N°. 11452 Maandag 2® Juni. A* ,1897 feze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van fpn- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. DWAALSTERREN. LEIDSCH DA&BLAD. PRIJS DEZER COURAOTi Voor Leiden per 3 maandenf 1.10. Franco per post140 Afzonderlijke Nommera Derde Blad. Gemengd Nieuws. Deze week werden op „Rbynzigt" genomen 706 zwembaden door heeren en 179 door dames. Temperatuur van het water 21° Celsius. Het bestuur der Amsterdamsche Wielerbaan komt waarschijnlijk in het bezit ▼an eon massief zilveren beker van f 300 waarde, welke prijs nog dit seizoen als wissel- prijs onder de amateurs verreden zal worden. Er bestaat plan by eonige liefheb- bers o izer sport te trachten mede te heipon Holland op de Wereld-kampioenschappen te Gl.isgow goed te doen vei tegen woordi?en. Men zou het daarheen willen leid. n, dat CordaDg, Eden en M yers voorde pro'essionalnummers starten, benevens twee beste amateurs, door de resultaten der Kampioenschappen aan te T^yzen. {Kampioen.) Op de jaarmarkt in 't Friesche dorp Oostermeer hooft eene hevige vechtpartij plaats g had, waarl ij de messen niet ontbraken. Aan twee personen, waarvan een bij de linker borst oen gevaarli'ke wonde had bekomen, moest dad lijk geneeskundige hulp worden verleend. Do politie heeft reeds proces verbaal opgemaakt. In de gemeenten Vlist en Pols broek Lr» Ut het mond- en klauwzeer zich nog steeds uit. Bij J. Ntnleman, te Vlist, en Z. Van Rossum, to Polsbroek, is een rund aan deze zirkte gestorven. In eene correspondentie aan de „Tel." uit Parijs, dd. 23 Juni, lezen wij het volgende: Het leven is tegenwoordig internationaal. Een jongo dame te Nkuw-York doet even de reis over den Oceaan, om bjj een Parjjsche modisto een nieuw kleed te komen aanp ssen, en een Russische Grootvorst komt over uit Moskou op Odessa, om de eerste opvoering van eenig tooneelstuk in „Variétés" of „Renais sance" bjj te wonen. De voorvallen zijn dus niet zeldzaam, waarbij internationale reizigers een aandeel hebbon of een rol spelen in de menschelijke comedie té Parijs. Heden zijn daarvan e<n paar treffende staaltjes mede te deelen. Het eerste geldt een Amerikaansche jonge dame, mejuffrouw G=r trudo Weill uit Philadelphia hierheen ge komen, niet om nieuwe kleederen aan te passen, maar om met vlyt 6n ni.t zonder talent lessen in de schilderkunst te volgen. Zij onJer'orak slechts haar ijverige t-tudien, om nu en dan met eenige Ameiikannsche vriendin een tochtje op een veloiipóie te maken. Zaterdag den 12den Juni vtrÜ9t zij haar woning in de Ruo Nótre-Dame des Champs, om nabij den Pont-Neuf een schets te maken van het fraaie stadsgezicht, en, helaas, is zij sedert Qien oogenblik niet meer huiswaarts teruggekeerd. Mejuffiouw Weill was spoorloos verdwenen. Eerst hadden de vriendinnen haar afwezigheid niet opgemerkt, want zij woonde alleen, maar weldra ontstond ongerustheid en werd de Eet diamante-jubilé van koningin Victoria: Hulde betuiging door den aartsbisschop van Canterbury. politie gewaarschuwd. Er werd gezocht en geïnformeerd, maar zonder uitkomst, totdat eindelijk jl. Maandag 21 Juni haar lijk werd herkend aan de Morgue, waar het reeds den vorigen Dinsdag was binnengebracht als opgevjscht uit de Seine. Zes dagen had het lilk dus aan de Morgue gelegen zonder herkend te zijn. Is mejuffrouw Weill vermoord, of heeft zij zicbzelve tekort gedaan? Of wel is hier een ongeval in het spel? De zaak is niet opgehelderd. Vermoedelijk heeft mejuffrouw Weill op den berm onder de brug staan teekenen, heeft een stap achteruit willen treden, om het effect van haar werk te zien, en is door onvoorzichtigheid aldus te water geraakt. Sporen van geweld zijn niet op haar lijk waargenomen, maar dit heeft van Zaterdag tot Dinsdag in het wat r pelugen, zoo ie t het ondtrzoek niet gemakkelijk noch afdoende is. Onder de Amerikaansche farailién maakt dit ongeval terecht een treurigen indruk. De andere geschiedenis is van nog meer avontuurlijken aard en betreft de Russische samenleving. In Zuid Hol'and woonde een paar jaar geleden een groot grondeigtnaar, Generaal Popoff, die twee zoons had, George en Paul. De laatste trouwde tegen dtn zin des vaders en werd door dezen onier d. Maar toen Generaal Popoff op z\jn sterfbed lag, kreeg hy bet bezoek van een geestelijke, die in Rusland grootö populariteit hetft en vereerd wordt als een heilige, Vader Jan Van Kronstadt. Deze haalde den stervenden Gene raal over, om vergiffenis te scheüken aan den jongsten zoon Paul, wat dr.n ook geschiedde. Niet schriftelijk, maar mondeling nam de Generaai zijn zoon Paul, evenals George, weder aan als erfgenaam. Toen de vader gestorven was, traden de beide zoons in oveileg met elkaar, en stond George aan Paul met diens goedvinden onge veer het derde van de vaderlijke nalaten schap af. George, die zwak van gezoniheiJ en van hersenen is, ging daarop oaar Parils, om zich te laten behandelen voor zenuw ziekte. Nadat hjj hier eooigen tijd had ver toefd, kreeg hij het bezo k van eeD Russidchen kolonel der gendarmerie, afstammeling van Fransche Refugiés, Méranville de Sainte- Clair, die aan George Popoff voorhield, dat hij zijn broeder Paul geldelijk te kort gedaan had en dat bi) een grooter oetl van de ertVnis moest afstaan Die zaak kon wel in orde gebracht worden door den Kolonel met behulp van een bokerdun Pet»-rsburgscben advocaat Zelenko, en als G orge Popoff oit niet wilde doen, zou het gerecht zich met de zaak bemoeien. George Popoff stemde toe alles, wat Méran ville van hem vorderde. Hg te^kende een gezegc-ld document, en gaf tweemaal hun lerd- duizend roebels voor Zelenko en vijftigduizend voor Méranville om ze te belooneu voor bun welwillendheid. Méranville keerde daarop naar Rusland terug, gaf aan Zelenko slechts vijftig duizend roebels, en stak de rest i:i zijn eigen zak. E9Digen tijd later ging ook George Popoff terug naar zijn land, vertelde aan zijn vrienden, wat hem overkomen was, en wat by voor zjjn broeder had moeten doen, en vernam toen tot zijn niet geringe verbazirg, dat er van het geheels verhaal van kolon 1 Méranville geen woord waar was. E n gerechtelijke aan* klacht fegen advocaat Zelenko en kolonel Méranville was hiervan het gevolg, het proces tegen hen beiden werd onder grooten toóvloed van nieuwsgierigen gepl-it voor het Hof te St. P. t rsburg, en de uitslag is, dat Zelenko vrijgesproken en de kolonel veroordeeld is tot verbanning raar Archangel, met verlies van burgerlijke reóhten en terugbetaling van het afgedreigd9 geld. Dinsdag-avond zijn in de buurt van Bombay e°n civiel ambtenaar, lid van de pest commissie, en oen officier dood- g schoten, terwyl zy van een feest van den gouverneur naar huis reden. Men brengt dezen moord in verband met plakkaten, waarin de vi9ring van hot diamanten jubileum van koningin Victoria wordt veroordeeld. Daarin stond o. a. te lezen: „Alleen duivels kunnen een jubiló vieren, terwyl hongersnood, aard beving en pest heerschen, en terwyl woningen en tempels bezoedeld worden door post ambtenaren." Volgena een telegram aanhet „Berl Tageblatt" beweert dr. S9comandi, te Bergamo, uitstekend govolg te hebben onder vonden, vooral by personen boven 6 jaar ^ie PRUS DER ADVERTENTIËN: Van 1-6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17 J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. door diphthsritis zjjn aangetast, door bestryken, gorgelen en inademen met petroleum, waar door de gevaarlijko woekeringen snel zouden verdwynen. Men dient natuurlijk af te wachtip, of dit middel inderdaad zoo uitstekend werkt. Een goudvondst. Uit Rome wordt geschreven: De inspecteur der opgravingen van de Nekropole in Vetulonia hee't de regee ring en deze de „Academia dei Zincei" bericht over een beduidende goudvondst, in e6n graf aldaar gedaan. Het zyn voornam' lijk lichaams sieraden, waarondGr kettingen, oorringen en. groote armbanden. Twee van deze, een soort FiligraDwerk, zyn van wonderbare pracht. Evenzoo schoon Is een groote haarnaalJ uit goud met dierenornamenten in Archaischen styi van het Oosten, veel overeenkome do met de opgedolven sieraden uit het graf Rega- lini Kircberi^Do. Ook werden drie armband n met dierenbeelden in gedreven goud gevon den, die met de Korinthischo vazen en set .1- dcryen, ia de ouJ&te Eiruskisch9 graven ge vonden, byzonder veel overeenkomst he' oen. Op de van Sunderland komende stoomboot „Probano" had, zooals uit Margate gemeld wordt, een ketelontploffing plaats, waardoor twee ingenieurs en twee stokers ge dood en oen mat^oi zwaar gewond werden. Kieswet. De burgeriyke kamer van den Hoogen Road deed gistereü in hare laatste zitting vóór de vacantie nog uitspraak in een drietal kieszaken: In de eerste plaats in zake het cassatie beroep van burgemeester en wethouders van Zuidhorn tegen de beslissing van den kanton rechter aliaar, vaarby bevolen werd, dat de naam van een ingezetene, die wel op de kiezersiysten voor de Staten-Generaal en voor de Provincial Staten, maar niet op die voor den Gemeenteraad was geplaatst, alsnog ook op laatstbedOflde kiezerslijst zou gebracht worden. Dit beroep werd door den Hoogen Raad niet ontvankeiyk verklaard op gronH, dat B. en Ws. niet geacht worden by de uitspraak des kantonrechters party te zyn geweest en daarom niet gerechtigd waren de vernietiging van die uitspraak te vragen. Geiyke beslissing werd genomen in zake het beroep van iemand te Grypskerk, die met een ander ingezetene als gemachtigde der anti revolutionnairo kiesvereeniging te Gryps kerk, de plaatsing van eenige personen op de kiezersiyst had gevraagd, doch thans op eigen naam in cassatie was gekomen, als hoedanig hy du9 ook beschouwd werd geen party b\j '8 kantonrechters beslissing te zyn geweest. Verworpen werd voorts het beroep van een huisknecht te Utrecht, die met mecerekeniog van verval een inkomen van meer dan f 500 had, doch zonder dat verval minder dan f 500 inkomen genoot. Op grond, dat het verval, als zijnde eene wisselvahige bate, welke meestal niet van den patroon, maar van der den ontvangen wordt, voor de berekening vaa het inkomen niet in aanmerking mag komen, werd de plaatsing op de kiezersiyst geweigerd, en met deze beslissing beeft alzoo de Hooge Raad zich vereenigd. Wanneer zyn heete lippen op die donkere oogen gerust hadden, en wanneer deze dan onder de lange wimpers met schier kinderiyke verbazing naar hem opzagen, was het hem dan in het van geluk trillend hart niet te moede, alsof voor hem nieuwe bronnen des levens zich openden? En zoo iets zou van een wezen kunnen gekomen 2ün, dat tegen over hem vreemd, koud, zonder innerlyke deelneming was? De rozen, welke Doris hem toestak, het was hem nu, of haar geur naar hem toewoei. Als balsem viel dio op zyn hart. Hy werd kalmer; het opdwarrelen van sombere gedachten had opgehoudenhet slot was als een stille bede om vergiffenis tot haar, die hem thans tot den veelbelovenden tocht aan haar zyde riep. Juist klonk de stem van Ruchel„Mynheer de griffier, het rytuig staat beneden 1" Als wilde hy de beeltenis uit alle scha duwen van twyfel mee redden naar zyn toekomstig leven, greep de toegeroepene het portret haastig eo snelberaden van de tafel en ging naar het rytuig. Ruchel trad naar het venster. Hoevelen van zyn heeren had hy reeds zien instappen zooals dezen daar beneden, en voor hoevelen ware het beter geweest, dat de trouwkoets voor hen nooit ware voorgereden! meende hy in zyn gedachten. Hy had allen gewaar schuwd maar met het trouwen gaat bet als met alle andere ervaringenieder waant, dat het lot voor hem in het napje, hetwelk hot hem heeft voorgez9t, juist iets heel byzonders gedaan geeft. Niemand ook gaat den steen des aanstoots uit den weg, waaraan reeds honderden zich pyn gedaan hebben, behalve wanneer hy zichzelf er den voet reeds aan verwond heeft. Maar dan is het meestal ook reeds te laat. Nu, ga maar voort! Geluk kige rtisWie weet? Eenmaal kan het iemand immers wel gelukken 1 Daarby nam by een snuifje, de oude wy8geer-pessimist. Het rytuig met den bruidegom rolde voort, door de straten, over de pleinen, en overal bleven de menschen staan en wierpen een nieuwsgierigen blik in het binnenste van het voertuig. De koetsier op den bok en de palfrenier op de trede droegen ruikertjes van rozen in de knoops gaten der livreijassen, en dat wees op een bruiloft. Maar voorloopig ontbrak de bruid, en een bruidegom alleen boezemt het groote publiek lang niet zooveel belangstelling in als de eerste. Rechting echter bemerkte van dit alles niets. Zyn gedachten waren ver vooruit, de stoep van het huis, de trappen op, in de bruidskamer by haar, die hy straks in zyn armen zou sluiten als de zyne, als zyn eigen dom voor God en de menschen. In alle blyheid des harten, die hy behouden had, onderzocht hy zichzelven nog eens op dezen korten weg; hy vroeg zich af, of hy zyn ja uit den grond zyns harten geven kon, en kwam by zichzelven tot de slotsom: Ja, ja, duizendmaal voor eens! Nu hield het rytuig vóór het buis stil, dat rechts en links met dichte massa's kykers omringd was. Da dochter van den mynbezitter Lammers was een zeer beminde persoonlyk- heid in deze wyk. Iedereen had haar vader gekend en iedereen achtte zich derhalve gerechtigd, zich met het toekomstig lot der dochter te bemoeien. Ware Doris een arm meisje geweest, zy zou, zonder dat men op baar latte of haar gangen volgde, door de wereld gegaan zyn; maar zoo r\jk als zy en zoo mooi en zoo van alle kanten aan gezocht ltot die daar kwam - daarbinnen in het rytuig; die moest het zynl Een knap man, maar zoo einstigl En een bruidegom, die zulk een bruid krygt, moest toch met het goheele gezicht lachen! Hoe vlug springt hy er uit en snelt hy de stoep van het huis op! Hy zal nu wel een eigen huis koopen. Volgens do meenicg van deze menschen heeft hy zeker wel reden flink te zyn! Wie ook zulk een geluk betrouwt 1 De oude dienaar des huizes kwam Rechting te gemoet en toonde een zeer bly gezicht. Een paar minuten te voren had hy anders naar hem uitgezien door zorg bewogen. En dat zei de oude den bruidegom ook, dat men juist om hem had willen zenden, uit vrees, dat hem iets overkomen mocht zyn. De brief kwam den bruidegom weer in de ge dachten, maar hy zei niets. „Zal ik dat daar voor u dragen, wat u In de hand heeft, mynheer Von Rechting?" „Neen, myn vriend. Hetgeen ik hier aan myn hart houd, zal geen vreemde hand aan raken!" Hoe minder in aantal de met oen nieuwen rooden looper bedekte treden van de trap werden, dos te sneller vlogen zyn schreden naar boven, naar de eerste verdieping, waar de bruiloftsgasten vergaderd waren „Mynheer de griffier ia er, juffrouw Regina," liep de oude een dame toe, die aan den ingang der vertrekken stond en in spanning haar blikken naar do trap gericht hield, om welker kromming Rechting juist te voorschyn kwam. Bij zyn verschyning sloot zy de oogen, gelyk iemand pleegt te doen, die een zwaren inwenaigen stryd voert, doch slechts een seconde lang. Toen kwam de in een doDker- grys zyden kleed gehulde slanke gestalte hem met levendige, vriendelyke woorden te gemoet. Een uitdrukking vol goedheid verhelderde haar gelaat. „Waarlyk, wy waren reeds in zorg over u, mynheer de griffier, vooral Doris. Ge moet toch eens denken aan het mimende ongeduld eener bruid, op een dag, waarop minuten uren en uren minuten worden, op een dag, waarop men aan alles beteekenis hecht. Maar kom! Ik zal u naar uw bruid brengen." Zy leidde hem door een reeks van kamers, waar de gedekte tafels stonden, en opende toen een deur, die in een boudoir een blik deed werpen. Daar schoof zy hem zacht binnen, toen bleef zy vóór de deur staan, maakte een beweging, alsof zy moeite bad zich staande te houden, en ging toen naar de voorste ver trekken, waar de gasten byeen waren. De bedienden presenteerden bier op zilveren bladen wyn, chocolade, koek en sandwiches. Evenals de kopjes en glazen van hand tot hand, zoo gingen de gesprekken van mond tot mond. Twee dames voerden het woord; de een was de vrouw van een handelsraad van eenigszins onrustbarend embonpoint, de ander de gade van den gemeente-secretaris, dun als een draad garen. „Och ja, als ze maar gelukkig woruoii begoD de vrouw van den handelsraad; „dat is het eenige, wat te wenschen overbiyft. Al het overige hebben zy immers in overvloed. De vader heeft voor zyn eenige dochter met alle liefde gezorgd en alles in goede papieren en vaste goederen." „Dat zegt myn man niet, mevrouw," nam de wederhelft van den secretaris het woord. „Onlangs nog was er sprake van; myn man had gelegenheid een blik in de hypotheek- boeken te slaan, kortom: in de geldelyko aangelegenheden van Doris." „De oudste zoon van den secretaris had Doris ten offer moeten vallen, van daar die levendige belangstelling," fluisterde de vrouw van den handelsraad een naast haar staande dame toe. „Myn man verwondert zich nog," ging de dame voort, „hoe onvoorzichtig de overleden mynbezitter zekere fondsen en wel het grootste deel daarvan geplaatst heeftmyn man weet dat goed te beoordeelen „Men zei, dat uw Theodoor aanzoek om Doris gedaan had," merkte de vrouw van den handelsraad snibbig aan. Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 9