een weg geplant; of zy het uit zullen houden,
weet ik niet.
Werkelijk daar zag ik op den kalen grond
tusschm stoenon een plantje als muur, maar
met dikker bladeren, en, o pracht, voor het
post- en ti leg raaf bureau stonden een paar
boompjes in frisch groen blad.
Op den uitkyk was het lekker frisch en
genoten wij van het mooie vergezicht; de
beide deuren van het gebouwtje waren volge
krabbeld met namen, vooral Hollandsche en
daaronder trof ik verscheidene namen van
kennissen aan. Terugwandelende vertoefden
wy een pookje in het benedengedeelte van
het ^Oriental-Hotel," waar een toko wordt
uitgeoefend en gelegenheid bestaat tot drinken
van Whisky-soda met ijs.
Het zoete water wordt in een inrichting
uit zout dito bereid en daar ook tot ijs ver
werkt; levensmiddelen worden alle aangevoerd.
Hoewel er, behalve hetgeen ik zooeven
noemde, volslagen gebrek aan water en gras
is, zag ik verscheidene geiten, waarvan er
bezig waren stroo uit pakkisten te plukken;
ook merkte ik een stuk of wat koeien en
een allerliefste gazelle op; verder scharrelden
eonige kippen in den dorren bodem en was
een der huizen, naar bet aantal duivenhokken
met bewoners te oordeelen, klaarblijkelijk
dcor een duivenhandelaar bewoond. Yan het
garnizoen kregen wij niets te zien, daar het
fort aan den anderen kant van de baai ligt.
Bij het terugkomen aan boord, was het
laden nog niet afgeloopen, zoodat wy nog
ryktiyk van het allesdoordringende kolenstof
genoten. Maar ook daaraan kwam een einde
en toen wij buiten de baai gebracht werden
en het diner was opgedragen, werd alles
flink afgespoeld en konden wij na het eten
weer rustig aan dek zitten.
Gisteren werd in de groote zaal van het
Kon. Zoöl.-Bot. Genootschap de 44ste alge-
meene vergadering gehouden van het Neder-
landsch Jongelingsverbond, welke werd ge
leid door den heer A. J. Hoogenbirk, van
Amsterdam.
De heer H. graaf Yan Hogendorp riep den
aanwezigen, afgovaardigden van 114 vereem
gingen, bet welkom toe namens de Haagsche
Jongemannen-Vereeniging, die als gastvrouw
optreedt ter gelegenheid van dezen bondsdag
in Den Haag.
Uit de openingsrede van den voorzitter bleek
o. a., dat het Verbond vooruitgaat. Ver
schillende groeten uit binnen- en buitenland,
o. a. van den eare-voorzitter den heer Van
Oosterwijk Bruyn, den vader van het Neder-
landsche Jongelingsverbond, waren gedeeltelijk
telegraphisch ingekomen. In de middag-ver
gadering werd den heer Van Oosterwijk
Bruyn een telegram van dank en sympathie
toegezonden.
De Bond8socretoris, de heer A. Hooseboom,
bracht het jaarverslag uit, waarin hulde wordt
gebracht aan wyien het liJ van het Bonds-
be8tuur, den beer M. Van Dis Jzn. en waaruit
o. a. bleek, dat 23 nieuwe afdeelingen tot
den Bond toetraden, terwijl 8 Dieuwe ringen
gevormd zijn. Het gotal nieuwe correspon
denten bedraagt 56. De Bond blijft voortdurend
zoeken naar vermeerdering van inkomsten.
Dankbaar wordt ochter erkend, dat de belang
stelling by predikanten, evangelisten, vrienden
©n vriendinnen van het verbond toeneemt.
Het boekenfonds werkt uitstekend. De aan
stelling van een tweeden Bondsagent acht
het Bestuur zeer gewenscht.
Het veralag van den penningmeester, den
heer E. Sillem, wy^t cok op vooruitgang,
hoewel „De Jongelingsbode" weder een tekort
van 533.34 aanwijst.
In do ochtendvergadering werd aangenomen
een voorstel, bevattende de wenscheiykheid,
dat van elke 25 leden eenor afdeel ng één
tegenwoordig zij op de algemeene vergadering
tot het uitbrongen van zijn stem.
In de middagvergadering, geleid door don
heer B. J. Gerretson, uit Rotterdam, werd
door den heer G. v. Noort, van Muiden, een
referaat geleverd over het behoud oeroudere
leden, terwijl de heer C. Kfjne, uit Vlaardingen,
er een hield over den stryd tegen den alcohol,
waarbij spreker aandrong op geheelontboudiog.
Utrecht werd gekozen als plaats voor de
volgende algemeeno vergadering.
Tot bestuursleden werden herkozen de heeren
B. J. Gerretson, J. Pb. Marmelstein, E. Sillem,
A. Rooseboom en H. Muller, terwijl tor voor
ziening in de vacature-Van Dis werd gekozen
de heer J. J. Visser, te Goes.
Met veel sympathie vereenigde de vergade
ring zich met een door den heer Liotard inge
leid voorstel van het Bondsbestuur, strekkende
tot aanstelling van een tweeden Bondsagent.
Men besloot in do eerste helft van iedere
maand in iedere afdeoling een collecte te doen
houdeo, waarvan do opbrengst besteed zal
worden voor een fonds voor de aanstelling
van oen tweeden agent. Eene inzameling, voor
dat doel staande de bijeenkomst gehouden,
braebt reeds 75 op.
Na 't aanheffen van gowjjde gezangen en
het uitspreken van een dankgebed werd de
vergadering gesloten.
Na de vergadering, hot bezoek aan Scheve-
niogen en den maaltijd, tradon des avonds in
de Grooto Kerk op ds. A. J. A. Vermeer, van
Den Haag, dio sprak over Rom. 1 vs. 13, en
dr. Joh. "W. Pont, van Utrecht, die sprak naar
aanleiding van Hand. 1 vs. 8. Het koor der
Haagscho Jongemannen vereeniging „Azai"
deed zich toen zeer verdienstelijk hooien. Deze
samenkomst was mede druk bezocht.
Den dag vóór Hemelvaartsdag zag men tal
v.m correspondenten, riugagenten en voor
zitters van Knapenvereenigingen in 't ge
bouw dtr Chr. vereen, voor jonge mannon
op de Prinsengracht, ten einde hun arbeid
te bespreken.
Het welkom werd bun toegeroepen door
Jonkheer Quarles van Ufford, president dier
Yereeniging. Deze middagvergadering gaf te
kennen hoeveel in dien arbeid ondor jonge
Lngen te doen valt, maar ook hoeveel er reeds
gedaan wordt. Hier leerde men de jonge man
nen kennen, wier ijver en opoffering een
ieder tot grooto jaloorschheid moeten wekken.
Er werden daar zaken godaan. 's Avonds zag
men allen woer vereenigd in 't gebouw „De
Dageraad," ten einde enkele uren samen een
zegen te vragen voor den volgenden dag.
De Nedorlandsche Bond van Jongelings-
voreenigingen op Gereformeerden grondslag
hield gisteren in de groote zaal van het „Park
Tivoli", te Utrecht, zijn bondsdag.
De huishoudelijke vergadering werd te tien
uren geopend door den Bondsvoorzitter.
Het Bondsbestuur stelde voor als plaats
en tijd voor den volgenden BondsdagHaarlem
op Hemelvaartsdag 1898.
Na eenige besprekingen werd besloten dat,
voor de volgende Bondsvergadering, Haarlem
wordt aangewezen, tenzij de Algemeene
Jongelingsbond ook op Hemelvaartsdag 1898
aldaar vergadert on er dan misschien be
zwaarlik een geschikte zaal ter beschikking is,
zullende alsdan de bondsvergadering in 1898
worden gehouden te Amsterdam.
Tot loden van het Bondsbestuur werden ge
kozen ds. J. E. Vonkenberg, met 134 stemmen,
dio tevens tot lsten voorzitter werd benoemd,
en Jb. Van Oversteeg met 133 stemmen.
Nadat nog eenige besprekingen over het
bondsorgaan waren gehouden en enkele vragen
waren behandeld, werd de huishoudelijke ver
gadering te één uur 's nam. gesloten.
De openbare middagvergadering nam te
twee uren een aanvang met eeD toespraak
namens de Utrecbtsche afdeeling door den
voorzitter dier afdeeling, dr. A. G. HoDig,
van Zeist, waarna het woord werd gegeven
aan ds. Fernhout, van Utrecht, die een
referaat hield over „Do Jongelingsvereeniging
en het huwelijk."
Enkele aanwezigen traden met den inleider
in debat.
Te ongeveer 4 uren trad, onder langdurige
toejuichingen, dr. A. Kuyper de vergadering
binnen.
Nadat aan dr. Kuyper het woord was ver
leend, hield deze een hartelijke toespraak tot
de vergadering, waarbij bij deed uitkomen, dat
het voor hem werkelijk een genot was, een
oogenblik te midden van den Bond van jonge-
lingsvtreenigingen op Gereformeerden grond
slag te vertoeven.
Dr. Kuyper eindigdo zijn toespraak, welke
meermalen onderbroken werd door applaus,
met esn aanbeveling der collecte, welke ge
houden zou worden aan den uitgang der zaal,
voor de Giieksche gewonden bij den oorlog
in Thessaliö, voor dio Grieksche jongelingen,
die hebben gestreden met eere voor het kruis
tegen de halve maan.
Onder langdurige to juichiogen werd dr.
Kuyper het eerelidmaatschap van don Bond
aangeboden, waarna de mi idagvergadering
met het zingen van eon vers van het strijd
lied en met dankgebed werd gesloten.
De Bondsdag eindigdo met e:-ne openbare
avond-vergadering, waarin ds. P. A. E. Sillo-
vis Smith van Rotterdam, als spreker optrad.
De bondsvergaderingen waren druk bezocht.
De groote zaal vau het „Park Tivoli" was
stampvol.
Dr. R. Sissingh zal het ambt van
buitengewoon hoogleeraar te Amsterdam aan
vaarden op Maandag 31 Mei a. s., te drie
uren des namiddags, met het houden eoner
rede aldaar, tot welke plechtigheid alle be
langstellenden worden u.tgenoodigd.
Voor de tentoonstelling van photo-
graphische kunst op de nationale tentoon
stelling te Dordrecht zijn, behalve de vroeger
vermelde, de volgende medailles toegezegd:
E9n zilveren medaille voor de afdeeling weten
schappelijke kleuren-photographie door dr.
Insinger, to Parijs; eon medaille in de af
deeling vakphotograpben, voor de beste inzen
ding handelsportretwerk, zooals dat dagelijks
door den vakman wordt afgeleverd, en één
in de afdeeling amateurs voor het beste
landschap, beide door hat weekblad voor
photographie (uitgave Laurens Hansma), te
Apeldoorn; benevens een zilveren en een
bronzen medaille, geslagen op den stempel
van de stad Oud Dordrecht, disponibel gesteld
door den heer Hidde Nyland, burgemeester
van Oud-Dordt.
De termijn van inschrijving is in vorband
mot deze toezeggingen vorschoven tot 6 Juni
en de termijn van inzending tot 12 Juni.
Het stoomschip „Ardjoeno" vertrok 26
Mei van Batavia naar Rotterdam; de „Am
sterdam", van Nieuw-York naar Rotterdam,
passeerde 26 Mei Bevezier; de „General"
arriveerde 25 Mei van Hamburg en Antwerpen
te Dar-es-Salaamdo „Herzog", van Hamburg
en Amsterdam naar Oost Afrika, arriveerde
25 Mei te Napels; de „Koningin-Regentes",
van Batavia naar Amsterdam, passeerde 27
Mei Kaap del Armi; de „Masbona", van
Amstordam naar Kaapstad, arriveerde 26 Mei
to Londende „Prins van Oranje", van Amster
dam naar Batavia, arriveerde 26 Mei te Padang;
do „Sumatra", van Batavia naar Amsterdam,
passeerde 27 Mei Ouessant; de „Veendam",
van Rotterdam naar Nieuw-York, passeerde
27 Mei Lizard; do „Agamemnon," van Batavia
naar Amsterdam, vertrok 26 Mei van Singa
pore; de „Java," van Amsterdam naar Batavia,
arriveerde 27 Mei te Port-Said; de „Prinses
Sophie," van Amsterdam naar Batavia, ver
trok 27 Mei van Genua.
A 1 f e nDe heeren ds. Vethake en mr.
Thomas z(1n heden, als vertegenwoordigende
het bestuur der Chri-.telyke school, gegaan
naar 's-Gravenhage ter audiöntie bij minister
Van Houten, om te spreken over de in Juni
alhier te houden „Hollandia"-feesten, vooral
met het oog op de Christelijke scbool, die
vlak bij het feestterrein staat en welke, zoo
als men vertelt, by een vorig feest één dag
moest worden gesloten om reden de onder
wijzers zoowel als de kinderen te veel werden
afgeleid.
Nadat de burgemeester, gebruik makende
van zijn bevoegdheid, hem toegekend bi)
artikel 188 der Gemeentewet, aan het bestuur
van „Hollandia" vergunning had verleend, acht
dagen feest te vieren by gelegenheid van het
15-jarig bestaan dier Vereeniging, is in de
Raadsvergadering van 12 Mei jl., zooals men
weet, heftig gediscussieerd over de door den
burgemeester gegeven vergunning.
Wat nu de uitslag van het bezoek by ZEx.
zal wezen, zal wel spoedig blijken.
Leiderdorp: Ter vergadering van de
stemgerechtigde ingelanden van den Kalk-
polder z(jn vastgesteld:
De rekening over 1896 aan inkomsten op
429.74', aan uitgaven op 283.33*batig
saldo 146.41.
De bc-grooting over 1897 aan inkomsten en
aan uitgaven op 46S.395.
De omslag voor 1S97 over 89.1362 H.A.
op 3.50 per H.A.
Als bestuurslid werd herkozen do heer J.
E. Van Langeveld, te Leiderdorp.
In de vergadering van stemgerechtigde
ingelanden van den Munnikkenpolder werden
vastgesteld:
de rekening over 1896 aan inkomsten op
564.015, aan uitgaven op ƒ507.025, batig
saldo 56.99;
de begrooting dienst 1897 aan inkomsten
en uitgaven op ƒ823.165;
de omslag voor 1897 ovor 188.0503 H.A.
op 3.50 per H.A. tegen ƒ2.25 in 1896.
Als voorzitter werd herbenoemd de heer
G. P. Van Outeren, te Zoeterwoude.
Lis se: De heer F. R. Crommelin, candi-
daat van den Chr.-Hist. Kiezersbond in het
district Haarlemmermeer, hoeft in een schre
ven aan het bestuur van dien bond zijn
meening, hoe te moeten handelen als Kamer
lid, medegedeeld en daarbij verklaard niet
genegon to zyn voor de kiezers op te treden,
als zijnde geen vreemdeling in het district.
Oude-Wetering (Haarlemmermeer)
Het 7-jarig dochtertje van de wed. J. Vis, te
Haarlemmermeer, dat Woensdag al spelende
in de Wetering geraakte, en ver van den
oever was afgedreven, zou ongetwijfeld ver
dronken zijn, indien niet schipper De Vries
zich gekleed, zwemmende to water had begeven.
Zooals gewoonlijk waren er vele luitjes toe
gesneld, om middelen tot redding te beramen,
doch wat baatte dit talmen en dralsn, zonder
deze onverschrokken daad zou het kind toch
verdronken zijn.
Tor Aar: Tot poldermeester voor de
afdeeling Geer, is door ingelanden van den
Nooraoi.id- en Geerpolder alhier, met 166
stemmen herkozen de heer Ant. Koeleman,
te Lsimuiden. Wegens gedane rekening bleek,
dat over 1896 het volgende was ontvangen
en uitgegeten:
No. 1. Wegens bestuurskosten en ont
vangsten 310.87V uitgaven 260.94, batig
saldo 49.93s.
No. 2. Voor' de afdeeling Noordeind, ont
vangsten 2813.395, uitgaven 1295.005;
batig saldo 1518.39.
No. 3. Voor de afdeeling Geer, ontvangsten
ƒ1180 655, uitgaven 731.64°; batig saldo
ƒ449.01.
No. 4. Afgedamde gedeelte, ontvangsten
ƒ510.945, uitgaven ƒ386.15; batig saldo
f 124.79°.
Bij do begrooting 1897 bleken ontvangsten
en uitgaven te zijn geraamd op:
No. 1. 351.54° tegen omslag per hectare
op 0.70. No. 2. Ontvangsten en uitgaven
gelyk op 4495 46° tegen omslag per hectaro
op 5. No. 3. Ontvangsten en uitgaven ge-
lyk op 1099.84 tegen omslag per hectaro
op ƒ2. No 4. Ontvangsten en uitgaven gelijk
op ƒ419.845 tegen omslag per hectare op 3.
Op verzoek van eenige tuinders-ingelanden
werd door het bestuur toestemming gegeveD,
den waterstand eenigszins te vorhoogen.
Uit de „,StaatscoiH*aut".
Kon. bosl u iten. Benoemd tot burgemeester
der gemeente Grnauw, P. A, Baart, secretaris
dier gemeente; tot burgemeester van Ulrum, J.
Van Julsingha, secretaris dier gemeente; tot
burgemeester van De Bildt, jhr. mr. D. De Blocq
van Haersma de With; tot burgemeester van Oss,
rar. LI. J. Penseling en tot burgemeester van
Standdaarbuitcn J. J. B. De Klijn.
Tot notaris binnen het arrondissement Amsterdam,
ter standplaats Amsterdam, Ph. A. Van Olst,
candidaat-notaris aldaar.
Benoemd b:j het wapen der infanterie, tot eersten
luit. do tweede luit. J. P. J. Verberne. van bet
wapen, gedetacheerd bij heileger in Nederlandsch-
Inaiü; bij bet 6de reg, tot kapitein, de eerste
luit. P. J. G. Scbott, van den staf van het wapen,
werkzaam aan de Cadettenschoolbij bet 8ste reg.,
tot eersten luit., de tweede luit. jhr. A. G. Van
Nispen, van bet corps.
Aan mr. J. Van Heukelovn, op verzoek, eervol
ontslag verleend als lid van bet college van regen
ten over de gevangenissen te Rotterdam, onder
dankbetuiging voor de in die betrekking bewezen
diensten, en benoemd tot lid van gemeld college
mr. A. O. H. Tellingen, rechter in de arrondisse-
ments-rechlbank te Rotterdam.
Aan mr. G. Polak Daniels, op verzoek, eervol
ontslag verleend als rechter in de arrondissements
rechtbank te Rotterdam.
Aan mr. G. Kortenhout Van der Sluys, op ver
zoek, eervol ontslag verleend als schoolopziener
in bet arrondissement Almeloo.
De kap. W. D. Hübner, van het 8ste regt. infan
terie, op zijn aanvrage, op pensioen gesteld en
het bedrag van het pensioen bepaald op ƒ1645
'sjaars; de eersto-luit A. Tromp, van het.8ste regt.
infanterie, op verzoek, op non-activiteit gesteld.
Ouderscheidingen voor krijgsverrich
tingen in Atjeh.
Bij koninklijk besluit van 24 Moi 1897, is bevor
derd tot commandeur in de orde van den Ned.
Leeuw do luit-gen. J. A. Vetter, comm. van bet
leger en chef van bet Depart, van Oorlog in
Ned. Indiü.
Ter zake van de krijgsverrichtingen in Atjeh
in do maanden Maart tot en met Nov. 1896 zijn
benoemd: tot ridder 4de kl. in de Mil. Willems
orde: de kapt. ter zeo M. J. C. Lucardie; do
luits. ter zeo 1ste kl. W. A. Palm on R. Roindera,
en de luit. tor zee 2de kl. jhr. F. M. L Van Geen,
terwijl bij betzelfde besluit is bepaald, dat bij
afzonderlijke dagorders, zoo in Indië als in Neder
land, eervol zal worden vermeld do lnit. ter zee
lste kl. P. Van den Brooke.
Ter zake van voormelde krijgsverrichtingen is
verder bepaald, dat do namen der volgende (sedert
overleden) militairen zullen worden ingeschreven
in de registers van de kanselarij der Nedorlandscho
orden, te weten- a. als ridder 4de kl. in de Mil.
Willemsorde: do majoor der inf. D. A. Okhuizen,
de lste luits. der int. M. Neelmeiier on J. W. C.
Vuyk en de serg. der inf. F. Verheij en A. J.
Grebner; en b. ais eervol vermeld: de serg. der
art. W. Putman en O. F. Klaassen, en de hoorn
blazer N, Van Spanje.
Bij dat besluit zijn voorts: lo. bevorderd tot
ridder 3de kl. in de Mil. Willemsorde: de gen. maj.
der inf. J. W. Stemfoort, de luii-kol. van den gen.
staf C. P. J. Van Vliet, sedert bevorderd tot kolonel
en opgetreden als civiel en militair gouverneur
van Atjeh en onderh., de luit.-kol. der inf. J. B.
Van Heutsz, de kapt. der inf. jhr. G. J. W. C.
H. Graafland en S. A. Drijber, en de ritm. der
cav. jhr. L. D. C. Do Lannoy
2o. benoemda. tot ridder 4de kl. in do Mil.
Willemsordede luit.-kols. der inf. H. Bendien
en G. F. Soeters, de maj. der inf. J. R. Jacobs,
de kapt. van den gen. staf H C. Kronouer, do
kapts. der inf. P. H. Van der Wedden, J. H. Reurts,
J. A. W. Weustmann, G. J. H. Bruynis, A. B. B.
Jansen en P. H. Bodemeijerde kapt. der art. G.
J. E. Nauta, de lste luits. der inf. E. A.VanKap-
pon, sedert bevorderd tot kapt., K. H. J. Creutz
Lecbleitner, G. K. Dijkstra, thans met verlof in
Europa, G. J. Vorstege, W. K. J. Stoop, C. F. A.
Wagener en IC. J. C. Rijnen, thans met verlof in
Europa, de lste luits. der cavalerio C. W. F.
Rappé, sedert bevorderd tot ritmeester, en C. W.
Van Haaff, de off. van gez. 2de kl. E. RazouxKühr,
thans met verlof in Europa, de 2de luits. der inf.
B. Tarnmes, sedert bevorderd tot lste luit., en W.
A. Engelbrecht, de serg. der inf. W. C. Nilant,
J. Kok en A. Havenga, deze beide laatsten sedert
gegageerd, J. Panman, C. A. Türpitz, E. H. Vogel,
P. Rilt en C. L. J. Speil, de Amboineesche serg.
J. Harmusial, LI. Warankiran en J. Moningka, de
serg. der artillerie L. F. Kloet en R. Vermeulen,
de korp. der art. W. B. Van Veldhuyzen, de in-
landsche korp. Brodjo, de fuseliers J. De Visser,
C. Do Bock, J. Geurden, sedert gegageerd, M.
Metz, A. T. Raymaekers, sedert gegageerd, I. 11.
Pierot, van de Koloniale Reserve, J. Blankenstein
en J. Kuipers, thans soldaat reconvalescent bij de
Koloniale Reserve, do Amboineesche fuseliers J.
Sin gal, sedert bevorderd tot korporaal, J. Wale-
waDgko, Daga, B. Kalalo, A. W. Lontoh, sedert
gegageerd, D. Patty en L. Pelitimoe, de inl. fuselier
Danokarijo, en do geniesoldaat lste kl. J. C. Van
der Kaay; 6. tot ridder in de ordo van den Nederl.
Leeuwde maj. dor art. J. H. Gaade, de maj. der
genio J. G. Kerleo, do maj.-int, C. H. W. Boers
en de off. van goz. lste kl. D. Waffelbakkerc. tot
ridder in de ordo van Oranje-Nassau: de kapts.
der genie J. G. H. De Voogt en A. Schadee, de
magazijnm. lste kl. der genie P. V. Rhemrev, de
kapt.-intend. C. Brocksma, de lste luit.-kwartra.
W. J. C. Van Bennekom, en de gep. kapt. der
inf. G. C. Nieuwenhuis, beheerder van bet depot
der dwangarbeiders in Atjeh;
en is verleend:
3o. de eere-mednille dor orde van Oranje-Nassau
in zilver aan. den milit. opz. 2de kl. der genie
A. Krips, den adj.-onderoff.-ziekenvader G. J. Van
Hulst en den gegageorden ondoroff. J. J. Wild,
toegevoegd aan den beheerder van bet depot der
dwangarbeiders in Atjeh;
4o. do eeresabel met het gebruikelijke opschrift
aan den luit.-kol. der art. W. Roetje, eu aan den
kapt. van den gen. staf G. C. E. Van Daalen;
terwijl eiudelijk bij hetzelfde besluit is bepaald,
dat bij afz. dagorders, zoo in Indiü als in Nederland,
eervol zullen worden vermeld: de kapts. der inf.
L. E. W. Seek, thans met vorlof in Europa. F. H. C.
F. D. von Gcmmingen, E. P. Van Thiel, J. P. Linck,
J. H. P. Van Aken, H. Tb. De Moulin, G. M. P.
Schreuer, sedert aan bekomen wouden overleden,
en J. A. M. M. Von Schauroth, thans met verlof
in Europa, do kapts. der art. P. J. Dibbetz en A.
Bangert, de off. vau gez. lste kl. A. J. Snlm, de
lste luits. der iuf. J. R. Iloeksteiu, C. A. Meule-
mans, C. J. Boon. F. J. Kroesen, J. J. Romswin-
ckel, R. Ten Seldam, K. F. E. Gertb van Wijk, C.
G. Meerburg en G. H. De Wilde, do lste luit.
dor genie A. S. Ruzette, de lste luit.-kwartierm,
A. E. G. C. G. Van Eelders, de 2de luits. der inf.
F. E. Heyligers, sedert bevorderd tot lste luit-
eD J. C. Lamster, do adj.-ondoioff. der inf. A. J.
Scheepens, do serg. der inf. F. W. Reis, C. M.W.
Deetman, A. T. De Fouw, sedert gegageerd, P. R.
Pottinga, R. Kuylenburg en L. A. Stemfoort, do
wachtm. der cav. J. Couvreur, sedert gogageerd,
de serg. der art. C. Zon, do hoornblazers V. M.
G. De Bruyn en H. Karei, van de koloniale reserve,
de fuseliers J. N. Koernap, F. J. Blaise, A. H.
Hagoort, H. Zwang, sedert gegageerd, J. Buckinx
en J. H. Van Iterson, de cavaleristen A. Dankers,
sedert gegageerd, A. Van Engelen, D. Mook, W.
Bakkers, M. Van Lent en H. Van der Keur, en de
kanonuiers J. Mink, W. Slomp en J. De Graaff.
Ter zake van de meergemelde krijgsverrichtingen
zjjn voorts von de van bet Nedcrlaudscbc bij net
Indische leger gedetacheerde officieren en militairen
beneden dien rang benoemd tot ridder 4de kl in
de Militaire Willemsorde: de lste luit. der inf.
L. W. J. li. Thomson, sedert naar, Nederland
teruggekeerd en weder ingcdocld bij de Koloniale
Reserve, de 2de luit. der inf. A. Dudok van Reel,
sedert bevorderd tot lsten luit-, en de sergeant
der art. P. Verbaarscbott, terwijl eindelijk bij
hetzelfde besluit is bepaald, dat bij afzonderlijke
dagorders, zoo in Indiè als in Nederland, eervol
zullen worden vermeld: de lsto luits. der inf. M-
D. J. De Jongh, D. J. Van Leer en L. M. Keetell,
de lste luit. der cav. T. L. S. Nedermeyer Ridder
van Rosenthal, de serg. der inf. P. De Jonge en
de serg. der art. A. J. Thurköw.
INGEZONDEN.
Mijnheer de Redacteur r
Vergun mij een paar opmerkingen te maken
over het verslag der zitting van den ge
meenteraad Yan Zoeterwoude in Uw blad van
28 Mei, hedenavond verschenen.
Uw verslaggever schrijft: „In verband met
deze verordening (de nieuwe regeling voor
kostelooze genees-, heel en verloskundige
hulp), waren ingekomen een vijftal missives
van de heeren doctoren Van Rhijn,Van Deventer,
Van der Hom van den Bos, Hellema en
Van Bouwdijk Bastiaanse. Met do bezwaren
van de beide eerstgenoemde doctoren werd
geen rekening gehouden', de opmerkingen van
dr. Hellema worden als niet-stcekJioudeni be
schouw alleen, enz."
De beide door mij onderstreepte uitdruk
kingen geven niet weer hetgeen er besproken
is, en zouden den betrokken geneesheeren
eon weinig aangename voorstelling kunnen
geven van do wijze, waarop de Raad myner
gemeente hunue welwillendheid om zich dis-
nnnihp.i te stellen waardeerda
Juist wijl de Raad deze welwillendheid ten
zeerste op prijs stelt, en ik bet van het grootste
belang acht, dat met de Dieuwe regeling der
geneeskundige hulp er eene goede veratand-
houding tusschen geneesheeren en gemeente
bestuur bestaat, voel ik my gedrongen eenige
nadere toelichting van het behandelde te geven.
De bezwaren van de heeren Van Rhyn en
Van Deventer zyn wel overwogen. Ter ge-
deeltelyke tegemoetkoming aan dio van eerst-
genoemden heer, was reeds door my een
kleine woordwyziging in art. 4 aangebracht,
nl. „opgenomen", verandord in „opgegeven";
de geheele verlangde wyziging in te voeren,
achtte de Raad echter to omslachtig. Dr. Van
Deventer's eerste won3ch vond de Raad te
bindend voor de ingezetenen, tegen den tweeden
bestond financieel bezwaar. Da opmerkingen
van dr. Hellema waren óf het gevolg van
andere lezing van het bepaalde in een paar
artikelen en hadden geen verband met do juiste
bedoaling öf die welke de yerplichtingen van de
geneesheeren betroffen, werden door den Raad,
ter voorkoming van alle mogelyks quaesties,
niet voor tegemoatkoming vatbaar geacht.
Ik hoop door deze toelichting het eenigszins
brusque aan de onderstreepte uitdrukkingen
te hebben ontDomen. Een andere opmerking
betreft het voorbehoud der goedkeuring van
de Verordening door Gedeputeerde Staten, op
hetwelk door den Raad niet kan zyn gedoeld,
aangezien die goedkeuring niet by de wet is
voorgeschreven.
U dankzeggend voor de verleende plaats
ruimte, teeken ik my met verschuldig ie
hoogachtiag, J. H. Slichkr,
Burgemeester van Zoeterwoude.
Zoeterwoude, 26 Mei 1897.
Gemengd Nieuws.
Het gebeurt meermalen, dat b(j
toezending eener advertentie voor het blad
van Woensdag- of Zaterdagavond niet is aan
gegeven of een kleine dan wel een g e-
w o n e advertentie wordt bedoeld.
Wanneer daarvan niets wordt opgegeven,
is vertraging het gevolg; is het een kleine
advertentie, dan moet de 40 cents daaroy
gevoegd zyn, is het een gewone, dan moet
dit duideiyk blyken, aangezien het meermalen
is voorgekomen, dat, nadat de annonce als ge
wone was geplaatst, men den volgenden dag
kwam meedeelen een kleine advertentie te
hebben bedoeld!
By gelegenheid van de 25-jarige
echtvereeniging van den heer M. R. Beuth,
alhier, is het geheele personeel zqner fabriek
gisteren naar Amsterdam geweest, dus ook
dat der dekenfabriek, aan het hoofd waarvan
de directrice.
Dat door allen by het zien van het vele,
dat de hoofdstad aanbiedt, genoten werd, be
hoeft niet nader te worden gezegd. Men be
zocht het Panopticum, „Artis", enz. Ook
„Krasnapolsky" werd niet vergeten. Allen
verkeerden den gebeelen dag in gepast-vroo-
lyke stemming en kwamen des avonds hoogst
dankbaar en voldaan voor het genotene gister
avond alhier terug.
De Leidsche gymnastiek- on
schcrmvereeniging „Sparta" maakte gisteren,
op den Hemelvaartsdag, een aangenamen turn-
marsch van negen uren, en wel van L.-iJen
ovtr Warmond naar Sas3enheim, door 't Rei
gersbosch en 't Keukenhof naar Li6se, alwaar
een en ander werd bezichtigd, en van hier
naar Leiden, aankomst te halfvier des namid
dags aan den stationsweg („Zomerzorg").
Morgen, Zaterdag 29 Mei a. s.,
herdenkt de agent van politie (brigadier) W.
H. Van der Laaken, wonende in do Hooge-
Ryndyk straat 32, alhier, zyn 25-jarige ambts
vervulling.
Wegens ongesteldheid van den
korporaal tamboer-maitre J. Reizovoort, kon
de zilveren medaille hem niet uitgereikt wor
den, daar hy zich in het hospitaal alhier
bevindt.
Ook de Hemelvaartsdag wordt,
evenals Pinksteren II, meer en meereen „uit
gaansdag." Dit bleek gisteren o. a. uit de
lange treinen met dichtbevolkte waggons en de
goedgevulde stroomtrams, welke Leiden ver
lieten en er aan kwamen. Vooral naar
Den Haag was de „trek" groot, öók van jon
gelingen die aldaar den Bondsdag in den
Dierentuin gingen meemaken.
Dat gisteren de residentie dan ook door
honderden, die elders wonen, bezocht werd,
kon men er vooral gisteravond ontwaren in het
station van het Holl. Spcor, waar schier voor
het vertrek van lederen trein in de richting
van Amsterdam of Rotterdam het perron
wemelde van reizigers, die nog tot ver in den
avond naar hunne woonplaatsen terugkeer
den. Er waren geheele clubs onder, die dezen
dag bestemd hadden voor wandeltochten door
do residentie of omstreken. Men kwam der-
gelyke gezelschappen gisteren in talryke groe-
pon tegen op de buitenwegen en in de om
liggende plaatsen, die thans in hun lentekleed
een zoo bekooriyk aanzien hebben.
Ook voor het rywiel-toerisme was deze
dag een uitgezochte gelegenheid.
Da stoomtram der Holl. Spoorweg-Maat-
8chappü Den HaagScheveningen vervoerde
Hemelvaartsdag circa 8000 personen.
Men schryft uit Warmond: Her
haalde hagelbuien, vooral in deze streken,
die het kruid der bolgewassen hebben gekwetst
en gescheurd, gevolgd door gedurige hevige
winden, die het in de zon uitgedroogde stof
over do gewonde bladeren hebben gestrooid,
doen deze in een treurigen toestand verkeeren.
Een onvoldoende groei der bollen is alzcé
aeker te vreezen.