want dat toch niemand in hen belang stelde of zich met hen bemoeide.... Ik h?b den braven, ongelukkigen kerel gezegd, dat dit niet waar was. Dat hy zou ondervinden, dat iedereen met zyn treurig lot en dat der zynen is begaan. Dat, in plaats van niemand, iedereen zou biyken belang in hen te stelleQ en zich met hen te willen bemoaian. Ik hoop en verwacht niet te veel gezegd te hebben. Z. Uit do „Staatscourant". Kon. besluilen. Benoemd tot luitenant ter zee der 1ste klasse, dc luitenant ter zee der 2Öe klasse C. Kastelijn; met ingang van 16 Dec. 189V, tot diroctour van het post- en telegraafkantoor te Franeker, D. II W Laoijendecker, thans in gelijke betrekking te 's-Gravenzande. Bevorderd, met ingaDg van 1 December 1897: tot commies der posterijen van de 2de klasse, J. A. Jansen, thans id. 3do klasse. Aan deu re^ervc-officièr van gez 2de kl. Waller Zeper een eervol ontslag verleend uit zijn betrek» king tot do landmacht, en zulks gerekend vaa 25 Nov. 1897. De luit. tor-zee lste kl. G. S. H. Burgerhout op pensioen gesteld en hem toegekend: a. een pensioen van 1120 'sjaars, en b. oen verhooging van dat pensioen ton bedrage van f825 'sjaars. Aan den kapitein A. W. De Jonge van der Halen, van hot de reg. veld artillerie, vergunning verleend tot het aannemen en dragen van het orde- teeken 4de klasse van den Witten Olifant van Siam, hem door den Koning van Siam geschonken. liurgeriUke Stand. LISSE. Gehuwd: H. Raamsveld en M. Zuy- derwijk. Geboren: Agoea Maria, D. van J. L. Vold- haijzen van Zanten en M. G. Van Parijs. Mar- garetha, D. van P. Vrijburg en A. Koster. Geertruida Hendrika, D. van H. Duym en M. Schalk. Lconardus, Z. van J. Snaar en A. War merdam. Nicolaas Johannes, Z. van A. C. Van Velzen eu J. Van Gerven. Agatha, D. van J, Langeveld en C. Hoogkamer. Overleden: A. H. Lefeber, 9 w. SASSENHE1M. Geboren: Johanna Maria Christina, D. van C. Homan en T. v. d. Burg. Ondertrouwd: H. Homan jm. 25 j. en F. Groenendijk jd. 28 j. A. Noordermoer jm. 27 j. en J. G; v. d. Zandt jd. 26 j. RIJNSBUKG. Geboren: Daniël, Z. van C. Tavenier en P. Van der Spijk. Ondertrouwd: L. De Mooij jm. 26 j. en M. Zwaan jd 26 j. Gehuwd: G. v. Eginond jm. 29 j. en A. v. d. Haak jd. 24 j. J. v. d. Meij jm. 28 j. en W. Star jd. 19 j. A. v. Delft jm. z6 j. en J. Ravens- bergen jd. 22 j. Overleden: J. Nagtogaal 72, huisvr. van J. v. Delft. OEGSTGEEST. Geboren: Petronella Wille- brordiena, D. van W. Vink en C». J. Bruijstens. Overleden: J. Vijlbrief, 62 j., te Leiden. M. Immerzeel, 39 j., echtg. van Petrus Groenheide, te Naaldwijk. M. E. M. Beenakker, 54 j., echtg. van D. Segijn. Ongeval van <le „San-Franciseo". Voor den Raad van Tucht voor de Koop- vaardy, te Amsterdam, werd gisteravond be handeld de zaak van kapitein H Leeuw, uit Delfzijl, gezagvoerder van de bark „San-Fran- ciBco", welk schip in den nacht van 21 op 22 Augustus 11., te twaalf uron, in de Oost zee (Finsche golf) op een kalkrots liep. BlUkens de scheepsverklaring, na het onge val door de <q ipage gedaan by den consul te ftelsinjiors, had men den 20sten Augustus te Port-Kunda cokes gelost en ballast inge nomen, om 21 Aug. te 5 uren 's middags het anker te lichten met bestemming naar Borgo, in Finland. Er was toen een kleine koelte O.Z.O. Eerst werd er langs de kust gehouden in W.N.W. richting. Het weder was helder. Om halfnegen is het vuur van Ekholm ge peild W. t;n N. De afstanJ bedroeg naar gissing 3l/a myi. Te 11 uur 8 minuten is Ekholm W. gepeild, bij een afstand van ll/3 myi. Toen ia de ko.rs veranderd in N. W. en te twaalf uren liop men op den kalkgrond. Men wierp den ballast over boord om het schip te lichten. Ten ge volge van donderbuien, enz. was het schip des morgens te 10 uren geheel om Zuil ge slagen. Teg n den middag stootte het zwaar lek en na gehouden scheepsraad besloot men tot behoud van het leven het tuig te kappen. De equipage, groot 10 man, werd gered door de „Meteer," een Russisch schip. Met den kapitein van dit schip sloot men ook een accoord (tegen 75 pCt.), om bet schip binr.en te brengen in Helsingfors, hetgeen ook na 5 dagan met pompen en dichten door duikers geschiedde. Het schip behoorde aan den reeder W. Sissingh, te Delfzgl. Gehoord werden gisteravond behalve de kapitein nog de zeilmaker Tj. De Weert, de lichtmatroos H. Stutvoet en de kok E. Oos terhuis. Zy bleven bg hunne verklaringen in de scheepsverklaring volharden. Uit het verhoor bleek, dat er voor de aan varing niet ge ieplooi was. De kapitein zeide, dat bg dit wel deed in- de Noordzee, waar de grond langzaam en gelykmatig oploopt, maar niet in de Oostzee. Daar zou men door looden in de war raken, door de verschillende diepten. De president wees er hem op, dat hgzelf erkende, dat de vaart in de Oostzee gevaar- ïyk was. Waarom had hy dan niet gelood? Dan was het ongeluk voorkomen. Ook werd hem een aanmerking gemaakt over zyn ter ruste gaan, terwyi het schip nog op gevaariyk gebied was. Erkend werd echter, dat de lste stuurman G. Hoberg eigeniyk de aansprakelijke persoon was, daar hy de wacht had op het oogenblik, dat het ongeval plaats greep. Een der leden van don Raad merkte nog op, dat men blijkbaar het licht van Ekholm niet in peiling had gehouden. Uit de verklaringen der getuigen bleek, dat er op bet oogenblik van stranden een vry sterke stroom liep. Hieraan weten allen het ongeval. Het schip was verzekerd op beurspolis. Uitspraak Maandag 22 November. CORRESPONDENTIE. Ingezonden stuK ken of mededeelingen, waarvan de inzenders hun naam niet aan de Redactie bekend maken worden ongeplaatst ter zy.de gelegd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 10