N°. 11287.
Woensdag December.'
A°. 1896
<§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven
Peuilleton.
PARAGRAAF XIII.
LEIDSCI
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leidon per 3 maanden.
Franco per post
Afzonderlijke Nommers
f 1.10.
1.40.
0.05.
PRIJS DER ADVERTENTTËN:
Yan 1-6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17£. Grootore
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten do stad
wordt 0.05 berekend
Leiden, 8 December.
By de gisteren gehouden aanbesteding
wegens het bouwen van een laboratorium
voor organische chemie op het terrein „Vree-
wyk" alhier, waarvan de begrooting 159,800
bedroeg, was nog ingeschreven door de heeren
G. Key, te Rotterdam, voor 182,450, F.
Taverne, te 's-Gravenhago, voor 176,600, en
Iz. Van der Kamp, te Leiden, voor 175,000.
Da laagste inschrijver was, gelyk reeds gemeld,
do he*r K. Bloeker, to 's-Gravenhage, voor
ƒ168,100.
Do Fransche mail, met berichten uit
Nederlandsch Oost Indië, wordt hedenavond
alhier verwacht.
Bij de gisteren gehouden verkooping
van cokes, in partijen van 100, 50, 10 en
6 heet., waren de hoogste prijzen 44, ƒ22,
ƒ4.60 en ƒ2.30; de laagste 43, 22, 4 60
en 2.30.
Aan het Rykskleedermagazyn is aanbe
steed: De levering van nachtlegergoederen,
bestaande in 1000 tweemans lakens, 2500
eenmans-wolhn dekens, 400 tweemans idem.
Minste inschrijvers waren: lakens, de firma
Yan der Heyderi Co., te Bokstel, 1.10
per stuk; dekens, de firma J. Scheltema Jz,
te Lrilen, 1 perc. eenmans 3.73, 1 perc.
tweemans ƒ4.48 por stuk; de firma Yan
Beurden van Moll, te Tilburg, 1 perc. een
mans 3.63.
Donderdag, 10 December a. s., zal ter
secretarie der gemeente Voorschoten gelegen
heid bestaan tot kostelooze inenting en her
inenting ('s nam. 4 uren) van hen, die zich
daartoa te voren aanmelden.
Blijkens mededeeling van den heer
directeur generaal der posterijen en telegra-
phi9 is het post- en telegraafkantoor te Voor
schoten van af 7 December 1896 voor beide
diensten en niet zooals uit een vorig bericht
zou blijken alleen voor de telegraphio, geop3nd
op werkdagen van 8.2012.50, van 2.204.20
en van 6.50—9.20; op Zon- en feestdagen
van 7.50—8.50 en van 12.50—1.50.
Voor postwissels en quitantias van 8.20-
12.50 en van 2.20 3.20.
Na een ongesteldheid van drie weken is
te Leimuiden overleden do weleerw. heer H.
Pellen, kapelaan aldaar. De jeugdige priester
was 15 Aug. 11. gewijd.
In den nacht van 5 op 6 December
overleed te 's Gravenhage de oudste ridder
dor Militaire Willemsorde: Johannes Jacobus
Damen, ook begiftigd met het metalen kruis.
Damen werd den 13den Mei 1809 te's Gra
venhage geboren, trad den 30sten April 1828
als soldaat loteling bij het 1ste batailjon van
de 9Je Afdeling Infanterie in dienst, welke
later deel uitmaakte van het mobiele leger
bij gelegenheid van den opstand in België.
Bij besluit van Z. M. van 16 November
1880 werd de jonge fuselier benoemd tot
ridder der Militaire Willemsorde. Hy had zich
meermalen schitterend onderscheidenl Een
maal was hjj de eerste, die zich als vrijwil
liger aanbood voor een nachtelijke patrouille,
aan welke werd opgedragen het vernietigen
van een vijandelijke verschansing. Zijn voor
beeld vond navolging. Het doel werd na een
scherp gevecht bereikt. Damen kwam met
een vlag der opstandelingen in ons bivak
terug.
In 1831, 1832 en 1833 was by ingedeeld
op de forten Lillo en Liefkenshoek, waar de
dienst door de vele zieken zeer zwaar was;
don 21sten April 1833 werd by overgeplaatst
by de 2de Afdeeling Infanterie en den 15den
October 1S37 wegens expiratie van dienst
gepasporteerd met geen andere inkomsten dan
de 45 's jaars riddersoldy.
Na zyn ontslag volgde een leven van hard,
onafgebroken werken. Als schoenmaker ver
diende by eerst den kost voor zijne oude
moeder, later voor zyn talryk gezin. Aan z\Jne
kinderen gaf by een degolyke opvoeding en
toen die allen bezorgd waren, werd hy tot
rust gedwongen doordat by grootendeels het
gezichtsvermogen verloor.
Gisterochtend is op de algemeen© begraaf
plaats te 's Gravenhage plechtig ter aarde
besteld het stoffelijk overschot van den heer
L. J. Van de Velde, in leven oud-leeraar aan
de Koninklijke Muziekschool en gedurende
meer dan een halve eeuw hoornist van de
Fransche Opera. De overledene was ook onder
de R?ge?ring van Willem II lid der Hofkapel.
Talrijke bloemstukken en kransen bedekten
de lijkbaar. Aan de groeve waren vele vrien
den, bekenden en oud-leerlingen aanwezig
om de laatst9 eer te bewyzen.
De oudste zoon van den overledene dankte
voor de belangstelling.
Men meldt uit Den Haag, dat men do
instelling van den militairen pensioenraad met
Januari a. s. verwacht.
Naar de „Haagsche Courant" meldt,
werd dezer dagen in een vergadering van
kleine neringdoenden en patroons te 's-Graven
hage besloten tot de oprichting van een onaf
hankelijke Katholieke kiesveraoniging.
Hoewel gisteravond door een der Haagsche
bladen ten gevolge van een misverstand het
overly den is gemeld der bekende bloemschil
deres mevr. VogelRooeenboom, mag toch
haar toestand als hoogst ernstig beschouwd
worden.
Terwijl mevr. Vogel herstellende was van
een ziekte, had zy in den nacht van 30 Nov.
op 1 Dec. het ongeluk door een misstap in
hare woning te Voorburg van de trap te
vallen. Haar echtgenoot rond baar bewuste
loos. Bij onderzoek bleek, dat mevr. Vogel
niets gebroken had; ook werd geen hersen
schudding geconstateerd, maar door den zwaren
val had bloeduitstorting in het hoofd plaats
gehad, waardoor verlamming is ontstaan.
Heden herdenkt de heer F. H. G. Van
Iterson, te Gouda, den dag, waarop hij 25
jaren geleden den graad van ioctor in de
genees heel- en verloskunde aan de Leidsche
hoogeschool verwierf. Korten tijd na zyne
promotie vestigde hij zich in de gemeeDte
Gouda, alwa w hy de praktijk uitoefende op
eene wijze, die bera veler achting, vertrouwen
en genegenheid deed winnen. Zijne patiënten,
collega's en vrienden lieten dezen dag niet
onopgemerkt voorbygaan en menig bl\jk werd
den jubilaris gegeven, dat men hem in de
stad zyner inwoning waardeert en hem er
kentelijk is voor hetgeen hy in zyne 25 jarige
loopbaan in het belang van zijne medeburgers
en niet hot minst in dat van zijne zieken
heeft gedaan.
Hier te lande heeft zich volgens besluit
van het 2de internationale coöperatieve con
gres te Parijs, op uitnoodiging van de heeren
mr. A. E Elias en F. Th. Peereboom Voller,
leden voor Nederland van het Centrale Comité,
een .Nederlandsch comité voor de intematio
nale coöperatieve statisti-k en handelsbetrek
kingen" gevormd. Het bestaat uit de heeren
G J. D. C. Goedhart, te 's-Gravenhige, voor
zitter; Th. Cieremans, Surinamestraat 48,
's-Gravenhage, secret.-penningm.G. J. Biele
man, te Vorden, J. K. Jung, te Leeuwarden,
C. H. Kouw, te Lriden, dr. Mansholt, te West
polder, F. Th. Peereboom Voller, te 's-Graven
hage, dr. A. Rutgers, te Utrecht, P. J. Truyen,
te Meyel (Limburg).
De taak van het comité zal zich bepalen
tot het verzamelen van cyfers tot vorming
eener „nationale" coöperatieve statistiek en
van gegevens, welke strekken moeten om de
„nationale" coöperatieve handelsbetrekkingen
onderling tot elkaar te brengen, een eD ander
orn te komen tot een volledige „internationale"
coöperatieve statistiek.
Het bovengenoemde „centraal-comitó" van
don Internationalen Coöperatieven Bond heeft
tot eere-voorzitters The Right Hon. Earl Grey,
te Londen, en M. Le Comte de Chambrun, te
Parijs. De leden zyn do afgevaardigden van
Duit9chland, Engeland, Antill n, Australië,
Oostenryk, België, Denemarken, Vercenigde
Staten, Spanje, Frankrijk, Italië, Noorwegen,
Rusland, Servië, Zwitserland en die van
Nederland, die ook resds genoemd zijn.
Den 18den Januari a. s. zal in eene open
bare vergadering van de kiesvereeniging „Alge
meen Belang" te Utrecht a!s spreker optreden
prof. mr. H. L. Drucker, £9 Leiden, lid van
de Tweede Kamer der Staten-Generaal, met
eene rede over: „Het programma der Liberale
Unio."
By den heer A. Van Klaveren, te Amster
dam, verscheen een Atlas der in- en uitwen
dige doelen van het menschelyk lichaam, ten
behoeve van het onderwys en voor zelfstudie,
met 40 duidelijke afbeeldingen. De tekst is
geschreven door dr. S S Coronel. De atlas
is tegen een matigen prijs verkrijgbaar gesteld.
Aangezien de gemeenteraad van Gro
ningen ingrijpende veranderingen had gemaakt
in do concept-voorwaarden voor de concessie
tot aanlog en exploitatie van tramwegen door
d gemeente, heeft de heer Julius Opponheim,
aan wien dezj concessie was verleend, daar
van afgezi9n.
Een groot aantal chefs, hoofd- en verdere
ambtenaren van de registratio bewees gisteren
op Nieuw-Eyk-en-Duinen de laatste buide aan
een vroeger verdienstelijk ambtgenoot by dat
dienstvak, den heer J. H. Van Nouhuys, oud-
ontvanger der registratie tn domeinen in
verschillende plaataen des lands, laatstelijk
te 's-Gravenhage, alwaar hy 4 Dec. jl. overleed.
De heer Molüuysen, directeur der registratie,
vertolkte in welsprekende woorden de gevoe
lens van hensuperieuren, ambtgenooten,
oud-leerlingen en notarissen, met wie de heer
Van Nouhuys zoovele jaren had samengewerkt,
die thans waren saamgekomen om hulde te
breDgen aan dezen gewez9n landsdienaar, door
spreker geschetst als een humaan man, die
steeds de ware opvattiog had van zijne
betrekking.
De 1ste luits. van het reg. gren. en
jagers jbr. E. A. L. Gevers Deynoot, H. C.
A. De Block en G. Van Olden zullen in het
laatst van Februari een reis om de wereld
aanvaarden.
De kapitein J. R. Boissevain, van het
lste reg. infanterie te Assen, is op zyn ver
zoek overgeplaatst by het 8ste regiment van
dat wapen, in garnizoen te Arnhem.
Te Renkum is in den leeftyd van 87
jaar overleden de heer H. G. Granpré Molière,
gep. majoor der inf.; in den ouderdom van
41 ji£.r overleed te 's Gravenhage de heer A.
P. Roque, gcp. kapt. O. I. leger.
Tot leeraar in de geschiedenis aan de
H. B.-S. voor Meisjes te Deventer is benoemd
do heer J. Van der Most, leeraar in de
aardrykskunde aan de inrichtingen van H. en
M. O. aldaar..
In de gisteren te Assen gehouden ver
gadering vaD het hoofdbestuur van het Genoot
schap ter bevordering van den Landbouw in
Drente is gebleken, dat do 300 amdeelen in
de door dat Genootschap uitgeschreven rente-
looze premieleening voor do oprichting van
de Drentscho Landbouwcredietbank geplaatst
waren, zoodat tot de oprichting dier bank
met 1 Jan. a. 8. is besloten. Tot kassier is
door het hoofdbestuur benoemd de heer Jobs.
Boelken, te floogevoen.
Voor de provincie Utrecht is de sluiting
der jacht op klein wild bepaald op Donderdag
31 December, met uitzondering van:
lo. het schieten van waterwild, daar, waar
dit geoorloofd is;
2o. het vangen van waterwild met slagnetten
en het vangen van eendvogels in oone eenden
kooi of oen daarmede gelijkstaand toestel
3o. het schiaton van houtsnippen, waarvan
de sluiting later zal bepaald worden.
Het stoomschip „Fort Salisbury", van
Amsterdam en Londen naar Kaapstad, ver
trok 6 Dec. van Dartmouth; de „Pondo",
van Amsterdam mar Kaapstad, arriveerde 6
Dec. te Londen; de „Titan", van Amsterdam
naar Java, vertrok 5 Dec. van Liverpool.
IJsclub „Valkenburg."
Gisteravond werd te Valkenburg eene ver
gadering gehouden van het bestuur der
ysclub aldaar, en wel eene zeer buitengewone!
Immers, ze was niet belegd om gewone werk
zaamheden af te doen, maar om eene commissie
van jonge damos te ontvangen, die namens
vele doebteren der gemeente een stofftlyk
bewys kwam aanbieden van hare belangstelling
in het wel en wee der ysclub.
Nadat de commissie was aangekomen in
het gewone vergaderlokaal, voor deze gelegen
heid fet6toiyk versierd, trad de jongejuffrouw
C. A. L. Van Oordt voor en hield de volgende
toespraak:
„De dames-commissie, welke zich heeft
gevormd met het doel U een blyk harer
waardeering te schenken, om daardoor het
bewys te leveren, dat zy Uw streven ten
zeerste op prijs stelt, heeft hiermede de eer
U aan te bieden:
Vier, door hare leden zeiven vervaardigde
vlaggen (met stokken) in de Valkenburgsche
kleuren, voorzien van den naam der IJsclub.
Zy vleit zich met de gedachte, dat een
geschenk in dezen vorm U zekeriyk wel
gevallig zal zyn, daar deze vlaggen, geplaatst
aan de beide einden der baan, het juiste
baanvak zullen aanwijzen, hetwelk door U
aangelegd en onderhouden wordt, en ook, zoo
zü hoopt, den naam der IJsclub meer bekend
zullen maken als eene dier vereenigingen,
wier arbeid niet genoeg gesteund kan worlen.
Zy geeft verder de verzekering, dat het
haar innigste wensch is, dat het ledental der
IJsclub zich steeds moge uitbreiden, daar
hierdoor alleen toenemende bloei mogelyk
is; opdat U, daartoe in staat gesteld, krachtig
op den eemnaal ingeslagen weg kunt voort
gaan ter bereiking van het tweeledig doel:
hulp en 6teun te verleenen, door arbeid te
verschaffen in een tyd, waarin de werkeloos
heid het grootst is, en tevens eene zoo aan
gename en gezonde uitspanniüg als het
scbaatsenryden te bevorderen.
Zy wil eindigen met de betuiging, dat zy
de beste wenschen koestert voor het lang
durig bestaan der club en deze betuiging
samenvatten in de woorden: „Lang leve de
IJsclub „Valkenburg"!" „Lang leve haar geacht
Bestuur!"
't Spreekt vanzelf, dat de voorzitter, de
heer W H. Van Oordt, namens de Vereeni-
gin?, met biydschap het geschenk aanvaardde,
en allen, die er toe hadden bygedragen, har-
telyken dar.k bracht voor de belangstelling
in den bloei dor IJsclub.
Voorts accepteerde hy gaamo de oorkonde,
by het cadeau gevoegd, welke 0. m. de naam-
ïyst der vriendeiyke geefsters vermeldde en
prykte met eene keurig uitgevoerde pentee-
kening van den heer H. Haaksma, lid der
Vereeniging, die daarvoor dan ook van ver
schillende zyden welverdienden dank inoogstte.
Nog een uurtje bleef men daarna gezellig
byeen, en mon scheidde met do beste wen
schen voor de IJsclub, hopende, dat de winter
ditmaal gelegenheid geve, om de Valkenburg
sche kleuren, rood en geel, lustig te zien golven
op den adem van den noordoostenwind.
Uit (le „Staatscourant".
Bij kon. besluit van 5 dezer zijn ter zake, dat
zij zich hebben onderscheiden bij de onderdruk
king van het verzet tegen het wettig gezag in do
onderafdeeling Melawi der afdeeling Smtang
Westerai'deeling van Borneo) van Nov. 1895
Maart 1896, benoemd
tot officier in de orde van Oranje-Nassau, de
resident der "NVesterafdeeling van Borneo S. W.
Tromp, en
tot riddor 4do klasse der Militairo Willemsorde,
de controleur 2de kl. bij het binnenl. bestuur op
de bezittingen buiten Java en Madura L- U.
Westenenk, de sergeant der infanterie van het leger
in Ned Indiü E. F. Sandman en de inl. korporaal
der gewapende politiedienaren in de residentie
Westeraldoeling van Borneo, Soeka.
Slot.)
Of hy vermoedde, dat ik hem by die ge
schiedenis met de enveloppe had beet gehad,
weet ik niet. Hij heeft er nooit iets van
doen blyken. "Waarschyniyk zou hy niet eens
hebben willen bekennen, dat iemand hem te
slim af kon zyn. En over alles wat betrek
king had op het verdrag zweeg hy, tevreden
met hot feit, dat hy, op welke wyze dan
ook, iets ten uitvoer had gebracht, dat on-
mogelyk scheen.
Hoe moeiiyk dit kunststukje ook scheen
te zyn, toch betwyfel ik, of hy zelf ooit
heeft gehoord op welke wyze zyn helper
achter het geheim was gekomen. Slechts
geheel by t03val kreeg ik de oplossing van
het raadsel.
's Zaterdags had de Prins de „Observer" met
zyn on wolkomen inhoud ontvangen. Zondag
namiddag bracht ik hem weer een bezoek.
Als gewoonlyk lag hy op de canapé en zag
er zeor lijdend uit.
„Zoudt gy mij het genoegen willen doen,
een brief voor my te schryven?" vroeg hy
ïny na de eerste begroetiQg." Gy zyt altyd
zoo vriendeiyk en voorkomend voor my, en
ik heb Maubeuge vandaag vryaf moeten
geven."
Natuuriyk deed het my veel genoegen, hem
een dienst te kunnen bewyzen. Hy dicteerde
my een paar korte nota's en zeide, toen ik
daarmede gereed was:
„Ik hoop, dat gy vandaag by my biyft
eten. Ik reken er werkeiyk op, dat gy my
wat zult opvroolykon. Dio noodlottige ver-
dragsbistorie is een zware slag voor my
geweest."
Ik nam zyn uitnoodiging aan.
„Gy behoeft echter niet heen te gaan,"
vervolgde hy. „Om dezen tijd doe ik gewoonlyk
een slaapje, zooals gy weet, maar dat duurt
niet langer dan een half uurtje. Intusschen
kunt gy hier do couranten eens doorkyken,
of misschien hebt gij wel een paar brieven
te schryven."
„Dat komt juist goed," zeide ik. „Ik zal
myn brieven afmaken, terwyl gy u aan
Morpheus' armen toevertrouwt."
De Prins deed nu een weinig chloroform
op een zakdoek, legde dion over zyn gelaat
en sliep dadeiyk in. Ik nam een vel post
papier en had een paar regels geschreven,
toen ik tot myn uiterste verbazing een doffe
stem ïd de* kamer vernam. Eerst kon ik my
niet voorstellen, dat het de stem van den
Prins was, doch toen ik het begreep, luisterde
ik onwillekeurig scherper toe. Waarover
praatte by toch in zijn narcotischen slaap?
Groote hemel! over het eenige onderwerp,
dat op bet oogenblik al zyn gedachten in
beslag nam: het verdrag.
Een paar zinnen kwamen verward, onregel
matig, onsamenhangend voor den dag, doch
herhaaldelijk hoorde men onder den zakdoek
de wcorden: „Paragraaf XIII," natuuriyk in
het Fransch, en dan volgden by stukken en
brokken de werkelyke bepalingen van die
ongelukkige Paragraaf.
Ik was verstyfd van verbazing. De pen
was my uit de hand gevallen, het was my
alsof ik droomde. Hier wa3 dus eindelyk de
oplossing van het raadsel. En den verrader be
hoefde ik ook niet ver te zoeken. Maubeuge, die
gewoonlyk op dezelfde plaats zat waar ik nu
zat, had de onbewuste en onvrywillige, niet
voor vreemde ooren bestemde uitdrukkingen
opgeschreven en handig tot een geheel gemaakt,
en hot geheim aan Le Grand verkocht.
Hoe zonderling, hoe aangrypend was bet,
dat de geslepenste staatsman van Europa
hier als een klein kind moest babbelen; dat
juist de man, die zich het moest van allen
moeite had gegeven om het verdrag geheim
te houden, degene had moeten zyn, die de
gewichtigste bepalingen daaruit bekend
maakte I
Ik was nog steeds in verbazing verzonken,
toen ik achter my een licht gedruisch ver
nam. Haastig keerde ik my om. De deur
was open en Maubeuge stond op den drem
pel. De Prins praatte onbewust nog steeds
vooit over dingen, waarvan het lot van
landen en volken afhing. Maubeuge wierp
eerst op den Prins, daarna op my een
ang8tigen blik. Tevens zag ik, dat hy doods
bleek werd en de uitdrukking van zyn gelaat
geheel veranderd was. Ongetwyfeld had hy
onmiddellyk den toestand overzien, en be
grepen, dat zyn verraad ontdekt was, want
zonder een woord te zeggen ging hy heen,
de deur achter zich dicht trekkend.
Ik volgde hem op den vo6t. Ik was woe
dend op hem. Liefst had ik hem in den kraag
gepakt en aan de politie overgeleverd, doch
in hot belang van myn vriend, den Prins,
mocht ik dat niet doen. Hy mocht nimmer
vernemen wat er gebeurd was. Het zou zyn
dood geweest zyn, als hy vernomen had, dat
hy zyn souverein verraden had. Dat is ook
de reden, waarom ik met de onthulling van
dit geheim heb gewacht tot na zyn over-
iydeD.
Ik beheer8Chte dus myn toom, terwyl ik
Maubeuge volgde. Ik was hem zoo snel nage*
loopen, dat ik hem nog in het portaal inhaalde.
„Mynheer Maubeuge," zeide ik, „ik moet
u verzoeken, my een onderhoud te willen
toestaan.
Hy durfde niet weigeren, maar volgde my
onderdanig in een ander vertrek.
Ik begon dadeiyk met de woorden:
„Mynheer Maubeuge, het zou, dunkt my,
goed zyn, als gy onmiddellyk uw dienst by
den Prins verliet."
Hy was veel te slim om tegenover my
driftig te worden. Hy wist wel, dat hy in
myn oogen onherroopeiyk geschandvlekt was,
en anders was er niemand by tegenwoordig,
dien hy door zyn woorden ©m den tuin had
kunnen leiden. Hy vatte dus de zaak een
voudig van de practische zyde op.
„Ik moet toch een reden tot verontschul
diging bedenken," zeide hy.
Opeens schoot my te binnen wat Gresham
gezegd had.
„Is het niet een feit," vroeg ik, „dat uw
oogen zeer slecht zyn, en dat gy zelfs met
het linkeroog niets tiet?"
Hy scheen uiterst verbaasd.
„Dat is zoo," antwoordde hy, „maar ik
wist niet, dat iemand buiten my hiermede
bekend was."
„Nu, dit is een voldoende verontschuldiging.
Zeg, dat uw oogen zoo verergerd zyn, dat
gy, hoe zwaar het u ook valt, uw betrek
king onmiddellyk moet verlaten. Onmiddellyk
- begrypt gy? Op deze voorwaarde zal ik de
politie buiten spel laten. Een maand salaris
krygt gy niet, maar dat zal u nu ook niet
hinderen. Mynheer Le Grand zal u wel een
nieuwe betrekking bezorgen. In uw plaats
zou ik dit land zoo spoedig mogelyk verlaten."
„Ik wil gaarne aan uw verlangen voldoen,"
antwoordde de schurk op onderworpen toon.
„Hiermee is de zaak afgeloopen," hernam
ik. „Gy kunt gaan. In het belang van goede
trouw en eerlykheid hoop ik, dat uw gezicht
wat beter en uw gehoor wat slechter mag
worden."
Hy verdween en ik heb nooit weer iets
van hem geboord of gezien. Misschien leeft
hy nog, doch dan is het waarschyniyk ondec
een aangenomen naam.
Zooals ik gezegd heb, is de Prins dood,
en ook Le Grand heeft het tydeiyke met het
eeuwige verwisseld. Ik ben de eenige overc
geblevene van de in deze zaak betrokkenen,
en het doet my genoegen, in de gelegenheid
te zyn, op deze wyze een der merkwaardigste
raadsels uit de geschiedenis vaD onzen tyd
op te lossen.