N». 114C9.
Zaterdag W Juli.
A°. 1897
feze Qourant wordt dagelijks, met uitzondering
van <§pn- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
DWAALSTERREN.
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 8 maanden. f 1.10.
Franco per posti.40.
Afzonderlijke Nommere 0.05.
PRIJ8 DEB ADVERTENTIËN:
Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incaeeeeren bui ten de stad
wordt 0.05 berekend.
Leiden, 16 Jnli.
Tot do TOirberidigid klasse van de
afdeeling Landbouwschool derRykslandbouw-
scbool is toegelaten M. Reyst, van Lelden
- Opgaaf van het aantal bezoekers der
musea en monumenten gedurende het tweede
kwartaal 1897:
Koninkiyk Kabinet van Schilderijen te
's-Gravenhage 8790, Museum Meermanno
Westreenianum te 's-Gravenhage 8, Konink
lijk Penningkabinet te 's-Gravenbage 155,
Rijksmuseum te Amsterdam 48,394, Rijks
museum van Oudheden te Leiden 1545, Rjjks-
Ethnographisch Museum te Leiden 351, Rijks-
kabinot van Prenten te Leiden 9, Histo
rische zaal in het Prinsenhof te Delft 2257,
Gevangenpoort te 's Gravenhage 5241, Mui-
derslot 1495, Ruïne van Brederode 3617, Mo
nument te Heiligerlee 1360. (Sts.-Ct.)
- De circulair#, tedoeld in een vroeger
bericht uit Amsterdam over het geschilderd
glasraam, dat men ter herinnering aan de
kroning der Koningin in de Nieuwe kerk op
den Dam hoopt te kunnen plaatsen, is ver
zonden. Ter aanvulling van vroegere mode-
deelingen is er nog het volgende aan ontleend
„De kunstenaar heeft", zegt de circulaire,—
„gebruik makeDde van de groote afmetingen
van het bestaande raam, en in aansluiting
aan de architectuur van het raamkruis
zyne compositie in twee hoofdpartijen verdeeld.
„Iq de bovenste, aan den roem van het
geslacht Oranje-Nassau gewyde helft worden
afgebeeld vooreerst de Oranjes, die in
Holland Stadhouders zijn geweest, en, als
onafscheidelijk van die reeks, ook de Friesche
Stadhouder Willem Lodewijk, de vriend en
raadsman van Maurits, vervolgens onze
drie KoningeD, en wat de vrouwen betreft,
de meest bekende, in onze geschiedenis het
meest op den voorgrond tredende Vorstinnen
uit het Huis van Oranje.
„In do benedenhelft zijn twee allegorisch
behandelde groepen ontworpen. De eene links,
met Willem den Zwijger als hoofdfiguur,
herinnert aan het eerste verbond, tusschen
Oranje en Nederland gesloten, in tijden van
angst en gevaar. De andere rechts zinspeelt
op het nieuwe verbond, dat onze jeugdige
Koningin, naar wij vurig bopen, in rust en
welvaart met ons volk zal aangaanhet stelt
Koningin Wilhelmina voor, die, steunende op
den Bijbel en begroet door den voorspoed en
de trouw der natie, de hand legt op de Grond
wet, welke haar door de Gerechtigheid wordt
aangeboden.
„Het geheel wordt omvat door een rijke
laat-gothische architectuur, welke zich volko
men aansluit by de omgeving, die het kunst
werk zal omlijsten.
„Bjj de compositie en de keuzo der voor
te stellen figuren is ernstig overleg gepleegd
met den besten kenner onzer vaderlandsche
geschiedenis, met Robert Fruin, te Leiden, en
is zorg gedragen, dat in allen deele rekening
wordt gehouden met do omgeving, waarin het
gedenkraam zal worden geplaatst, namelijk
in een kerk van laat-gothischen styl, die aan
den Nederduitsch-Hervormden Eeredienst is
gewijd."
Voorts meldt de circulaire nog, dat bet
voornemen bestaat, aan Hare Majesteit de
Koningin eeoe teektning van bet gedenkraam
aan te bieden, vergezeld van een album, be
vattende de handtekeningen dorgenen, die
tot de uitvoering zullen hebben bygedragen.
De opdracht aan den heer Otto Mengelberg
te Rysenburg ia geschied op eenparige aan
beveling van de heeren Jos. Israëls, Aug.
Allebé en jhr. B. W. F. Van Riemsdijk, als
deskundigen gehoord.
Het buitengewone Perziache gezantschap
brengt heden een bezoek aan Haarlem en
zou o. a. ook bezichtigen de bekende boek
drukkerij en lettergieterij der firma Joh.
Enschedé en Zonen.
Naar de „Utr. Ct." verneemt, ia door de
autoriteiten besloteD, te Utrecht voortaan by
voorkomende vacature voor hoofden van
scholen vergelijkende examens af te nemen.
In wélingelichte kringen wordt, naar
„Het Vad." meldt, thans verzekerd, dat het
tegenwoordige Kabinet, onder leiding van den
heer RöelJ, aan het bewind zal blyven, maar
dat voor enkele portefeuilles andere titularissen
worden gezocht. Men spreekt van de ver
vanging der ministers van binnenlandsche
zaken, van justitie, van marine, waarschyniyk
ook van waterstaat.
Op het concert, dat te Steenwyk den
2don Augustus zal gegeven worden by de
opening van de Landbouwtentoonstelling, zal
o. a. uitgevoerd worden een nieuw koornummer
van mr. H. graaf Van Hogendorp, te 's-Graven
hage, die zicb, op uitooodiging van de feest
commissie, bereid heeft verklaard zyn werk
persooniyk te komen d'rigeeren. (Vad.)
Door de leden der Amsterdamsche Orkest
vereniging is gisteren aan haren directeur, den
beer G. Mann, een geschenk aangeboden, een
bronzen Gloria-beeld, dat hem, onder een
harteiyke toespraak van den heer Seeman,
namens bet geheel0 orkest werd overhandigd.
De heer Mann zal met 1 September a. s. deze
betrekking nederleggenhy wordt dan aan
de Noord- en Zuid-Nederlandsche Opera van
den heer J. G. De Groot verbonden. De
Amsterdamsche Orkestverecniging wordt dan
opgenomen in het Nederlandsche opera-orkest
van den heer C. Van der Lioden, welk orkest
dan ook als concert-orkest zal werkzaam zyn.
Volgens uit Indiö ontvangen bericht,
zyn aldaar by bet examen voor toelating tot
de Kon. Mil. Academie te Breda geslaagd L.
Derssant en J. D. P. Bouman, die worden
opgeleid voor de inf. O. I. leger.
In verband met de omstandigheid, dat in
Indie slechts twee jongelieden aan bedoeld
examen hebben voldaaD, is het aantal plaatsen
voor het wapen der inf. O.-I. leger voor de
adspiranten, die rechtstreeks examen voor
toelating tot de Kon. Mil. Academie afleggen,
van 11 op 15 gebracht.
Uit Rumenië is by de Kamer van Koop
handel te Rotterdam bericht ontvangen, dat
Rotterdam thans definitief is aangewezen als
het eindpunt der door de Rumeensche Staats
spoorwegen in het najaar te openen stoom-
vaartiyn. De firma Wm. H. Muller Co. zal
met de agentuur belast worden.
Het bestuur van den polder De Kaag
(N.-H.) zal eene leening sluiten groot f 12,000,
tot verbetering der molens en bouw eener
brug.
De uitslag van het officiersexamen aan
de Militaire Academie te Haarlem is als volgt
Voor de infanterie hier te lande zyn ge
slaagd de cadets Heyting, Van Gameren, v.
d. Ham, Van Heyst, Van Wely, Hajenius;
voor de cavalerie hier te lande: de cadets
Nienaber, Von Schmidt auf Altenstadt; voor
de infanterie in Indiöde cadets De Bruyn,
Rynbende, v. d. Zee, van Gheel Gildemeester,
Boele en Goldman.
De onlangs te Nymogen opgerichte
Caiii8iu8-vereeniging is voornemens de katho
lieke vereenigingen daar ter plaatse uit te
noodigen tot eene byetnkomst, ten einde
gezameniyk middelen te beramen om het
derde eeuwgety van Petrus Canisius op 21
Dec. a. s. te vieren door een feest, uitgaande
van alle katholieken van Nymegen.
flr. Ms. fregat „Van Speyk", onder bevel
van den kapitein-luitenant ter zee J. G.
Snethlage, is 15 dezer van Mytilene naar
Smyrna teruggekeerd.
Het stoomschip „Amsterdam", van Rot
terdam naar Nieuw-York, passeerde 15 Juli
Prawlepoint; de „Belleropbon", van Am
sterdam en Liverpool naar Java, arriveerde
14 Juli te Port-Saidde „Smeroé" arriveerde
15 Juli van Java te Rotterdam; de „Schie
dam", van Nieuw-York;naar Amsterdam, pas
seerde 15 Juli Prawlepoint.
Alkemade: By de herstemming voor
een lid der gemeente Alkemade in plaats van
wyien den heer E. J. Los, zyn in de beide
stemdistricten uitgebracht 373 (244 -f- 129)
stemmen. (Aantal kiezers volgens de lyst 480).
Hiervan verkreeg de heer W. Reynders 151
(149 -4- 2) en de heer C. Straathof Jz. 214
(89 -t- 125) stemmen, zoodat de laatste
gekozen is.
Van onwaarde werden door de resp. stem-
bureelen verklaard 8 (6 -4- 2) biljetten.
Leimuiden: De uitslag van de op 13
Juli gehouden stemming voor den gemeente
raad ia, dat herstemming moet plaatshebben
tusschen de heeren J. Broekhuizen, J. Treur
(aftr.), J. Hartveld en J. Van Leeuwen.
Zoeterwoude: De uitslag der aanbeste
ding van gemeentewerken alhier is als volgt:
Perceel I: reparatie aan bruggen, begrooting
ƒ691, gegund aan A. Van Tilburg voor
f 657.50.
Perceel 2: schoeiingen, begrooting f 214,
gegund aan Th. H. Salters voor f 195.
Perceel 3: het dempen van een sloot, ont
ruiming van een brug en demping van de
sloot, begrooting f 172, gegund aan M. "Wit-
senburg voor f 158.
Perceel 4a: verfwerk aan bruggen, begroo
ting f 64; perceel 45: verfwork aan spuiten
huizen, enz., begrooting 22, gegund aan G,
Van Pelt, letter a voor f 70, letter 5 voor f 18.
Perceel 5: paardenpad-bestrating 330 meter,
begrooting f 525, gegund aan J. Van Vliet
voor f 491.
Perceel 6: paardenpad-verstrating, begroo
ting 10 cents per strekkenden te', laagste
inschryver M. Witeenburg voor 15 ets., niet
gegund.
Uit de „Staatscourant".
Kon. besluiten. Benoemd voor den tijd van
één jaar, tot plaatsvervangers van den districts
veearts, wien Dordrecht al9 standplaats is aan-
fewezen, de veeartsen P. A. Goedhart, te Meer-
erk, 1. Van Klaveren, te Leerdam, en W. H. Van
Haselen, te Vinnen; voor het tijdvak van 1 Sep
tember 1897 tot en met 31 Augustus 1898, tot
leeraar aan de Rgks- hoogere burgerschool te
Assen, dr. D. Dijken, thans tijdelijk assistent aan
de Rijk9-Universiteit te Leiden.
Benoemd bij het personeel der militaire admini
stratie, tot eersten-luiteuant-kwartiernieester, bij
zijn tegenwoordig corps, de twcede-luitenant-kwar-
tiermeester J. M. S. Hogerland, van het 4de reg.
infanterie; bij het wapen der infanterie, bij het
lste reg. tot ka.itein, de eerste luitenant F. C. L.
Ovink, van het 7de reg., thans gedetacheerd bij
het koloniaal werfdepot; tot eersten luitenant, de
tweede luitenant A. Ferf, van het corps; bij het
2de reg., tot kapitein, de eerste luitenant W. F.
Van den Oudendijk Pieterse, van het 5de reg.;
bij het 4de reg., tot eersten luitenant, de tweede
luitenant C. J. A Kruyt, van het corpsbij het
6de reg. tot eersten lnilenant jhr. V. E. A. Boreel,
van het corps; bij het wapen der cavalerie, bij
het lste reg. huzaren, tot ritmeester, de eerste
luitenant L. S. Gerard van Sijsen, en tot eersten
luitenant de tweede luitenants M. .T. Menso en
E. H. Juckema van Burmania baron Rengers van
Warmenhuizen, allen van het corps.
Inspecteur ijkioezen in N.-Indië,
In Nederl.-Indië is te vervullen de betrekking
van inspecteur van het ykwezen, waaraan is ver
bonden eene bezoldiging van 400 's raaands, met
vier driejaarlijkscho verhoogingen, elk van f 75
's maands, benevens eene indemniteit voor huis
huur van ƒ100 's maands.
Aan-de uitzending is verbonden: ovortocht voor
Gouvernemontsrekening als passagier der lste
klasse, c. q. ook voor 'net wettig gezineene
gratificatie voor uitrusting, ten bedrage van ƒ1500;
eene voorloopige bezoldiging van ƒ150's maands,
ingaande met den dag van aankomst te Batavia.
Voor andere bijzonderheden zie de „Sts.-Ct."
van heden.
Handel en scheepvaart van Engeland.
Aan de Kamers van koophandel en fabrieken te
Amsterdam, Rotterdam. 's-Gravenh3go. Dordrecht,
Schiedam, Leiden, Delft, Middelburg, Vlissingen,
Zaandam, Harlingeu en Groningen en aan de
Twentsche Vereemging ter bevordering van nijver
heid en handel, is een exemplaar toogezonden van
de „Accounts relating to trade and navigation of
the United Kingdom", nopens de maand Juni jl.
Zoölogisch station te Napels.
De Sts.-Ct." van heden bevat het verslag aan
den minister van binnenlandsche zaken van de
onderzoekingen, verricht aan de Nedorlandsche
Tafel van het Zoologisch Station van dr. Anton
Dohm, to Napels, gedurende de maanden JJanuari,
Februari, Maart en April löb7 door G. ltuge, profes
sor in de anatomie aan de Amsterdamsche
universiteit.
Tentoonstelling ran vrouwenarbeid.
Deze tentoonstelling, die het volgend jaar
gedurende de zomermaanden in Den Haag
gehouden wordt, zal een geheel ander karakter
dragen dan tentoonstellingen gevsooniyk heb
ben, omdat deze in hoofdzaak geen reclame,
maar studie van de maatschappelyke positie
der vrouw beoogt.
Telkens vormen zich nieuwe plaatselyke
comité's, en de verschillende rubriek commis
sies hebben succes by haar pogen tot het
samenbrengen van volledige verzamelingen.
De ligging van het tentoonstellingsterrein zal
zyn tegenover het „Hötel de la Promenade*
by den Ouden Scheveningscben weg, en daarop
zal, naar men meedeelt, een volgens de inzich
ten der r0gelingscommi8si9 ingericht gebouw
worden gezet, dat zoowel door doelmatige
verdeeling der expositielokalen en liet bezit
eener ruime gehoorzaal voor vergaderingen,
muziekuitvosringen enz., als door de inrich
ting van het terrein rondom tot een gezellige
plaats van samenkomst, aan het doel zal be
antwoorden. Op dat torrein wil men 0. a.
trachten een duideiyke voorstelling te geven
van den aard van bedryf en bestaan der
vrouwen in Indië. door een soort kampong te
maken met Indische huisjas, waarin men
vrouwen aan het werk zal zien, terwyi in een
Indische gaarkeuken (warong) allerlei echt
Indische spyzen zullen te krygen zyn, door
de vrouwen van het land bereid.
Gemengd Nieuws.
Gedurende de a. s. kermis zullen
de volgende inrichtingen Leiden komen be
zoeken
Op de Lammeren-markt: 't Hart möt gymnas-
ten-tbéatre; Wolffs fils en J. Dobbelaere,
stoomcarou8selswed. Rombacb, hippodröme
en twee gewone draaimolens.
Nieuioe Beestenmarkt: Haak en Heymann,
luchtschommelsH. Regter met Lombokgroep,
H. Ros met dwergen, L. Rusch mei lach
spiegels, Th. Den Ronden met théatre roécha-
nique, J. Damman met panorama, wed. Hees
been en Gebr. Vermeulen met schiettenten.
Groote BeestenmarktzyJe kotfiehuis van
den heer Van der Spek: de bekende poffer
tjeskramen.
SteenstraatBlanus met paardenspel, Flaa-
schentrager met Hollandscbe vloot, Jac. Swaab
met photographietent.
Turfmarkt: de noodige gebakkramon en
vi6chvermaken.
Boom- en Bloemmarkt: J. Posters met Oos-
terscben dwaaltuin,Lacquementen Jongemaeta
met beignets- en roomsoezenkrameD, Wesse-
ling en Van der Zee met wafelen-, Van der
Voorden, Van Kas en Van Tol met poffertjes
kramen.
Bloemmarkt: Watrin met théatre moderne
3ans rival.
Aalmarkt: de bekende oliebollen- en nougat-
kramen.
Vischmarktkoek-, galanterie-en Parysche-
wafeleckramen.
Op den Apothekersdijk komen de byouterie-
en uougatkramen, die anders op den Nieuwen
Ryn stonden.
Hoogstraat: A. Coster met photographietent.
Haven: L. Maltha met wafelkraam.
Doezastraat: A. Wallenda met cagliost o-
théütre.
Verder hier en daar de onontbeerlyke slag-
machines, Minerva's en andere vermakeiyk-
heden.
Nadat de doofstomme wlelrydoi
Sutherland Royaards hier uit Aojsterdam
den eenen middag om vyf uren aan het filiaal
van Burgors Rywielen was aangtko uen op
zyn tocht naar Jeruzalem werd hy den
3i)
Met een driftige beweging verliet zy het
rytiiig en snelde op de poort van het tuiDtje
toe. Hoe licht van hart was zy straks daaruit
vertrokken en hoe zwaar beladen in haar
binnenste keerde zy terug l
Heur hart drong haar naar Liddy te gaan
zien. Zy vloog de trap op. Op den corridor
echter, waar de wegen naar de kinderkamer
en Erichs kabinet zich scheidden, bleef zy
staan. Langzaam kwam hy de trap op. Nu
stond hy vóór haar, een yskoude kalmte lag
op zyn gelaatstrekken. Haar knieën knikten
en zy gevoelde iets, als moest zy voor haar
man neerknielen en hem om vergiffenis
smeekeD.
„Gaat ge naar het kind zien?" Koud en
ongevoelig troffen haar de klank en de uit
drukking zyuer stem. „Ik moet nog werken,"
liet hy er op volgen, „tot laat in den nacht."
Daarmee ging hy haar voorby.
Doris had wel kunnen neerstorten, dofch
zy hield zich staande. Nu kwam, ten aanzien
van de ruwe bejegening, die zy volgens haar
meening niet verdiend had, de energie der
verbeten smart in haar op. Met vasten,
krachtigen tred sloeg zy den weg in naar
de kamer, waarin het kind met het meisje
sliep. Beiden lagen in diepe rust. De lamp
was laag neergedraaid en het groene scherm
wierp op het kind een gedempt licht, dat,
geiyk het de terugkaatsing van groen eigen
is, Liddy met een rooskleurige tint overgoot.
Dons gunde zich niet den tyd haar mantel
af te doen. Zy boog zich over het bedje en
sloeg de diepe ademhalingen van haar
kind gade.
Het blonde, zydeachtige haar van Liddy
begon zich reeds in lokjes over het voorhoofd
te krullen; het fijne mondje was half open
en liet twee kleine tandjes zien; het eene
handje lag onder de volle kin Liddy geleek
op haar vader in het blonde haar, in den
snit van neus en mond, zelfs in den vorm
der nagels aan de poezele handjes. Doris
waande in het kind het beeld van Erich te
zien. Alles, wat zy haar echtgenoot had
willen mededeelen, drong zich boven de wieg
met vernieuwde kracht naar haar lippen en
deed de boeien springen, die zich om beur
hart gelegd hadden. Door een ingeving
voorgelicht, stond zö op om de kamer te
verlaten. Allen hoogmoed, alle gevoel van
eigenliefde ver van zich werpend, was zy op
weg naar Erich, om zieh zonder de minste
terughouding In zyn armen te storten en niet
eer weder van hem te gaan dan vóór hy
haar weer aan zyn liefdevol hart gedrukt had.
Daar hoorde zy zyn deur opengaan, zyn
schreden namen de richting naar beneden. Zy
snelde naar het salon, van waar uit zy op
straat kon zien. In hoed en regenmantel ging
hy door het tuintje vóór het huis, ontsloot
het poortje en verdween op de straat. Zy was
alleen. Geen vraag, waarheen hy gegaan was,
geen verdenking steeg in haar op - slechts
het 8marteiyk gevoel overviel haar, dat zy
zonder hem was. Een kwellende onrust dreef
haar terug naar het bedje van haar kind. En
wat zy hier in haar binnenste doorleefde, dat
waren oogenblikken van zelfonderzoek. Afge
keerd van al, wat om haar heen lag, telde
zy de minuten niet, die, tot uren aangroeiend,
over haar heen vlogen haar inwendige,
haar uitwendige blik was op het kind gericht,
dat haar rechter werd. Was niet het schuldige
der gedachte, waarvan zy zich tegenover
Erich had aan te klagen, door een andereen
veel grootere schuld sinds laDg voorbereid?
Had zy haar man bemind, zooals een vrouw
dengene beminnen moet, die haar zyn leven
gegeven beeft, zyn eer, zyn goed, zyn kracht,
hart en gedachten alles, wat een man een
vrouw te geven heeft? Was hy haar sedert
hun huwelyksvoltrekking het eerste en hoogste
op de wereld geweest, had zö vast van harte,
sterk in gedachten naast hem gestaan, slechts
zoekend wat hy wilde, met teedere overeen
stemming hem steunend, met trouwe zorg
hem vergezellend, nooit aan zichzelve denkend,
haar wil, haar neigingen, haar luimen aan
zyn beter inzicht ondergeschikt makend, niets
voor zich begeerend, alles voor hem, niets
beminnend dan hetgeen hy beminde, zich
zelve willende en ziende slechts in hem alleen?
Het kind bewoog het handje, als wilde het 't
antwoord geven. „Neen", scheen het te zeggen,
„zoo hebt ge my niet bemind". Aan Doris'
oogen ontvloeide een stroom van tranen. Zy
haalde het kind uit zyn slaap en drukte het
hartstochteiyk aan haar borat, zoodat Liddy
begon te schreien.
tWat is er toch gebeurd, Doris?1'
Het was Erichs stem, die de vraag deed.
Doris had wel van vreugde kunnen juichen,
dat hy weer by haar was. Een enkele be
weging veiklaarde hem den toestand barer
ziel. Maar hy wees op het kind.
„Laat het slapen I" sprak hy kortaf, schier
ruw.
Als ys werkten deze woorden op Doris'
stemming. Zy wendde zich niet tot haar man,
doch legde het kind weer in zyn bedje.
„Ik dacht, dat ge reeds lang te bed waart,
Doria."
„Ik kon niet slapen, Erich. Het is al haast
één uur; gy waart weg en ik maakte my
bezorgd om je."
„Ik vond een briefje van den Minister liggen,
dat my by hem bescheidde. Een zeer gewichtige
zaak vandaar myn uitgaan en myn lang
wegbiyven."
„Eén woord, Erich en ik ware gerust
geweest."
„Waart ge ooit ongerust over my?" vroeg
hy bitter. „En het was ook een zaak, die
haast had."
„Ik berisp je ook niet, Erich. Ik ben tevreden
met alles, wat je doet."
Hy wierp een verbaasden blik op zyn vrouw;
want deze onderdanige stemming in haar was
hem nieuw. Daarop ging hy, na een vluchtig
gedane vraag naar den welstand van het kind,
met een kort: „Goeden nacht 1" de kamer uit.
Misschien zou zyn hart zich milder, zachter
jegens haar betoond hebben, zoo het niet door
iets anders, iets nieuws zwaar gedrukt ware
I geworden.
Zooals hy reeds had aangemerkt, had Erich
van den Minister een briefje omvangen, dat
hy, in 2yn kamer komend, op de schryftafel
vond. De inhoud had hem nog denzelfden
avond naar zyn chef geroepen, hoe laat het
ook zyn mocht. Hy gaf gevolg aan de uit-
noodiging en begaf zich terstond op weg.
Het was dicht by middernacht, toen hy
by den Minister binnentrad. Deze ontving hem
met groote vriendelykheid en met dat ver
holen glimlachje, waarachter zich by groote
heeren steeds een verrassing pleegt te ver
bergen.
„Ik weet alles," sprak hy by het binnen
komen tot Erich. „Gy ziet het: myn ambtge
noot van justitie heeft met zyn aanwijzingen
aan den strafrechter niet getalmd."
„Ja, dat mo9t ik zeggen", merkte EricL
aan. „Ik was van de reis teruggekomen, zoo
van de spoorwegcoupé naar Uwe Excellentie
gesneld om myn rapport uit te brengen -
en van daar naar huis om vrouw en kind te
begroeten
„Mevrouw Von Rechting maakt het goed?"
„Als een vrouw op een feest is, maakt zij
het aityd goed," antwoordde de griffier op
schertsenden toon.
„Mevrouw Yon Recbtiog was zeker wel
boos op my, omdat ik haar heur man ontfc
roofde?"
„Des te gelukkiger was zy, Exceljontio,
toen ik terugkwam."
iWordt vervolgd.)
1