Da „Indépendance" bevat een oenigszins uitvoeriger bericht omtrent hetovariyden Tan den hertog van Aumale. Da hertog bevond zich op Sicilië, op zyn landgoed Zucco. Daar ontving hy Donderdagavond een telegram, meldende het overlijden van zyn nicht, de hertogin van Alen^on. Deze tijding greep hem zoo sterk aan, dat hij al6 verlamd neerstortte, en naar adem snakte. Hy kwam niet weder tot bewustzijn; na eenige oogenblikken was bij een lyk. Het telegram, dat te Parijs het overlijden meldde aan de familie, kwam Vrijdagmorgen te zes uren aan en tegen tien uren was de tijding door de geheele 6tad bekend. Een groot aantal personen hebben zich laten inschrijven aan het hotel Aumale, in de rue Montalfinet. Met naino worden genoemd de hoeren Barthou, minister van binnenlandsche zaken, Hanotaux, minister van buitenlandsche zaken, de prefect Lépine en generaal Saussier. Omtrer.t de begrafenis is nog niets bekend. Vrijdag zijn telegrammen gezonden aan de buitenlandsche hoven, waarin van het over lijden wordt kenni3 gegeven. De hertog bevond zich in den laatsten tijd wel, had alleen aanvallen van jicht. Behalve de hertog van Chartres en prinses Clémentine van Coburg, bad hy zijn geneesheer dr. Toupet als gast by zich. Da hertog van Chartres zou beden to Parys aankomen om de begrafenis van de hertogin van Alen^on by te wonen. Nog altyd zyn zes misvormde ljjken r.iet herkend en dwalen wanhopigen daar tus schen rond in de benedenzaal van het reeds half afgebroken NlJverheids-Paleis, om te zoeken naar eenige byzonderheid, naar de kleur van een verschroald kleedingstuk, of naar den vorm van een ring of gesp, welke uitsluitsel zou kunnen geven. Het is helaas zelfs voorgekomen, dat do overbiyvenden eenig lyk meenden te herkennen, en het in een doodkist msdevoerden naar huis, om daarna tot de overtuiging te komen, dat ver gissing had plaats gehad en dat een ander l\jk hun moest toskomen. Kuüt gy u iets afschuwelykers droomen dan den toestand van den Graaf de Luppé, reeds drie dagen ronddwalende te midden dezer verbrande menschelijke geraamten, steeds zoekende naar zyn omgekomen vrouw, en er niet in slagende eenigo identiteit te vinden De plechtigheid in „Notre Dame" zjI geen offlciêele lykdienst zyn, in zooverre de hoog© overheden er niet officieel bygenoodigd wor den. By den brand in de „Opéra Comique" heeft iets overeenkomstigs plaats gehad. Er zyn alleen uitnoodi5ingskaarten gegeven voor de familie der overledenen, voor hun gönoodigden en voor eenige personen van de administratie. Ziehier het programma der muziek van de Mis: „Entróa a'orgue" door Wi or. „De Profundis", koor. „Marche funö bre", van Beethoven, door orkest, onder TafTanel. „Diesirae", koor. „Allegretto", van de Symphonie in la van Beethoven, door orkest. „Libera me" van Thëodore Dubois, door koor en orkest. „Sprtie d'orgue" door Widor. De Lord-Mayor van Londen, wiens echtgenoote een nicht is van een der ver brande dames, mevrouw Kann, kwam in groot gala kostuum over voor de plechtigheid. Er is sprake van, dat de koning der Belgen de begrafenis van zyn oom, den hertog van Aumale, te Parys zal bywonen. In elk geval is het waarschyniyk, dat wegens den nieuwen rouw, die het koninklijk huis van België getroffen heeft, de plechtige opening van de Brusselsche tentoonstelling weer zal worden uitgesteld. Gemeenteraad van Bodegraven. Voorzitter: de Burgemeester. Aanwezig alle leden. Opening der vergadering. Lezing on goedkeuring der notulen van de vorige ver- gadering. Ingekomen zyn twee missives van Gedepu teerde Staten dezer provincie, houdende goed keuring van de raadsbesluiten, gt nomen ter zake de kohieren van hoofdelyken omslag en hondenbelasting en betreffende de jaarwedde van den onlangs benoemden ondorwyzer. Beide missives worden voor kennisgeving aangenomen. Aan den Raad wordt overgelegd het ge meente-verslag over 1896. Dit zal ter visie gelegd worden en in afschrift verkrygbaar worden gesteld. Aan de orde is: het voorstel tot bouwen van een schoollokaal op het bestaande terreiD, waarby tevens wordt behandeld het adres van heeren kaashandelaren en van ingez t.-nen, die verzoeken om, nu er quaestie ls van vergrooting der school, niet daartoe over te gaan, maar om het geheele bestaande school gebouw en de onóerwijzerswoning af te breken en de daardoor te verkrygen ruimte onbe bouwd te laten en te vereenigen met het marktplein. Het advies van B. en Ws. merkt o. a. op, dat het adres geteekend is door slechts en kelen van de Bodegraafscbe kaashandelaren en dat 't adres van ingezetenen slechts hand- teekeningen bevat van personen, wo*endo aan of naby de markt; dat, volgens btreke- ning van adressanten, op het nieuwe gedeelte 100 wagens geplaatst zouden kunnen worden on dus op de bestaande markt ongeveer 350 wagens kunnen staan; dat het ten vorigen jare slechts 2-maal is voorgekomen dat er meer dan 350 wagons warendat de onkosten voor een nieuwe school met onderwyzers- woning zullen bedragen 32,500. oF, na aftrek van de rykssubsidie, 24,400 waarby niet gerekend is op nieuwe schoolmoubelen en op wegruiming van het huisje, bewoond door den koster, zoo oit al te koop is; dat in 't gemis aan ruimte voor schoolgaande kinderen voorzien kan worden door lybouw van een nieuw lokaal, waarvan de kestea 4100 zullen bedragen; om deze en andere redenen meent het Dag. Bestuur te moeten adviseeren tot afwijzing van de adressen. Nadat de heer Van Dam gevraagd had of er geen bezwaar tegen den bybouw zoude zyn wegens de nabyheid van de begraaf plaats en de heer Okkerse ingelicht was op zyn verzoek omtrent het getal plaatsen voor schoolkinderen in 't nieuwe lokaal, wordt het voorstel van B. en Ws., om over te gaan tot bybouw, met algemeene stemmen aangeno men, en daardoor afwyzend beschikt op de bovenbedo?lde adressen. Ingevolgd art. 65 der kieswet wordt vast gesteld eene verordening, waarby het gemeente huis wordt aangewezen als stemlokaal. Tot leden van het stemburiel worden benoemd de heeren: W. Van der Giesen en U. Rollman, terwyl als plaatsvervangers worden gekozen de heeren A. Okkerse en G. De Kruif. Tot leden van de commissie voor de schutterij worden benoemd de heeren: F. Boer en U". Rollman. Afgewezen wordt het verzoek van den heer Ramshorst, hoofd der school voor m. u. 1. o om verhooging van de vergooding voor gemis van vryo woning met 100, nadat de Voor zitter had medegedoeld, dat hot oorspronkelijk salaris ad 1200, plus 150, voor vergoeding wegens huishuur, indertyd verhoogd is met ƒ200, zoodat het totaal der inkomstsn be draagt 1550. Ten slotte komt ter tafel een verzoek van den hoer A. Goobel, te Zwammerdam, die verzoekt, dat het schoolgeld voor zyn zoontje op de school van den heer Ramshorst gesteld moge worden op f 42, zynde het bedrag, dat door de kinderen te Bodegraven betaald moet worden. Daar er een contract hieromtrent bestaat met de gemeente Zwammerdam, het welk zes maanden te voran moet worden opgezegd en het niet geheel billyk zoude zyn, wanneer door ingezetenen van Zwammerdam minder dan de kostende prfis zoude betaald worden, wordt met aigomeene stemmen be sloten, het verzoek niet In te willigen. Niets meer aan de orde zyndo, wordt de vergadering gesloten. Moord-Zoid-Hollandsclic Stoomtramweg- Maatschappij Haarlem—Leiden. Opbrengflt in Apnl. Reizigers Goederen. Diversen Tc zamen Vorige maand 1897. Yerschil. f 9971.33 382.31 1239.78' 146.59' 509.91' 64.12' 1896. f 9639.02 1093.19 574.04 f 11306.25 f 11721.03 414.78 22101-76 21771.72'— 333.C8' Tot. opbrengst ƒ3340 .01 /S8492.75 Per dag-kiiom. f 9.860 84.74' 9.968 -4- f u.108 Officieel© Kennisgorlngea, Inenting. Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen bij deze ter aigomeene kennis, dat op Dinsdag 13 A p r i 1 a. s. en tot nadere aaokondigiog op eiken volgenden Dinsdag, telkens des Damiddags te twee uren, in hot Elieabethehof aan de Oude Vest, gelegenheid zal wordea gegeven tot kostolooze inenting van on- en minvermo genden, terwijl op Woensdag 14 April a. e. en tot nadere aankondiging op eiken vol gendon Woensdag, des namiddags to b a 1 f- d r e, mede in het Elisabethshof, gelegenheid zal bestaan tot inenting tegen betaling van één guided. Belanghebbenden worden tevens herinnerd, dat zq slechte znllen worden toegelaten op vertoon van een bewijs hunner geboorte-insehrijviDg. Burgemeester eu Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, Burgemeester. 9 Apol 1897. E. KI3T, Secretaria. De brand te Parijs. Nog steeds komen hartroerende mededee- liDgen uit Parys over de verschrikkeiyke ramp, welke deze stad zoo plotselicg heeft getroffen en zoo talryke aanzienlyke familiën in rouw h9eft gestort. By de herkenning van het lyk van den kleinen Alfred in het „Palals de lTndustrie" viel een hartverscheurende scène voor. Me vrouw David was in een rytuig aangekomen om haar kind te halen. De smart van deze ongelukkige vrouw, aau wie men uit mede lijden de treurige overblyfselen van haar kind niet wilde toonen, leidde tot een vreeselyke crisis. Zy wilde alles verbryzelen en met oen stem, die de haar omringenden deed huiveren, schreeuwde zy zonder ophouden„Ik wil mijn kind hebben". Men moest haar met geweld modesiepen. lo de rue Joan Goujon waren den gehee- leü dag de brandspuitmannen bezig geweest, met mandenvol een afschuwlyk mengsel van verkoolde menschenschedels en handen en voeten en lijfsieraden en samengesmolten goudstukken en asch en sintels weg te rui men. Een bouwval is er niet, want de houten loods was reeds tot den grond afgebrand, voor dat de vlammen de geroosterde lyken verteerd hadden. In de „Opéra Corrique" tien jaar ge leden duurde de opgraving der lyken te mid den der ineengestorte puinhoopen drie dagen lang, want daar waren zy gesloten in een doolhof van trappen en gangen. Hier bestond niets van dien aard. De loods was omringd door een open terrein langs de straat. Bij doelmatige inrichting ware redding dus gemakkelyk geweest. Het is by de kine matograaf, zooals wy meldden, dat de brand ontstaan is. De lamp was verlicht niet door acetyleen, maar door buizen, zeventig centi meter lang en twintig centimeter dik, gevuld met zuurstof, samengeperst tot dertig of veer tig atmosfeeren. Deze zuurstof, gericht op ean spons met ether, komt daarna in aanraking met een- stuk kryt of magnesium, dat gloeiend wordt, en het noodige witte licht uitstraalt. Nu kan de toetreding, hetzy van de zuurstof, hetzy van de ether, niet precies geregeld zyn, en dan ontstaan plotselinge ontvlammingen in de lamp. Wat deze gevaarlyk kan maken is de aanwezigheid van de dunne celluloïdbanden, waarop do voorstellingen zyn gephotografeerd. Die celluloid is gemakkelyk ontvlambaar, en kan dus by trilling van het licht ontbrand zyn. De installatie van den geheelon Bazaar is erg lichtvaardig in haar weik gegaan, en de overheid, hetzy terecht of niet, dat is nog niet uitgemaakt heeft geenerlei toezicht gehouden, op grond, dat h6t een particuliere zaak met uitnoodigingen gold, evenals een familie-party. De „Temps" meldt, dat op de vraag of de politie niet door streng toezicht de ramp had kunnen voorkomen, het volgend antwoord aan bet hoofdbureau is gegeven: „Wy hebben geen recht van optreden by particuliere byeenkomsten, waar enkel genoo- digden worden toegelaten. Men is daar als in een particulier huis. Wy leveren alleen agenten om op straat de orde te handhaven, ook voor de rijtuigen, en kunnen niets meer doen. Geen prefect van politie heeft ooit meer gedaan, noch kunnen doen. Als we ons daarmee gingen bemoeien, zouden we ook verplicht zyn dat te doen by groote partyen in particuliere woningen, waar honderden byeen zijn en by het eerste geroep van „brand" velen even ellendig zouden omkomen als Dinsdag Wy zouden dan ook het in- en uitgaan moeten reglementeeren in de groote magazynen, waar de massa bezoekers elkaar verdringen en by brand een even groote ramp onvermydelyk ware. Mon vergt hier het onmogelyke." Telken jare wordt de liefdadigheidsbazaar omstreeks dezen tyd gehouden. Ditmaal werd zy Diet gehouden op de gewone plaats in de rue de la Boótie, maar in de rue Goujon, Nos. 15 en 17, op een uitgestrekt terrein, dat daarvoor gratis was afgestaan. Men was erg ingenomen met de wyze, waarop de bazaar was ingericht. Men had daarvoor kun nen party trokken van een schilderachtig décor, voorstellende een oude straat van oud Parys. Die straat was 80 meterlang en 10 meter breed. Zy bevatte reproductiën van oude huizen met 22 winkels naar de mode van den ouden tyd, voorzien van aardige uithang borden. Het was een erg aanlokkelyk kader voor een liefdadigheidsbazaar, maar ongelukkig al te licht en dicht, want het bestond uit be schilderd doek en pleisterwerk en wit hout. Ook het gebouw, dat dit décor bevatte, was opgetrokken van vurenhout, inderhaast met ver nis overtrokken. Een vloer, eveneens van vu ren planken d^kte den grond. Alles voedsel voor do vlammen, als dia mochten komen. Do brand is, belaas l gekomen en op ver schrikkeiyke wyze. 1q een half uur was alles gedaan. Parys is dan ook verpletterd onder de zware ramp, die voornamelyk den Franscben adel heeft getroffen. De indruk wordt treffend be schreven door Francois Coppéa in het lournal" die aan het slot van zyn artikel uitroept Zelfs ten atheïst bad op dit oogenblik voor de slachtoffers kunnen biddenNitt htt a inst zyn de vrouwen uit htt volk getroffen. In de arbeiderswyken scheurde men den rond- brengers de extra bladen uit de handen, men overotelpte hen met vragen, om meer byzon- derheden te weten te komen. De vrouwen bescbreiden met zusterlijke tranen het lot der aristocratische dames, men gedacht de weezon, de jongedochters, die aan de liefde hunner bejaarde ouders waren ontnomen.... Geheel Parys zonder onderscheid van rang of stand hoeft geweend over de slachtoffers, heeft medegevoeld met de nagelaten betrekkingen, met een eenig medelyden, als ééne familie. En wel moest deze ramp allen treffen, zoo wel arm als ryk. De ryken zyn het zwaarst getroffen, ln hun liefde. Hun zal de sympathie van de geheele wereld een troost zyn. Maar ook de armen hebben veel verloren. Een blyde hoop veelal het eenige, wat zy hebben is hun ontnomen. Sedert zyn oprichting, in 1885, heeft deze bazaar reeds meer dan zeven milhoen franken opgebracht aan de verschil lende instellingen, die daaruit werden onder steund. "Van jaar tot jaar stegen de inkomsten. In 1885 bedroegen zy slechts 124,000 fr., in 1895 en 1896 reeds byna een millioen 1 En wil men weten met welken geest de monschen bezield waren, die hun krachten aan dit werk der liefdadigheid wydden? Dan leze men slechts, wat de „Figaro" ver telt over de barones De Reille, die gelukkig aan den dood ontsnapt is. De barones De Reille, die al haar tyd en haar geheele leven heeft gowyd aan de weldadigheid, heeft be dacht, dat het niet genoeg is om aan de armen te geven en voor hen te vragen zy heeft voor hen willen werken. Zy heeft in de Rue de l'Université een magazyn van parfumerieën en lederwerken gesticht, dat zy in persoon bestuurt, waar zy den geheelen dag bezig is en waarvan de winst geheel en al wordt be steed aan de werken van liefdadigheid, die deze edele vrouw begunstigt. Zulke vrouwen zyn by tientallen omgekomen by de ramp! Te midden van de verschrikking van den brand, van de woeste wanhoopskreten, had niet ieder het hoofd verloren, had de ont zetting niet iedereen geparalyseerd: er waren enkele menschen, die, zoo niet kalm bleven, dan toch zelfbeheersching genoeg behielden om iets anders te doen dan sprakeloos naar het af8chuwoiyke tooueel van vernietiging staren. Dezen deden hun plicht: zy trachtten menschen te redden en al kondsn hun po gingen den grooten omvang van het onheil niet voorkomen, zy, die aan de zelfopoffering, de kalmte en den moed van deze monschen te danken hebben, dat zy aan den verschrik- kelyksten dood ontkwamen en thans nog het licht van de zon mogen zien, zy zullen hun redders even dankbaar zijn. Dat men in het oogenblik van diepe neer slachtigheid niet aan deze edelen gedacht heeft, is begrypeiyk, en ook nu is het in het aangezicht van de droevige gebeurtenis Diet mogelyk, op eenigerlei wijze, die maar uit do verste verte aan iets feestelyks doet denken, hun daden te fëteeren, zooals by andere gelegenheden, waar heldenmoed een treurig ongeluk voorkomt, terecht gebruikeiyk is. Maar zy mogen allerminst vergeten worden. Daarom heeft de heer Lépine, d« prefect van politie, den heer Grélat, commissaris van politie in het kwartier van de Champs Elysées, om een speciaal rapport gevraagd van de daden van moed en opoffering van hen, die hulp verleend hebben by het red dingswerk. Dit rapport bevat e9n aantal namen van politiemannen en andere officiëele personen, maar o. a. ook die van vier koetsiers, die een aantal menschen, die over het stukgehakte muurtje ontkwamen, geholpen hebben; verder die van hen, wier daden we reeds in ons vorig nommer vermeldden. Eindelyk noemen we nog zekeren Pélis sier, een concierge, die hulp verleend heeft aan verscheidene dames, wier kleeren en haar in brand waren, by welk werk ook vele politie-agenten zich onderscheidden. Behalve de quaestie van de belooningen voor hen beeft de Parysche overheid ook de tegenovergestelde quaestie behandeld. Is er naar aanleiding van de ramp ook te straffen? Is het uitbreken van den brand ook te wyten aan zoo grove onvoorzichtig heid of nalatigheid, dat deze onder het be reik van de strafwet vallen? Geheel afgehandeld schynt dit punt nog niet te zyn, doch wèl is reeds gebleken, dat men gedacht heeft aan de mogelykheid van brand, daar het getimmerte verzekerd was. Een deel der p9rs meent, dat men onmid dellijk bU den bouw van een zoo brandge vaarlijke tent in het belang van de aan grenzende huizen had moeten tusscher.beide komen. Alles, ook de op zichzelf meest onbedui dende byzonderheid omtrent do groote ramp, heeft iets tragisch. Zoo vinden wa onder de ellenlange lyst van gevonden voorwerpen, dia alle te Parys verschynendo bladen publiceeren, genoemd: „E n brie*", poste restante afgehaald, geadres seerd aan een jong meisje, dat onder de slachtoffers herkend is, geteekend „Henri", bittere verwyten bevattende en een rendez vous vaststellende op 6 Meiby bet Palais de l'Industrie"t het gebouw, waarin op dat oogenblik het afschuwelyk verminkte lyk van het meisje lagl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 10