N°. 11269.
Woensdag 18 November.
AM896
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Öit nommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Leiden, 17 November.
Feu.illeton.
fit liet dagboek vau ecu kassier.
LEIDSCÏÏ
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden.
Franco por post-s
Afzonderlijke Nommers
f 1.10.
1.40.
PRIJS DER AD VERTEN TIÉN
Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.171. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incassoeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Eerste Blad.
Ofüciëele Heanisgevingen.
Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden,
op Donderdag 19 Nov., des namiddags te twee uren.
Punten ter behandeling:
1°. Benoeming van twee leden in het stembnroau
voor de verkiezing van leden voor de Kamer
van Koophandel en Fabrieken.
2°. Idem van een tweeden onderwijzer aan de Jon
gensschool 1ste klasse. (252i
8°. Idem vau een etade-genees- en- heelkundige. (2B9)
4°. Verzoek van do weduwe J. GroesbookVan Dam,
om vrijatelliDg van de betaling van schoolgeld,
Hoogere Burgerschool voor Jongens. (253)
5°. Idem als voren van J. J. Krak. (254)
fi°. Voorstel tot hot doen rooien en verkoopen van
boomen. (255)
7°. Idem tot het doen uitvoeren van eoDige werken
aan de Meisjesschool lste klasse, Boommarkt.
(256)
6®. Verzoek van E. M. A. Van de Vrando—Btoeke,
om terugbotaling van schoolgeld lager onder
wijs. (257)
9°. Staat van af- en overschrijving op de begrooting,
dienst 1895, van hot B.-K. Armbestuur. (258)
10°. Rekening over 1895 van het B.-K. Armbe
stuur. (258)
11°. Verzoek vau het Hoofdbestuur der 8cbippers-
vereouiging „Schuttevacr", in zake de heffing
van havengelden. (260)
12°. Voorstel omtrent liet verlcenen van eeno toelage
aan don Genoeeheer-Direoteur van het Krank
zinnigengesticht „Endegoest". (261)
13°. Verzoek van de firma Van Welzen Jr. o. s. tot
wegnemirg van den telephoonpaal in de Pioters-
kork-Kooreteeg. (262)
14°. Vooxstel tot het toestaan van do roodigo gelden
voor het doen maken van een privaat in het
Bavenkantoor aan do Haarlemmervaart. (264)
15°. Idem als voren voor de plaatsing van politie-
wacktbuisjos op hot terrein van de Buiteneocié-
teit Amicitia en aan de Haven. (266)
16°. Suppletoire 8taat van begrooting, dienst 1896,
van het H. G.- of Arme Wees- en Kinder
huis. (267)
17°. Rekening van het College van VronweD-Kraam-
moedera over 1895. (268)
18°. Twei do Suppletoire Kobier der Plaatselijke Directe
Belasting, dienst 1896. (Ecrsto gedeelte). (266)
19°. Bezwaaraohriffoa tegen de Kobieron d r Plaatse
lijke Directe Belasting, dienst 1896. (Tweede
gedeelto). (2G8)
De minister van binntnlandsche zaken
heeft bepaald, dat, met ingang van 1 Januari
1897, uit de by beschikking van 31 Dec. 18S0
vastgestelde HJst van de verzamelingen en
hulpmiddelen voor het onderwijs aan de Rijks
universiteiten, uit de rubriek „Ryks-univer-
siteit te Leiden" vervalt: „Ethnographisch
Museum."
Met dezen maatregel van administratieven
aard wordt gevolg gegeven aan 's Ministers
voornemen, om de posten van het Ryks-
Ethnographisch Museum vau de afdeeling
„Universitair onderwijs" naar de afdeeling
„Kunsten en Wetenschappen" der Staatsbe-
grooting over te brengen.
De „Staats-Ct." bevat de statuten der
naamlooze Vennootschap „Zuid-Hollandsche
Bloembollenkweekery en export-maatschappij
voorheen onder de firma G. C. Van der Hoeff
en Co.", to Oegstgeest by Leiden, bewilligd
bij koninklyk besluit van 5 October 1896,
met een kapitaal, groot f 250,000, verdeeld
in twee serieën, elk groot f 125,000, waarvan
de eerste serie uitgegeven 8.
Directeur is do heer G. Chr. Van der Hoeff,
tweede directeur de heer J. Kop en commis
sarissen zijn de hoeren H. Goudoever, te
's Graven-hage; F. F. W. Heintz,, te Leiden en
D. Koeleman, te 's-Gravenhage.
Het doel der vennootschap is het kweeken
van en hot handolen naar binnen- en buiten
land in bloembollen en planten en al wat daar
toe, in den ruimsten zin genomen, behoort.
Evang.-Luth. Kerk. Zestal te Haarlem
(alph.)J. H. Bögeholtz, te Pekela; J. H.
Grottendieck, te Maastricht; M. Van Kleeff,
te Leiden; dr. J. W. Pont, te Utrecht; J. F.
Ternooy Apèl, te Harliügen, en A. D. Wempe,
te Alkmaar.
In de te houden vergadering van onder
wijze s en besturen van Chr. scholen in de
Rijnstreek in de kerk der Ned.-Herv. Gem.
te Ter Aar op 20 November a. e. zal de heer
Kalsbeek, hoofd der Chr. school te Woerden,
spreken over: „Do armoede der openbare
school" en de heer J. Van Andel, hoofd der
Chr. school te Bodegraven, over: „Het Chr.
onderwijs eeo eisch Gods. Te Ter-Aar bestaat
nog geen Chr. school.
Te Boskoop he«ft de Unie-collecte 178.15
opgebracht; te Hillegoa f 67.28.
Naar het schijnt, worden nog steeds hier
of daar pVacnen gemaakt of commissies be
noemd, met het doel gelden bijeen te brengen
voor een geschenk of hulleblyk aan H. M.
de Koningin bij Hd. inhuldiging.
Van zeer bevoegde zfide verneemt het
„Hbl.", dat, nu H. M. evenwel Hd. verlangen
heeft te kennen gegeven gaen geschenken of
huldeblijken van stoffelyken aard by gelegen
heid van Hd. meerderjarigheid en inhuldiging
te ontvangen, de geschenken of huldeblijken,
die desniettegenstaande moenten worden aange
boden, beslist zullen worden geweigerd.
Hoe hoog de Koningin de gevoelens moge
waardeeren, waaraan men uiting wenscht te
geven, eischt do billijkheid, dat op het door
H. M. genomen besluit geenerlei uitzondering
worde gemaakt.
Het huldeblijk aan Richard Hol op zyn
70sten verjaardag, bestaande in zijn marmeren
buste, vervaardigd door den beeldhouwer A.
W. M. Odé Jr., te 's Gravenhage, en bestemd
voor het Rijksmuseum te Amsterdam, zal
aldaar worden geplaatst op Maandag 23
November a. s., des namiddags te balfdrie. Zy,
die tot het huldeblijk hebben bijgedragen,
zullen gelegenheid hebben de plechtigheid by
te wonen door zich tegen dat tydstip te
vervoegen aan den westelijken hoofdingang
van het Rijksmuseum.
In de plaats van wijlen den heer H.
SchröJer Visser is benoemd tot generaal-
gemachtigde in Europa van het Parapattan
Wcezengesticht te Batavia, de heer W. Cremer,
te 's-Gravenhage.
Jhr. Van Weede, buitengewoon gezant
en gevolmachtigd minister van H. M. te Madrid,
is thans in de residentie aangekomen.
De lijfarts van BH. MM., dr. Van Tien
hoven, is gisteren op reis gegaan naar
Zwitserland.
Door de hoofdbesturen van het N. O. Gen.
en van den Bond vcor N. O. is een adres
opgesteld aan de Koningin, dat aan alle on
derwijzers bij het openbaar lager onderwijs
in Nederland ter teekening zal worden aan
geboden. Adressanten zeggen o. a.:
„dat eene dikwijls bedroevende en pijnlijke
ervaring hen heeft doen erkennen, dat de
behoefte aan verbetering niet alleen betreft
een doelmatige Iraktementsverbetering voor
de onderwijzers zelf, maar ook en vooral de
vorz kering van pensioen aan hunne weduwen
en weezen;
„dat zfi van meening zyn, dat de gewenschte
verbetering haar uitgangspunt zou moeten
vinden in het tot stand brengen van eene
regeling der bovenbedoeld® pensioenverze-
kering;
„dat zy de overtuiging hebben verkregen,
dat die verbetering alleen tot stand gebracht
kan worden door esne regeling bij de wet;
„dat zi) met eene aan het gewicht der
zaek evenredige belangstelling kennis hebben
genomen van de zegenrijke werkiDg en den
gunstigtn toestand van het weduwen- W
weezenfonds voor Burgerlijke Ambtenaren, op
gericht krachtens de wet van 9 Mei 1890
(Staatsbl. No. 79), welke toestand blijkt uit
do wetenschappelijke balans, die thans voor
de eerste maal door Uwer Majeateits Regeering
is overgelegd, overeenkomstig de bepaling van
artikel 20 der bovenbedoeld-e wet;
„dat zfi hopen, dat Uwer Majesteits Rogee-
ring met wijziging van alinea 2 van den
aanhef van art. 31 der bovenbedoelde wet
den gunstigün toestand van bovengenoemd
weduwen- en weezenfonds zoo noodig als
middel mag willen aanwenden, om mogelijke
financiëele bezwaren tegen de opneming der
onderwijzers onder de ambtenaren, aan wier
weduwen en weezen het genot van pensioen
wordt verzekerd, op te heffen;
„dat zy om al die redenen de vrijheid nemen,
zich eerbiedig en met bescheiden, doch krach-
tigen aandrang tot Uwe Majesteit te wenden
met het verzoek, dat het Haar moge behagen
eene wettelyko regeling in het leven te roepon,
die, rekening houdende met de draagkracht
der onderwijzers, hen trekt binnen den kring
der ambtenaren, wier weduwen en weezen
in het genot van pensioenverzekering zfin
gestold."
Aan het adres is een memorie van toelich
ting toegevoegd, die te geiyk met het adres
zal worden verzonden.
Door den minister van waterstaat is aan
het meerendeel der betrokken gemeentebestu
ren de vraag gedaan, wat naar hunne me9ning
te verkiezen is: do spoorwegbrug te Velsen
tevens te doen inrichten voor voertuigen en
personenverkeer, of op de plaats van de tegen
woordige voetbrug een stoompont in te stellen.
Dr. H. W. F, C. Woltering, privaat docent
aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, zal Don
derdag zijDe colleges over therapie der interne
ziekten aanvangen.
Benoemd is tot leorares in de Fransche
taal aan de H. B.-S. voor meisjes te Deventer
mej. E. E. Engelbrecbt te Arnhem.
Te Winschoten is in 84-jarigen ouderdom
overleden de heer D. G. Rademaker, sedert
60 jaren predikant aldaar.
Yolgen3 het „Yad." komt voor de ver
vulling der vacature-Sanger als boogleeraar
in de verloskunde aan do Groningsche univer
siteit weder een vreemdeling in aanmerking,
en wel een Belg.
De gemeenteraad van Harlingen heeft
het salaris van den te benoemen leeraar in
de gymnastiek aan de hoogere burgerschool
vastgesteld op f 1000. De vorige titularis, de
heer v. d. Est, genoot f 1500.
Mejuffrouw L. Van Mansvelt, apothekeres
te Doesburg, is tot assistente benoemd aan
het gouvemements hospitaal te Pretoria.
Zondag-avond kwamen te Ylissingen van
Duitschland aan de hertog en de hertogin van
Connaught, die met de nachtboot „Koningin
Regentes" der Maatschappij „Zeeland" hunne
reis naar Qu enboro'resp. Londen vervolgden.
I Tot tweeden secretaris by het Turksch
gezantschap aan ons Hof is benoemd de heer
Bussem Bey, thans 3 3e secretaris te Londen,
en zoon van E^nii^Bey, gezant by ons Hof.
Het gouden priesterfeest van den zeer-
eerw. heer H. G. J. Doesburg, te Utrecht, werd
gistermorgen met veel belangstelling kerkelijk
gevierd. Het kerkgebouw was overvol. Te
halfelf nam do plechtige hoogdienst een aan
vang, welk dankoffer door ZynEerw. zelf werd
opgedragen. Vóór den aanvang der mis werd
het driestemmige „Yeni Creator" aangeheven.
Onder het plechtig dankoffer officiëerden
als presbyter-assistents de broader van den
jubilaris, als diaken de eerw. pater H. Poodt,
prior, en als sub-diaken de weleerw. pator
A. Weijers, terwijl als troon diakens fungeer
den de eerw. paters Wennekendonk en J. P.
Brouwer. Het zangkoor voerde onder de mis
zeer verdienstelijk eene vierstemmige missauit.
De plechtigheid werd besloten met een „Te
Deum". (17. D.)
Op last van den inspecteur der infanterie
moet bij de corpsen een onderzoek worden
ingesteld of het gewicht der bepakking van
den man met inbegrip van het geweer niet
nog lager zou zfin te brengen dan 24 KG.
In plaats van den kapt. P. Van Lunteren,
wordt de kapt. H. B. Moll, van het 4de reg.
vest.-art. te Den Helder, overgeplaatst naar
Delft als kapiteins voor het materiéel der
artillerie-inrichtingen.
In plaats van den tot kapitein benoem
den lsten luit. J. H. C. Sluiter, is de lste
luit. J. F. B. Kalff, van het lste reg. veld-
art. en gedetacheerd bij de instructie-battery,
overgeplaatst bij het corps rijdende artillerie
te Arnhem.
De gepen8ionneerde kapt. O.-I. leger H.
H. L. Kuilman is benoemd tot administrateur
van het militair hospitaal te Paramaribo; hy
vertrekt 10 Dec. a. s. van hier.
Met ingang van 1 Dec. a. s. wordt de
off. v. gez. 2de kl. A. N. Dinger ontheven
van zyne detacheering by het mil. hospitaal
te Utrecht en geplaatst by het corps ponton
niers te Dordrecht.
De 2de luit. der inf. op non-act. J. M.
Sluys zal binnenkort weder in actieven dienst
treden.
De 2de luit. F. De Ridder, van het 3de
reg. vest. art. to Gorkum, is in afwachting
van latere overplaatsing voorloopig gsdet'
cheerd by het lste reg. veld-art. te Utrecht
Het stoomschip „Laertes" arriveerde
Nov. van Amsterdam en Liverpool te Batavi'
de „Burgemeester D n Tex", van BatJavi
naar Amsterdam, arriveerde 16 Nov. van Suez
de „Schiedam", van Amsterdam naar Nieu*
York, passeerde 16 Nov. Prawl^point.
Uit de „Staatscourant".
Kon. besluiten. Met ingang van 16 dezer isr
aan B. G. Yan der Have. te Ouwerkerk, op zijn
verzoek, eervol ontslag verleend als lid van do
commissie van toezicht op de Riikriandbouw-
proefstations en in zijne plaats als zoodanig- be
noemd .1 M JCakeheekn, to (ioes
Goedgekeurd, dat W. Z. Van Teylingen. burge
meester van de gemeonle Oo3tka;iello. isbanoemd
tot secretaris dier gemeente.
Met ingang van 1 Dec. a. s. lo. de o.iicier-
machinist 2de kl. bij 'sRijks stoomvaartdienst S.
Yerschoor, op pensioen gesteld, onder toekenning
van een pensioen van fyOO 's jaars, en eene ver
hooging van dat pensioen, ten bedrage v\.n f'JOO
's jaars, ingevolge art. 1, c, der wet van l April
1875; 2o. benoemd tot officier-machinist der 2de
klasse bij 's Rijks stoomvaartdienst, de lioofd-
machiDist der lste klasso J. A. Schell.
Op pensioen gesteld, de majoor-kwartiermeester
P. M. Scheurleer, van bet 8ste reg. int-, op zijne
aanvrage, krachtens art. 42, |t6, der wet van
28 Augustus 1851, en de kapitein kwartiermeester
J. M. J. Van Rijen van het 2de reg veld-art.,
krachtens art. 42 2c. dierzelfde wet, en het bo
drag van bet pensioen bepaald, voor den majoor-
kwartierm. Scheurleer op f 1600 's jaars, en voor
den kapitein-kwartiermeester Van Rijen op 1560
's jaars.
Benoemd is tot inspecteur der registratie en
domeinen derde klasse in do 40ste divisie U. J.
W. Van Nooten, thans derde klasse in de 37ste
divisie; in de 37ste divisie N. Koomans, ontvanger
der registratie te Zalt-Bommel.
Benoemd bij het personeel der Militaire Academie
tot kapitein-kwartiermeester, respectievelijk bij het
2de reg. vesting-art. en bij het 2de reg. veld-art.,
de eerstc-luit.-kwartiermeesters C. W. F. Doorman,
van bet 4de reg. inf., en J. D. De Bloome. van
den staf der inf, werkzaam bij liet departement
van oorlog; tot eersten luit.-kwa liermeester, bij
bun tegenwoordig corps, do tweede luit.-kwartier-
meesters P. Rienks, van het 3de. en F. Dekker,
vaD bet 2de reg. inf.
Benoemd bij het personeel vau den geneeskun
digen dienst der landmacht, tot militair apotheker
2de kl., de apotheker A. J. Mol.
De kapt. E. F. W. C. Westorbaen Schmidt, van
het 4de regt. inf., op non-activiteit gesteld.
Mevrouw M. J. H. Ch. Lodewijks, geb. Joosten,
gewezen hulponderwijzeres bij bet openbaar lager
onderwijs voor Europeanon en met dezen gelyk-
gestelden in Nederlandsch-Indië, thans met verlof
buiten de koloniën, op haar verzoek, met ingang
van 1 December a. s., eervol uit 's lands dienst
ontslagen.
De gewone audiëntie van den minis'er van
marine zal op Yrrjdag 20 November a. s. niet plaats
hebben.
Uit een rapport van den commandant van Hr.
Ms. schoener „Dolfijn," belast met het politie
toezicht op de visscherij in de Noordzee van 31
Oct. tot 4 Nov. jl., blijkt, dat geen overtredingen
zijn opgemerkt en geen klachten vernomen.
Gr e m en g cl Nieuws.
Voor de betrekking van huis-
meester in het krankzinnigengesticht „Ende-
geest", hebben zich aangemeld 261 sollicitanten,
voor bo-'khouier 187, voor liDneDjuffrouw
92, voor tuinbaas 100 en voor portier 85.
De stoomboot d e r M a a t schappij
„De Volharding," die gistemamiddag om vyf
uren van hier naar Amsterdam vertrok, kwam
even buiten de Zijlpoort in aanraking met
2)
„Hm! dat 's vreemd.... dat ding weg
en zy om een boodschap. Dat komt me ver
zonderling voor." 't Woord verdacht lag op
de lippen, maar werd niet uitgesproken. En
weer de kamer een paar malen doorloopende,
vervolgde hij: „Wacht nu maar met den
timmerman en de gaswerkers te roepen, tot
ik je zal hebben gewaarschuwd. Eerst moet
die vrouw terug zyn en ik met haar hebben
gesproken."
„Ja, meneerI maar.... ik heb er Hein al
naar gevraagd, en die was w&t erg op zyn
paardje. Als 't niet gauw uitkomt, wie 't ge
daan had, zei Hein, dan zou hy er een politie
zaak van maken. Hy wil niet onder ver
denking staan, 't Is al erg genoeg, zei Hein,
dat een ambachtsman zoo'n beetje verdient
m zoo'n duren tfid; en dan nog een kwajen
naam op den koop toe te krygen, daar heeft
ie maar volstrekt geen zin in. Vóór negen
uren moet 't bekend zyn, wie gestolen heeft
of waar 't gebleven is, of anders zal Hein er
werk van maken."
„Daar heb je me nu, met je babbelzucht,
wat moois gedaan 1 Ik zal de laatste zfjn om
te beweren, dat de timmerman er iets van
weetDe man op den zolder, dus eon
verdieping hoogeren bovendien.de gas
werkers ook al onzin." En als ontevreden
op zichzelven, mompelde hij binnensmonds:
„'t Is ook inyn eigen schuld; 'k had er niet
zoo over moeten uitvaren; nu is 't vuurtje
aan don gang, en 't zal moeite kosten dat te
blusschen, zonder dat de buitenwereld er iets
van bemerkt." En zich achterover in zyn
armstoel werpende, zag hy, als in gedachten
verzonken, de meid huishoudster werktuiglijk
strak in het gezicht.
Een oogeDbhk keek zy voor zich, werd toen
bleek en begon luid te schreien.
Yan Stolwijk, hierdoor uit zyn mijmering
gewekt, zag haar verwonderd aan en vroeg
op den goedhartigsten toon van de wereld:
„Wat deert je, Jans? Schort er iets aan?"
„Of er iets aan schort?" zei Jans snikkende,
„dat zal u 't beste weten, u ziet me aan met
een gezicht, of u zeggen wilde: Jy hebt 't,
Jansl kom er miur voor uit. En ik kan u
zeggen, meneer! dat ik er zoo onschuldig
aan ben als een pasgeboren kindje... datik
nimmer anders zou kunnen zeggen, al brach
ten ze me op do pijnbank... en dat het toch
wat te zeggen is, als men twaalf jaren achter
een eerlijk en trouw gediend heeft, zoo maar
opeens te worden verdacht van zoo'n miserabele
handeling;maar ik ga heen, of 't uitkomt
of niet uitkomt. Ia een dienst, waar ik na
zooveel jaren zoo weinig vertrouwen heb ge
kregen als hier, wil ik niet blyven." En meer
spijtig dan verdrietig liep Jans driftig weg.
Yan Stolwijk werd ongedurig, 't Scheen
hem een raadsel, hoe de zaak te moeten aan
pakken. Eenmaal begonnen, moest er een eind
aan komen; maar hoe, dat wist hy niet.
Terwijl hy daarover nadacht, werd er even
driftig op de deur getikt, die daarna onmid
dellijk werd geopend. Jans kwam eerst bin
nen, met een paar betraande oogeu en rood
kleurige wangen, an dadelijk achter haar
volgde de schoonmaakster, die schoorvoetend
de kamer binnentrad eü, aan heur voorschoot
frommelende, strak voor zich zag. Zy scheen
zeer zenuwachtig, want haar lippen beefden,
en zy werd nu rood, dan bleek, toen Yan
Stolwyk haar aansprak.
„Yrouw, Mietje, of hoe je heeten moogt,"
begon hy, na zich zoo kalm mogeiyk tegen
over de beide vrouwen te hebben goplaatat:
„er is hier iets onverklaarbaars gebeurd, en
daar ik een volslagen vyand ben van alle
verdenking, wensch ik tot zekerheid te ko
men. Een mensch is feilbaar, en er kunnen
dus vergissingen plaats hebbeD.Weet je
ook iets van bankbiljetten, die hier op de
tafel hebben gelegen? Zio, zóó." En hy
haalde drie bankbiljetten van vyf en twintig
gulden uit zyn brieventasch, vouwde ze dubbel
en lei ze voor zich op de tafel.
De schoonmaakster antwoordde tamelyk
beschroomd: „Ja, meheerl ik heb daar wel
papiertjes zien liggen, maar 'k wist niet, dat
't bankbriefjes waren.'k ben er ook niet
aan geweest'k heb ze alleen maar wat
op zy gelegd, om de tafel te kunnen afstoffen,
anders niet."
„En heb je niet gezien hoeveel er waren
„Neen, meheerl 'k heb alleen gezien, dat
ze van vyf en twintig waren, want by 'top-
zyschuiven sloeg er een om, maar andera
niet, heusch niet."
„Zyn ze dan ook gevallen, of van de tafel ge
waaid, want 't raam stond een kiertje open
„Neen, meheerl heuschelyk niet; dat kan
niet, want 'k heb er uit voorzorg nog een
sleutel op gelegd, juist omdat ze niet van de
tafel zouden waaien; en toen ze toch zoo'n
beetje fladderden, van de tocht, weet uwe,
toen heb ik 't raam maar toegedaan."
„Zool en toen ben je er niet meer aange
weest?"
„Neen, meheerl heusch niet."
„Was er nog iemand anders by je in de
kamer?"
„Neen, meheerl ik doe altyd uw kamer
moederziel alleen."
„Zool dat weet je dus zeker. De timmer
man niet en de gaswerkers ook niet?"
„NeeD, meheerl niemand. Ik benik
ben juist de kamer niet uitgegaan, voordat
u terugkwam, juist om die papiertjes; want
oen mensch kan nooit weten, niet waar,
meheer?"
„Ja maar, Antje! dat is toch vreemd. Eerst
zeg je, niet te hebben geweton, dat 't gelds
waardig papier was, en toen zeg je, enköl
en alleen uit voorzorg voor dat papier hier
te zyn gebleven. Gevoel je niet, dat die
beide verklaringen met elkander in tegen
spraak zyn?"
„Noe«, meheerl heusch niet; ik kan er
anders niet van zeggen. U zult wel begrypen,
dat wy, armé stakkers, geou verstand hebben
van keponnetjes en bankjes. We zyn biy als
we een paar kwartjes zien voor een geheelen
dag tobbenmaar
Er werd luid aan de huisdeur gescheld, en
de meid-huishoudster, die dit gesprek stil
zwijgend had aangehoord, vertrok om te zien
wat er was, en kwam dadeiyk terug, bleek
als een doek, en viel byna de kamer in met
de woorden:
„Ach, meneer 1 daar is een inspecteur van
politie 1"
„Wat blief je?" vroeg Yan Stolwyk, meer
verschrikt dan verwonderd. „Wie heeft daar
order toe gegeven, zonder myn voorkennis?"
„Ik weet 't niet, meneerl maar ik denk,
dat Hein hem gehaald heeft, want hy staat
druk met hem to praten."
„Maar dat is door het brutale heen
Ik zal hem te woord staan, daar kan hy
staat op maken. Maar," en nu wendde hy
zich tot de schoonmaakster, met oen ge
dwongen bedaardheid, die z\jn karakter eer
aandeed: „wo zyn tegen wil en dank aan
het uiterste gekomen; iedere minuut is be
slissend voor uw volgend leven; bedeck dat
wel, moeder 1" en hy lei zooveel nadruk op
dat woord, dat de werkster hem getroffen
aanzag. „Indien gy door het een of andor
toeval in het bezit zyt gekomeu van het
bankbiljet, zonder de waarde er van te kennen,
zeg het dan, en wy kunnen nog al de ge
volgen voorkomen, die aanstonds reeds niet
meer van onzen wil afhankeiyk zullen zyn
Maar spreek dan toch, mensch 1 en zie me
niet zoo aan
„By de nagedachtenis myner zalige moeder,
ik weet er niets van, meheerl" antwoordde
de vrouw op een toon, alsof ze besloten had
geen woord verder te spreken.
(Wordt vervolgd.)