N°. 11287. Woensdag December.' A°. 1896 <§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven Peuilleton. PARAGRAAF XIII. LEIDSCI DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leidon per 3 maanden. Franco per post Afzonderlijke Nommers f 1.10. 1.40. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTTËN: Yan 1-6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17£. Grootore letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten do stad wordt 0.05 berekend Leiden, 8 December. By de gisteren gehouden aanbesteding wegens het bouwen van een laboratorium voor organische chemie op het terrein „Vree- wyk" alhier, waarvan de begrooting 159,800 bedroeg, was nog ingeschreven door de heeren G. Key, te Rotterdam, voor 182,450, F. Taverne, te 's-Gravenhago, voor 176,600, en Iz. Van der Kamp, te Leiden, voor 175,000. Da laagste inschrijver was, gelyk reeds gemeld, do he*r K. Bloeker, to 's-Gravenhage, voor ƒ168,100. Do Fransche mail, met berichten uit Nederlandsch Oost Indië, wordt hedenavond alhier verwacht. Bij de gisteren gehouden verkooping van cokes, in partijen van 100, 50, 10 en 6 heet., waren de hoogste prijzen 44, ƒ22, ƒ4.60 en ƒ2.30; de laagste 43, 22, 4 60 en 2.30. Aan het Rykskleedermagazyn is aanbe steed: De levering van nachtlegergoederen, bestaande in 1000 tweemans lakens, 2500 eenmans-wolhn dekens, 400 tweemans idem. Minste inschrijvers waren: lakens, de firma Yan der Heyderi Co., te Bokstel, 1.10 per stuk; dekens, de firma J. Scheltema Jz, te Lrilen, 1 perc. eenmans 3.73, 1 perc. tweemans ƒ4.48 por stuk; de firma Yan Beurden van Moll, te Tilburg, 1 perc. een mans 3.63. Donderdag, 10 December a. s., zal ter secretarie der gemeente Voorschoten gelegen heid bestaan tot kostelooze inenting en her inenting ('s nam. 4 uren) van hen, die zich daartoa te voren aanmelden. Blijkens mededeeling van den heer directeur generaal der posterijen en telegra- phi9 is het post- en telegraafkantoor te Voor schoten van af 7 December 1896 voor beide diensten en niet zooals uit een vorig bericht zou blijken alleen voor de telegraphio, geop3nd op werkdagen van 8.2012.50, van 2.204.20 en van 6.50—9.20; op Zon- en feestdagen van 7.50—8.50 en van 12.50—1.50. Voor postwissels en quitantias van 8.20- 12.50 en van 2.20 3.20. Na een ongesteldheid van drie weken is te Leimuiden overleden do weleerw. heer H. Pellen, kapelaan aldaar. De jeugdige priester was 15 Aug. 11. gewijd. In den nacht van 5 op 6 December overleed te 's Gravenhage de oudste ridder dor Militaire Willemsorde: Johannes Jacobus Damen, ook begiftigd met het metalen kruis. Damen werd den 13den Mei 1809 te's Gra venhage geboren, trad den 30sten April 1828 als soldaat loteling bij het 1ste batailjon van de 9Je Afdeling Infanterie in dienst, welke later deel uitmaakte van het mobiele leger bij gelegenheid van den opstand in België. Bij besluit van Z. M. van 16 November 1880 werd de jonge fuselier benoemd tot ridder der Militaire Willemsorde. Hy had zich meermalen schitterend onderscheidenl Een maal was hjj de eerste, die zich als vrijwil liger aanbood voor een nachtelijke patrouille, aan welke werd opgedragen het vernietigen van een vijandelijke verschansing. Zijn voor beeld vond navolging. Het doel werd na een scherp gevecht bereikt. Damen kwam met een vlag der opstandelingen in ons bivak terug. In 1831, 1832 en 1833 was by ingedeeld op de forten Lillo en Liefkenshoek, waar de dienst door de vele zieken zeer zwaar was; don 21sten April 1833 werd by overgeplaatst by de 2de Afdeeling Infanterie en den 15den October 1S37 wegens expiratie van dienst gepasporteerd met geen andere inkomsten dan de 45 's jaars riddersoldy. Na zyn ontslag volgde een leven van hard, onafgebroken werken. Als schoenmaker ver diende by eerst den kost voor zijne oude moeder, later voor zyn talryk gezin. Aan z\Jne kinderen gaf by een degolyke opvoeding en toen die allen bezorgd waren, werd hy tot rust gedwongen doordat by grootendeels het gezichtsvermogen verloor. Gisterochtend is op de algemeen© begraaf plaats te 's Gravenhage plechtig ter aarde besteld het stoffelijk overschot van den heer L. J. Van de Velde, in leven oud-leeraar aan de Koninklijke Muziekschool en gedurende meer dan een halve eeuw hoornist van de Fransche Opera. De overledene was ook onder de R?ge?ring van Willem II lid der Hofkapel. Talrijke bloemstukken en kransen bedekten de lijkbaar. Aan de groeve waren vele vrien den, bekenden en oud-leerlingen aanwezig om de laatst9 eer te bewyzen. De oudste zoon van den overledene dankte voor de belangstelling. Men meldt uit Den Haag, dat men do instelling van den militairen pensioenraad met Januari a. s. verwacht. Naar de „Haagsche Courant" meldt, werd dezer dagen in een vergadering van kleine neringdoenden en patroons te 's-Graven hage besloten tot de oprichting van een onaf hankelijke Katholieke kiesveraoniging. Hoewel gisteravond door een der Haagsche bladen ten gevolge van een misverstand het overly den is gemeld der bekende bloemschil deres mevr. VogelRooeenboom, mag toch haar toestand als hoogst ernstig beschouwd worden. Terwijl mevr. Vogel herstellende was van een ziekte, had zy in den nacht van 30 Nov. op 1 Dec. het ongeluk door een misstap in hare woning te Voorburg van de trap te vallen. Haar echtgenoot rond baar bewuste loos. Bij onderzoek bleek, dat mevr. Vogel niets gebroken had; ook werd geen hersen schudding geconstateerd, maar door den zwaren val had bloeduitstorting in het hoofd plaats gehad, waardoor verlamming is ontstaan. Heden herdenkt de heer F. H. G. Van Iterson, te Gouda, den dag, waarop hij 25 jaren geleden den graad van ioctor in de genees heel- en verloskunde aan de Leidsche hoogeschool verwierf. Korten tijd na zyne promotie vestigde hij zich in de gemeeDte Gouda, alwa w hy de praktijk uitoefende op eene wijze, die bera veler achting, vertrouwen en genegenheid deed winnen. Zijne patiënten, collega's en vrienden lieten dezen dag niet onopgemerkt voorbygaan en menig bl\jk werd den jubilaris gegeven, dat men hem in de stad zyner inwoning waardeert en hem er kentelijk is voor hetgeen hy in zyne 25 jarige loopbaan in het belang van zijne medeburgers en niet hot minst in dat van zijne zieken heeft gedaan. Hier te lande heeft zich volgens besluit van het 2de internationale coöperatieve con gres te Parijs, op uitnoodiging van de heeren mr. A. E Elias en F. Th. Peereboom Voller, leden voor Nederland van het Centrale Comité, een .Nederlandsch comité voor de intematio nale coöperatieve statisti-k en handelsbetrek kingen" gevormd. Het bestaat uit de heeren G J. D. C. Goedhart, te 's-Gravenhige, voor zitter; Th. Cieremans, Surinamestraat 48, 's-Gravenhage, secret.-penningm.G. J. Biele man, te Vorden, J. K. Jung, te Leeuwarden, C. H. Kouw, te Lriden, dr. Mansholt, te West polder, F. Th. Peereboom Voller, te 's-Graven hage, dr. A. Rutgers, te Utrecht, P. J. Truyen, te Meyel (Limburg). De taak van het comité zal zich bepalen tot het verzamelen van cyfers tot vorming eener „nationale" coöperatieve statistiek en van gegevens, welke strekken moeten om de „nationale" coöperatieve handelsbetrekkingen onderling tot elkaar te brengen, een eD ander orn te komen tot een volledige „internationale" coöperatieve statistiek. Het bovengenoemde „centraal-comitó" van don Internationalen Coöperatieven Bond heeft tot eere-voorzitters The Right Hon. Earl Grey, te Londen, en M. Le Comte de Chambrun, te Parijs. De leden zyn do afgevaardigden van Duit9chland, Engeland, Antill n, Australië, Oostenryk, België, Denemarken, Vercenigde Staten, Spanje, Frankrijk, Italië, Noorwegen, Rusland, Servië, Zwitserland en die van Nederland, die ook resds genoemd zijn. Den 18den Januari a. s. zal in eene open bare vergadering van de kiesvereeniging „Alge meen Belang" te Utrecht a!s spreker optreden prof. mr. H. L. Drucker, £9 Leiden, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, met eene rede over: „Het programma der Liberale Unio." By den heer A. Van Klaveren, te Amster dam, verscheen een Atlas der in- en uitwen dige doelen van het menschelyk lichaam, ten behoeve van het onderwys en voor zelfstudie, met 40 duidelijke afbeeldingen. De tekst is geschreven door dr. S S Coronel. De atlas is tegen een matigen prijs verkrijgbaar gesteld. Aangezien de gemeenteraad van Gro ningen ingrijpende veranderingen had gemaakt in do concept-voorwaarden voor de concessie tot aanlog en exploitatie van tramwegen door d gemeente, heeft de heer Julius Opponheim, aan wien dezj concessie was verleend, daar van afgezi9n. Een groot aantal chefs, hoofd- en verdere ambtenaren van de registratio bewees gisteren op Nieuw-Eyk-en-Duinen de laatste buide aan een vroeger verdienstelijk ambtgenoot by dat dienstvak, den heer J. H. Van Nouhuys, oud- ontvanger der registratie tn domeinen in verschillende plaataen des lands, laatstelijk te 's-Gravenhage, alwaar hy 4 Dec. jl. overleed. De heer Molüuysen, directeur der registratie, vertolkte in welsprekende woorden de gevoe lens van hensuperieuren, ambtgenooten, oud-leerlingen en notarissen, met wie de heer Van Nouhuys zoovele jaren had samengewerkt, die thans waren saamgekomen om hulde te breDgen aan dezen gewez9n landsdienaar, door spreker geschetst als een humaan man, die steeds de ware opvattiog had van zijne betrekking. De 1ste luits. van het reg. gren. en jagers jbr. E. A. L. Gevers Deynoot, H. C. A. De Block en G. Van Olden zullen in het laatst van Februari een reis om de wereld aanvaarden. De kapitein J. R. Boissevain, van het lste reg. infanterie te Assen, is op zyn ver zoek overgeplaatst by het 8ste regiment van dat wapen, in garnizoen te Arnhem. Te Renkum is in den leeftyd van 87 jaar overleden de heer H. G. Granpré Molière, gep. majoor der inf.; in den ouderdom van 41 ji£.r overleed te 's Gravenhage de heer A. P. Roque, gcp. kapt. O. I. leger. Tot leeraar in de geschiedenis aan de H. B.-S. voor Meisjes te Deventer is benoemd do heer J. Van der Most, leeraar in de aardrykskunde aan de inrichtingen van H. en M. O. aldaar.. In de gisteren te Assen gehouden ver gadering vaD het hoofdbestuur van het Genoot schap ter bevordering van den Landbouw in Drente is gebleken, dat do 300 amdeelen in de door dat Genootschap uitgeschreven rente- looze premieleening voor do oprichting van de Drentscho Landbouwcredietbank geplaatst waren, zoodat tot de oprichting dier bank met 1 Jan. a. 8. is besloten. Tot kassier is door het hoofdbestuur benoemd de heer Jobs. Boelken, te floogevoen. Voor de provincie Utrecht is de sluiting der jacht op klein wild bepaald op Donderdag 31 December, met uitzondering van: lo. het schieten van waterwild, daar, waar dit geoorloofd is; 2o. het vangen van waterwild met slagnetten en het vangen van eendvogels in oone eenden kooi of oen daarmede gelijkstaand toestel 3o. het schiaton van houtsnippen, waarvan de sluiting later zal bepaald worden. Het stoomschip „Fort Salisbury", van Amsterdam en Londen naar Kaapstad, ver trok 6 Dec. van Dartmouth; de „Pondo", van Amsterdam mar Kaapstad, arriveerde 6 Dec. te Londen; de „Titan", van Amsterdam naar Java, vertrok 5 Dec. van Liverpool. IJsclub „Valkenburg." Gisteravond werd te Valkenburg eene ver gadering gehouden van het bestuur der ysclub aldaar, en wel eene zeer buitengewone! Immers, ze was niet belegd om gewone werk zaamheden af te doen, maar om eene commissie van jonge damos te ontvangen, die namens vele doebteren der gemeente een stofftlyk bewys kwam aanbieden van hare belangstelling in het wel en wee der ysclub. Nadat de commissie was aangekomen in het gewone vergaderlokaal, voor deze gelegen heid fet6toiyk versierd, trad de jongejuffrouw C. A. L. Van Oordt voor en hield de volgende toespraak: „De dames-commissie, welke zich heeft gevormd met het doel U een blyk harer waardeering te schenken, om daardoor het bewys te leveren, dat zy Uw streven ten zeerste op prijs stelt, heeft hiermede de eer U aan te bieden: Vier, door hare leden zeiven vervaardigde vlaggen (met stokken) in de Valkenburgsche kleuren, voorzien van den naam der IJsclub. Zy vleit zich met de gedachte, dat een geschenk in dezen vorm U zekeriyk wel gevallig zal zyn, daar deze vlaggen, geplaatst aan de beide einden der baan, het juiste baanvak zullen aanwijzen, hetwelk door U aangelegd en onderhouden wordt, en ook, zoo zü hoopt, den naam der IJsclub meer bekend zullen maken als eene dier vereenigingen, wier arbeid niet genoeg gesteund kan worlen. Zy geeft verder de verzekering, dat het haar innigste wensch is, dat het ledental der IJsclub zich steeds moge uitbreiden, daar hierdoor alleen toenemende bloei mogelyk is; opdat U, daartoe in staat gesteld, krachtig op den eemnaal ingeslagen weg kunt voort gaan ter bereiking van het tweeledig doel: hulp en 6teun te verleenen, door arbeid te verschaffen in een tyd, waarin de werkeloos heid het grootst is, en tevens eene zoo aan gename en gezonde uitspanniüg als het scbaatsenryden te bevorderen. Zy wil eindigen met de betuiging, dat zy de beste wenschen koestert voor het lang durig bestaan der club en deze betuiging samenvatten in de woorden: „Lang leve de IJsclub „Valkenburg"!" „Lang leve haar geacht Bestuur!" 't Spreekt vanzelf, dat de voorzitter, de heer W H. Van Oordt, namens de Vereeni- gin?, met biydschap het geschenk aanvaardde, en allen, die er toe hadden bygedragen, har- telyken dar.k bracht voor de belangstelling in den bloei dor IJsclub. Voorts accepteerde hy gaamo de oorkonde, by het cadeau gevoegd, welke 0. m. de naam- ïyst der vriendeiyke geefsters vermeldde en prykte met eene keurig uitgevoerde pentee- kening van den heer H. Haaksma, lid der Vereeniging, die daarvoor dan ook van ver schillende zyden welverdienden dank inoogstte. Nog een uurtje bleef men daarna gezellig byeen, en mon scheidde met do beste wen schen voor de IJsclub, hopende, dat de winter ditmaal gelegenheid geve, om de Valkenburg sche kleuren, rood en geel, lustig te zien golven op den adem van den noordoostenwind. Uit (le „Staatscourant". Bij kon. besluit van 5 dezer zijn ter zake, dat zij zich hebben onderscheiden bij de onderdruk king van het verzet tegen het wettig gezag in do onderafdeeling Melawi der afdeeling Smtang Westerai'deeling van Borneo) van Nov. 1895 Maart 1896, benoemd tot officier in de orde van Oranje-Nassau, de resident der "NVesterafdeeling van Borneo S. W. Tromp, en tot riddor 4do klasse der Militairo Willemsorde, de controleur 2de kl. bij het binnenl. bestuur op de bezittingen buiten Java en Madura L- U. Westenenk, de sergeant der infanterie van het leger in Ned Indiü E. F. Sandman en de inl. korporaal der gewapende politiedienaren in de residentie Westeraldoeling van Borneo, Soeka. Slot.) Of hy vermoedde, dat ik hem by die ge schiedenis met de enveloppe had beet gehad, weet ik niet. Hij heeft er nooit iets van doen blyken. "Waarschyniyk zou hy niet eens hebben willen bekennen, dat iemand hem te slim af kon zyn. En over alles wat betrek king had op het verdrag zweeg hy, tevreden met hot feit, dat hy, op welke wyze dan ook, iets ten uitvoer had gebracht, dat on- mogelyk scheen. Hoe moeiiyk dit kunststukje ook scheen te zyn, toch betwyfel ik, of hy zelf ooit heeft gehoord op welke wyze zyn helper achter het geheim was gekomen. Slechts geheel by t03val kreeg ik de oplossing van het raadsel. 's Zaterdags had de Prins de „Observer" met zyn on wolkomen inhoud ontvangen. Zondag namiddag bracht ik hem weer een bezoek. Als gewoonlyk lag hy op de canapé en zag er zeor lijdend uit. „Zoudt gy mij het genoegen willen doen, een brief voor my te schryven?" vroeg hy ïny na de eerste begroetiQg." Gy zyt altyd zoo vriendeiyk en voorkomend voor my, en ik heb Maubeuge vandaag vryaf moeten geven." Natuuriyk deed het my veel genoegen, hem een dienst te kunnen bewyzen. Hy dicteerde my een paar korte nota's en zeide, toen ik daarmede gereed was: „Ik hoop, dat gy vandaag by my biyft eten. Ik reken er werkeiyk op, dat gy my wat zult opvroolykon. Dio noodlottige ver- dragsbistorie is een zware slag voor my geweest." Ik nam zyn uitnoodiging aan. „Gy behoeft echter niet heen te gaan," vervolgde hy. „Om dezen tijd doe ik gewoonlyk een slaapje, zooals gy weet, maar dat duurt niet langer dan een half uurtje. Intusschen kunt gy hier do couranten eens doorkyken, of misschien hebt gij wel een paar brieven te schryven." „Dat komt juist goed," zeide ik. „Ik zal myn brieven afmaken, terwyl gy u aan Morpheus' armen toevertrouwt." De Prins deed nu een weinig chloroform op een zakdoek, legde dion over zyn gelaat en sliep dadeiyk in. Ik nam een vel post papier en had een paar regels geschreven, toen ik tot myn uiterste verbazing een doffe stem ïd de* kamer vernam. Eerst kon ik my niet voorstellen, dat het de stem van den Prins was, doch toen ik het begreep, luisterde ik onwillekeurig scherper toe. Waarover praatte by toch in zijn narcotischen slaap? Groote hemel! over het eenige onderwerp, dat op bet oogenblik al zyn gedachten in beslag nam: het verdrag. Een paar zinnen kwamen verward, onregel matig, onsamenhangend voor den dag, doch herhaaldelijk hoorde men onder den zakdoek de wcorden: „Paragraaf XIII," natuuriyk in het Fransch, en dan volgden by stukken en brokken de werkelyke bepalingen van die ongelukkige Paragraaf. Ik was verstyfd van verbazing. De pen was my uit de hand gevallen, het was my alsof ik droomde. Hier wa3 dus eindelyk de oplossing van het raadsel. En den verrader be hoefde ik ook niet ver te zoeken. Maubeuge, die gewoonlyk op dezelfde plaats zat waar ik nu zat, had de onbewuste en onvrywillige, niet voor vreemde ooren bestemde uitdrukkingen opgeschreven en handig tot een geheel gemaakt, en hot geheim aan Le Grand verkocht. Hoe zonderling, hoe aangrypend was bet, dat de geslepenste staatsman van Europa hier als een klein kind moest babbelen; dat juist de man, die zich het moest van allen moeite had gegeven om het verdrag geheim te houden, degene had moeten zyn, die de gewichtigste bepalingen daaruit bekend maakte I Ik was nog steeds in verbazing verzonken, toen ik achter my een licht gedruisch ver nam. Haastig keerde ik my om. De deur was open en Maubeuge stond op den drem pel. De Prins praatte onbewust nog steeds vooit over dingen, waarvan het lot van landen en volken afhing. Maubeuge wierp eerst op den Prins, daarna op my een ang8tigen blik. Tevens zag ik, dat hy doods bleek werd en de uitdrukking van zyn gelaat geheel veranderd was. Ongetwyfeld had hy onmiddellyk den toestand overzien, en be grepen, dat zyn verraad ontdekt was, want zonder een woord te zeggen ging hy heen, de deur achter zich dicht trekkend. Ik volgde hem op den vo6t. Ik was woe dend op hem. Liefst had ik hem in den kraag gepakt en aan de politie overgeleverd, doch in hot belang van myn vriend, den Prins, mocht ik dat niet doen. Hy mocht nimmer vernemen wat er gebeurd was. Het zou zyn dood geweest zyn, als hy vernomen had, dat hy zyn souverein verraden had. Dat is ook de reden, waarom ik met de onthulling van dit geheim heb gewacht tot na zyn over- iydeD. Ik beheer8Chte dus myn toom, terwyl ik Maubeuge volgde. Ik was hem zoo snel nage* loopen, dat ik hem nog in het portaal inhaalde. „Mynheer Maubeuge," zeide ik, „ik moet u verzoeken, my een onderhoud te willen toestaan. Hy durfde niet weigeren, maar volgde my onderdanig in een ander vertrek. Ik begon dadeiyk met de woorden: „Mynheer Maubeuge, het zou, dunkt my, goed zyn, als gy onmiddellyk uw dienst by den Prins verliet." Hy was veel te slim om tegenover my driftig te worden. Hy wist wel, dat hy in myn oogen onherroopeiyk geschandvlekt was, en anders was er niemand by tegenwoordig, dien hy door zyn woorden ©m den tuin had kunnen leiden. Hy vatte dus de zaak een voudig van de practische zyde op. „Ik moet toch een reden tot verontschul diging bedenken," zeide hy. Opeens schoot my te binnen wat Gresham gezegd had. „Is het niet een feit," vroeg ik, „dat uw oogen zeer slecht zyn, en dat gy zelfs met het linkeroog niets tiet?" Hy scheen uiterst verbaasd. „Dat is zoo," antwoordde hy, „maar ik wist niet, dat iemand buiten my hiermede bekend was." „Nu, dit is een voldoende verontschuldiging. Zeg, dat uw oogen zoo verergerd zyn, dat gy, hoe zwaar het u ook valt, uw betrek king onmiddellyk moet verlaten. Onmiddellyk - begrypt gy? Op deze voorwaarde zal ik de politie buiten spel laten. Een maand salaris krygt gy niet, maar dat zal u nu ook niet hinderen. Mynheer Le Grand zal u wel een nieuwe betrekking bezorgen. In uw plaats zou ik dit land zoo spoedig mogelyk verlaten." „Ik wil gaarne aan uw verlangen voldoen," antwoordde de schurk op onderworpen toon. „Hiermee is de zaak afgeloopen," hernam ik. „Gy kunt gaan. In het belang van goede trouw en eerlykheid hoop ik, dat uw gezicht wat beter en uw gehoor wat slechter mag worden." Hy verdween en ik heb nooit weer iets van hem geboord of gezien. Misschien leeft hy nog, doch dan is het waarschyniyk ondec een aangenomen naam. Zooals ik gezegd heb, is de Prins dood, en ook Le Grand heeft het tydeiyke met het eeuwige verwisseld. Ik ben de eenige overc geblevene van de in deze zaak betrokkenen, en het doet my genoegen, in de gelegenheid te zyn, op deze wyze een der merkwaardigste raadsels uit de geschiedenis vaD onzen tyd op te lossen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1