De Zwerver.
(Vervolg en slot van gisteren).
Hat gaat roet het gezin van kwaad tot
erger. De vader ligt hulpeloos neer, Toinet
arbeidt niet langer, laat het hoofd hangen en
tracht zyn leed door drinken te bedwelmen,
de mosder weent bittere tranen. Toinet doolt
do?lloos rond, zonder voedsel, zonder rust.
Op oen van die tochten dwingen medelijdende
vrienden, de oude kameraden van den oogst,
Thomas en Martin, en voornamelijk de vrouw
van den eerste, hem om te gaan rusten en
slapen in een ko3le wagenloods.
Als hy daar vast in slaap ligt, komt na
s) die lange jaren van ronddolen de Zwerver
weer in die streek en wordt door zijn oude
makkers herkend. "Wèl zijn zy veranderd,
doch de Zwerver is weinig verouderd. Zooals
hgzelf het uitligt:
„Ab, dame! a voir vieillir autour de vous les vótres,
.Voos vieillissez plus tot, voos. Tandis que nous
[autres,
tLe> oiseaux voyagenrs qui n'avons pas de nïd,
#On ne voit que de9 gens nouveauxca rajeonifc."
AU hy den naam Toinetto hoort, gaat voor
hein ook het licht op en herkent bö langzaam
bet land en de menschen Men verhaalt hem
van Tomstte's huwelijk, haar zoon en van
haar treurig lot- Dadelijk rijst bö den Zwerver
een donker vermoeien, dat Toinet zijn zoon
zou kannon wezen, en hij verzinkt in gepeins.
Zijn zoon I Hy, de man zonder naam, zonder
vrienden of magen, zonder huis, hij zou een
kind hebben I Hi) mijmert en denkt:
.Je pent* ees Més coupés, quo nou# coopion»
ensemble;"
to ?üD beeldspraak vervolgende, herdenkt hj)
dien tijd:
.Des blés comme eenx-la. je o'en couperai plus;"
en dan zoon, die zijn zoon nfrt is:
.Je ponse aux blés coupés, qui ne sont pa9 les nötre9,
.Et dont les épis mürs font dn pain ponr les autrea!"
Torwy'l de Zwerver met de mannen binnen
eet en drinkt, komt Toïnette in angrt aan-
geloopen om haar zoon ta zoeken. Catherine
stelt haar gerust en toont haarden sLpende.
De moeder wil wacbton hij hem tot zija ont-
wakon.
Thans komt de Zwerver weer buiten en bljjft
daar alleen. Hij wil zijn zoon zien, doch siddert
van angst bö die gedachte. Hij wordt week
to zftn gemoed, tot hö zichzelven weer berispt:
.Allons, vieux fou,
.Pils de n'importe qui, ródeur de n'importe ou,
.Tu rêves d'un foyer, toiPourquoi pas des
[rentes?
.Les nids se sont pes faits pour les bétes errantes.
.Hélas! Suis ton deslin. Va, cbemineau, cbemine!"
Maar neen, aan den drang tot vluchten
mag hij niet toegeveD, hQ kent z\jn plicht,
voor het eerst in zijn leven, en zal dien
vervullen. Hij wekt Toinet en staat plotseling
tegenover de moedor, die hij zoo wreed
verlaten heeft. Toinette, de zachtmoedige
droomster, kan niet haten, zij heeft hem
vergeven en haar hart keert zich weer tot
hem, nu zij bemerkt, dat hy voor hun zoon
alles doen wil wat hj] kan om zóó zijne
vergiffenis te verdienen. Hy zal bij Francois
in huis komen, als oud vriend en kameraad
van Toinette; zoo zullen noch Francois, die
niemand meer herkennen kan, noch Toinet
eenigtn argwaan kunnen koesteren.
Mtt boer Pierre gaat hetintusschen slecht:
zfjne Aline is ziek en wil zich niet laten
genezen; voor haar ziekte is slechts één
middel en dat wil de vader niet geven. Zjjn
veo is krank en kwijnt, zijn knecht heeft
hem bestolen en is weggeloopen. Id dien
nood hoort bij, dat de Zwerver van voor vele
'aren er weer is, bü Francois; dezelfde, die
hem to n zijn vee genezen, zijn schapen
behouden heeft. Hö moet komen en hem
helpen cn voor Aline, èn voor tyn ossen,
het koste wat het wil.
De Zwerver komt en eiacht als loon Aline
voor zyn zoon. Pisrre weigert en nu begint
do Zwerver hem bang te maken door geheim
zinnige teekenen, spreuken, verzen. De kans
kan keeren, ook voor Pierre. Eö kan arm
worden, zooals zoo velen vóór hem geworden
zijn. Pierre is in eon zwaren tweeströd. Als
evenwel de rampspoedige berichten toenemen,
moet bö toastemmen en hy zal betalen
nadat zön dochter weer gezond gemaakt,
zyn veo weer hersteld is.
Deze voornemens worden volvoerd en in
de laatste acte is het huwelijk reeds sedert
vier maanden gesloten. Eeno volkomen ver
zoening heeft plaats gehad en allen, boer
Pierre incluis, zullen het Kerstfeest vieren
bij FraDQois. Allen zyn vioolök en welgemoed,
alleen de Zwerver is stil en treurig. Reeds
vier maanden is hij nu rustig en kalm thuis,
kan hö 6lapan en eten naar hartelust. Dat is
voor hem govangenschap. Het trekt hem naar
buiten, naar den grooten weg, naar velden
en bosschen; by moet weer gaan zwerven.
JDoch de liefde voor Toinette en de kinderen
maken hem het scheiden zwaar. Allen voelen
wat er in hem omgaat; by maakt er trouwons
geen geheim van. Zy willen hem weerhouden,
Toinet bespot en smaadt zyn leofwyze van
vroeger, Tointtte verdedigt die met vuur en
wakkert daardoor den Zwerver des to meer
aan. Doch hö voelt, dat bö zal bezwökon en
blyven als een oud en afgedankt paard.
Maar ziet, daar biykt hom plotseling door
Pierre en later uit Francois' eigen mond, dat
tn n begröpt, dat hö na het spoedig te ver
wachten einde van Francois met Toinette
trouwen zal en dat m n dat goedkeurt. Dat
ió te veel voor hem, eeno walging gröpt hem
aan. Hoe, het eenige goede, dat hö ooit in
zyu leven verrichtte, zou dus uit gewinzucht,
uit berekening gedaan zyn? Slechts om zich
een gemakkelöken ouden dag, een eigen kaard,
te verschaffen? Dat zal nooit iemand mogen
denken. Thans moet hö voort. Die rust, dat
kalme leven, een vredigen dood heeft hö niet
verdiend. Treffend verwyt hö het zichzelf:
,L'ai-je gagné, moi? NonJe serais an voleur
„De mourir ainsi!Moi, je suis un grenipille.
„Un vagabond, un hors-la-loi, hors-la-famille.
„Un qui, dans ses haillons do gueux pour tout
[linceol,
,Saura partir ain9i qu'il par lit toujours, soul,
„Sana parents, sans amis, sans tien, sans qu'il
[redoute,
„De mourir comme il a vécu, sur Ia grand' route."
Allen zön naar de kerk, behalve Francois
en hjjzelf. Met vol gemoed roept hy allen een
teeder afscheid toe, gröpt xön wandelstaf en
met de woorden:
„Et toi, suis ton destin! Va cbemineau, cheminel"
[jlt hy weg in het duister van den sneeuwigen
winternacht.
Ziehier den inhoud, hö is eenvoudig genoeg.
Dit stuk is mooi, als immer het werk van
een echt poëet. Als wö het niet reeds vele
jaren uit „La chanson des Gueux", „Les
Caresses", „Les blasphèaiea" wisten, wy zou
den het uit jLe Chemineau" zien, dat Riche-
pin een waarachtig dichter is. Heerlijk vloeien
en rollen die jamben, louter taalmuziek is er
in die klinkende regels. Met moeite laat ik
mö door myn bestek weerhouden van veel
cite, ren, nog éóne proeve slechts, één der
fraaiste en aprekendsta gedeelten, waar Toinette
den zwerver aanspoort:
„Ma is dis-leur done, tu sais, qnand ta téte se moote.
„Tout ee que ta m'e» dis, a moi.de tea beaux jours.
„Vécus sur la grand' route et que tu via toujour»!
Dis-leur done que Ie gueux, mendiant une croüte,
,A contempler les cbamps qui bordent la grand'
[route,
„En fait sod patrimoine en s'en réjouiesant;
„Dis leur que des paj-s, lc guenx, il en a centT
„Mille, tandis que noes, ou n'en a qu'un, lenGtre
„Dis-leur que sou pays, e'est ici, ld, l'un. l'autre,
„Pnrtout oil cbaque jour il arrive en voisin
„C'ost celui de Ia pomme et celni du raisin;
„C'est la hauto montngne et e'est la plaine basse,
„Tous ceux dont il apprend les airs qnand fl y passe
„Dis-leur qoe son pays, c'est Ie pays entier,
,Le grand pays, dont la grand' route est leseutier;
„Et dis-leur quo ce gueux est ricbe, le vra rich©,
Possédant ce qui n'est k personne: la friche
„Déserto, les étangs eDdormis, les halliers
„Oii lui parient tout bas des esprit9 familiera,
„La lande au sol de miel, la ravine sauvage,
„Et les chansons du vent dans les joncs du rivage,
„Et le soleil, et l'ombre, et lea fleurs et les eaux,
„Et toutes les forót9 avec tous leurs oiseaux."
Nietwaar, er waait een fiissche adem als
van een landwind u tegen uit die verzen?
Men ziet het land, gebaad in zonneschijn,
men hoort het ruiscben der boomen, het
suizen in bet riet en het gezang der vogelen.
Daarin, iu die taal, schuilt de grootste beko
ring vaa „Le Chemineau", niet in den inhoud.
Daarin doet veel denken aan personen en
zakeD, die wy reeds kennen; aan typen, die
roeds lang bestaan. Wi9 denkt bö den Zwerver
zelf niet aan Adam Ochiltree uit „The Anti
quary", wie bö Toinette in de eerste acte
ni.t aan Jenny Deans uit „The hart of Mii-
Lotbian?" Boer Pierre is het algemeen be
kende en verspreide type van den ryken,
vrekkigen, hardvochtigen boer, zooals men
zö èn in de literatuur èn in de werkelijkheid
bö tientallen kan aanwyzen. Doch ondanks
dat, blyft het stuk mooi, zy het dan ojk
mooier om in stilte zuiver te genieten als
poëem, dan om het op het tooneel te zien,
hoewel bet ook daar, by vele gebreken, een
groote bekoring uitoefent en een sterken indruk
achterlaat.
Door de vertaling verliest het ongetwyfei l,
zoo'n werk is ook böoa niet te vertalen. De
zwaarte van die taak in aanmerking genomen,
was de vertaling van den heer Baarslag niet
onverdiensteiyk.
Men heeft dit stuk verweten (elders is
daar met nadruk op gewezen), dat het oöd
terugkeer tot bet romantisme zou zQn, en
zeker, dit valt Diet te ontkennen. Doch hier
mede is het in onze oogen volstrekt niet
veroordeeld, integendeel. Het romantisme bad
levensvatbaarheid en zal éénmaal zeker, hoe
wel misschien in eenigszins gewözigden vorm,
tot ons terugketren, en een meesterwerk, uit
welke school dan ook, blyft een meesterwerk.
„Le chemineau" is een idylle, doch met ge
noeg gezond leven, genoeg kracht, om, in
haar soort, een meosterstuk te zön.
Het was een heerlöke avond, dien de
Rotterdammers ons schonken. Van Zuylen
op zyn allerbest. Dit is toch zön ware kracht
en niet die komische rollen, waarin hö door
zön luidruchtigheid, door zön overhellen naar
het bas-comique in den laatsten tyd wel eens
bedenkelök het hoofd deed schudden. Zyn
spol was nu voortreffelök, vol kracht cd gloed,
humor en gevoel, aangrijpend in zön mooiste
cogenblikken. Uitmunten deden het slot van
htt derde en van het laatste bedryf.
Allen waren even uitstekend, mevrouw
Boeramans en Alila Klein als Toinette, Jan
C. De Vos als Frangois, Rika Haspels als
Aline. Prachtig vooral was weer Alexander
Faasson, als Pierre; dat was een meesterlöke
creatie. Met liefde en toewöding was alles
verzorgd, ook de kleinere rollen van mevr.
Van Eysden, Victor Faassen en Van Zuylen Jr.
Een apart woord van lof voor zyn uitnemende
vertolking van Toinet komt toe aan den
heer Van Eysden.
In het algemeen was het weer één van
die avonden, die een diepen indruk ach
terlaten van het gehoorde en genotene,
waarop men stil naar huis wil gaan om na
te denken en te verwerken, want wat men
zoo'n avond meemaakt wordt toch beter ge
voeld dan in woorden gebracht.
De schouwburg was mooi vol en geest
driftig weerklonken de herhaalde toejuichin
gen. Na elk bedröf moest meermalen gehaald
worden. De 6tudenten-commfssie bood Van
Zuylen een zeer fraaïen bloemkrans aaneene
hulde, die zelden beter verdiend was dan thans.
Ten slotte, helaas, een klacht.'Er is weer
enkele malen, met name aan het slot van
het eerste en van hit derde bedryf, dooreen
gedeelte, gelukkig een g«-ring, van het publiek
gelachen. Natuurlijk geheel te onpas l Alsof
daar iets vtrraakeiyks aan was! Kunnen die
goadlachsche lieden dan niet loeren begrypen
Het schynt zoo, maar het is droevig I Dat
ergert en verbittert, Eiat alleen de artïsten,
maar ook het overige publiek, dat minder
bekrompen is. Het zou wel heerlyk zön nog
eens een mooie voorstelling bö te wonen met
niemand onder het publiek, nog niet voldoende
ontwikkeld om te begrypen en te voelen alles
wat hy of zy hoorde of zag. v. B.
GcmeentebegTOOtin? yoor 1898.
Aan het afdeelmgs-ondorzoek over de
uitgavon is nog het volgende ontleend:
Volgn. 97. Gemeente-reiniging. Door een
lid werd gevraagd, of uit de toelichting op
dit artikel moet worden afgeleid, dat het Dag.
Bestuur het denkbeeld, om de gemeenten ini-
ging weer in één hand te brengen, geheel
heeft laten varen? Acht men dat niet meer
wenschelyk? Hy acht de vrees gewettigd,
dat de verschillende aannemers nu nitt ge
noeg me r zullen verdienen en wyst op de
groote moeilykheden voor de gemeento, indien
één hunner zich later esns genoodzaakt mocht
zien bet werk op te gevpn
VooTts wordt gevraagd of het Dag. Bost.
in den laatsten tyd nogal tevreden is over
de wjjze, waarop de pachtera der gemeente
reiniging zich van hun taak kwijten, hetgeen
een ander lid aanl iding geeft tot de mode-
deeling, dat men dagelyks gewaar kan worden,
dat de waterschuimers wèl nog steeds schui
men, maar zonder het vuil van het water
weg te nemen.
Weer een ander lid wyst op den onreinen
toestand, waarin de Haarlem mortrekvaait ty
herhaling verkeert, en keeopt daaraan de vraag
vast aan wion het wat rscbuimen in de aan
de gemeenten toegevoegde godetlten is op
gedragen.
B. en W8. antwoorden het meer in het
belang der gemeente te af htenT dat het rein-
houden van de geheels gemeente niet in één
hand is, terwül do te?i nwooriiga regeling
tot geen bezwaren aan ei in? geeft. Overigens
zal vóór het einde van cit jaar de z ak op
nieuw mosten worden geregeld wat betreft
de a?n Leiden toegevoegde deeleo der drie
omliggende gemeenten, aangezien do betrek
kelijke contract-n slechts zyn aangegaan tot
uit. Decemb r van dit jaar.
Tot bet wateriduwuen behoort alleen het
wegnemen van het vuil, dat dry t, terwyl
het schoonhouden van do Ha-.rlemicertrek-
vaart niet speciaal is opgenomen, onder de
verplichtingen van den aannemer, en in de
voorwaarden alleen, sprake is van het schoon
houden der slooten.
Yolgn. 98. On lerhoud van huizen, torens,
poorten en dergelijke. - Verschillende leden
betreuren hat feit, dat de Waag, een der
schoonste gebouwen van onze gemec-nte, ge
heel bedorvon wordt door de daarop g:pl tatste
stellago t n dienste der telephoongeleiöingon.
Zoo mogelyk nog sterker dan by volgn. 74
dringt het daar bedoelde lid aan op het aan
brengen van een duinwatark" aan in het lokaal
der Bank-van Leening, waar daaraan uit den
aard der zaak nog greotere beho9fte bestaat.
Niet minder noodzakelijk acht by de ver
betering van de woriDg van den ambtenaar
van het hulpkantoor der Bank-van Leening,
die gehuisvest is in h=t perceel Korte Mare,
hoek Lammermarkt. Dij woning, bestaande
uit twee kleine kamertjes, is inderdaad aller
treurigst, terwyl de daarvan door de gemeente
getrokken huur werkelijk niet zoo heel gering
is. Hy geoft in ozerwtging een gedeelte van
de daaraan grenzende, eveneens aan de ge
meente behoorende, thans nog onverhuurde
woning bö die van den bedoelden ambtenaar
te trekken.
Antw. van B. en Ws.Na rjjp beraad is
indertyö door den Raad toestemming verleend
om het lokaal boven de "Waag in te rïchtoo
voor Centraalbureau van de Telepboon, waar
mede uit den aard der zaak de plaatsing
van een stellage boven het gebouw gepaard
moest gaan. B. en Ws, mrenen, dat thans
bezwaariyk op deze beslissing kan worden
teruggekomen.
Voor het aanbrengen van een duinwater-
kraan in de Bank van Leoning zullen de
noodigo maatregelen worden genomen.
De klachten omtrent het onvoldoende van
do wening van den beambte van het hulp
kantoor der Bank van Leening kernen B. en
Ws. niet gegrond voor. Uit oen plaatselyk
onderzoek is hun gebleken, dat de wooing
voor dien beambte, die een klein gezin heeft,
voldoende ruimte aanbiedt, wanneer althans
niet het grootste vertrek voor pronkkamer
wordt gebruikt.
Van toevoeging aan deze woning van een
gedeelte van het door de gemeente aange
kocht huis Korte Mare no. 15, zal thans
overigens wel geen sprake küDnen zön, nu
dit huis krachtens Raadsbesluit van 30 Sep
tember is verhuurd.
Het stelsel van het onderhoud der gebou
wen, enz. in eigen beheer werkt nog te kort
om ten aanzien van de financiëele resultaten
daarvan thans reeds een oordeel uit te spreken.
Intusschen is het voornaamste voordeel, aan
dat stelsel verbonden, hierin gelegen, dat het
werk beter wordt uitgevoerd dan bö aanbe
steding, omdat een behooriyke controle op de
uitvoering door den aannemer niet wel doen
lijk fa.
Voorts heeft het de aandacht getrokken
van oen lid hoe weinig de windwözore op
het stadhuis aan hunne bestemming beant
woorden. Zy wözen, onverschillig uit welken
hoek de wind waait, halsstarrig naar dezelfde
windstreek, of draaien piepend en knarsend
heen en weer.
Op deze bemerking zal gelet worden, ant
woorden B. en Ws.
Een ander lid wfyst op den i. nog zeer
onbevrodigenden toestand van het voormalig
kruithuis. De daartegen geplante klimop achönt
weinig levensvatbaarheid te bezitten.
Volgens B. en Ws. groeit bedoelde klimop
ni9t zoo snel als schynt te worden verlangd,
omdat de zonkant door het gebouwtje wordt
ingenomen.
By den post voor dag- en weekgelden der
werklieden en bedienden in dienst der ge
meente, mitsgaders verdere kosten der fabri
cage, zeggen B. en Ws., dat de wenschelyk.-
heid is gebleken, dat een rywiel worde aan
geschaft voor den dienst der fabricage, ten
gebruike van den hoofdopzichter, ook met het
oog op de tegenwoordige uitgebreidheid der
gemeente. Zy stellen daarom alsnog voor te
dien einde een bedrag van ƒ200 op dit
artikel uit to trekken.
Volgn. 124. Jaarwedden dor onderwijzers
(lager onderwys). In eene afdeeling heeft
men met geno 'geo gezion, dat door het hoofd
der meisjesschool 1ste klasse een aanvang
i3 gemaakt met het houden van schoolver
gaderingen. Men vraagt of ook reels op andere
scholen dergelijke vergaderingen worden ge
houden en of Burg. en Weths. het niet wen
schelyk achten dij vergaderingen te bevor
deren? Van dwang kan natuarlyk in deze
geen sprake zön, maar een zachten crang
van het Dag. Bestuur in die richting zou men
hoogst nuttig achten. Inzonderheid eene aan
moediging van die schoolaoofden, die zelf vóór
dezan maatregel zyn, maar aarzelen hom in
toepassing te brecgen, zoolang niet allsn een
stemmig over dit punt denken, zou wellicht
veel kunnen uitwerken. Men koestert de ver
wachting, dat, wanneer maar één schoolhoofd
in deze het voorbeeld wil geven, de andere
wel zullen volgen.
Ook B. en Wa. achten het in het belang
van een geregelden gang van het onderwüs,
d^t overleg plaats hebbe tusschen de hoofden
van de scholen en het onderwözend personeel,
hetgeen dan ook, Daar B. en Ws. vertrouwen,
menig werf plaats heeft, en waardoor de band
tusschen de hoofden en het overige persoaoel
voorzeker versterkt wordt.
Verplichte vergaderingen, waarin de onder-
wyzers stemrecht hebben, wordt door B. en
Ws. echter minder wenschelyk geacht en in
stryd met de bedoeling van de Wet.
Voorts vraagt één lid of het noodig is, de
uitgaven voor de school in de Heerenstraat
over een vol jaar uit te trekken, terwyl toch
de 5de school der 3de klasse met 1 April
zal worden in gebruik genomon. Komt dan
die aan de Herenstraat niet tydelyk buiten
gebruik?
Uit het antwoord van B. en Ws. biykt, dat
ook na du opening van de 5ie school van
de 3de klasse aan den Maresingel de school
aan de Heerenstraat hoogstwaarschijnlijk in
gebruik zal moeten blyven, vandaar, dat de
bezoldiging van het personeel voor een vol
jaar is uitgetrokken.
Volga 168. Toelage aan de eigenaars van
den Schouwburg. - Een aantal leden hebben
met leedwezen gezien, dat op de begrooting
thans wederom f 150 minder zyn uitgetrok
ken als toelage aan de eigenaars van den
Schouwburg. Zy zien in dat geleidelyk ver
minderen dier toelage een voorbode van den
zoo al niet onmiddellyken, dan toch zekeren
ondergang van den Schouwburg. Dat nu zouden
zö een waro ramp achten voor een gemeente
van circa 55,000 inwoners, waaronder niet
minder dan een duizendtal studenten, aan wie
gepaste middelen tot uitspanning niet mogen
worden onthouden. Zy geven daarom in
overweging wederom de vroegere toelage van
f 1500 op de begroot in g uit te trekken.
Daarentegen wordt van andere zyde hulde
gebracht aan het Dag. Best., dat het ean
schrede verder is gegaan op den by do vast
stelling der vorige begrooting ingeslagen weg,
en de vraag gesteld, waarom dan rist de
eutrójpryzen kunnen worden verhoogd, indien
de Schouwburg werkelyb voor sommige men
schen in een behoefte voorziet.
Een lid vraagt ol wel voldoende gewaakt
wordt voor oe veiligheid in den Schouwburg
en of de branibluschmiddelen steeds in goeden
staat verkeeren. Hem was ter ooren gekomen,
dat dit wel wat te wenschen zoude overlaten.
In verband hiermede wordt ook gewezen
op het gevaar, dat gebouwen van anderen
a?rd, ook kerken, voor de bezoekers kunnen
opleveren. Men acht bet niet ondienstig de
aandacht van B. en "Ws. ook op deze gebou
wen te vestigen.
Op de eerste opmerking antwoorden B. en
Ws., dat de kennelijke bedoeling van het
Raadsbesluit, genomen by de vaststelling V3n
de begrooting voor dit jaar, om het subsidie
van den Schouwburg met 10% of f 150 te
verminderen, naar hunne opvatting, was eene
geleideiyke vermindering met geiyk bedrag in
volgende jaren te doen plaats hebben.
Vandaar, dat zö zich uit deferentie voor den
Raad verplicht hebben gezien op deze begroo
ting de toelage weder met 10% te vermin
deren en uit te trekken op /"1200.
Hetzelfde stelsel is ten vorigen jare toege
past, toen door B. en Ws. het volle subsidie
ad ƒ1500 werd uitgetrokken, omdat een in
het voorafgaand jaar ingediend voorstel tot
vermindering van de toelage alstoen wa'
verworpen.
Biykens het by de stukken gevoegd ver
slag van de commissarissen van don Schouw
burg scbünt de voor eenige jaren ingevoerde
verhoogjpg der entreeprijzen geen gunstig
resultaat te hebben geleverd.
Verder zeggen B. en Ws., dat met de
commissie van den Schouwburg in overleg is
getreden omtrent het nemen van nog meer
dere maatregelen tegen brandgevaar dan thans
reeds zyn toegepast, terwyl ook hunne aan
dacht is gevestigd op de andere hier boven
bedoelde gebouwen.
Kosten voor de middelbare scholen.
Een lid gaf wederom uiting aan zön roeds
meermalen uitgesproken meening, dat de
Hoogere Burgerschool voor Meisjes voor deze
gemeente als een zuiver weelde-artikel mag
worden beschouwd, waarvan de opheffing
aanbeveling zou verdienen. Het nut, dat deze
instelling afwerpt, is z. i. niet zoo groot, dat
het de hooge uitgave, welke de gemeente
zich dientengevolge jaariyks per leerling moet
getroosten, kan rechtvaardigen.
Van andere zyd8 vond die bewering echter
uitdrukkeiyk tegenspraak. Wèl verklaarde
een dier laatste leden zich een voorstander
van zoodanige regeling der schoolgelden, welke
het mogc-iyk: zou maken, dat van verschillende
leerlingen verschillend schoolgeld werd ge»
heven.
Na r aanleiding van deze opmerking wordft
door B. en Ws, wat een eventueele ver-
hooging der schoolgelden betreft, eenvoudig
verwezen naar de in de Leeskamer ter in
zage van de loden gelegde stukken.
Verder deelen zy mede, dat de jaarwedde
van mej. A. Nassau Noordewier met f 1QO
moet worden verhoogd, vermits deze Jeerares
bleek met 1 Sept. 1897 aanspraak to hebben
op de late periodieke verhooging.
Voorts is voor de tydeiyke leerares in het
Hoogduitsch uit te trekken f 675, zynde 9
lesuren a ƒ75 p r wekelyfcscb lesuur per
jaar; v,rmits ter zake op de begrooting 500
is uitgetrokken, zal dit artikel met 175
moeten worden verhoogd.
Het geraamd bedrag moet aizoo met 975
worden vermeerderd.
Burgerlijke Stuud van Leiden.
Eerste huwelijks afkondiging van 24 Oct.
J. T. De Graaff jm. 34 j. en A. C. J. Meerman
jd. 38 j. H. A. Bonte jm. 23 j. en W. J. Keessen
jd. 27 j. P. Van Wijk jm. 24 j. en C. J. Alberda
jd. 25 j. E. M. TalJaux jm. 21 j. en L. Prommel
jd. 20 j. P. J. Otten w. en M. C.Meeuwsenjd. -—
G. J. Van Puffelen jm. 25 j. en J. Molenkamp }d.
24 j. H. De Bolster jm. i'4 j. en J. Blansjaar jd.
20 j. W. Schemkes jm. 30 j. en J. Franken jd.
21 j. G. Van Dis jm. 29 j. en C. Duvekofc
j<h 24 j-
ALFEN. Bevallen: M". Vierbergen geb. Van
Bostelen, Z. P. Bauer geb. v. Ryn, Z. A.
Bulk geb. Boer, Z.
AAKLANDEKVEEN. Beyallen: C. G. Van
Dolder geb. Heem rood, Z.
BODEGRAVEN. Bevallen: E. Burger geb.
Van den Bogerd, twee D. H. Van Wijngaarden
geb. Klerx. D. J. Plomp geb. De Koning, Z.
HILLEGOM. Bevallen: G. v. d. Akker geb.
De Vries Z. A. Hamer geb. Gloude Z.
O v e r 1 e d en: J. M. Steenvoorden 4 j. A.
J. Warmerdam 4 m J. G. Lomans 52 j.
NOORD WIJK. Geboren: Willem, Z. v. H.
Meijers en G. Bogaarda. Petronella Jobanna,
D. v. H. J. Rïetmeijer en C. Van Stein.Cornells
Johannes, Z. v. A. Verloop en L. Van Duijn.
Anna, D. v. P. Barnhoorn Fz. en N. Van der
Haak.
Overleden: Gerrit Van den Berg 63 jr., ge
huwd mot E. M. Van Houten. Marie Vatt der
Plas 21 jr., ongeh. Jacoba Van den Berg, 70 jr.,
wed. van J. Van der Linden.
HAARLEMMERMEER. OndertrouwdW. J.
Lippus en M. Veninga. J. De Vos, wedr. en
W. Spaans. J. Monster en J. C. GroenendaaL
Gehuwd: M. Met, wedr. en H. De Jong,
wed. L. Overbook en J. Ruigentuin.
B e v a 11 e nT. S. Van Wirduin geb. Smits Z.
E. Stolwijk geb. Steevons D. S. M. Parlevlïet
geb. Wassenaar D. M. Spaans geb. Gijzcnberg
D. E. Gerritsen geb. Kooyman Z. W. D.
Vriesman geb. Van Raam D. E. Louwerso geb.
Loosbroek Z- T. Aartsen geb. Koster D. A.
Van Eeuwijk geb. Stekelenburg Z. T. Bogaard
geb. Van Dijk (2 Z.) C. M. Timmer» geb. Van
Brakel Z. J. T. Verheul geb. Kauffinan D.
Overleden: H. L. Dijkman, 22 j. A. G.
Zijm, 10 j. T. Sassen, 17 mud J. Hamelink
byna 2 j. J. Kruikomeier, 40 j. H. Van
"Woudenberg, 3 j.
KOUDEKERK. Bevallen: A. De Wit geb. Van
der Sluis D. C. Van Harskamp geb. Van
Beekum Z A. Koot geb. v. Leenwen Z. A.
Dorre paal geb. Boon Z. F. M. Dorrepaal geb
Rijnsbitrger Z.
NIEUWKOOP. Bevallen: A. Van deLoogeb.
Mulders Z. W. Van Vliet geb. Lunenburg Z.
E. Pietersen geb. Breewel, levenl. Z.
Overleden: C. Voorsluis, echtg. van N. Van
Helsdingen. 64j. TTr
Gehuwd; Z. Otto jm. 30 j., en J. Van Leeuwen,
jd. 34 jaar.
OEGSTGEEST. Gehuwd: G. Van dor Poel et
E. H Juffermans.
Geboren: Johanna, D. v. J. Van der Putten
en E. C Bisschop. Margaretha Carolina, D.
v. R. Schreiber en en C. S. Fontaine. Maria
Cornelia, D. v. K. Van Schaik en T. Wassenburg,
Overleden: M. Lubbe 19 m.
OUDSUOORN. Bevallen: H. Hulscber geb.
Wassenaar D. E. A. Schouten geb. Deurloo Z.
C J. Loef geb. Scheele D.
VOORHOUT. Geboren: Mactildis, D. v. J. Van
der Ploeg en P. Wijnands. Petrus, Z. van P.
Kortckaas en A. M. Broekhof.
Ondertrouwd; J. Th. Van der Prijt jm. 24
en A. M. Pijst jd. 22 j.
ZEGWAARD. Ondertrouwd: C. Berk el jm.
23 j., te Zegwaard, en A. Westhoek jd. 28 j. to
Zoetermeer.
Overleden: Levenl. aangeg. kind van hel
vrouwelijk geslacht van L. Groeneweg en J. Van
Elleswijk.
ZOE'Ï'ERMEER. Ondertrouwd: A. Luk 28 j,
wedr. van M. Van der Geest, te Stompwijk, en
M. Massée 35 j., wed. van C. Van Zwieten, te
Zoetermeer. J. Bus jm. 22 j., te Zoetermeer, en
E. C. Westerveld jd. 21 j., te Rotterdam.
ZOETERWOUDE. Geboren: Corneli9 Petrus,
Z. van C. Lagïrberg en E. J. Ammerlaan. Alida
Cornelia, D. van Th. J. Van der Krogt en M. ML
v. d. Hulst.
Overleden: H. A. v. d. Post, 1 m., D. van 1
v. d. Post en J. De Vreede. H. Bogaard, 74^
wednr. van G. Vergeer.
CORRESPONDENTIE. Ingezonden stuk
ken of mededeelingen, waarvan de inzenders
hun naam niet aan de Redactie bekend makêil
worden ongeplaatst ter zydo gelegd