N°. 11447 Dinsdag: 22 Juni. Ao.1897 (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <gon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 21 Juni. P euilleton. Moeilijke uren. LEIDSCH DAGBLAD. PRUS DEZER COURANT* Voor Leiden per 3 maandent.lfo Franco per post 1.40» Afzonderlijke Nommere 0.06. PRIJS DER ADVERTEUTDSN: Van 1-6 regels f 1.06. Iedere regel meèr f 0.17J. Grootert letters naar plaatsruimte. Voor het Incasseer en .buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Offlciëele HenniBgeringen* Burgemeester en Wethouders van Leiden, Gezien het adrea van M. ROOS, houdende verzoek om vergunning tot het oprichten van eeno rookerg in het perceel Haarlemmerstraat No. 58; Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet; Geven bij deze kennis aan het publiek, dat ge noemd verzoek met de bijlagen op de Beoretario dezer gemeente tor visie gelegd is; alsmede, dat op Zaterdag 3 Joli a. e., 'o voormiddags te elf uren, op het Raadhuis, golegenheid zal worden gegeven, om bezwaren tegen dat verzoek in te bresgen. Burgemeester on Wethouders voornoemd, Loiden, F. WAS, Burgemeester* 19 Juni 1897. E. KI8T, Secretaris. Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden brongen ter algemeeno kenDis, dat het IJk kan toor aan de Lammermarkt na 25 Juni 1897 op eiken Vrijdag en Zaterdag van des voorm'ddags negen uren tot dea namiddags écn uur zal worden opengesteld tot het doen ijken .van maten en ge wichten. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, F. WA8, Burgemeester. 19 Juni 1897. E. KIST, Secretaris. Onder voorzitterschap van den heer A. C. Wortheim heeft zich eene commissie, uit acht leden bestaande, gevormd, om tot de oprichting van een centraal Israëlietisch krankzinnigen gesticht in Nederland te geraken. Het plan bestaat om bet in de nabijheid van Leiden op te richten. In het verslag van den gemeenteraad van Lisso, voorkomende in ons nommer van 17 dezer, is een klein abuis ingeslopen, dat wtf ter wille van de onpartijdigheid hier rectificeeren. Er staat, dat met 6 tegen 2 stemmen af wijzend is beschikt op het verzoek van inge zetenen om subsidie voor het onderwijs in de vreemde talen. Dit moet zijn met 4 tegen 3 stemmen. Vóór stemde, behalve de reeds genoemde heeren Blokhuis en Van der Mey, ook de heer Van der Veld. In de kerk der Engelsche gemeente aan de Van den-Bosch-straat te 's-Gravenhage werd gisteren een godsdienstoefening en dankzeg ging gehouden ter herinnering van het 60-jarig regeeringstijdperk van koningin Victoria. Deze plechtigheid had plaats in tegen woordigheid van den Britschen gezant by ons Hof, den heer Howard; den secretaris van het Engelsche gezantschap, den heer Bland, en den vice-consul, den heer Brine, zoomede ten overstaan van eene belangstellende schare, onder wdko werden opgemerkt de Russische gezantschapsraad, de heor De Berends, de meeste leden der Engelsche kolonie, benevens verschillende aanzienlijke familiën. Do dienst, voor deze gelegenheid geopend met het zingen van het Engelsche volkslied door h?t koor met orgelbegeleiding, werd geleid door den predikant der Anglicaanscbe gemeente, den heer Rotford, en was gelijk aan dj gebruikelijke Zondagscodsdienstoefe- ning, met uitzondering van enkele zigingen, betrekking hebbende op het jubileum. Zoowol voor hrt hoofd van het Vereenigd Koninkrijk, de koninklijke familie, als voor de eenheid van lanl en volk, werden buitengewone ge beden uitgesproken. Vóór het einde van dezen dankstond hield de voorganger der gemeente van den kansel een rede ter herdenking van Harer Majesteits gelukkige regeering, daarbij de hoop uitspre kende, dat de regeering van Koningin Wil- helmina even gelukkig moge zijn voor het Nederlandsche volk. Het regeerings-jubileum van koningin Vic toria werd gistermorgen eveneens door de Engelsche kolonie te Amsterdam plechtig her dacht. In de Episcopal Church, aan den Groene- burgwal, waren tal van belangstellenden bijeen gekomen, blijkbaar ook vele Engelsche toeris ten, die thans te Amsterdam toeven. Het vriendelijke kerkje was geheel en al met vlaggen, groen en bloemen getooid: bloemen festoenen langs de wanden; bloem stukken daar boveD, bloemen op den preek stoel. Het koor deed zich herhaalde malen hooren 6D voerde, behalve eeü „Special Anthem" voor dezen dag, uit: „Te Deum" van Bridge water; „Jubilate" van denzelfden en „Kyrie" van Gounod. Nadat de eigenlyke kerkelijke plech tigheid was afgeloopen, beklom de rev. J. Chambers den preekstoel en wees in zijn rede op de heilzame regeering, die Engelan 1 gedurende 60 jaren van „the most gracious Quaen Victoria" genoot. Hij wees er op, dat geen vorst van Groot- Britannië ooit zoo lang op deD troon mocht blijven als deze vorstin. Daarna tooDde hjj aan, dat Engeland ook onder andere vorsten tijdperken van bloei mocht aanwijzen, doch dat geen tijd voor het Vereenigd Kooinkryk en zijn Koloniën zóó heilrijk was in elk opzicht als de regö9ring dezer bijkans 80-jarige vorstin. De prediker vergeleek dan den toestand van Engeland op het oogenblik, dat Victoria den troon besteeg, bij dezen dag; b\j wees op den vooruitgang op wetenschappelijk en sociaal gebied ïd elk opzicht en bt sloot daaruit, dat Engeland zeker vol dankbaarheid het feest der beminde vorstin mag vieren. Ook in de „English Reformed Church" op het Begijnhof was een „thanksgiving service". Voor den preekstoel, waarvan de trapleuning met het Engelsche dundoek bekleed was, stood, in een omlijsting van groen, het borst beeld van de grijze vorstin. De dienst werd geleid door ds. W. Thomson, die, evenals rev. J. Chambers in de „Episcopal Church", er op wees, tot welk een bloei Groot-Britannïê onder de zegenrijke regeering van „Queen Victoria" gekomeu was. Door de talrijke aanwezigen werden verschillende hymnes, op het feest toepasselijk, gezongen en de feestelijke szmenkomst werd besloten met het ietwat gewijzigd „National Anthem". „God save the Queen" was de bede, die voorzeker in alle Engelsche harten weerklank vond. Luitenant-kolonel Tamura, militair atta ché van Japan te Berlijn, is in het „Hotel de Bellevue" te 'a-Gravenhage aangekomen. De maskerade, in 1898 door het Delftsch studentencorps te houden, zal voorstellen den intocht der verbonden Edelen op 8 April 1566 binntn Brussel. Het „Vaderland" meldt, dat zich hier te lande een sub-commissie voor het Verlaine- monument heeft gevormd, waarin zitting hebben de heeren Zilcken, Toorop, Albert Verwey, E. Van der Horst en prof. A. G. Van Hamel. De „Staatscourant" van heden bevat het kon. besluit van den 4den Juni 1897, tot vaststelling van de samenstelling en de sterkte der scheepsmacht, voor Nederlandsch-Indië benoodigd, met uitzondering van het gedeelte, bestemd tot verdediging van havens of toe gangen naar havens of reeden. Als secretaris van de bijzondere com missie voor grocp XIV, chemische nijverheid, voor de Parjjsche tentoonstelling in 1900, onder het voorzitterschap van het lid der Centrale Commissie den heer G. H. Hintzen, lid van de Tweede Kamer, ia opgetreden de heer P, L. C. De Charro, lid dier byzondere commissie te 's Gravenbage. Voor de commissie onder het voorzitterschap van den heer G. A. baron Tindal, te Amster dam, voor groepen X, voedingsmiddelen, en XV, verschillende takken van nijverheid, is als secretaris opgetreden jhr. C. C. Th. Six, lid cier bijzondere commissie. De bijzondere commissie voor groep VII en IX, onder voorzitterschap van het lid der Centra'e Commissie mr. C. J. Sickesz, lid der Eerste Kamer, heeft zich geconstitueerd en beeft zich in twee deelen gesplitst: in land bouw en in visschery. Van de eerstgenoemde commissie is als secretaris opgotreden het lid der commissie mr. J. G. Ridder Van Rappard en van de laatstgenoemde dr. P. P. L. Ho-k. De by mini3teriêel besluit van 5 April 1897 benoemde commissie voor de Nederlandscho afdeeling van Schoono Kunsten is op Zater dag 29 Mei 11. door den voorzitter dier com missie, den heer H. W. Mesdag, geïnstalleerd. Zy heeft nu een circulaire gericht aan de Nederlandsche kunstenaars, waarin zy kennis geeft van hare samenstelling en van de classi ficatie, door de Fransche Rogeering vastgesteld voor de afdeeling Schoone Kunsten. De commissie bestaat uit de heerenH. W. Mesdag, voorzitter, lid der centrale commissie; dr. P. J. H. Cuypers, Bart van Hove, Josef Israëls, H. W. Jausen, P. De Josselin de Jong, J. Maris, Willy Martens, secretaris; C. Muysken, Ph. Zilcken. Gisteren zyn te Rotterdam op het stations- emplacement aan het centraalstation (D.P.) de opmttingen gedaan voor de uitbreiding en vernieuwing van het stationsgebouw in verband met den aanleg van de Ceintuur baan der H. IJ.-S.-M. tusschen de stations D.P. en station Maas. Van Rotterdam vertrokken gisteren 448 bedevaartgangers naar Kevelaar. Dez^-r dagen heeft zich te Delft eone studenten-afdo9ling gevormd van den Neder- laDdschen Bond van Geheelonthouders. Thans zyn alle Nederlandsche universiteitssteden door studentenafdeelingen in den Boud vertegen woordigd. Van de 73 mannelyke candidaten, die in Noord Holland examen aflegden als onder wijzer, zyn er 52 geslaagd en 21 afgewezen. By beschikking van den Minister van Financiën van 19 Juni is: lo. aan dr. J W. GunDing, oud-hoogleeraar aan de gemeentelyke universiteit te Am sterdam, op zyn verzoek, met ingang van 1 Juli 1897, eervol ontslag verleend als voor zittend lid der commissie van scheikundigen, ingesteld by art. 6 der wet van 20 Juli 1884 (Staatsblad No. 147), houdende nadere be palingen omtrent den accyns op de suiker, met dankbetuiging voor de belangryke diensten, in die betrekking bewezen; 2o. met ingang van genoemden dag be noemd tot voorz ttend lid der voormelde com missie de heer dr. S. Boogewerff, hoogle?raar aan de Polytechnische school te Delft. Zaterdagavond kwamen te Viissingen aan Prins Fnedrich August van Saksen en de erfprins van Coburg-Gotha, die met de aan sluitende nachtboot „Koningin-Regentes" van de maatschappy „Zeeland" hunne reis naar Londen vervolgden. By koninklyk besluit is bepaald, dat met ingang van 1 Juli aan de niet-geémbar- keerde onderofficieren en minderen van het corps mariniers, die dienst doen als facteur, eene toelage zal worden verleend van f 5 's maands. Men seint uit Portsmouth van gisteren, dat Hr. Ms. pantserdekschip „Evertsen", commandant schout by-nacht F. K. Engel- brecht, aldaar is aangekomen. Hr. Ms. fregat „Johan Willem Friso," onder bevel van den kapt.-ter zee W. G. Van Nes, is 18 dezer te Kaapstad aangekomen, en Hr. Ms. schoener „Zeehond," onder bevel van den kapt.-ter-zoa I. Van den Bosch, 19 dezer te Smyrna teruggekeerd. Hr. Ms. instructieschip „Nautilus," onder bevel van den kapt. luit.-tor-z-e J. P. Van Rossum, is 19 dezer van Cadix vertrokken. Het stoomschip „Admiral," van Hamburg naar Oost-Afrika, arriveerde 18 Juni teN.peis, de Bloemfonteiu," van Amsterdam naar Kaap stad, vertrok 18 Juni van Gravesend; de „Kaiser," van Hamburg en Amsterdam naar Oost Afrika (rond de Kaap), arrivetrde IS Juni te Las PdlmdS de „Maasdam," van Rotterdam naar Nieuw-York, passeerde 20 Juni Lizard; de „Amsterdam" airiveerde 20 Juni v*n Rottardam te Nieuw-York; de „Bundesrath", van O -Afrika naar Viissingen en Hamburg, vertrok 19 Juni van Marseille; de „General" arriveerde 19 Juni van Hamburg en Ant werpen te Durban; de „Lawoe" vertrok 20 Juni van Rotterdam naar Batavia; de „Prins Alexander", van Batavia naar Amsterdam, passeerde 20 Juni Kaap St.-Vincent; de „Prin ses Marie", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 20 Juni van Perim; de „Spaarndam" vertrok 19 Juni van Nieuw-York naar Rot terdam. Alkemade: Ter aanvulling van het be richt uit Rypwetering over den uitslag der verkiezing in het 2de stemdistrict van Alke- made, dient vermeld, dat ook in het late district te Roelof-Arendsveen de kiezers zich trouw hun recht en hun plicht hebben her innf rd. Van de 415 kiezers toch voldeden 384 aan hun kiesplicht en brachten uit op d® heeren: Reekers 268, 't Hooft 72, Crommelin 26 en Everwyn Lange 14 stemmen, terwyl 4 biljetten, die blijkbaar voor den heer Reekers bestemd waren, ongeldig werden verklaard. De totale uitslag in de twee districten dezer gemeente is dus: Van de 604 kiezers opgekomen 668. Van onwaarde 6 biljetten. Aantal stemmen uitge bracht op de heeren: Mr. F. J. M. A. Reekers 413 (268 -f- 145). G. B. 't Hooft 89 72 -+- 17). Mr F. R. Crommelin 29 26 -f- 3). Mr. G. C. Everwyn Lange 21 14 -b 7). Benthuizen: De collecte, gehouden tea behoeve van den gewapenden dienst, Leeft alhier opgebrachl eene som van ƒ8.17. H i 11 e g o m Het bestuur der liberale kiesvereenigiDg stelde in haar laatste verga dering als candidaten voor de a. s. verkiezing van drie leden van den gemeenteraad op 29 Juoi a. 8. de aftredende leden de heeren H. H. Van Waveren, A. Topper en H. Veld- huyzen van Zaoten. Lisse: De Protestantsche Kiesvereeniging alhier zal by de a. s. berstemmiog voor een lid van de Tweede Kamer der Staten-Goneraal in het hoofdkissdistuct Haarlemmermeer, de candidatuur van den heer G. B. 't Hooit steunen. N o o r d w y k A. s. Woensdagavond om 8 uren zal de anti-revolutionnaire caüdidaat ia het hoofdkiesdistrict Katwyk, de heer J. H. Donner, die 25 dezer in herstemming komt met jhr. Van Nispen tot Sevenaer, in het „Hof van Holland" alhier voor zyn kiezers een politieke rede houden. Gelegenheid tot debat wordt niet gegeven. Zoeterwoude: De collecte voor het fonds van den gewapenden in de Nederlanden beeft in deze gemeente, na aftrek vanonvtr- mydeljke kosten, opgetracht f 17.735 tegen f 45.50 in het vorig jaar, toen de grens regeling met Leiden nog niet tot 6tand was gekomen. Vrydagavond vergaderde op het dorp alhier de 1ste afdeeling der R.-K. Kiesvereeniging „Kiesrecht en kiesplicht;'. Slechts 29 leden waren tegenwoordig. Het doel der vergadering was het bespreken en voordragon van can- e i laten voor de a. s. gemeenteraadsverkie zingen. Op voorstel van den Voorzitter, den heor A. Westhof, werden de aftredende leden van den Raad, de heeren C. Lagercerg, P. J. v. d. Poel en C. v. d. Velden, by acclamatie opnieuw door de afdeeling candidaat gesteld. Over de vervulling der tusschentydscb® vacature, ontstaan door de ontslagneming van den heer J. Kors, die eerst in 1899 aan oe beurt van aftreding is, ontstond eeno l9venoige gedachtenwisseling over de vraag: of de candidaat zal zyn een Katholiek of Protestant. Er werd ten slotte beslotenuit een zestal op genoemde candidaten door de kiezers twee personen te laten kiezen, dio door de afdeeling als candidaat voor den gemeenteraad zouden worden voorgedragen. By eerste herstemming werd al3 zoodanig gekozen de heer A Ryns- burger (P); by herstemming tusschen do 7) De vader sloot het kleine meisje met on stuimigheid in zyn armen. „Je mag zoo niet spreken, lief kind; ik zou je niet kunnen missen", sprak hy ontroerd. Nu zag zyn vrouw eerst, hoe slecht en vermoeid hy er uitzag. Zou je na den eten niet een poosje gaan liggen?" vroeg ze. Ik kan niet; ik moot van middag twee menschen voor de levensverzekering keuren." Hy was op het punt van te vertrekken; aan de deur draaide by zich nog om en zei: „Hond Frieda van middag by je. Ze heeft gisteravond gehoest. De scherpe lucht zou haar misschien kwaad doen." Een kwartiertje later zat Frieda aan haar kleine tafeltje baar werk voor school te maken. Zy kwam met goed vooruit met dat werk. Wat was dat vroeger geheel anders geweest, toen Elli met haar boeken naast haar zat, toen die knappe zuster haar in alle moeilyke gevallen met raad en daad bystond 1 Zy voelde zich plotseling zoo alleen en verlaten. Toen de moeder, verwonderd, dat ze zoo stil was, van haar naaiwerk opkeek, zag ze tot haar groote verbazing, dat de altyd vroolyke wildzang met een treurig gezicht het raam uitkeek, 't Was of er tranen stonden in de groote, donkere kinderoogen I Och kom, ze zou zich wel vergist hebben l Het kleine meisje begon nu te juichen, omdat er een paar mu3Cbjes in het kozyn kwamen om voedsel te zoeken. Zy was riikwyi8 verbaasd geweest, dat Frieda zoo w inig om haar zusje treurde, om dat zy er altyd zoo onbezorgd en vrooiyk uit zag, en had haar in haar hart oppervlakkig en ongevoelig gevonden. Als zy niet zoozeer in haar eigen zelfzuchtige smart opgegaan was, zou ze zich meer met het kind beziggehouden hebben. Zy zou dan opgemerkt hebben, hoe de stralende uitdrukking van haar gezichtje plotseling verdween, wanneer de kleine de kinderkamer kwam binnenstormen, om iets prettigs te vertellen, om te zeggen, dat ze iets zeer byzonders had ontdekt, en als ze dan tot het bewustzyn kwam, dat haar zusje er niet moer was om in haar vreugde te deelen. Zy had kunnen zien, hoe spoedig ze de tranen in de oogen kreeg, waardoor haar vroolyke kykertjes verduisterd werden, als een achtergebleven stuk speelgoed er haar aan herinnerde hoe prettig ze vroeger samen speelden; zoo had Frieda onlangs by kennis sen bitter gehuild, toen men haar twee appe len had gegeven, omdat ze er nu geen meer voor haar zusje kon bewaren. Dadelyk daarna was ze weer verrukt geweest over de ge kleurde stukjes goed van een voddenraper en had daardoor haar leed weer vergeten. Nu hadden de tjilpende musschen weer het evenwicht In haar zieltje hersteld. Zy schreef haar lei vol, borg deze met een zucht van verlichting in haar schooltasch en haalde haar poppen te voorschyn. Zy kleedde ze aan en uit cn dan weer eens aan. Het begon ha?.r te vervelen. Vroeger, toen ze samen met Elli speelde, was dat heel anders geweest. Elli was altyd de moeder en zy het kindermeisje. Hoe zou ze nu spelen? Zy had er geen zin meer in. Zy ging naar haar moeder, die haar werk in haar schoot had laten vallen en treuiig in den grauwen winterdag naar buiten keek. „Zouu me niet een sprookje willen vertellen, moeder," vroeg ze smeekend, „net als vroeger, toen Elli nog leefde?" De jonge vrouw draaide zich om en beet op haar lippen. Zy voelde, dat het onmogeiyk was om den wensch van het kind te vervul len; ze zou voortdurend de droomerige oogen, het lieve gezichtje van haar gestorven lieve ling voor zich zien. Elli had b6t altyd zoo heeriyk gevonden, als moeder sprookjes ver telde. Zy zou zich niet goed kunnen houden alleen by de gedachte daaraan. Nu niet, lieve kind", zei ze snel, „neem maar liever je prentenboek". Teleurgesteld droop Fri9da af. Ze had nu ook geen lust om prenten te kyken. Ze klauterde op een stoel, die by het raam stond, en keek liever een beetje naar de straat. Daar hadden de kinderen werkelyk weer een nieuw giybaantje gemaakt I Wat was het lang en gladl Wat vlogen ze er overheen, met de armen uitgestrektde metsten waren op klepperende klompen. Hoe prettig, om daar ook by te zynl De wangen van Frieda gloeiden van opgewondenheid. Daar viel Grietje Schmitz ten onderste boven in de sneeuw, er viel een jongen over baar heen - en nog een jongen. Zy schreeuw den en lachten, dat ze het in de kamer kon hooren. Wat waren ze vrooiyk! Zy kon haar lust niet langer bedwingen; ze wilde maar een kwartiertje buiten biyven. Dat zou haar geen kwaad doen. Snel was ze van haar stoel af en de deur uit. Op de trap schoot het ha3r te binnen, dat haar vader haar gisteren beknord had, omdat ze zonder maDtel op straat was. Maar die mantel hinderde haar zoo by het loopenen vandaag had ze immers haar dikke, roodflanellen jurk aan? Ah ze nu nog haar bonten mutsje opzette en haar mofje meenam, dan zou vader dat wel genoeg vinden. Weldra was ze by de anderen; haar oogen schitterden, haar donkere lokken vlogen om haar verhit gezichtje. Zy voelde geen kou. Nu en dan kwam er wel eens een gure wind vlaag, die door merg en been ging. Maar wat deed er dat toe? De vreugde zou niet van langen duur zyn. Er kwam een dienstmeisje, om de heerlijke glybaan met asch te bestrooien, tot groote smart van het kleine volkje. Ik weet wat," riep een van de kinderen, „ginds is de vyver toegevrorenl Hy is zoo glad als een spit gel! Daar kunnen we nog een veol mooier baantje makeD." Het voorstel werd algemeen toegejuicht. In den looppas vlogen ze naar den vyver. Zonder zich ook maar eventjes te bedenken sloot Frieda zich vrooiyk en wel by de anderen aan. Toen het spreekuur afgeloopen was, kwam dokter Weiter weer boven, om een kop ko!fie te drinken, voordat hy weer bezoeken ging afleggen. Waar is Frieda?" was zyn e9rsto vraag. Noch zyn vrouw, noch de meid konden er hem antwoord op geven. Hy werd boos en verweet zyn vrouw in heftige termen, dat er zoo weinig op het kleine meisje gelet werd. Het gebeurde maar zeer zeidon, dat hy driftig en ongeduldig tot zyn vrouw sprak. Zy dacht er niet over na, dat hy moe en overspannen moest zymaar vond zyn optreden kwetsend en onbehooriyk en hulde zich in een somber zwijgen. Even later kwam Mina, die by om het kind gestuurd had, met een verschrikt ge zicht aan de deur en duwde eon joogeo, die blootshoofds en armoedig gekleed was, voor zich uit. Deze vloog dadelyk op den dokter toe. „Ga met my mee, dokter," bracht hy er byna buiten adem uit. „U moet dadelyk by baas Winkelmann komen." Doktor Weiter legde kalmeerend de hand op zyn schouder. „Wie is er dan ziek by je?" vroeg hy op zijn goedhartige manier. Niemand van ons," ging de jongen op gewonden voort; „er is een kind in dan vyver gevallen door 't ys en vader heeft hek er uitgehaald." Dood? Dood? riep de dokter uit Een ontzettend voorgevoel zoide hem, dat zyn Frieda het kind was. {Wftrdl vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 1