N°. 11389
feze Bonrant wordt dagelijks, met uitzondering
van <§pn- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
GETROUWD.
Zaterdag lO April. Ao.1897
IEIDSCH
PKLJS DEZER COCRAKT:
Voor Leiden p«r 8 maandenf\ r f MOk
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommera 0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Van 1 6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17 J. Grooter®
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de sta4
wordt f 0.05 berekend.
Dit nommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
Officieel© Kennisgevingen*
Inenting.
Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen
bij deze ter algemoene kennis, dat op Dinsdag
13 April a. s. en tot nadere aankondiging
op eiken volgenden Dinsdag, telkens des
namiddags te twee nren, in het Elieabethehof aan
de Oude Vest, gelegenheid zal worden gegeven tot
koatelooze inenting vau on- en minvermo
gendon, terwijl op Woensdag 14 April a. 0.
en tot nadere aankondiging op eiken vol
genden Woensdag, des namiddags te bal f-
d r i e, mede in het Elisabethsbof, gelegenheid zal
bestaan tot inenting tegen betaling van
één l' n 1 d o d.
Belanghebbenden worden tevens herinnerd, dat zij
slechts zullen worden toegelaten op vertoon van
een bewys banner geboorte iDechrijviDg.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemeester.
9 April 1897. E. KIST, Secretaris.
Leiden, 9 April.
De nieuwbenoemde hoogleeraar by de facul
teit der godgeleerdheid aan de Rijks-universiteit
te Leiden, dr. F. Pijper, zal waarschijnlijk zijn
ambt aanvaarden op Woensdag 5 Mei, met
het uitsproken eener inaugureels oratie in het
groot-auditorium van het academiegebouw.
De koninklpke bewilliging is verleend
op de statuten der Christelijke Jongelings-
vereeniging „Uw Bewaarder zal niet sluime
ren" (afceeling van het Nederlandsch Jonge
lingsverbond) alhier, zoodat de vereeniging
als rechtspersoon is erkend.
De minister van waterstaat, handel en
nijverheid heeft naar aanleiding van het
koninklijk besluit van 16 Febr. jl., tot be
noeming van een centrale-commissie voor de
in 1900 te Parijs te houden wereldtentoon
stelling en tot machtiging om bijzondere
coramissiën in het leven te roepen, voor de
verschillende groepen en klassen der tentoon
stelling bedoelde bijzondere commission be
noemd voor het bijeenbrengen der inzendingen.
Daarin hebben als leden o. a. zitting de
volgende heeren:
Groep I (Education et enseignement) dr.
D. De Loos.
Groep III (Instruments et procédés généraux
des lettres, des sciences et des arts) dr. P.
J. Kaiser.
Groepen VII (Agriculture) en IX (Fórets,
cbasse, pêche, cueillettes) T. A. O. De Ridder,
te Katwijk.
Groep VIII (Horticulture et Arboriculture)
H. Witte.
Groep XIII (Fils et Tissus, vêtements) W.
A. Leembruggen.
De Nederlandsche mail van West-Indië,
per stoomschip „Prins Maurits," wordt hier
morgen verwacht.
Hare Majesteit de Koningin maakte
gisteren een rijtoer met Haar nichten, de
prinsessen van Bentheim.
De burgemeester van Haarlem jhr. mr.
Boreel van Hogelanden wordt door de anti-
revolutionnairen te Beverwijk candidaat ge
steld voor de Tweede Kamer.
By de regeling8-commissie van het
24ste Ned. Taal- en Letterkundig Congres
is van de Belgische regeering bericht ont
vangen, dat zij op het congres vertegenwoor
digd zal worden door den heer F. Heuvel-
mans, advocaat te Antwerpen en lid der
Kamer van Volksvertegenwoordiging.
KoDing Leopold van België heeft voor het
hem aangeboden beschermheerschap bedankt
en wel uit de hoffelijke overweging, dat, nu
het Congres in Noord-Nederland gehouden
wordt, het „patronage exclusif" aan H. M.
de Koningin Regentes toekomt
Na een langdurige ongesteldheid overleed
in het Zustergesticht aan de Korte Havön
te Schiedam, in den ouderdom van vijf en
ze8tig jaren, de eerw. Zuster Celestina, van
de Congregatie van de H. Catharina van Siena,
in de wereld Anna Christina Wouterlood.
Te Amsterdam is overleden de heer
R. Blok, oud-burgemeester van Lekkerkerk
en oud-lid van de Provinciale Staten van
Zuid-Holland.
Bij koninklijk besluit is op de voordracht
van den minister van binnenlandsche zaken
aan het bestuur der gemeente Rotterdam ver
gunning verleend, op het terrein van het
gemeentelijk ziekenhuis aldaar een doorgangs
huis voor krankzinnigen op te richten over
eenkomstig bet bi) besluit van den Gemeente
raad van 18 Februari 1897 goedgekeurde plan.
In dat huis mogen niet meer dan 24 krank
zinnigen, 12 mannen en 12 vrouwen, ver
pleegd worden.
In elk, voor meer dan één verpleegde be
stemd, slaapvertrek wordt op eene duidelijk
zichtbare plaats het aantal personen aange
wezen, waarvoor het bestemd is.
Zonder goedkeuring van den minister van
binnenlandsche zaken mag noch in de lokalen,
noch in hunne bestemming eene verandering
gemaakt worden, die invloed heeft op de
plaatsruimte of den aanvoer van versche lucht,
in de, voor de verpleegden bestemde, dag- of
nachtverblijven.
De geneeskundige behandeling der verpleeg
den wordt opgedragen aan ten minste één
geneeskundige, die in of nabij het doorgangs
huis gevestigd most zijn.
Bij koninklijk besluit van 8 dezer is
bepaald, dat de stembriefjes ter verkiezing
van een lid der Provinciale Staten in het
hoofdkiesdistrict Dokkum op 20 April e. k.
en, in geval van herstemming, op 4 Mei
daaraanvolgende in te leveren, zullen worden
geopend onderscheidenlijk op 22 April en 6
Mei a. s.
Behalve het Hollandache Spoor hebben
ook de Staatsspoorwegen en de Centraal-
Spoorwegmaatschappij besloten, bh gelegen
heid van het Paaschfeest alle retourbiljetten
naar Nederlandsche en Duitsche stations afge
geven van heden af, voor zoover hun gewone
geldigheidsduur korter is, geldig te doen zijn
tot en met Dinsdag 27 April.
Gisteren overleed te Amsterdam mr. P.
A. Tenckinck, een der directeuren van de Cre-
dietvereeniging. H{) bereikte den leeftijd van
61 jaar.
De commissie, belast met het afnemen
van het eind examen van de lste afdeeling
der krijgsschool te Breda, zal bestaan uit:
generaal-majoor G. F. W. Borel, voorzitter,
koloDel C. L. Van Pesch, luit.-kolonel P. C.
De Wilde, kolonel F. R. Froger, kapt. der
genie C. J. Snijders, gepens. kolonel H. J.
Krantz, hoogleeraar N. C. Grotondorst, kapts.
P. C. J. Ncorduijn, J. J. Berkhout en A.
Hoogeboom, ritmeester W. H. Piepers en
de lste luit. J. W. Scbolten, leden; lste luit.-
adj. T. M. Roest Van Limburg, secretaris.
Het verlof naar Nederland van den luit.-
kolonel der inf. O.-I. leger P. D. W. Wilken
is met zes maanden verlengd.
Het engagement van Berwolf, als orkest-
directeur der Haagsche Fransche Opera voor
het volgend seizoen, is thans zeker. Vad
De „Arasterdamsche Courant" heeft ge
meld dat de heer C. Lely, lid der Tweede
Kamer, benoemd is tot hoogleeraar aan de
Polytechnische School te Delft, als opvolger
van wijlen dr. Schols.
Uit de beste bron kan de „Zutf. Ct." dit
bericht beslist tegenspreken.
Blijkens bij het departement van marine
ontvangen berichten is Hr. Ms. schoener
„Zeehond", onder bevel van den kapitein
luitenant ter zee I. Van den Bosch, den 8sten
dezer te Smyrna aangekomen, en is Hr. Ms.
pantserschip „Pist Hein", onder bevel van
den kapitein ter zee H. R. J. J. Thorbecke,
den 7den dezer van Algiers vertrokken, ter
voortzetting van de terugreis naar Nederland.
Hier £e laöde is bericht ontvangen, dat
de lste luit. van het O.-I. leger A. J. Lette
is bevorderd tot kapitein.
Het stoomschip „König", van Hamburg
en Amsterdam naar Oost Afrika, passeerde
7 April Peniche; de „Obdam" vertrok 8 April
van Rotterdam naar Niouw-York.
Rijpwetering: Van twee gebroeders,
J. en A. Strijk, te Rijpwetering, resp. 16 en
7 Jaren oud, viel de eerste Donderdagmorgen
uit een bootje in de vaart aldaar en wist
zichzelven te redden. De andere geraakte op
den middag van dienzelfden dag al spelende
in de vaart en werd door den twaalfjarigen
knaap J. L. Van Tol gered.
Ter -Aar: De onderwijzeres aan de R.-K.
Parochiale School te Langer Aar, mej. M. C.
G. Van Herw\jnen, is in gelijke betrekking
benoemd en reeds in functie getreden
te Leimuiden. Langer-Aar en vooral de
jeugd zag deze bekwame en algemeen be
minde onderwijzeres met leede oogen ver
trekken.
Een veertigjarig joblié.
Den 12den April 1857 opende mejuffrouw
J. A. Wjjland in de gemeente Leiden, Apothe-
kersdijk No. 3, een Parijsche handschoenen-
wasschery, chemische stoomwasscherij en ver
verij ZÜ heeft dus haar 25-jarig jubilé lang
achter den rug, dat destijds niet onopge
merkt is voorbij gegaan.
Vele gelukwenschen mocht zjj toen ont
vangen, alsook stoffelijke blijken van belang
stelling, zoowel van binnen als buiten de
stad, voor de altoos goede en nauwe plichts
betrachting tegenover haar cliënteele.
Den 12den April a. s. hoopt zij nu haar
40-jarig jubilé te vieren.
Wie kent haar niet, die altoos vriendelijke
juffrouw, die met zooveel attentie de bestel
lingen met nauwgezetheid uitvoerde? Wat
haar werd toevertrouwd, was goed vertrouwd.
Al wat er van daan komt, ziet er zoo goed
als nieuw uit.
Hoewel ze wat ouder wordt, is ze altoos
met haar tjjd meegegaan. Het bekende spreek
woord is ook wel op de jubilarisse van toe
passing: Er zijn geen jongeren, die 't de
ouden verbeteren.
Dat het haar gegeven moge worden nog
een tal van jaren na dezen feestdag met den
zelfden lust, ijver on nauwgezetheid haar
werkzaam leven voort te zetten, is zeker de
wensch van velen.
Misschien ontbreekt het baar ook nu niet
aan bewijzen van belangstelling.
Uit de „Staatscourant".
Bij koninklijk besluit zijn benoemd tot ontvan
ger der directe belastingen en accijnzen te Hil
versum c. a., A. Bruist, ontvanger derzelfde mid
delen te Meppol; tot ontv. der dir. bel. te Leeuwar
den, H. J. Lamoraal Wichers, ontv. der dir. bel.,
invoerr. en acc. te Gorkum c. a., J. H. H. Elsingh,
ontv der dir. bel. en acc. te Hoogezand; tot ontv.
der dir. bel. en acc. te Amersfoort c. a., N. J. M.
Schelfhout, ontv. der dir. bel. te Dordrecht c. a.
tot ontv. der dir. bel. en acc. te Marrum c. a.
(residentie Hallum) H. Veltman, ontv. der dir. bel.,
invoerr. en acc. te Termunterzijl c. a.
Benoemd tot adviseur voor wis-, natuur- en
scheikundige zaken aan het Departement van
Financiën, standplaats Amsterdam, dr. C. A. Lobry
van Troostenburg de Bruyn, hoogleeraar bij de
Gemeentelijke Universiteit aldaar.
Min. beschikkingen De minister van
marine heeft het volgende bepaald:
De luitenants ter zee der 2de kl. L. G. Bouricius
en A. J. M. Nolet worden met 16 April a. 8. ge
plaatst onderscheidenlijk aan boord van Hr. Ms.
monitor .Cerberus" en wachtschip te Amsterdam,
en de luitenant tor zee der 2de klasse G. A. F.
Raland met den 21sten d. a. v. aan boord van Hr.
Ms. wachtschip te Willemsoord.
Met den lsten Mei a. s. worden de luitenant ter
zeo der lste klasse A. M. P. C. Van de Laar en
de officier van gezondheid der lste kl. dr. Th.
Koppeschaar, beiden dienende aan boord van Hr.
Ms. pantserschip .Piet Hein", eerstgonoemde als
lste officier, op non-activiteit gesteld en daar aan
boord vervangen onderscheidenlijk door den luite
nant ter zoe der lste klasse K. J. Karseboom en
den officier van gezondheid der lste klasse H. A.
Molema.
Verder worden met laatstgenoemden datum ge
plaatst de luitenant ter zee der lste klasse C.
A. Dominicus als lste officier aan boord van Hr.
Ms. wachtschip te Amsterdam, en de officieren-
machinist der 2de klasse J. Vogtel en J. M. Sporry,
onderscheidenlijk bij de werf en de conservatie in
de directie der marine te Hellevoetsluis en aan
boord van Hr. Ms. pantserschip .Piet Hein."
De luitenant ter zee der 2de klasse P. C. Coops,
gedetacheerd bij het departement van marine en
werkzaam gesteld bij het bureau der Indische by-
drographie, wordt mot 1 Mei a. s. op non-activiteit
gesteld en vervangen door den luitenant ter zee
der 2de kl. D. E. Keus.
De officier vau gezondheid der lste kl. J. T.
Brust, geplaatst bij het hospitaal der marine te
Willemsoord, wordt inet 1 Mei a. s. overgeplaatst
aan boord Hr. Ms. instructieschip .Admiraal Van
Wassenaar,en bij gemeld hospitaal vervangen
door den officier van gezondheid der lstekl. J. A.
Rademaker.
EERSTE KAMER.
Antwoord op het Adres van Rouwbeklag.
Het antwoord van Hare Majesteit de Koningin-
Weduwe, Regentes van het Koninkryk, op
het Adres van Rouwbeklag der Eerste Kamer
wegens het overlijden van H. K. H. Mevrouw
de Groothertogin van Saksen-Weimar-Eisenach,
geboren prinses Wilhelmina Maria Sophia
Louise der Nederlanden, luidt als volgt:
„M(jne 'HeerenI Met groote waardeering
ontvang Ik van de Eerste Kamer derStaten-
Generaal de gevoelens harer deelneming in
den rouw, die Hare Majesteit de Koningin en
My getroffen heeft door het droevig overlijden
van Hare Koninklijke Hoogheid mevrouw de
Groothertogin van Saksen Weimar-Eisenach,
zeer beminde tante van Hare Majesteit de
Koningin, en Ik verzoek U, Mjjne Heeren, aan
de Eerste Kamer der Staten-Generaal daar
voor Onzen dank te willen betuigen".
Jaarwedden van rechterlijke ambtenaren
Bij het afdeelingsonderzoek der Eerste
Kamer van het wetsontwerp tot nadere wij
ziging van de wet van 9 April 1877 (Stsbl.
No. 79) „tot vaststelling van de klassen en
samenstelling der arrondissementsrechtbanken,
van de jaarwedden der leden en van de ambte
naren bg die rechtbanken, alsmede van de
klassen der kantongerechten en van de jaar
wedden der kantonrechters en der ambtenaren
by de kantongerechten", verklaarden een aan
tal leden zich met dat wetsvoorstel te kunnen
vereenigen. Anderen achtten een voorstel tot
traktementsverhooging van ambtenaren by de
daling van den rentevoet en den achteruitgang
in verdiensten in vele takken van handel en
nyverheid niet voldoende gemotiveerd.
Toegevende, dat de traktementen in grooter©
plaatsen niet meer in overeenstemming zijn
met de kostbaarheid der levenswyze en met
het belang en den omvang van den gevor
derden arbeid, kon men in dit wetsontwerp
geen ernstige poging zien om het euvel te
verhelpen, in de eerste plaats omdat er geen
reden scheen te bestaan om alleen in do
behoefte van deze categorie van rechteriyko
ambtenaren te voorzien en aan alle andere—
ook waar traktementsverbetering aangewezen
is een billyke verhooging te onthouden;in
de tweode plaats omdat door het ontwerp,
zooals het in de andere Kamer ie geamendeerd,
voor deze categorie van ambtenaren een nieuw
beginseldat van bezoldiging naar an< ienniteit,
wordt ingevoerd, dat onze rechteriyko wet
geving tot dusverre niet kent en dat ook
voor nagenoeg de gebeele rechteriyko macht
niet zal gelden.
Dit beginsel van anciënniteit waarvan
sommige leden zich voorstanders v. i klaar
den zou in de eerste plaats toegepast
behooren te worden ten aanzien der leden
van de boogere magistratuur en niet op dez©
categorie van jonge ambtenaren, voor wier
ontwikkeling een langdurig waarnemen van
dezelfde werkzaamheden allerminst bevorder
lijk is.
Men wee3 er voorts op, dat de vraag in
hoeverre de instelling van de zelfstandige
6)
Maria, die er vaak heenging, wilde my
het drama uitleggen.
Die mooie jonge man daar," zei zy,
„is de oude man uit de eerste acte. En die
andere met de dunne beenen is de duivel,
die hem jong heeft laten worden ten koste
van zyn ziel. En nu zal je eens zien, hoe
mooi het is. Hy, Faust, wordt, nauwelyks
volwassen, verliefd op Margherita."
Toen begon ik veel belang te stellen in het
stuk. Hoe zou dat in zyn werk gaan? O, wat
verlangdo ik naar dat oogenblik! ToenFaust
zich verliefd tot Margherita vooroverboog en
haar allerlei liev9 woordjes toekweelde met
een zachte, zachte stem, smolt ik weg van
verteedering, alsof hy ze my toefluisterde.
Ik wilde zoo graag weten wat hy zei. Maar
zy zongen en de muziek voerde de woorden
weg. Yan 't geheele drama begreep ik niet
veel. Maar de liefdescènes bleven my in de
gedachten.
Toen ik vlug, arm in arm met Maria, naar
huis liep want het was koud, en te Novara
stonden geen huurrytuigen klaar zei zy:
„Weet je, dat je een verovering hebt gemaakt,
lieve?"
Ik vroeg met een nieuwsgierigheid en een
biydscbap, die ik vohtrekt niet trachtte te
verbergen:
- Hél - Ja? - Wie?"
Ik moet hier even aanstippen, dat ik de
uitdrukking „een verovering maken" nooit
had gehoord; zy kwam niet in ons huis woor
denboek voor. Maar ik vatte ze by intuïtie,
met instinctmatige coquetterie. Maria ant
woordde:
Zy houdt zich onnoozell Wil je zeggen,
dat je er niets van hebt gemerkt?"
Echt niet, weet je? Ik keek met zoo'n
genoegen in dien langen spiegel, achter jouw
rug, dat ik niemand heb gezien."
Maria begon te lachen en zei:
Jou ydeltuit! En dat bekent zy maar zoo
openiyk; schaam je je niet zoo ydeltezyn?"
Ik dacht een oogenblik na en hernam toen
vry moedig:
Neen. Maar wien heb ik veroverd? Zeg?"
Marruchotti. Je weet wel: de zoon van
die oude menschen, die daar beneden aan den
weg naar de Sint Eufemia-kerk wonen. Hy
is hun eenig kind en heel ryk. Hy heeft je
don geheelen avond gefixeerd door den tooneel-
kyker."
Hèl wat jammer, dat ik hem niet gezien
hebl Hoe ziet hy er uit? Is hy mooi?"
Ja hy ia i is een
beetje dik. Maar als men hem goed aankykt,
beeft hy wel mooie trekken, 't Is een mooie
jongen 1 En hy ondergaat een vermagerings
kuur. Zyn ouders ontzien niets als 't hem
betreft, hoewel zy heel gierig zyn. Verleden
zomer zyn zy met hem naar Monsummano,
in Toscane, gegaan om dampbaden te nemen;
je begrypt om dat vet te laten wegsmelten."
Hé, hy lykt wel een walvischl"
Toen hebben zy hem naar Oiopa ge
voerd, ik weet niet hoeveel meters boven de
oppervlakte der zee, óók om hem te doen
vermageren, maar nu door koude en door
een waterkuur
En is hy magerder geworden?"
Ja ja wel wat. Maar kom: dik
of mager, hy is altijd een mooie party. Zyn
moeder heeft tweehonderd duizend lires als
bruidsschat meegebracht. En zyn vader beeft
meer dan het dubbele."
Ik stond verbaasd. Wat wist Maria veel l....
Van alles: de badplaatsen; de provinciën,
waarin zy lagen; de uitwerking der kuren;
de geldelyke omstandigheden der families. En
dat alles vertelde zy zoo gemakkeiyk, zoo
ongedwongen. Was het mogelijk, dat er iemand
op my lette zoolang er zulke meisjes waren
als Marie?
Weldra waren wy by haar huis aangeland
en namen wy afscheid. Wy gingen nu met
vader mede en ik zei geen woor£ meer. Myn
hart was vol liefde voor Maria. Ik had be
hoefte myn bewondering voor haar te uiten
en nauwelyks was ik met Titina alleen in
onze kamer, of ik barstte uit:
Wat was Maria van avond mooi!"
Titina antwoordde onverschillig, het dek
van haar bed opslaande:
Giuseppina was mooier."
Giuseppina was werkeiyk mooier. Maar zy
had niet met my gesproken over bewonderaars.
Zy had zich nooit om myn schoonheid be
kommerd, nooit eens gezegd, dat het jammer
was, dat ik geen betere kleeren had. Zy was
werkeiyk veel mooier dan ik, slanker, langer,
blond, fijn, zy zag er gedistingeerd uit en
bewonderde my volstrekt niet. Ik kon niet
zooveel van haar houden als van haar zuster,
die zichzelf vergat om zich met my bezig
te houden en een bewonderaar voor my had
ontdekt. Ik meende hem aan haar verschul
digd te zyn, ik was haar nu innig dankbaar
en wilde dit uitspreken.
Ik houd meer van Maria; zy is altyd
myn lieveling geweest. Zy is myn vriendin."
Titina haalde de schouders op, glimlachte
en zei: „Je lykt wel mail Sedert wanneer
is Maria jouw vriendin? Wy zien elkaar zoo
zelden."
Neen, nu zy vaQ school zgn, zien wy
elkaar vaker."
Minder zelden, moest je zeggen. Maar in
elk geval is er geen tyd geweest voor die
groote vriendschap."
Vriendschap heeft niet veel tyd noodig.
't Is een gevoel van sympathie
Waar heb je dat gelezen?" vroeg Titina
ironisch.
Ik was boos en mompelde:
Wat flauw l"
Ik wist niets meer aan te voeren. Titina
was uit haar humeur, arm kind! Misschien
had zy gemerkt, dat in de opera niemand
naar haar keek; dat zy naast mg in 't niet
verdween en ik aller blikken tot my trok
Zy was achttien jaar! Maar misschien was
zy ook jaloersch over mgn plotseling opkomend
zwak voor Maria, terwyi tot nu toe zg myn
eenige vriendin en vertrouwde was geweest.
Van dien avond af leefde ik in een andere
wereld. Myn nieuwe gedachten namen veel
van het vervelende en drukkende van myn
huisiyke bezigheden weg. Ik bracht mgn stiel
broertje naar bed, kleedde hel aan, was in d©
keuken bezig; maar ik deed alles werktuigiyk,
als in een droom, steeds vervuld van de zoet©
gedachte, die my geheel Innam. Mgn eenig
verlangen was Marruchetti te zien, en daarom
met Maria uit te gaan ora mg bem te wyzen.
Ik bedacht allerlei listen. Ik zei aan moeder„
dat wy wel eens een visite by de BonellT*
mochten maken om hen te bedanken voor den
heerlyken avond in de opera.
Moeder antwoordde „Dit heeft nog den tyd."
Toen zei ik, dat ik den volgenden Zondag zo©
graag in de Sint-Eufemia-kerk de mis wilde
gaan hooren."
Ook dat vond geen goedkeuring.
'tLgkt wel of jy er op uit bent allerlei
byzondere wenschen te scheppen, als een be
dorven kind, dat gewend is al zyn grillen te
zien ingewilligd. Wy hebben de Siot Gau-
densia kerk hier vlak by, en de Sint-Markus
en de Dom zgn ook niet ver af."
Ik had het wel voorzienniet alleen dt
weigering, maar ook de serie van beschouwin
gen, die de antwoorden van moeder altyd var-
gezelden. Maar Maria had my gezegd, dat do
Marruchetti's by de Sint-EufemU kerk woon
den, en de hoop mgn bewonderaar te zien,
was zoo groot, dat zy my tot deze wanhopig©
poging bracht.
Oplettend keek ik op straat naar alle cor
pulente personen; magere kon ik niet uitstaan
Wordt vervolgd
jÉÜÜÊ DAGrBLAD.