N°. 11365 Zaterdag 13 Maart. Ao. 1897 1 dZouzant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zonén (feestdagen, uitgegeven* Feuilleton. 'IBUS DEZER COUUflJST; Voorleiden por 3 maanden, Jfranco por poet Aftonderlyke Nommers t f.m 1.40, 0.05. -£>■ PRUS DER ADVERTERTIÊN: Van X 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17 J# QföotflM letters naar plaatsruimte, Voor het incasseeren huiton de stad, "wordt f 0.05 berekend. Ot'lieiëole Kennisgeyingeib Kostelooze Inenting. Burgemeester en Wethouders van Leidon brengen t>y deze ter algemeeue kennis, dat op Dinedag 16 M a a r t a. e. en tot nadere aankondiging op eiken volgendon Dinedag, telkene des namiddags te 2 ureD, in het Elisabethahof aan de Onde Yeet gelegenheid zal worden gegeven tot koetelooze inenting van on- en minver mogenden; wordende tevens aan belanghebbenden herinnerd, dat zij slecht3 znllen worden toegelaten op vertoon van een bewijs hunner geboorte-ineohrijving. Burgemeester en Wethouders voornoemd. Leiden, F. WAS, Burgemeester. 11'Maart 1897. E. KIST, Seoretarie. Leiden, 12 Maart. De achtste of laatste der samenkomsten in dit seizoen, vanwege de Commissie derVolks- byeenkomsten gehouden, had gisteravond in de Stadszaat plaats. De rëéks;'ffërd;.besloten met een zanguitvoering döoPdè~öeriingen der Volkszangschool, waarvan 'directeuris de héér J. J. Van Tertholen. Het uitgebreide programma was in twee afdeelingen gesplitst. Vóór de pauze werd uitgevoerd „Vacantia", woorden van dr. Jan Te Winktl en muzitk van J. Worp, en na de pauze werd „In den Zomer uit" ten ge- hoore gebracht; de woorden hiervan zyn van Ant. L. De Rop, de muziek van Richard Hol. De dezen avond betoonde belangstelling was bijzonder groot: behalve de groote zaal toch was ook het balkon geheel gevuld. "Wat den zang betreft, kan getuigd worden, dat door de verschillende kinderstemmetjes vry goed gezongen werd. Of al de stemmen echter van de Volkszangschool waren?.... Enfin, dat doet er minder toe; en moge dit niet zoo zyn, het geheel i3 er des te beter door geslaagd. Vooral de solo's werden ver dienstelijk gezongen, getuige het herhaald applaus, dat daaraan ten deel viel. Eeo tweetal werd zelfs gebissetrJ. Ook het liedeke „Spelen in de wei" (een afdeeling van „In den Zomer uit") moest wegens het aanhoudend applaus herhaald worden. De zang werd begeleid door piano muziek. Voordat er aan de tweede afdeeling be gonnen werd, betrad de Voorzitter der Com missie, ror. Ch. M. Dozy, het tooneel, en bracht een woord van dank aan den heer Van Tertholen, aan het gemeentebestuur en verder aan allen, die weer zoo belangloos hadden medegewerkt. Hij deed dit nu, omdat dit seizoen voorbij is. Daarom ook wilde spreker eorst nog een woord tot „afscheid" spreken en tevens allen een „tot weerziens" toaroepen. De Voorzitter eiodigde met de herinnering hoe verdienstelijk de tooneelvereeniging „Jacob Cats" zich reeds een paar jaren bü de Com missie had gemaakt door het geven van een tooneelvoorstelling, waarvan slechts een ge deelte (wegens de plaatsruimte) kon gebruik inaken, maar dit jaar zal daarin door de Commissie eene verandering worden gebracht, door nl. over een pa- r weken een gezelschap te engageeren, dat in de Stadszaal een uit voering zal geven, waarvan dan menigeen zal kunnen profiteeren. Wij willen hier tevens, op verzoek van en namens velen, der Commissie een woord van dank brengen voor al datgene, wat de be zoekers der bijeenkomsten wederom te ge nieten hebben gekregen, en roepen haar, uit den nsond van velen, van harte eveneens een tot „weerziens" toe! Eenige leerlingen van prof. dr. J. G. R. Acquoy hebben zich tot eene commissie ge vormd, om in de Senaatskamer der Leidsche uoiversiteit een portret van den overledene te plaatsen. De commissie bestaat uit de heeren dr. F. Pijper te Berkhout, praeses; dr. I. M. J. Hoog te Terwolde, secretaris; dr. J. D. De Lind van Wijngaarden te Utrecht, quaestor; dr. P. Jzn. Proost te Koog a/d. Zaan, dr. L. A. Van Langeraad te Lekkerkerk en W. D. Van Leeuwen Boomkamp, theol. cand. te Leiden. De paardenarts 2de kl. J. M. Knipscheer, van het 1ste reg. veld-artillerie te Utrecht, wordt met ingang van 1 Mei a. s. overgeplaatst bij het 2de reg. veld artillerie te Leiden. De paardenarts 3de kl. J. Maas, van het 2de reg. veld-art., wordt op 1 Mei a. s. over geplaatst van 's Gravenhage naar Leiden. De nieuwopgerichte zangvereeniging te Lisse (directeur de heer J. Van Shippenberg) gaf gisteravond hare eerste uitvoering voor donateurs en kunstlievende leden in de bovenzaal van den heer Th. Van Ruiten. Wij werden in de gelegenheid gesteld een gedeelte van het uit 12 nummers bestaande programma by te wonen, en moeten eerlijk bekennen, dat onze verwachtingen verre zyn overtroffen. Vooral No. 3, „Eere zy God," (gecomponeerd door Fr. Silcher) werd uitmuntend vertolkt, en plechtig gezongenen toen het einde weer klonken had, op de woorden: „O God, doe my beseffen Hoe groot Uw goedheid is, 'k Zal dan Uw lof verheffen Met dankerkentenis," daverde de zaal van een welverdiend applaus. Ook het daarop volgende lied „Vryheid" werd met warmte voorgedragen. Jammer vonden wy het, dat de onverbiddelyke tram ons noodzaakte afscheid te nemen voordat het „Wilhelmus" uitgevoerd werd. Misschien zouden wy anders beteren maat staf voor ons voordeel hebben gehad. Wy wenschen ten slotte: der jeugdige Vereeniging, die over zeer goede krachten beschikt, een langdurig succes toe, en spreken het vertrouwen uit dat, ook zij het „Excelsior" in haar vaandel zal schryven. Voor het examen in de nuttige hand werken is geslaagd mej. M. J. A. De Meulder, van Lisse. Do opvoering van „Hans en Grietje," gisteravond door de Nederlandsche Opera te 's-Gravenhage in het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen gegeven, werd zooals we reeds meldden, dat het plan was bijge woond door H.H. M.M. de Koninginnen, die even vóór den aanvang met Haar gevolg in de hofloge verschenen. De Koninginnen woonden de uitvoering tot hbt einde by. H. M. Koningin Wilhelmina, vergezeld van twee hofdames en een ordonnance-officier, bracht gisternamiddag te 's-Gravenhage een bezoek aan het gemeente-ziekenhuis en werd ontvangen door den geneesheer-directeur dr. Roessingh. Het bezoek gold in 't byzonder de kinderafdeeling, een groote, ruime, frissche, met groene palmen versierde zaal. De geneesheer-directeur, dr. G. H.Roessingb, en mej. A. C. Manden leidden de jonge Koningin rond. De Koningin, die gekleed was in een japon van blauwe zyde, met een élégant manteltje van donkergroen fluweel, hield belangstellend by ieder bedje stil, sprak de kleine patiënten minzaam toe en gaf ze ieder een cadeautje, dat met stralende gezichtjes door de dankbare kinderen aanvaard werd» Nadat de Koningin aan alle bedjes verwyid had en terloops een bezoek had gebracht aan de converaatiekamer der convalescenten, de zaal, keuken en badkamers, verliet zy bet gebouw. Het bezoek duurde ruim een half uur. De heer H. Vermaes, predikant by de Ned. Hervormde gemeente te Oost- en West- Souburg, heeft wegens redenen van gezond heid eervol ontslag aangevraagd. Te Rotterdam zal binnen eenige dagen aanbesteed worden de bouw van een nieuwe kerk voor de Ned.-Herv. Gemeente. De kerk komt te staan aan het einde der Oranjeboom straat by de Persoonstraat, met het front naar de Nassaukade gekeerd. Een eigenaardig middel om het werk onzer Hollandsche schilders meer tot gemeen goed te maken, is uitgedacht door den direc teur der bekende reedery voor rivier-stoom schepen Fop Smit Co. Met eenige leden van het genootschap „Pulchri Studio," te 's-Gravenhage, heeft hy hl. de overeenkomst aangegaan, dat zy voor het 1ste klasse-salon van zyn nieuwe stoom boot „W. F. Leeïnans" een scbildery zoudtn afstaan. Zy ontvangen daarvoor van hem gedurende 3 jaar een geringe vergoeding en hebben zich hiertegenover verplicht, om uiteriyk binnen een maand hun schilderyen te remplaceeren, indien deze koopars vinden. Men kan zich met den directeur in verbinding stellen over eventueelen aankoop, bovencien is in de kajuit een lyst opgehangen met de prijzen, die voor de werken worden gevraagd. 17 kapitale schilderyen kon men gisteren don dag, waarop het vaartuig voor genoodig den te bezichtigen was bewonderen, en wel een werk van Akkerjnga, Arntzenius, Boude- wynse, Ives Browne, Du Chattel, Havermans, Van Hoytema, De Josselin de Jong, A. H. Hoüing, v. d. Maarel, Willy Martens, Tony Offermann, G. R. Roemer, Louis W. Van Soest, C. A. v. Waniüg, K. J. v. d. Weele en Wolbers. In het damessalon hing een schildery van H. W. Mesdag, door den schilder aan den heer Smit ten geschenke gegeven. Dat de scbilders reeds succes gehad hebben, blykt uit het feit, dat reeds vyf van de thans geëxposeerde schilderijen verkocht zijn, nl. een J. Fred. Da Chattel, een P. De Josselin de Jong, een Willy Martens, een Louis W. Van Soest en een K. J. v. d. Weele. Naar men verneemt, heeft de heer Alexander Oppenheim, die dezer dagen te Amsterdam is overleden, tot erfgenaam van zyn niet onaanzienlyke nalatenschap, onder den last van eenige legaten en van vrucht gebruik, benoemd het Ned.-Isr. Armbestuur, het N. I. Jongens weeshuis en het Ned.-Isr. Meisjesweeshuis, aldaar. De anti rev. kiesvereenigingen „Neder land en Oranje", te Nieuw veen en te Zeven huizen, hebben met byna algem9ene stemmen tot candidaat gesteld voor de Tweede Kamer in het district Breukelen (vacat.-mr. Royaards van den Ham) mr. J. C. Von Briil Sasse, kantonrechter te Woerden. De Duitsche Bondsraad heeft zich gisteren vereenigd met het rapport zyner commissie van rapporteurs over het uitleveringstractaat tusschen Duitschland en Nederland. De minister van financiën maakt bekend, dat hy ontvangen heeft uit Oldenzaal ƒ1.66 en uit Rotterdam f 17.40 wegens verschuldigd successierecht. De heer H. Howard, buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister van Groot-Britanniè en Ierland by het Nederlandsche bof, bezocht gisteren met zijne familie het stedelyk museum van schilderyen, enz. op het Raadhuis te Haarlem. Naar men verneemt, zal weldra weer een detachement, sterk 100 man, van de koloniale reserve, uit Nymegen naar Oost- Indiè vertrekken. In de laatste dagen zyn by de koloniale reserve weer een aantal recruten aangekomenwellicht een gevolg van de verhoogde aanbrengpremie. Door de arrondissements rechtbank te Alkmaar is, ter vervulling van de vacature van kantonrechter te Medemblik, opgemaakt de navolgende alphabetische lyst van aan beveling mr. J. Wessels Boer, mr. D. Bastert en mr. W. M. Van Haaften, griffiers by de kanton gerechten te Meppel, BreukelenNyenrode en Sliedrecht. Mr. P. J. Troelstra, te Utrecht, is in het district Bergum candidaat gesteld voor het lidmaatschap der Tweede Kamer door de kies- vereeniging „Volksbelang." Het stoomschip „Agamemnon," van Am sterdam naar Java, passeerde 11 Maart Gi braltar; de „Burgemeester Den Tex," van Batavia naar Amsterdam, vertrok 11 Maart van Perim d3 „Bromo," van Rotterdam naar Batavia, vertrok 12 Maart van Marseille; de „Laertes," van Amsterdam en Liverpool naar Java, passeerde 10 Maart Port-Said de „Ad miral" arriveerde 9 Maart van Hamburg en Amsterdam te Mozambique; de „Cyclops" vertrok 11 Maart van Amsterdam naar Ba tavia via Liverpool; de „Herzog" vertrok 9 Maart van Delagoa-Baai naar Rotterdam en Hamburg; de „Voorwaarts," van Arasterdam •naar Batavia, passeerde 11 Maart Dungeness; de „Koningin Wilhelmina", van Batavia naar Amsterdam, passeerde 12 Maart Dungeness. Gemeenteraad ran Leiden. Vervolg der zitting van g's'ernamiddag De heer Verhey van Wijk wenscht derhalve een amendement voor te stellen: dat het B. en Ws. vry zal staan van allen, die de Gehoorzaal na middernacht gebruiken, eeD verhoogd nachttarief te eischen. De Voorzitter is bang te zwaar te belasten. Beter is het facultatief te laten. De heeren Van Lidth de Jeude en Pera steunen het amendement. Het zal dus zyn voor het gebruik „na middernacht". Dat vindt de heer v. Eamd voor een stad als Leiden te vroeg. De heer Juta Uiidt het idee van den heer v. Wyk wel billyk, maar wil toch liever allee facultatief laten. B. en Ws. nemen dus nu het amendement van den heer v. Wijk „facultatief" en „voor alle verbruikers" over. Hierna wordt het contract in zyn geheel aangenomen. Thans is aan de orde de verpachting „en bloc". Art. 1-3 aangenomen. Art. 4. Over al. k maakt de heer DeOotgt eene opmerking. Aangenomen. Art. 5 26 aangenomen. Art. 27, laatste aliaea, slaat voornamelijk op congressen. De heer Verhey van Wijk wenscht 30 gl<L te verhoogen tot 50 gld., minstens. B. en We. nemen dit over. De heer Drucker wilde dan ook hier den pachter gelegenheid geven voor „nachtgebruik" het tarief te verboogen. B. en Ws. nemen deze toevoeging over. Nu stelt de heer De Vries voor het amen dement van den heer Verhey v. Wyk te niet te doen. Dit wordt verworpen met 14 tegen 11 stemmen. Hierop wordt de geheele verordening aan genomen. Verder waren aan de orde de volgende punten: 14°. Yorzoek vaD den notaris J. A. Yan Hams]» handelende namens J. Th. L. Withof, en mede- eigenaren van het Buitengoed „GroonboTon**. tot goedkeuring van het daarbij overgelegd plaa van BtraataaDleg. (42) 15°. Voorstel omtrent de oprichting van eene echoot 3de klasao aan de Heorenetra&t. (43) 16°. Idem tot wijziging van art. 9 der Verordening van 11 Januari 1894, bepalende het getal der scholen voor openbaar lager onderwijs, ene. (Gem.blad No. 4 van 1894) en het vtrieeneo van eene toelaje aan derde onderwijzer* on onderwijzeressen niet ia het bezit van do hoofd akte. (44) 17°. Idem tot het vorleenen van afschrijving ot terugbetaling van plaatselijke directe belasting, dienst 1396. (46) 18°. Staat van af- on overschrijving op do begTOoting voor de Schutterij, dienst 1896. (46) 19°. Verzoek van J. Do Lange o. s. omtrent be strating en rioleering van een strook grond aan den Witten Singel. (48) 20°. Voorstel betrekkelijk do inrichting van een aspbyxiatieioestel voor de afmaking van bondon, aan de Tiinmerworf. (49) 21°. Idem tot aankoop van de erven Govors Tan Endegeest van een perceel we land, grenzende aan bet buitengoed „Endecoost.'' (50) 14o. De heer De Goeje zou wel wenschen te weten welk soort van huizen er zouden komen. Een heldhaftige vrouw. 32) Wie zyt gö, meisje? Wat voor dwaas heid deed u deze rol spelen?" zeide hy op barschen toon. Zy gaf geen antwoord, maar stond als een standbeeld met een marmerwit gezicht. Haar oogen waren ten hemel gericht, die niet zou neervallen om haar aan het oog der menschen te onttrekken. Murat keerde zich om naar zyn stafofficieren. Hy keek hen beurtelings eenigszins boos aan. Iedere adjudant zette gauw een gelegenheids gezicht op. Een van de generaals merkte lachende op „Uw staf schynt met blindhëid geslagen te zyn geweest, Uw Hoogheid. Zy hebben haar niet oogluikend toegelaten, geloof ik?" Heeren," riep Murat op gestrengen toon, „had een van u allen eenig vermoeden omtrent deze zaak?" Neen, Uw Hoogheid!" riep de oudste stafofficier. „Geen van ons heeft er iets van gemerkt l" Neen, geen van allen, geen van allen l" riepen de overige officieren. Nu," zeide Murat, nog eenigszins ver toornd, „ik had gedacht, dat u een scherper verstand en een scherper blik gehad zoudt hebben dan nu het geval blykt te zyn. U zult niet veel nut stichten, als u niet beter uit uw oogen kunt kyken. Zoo flink als dit jonge meisje is geweest, zulke slaapkoppen bent u geweest". Hy draaide zich om in het zadel en keek Halka opnieuw aan. Pallisseaux," zeide hy, kortaf; „breng den Rus hier." De adjudant reed weg en terwyi by eventjes naar één zyde overhelde, fluisterde hy glim lachende tot het jonge vrouwtje: Vergeef myn blindheid, Mignon," en keek haar doordringend aan, terwyl hy langs haar heenging. En hy mompelde in zichzelf, terwyl hy snel den heuvel afreed: „Dwazen, idiotenl We hadden dat moeten begrypen, omdat ze nooit een zoen wilde geven." Pahlen had vermoed, dat Halka zyn zaak had bepleit, toen zyn doodvonnis uitgesteld werd. Maar hy had niet durven denken, dat zy bekend zou hebben, dat zy een vrouw was, en dat alleen om zyn loven te redden. Hy wist, dat by daarop geen aanspraak kon maken, aai hy geen recht op zulk een offer van haar had. Hy wist ook, hoe diep zo zich zou schamen, wanneer ze zoo iets moest bekennen. Zoo had de tyd, dien by moest wachten, hem een eeuwigheid toegeschenen. De soldaten, die by hem de wacht hielden, stonden intusschen te babbelen en te lachen. Het gestamp van de hoeven van het paard van Pallisseaux klonk hem in de ooren als het signaal, dat hy moest sterven. Halka had verkeerd gehandeld en hy moest er nu voor boeten. Toen kwam er plotseling een gevoel van moed by hem op. Hy richtte zich op en wachtte met een moedig gezicht het laatste onvermydelyke oogenblik af. Dit dacht hy ten minste. Pallisseaux trok de teugels aan opeenigen afstand van den troep; zyn harde, lichtblauwe oogen gleden langs Pahlen en de manschap pen heen. Breng den gevangene bij den prins I" beval byen toen Pahlen voelde, dat het bloed hem naar het hoofd steeg, draaide hy zich om en galoppeerde weg. De soldaten grinnikten. Eén van hen tapte een mop. De troep stelde zich op en geleidde Pahlen weer naar den heuvel. Toen hy den heuvel opkeek, zag hy Halka stokstyf met verwilderde oogen voor den prins en de wachtende officieren staan; er kwam licht in zyn eigen oogen. Hy dacht dadelyk: „Ze heeft alles bekend." Hy voelde een innig medelyden met haar; hy begreep, wat het baar had moeten kosten om zoo iets te zeggen. Pallisseaux reed den heuvel af, om hem te gemoet te gaan. Halt!" beval hy; „de gevangene moet alleen boven komen." Hy wandelde met zyn paard aan den teugel den heuvel op naast Pablen, dien by voort- duroad van ter zyde aankeek, terwyl hy aan zyn snor draaide. Murat keek minder streng. Al het ridderlyke, dat in zyn natuur 1 ag, was wakker geroepen door de houding van het jonge vrouwtje, dat daar stil en terneergeslagen stond. Zyn wrevel was gewe ken, haar moed had hem eerbied afgod woDgen en by koek streng, maar toch met een uit drukking van belangstelling, naar Pahlen. "Wel, luitenant, ik hoor, dat u de waar heid heeft gesproken," zeide hy kortaf; „en dat u niet als spion in het kamp zyt binnen gedrongen." Neen, prins, niet als spion," antwoordde Pahlen snel. Hy had zyn eigen gevaar ver geten, al zyn gedachten waren by het meisje; een vurig, innig verlangen, om haar voor de blikken van den prins en van de stafofficieren te verbergen, kwamen er in hem op. Gy ziet dezen officier hier, dezen adju dant," ging Murat voort, terwyl alle officieren, de oude zoowel als de jonge, begonnen te grinniken. „Kent u hem?" Ja, Uw Hoogheid." Is dat jonge meisje uw vrouw?" zeide Murat plotseling. De lach werd weer zicht baar, zoowel op het gezicht van Pallisseaux, als op dat van de andere officieren. Pahlens oogen schoten vonken. Uw Hoogheid, u hebt het geheim van deze dame leeren kennen," zeide hy fier. „Een prins, die den naam heeft van zoo ridderiyk te zyn maar Murat viel hem in de rede. Niemand zal de jonge dame beleedigen," riep hy uit. „Zy heeft den moed en het hart van een man. Maar, wat drommel, hoe kon zoo iets gebeuren?" Verlangt u een verklaring, mynheer?" Ja en onmiddeliyk; myn eskadrons trek ken af." Pablen keek den prins flink aan. Zyn hart klopte hevig, omdat hy wist, dat aller oogen op Halka gevestigd waren. Zyn stom was helder en beslist. Deze dame is myn vrouw, de gravin Pahlen," zeide hy, terwyl hy zich in postuur i zette. „Wy werden gedwongen met elkaar te trouwen. Na de huwelyksplechtigheid scheid den we van elkaar. Ik hoorde later, dat zjj in uw staf dienst had genomen en myn doel by het bezoeken van uw kamp was, om haar terug te halen." Wete* de Russen, dat zy zich in myn staf bevindt?" Neen, dat verhoede GodI" zeide Pahlen. Wat bracht het meisje op dat denkbeeld? ^"an welken stand was ze, hoe heette zy?" Zy behoort tot een aanzienlyke Poolsche familie. Ik wil haar naam liever geheim houdeD." Dat is my goed, luitenant, maar wy zyn Franschen en zouden het aan niemand verteld hebben. Voor ons is eer evenveel waard ala roem. Maar, dat komt er niet op aanl Om nu op u terug te komen, luitenant. Zooals Andere mannen dat hebben gedaan, hebt a uw leven in de waagschaal gesteld om een vrouw to redden. Wy, Franschen, zyn ridder iyk en hebben bewondering voor moed; ik schenk u dus uw vrybeid. Hier, luitenant Mnizek, myn dappere, vronwelyke adjudant, verbreek dy boeien van uw echtgenoot. Ik schenk u zyn leven." Zy bewoog zich niet en scheen hem niet te hooren. La Bourdonnayo sprong van zyn paard. Hy maakte fluks zyn maDtel los en wierp dien over haar schouders. Zyn mooie, donkere oogen keken met bewondering in de hare. {Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 1