N°. 11412.
Maandag ÏO M!ei.
A0. 1897
Qeze gourart wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
PRIJ9 DEZER COURANT:
Voor Leiden per S maanden. 1.10.
Franco per post.140.
Afzonderlek» NommerB 0.05.
PRIJS DER ADVEBTENTIEN:
Van 1—6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17{. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0 05 berekend.
Derde Blad.
Financiëele Ki'oniek.
De Beurs had in de afgeloopen week geen
onbevredigend aanzien; in de meeste afdee-
lingen beerschte een vry opgewekte stemming,
doch over te groote omzetten behoeft nog
niet te worden geklaagd. Ongetwijfeld is dit
voor een groot deel toe te schrijven aan de
Omstandigheid, dat de verschillende petroleum-
waarden, welke in den laatsten tyd zün ter
markt gebracht, een belangrijk deel van het
losse kapitaal hebben vastgelegd, hetzü voor
speculatie, hetzij voor beleggiDg, want voor
beide bedoelingen is keuze gonoeg. De willige
stemming voor petroleum-waarden bleef aan
houden, hoewel nu en dan eenige reactie voor
enkele soorten viel waar te nemen, doch de
handel bleef uitgebreid. De markt toont echter
nog altfjd eenige gevoeligheid, omdat in den
laatsten tijd te veel op speculatie is gekocht
en zwakke houders nog steeds voortgaan met
zich van het overtollige of te zware bezit te
ontdoen. Een enorm succes had de inschrijving
op de aandeelen der O o s t I n d. E x p 1 o-
ratie-Maatschappij. De leening trou
wens een luttel bedrag van f 200,000 uit
makende werd meer dan tweehonderd maal
voltoekend, niettegenstaande de inschryvrg
te Amsterdam 's morgens .te 10 uren reeds
was gesloten. Aandeelen N e d e r 1. P e t r o-
leum-Maatschappij slingerden op ver
hoogde koersen. Het bericht, dat de productie
in April stijgende was, gaf aanleiding tot
de vr(j belangrijke verheffing, hoewei niet
anders kan worden gezegd dan dat eene
vermeerdering van 90 vaten gedurende een
geheele maaDd van weinig beteekenis is.
De stemming voor verschillende tabaks-
aandeelen blijft buitengewoon gunstig. De
voorraden in de tweede hand schijnen niet
groot te z\jn, en Amerika toont, niettegen
staande de aanmerkelijke verhooging van het
invoertarief, grooten kooplust, waarbij komt,
dat de qualiteit van den oogst buitengewoon
gunstig is uitgevallen.
Eene ware verrassing was de publicatie
van een nieuw regeling6plan betreffende de
North "Western Pacific Hypotheek
bank. Het zal echter den ontwerpers daarvan,
het Bestuur der Bank (en de commissie Broek
man?) toch wel wat koud op het lijf zijn geval
len, dat zij van alle kanten zulke harde noten
te kraken hebben gekregen, want vermoedelijk
hebben zij bij de indiening van dit plan
meer gerekend op de sulligheid van het
publiek, het is anders onbegrijpelijk hoe men
don moed heeft gehad met dit plan voor den
dag te komen. Er mogen in de beide „besturen"
leepe qualiteiton zitting hebben, daarbuiten
worden ook nog lieden gevonden, niet dom
genoeg ooi er in te loopon.
Het gaat moeilijk in een beperkte ruimte
het geheele regelingsvoorstel uitvoerig te
bespreken; toch zullen enkele der voor
naamste bepalingen hier wordeD aangevoerd.
Op het aandeelen-kapitaal behoorde nog een
bedrag van ruim f 2,200,000 te worden ge
stort; om te beginnen worden de in gebreke
blijvende aandeelhouders eenvoudig van
hunne verdere verplichte storting ontheven
en hebben zich verder niet de geringste op
offering to getroosten. Zy dus, de schuldenaren,
die eigenlijk hunne verplichtingen niet nakomen,
komen er het gemakkelijkst af!
De Pandbriefhouders daarentegen, zij, die
eigenlijk een plaats als bevoorrechte schuld-
eischers innemen, zouden de kastanjes uit
het vuur hebben te halen, waot van hen
wordt gevergd, dat zy, behalve afstand der
achterstallige coupons, zich ook eene vormin-
dering hunner Pandbrieven met 20 pet. zullen
getroosten, dus een totaal bedrag van ruim
ƒ4,700,000 zullen 1 ten vallen. Nu zullen zij
dit bedrag wel in Preferente aandeelen vergoed
krijgen, doch dit is voorloopig van bitter
weinig beteekenis en hiermede zijn de op
offeringen hunnerzijds nog niet aan het eind.
Want hoe is nu verder de winstverdeeling?
De Pandbriefhouders doen gedurende 8'/a jaar
afstand van hun rechten op rentebetaling en
zullen in cien tijd genoegen hebben te nemen
met eene willekeurige uitkeerïng uit de netto
inkomsten, voor zoover dit mogelijk zal zijn,
tot een maximum van 5 pet. Die uitkeering
is willekeurig, omdat de directie van de winst
zooveel zal kunnen afschrijven, als haar wen-
scbeiyk zal toeschijnen, en hoe meer in de
eerste jaren wordt afgeschreven of gereser
veerd, des te beter wordt naderhand de positie
der aandeelhouders.
Van het eventueel overschietende zal tot
4 pet. op het Freferente aandeelen kapitaal
ad ruim f 75,072,000 worden uitgekeerd en
daarna komen de gewone aandeelen aan de
beurt. Nu moet een netto winst vaD ongeveer
f 900,000 worden verkregen om zoowel op
de Pandbrieven als Preferente aandeelen bet
maximum der rente te kunnen uitbetalen,
en niet lang geleden heeft de heer Broekman
eene raming gepubliceerd, neerkomende op een
netto ontvangst van ongeveer f 575,000 Nu
is h6t nog ver van een winst van 900,000,
doch onbereikbaar is dit cyfer zeker niet en
dan komen de aandeelhouders, do schulde
naren, die buDne verplichtingen niet zijn na
gekomen, zonder eenige opoffering in rtnte-
genot, daartoe door de opofferingen der Pand
briefhouders in do gelegenheid gesteld.
Het geheelo plan draagt ten duidelijkste
het karakter, te zgn opgesteld om voor de
nalatige aandeelhouders eene zoo gun
stig mogelijke positie te vormen, zonder een
enkele opoffering hunnerzijds 1 Het is dan ook
in de hoogste mate gevaarlijk om tot de
voorgestelde regeling toe te treden, want,
en dit is nog een nieuwe handigheid, de toe
getreden houders binden zicb, om, wanneer
over een paar jaren het faillissement over
de Bank zal worden uitgesproken (wat waar
schijnlijk wel zal gebeuren), dan toe te stem
men in een gerechtelijk accoord, gegrondvest
op de thans ingediende regeling. Dus: zelfs
al moge het plan thans niet door de Pand
briefhouders worden aangenomeü, zij zouden
bij inlevering gevaar loopen, dat, by faillis
sement, zy moeten medehelpen om eene voor
de aandeelhouders zeer gunstige regeling tot
stand tb brengen, waarvoor de laatsten niet
de geringste aanspraken kunnen doen gelden.
Wanneer toch over een paar jaren de failliet
verklaring plaats heeft, zonder dat de Pand
brief houders zich tot iets hebben verbonden,
dèn zijn de aandeelen totaal waardeloos
en komen alle provenuen uitsluitend ten
bate der Pandbriefhouders! Het is
dus zaak voor de aandeelhouders, om
te trachten, hetzü direct, hetzü langs een
omweg, de aanneming van dit voorstel door
gevoerd te zien, doch het is nog meer zaak
voor de P a n d b r i e f h o u d e r s, om, aan
eengesloten, zich met kracht daartegen te
verzetten en zich ten stelligste van toetreding
te onthouden!
De „Vereeniging Oyens c. s." vraagt alsnog
onverwijlde inlevering van Pandbrieven, ten
einde met te moer kracht tegen het Bestuuf
der Bank te kunnen optreden. Inlevering by
deze VereenigiDg (Oyens) kan opnieuw
niet dringend genoeg worden aanbevolen.
De Europeesche m^rkt was over het alge
meen vast, doch de handel bleef beperkt.
Italië, Oostenrijk, Portugal toor.den
heel weinig leven; alleen was de belangstel
ling voor Turken, vooral voor de loten,
groot, in aansluiting bü de Parijscbe markt,
alwaar de voortdurende overwinningen van
het Turksche leger eene zeer willige houding
hebben in het Uven geroepen. Spanjaarden
bleven nagenoeg gebeel verlaten. De onder
handelingen der regeering tot het bekomen
van geld ten behoeve van de Filippymn,
hebben tot geon resultaat geleid. Vei trou
wende op de vaderlandsliovenJe stemming,
beeft de regeeriog by verschillende bankiers
aangeklopt, doch die vaderlandslievendheid
was niet sterk genoeg, om daarvoor goed geld
te offeren. Met Cuba marcheert het ook nog
niet naar wensch, niettegenstaande de berich
ten omtrent in te voeren hervormingen, nu
de opstandelingen bevredigd zouden z(jn. Die
bevrecigdheii kan moeilijk blfiken uit de
handelingen, welke generaal Weiier nog noodig
acht te nemen, om het krachtiger optraden
der opstandelingon te beteugelen.
Onder de Zuid-Amerikaansche waarden had
eene belangryke verheffing plaatsin Colum
bia non, ten gevolge van het bericht, dat de
regeering niet alleen de remise voor den dienst
der schuld over de maand Mei had geremit
teerd, doch tegeiyk den termijn over Juni reed3
heeft betaald. Uruguay, aanvankelijk booger
op Londen, liep naderhand terug op het
bericht van de uitgifte eener Dieuwe leening.
Aandeden Zuid-Afrikaansche Spoor
gevoelig lager, ten gevolge van aanbiedingen
voor Duitsche rekening.
De Amerikaansche Spoorwegmarkt blüft
aanhoudend ziek. De spoorwego.ntvangsten
zyn niet onbevredigend, doch de algeraeena
handelstoestand in Amerika is teneenenmale
treurig en do gang van zaken blyft zwaar
gedrukt onder de onzekerheid van de tariefwet.
De onzekerheid o-ctrent het lot dezer wet
en de voorgestelde wijzigingen wei kt ln de
hoogste mate belemmerend op handel en
nijverheid, en tot overmaat van ramp schijnt
nu van eene spoedige afdoening, waardoor
ten minste aan de onzekerheid een einde kon
worden gemaakt, ook niets te komen en
wordt thans gemeld, dat de beslissing daar
omtrent eerst in bet eind van dit jaar zal
plaats hebben.
De handel was in alle afdeelingen zeer stil,
alleen bestond voor de verschillende Ka n sas-
waarden veel belangstelling, in verband met
de verwachtingen omtrent gunstige rapporten
over d6ze onderneming. Winstverkoopen
brachten echter^ ten slotte eenige reactie
teweeg. Aandeelen Canadian Pacific
waren weer meer in de gunst, in verband
met de stijgende ontvangsten, welke alleen
over de vierde week van April een vermeerde
ring van 58,000 doll aanwüzen. Daarenboven
z(jn de berichten omtrent den graanoogst zeer
bevredigend en gaven ten slotte Berljjnsche
kooporders aan de markt den meesteu eteun.
Er schijnen onderhandelingen aangeknoopt
over den verkoop der Oblig. Atlantic-
CentralDivision ten bedrage ad 2,794,000
doll., waarvan de opbrengst geheel aan de
afgestempalde A t lantic certificaten ten
goede komt.
Er loopen geruchten, dat de Missouri-
Pacific in receivers-handen zal komen. De
aandeelen dezer Maatscbappü komen wel voor
op de officiëele noteenog, doch sedeit langeren
tyd heeft daarin geen handel plaats gehad.
Rijtilandsche Bank.
Persoverzicht.
In een te Leiden voor kiezers gehouden
redevoering heeft de beer Van Asch van
WQck, sprekende over het vraagstuk der
defensie, gezegd, dat de verheffing van
den militairen stand, wat de lagere rangen
betreft, en de mindere tegeniDgenomenheid
der ouders, om hunno zonen in de gelederen
te zien ingelijfd, in hoofdzaak te daDken
waren aan de voortreffelijke maatregelen voor
het zedelijk welzün van den soldaat inge
voerd door den minister Bergansius, deel
uitmakende van het anti-liberale Kabinet
Mackay-Lohman.
Zonder de verdionsten van minister Ber
gansius tekort te willen doen, en herinnerende,
dat ook de ministers Seyffardt en Schneiders
de laatste vooral veel in bet belang van
den soldaat hebben gedaan, noemt de Nieuwe
Rotterdamsche Courant het niet fraai in den
heer Van Asch van Wijck, dat hü aldus
een anti-liberaal Kabinet zoekt te verheffen,
ten koste van andore, die zich tegenover
de minderen in het leger werkeiyk zeer ver-
disnstelük hebben gemaakt. Het blad vraagt
of het hem ontgaan is, dat juist naar aan
leiding van do voorstellen van minister Ber
gansius het bondgenootschap tusschen de
anti revolutionnairen en de katholieken uit
eensloeg? „Deze voorstellen hadden dan toch
zeker voor het defensie-vraagstuk heelwat
meer beteekenis dan wat de minister Ber
gansius gedaan heeft voor het zedelijk welzyn
van den soldaat. Men dieüt met dergelijke
reclames voorzichtig te zyn."
In zyn rede beantwoordde de heer Van
Asch van Wijck de vraag: welke verwach
tingen er mochten gekoesterd worden van
de uitbreiding van het kiesrecht? met het
uitspreken der verwaebtiog, dat vooral erken
ning en bevestiging van de souvereiniteit van
het Hui3 van Oranje, zoo schromelijk
door de corypheeön der liberale
party miskend, daarvan het gevolg
zouden zyn.
„Is bet op deze wijze, dat de strüd moet
gevoerd worden?" vraagt de N. R. C.
„De liberalen, althans de corypheeën onder
hen, beschuldigd van de souvereiniteit van
het Huis van Oranje schromelijk te miskennen
„Een der hoofdmannen van de anti liberale
partü, nieuwgekozen lid van het Centra; l-
Comité, lid van de Eerste Kamer, zyne tegen
standers bestrijdende met een giftig wap« n
uit een arsenaal, dat men moenen mocht"
voorgoed gesloten te zvJn. Er is io onze t^al
geen woord te vinden, om zulk een belryl
naar verdienste te brandmerken".
Door pater Ermann (van bet gymnasium
te Katwyk), optredende als redenaar in een
vergaderir g vaD katholieke kiezers in Dan
Haag, door katholieke Kamerleden bügowoond,
is aan de liberalen de oorlog aangezegd, lezen
we in het Handelsblad.
De katholieken - zoo zoide deze redenaar
fcebooren den strijd aan te binden tegen hst
liberalisme en wel om deze drie redenen:
lo. uit godsdienstig oogpunt, omdat het
liberalisme in theorie tegen den godsdienst
gekant wil zün;
2o. uit vaderlandsliefde, omdat bet liberalisme
door de ontbinóbaarheid vaD het huwelijk, het
nieuw-raalthusKnisme, enz enz. het huisgezin
en met het huisgezin de grondslagen van Liet
vaderland ondermijnt;
3o. uit liefde voor het Huis van Oranje,
dat ontzaglijk veel voor Nederland heeft
gedaan, waarvoor men het niet boter kan
beloonen, dan door een christeiyke regeering
aan het bewind te brongen.
De voorzitter van bovenbedoelde bijeenkomst,
de heer Kolkman, lid der Tweede Kamer,
zeide, dat zoo de rechterzijde in Juni weder
aan het bewind mocht komeo, dit voor een
groot deel zal zyn te danken aan pater Ermann.
DaarbÜ teekent de Nieuwe Rotterd. Courant aan:
„De liberalen in het land zün thans ge
waarschuwd. Zü weten nu ho9 de strijd zal
gevoerd worden en met welk doel.
„De redenaar uit het gymnasium heeft het
zoo duidelijk en onomwonden mogelijk gezegd.
„Niet enkel meer als vüanden van den gods
dienst worden de liberalen geteekeod, maar
ook als onderroijners van het huisgezin, van
de grondslagen van het vaderland.
„En uit liefde voor het Huis van Oranje
zal men trachten eene „christelijke" regeermg
aan het bewind te brongen."
Het Coürum voegt hieraan toe: „Alsof de
liberalen dit niet reeds lang wistenEn alsof
zü zei ven ons niet den handschoen hadden
toegeworpen! De N. R. Ctdie dag in dag
uit de „ilencalen" bestookt, moest niet den
schyn aanneuun, alsof de oorlogsverklaring
eerst thans ware uitgevaardigd."
Joukvrouw Denise.
15)
Misschien was het een onschuldige grap
en wilde hy de kooplui, die 's morgens vroeg
naar do markt gaan, eens aan het schrikken
maken."
Dat is wel mogelük, maar als men zoo
oud is ala by, doot men geen dergelyke
kwajongensstreken meer."
"Wanneer de arme jongen werkeiyk niet
wèl bü het hoofd is, zooals men veronder
stelt," zei tante Lescalle, „dan ia hy misschien
zenuwachtig en gejaagd, zooals bü dergelyke
personen wel meer het geval is. Misschien
kon hü dien nacht niet slapen en is hü in
de buitenlucht gaan wandelen, om zün onrust
wat te doen bedaren. Heeft de gravin u soms
over de gezondheid van haar jongsten zoon
gesproken, Yirginie?"
Neen, tante, maar ze scheen eenigszins
verlegen over hem te zün. Het was alsof ze
onaangenaam gestemd was, toen George
opeens het vertrok verliet, terwül wy er
waren."
En wat zei de graaf er van?"
Hy heeft iG het geheel niet over George
gesproken. Ik geloof, dat hü niet büzonder
op hem gestold is," zei de notaris.
Arme jongen l" zei tante Lescalle op
medelüdenden toon. „Wie zou voor hem
zorgen, als zün moeder eens kwam te
sterven 1"
O, daarover behoeven wy on3 niet onge
rust te maken, beste tante," antwoordde de
notaris. „Zyn vader is immers schatrijk, en
hü zal wel een vrouw voor hem weten te
vinden. Als iemand aan zün zoon een inkomen
van vüftig duizend franken kan verzekeren,
dan behoeft hü niet verlegen te zyn iemand
te vinden, die voor hem wil zorgen, en nog
gravin wil worden op den koop toe."
O, papa, hoe kunt u zoo spreken 1" zei
Rosa. „Wie zou dan willen trouwen met
iemand, die niet wèl by het hoofd is?"
Ik ben het geheel met Rosa eens," zei
haar tante.
Ik ben nog niet van gedachten veranderd,"
zei de notaris. „Misschien zou George De
Védelle3 wel een uitstekend echtgenoot wezen.
Zün vrouw zou geheel en al meesteres in
huis zün en zou met hem kunnen doen wat
ze verkoos."
Ik geloof toch niet, papa, dat George
De Yédelles een kind is, dat alles zal doen,
wat men hem zegt. Hü heeft allerhande
zonderlinge invallen en grillen. Hü zou niet
willen, dat er bouwland was op de terreinen
van het kasteel, omdat hü meer van wilden
plantengroei houdt. Hü weigert zelfs zyn
toestemming te geven, om een tak af te
kappen, die zich door een opening in zyn
venster een weg baant tot midden in zün
slaapkamer, en zü'n kamer gelykt veel op een
bewaarplaats van allerhande rariteiten. Ook
is hy zoo zonderling gekleed, geheel anders
dan andere jongelieden van zün leeftyd, en
hü ziet er allesbehalve uit als een graaf."
Hetgeen Rosa daar zegt is geheel en
al overeenkomstig de waarheid," zei haar
moeder, „en als men iets tegen hem zegt,
dan ziet hü er uit, alsof hy er niets van
begrüpt."
Ge kunt zeggen wat ge wilt," zei do
notaris, „maar ik houd staande, dat men
gemakkelyk een meisje zal vinden, dat opge
togen van vreugde zal zijn, als ze hem tot
echtgenoot krügt. Het is niet te versmaden,
een man te hebben, die vüftig duizend franken
inkomen heeft en de zoon van een graaf is
bovendien."
O, hoe kunt ge toch zoo dwaas spreken 1"
zei do notarisvrouw. „Ik kan er van huiveren,
als ik er aan denk, een man te hebben, die
niet goed bü het hoofd is. Ik zou nog liever
langs de straat loopen bedelen."
Wees maar niet zoo boos", zei de notaris.
„Niemand verlangt van u, dat ge met hem
trouwt."
Tante Lescalle begon nu aan het gesprek
een andere wending te geven en na het
middagmaal ging de notaris met vrouw en
dochter naar huis terug. Alle drie waren in
gedachten verzonken, toen ze te La Ciotad
terugkeerden.
De notaris berekende het voordeel, dat hy
zou kunnen trekken uit het voorstel van
graaf De Vódelles. Zün vrouw dacht aan het
koopen van een nieuwe japon en Rosa dacht
onwillekeurig aan het innemend voorkomen
van Jacques De Védelles en aan de vleiende
woorden, die hy tot haar gericht had. Ze
vergeleek hem met Artémon Richer en die
vergeiyking viel niet in het voordeel van den
laatste uit.
YI.
Eenige dagen na het bezoek van joDkviouw
Denise De la Pinède op het kasteel, waar ze
hfct eerste levenslicht had aanschouwd, ging
de gravin De Védelles haar te Toulon een
tegenbezoek brengen, om moteen met de tante
van Denise kennis te komen makm.
Deze was een goedhartige vrouw, die al op
rüpen leeftyd was gekomen en zeer veel
van haar nicht hield, evenals van haar
hondjss en van een gemakkelyk leven. Ze
was een zeer alledaagsche vrouw en leefde
heel bedaard.
Denise was juist uitgegaan, toen de gravin
De Védelles haar kwam bezoekeD, en deze
kon dus al den tyd, dien ze in het gezelschap
van mevrouw De Brissac doorbracht, gebrui
ken, om te trachten te weten te komen, of
er op het oogenblik al huwelyksplannen ten
opzichte van Denise De la Pinède bestonden,
en welke denkbeelden zoowel haar tante als
haar voogd daaromtrent hadden.
Al gelukte het haar in dit opzicht niet,
nauwkeurige inlichtingen te verkrügeD, toch
had de gravin De Védelles ten miDste de
groote voldoening, de overtuiging te krygen,
dat er voor het oogenblik geen bepaald be
zwaar bestond tegen het welslagen van het
plan, dat zü reeds bad gevormd.
Mevrouw De Brissac zei, dat ze hoopte,
dat haar Dicht den winter te Parys ten huize
van haar voogd zou kunnen doorbrengen, en
dat het jonge meisje er in zou willen toe
stemmen, zich in de groote wereld te bewe
gen, evenals ze vroeger gedaan had vóórdeu
dood van haar vadi r, totn ze altyd onder
geleide van mevrouw Legrand ging, oie mtt
haar eigen twee dochters aan het verketr in
de groote wereld detlnam. Mevrouw Legrand
had aanzienlijke relatns in d6 voorstad Saint-
Germain, en boowel ze gehuwd was met een
ryken bankier, behoorde ze toch tot een oude,
koningsgezinde familie.
My dunkt," waagde de gravin De Vódelles
te zeggen, „dat iemand als Denise, met zulk
een innemend voorkomen en met zulk een
groot lortum, wel büzonder gezocht zal zijn
in do Pdrytcbe taloiiB, en het zal wel niet
lang duren of raebr dan één jonkman van
voorname familie zal aanzoek doen om haar
hand."
Reeds nu is dit het geval", antwoordde
mevrouw De Bii-sac. „Haar voogd, mynheer
Legrand, heelt al van verschillende zijden
aanzoek'n ontvangen, maar na den dood van
haar vader heett Denise verklaard, dat ze nog
niets van huwelijksplannen wilde hoortn, t n
minste niet vóórdat er een jaar zou zün vir-
loopen, en noch ik noch münheer Legrand
hebben baar eenige bekentenis kunDen ont
lokken omtrent haar plannen of omtrent de
kansen van de verschillende huwelykscandi-
daten, die zich al hebben aangeboden.
Misschien is Denise wel een weii.ig
romantisch uitgevallen", zei mevrouw De
Yédellts. „Misschien droomt ze wel van eeu
huwelyk uit pure genegenheid, en heeft ze
tot nu toe nog niemand ontmoet, die beant
woordt aan het ideaal, dat ze zich gevormd
heeft."
Wordt vervolgd.)