bliceerd, dan wy in dit verslag kunnen doen.
Op het verzoek van mej. L. C. Spruitenburg,
onderw^zeres op de school aan den Ryndyk,
©sa haar, daar ztf zich met 1 Mei metterwoon
U 's-Gravenhage vestigt, met ingang van 30
April eervol ontslag te verfeenen, werd gunstig
beechikt
Besloten werd B. en Ws. te machtigen een
oproeping te doen op dezelfde voorwaarden,
waaronder mej. S. werkzaam is, en hun een
blanco crediet te verleenen voor eventneele
proeflessen.
Daar verder niemand der leden iets In het
belang der gemeente in het midden had te
brengen, werd de openbare vergadering ge
sloten.
Uit de „Staatscourant".
t»aQoemd Tot heemraad van het waterschap
de Zoidhollandsche polder onder Dussen, £L Ver
hoeven Gz.tot dijkgraaf van de Vijfheerenlanden,
W. N. J. Van Slype; tot hoogheemraad van het
hoogheemraadschap de Alblasserwaard met Arkel
beoedeo de Zouwe, H. Boa Az., beiden gelegen in
Enid- Holland.
Met ingang van 1 Mei a. s., bevorderd tot com
mies der posterijen 2de kl. J. Besseling, A. H. M.
P# Bruyn en J. C. Bondam, allen thans commies
der posteryen 3de kl tot commies der posterijen
iwe ld.: jhr. G. K. Van den Santhenvel en J. G.
De Fouvr, beiden thans commies der posterijen
4de klasse.
Met ingang van 1 April a. s. benoemd tot klerk
ter directie van de Rijkspostspaarbank J. P. Veld,
J. P. Switzar en mejuffrouwen J. M. B. H. Mahie,
H. E. Van Twisk, M. J. L Groen, en S. H. W.
Westenberg, allen thans tijdelijke beambten aan
die instelling.
De Oost-Indische ambtenaar met verlof J. A.
Kerkhoven, laatstelijk ingenieur 2de kl. bij den
aanleg van Staatsspoorwegen op Java, op zijn ver
zoek, wegens physteke ongeschiktheid, met ingang
van 1 April a. s., eervol uit 's lands dienst ont
slagen, met toekenning van pensioen.
De Oost-Indische ambtenaar met verlof L. Fran
ken, laatstelyk onderwijzer der 1ste klasse brj het
openbaar lager onderwijs voor Europeanen en mot
}ez«Q geliikgesteljlen in Eederlandsch-Indiö, op
rijn verzoek, met ingang van 1 April a. s., eervol
ut 's lands dienst ontslagen, met toekenning van
pensioen.
De met verlof hier te lande aanwezige officier
ran gezondheid 1ste kl. van het leger in Neder-
laDdsch-lndië J. Van der Wal, terzake vanlichaams-
gebreken, met ingang van 1 Juni a. s. eervol uit
oen militairen dienst ontslagen met toekenning
van pensioen.
De met verlof in Europa aanwezige officier van
gezondheid 1ste klasse van het leger in Nederlandsch
todiS G. W. A. Beyfuss ter zake van lichaams
gebreken, met ingang op 1 Juni a. s., eervol uit den
ouiiiairen dienst ontslagen, met toekenning van
pennoen.
Uit een rapport van den commandant van Hr.
Ma schoener .Bonaire", belast met het politie
toezicht op de visscherij in de Noordzee, van 27 Febr.
tot 6 Maart jl., blijkt, dat geneeskundige hulp werd
verleend aan G. Y. 555. Overigens wordt in dit rap
port geen melding gemaakt van klachten of over
redingen.
De gewone audiëntie van den minister van
koloniën zal op Vrijdag 26 dezer niet plaats hebben.
De minister van binnenlaDdsche zaken heeft de
benoeming van dr. C. N. Van de Poll, te Amster
dam, tot plaatsvervangend lid der commissie, in
18ü7 te Amsterdam belast met het afnemen der
examens van vroedvrouw, wegens diens vertrek
naar het buitenland, ingetrokken, en tot plaats
vervangend lid der commissie benoemd M. A.
Mondes de Leon, arts aldaar.
De lezing Tan Mejuffrouw Jungius.
(Een woord over de voorgenomen Nationale
Tentoonstelling van Vrouwenarbeid.)
Met gloed, met verve, met entrain heeft
mejuffrouw Marie Jungius hare uiterst belang
rijke rede gesproken voor een aandachtig
luisterend publiek.
Uit den aard der zaak is het moeilijk een
volledig verslag te geven; daarom zullen wy
dan ook, liever dan de rede uit haar verband
te rukken door een onvolledig verslag, hier
een paar citaten laten volgen.
Het meest rationeels achtte mejuffrouw
Jungius het, uit te gaan van art. 3 der sta
tuten, luidende: „De Vereeniging stelt zich
ten doel de uitbreiding van den werkkring
der vrouw te bevorderen."
0De tijden hebben uit, dat men met voor-
bijeen van ieders kenmerkenden aanleg, alls
Individuen naar hetzelfde model wilde knip
pen en niemand zal ons veeleischend kunnen
noemen, als wy vr^en groei en ontvouwing
van alle krachten vragen, ook voor de vrouw,
wier vormiDg ook thüns nog al te zeer be-
6noeid en gebrekkig wordt gelaten. Dat we
in dit opzicht al eenigen vooruitgang zagen,
kunnen wij dankbaar toestemmen; maar wat
nu nog zeldzame en gunstige uitzondering is,
moet algemeenheid worden.
Noolig is, een volslagen uitbreiding van den
werkkring der vrouw, zonder vrees, en m6t
volle vertrouwen op de natuur, wier werk
wjj heusch, met onze gebrekkige handen, niet
behoeven te verbeteren. Die uitbreiding is noo-
dig voor den volbloei der menschheid."
Sn verder:
„Wil men, met een plan als dat der Ten
toonstelling, dat het geheele land omvat, en
dat ons in financ-iëele betrekking brengt'met
tal van particulieren en vereenigingen, onge
stoord werken, dan dient men in rechten te
kannen optreden, en daarvoor alleen is reeds
een stel statuten met een vereeniging noodig.
Doch nog afgezien daarvan, dan is de Ten
toonstelling nog niet er eens een nieuwe ver
eeniging, naast de vele reeds bestaande; maar
se wil eenvoudig zijn een hechtsel te midden
van dezeeen vastheid, een kernpunt, waar
omheen der vrouwen arbeid en denken, dat nu
In massa, chaotisch door het land verspreid
ligt, zkh zal kunnen concentreeren en duidelijk
waarneembaren vorm zal kunnen aannemen.
Tot concentratie is echter noodig beweging,
en voor beweging energie, en die energie zal
komen van den arbeid, dien wij allen verrich
ten rullen en die voor een klein deel reeds
verricht is, onder den drang van deninnigen
wensch om ons doel te treffen: uitbreiding
van den werkkriDg der vrouw. Is daartoe
de daad dier Tentoonstelling gewenacht? M. i.
zeer zekert Goe zal uitbreiding erlangen een
kring, dien men niet kent?
Want de werkkring der vrouw, haar vele en
velerlei arbeid en zorg en zelfstandige energie,
die haar nu al recht geven op een volkomen
eerbiediging van eene zichzelf gekozen ont
wikkeling, zonder speciale voorschriften van
de groote „men"; de werkkring der vrouw,
ook en vooral in economiscben zin, wordt nog
niet voldoende gekend; anders zou men niet
bleven voortgaan met nog dagelijks op
allerlei wys die eigenaardige geringschatting
voor haar aan den dag te leggen, die nog
stamt uit een oertijd, waarin geweld het
eenige was, wat ontzag wekte. Mag ik
hier even, ter voorkoming van misverstand,
tusschenvoegen, dat ik met „men" natuur
lijk bedoel „mannen en vrouwen" beiden?
Dit woord is niet gericht tegen den man of
tegen de vrouw in het bijzonder; beiden z\jn
ze, zooals ze zijn, een even noodwendig uit
vloeisel van den historischen gang der dingen.
Dit woord betreft uitsluitend en alleen de
nu-zjjDde, economische toestanden en geen
personen dis zoodanig.
Nog eens dus: men gelooft niet in de vrouw,
als zelf werkend individu, men is daaraan
nog niet gewend, men k&n nog niet begrijpen,
dat ook «y in de eerste plaats mensch is.
Mejuffrouw Jungius tesloot aldus:
„De Tentoonstelling zal doen zegevieren de
waarheid, dat arbeid ook der vrouw een kroon
is, of liever de hoofdvoorwaarde, om naar
ziel en lichaam gezond, dat is mooi te zijn;
de onmisbare sfeer, waarin onze persoonlijk
heid naar eisch van haar aanleg kan bloeien.
En die triomf komt, kis hij komen mag,
noodzakelijk allen standen ten goede; want
de openbare meening, die evenals ze vroeger
onder het gekletter der wapenen ontstond,
nu onder den klank der goudstukken wordt
geboren en daaraan dua gelijkluidend klinkt,
zal gunstig veranderen, wanneer ook de vrouw
er in mee te zeggen krijgt, doordat ook zij
dien klank kan te voorschijn roepen; tot
dat alleDgs meer en meer die openbare mee
ning zal sameozingen met de stem der ge
rechtigheid en der liefde alléén.
Dit laatste kan echter niet gebenren, voor
dat ieder, ie ïereen, materieel, dat is in de
noodig8te levensbehoeften, onafhankelijk zy
van eeoig ander; iedereen, de vrouw dus ook.
En daarom wil onze tentoonstelling zijn een
fiksche stoot voor de verruiming van het
in alle opzichten benepen leven van de helfc
der menschheid, die eerst tot volle vrijheid
moet komen, wil de menschheid in haar ge
heel haar verderen bloei voltooien.
De verschillende factoren van dien blcei
komen op verschillende tijden tot rijpheid, en
het is de tijd van de algeheele ontplooiing
der vrouwelijke individualiteit.
En wie, met somberen blik naar het ver
leden gekeerd, zucbt, dat de aarde en de
menschheid leelijk wordt en haar ondergang
nabij is, die kent niet de bewegingen van den
groei der menscbheid; die ziet niet, dat schut
blad na schutblad wegvalt, Qm eindelijk de
kroon in haar volheid te doen aanschouwen;
die dénkt misschien alleen aan den blader
tooi en weet niet, dat er nog een bloem en
een vrucht moet volgen.
Neen de toekomst zal schoon, zal heer
lijk z\Jn; ze bereidt zich tot haar wording,
want ze breekt baar laatste windselen, die
zjjn de inbinding der vrouw en de druk der
armen en geringen.
En dan pas zal de menscbheid langzamer
hand kunnen worden tot dat lichtende beeld,
dat de grootste zieners van ons geslacht,
zelfs in de donkerste dagen, hebben zien
blinken boven de tijden.
Dat onze tentoonstelling mede deze toe
komst nader brenge, door de windselen te
verbreken die den bloei der vrouw ombinden
en dat allen, allen daartoe samenwerken 1"
Gremengfd Nieuws.
Opgave van het vervoer en de
opbrengst van den Rjjnlandschen Stoomtram
weg gedurende de maand Jan 1897reizigers
aantal 23,041; opbrengst 3088.47s; goederen
en diversen ƒ600.35. Totaal 3688.82s.
Per dagkilometer bedraagt dit f 13.22.
Eergisteren werd aan het post
kantoor te Amsterdam ter betaling aange
boden een postwissel, groot 5, uit Leiden
afgezonden. De juffrouw aan het loket, die
het juist erg druk had, betaalde het bedrag
uit. Later bleek, dat de wissel valsch was
en de stempels met een afgebranden lucifer
waren nagebootst. Dadelijk werd bij de politie
aan de Pietershal aangifte gedaan. Een streng
onderzoek werd iDgesteld en het gelukte
gisteren den afzender van den postwissel,
zekeren Bogaars, alias Hermens, te arresteeren.
Hij had uit Leiden den wissel aan zichzelf
te Amsterdam gezonden, zonder natuurlijk te
Leiden het bedrag te hebben gestort.
De rechtbank te 's-Gravenhage
veroorJeelde heden: de vrouw, die zich in
een winkel aan den Zwarteweg aldaar schuldig
maakte aan diefstal van geld uit de toon
banklade, tot 6 maanden gevangenisstraf;
den arbeider uit Wamel, die te Zwammerdam
een kleedingstuk ontvreemdde, tot 2 maanden.
Het Openbaar Ministerie eischte: voor een
Haagschen koopman, beklaagd van diefstal
van een handwagen ten nadeele van iemand
te Zegwaard, 3 maanden.
Te Scheveningen is gistermiddag
een bomschuit (van den reeder J. J. De Niet),
schipper Teunis Lagas, by het landen op een
der hoofden geloopen en daardoor zwaar
beschadigd en lek geworden, Met *no£>;tn r
dé bom op den wal gebrachf
Het lijk van een sinds zes weken
te Amsterdam vermiste vrouw, wonende in
de Nieuwe Amsteletraat, welke vrouw aan
verstandsverbijstering leed, is uit den Amstel
by de Blauwbrug opgehaald.
Te Amsterdam werd gisternacht
aan een agent aan de Ltjnbaansgracht mede
gedeeld, dat even te voren in de Rozenstraat
nab(j de Lijnbaansgracht een vechtpartij had
plaats gehad. De agent vond in de Rozenstraat
voor een perceel aldaar op het verhoogde
voetpad een onbekend man liggen, die oogen-
schijnljjk dood was. Per raderbaar naar het
Binnen-Gra6thuis vervoerd, werd aldaar de dood
geconstateerd. Het lijk is door de familie
herkend als te zjjn dat van den bakker Smier
aan de Lijnbaansgracht, die even te voren
zijne woning had verlaten, om aan het werk
te gaan.
Omtrent dit geheimzinnig geval is tot dus
ver geen verder licht opgegaan. De commis
saris van politie aan het Leidscheplein, de
beer Dusser de Barenne, heeft gisteren den
geheelen dag aan de Lauriergracht verschil
lende personen gehoord, die wellicht omtrent
den dood van den bakker Smier inlichtingen
zouden kunnen geven, doch tot dusverre zon
der ©enig resultaat.
"Wel is gebleken, dat de vechtpartij, die in
de Rozenstraat plaats had, van weinig betee-
kenis is geweest, want niemand in de buurt
heeft er iets van gehoord, en verder, dat Smier
den laatst^n tyd niet erg wel was.
De gerechtelijke lijkschouwing zal misschien
uitmaken of de dood aan geweldpleging is
toe te schrijven dan wel het gevolg is geweest
van een beroerte of andere natuurlijke oorzaak.
Inmiddels zet de commissaris zijn verhooren
voort.
Een hevige brand woedde gister-
middag te Amsterdam op den Zeeburgerdyk.
Jan Mooiweer, een werkman, zat met zijn
familie ongeveer balftwee te eten, toen bij
plotseling door de buren werd gewaarschuwd,
dat z(Jn schuur, waar geperst hooi in bewaard
wordt, in brand stond. Hy vloog naar buiten
en zag hoe het twintig meter lange gebouw
in lichterlaaie stond. De braDdweer was spoe
dig gealarmeerd en als naar gewoonte even
spoedig ter plaatse, maar door de hevige
windvlagen, die door de vlammen gierden,
was het daaraangrenzend huis van Jan Pan-
horst en Klaa3 Yan Dyk inmiddels ook reeds
aan het branden geraakt. Drie kwartier nadat
de brand was uitgebroken, stond reeds van
de schuur geen paal meer overeind en was
de woning van bovengenoemde twee in een
gloeienden puinhoop veranderd, waar de
razende storm de vlammen uit opjoeg. Niet
tegenstaande het krachtig optreden van de
brandweer, die met een handspuit eu drie
stoomspuiten het vuur trachtte te bedwingen,
raakte de herberg van Jan Zopfi ook aan het
branden.
De koeien, en een tweetal paardeo, die
zich in de schuur bevonden, werden eerst het
land ingedreven en naderhand onder dak ge
bracht. De inboedel van Van Dijk en Zopfi
was verzekerd, die van Mooiweer en Panhorst
niet. De menschen zaten by eenige geredde
meubelen naar de verwoesting van hun have
en goed te kyken.
Tegen kwart voor drieën kwam de „Jan
Yan der Heyde" ter plaatse en gaf spoedig
water, vooral daar de brand, aangewakkerd
door den hevigen storm, nog steeds een ernstig
gevaar opleverde voor naburige boerderij en
hooischelven.
Toen was men echter weldra den brand
zoo goed ata meester.
De brandweer die dus reeds een zware
taak had by dezen brand, werd gisteravond
omstreeks kwart voor tienen weder gealar
meerd voor een zwaren nitslaanden brand.
Uit allo deelen der stad rukten de stoomspui-
t.n uit en spoedden zich in de richting van
het Leidsche Plein. Vuurrood was de hemel
gekleurd door de fel opgaande vlammen;
degenen, die met de trams uit de Plantage kwa
men, dachten reeds aan een tweeden Schouw
burgbrand, doch op het Plein gekomen, bleek
het dat de brand woedde aan den Overtoom.
Honderden en honderden menschen spoedden
zich op den gloed af den Overtoom langs.
De brand woedde daar in het voormalig Nleu-
wer-Amstel, in de stoom-chocolade en cacao
fabriek der Erven Caspar Flick.
Naast het kantoor der firma bevindt zich
door het pakhuis heen de toegaDg tot de
fabriek die gedeeltelijk van steen, gedeeltelijk
van hout is opgetrokken. Hoe de brand ont
staan is, wist niemand mede te deelen.
Om vijf uren was 's middags de arbeid
nedergelegd en ook de gasmeter afgesloten;
om negen uren was nog een der beambten
der fabriek langs den Overtoom gekomen en
had niets verdachts bespeurd, en ongeveer
halftien brak de brand uit. Volgens de be
woners aan den Overtoom, die uit hun achter
kamers op de fabriek kyken, was het vuur
uitgebroken achter in de fabriek, dus niet in
de machinekamer, die zich meer in het midden
bevindt.
Hoe het zij, het vuur greep fel om zich heen
en de groote voorraad cacaoboonen en cacao
boter gaven het vernielend element, dat nog
aangewakkerd werd door den hevigen wind,
ruimschoots voedsel. Woest grepen de vlam
men om zich heen en op de achterkamers
der omwonenden was het zóó heet, dat de
paneelen der ramen merkbaar verhit waren.
Groote schrik heerschte in die huizen, doch
gelukkig bekwamen zij, dank zjj het krachtig
optreden der brandweer, geen schade.
Eenige schreden van de fabriek komt men
door een poort op een binnenplaats, waar zich
de kerk „Luctor et Emergo" bevindt, die aan
het achterdeel der fabriek grenst. Een oogen-
blik vatte de zijgevel daarvan vuur, doch daar
de wind van het gebouw was, was het voor
de brandweer betrekkelijk gemakkelijk dit
gebouw voor verdere schade te behoeden.
Toch heerschte in de kosterij groote ontstel
tenis en waren de bewoners op ïyfsbehoud
bedacht.
De brandweer werkte met niet minder dan
vfif stoomspuiten en eenige ferandkranen.
Groote hoeveelheden water werden in het
brandende gebouw geworpen, dat echter ge
heel en al een prooi der vlammen werd. Om
elf uren kon men zeggen dat men den brand
volkomen meester was, doch nog lang daarna
gaven de spuiten water.
Alles was op Beurspolis verzekerd. (A. H.)
Een hevige brand woedde gisteren
in de woniDg van den heer G. Polak, timmer
man te Reeuwyk, by Gouda. Twee aan
grenzende schuren, waarvan één met hout
gevuld, zyn tot den grond afgebrand, zoo
mede byna al het gereedschap en het huisraad.
Alles was verzekerd; de oorzaak is nog
onbekend.
Te Workum is oen landbouwer
met paard en rytuig te water geraakt; van
do personen, die in het rytuig zaten, werd de
vrouw het ergst verwond. Het rytuig werd
sterk beschadigd en het paard is na eenige
oogenblikken gestorven.
Te Snikzwaag is een 4-jarig
meisje te water geraakt en verdronken, in
de onmildellyke nabyheid van de ouderiyke
woning.
Overeenkomstig den eisch van
het O. M. veroordeelde de rechtbank te Alkmaar
den marktmeester J. 0. Doll tot 6 maanden
gevangenis.
Te '8-Hertogenbosch is by het
verbouwen van een winkelhuis, dat 70 jaar
in denzelfden toestand gebleven was, een
versteende kat gevonden. Het beest is nog
geheel gaaf, zelfs zyn snor en de tanden zijn
aanwezig.
Te Maastricht hadden twee onge
veer 17-jarige knapen met elkander uit
aardigheid gebokst. Later werd het „meenens"
en vocht men met pennemessen, met het
gevolg, dat de een een levensgevaarlybe wond
in de borst kreeg.
Te Numansdorp is een schuur
afgebrand, ten gevolge waarvan veel land-
bouwg ree .'schap verniel! is; zoo zijn 12
ploegen een prooi der vlammen geworden.
Gisternacht brandde in de
„Reitsche Hoeve" te Tilburg een blok van
vier woningen af met den geheelen inboedel.
Te Reicbenberg in Bohemen heeft
eergisteren de terechtstelling plaats gehad
van Kögler, die een oude vrouw vermoordde
om haar spaarduitjes. Het was een weerzin
wekkend tooneel. Toen hy het schavot in
't oog kreeg, riep hy„Nu gaat August er
om koud I" en terwyl hy geblinddoekt werd,
begon hy opnieuw„Grilss Gott Alle mitein-
ander, hoch lebe!"De rest werd gelukkig
door tromgeroffel overstemd.
In de haven te Dordrecht is lek
binnengekomen het tjalkschip „Helena Jacoba",
schipper G. De Vries, geladen met lynzaad,
van Amsterdam naar België. Dit vaartuig is
op de Lek tegen een krib aangevallen, door
het weigeren by het over-stag-gaan.
De postconducteur Verhoe ff,
die voor eenigen tyd te Apeldoorn by een
botsing inwendige kneuzingen had verkregen,
is te Utrecht in het hospitaal overleden.
Te Vianen is een 82-jarig meisje
in een regenbak verdronken gevonden.
N a b y den tweeden steenoven te
Vianen is door aanvaring een met steenen
geladen vaartuig gezonken. De schipper, die
het ongeval zag aankomen, had nog juist
tyd om naar den wal te sturen, zoodat de
opvarenden zich nog konden redden.
Te Olst ia een boerenwoning
verbrand, die door twee gezinnen bewoond
werd. Een koe, een kalf, twee varkens, een
paar biggen, twee geiten en kippen zyn
omgekomen.
Uit de oude doos. Een der
rechtbanken in Frankryk heeft de vorige week
te beslissen gehad in een proces over een
echtscheiding, die 96 jaar geleden is uit
gesproken, en wel tusschen een der generaals
van Napoleon I, maarschalk Lannes, en diens
vrouw. Een afstammeling van deze laatste
beweerde, by een erfenisquaestie, te hebben
ontdekt, dat de echtscheidiDg nietig was ge
weest, omdat niet alle wettelyke voorschriften
waren nageleefd. De rechtbank heeft echter
deze oude koe in haar sloot gelaten.
Een gewezen Fransch spoorweg
beambte, die reeds tot 20 jaar tuchthuisstraf
is veroordeeld, wegens berooving van een
postwagen, stond Vrfcjdag ook terecht, omdat
hy er eveneens zyn werk van gemaakt had zyn
koffertje heimeiyk uit den bagagewagen te
nemen en dan later op zyn bagagebriefje ver
goeding te vorderen als zyn koffertje hem
natuuriyk niet kon worden afgegeven. Een
paar maanden geleden gelukte het hem aldus
een vergoeding te krygen van 138 franken.
Kort geleden trachtte hy dit winstgevend
bedryf nog eens uit te oefenen, maar werd
op heeterdaad betrapt. Het koffertje bevatte
slechts een oude jas en een paar steenen. Hy
is nu bovendien tot 13 maanden gevangenis
straf veroordeeld.
Een hulde. Een zeldzame onder
scheiding is der Hongaarsche tooneelspeelster
Louise Blaha ten deel gevallen. Onlangs heeft
deze zeer populaire kunstenares haar 25-jarig
jubilee gevierd en nu is haar beeltenis zoo
niet vereeuwigd, dan toch in zeer begeeriyken
vorm verveelvoudigd. Op de nieuwe Hongaar
sche muntbiljetten van 1000 florynen zyn nl.
haar gelaatstrekken gegeven aan een der
geniussen, die de hoeken versieren.
Engelsche bierdrinkers. Is
Engeland alleen, Schotland en Ierland niet
meegerekend, maar het land van Wales inbe
grepen, zyn niet minder dan 7000 brouwers,
die elk 1000 tonnen bier per jaar leveren %an
het verbruik. Andere brouwers brengen nog
meer voort: 1136 brouweryen leveren ieder
jaarlyks 10,000 tonnen; 278 brouwers leveren
jaarlyks 20,000 tonnen en er zyn er slechts
twee, die aan de Engelsche bierdrinkers een
millioen tonnen per jaar leveren. Van 1 Octo
ber 1895 tot 30 September 1896 hebben die
twee brouwers, voor patent en andere rechten,
aan den staat de som van meer dan 13,000,000
gulden betaald.
Voor hetzelfde tydsverloop heeft de staat
voor het brouwen van bier ki Engelan 1 en in
het land van Wales de som van meer dan
100 millioen gulden aan rechten ontvangen.
TWEEDE KAMER.
By de voortzetting gisternamiddag der be
raadslaging over het wetsontwerp tot regeling
der financiëele verhouding tusschen het ryk
en de gemeenten en herziening der algemeene
regeling ten aanzien der plaatselyke belasting
kwam aan de orde litt. B (belastingen welke
de gemeenten mogen heffen) met het ainend.-
Pynappel, strekkende om het heffen eener
gemeentelyke bedrijfsbelasting mogeiyk te
maken.
De heer Pijnappel, dit amendement nader
toelichtende, betoogde de biliykheid der heffing
van eene bedryfsbelasting in de gemeente.
Met een paar voorbeelden trachtte hy dit
duideiyk te maken.
Door de Commissie van Rapporteurs werd
als amend, voorgesteld, het laatste lid van
het bepaalde onder B te lezen als volgt;
„Bovendien kan eene byzondere belasting
worden geheven wegens in de gemeente of
in een bepaald gedeelte der gemeente gelegen
gebouwde eigendommen, die aan de openbare
straten of wegen der gemeente belenden. De
heffing geschiedt naar grondslagen, volgens
welke van de belastiugschuldigen in biliykneid
eene bydrage gevorderd wordt in de kosten
ten laste der gemeente komende, voor aanleg
en onderhoud der straten of wegen, voor
hunne verlichting en voor afvoer van water
en vuil van de in de belasting vallende
eigendommen."
De Minister van Binneïilandsche Zaken zeide,"
dat het amend.-Pynappel niet past in het
kader dezer wet.
De Voorzitter verzocht den Minister, heden
zyne rede voort te zetten, daar der Kamer
nog eene andere werkzaamheid wachtte.
Door den griffier werd voorlezing gedaan
van eene koninkJyke boodschap, houdende
mededeeling van 't overiyden van H. K. H.
de groothertogin van Saksen Weimar-Eisenach,
geboren prinses Sophie der Nederlanden.
Op voorstel des Voorzitters werd besloten,
deze mededeeling te doen drukken en met
een adr^s van rouwbeklag te beantwoorden.
Tot het samenstellen eener commissie voor
het opmaken van bedoeld adres begaven de
leden zich daarna naar de sectiën, waarin
tot leden dier commissie werden benoemd
de heeren Van Deiem, Van Bylandt (Apel
doorn), Van Karnebeek, Michiels Van Ver-
duynen en Vermeulen.
Regeling gemeente-hnanciên.
Door de heeren Van Dedem, Zyima en
Goeman Borgesius Is, namens de Commissie
van Rapporteurs, voorgesteld in het tweede
lid van art. 243 der Gemeentewet, betrekking
hebbende op den maatstaf van heffing van
directe belastingen, bedoeld in art. 240c, toe
te voegen den volgende volzin:
Inkomsten uit betrekking, beroep of bedryf
kunnen ten hoogste 25 percent lager in reke
ning worden gebracht dan inkomsten uit
vermogen.
Zitting van heden Per Telegraaf
Voortzetting van de regeling der gemeente-
financiën.
De Minister Van Houten bestreed nader de
gemeentelyke bedryfsbelasting voor de forenzen
voorgesteld door den heerPynappel, als liggende
buiten het kader dezer wet en by de onmoge-
ïykheid om te bepalen hoeveel winst een zaak,
verdeeld over verschillende gemeenten, in een
bepaalde gemeente maakt.
De heer Pijnappel zag niet in, dat bet in
stryd is met het beginsel der wet, wanneer
het inkomen wordt getroffen by uitoefening
van bet bedryf in meer gemeenten en wan
neer het bedryfsinkomen meetelt voor de
gemeente, waar het hoofdverbiyf is gevestigd.
De Voorzitter achtte dit ontwerp niet de
plaats voor een gemeentelyke bedryfsbelasting.
De Comm. van Rapporteurs oordeelde zulk
een regeling, zonder voorafgaand afdeelings-
ondorzoek, niet voldoende voorbereid en hand
haafde haar amendement om ten opzichte der
straatbelasting onderscheid te maken tusschen
de verschillende deelen eener gemeente ter
voorkoming, dat de buiten de kom gelegen
straten, die minder genot hebben van gemeente
diensten, onevenredig worden getroffen.
De heer Bastert ondersteunde het denkbeeld
van het amend.-Pynapp?l.
De Minister van Financiën ontkende stellig,
dat hy voorstander was van de plaatselyke
bedryfsbelasting op de wyze als thans voor
gesteld. Wel is hy voorstander van een alge
meene gemeentelyke bedryfsbelasting, die
alle bedrijven zonder onder3ch il treft.
Hy bestreed een afzonderiyke forenzen-
belasting. Dit ware hen stellen onder een
speciaal recht.