Postkantoor Leiden.
precies bevatten wat m de toelichting van
zijn definitief ontwerp staat. Do fabrikanten
zj}n niet gedupeerd en het geven van dou
ceurs ten koste van alle belastingschuldigen
is een onrecht.
Van bedeeling wil de heer Reekers niet weten,
maar hy wil toch een „reispenning" geven,
voor de slechte toekomst, die ze tegemoet
gaan.
De heer Bultman houdt vol, dat aanneming
van het ontwerp is ia strjjd met de goede
trouw.
De Minister ontkent met eenige fabrikanten
overeenkomsten te hebben aangegaan.
Ten slotte werd h6t ontwerp aangenomen
met 27 tegen 21 stemmen.
Tegen stomden d9 heeren Sickesz, Merckel-
bach, Schimmelpenninck van der Oye, Reekers,
Van der Biesen, Cremers, L. v. Nispen, Godin,
Van Pallandt van Neerfinen, Welt, Bergmann,
Verhogen, Van Nispen tot Pannerden, Van
Lijnden, Bultman, Prinsen, Breebaart, Magnée,
Regout, Kist en Sassen.
De stemlijst was ongeveer zooals het ver
wacht kon worden. Afwezig waren alleen de
heeren Engelberts en Pijls. De overige leden
van Gelderland en Limburg, benevens alle
afgevaardigden uit Noord-Brabant en Utrecht,
stemden tegen. Dat maakt dus 5 2+6
-f- 2 r= 15. Hierbij voegden zich drie leden
uit Noord-Holland.' de heeren Kist, Bultman
en Breebaart, éón der Groninger afgevaardig
den, de heer Welt, het nieuwe lid van Zuid-
Holland de heer Scherz, en van de Zeeuwsche
afgevaardigden do hoer Godin d6 Beaufort.
met de zwaar getroffen bloedverwanten, hetzi
dan met de flauwe verwachting, dat misschien
op bet laatste oogenblik de dader zou worden
ontdekt.
Even vóór elven vertrok de stoet van het
huis, gevolgd door een menigte, die voor een
groot deel tot het Leidscheplain meeliep. De
lijkbaar was bedekt met een viertal kransen
van de familie en van den beer, waar Hendrika
Beyer gediend heeft, den heer Teuteoberg,
die aan de begrafenisplechtigheij deelnam.
In vier volgkoetsen hadden de verloofde, de
heer De Jaager en de naaste verwanten plaats
genomen.
Laugzaam reden de rijtuigen eerst de Rozen
straat om en toen langs de Prinsengracht
door de Leidschestraat naar het kerkhof aan
den Amstelveonscben weg.
Vooral op - den weg naar de Buitenvoldert
stonden groepjes menschen den stoet op to
wacbten, en lieten hem zwijgend voorbytrekken
of sloten zich aan.
Ook bfi het kerkje stonden velen te wachten,
zoodat er bij het binnenkomen nogal wat
gedrang ontstond. Bij weinig van dergelijke
begrafenissen in de laatste jaren werd door
het publiek zooveel belangstelling getoond.
De familie der overledene was zeer aangedaan
en bij het binnencragen van het lyk was de
stiefmoeder haar aandoening niet meester, maar
barstte in snikken uit.
Na de gebruikelijke ceremoniën wer 1 het
lgk in allen eenvoud ter aarde besteld. Op het
kerkbof was het hoofd der recherche, de heer
Batelt, aanwezig.
inrichtingen hier ter stede. Ook werd er in
1 bijzonder op gewezen dat het bestuur steeds
heeft getracht, het werk-programma, eenmaal
vastgesteld, volkomen uit te voeren.
Zelfs werd dit nog uitgebreid, door het
vormen van eenige leescirkels. Het aantal
donateurs en leden bedraagt meer dan 100,
bijna het dubbele van het aantal der vroegere
afdeeling der MaatschappijeeD duidelijk bswijs
dat de jonge Vereeniging bloeit en de vergade
ringen aantrekkelijk zijn.
Na goeakeuring der notulen, richtte de
voorzitter het woord tot den geachtoD spreker
voor dezen avond, den heer C. W. H. Verster.
Hg bracht in herinnering bet feit, dat de
heer Verstor toevallig de eerste spreekbeurt
in de Vereeniging vervuld had, en wel met
eene voordracht over „Kunst en Samenleving."
Thans aan 't slot van 't vereenlgingsjaar
stond de heer Verster wederom gereed, den
leden eenige oogenblikken van kunstgenot te
bezorgen, met het onderwerp: „Iets over
zegels" (oude en moderne
Spreker begon met mede te deelen dat het
hem niet was mogen gelukken den toestel te
verkrijgen, tot vorming van lichtbeelden» en
bracht dank aan den heer jhr. Victor De Stuers
voor bet welwillend afstaan van eenige nieuwe
stempelafdrukken, in de zaai aanwezig.
Tot de hulpwetenschappen der Geschiedenis
behooren o. a. de Heraldiek of "Wapenkunde,
de Sphragistiek, (ook Sigillografie genoemd)
of Zegelkunde en de Numismatiek of Munt
en Penningkunde.
Sedert eenige jaren heeft de Zegelkunde,
langen tijd verwaarloosd, meer en meer belang
stelling gevonden Men is gaan inzien, dat die
zegels niet alleen historische documenten
waren, maar ook een klasse van artistieke
monumenten vormden, die van groot belang
kunnen worden goacht.
Een gedeelte van de belangrijke voorrede,
die Lecoy de la Marche voor zijn werkje „Les
Sceaux" schreef, werd daarop door spreker
vertaald, voorgelezen.
In onze dagen wordt tegen de vakken als
heraldiek en zegelkunde dikwyls uit onkunde
en onverschilligheid gezondigd.
Als voorbeelden haalde spreker het wapen
van Leiden aan, dat zoo prachtig begrepen
was op de oude cachetten, (in de zaal aan
wezig), en de misbaksel, die men alom te zi n
krggt. Ook de Hooge Raad van Adel schijnt
blijkbaar van de zaak weinig af te weten.
Aan Rijnland, (waarvan het veld oorspronke
lgk goud was (men zie o. a. de oude wapen-
kaarten en het antieke goudlederen behang)
werd een nieuw wapen toegekend met een
silver wapenschild.
Het zegel van wylen onzen Koning Wil
lem Dl is ook al een paskwil. Geïnspireerd
op die heerlijke, kunstig en met zooveel liefde
gegraveerde zegels uit de middeleeuwen is
er dit een treurige zwakke afschaduwing van
met tal van fouten tegen do heraldiek en de
aestbetiek.
Een verademing in de zegelgravure was de
verschijning van een Thomas Birnböck, de
zooa van een armen daglooner, die met recht
de evenknie der middeleeuwsche stempelsnij
ders mag worden genoemd (afdrukken van
door dezen artist vervaardigde stempels waren
in de zaal geëxposeerd).
Niet immer echter zijn de graveurs aan
sprakelijk voor het werk, dat hunne ateliers
verlaat.
Dikwijls hebben zy zich te onderwerpen
aan onkundige en eigenwijze bestellers.
Als voorbeeld hiervan haalde spreker een
koddig voorbeeld aan van een beker.
De principaal wilde zijn geslachtswap?n,
dat o. a. met een koniuklij-ken mantel moest
prgken, op dezen beker gegraveerd zien.
Terecht maakte de graveur do opmerking,
dat door de te kleine ruimte het volledige wapen
niet tot zijn vollo recht zoude kunnen komen.
„Dan moest alles maar beven elkaar komen"
en zoo zgo dan, eerst het helmtteken,
daaronder de helm, iets lager het schild en
eindelijk de mantel, alle afzonderlijk, op dat
pronkstuk gegraveerd!
"Vervolgens wees de heer Verster op
't wundalisme van vroegere tijden, toen de
zogels van de charters werden afgesneden of
wel versmolten werden totflesschenlak
voor de wjjnkoopers. Na nog enkele bladzijden
uit het interessante werkje van den heer Ter
Goaw te hebben voorgelezen, besloot spreker
zijn voordracht.
Met hartelijke bewoordingen bracht de voor
zitter spreker den dank der vergadering.
Alsnu trad naar voren de heer F. J. De
Ridder, die der Vereeniging een ware verrassing
bereidde. Immers, namens eene commissie,
bestaande uit de heeren H. J. Planjer, L, Van
der Laan, N. De Zwart, D. Van Lith en hem-
zeiven, stelde hg het bestuur een schets voor
van eene banier, die in een der volgende ver
gaderingen der Vereeniging zal worden aan
geboden. Bi) deze schets was gevoegd eene
beschrijving der banier, ais toelichting op het
ontwerp, van den genialen teekenaar Jan De
Quack, te 's-Hage. Aandachtig nam men het
ontwerp in oogenschouw. Samengesteld uit
verschillende bouwkundige motieven, sch(jnt
het een waar kunstproduct te zullen worden.
Onder luid applaus dankte de voorzitter de
commissie voor dit bowys van buitengewone
eikentelykheid.
De heeren P. J. Groen en J. P. De Koning
brachten by monde van eerstgenoemde verslag
uit over het geldelijk beheer van den penning-
moester. De kas werd in orde bevonden. Den
penningmeester, den heer D. Veilbrief, werd
dank gez?gd voor zjjn goed en nauwkeurig
beheer. De penningmeester deelde vervolgens
d i begrooting mede voor 1897. Artikelsgewijs
door den voorzitter toegelicht, werd se on
veranderd goedgekeurd.
Aan de ,orde was nu de verkiezing van
twee bestuursleden, in de plaats van den heer
Veilbrief, die volgens rooster moest aftreden,
en den heer P. G. Lancel, die is overleden.
De heer Groen stelde voor het bestuur alsnog
oen jaar te continueeren, doch de voorzitter
meende dat een dergelijke afwijking van het
reglement niet gemotiveerd zou zjjn.
Als bestuursleden werden verkozen de hee
ren I. v. d. Kamp en L. v. d. Laan. De voor
zitter werd onder applaus herbenoemd. Allen
namen de benoemingen aan.
Tot nieuwe leden werden toegelaten de
heeren G. F. v. Beukering, "W. F. Engels Jr.
en C. De Ruiter.
De heeren Ph. Van der Heyden, J. W. Jan
sen en J. Roem hadden schriftelijk medege
deeld, dat zij bedanken als leden der Ver
eeniging.
Een verzoek om 6teun, inzake de boekerij
van het Kunstnijverheidsmuseum te Haarlem,
zal in overweging genomen worden. Eeno
vraag uit de bus betreffende de tarieven in
de bestekken werd door het bestuur in dien
zin beantwoord, dat iedere aannemer verplicht
is zichzelven te vrij waren voor eventueele ver-
liezon. Hg mod vóór de besteding zyn grie
ven kenbaar maken, of inschryven onder
voorbehoud wat de tariefspryzen betreft.
De heer I. J. Planjer vestigde de aan lacht
op de verhoogde steenpryzen en verlangde, dat
de architecten hiermede rekening zullen hou
den in de tarieven. Do heer v. d. Kamp onder
steunde het antwoord van het bestuur, en
trok on passant do capaciteiten van het gros
der Leidsche aannemers in ernstigen twgfel.
Na eenige hartulyke woorden aan 't einde
des jaars sloot de voorzitter deze gezollige
vergadering. F. A. W.
Uit de „Staatscourant".
Bij koninklijk besluit zijn bij den pensioenraad
voor burgerlijke ambtenaren benoemd: tot com
mies W. F. Huijzer en L. P. A. A. Trippelaar,
beiden thans adjunct-commies, respectievelijk bij
do departomenten van Oorlog en van Marine:
tot adjunct-commies A. Ross, thans eerste klerk
bij bet Departement van Financiën; tot tweedon
klerk J. Estor Jr., beëedigd klerk ter griffie van
het gerechtshof te 's-Gravenhage; J. A. J. Ver-
maat Jzn., gepasporteerd fourier van het regiment
grenadiers en jagers; P. C. De Koek en W. J.
Wolfson, zonder beroep, allen wonende te 's-Graven-
bage.
uevorderd Tot commies H. Spekking, adjunct
commies bij dien Baad; tot adjunct-commies II.
J. Van den Ouweelen, eerste klerk bij dien Raad;
tot eersten klerk H. C. Vei beek en H. G. Van
Royen, beiden tweede klerken bij dien Raad.
De Oost-Indische ambtenaar niet verlof J. D.
Donker Duyvis, laatstelijk inspecteur der 1ste
klasse voor het toezicht op de spoorwegdiensten
en het stoomwezen in Nederlandsch-indië, met
ingang van 1 Januari 1897, op zijn verzoek, eervol
uit 's lands dienst ontslagen, met toekenning van
pensioen.
Do heer A. E. Ten Broeke, gemeontoveearts van
Lonneker, benoemd en aangesteld tot paardenarts
3de kl. bij het personeel van den geneeskundigen
dienst van het leger in Nederlandscli lndië.
Do off. van gez. 2de kl. bij de zeemacht F.
Bennik, met ingang van 16 Januari a. s., bevorderd
tot off. van gez. 1ste kl.
Do adjunct-admin. B. M. Taverne, met ingang
van 1 Januari a. s., bevorderd tot off. van admin.
2de klasse.
De beer F. J. Broers, arts, met ingang van 29
dezer, benoemd tot o ficier van gezondheid dor 2de
klasse bij de zeemacht.
De heer F. W. Dudig, te Rotterdam, die als
lid der commissie, bedoeld in art. 7 der Stoomvvet,
niet 1 Januari 1897 moet aftreden, met ingang van
dien datum opnieuw als zoodanig benoemd.
De minister van marine heeft de laits. ter zee
2de kl. J. C. Van Iterson en J. Tissot van I'atot,
uit Oost-Indië in Nederland teruggekeerd, op non
activiteit gesteld.
De gewone audiëntie van den minister van
financiën op Donderdag 31 Dec. a. s., en de
audiëntiën van de ministers van marine en van
koloniën op Vrijdag 1 Januari 1897 zullen niet
plaats hebben.
ERRATA.
In de annonce Openb. Vergad. Nuts-
gefoouw, gisteravond in het „Leidsch Dag
blad" geplaatst, stond abusieveigk aanvang
halfacht, moet zjln: halinegcn.
Gemeenteraad van Oudslioorn.
Voorzitter: de Burgemeester.
Afwezig de heer P. A. "Wernink.
Ingekomen een adres van dr. H. Heursinge,
om voor 1897 weder te worden aangewezen
als gemeente-geneesheer, en een adres van
den heer J. "W. C. 'Bloem, houdende verzoek
om eervol ontslag als gemeente secretaris met
ingang van 1 Februari a. 8.
Het eerste adres zal worden behandeld by
hot desbetreffend punt op de agenda van
heden voorkomende, terwgi ten aanzien van
het laatstgenoemd adres eenparig besloten
wordt het gevraagd ontslag eervol te ver-
leenen.
De goedkeuring der Hoogere Regeering zal
hierop worden gevraagd.
De oudste wethouder, de heer Kloot, brengt
zgne hulde aan den aftredenden secretaris
(tevens burgemeester) voor zgn gver en de
vrier.dscbappelgke wgze, waarmede hg zgne
betrekking jaren heeft waargenomen.
Het is den Voorzitter ze9r aangenaam deze
dankbetuiging te ontvangen.
Met het oog op de tegenwoordige omstandig
heden achtte hg het wenschelgk zgne be
trekking als secretaris neer te leggen.
flg dankt den Raad voor do welwillendheid,
hem steeds gedurende de waarneming zgner
betrekking getoond.
Met algemeene stemmen wordt als ge
meente geneesheer dienst 1897 benoemd dr.
H. Meursinge, arts te Oudshoorn.
"Wordt overgegaan tot de benoeming van
een klokkenist. B. en Ws. stollen \oor de
twee klokkenisten in de gemeente hiervoor
om de beurt gedurende een jaar aan te wy-
zen, doch hierop voor de eerste maal een
uitzondering te maken met het oog op de
5-jarige garantie die door den heer W. Tuyn
op de pas gerepareerde klok is gegeven. Ely kt
het dat na twee jaren de klok regelmatig
loopt, dan kan de andere klokkenist worden
aangewezen.
De heer Van Vliet vindt het wel minder
aangenaam voor den klokkenist Faddegon,
doch B. en Ws. hebben zeker gegronde redenen,
om voor te stellen den heer Tuyn de eerste
twee jaren als klokkenist aan te wjjzen.
De Voorzitter zegt, dat de heer Faddegon
reeds tien jaar onafgebroken klokkenist is
geweest, terwyi de wethouder Kloot de biliyk
beid van het voorstel van B. en Ws. mede
toelicht.
Eenparig wordt hierna de heer W. Tuyn
voor de jaren 1897 en 1898 als klokkenist
benoemd.
Goedgevonden wordt W6der, geigk als in
1895, het beschikbaar gedeelte van het
Raadhuis voor een jaar te verhuren aan de
echtgenoote van L. Büner voor de som
van f 125.
Benoemd worden tot leden van het stem
bureau voor 1897 de heeren Kloot en Clant
en al de overige Raadsleden als hunne plaats
vervangers aangewezen.
B. en Ws. stellen voor de volgende grati
ficatiën t9 verleenen: f 50 aan den eersten
ambtenaar ter secretarie, f 50 aan den onbe-
zoldigden gemeenteveldwachter Van Veen,
f 25 aan den gemeente veldwachter L. Büner,
en f 15 aan den ryksveldwachter Vet.
De heer Van Vliet vraagt of BüDer de
gratificatie ontvangt voor hot Nieuwjaar of
als belooning voor zgne goede diensten; in het
laatst9 geval vindt hg1' dit dan wel wat hard
tegenover den anderen gemeente ambtenaar:
den wegwerker.
De Voorzitter zegt, dat wanneer men wil
doorgaan allen ambtenaren een gratificatie te
verleenen, er nog andere gemeente-ambtenaren
zgn, zooals de gemeente-opzichter en de 2de
ambtenaar ter secretarie. Van Veen verdient
zgn gratificatie wel, hg surveilleert iederen
Zaterdag- en Zondag avond.
Toch stelt de heer Van Vliet voor, den
wegwerker ƒ10 gratificatie te verleenen, en
de heer Clant zegt daarin mede te kunnen gaan.
Eenparig wordt het voorstel van B. en Ws.,
alsmede dat van den heer Van Vliet, hierna
aangenomen.
Niets meer aan do ordo zynde, doet de
Voorzitter de gebruikelgke hoofdeigke omvraag,
waarby de heer Pi=k omtrent de straatlantaarns
enkele inlichtingen vraagt, die hem door den
Voorzitter en den heer Kloot worden ver
strekt, waarna de openbare vergadering wordt
gesloten.
fierkeiyke Beriolitea.
Benthuizen: De heer Bernard, gods-
dienstonderwyzer te Gouda, zal oudejaars
avond en nieuwjaarsmorgen, in de vacature
alhier de godsdienstoefeningen leiden.
Wou brugge: Ned.rHerv. Oudejaarsavond
te halfzeven, ds. C. Hart.wigsen, pred- teLeidc-n.
Gereformeerden: Oudejaarsavond te half
zeven, de heer Hempenius, van Zwammerdam.
Ter algemoene kennis wordt gebracht, dat
met de aanstaande jaarwisseling de navol
gende tgdelgke wijzigingen in den lokalen
postdienst worden gebracht.
Van af 1 Januari zullen, zoolaDg zulks
noodig blykt, 3 bestellingen daags plaats
vindon: te 8 uren 's morgens, 3 uren 's mid
dags en 8 uren 's avonds.
Den 31sten December is de laatste avond
bestelling te 71/, uur 's avonds en het kan
toor geopend tot 10 uur 's avonds.
Do in de stad geplaatste brievenbussen aan
het Mot, de HoogHandscIie Kerb, op de
lloogewoerd en op den Ouden Singel,
worden van af 2 uur 's middags elk uur
gelicht, de overige om de 2 uur. Yoor alle
is de laatste lichting dien dag te 12 uren
's nachts.
Den lsten Januari 1897 is het kantoor
geopend voor het publiek als des Zondags:
van 7 9 's morg. en van 12.50 tot 2.50 's mid.,
des middags ook voor postwissels; het bureel
Pakketpost is dien dag gesloten.
Beleefd wordt verzocht de kaartjes aan het
daarvoor aangewezen loket in de wachtkamer
al te geven.
Leiden, De Directeur,
29 Dec. 1896. A. L. NAGEL.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Maandagnamiddag ie 2 urm.
Het debat over de noodsuikerwet werd
voortgezet.
De heer Bultman ontkende de juistheid van
's Ministers beweringen, dat de landbouw
vooraf wist, dat deze verhooging zou worden
voorgesteld, en beroept zich op de notulen der
gehouden vergadering. Hg waarschuwt tegen
de aanneming dezer wet, omdat de landbouw
daardoor benadeeld en de vrghandelsbeginselen
er ernstig door bedreigd worden.
De heer Reekers bestreed ook het ontwerp
als onbillgk, daar het den fabrikanten de pro
tectie ontneemt, waarop zg mochten rekenen.
Voor de laatste maal gunt hy hun do byzon-
dere voordoelen tegenover de toekomstige
nadeelen der nieuwe suikerwet.
De heer Van Lier ontkende, dat de verkre
gen rechten zullen geschonden worden, al
wordt de zoete hoop teleurgesteld.
Na repliek van den heer Godindie de juist
heid van 's Ministers opvattingen van zgne
vroegere rede ontkende, betoogde de Mijiister
vati Financiën, dat het telegram en het com
muniqué, door don beer Bultman aangehaald,
Begrooting Suriname 1897,
De minister van koloniën deelt mede, dat
de aanbouw van het nieuwe schip zoo veris
voorbereid, dat daarmede, na de vaststelling
der wet, reeds spoedig een aanvang kan wor
den gemaakt.
De mogolgktaeid om door het steunen eener
kredietinstelling of voorschottenbank de be
zitters van plantages in de gelegenheid te
stellen tot uitbreiding van loonende cultures
wil de Regeoring gaarne nader overwegen.
"Wanneer de houders van eene voorloopige
concessie tot het oxploiteeren van nog onbe
kende gedeelten van Suriname hunne plannen
zullen hebben vastgesteld, acht de Minister
het oogenblik gekomeD, om na overleg met of
op voorstel van de koloniale regeering te over
wegen of, en zoo ja, in welken vorm, de
Staat daaraan steun zal verleenen en welke
voorwaarden daarby in het belang van de
kolonie zullen worden bedongen.
Over het denkbeeld om Javaansche gezinnen
in hun geheel naar Suriname over te brengen
is de Minister reeds in overleg getreden met
den gouv.-generaal van Nederl.-Indië en met
den gouverneur van Suriname.
De surtaxe van 12'/a cent voor de verzen
ding van brieven uit Oost- en West Indië
naar verder afgelegen vreemde landen dan
naburige ryken geheven, is noodig, omdat de
koloniale postergen anders met verlies zouden
werken. Werd zg afgeschaft, dan zou toene
ming van het verkeer grooler uitgaven tegen
over kleiner ontvangsten ten gevolge hebben.
Mocht op het aanstaande postcongres te
Washington tot eene verlaging van de to
hooge tran8itokosten besloten worden, dan ver
wacht de Minister, dat vanzelf de verlaging
van de surtaxe en bygevolg eene vermindering
van de koloniale porten aan de orde komt.
Marine-Reserve.
Naar aanleiding van den twyfel, in éóne
afdeeling geopperd of de voorcleelen, verbonden
aan de toetreding tot de marine-reserve, wel
voldoende konden worden geacht om op den
duur het noodige personeel te behouden, en
naar aanleiding van de gemaakte opmerking,
dat velen, die tot de reserve waren toegetroden,
weder ontslag hadden genomen, deelt de
minister van marine mede, dat van 1 Oct.
1894 tot op 19 Dec. jl. by de marine-reserve
zgn in dienst getreden: 58 officieren, 6 ma
chinisten, 5 torpediston en 16 matrozen.
Wat het aantal officieren betreft, mag dit
resultaat als zeer gunstig beschouwd worden.
Bg de met 1 November jl. in werking getreden
nadere regeling van het personeel der marine-
reserve zgn wgzigingen gebracht in de voor
waarden van dienstneming van machinisten,
torpeaisten en matrozen, waarvan het effect
vooralsnog moet worden afgewacht.
Van hen, die bg de reserve zgn in dienst
gekomen, zgn tot nu toe slechts een vyftal
op hun verzoek weder ontslagen, namelyk 3
luitenants ter zee der 2do klasse en 2 adel
borsten der 1ste klasse.
Twee dezer moesten hun ontslag nemen,
aangezien zg ophielden bg de Nederlandsche
koopvaardy vloot te varen; één hunner vroeg
zgn ontslag, omdat hg de voordeelen te ge
ring achtte; de twee overigen gaven geene
redenen voor hun verzoek op. Neemt men in
aanmerking, dat van de 58 in dienst gekomen
officieren 39 onder de vroegere bepalingen
zonder dienstverband zgn in dienst getreden,
dan heeft het feit, dat 5 hunner op verzoek
weder ontslagen zgn, naar de Minister meent,
weinig beteekenis.
Het komt hem dan ook vooralsnog nie
noolig voor, de eerst onlangs herziene voor
waarden van dienstneming by de marine-
reserve thans weder opnieuw te wyzigen.
De moord te Amsterdam.
Een groote menigte volks had zich gister
morgen op de Rozengracht by de woning van
de weduwe Beyer verzameld. Het was bokend,
dat van daaruit het slachtoffer van den moord
in de Van Eeghenstraat, Hendrika Beyer, zou
worden ter aarde besteld en menigeen wilde
daarvan getuige zyn, hetzQ dan uit sympathie
Nu de nasporingen der politie ongeveer ge
ëindigd zgn, heeft plaats wat wel meer ge
beurt na dergelyke verschrikkelyke zaken:
er worden brieven geschreven door den man,
die zich de moordenaar noemt.
Zoo heeft thans de stiefmoeder van het
meisje een brief ontvangen van zoo iemand.
Hg maakt daarin zgn veroatschulrigingen
voor het feit, dat hg haar dochter pe roffen
heeft. Dit was niet zgn bedoeling geweest.
Hg bad het uit jaloezie op een ander meisje
gemunt.
Men moest niet denken dat hy gek was;
hg wist zeer goed wat hg ceed. De politie
zou nog meer van hem hooren, maar uitko
men zou het nooit, evenmin als de moord op
Hoogsteden, enz.
De brief is Zondag ontvangen. Hg is met
verdraaide hand geschreven en is der politie
in handen gesteld.
Het blykt dat, behalve dezen brief aan de
stiefmoeder van de vermoorde mej. Boyer,
nog verschillende andere van den zich noe
menden moordenaar bestaan, welke echter niet
aan de familie, doch aan de politie gericht zjjn.
Deze brieven komen uit verschillende plaat
sen (die aan de wed. Beyer uit Amsterdam)
en zgn allo met verdraaide hand geschreven,
doch blykbaar niet van denzelfden persoon
afkomstig.
Politie en justitie hechten evenwel niet veel
waarde aan deze geschriften. Immers, hoe
oiigelooflyk het ook schgne, toch is herbaal-
delg k gebleken, dat er creaturen bestaan,
ellendig genoog om dergeiyke brievon als
„aardigheid" te schryven.
Het spreekt vanzelf, dat dezo aardige men
schen, wanneer zy ontdekt worden, door de
justitie zeer onaardig behandeld worden en
terecht, want door het bemoeilyken on aflei-,
den van het onderzoek maken zy zich in^
moroelen zin medeplichtig aan het niet ont
dekken van den man, die steeds meerdere.'
slachtoffers kan maken.
Daar het altyd mogelyk blgft, dat onder
de vele gefingeerde brievon toch een van den
waren moordenaar is, die de justitie op een'
dwaalspoor tracht te brengen, worden alle
ontvangen epistels zorgvuldig bewaard.
Naar alle waarscbijnlgklr.iJ zegt de
„Tel." heeft men van den moordenaar
zolven nog geen brief en nog blgft do onder
stolling, dat men met een waanzinnigo te
doen heeft, de meest aannemelykc. De con
jectuur, dat de wond aan den hals een ge
volg zou kunnen zyn van het vallen in glas,
reeds zoo onwaarschynlyk door den aard der
verwonding en het feit, dat ook het tamelyk
dikke mantelkraagje doorsneden is, is geheel
verworpen, nadat de gerechtelyke schouwing
heeft uitgemiakt dat ook een steek in den rug
was toegebracht, waarop in den beginne niet
gelet is. Dat do moordenaar van achteren gena
derd is en er geen gesprek of worsteling heeft
plaats gevonden, is dus zoo goed als zeker en
daaruit volgt alweer, dat de dader niet juist
die vrouw, doch eenvoudig eene vrouw heeft
willen troffen, m a. w. krankzinnig of maniac is.
Gemengd Nieuws.
De ótalag6 van de sigaren-
puntjestabak by den heer H. J. JuDg, in
het Noordeinde, ia thans gereed. De firma
Speet en Van Velsen en de firma Van Dam,
f Roiyk door den decoratieschilder Blansjaar,
haren dienst, hebben een goed geheel
gevormd.
Do verpakking van de tabak geschiedt in
de kleuren onzer nationale vlag en bovendien
in een gesteendrukt „Leidsch Dagblad."
In den nacht van Zondag op
Maandag is onder Oegstgeest een schaap go-
stolen uit een land in den Kikkerpolder, toe-
behoorende aan M. Versluys, van „Poelgeest."
Met de stoomtram LeidenKatwyk
heeft een ongeval plaats gehad. Op een trein
van laatstgenoemde gemeente naar hier,
bevond op het balkon zich een dochter van
T. Van Klaveren, uit Rynsburg, wier hoed
op de hoogte van de Leidsche buuri
te Oogstgeest haar van het hoofd waai<i