N°. 11269. Woensdag 18 November. AM896 feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Öit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Leiden, 17 November. Feu.illeton. fit liet dagboek vau ecu kassier. LEIDSCÏÏ PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. Franco por post-s Afzonderlijke Nommers f 1.10. 1.40. PRIJS DER AD VERTEN TIÉN Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.171. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incassoeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Eerste Blad. Ofüciëele Heanisgevingen. Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden, op Donderdag 19 Nov., des namiddags te twee uren. Punten ter behandeling: 1°. Benoeming van twee leden in het stembnroau voor de verkiezing van leden voor de Kamer van Koophandel en Fabrieken. 2°. Idem van een tweeden onderwijzer aan de Jon gensschool 1ste klasse. (252i 8°. Idem vau een etade-genees- en- heelkundige. (2B9) 4°. Verzoek van do weduwe J. GroesbookVan Dam, om vrijatelliDg van de betaling van schoolgeld, Hoogere Burgerschool voor Jongens. (253) 5°. Idem als voren van J. J. Krak. (254) fi°. Voorstel tot hot doen rooien en verkoopen van boomen. (255) 7°. Idem tot het doen uitvoeren van eoDige werken aan de Meisjesschool lste klasse, Boommarkt. (256) 6®. Verzoek van E. M. A. Van de Vrando—Btoeke, om terugbotaling van schoolgeld lager onder wijs. (257) 9°. Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1895, van hot B.-K. Armbestuur. (258) 10°. Rekening over 1895 van het B.-K. Armbe stuur. (258) 11°. Verzoek vau het Hoofdbestuur der 8cbippers- vereouiging „Schuttevacr", in zake de heffing van havengelden. (260) 12°. Voorstel omtrent liet verlcenen van eeno toelage aan don Genoeeheer-Direoteur van het Krank zinnigengesticht „Endegoest". (261) 13°. Verzoek van de firma Van Welzen Jr. o. s. tot wegnemirg van den telephoonpaal in de Pioters- kork-Kooreteeg. (262) 14°. Vooxstel tot het toestaan van do roodigo gelden voor het doen maken van een privaat in het Bavenkantoor aan do Haarlemmervaart. (264) 15°. Idem als voren voor de plaatsing van politie- wacktbuisjos op hot terrein van de Buiteneocié- teit Amicitia en aan de Haven. (266) 16°. Suppletoire 8taat van begrooting, dienst 1896, van het H. G.- of Arme Wees- en Kinder huis. (267) 17°. Rekening van het College van VronweD-Kraam- moedera over 1895. (268) 18°. Twei do Suppletoire Kobier der Plaatselijke Directe Belasting, dienst 1896. (Ecrsto gedeelte). (266) 19°. Bezwaaraohriffoa tegen de Kobieron d r Plaatse lijke Directe Belasting, dienst 1896. (Tweede gedeelto). (2G8) De minister van binntnlandsche zaken heeft bepaald, dat, met ingang van 1 Januari 1897, uit de by beschikking van 31 Dec. 18S0 vastgestelde HJst van de verzamelingen en hulpmiddelen voor het onderwijs aan de Rijks universiteiten, uit de rubriek „Ryks-univer- siteit te Leiden" vervalt: „Ethnographisch Museum." Met dezen maatregel van administratieven aard wordt gevolg gegeven aan 's Ministers voornemen, om de posten van het Ryks- Ethnographisch Museum vau de afdeeling „Universitair onderwijs" naar de afdeeling „Kunsten en Wetenschappen" der Staatsbe- grooting over te brengen. De „Staats-Ct." bevat de statuten der naamlooze Vennootschap „Zuid-Hollandsche Bloembollenkweekery en export-maatschappij voorheen onder de firma G. C. Van der Hoeff en Co.", to Oegstgeest by Leiden, bewilligd bij koninklyk besluit van 5 October 1896, met een kapitaal, groot f 250,000, verdeeld in twee serieën, elk groot f 125,000, waarvan de eerste serie uitgegeven 8. Directeur is do heer G. Chr. Van der Hoeff, tweede directeur de heer J. Kop en commis sarissen zijn de hoeren H. Goudoever, te 's Graven-hage; F. F. W. Heintz,, te Leiden en D. Koeleman, te 's-Gravenhage. Het doel der vennootschap is het kweeken van en hot handolen naar binnen- en buiten land in bloembollen en planten en al wat daar toe, in den ruimsten zin genomen, behoort. Evang.-Luth. Kerk. Zestal te Haarlem (alph.)J. H. Bögeholtz, te Pekela; J. H. Grottendieck, te Maastricht; M. Van Kleeff, te Leiden; dr. J. W. Pont, te Utrecht; J. F. Ternooy Apèl, te Harliügen, en A. D. Wempe, te Alkmaar. In de te houden vergadering van onder wijze s en besturen van Chr. scholen in de Rijnstreek in de kerk der Ned.-Herv. Gem. te Ter Aar op 20 November a. e. zal de heer Kalsbeek, hoofd der Chr. school te Woerden, spreken over: „Do armoede der openbare school" en de heer J. Van Andel, hoofd der Chr. school te Bodegraven, over: „Het Chr. onderwijs eeo eisch Gods. Te Ter-Aar bestaat nog geen Chr. school. Te Boskoop he«ft de Unie-collecte 178.15 opgebracht; te Hillegoa f 67.28. Naar het schijnt, worden nog steeds hier of daar pVacnen gemaakt of commissies be noemd, met het doel gelden bijeen te brengen voor een geschenk of hulleblyk aan H. M. de Koningin bij Hd. inhuldiging. Van zeer bevoegde zfide verneemt het „Hbl.", dat, nu H. M. evenwel Hd. verlangen heeft te kennen gegeven gaen geschenken of huldeblijken van stoffelyken aard by gelegen heid van Hd. meerderjarigheid en inhuldiging te ontvangen, de geschenken of huldeblijken, die desniettegenstaande moenten worden aange boden, beslist zullen worden geweigerd. Hoe hoog de Koningin de gevoelens moge waardeeren, waaraan men uiting wenscht te geven, eischt do billijkheid, dat op het door H. M. genomen besluit geenerlei uitzondering worde gemaakt. Het huldeblijk aan Richard Hol op zyn 70sten verjaardag, bestaande in zijn marmeren buste, vervaardigd door den beeldhouwer A. W. M. Odé Jr., te 's Gravenhage, en bestemd voor het Rijksmuseum te Amsterdam, zal aldaar worden geplaatst op Maandag 23 November a. s., des namiddags te balfdrie. Zy, die tot het huldeblijk hebben bijgedragen, zullen gelegenheid hebben de plechtigheid by te wonen door zich tegen dat tydstip te vervoegen aan den westelijken hoofdingang van het Rijksmuseum. In de plaats van wijlen den heer H. SchröJer Visser is benoemd tot generaal- gemachtigde in Europa van het Parapattan Wcezengesticht te Batavia, de heer W. Cremer, te 's-Gravenhage. Jhr. Van Weede, buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister van H. M. te Madrid, is thans in de residentie aangekomen. De lijfarts van BH. MM., dr. Van Tien hoven, is gisteren op reis gegaan naar Zwitserland. Door de hoofdbesturen van het N. O. Gen. en van den Bond vcor N. O. is een adres opgesteld aan de Koningin, dat aan alle on derwijzers bij het openbaar lager onderwijs in Nederland ter teekening zal worden aan geboden. Adressanten zeggen o. a.: „dat eene dikwijls bedroevende en pijnlijke ervaring hen heeft doen erkennen, dat de behoefte aan verbetering niet alleen betreft een doelmatige Iraktementsverbetering voor de onderwijzers zelf, maar ook en vooral de vorz kering van pensioen aan hunne weduwen en weezen; „dat zfi van meening zyn, dat de gewenschte verbetering haar uitgangspunt zou moeten vinden in het tot stand brengen van eene regeling der bovenbedoeld® pensioenverze- kering; „dat zy de overtuiging hebben verkregen, dat die verbetering alleen tot stand gebracht kan worden door esne regeling bij de wet; „dat zi) met eene aan het gewicht der zaek evenredige belangstelling kennis hebben genomen van de zegenrijke werkiDg en den gunstigtn toestand van het weduwen- W weezenfonds voor Burgerlijke Ambtenaren, op gericht krachtens de wet van 9 Mei 1890 (Staatsbl. No. 79), welke toestand blijkt uit do wetenschappelijke balans, die thans voor de eerste maal door Uwer Majeateits Regeering is overgelegd, overeenkomstig de bepaling van artikel 20 der bovenbedoeld-e wet; „dat zfi hopen, dat Uwer Majesteits Rogee- ring met wijziging van alinea 2 van den aanhef van art. 31 der bovenbedoelde wet den gunstigün toestand van bovengenoemd weduwen- en weezenfonds zoo noodig als middel mag willen aanwenden, om mogelijke financiëele bezwaren tegen de opneming der onderwijzers onder de ambtenaren, aan wier weduwen en weezen het genot van pensioen wordt verzekerd, op te heffen; „dat zy om al die redenen de vrijheid nemen, zich eerbiedig en met bescheiden, doch krach- tigen aandrang tot Uwe Majesteit te wenden met het verzoek, dat het Haar moge behagen eene wettelyko regeling in het leven te roepon, die, rekening houdende met de draagkracht der onderwijzers, hen trekt binnen den kring der ambtenaren, wier weduwen en weezen in het genot van pensioenverzekering zfin gestold." Aan het adres is een memorie van toelich ting toegevoegd, die te geiyk met het adres zal worden verzonden. Door den minister van waterstaat is aan het meerendeel der betrokken gemeentebestu ren de vraag gedaan, wat naar hunne me9ning te verkiezen is: do spoorwegbrug te Velsen tevens te doen inrichten voor voertuigen en personenverkeer, of op de plaats van de tegen woordige voetbrug een stoompont in te stellen. Dr. H. W. F, C. Woltering, privaat docent aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, zal Don derdag zijDe colleges over therapie der interne ziekten aanvangen. Benoemd is tot leorares in de Fransche taal aan de H. B.-S. voor meisjes te Deventer mej. E. E. Engelbrecbt te Arnhem. Te Winschoten is in 84-jarigen ouderdom overleden de heer D. G. Rademaker, sedert 60 jaren predikant aldaar. Yolgen3 het „Yad." komt voor de ver vulling der vacature-Sanger als boogleeraar in de verloskunde aan do Groningsche univer siteit weder een vreemdeling in aanmerking, en wel een Belg. De gemeenteraad van Harlingen heeft het salaris van den te benoemen leeraar in de gymnastiek aan de hoogere burgerschool vastgesteld op f 1000. De vorige titularis, de heer v. d. Est, genoot f 1500. Mejuffrouw L. Van Mansvelt, apothekeres te Doesburg, is tot assistente benoemd aan het gouvemements hospitaal te Pretoria. Zondag-avond kwamen te Ylissingen van Duitschland aan de hertog en de hertogin van Connaught, die met de nachtboot „Koningin Regentes" der Maatschappij „Zeeland" hunne reis naar Qu enboro'resp. Londen vervolgden. I Tot tweeden secretaris by het Turksch gezantschap aan ons Hof is benoemd de heer Bussem Bey, thans 3 3e secretaris te Londen, en zoon van E^nii^Bey, gezant by ons Hof. Het gouden priesterfeest van den zeer- eerw. heer H. G. J. Doesburg, te Utrecht, werd gistermorgen met veel belangstelling kerkelijk gevierd. Het kerkgebouw was overvol. Te halfelf nam do plechtige hoogdienst een aan vang, welk dankoffer door ZynEerw. zelf werd opgedragen. Vóór den aanvang der mis werd het driestemmige „Yeni Creator" aangeheven. Onder het plechtig dankoffer officiëerden als presbyter-assistents de broader van den jubilaris, als diaken de eerw. pater H. Poodt, prior, en als sub-diaken de weleerw. pator A. Weijers, terwijl als troon diakens fungeer den de eerw. paters Wennekendonk en J. P. Brouwer. Het zangkoor voerde onder de mis zeer verdienstelijk eene vierstemmige missauit. De plechtigheid werd besloten met een „Te Deum". (17. D.) Op last van den inspecteur der infanterie moet bij de corpsen een onderzoek worden ingesteld of het gewicht der bepakking van den man met inbegrip van het geweer niet nog lager zou zfin te brengen dan 24 KG. In plaats van den kapt. P. Van Lunteren, wordt de kapt. H. B. Moll, van het 4de reg. vest.-art. te Den Helder, overgeplaatst naar Delft als kapiteins voor het materiéel der artillerie-inrichtingen. In plaats van den tot kapitein benoem den lsten luit. J. H. C. Sluiter, is de lste luit. J. F. B. Kalff, van het lste reg. veld- art. en gedetacheerd bij de instructie-battery, overgeplaatst bij het corps rijdende artillerie te Arnhem. De gepen8ionneerde kapt. O.-I. leger H. H. L. Kuilman is benoemd tot administrateur van het militair hospitaal te Paramaribo; hy vertrekt 10 Dec. a. s. van hier. Met ingang van 1 Dec. a. s. wordt de off. v. gez. 2de kl. A. N. Dinger ontheven van zyne detacheering by het mil. hospitaal te Utrecht en geplaatst by het corps ponton niers te Dordrecht. De 2de luit. der inf. op non-act. J. M. Sluys zal binnenkort weder in actieven dienst treden. De 2de luit. F. De Ridder, van het 3de reg. vest. art. to Gorkum, is in afwachting van latere overplaatsing voorloopig gsdet' cheerd by het lste reg. veld-art. te Utrecht Het stoomschip „Laertes" arriveerde Nov. van Amsterdam en Liverpool te Batavi' de „Burgemeester D n Tex", van BatJavi naar Amsterdam, arriveerde 16 Nov. van Suez de „Schiedam", van Amsterdam naar Nieu* York, passeerde 16 Nov. Prawl^point. Uit de „Staatscourant". Kon. besluiten. Met ingang van 16 dezer isr aan B. G. Yan der Have. te Ouwerkerk, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als lid van do commissie van toezicht op de Riikriandbouw- proefstations en in zijne plaats als zoodanig- be noemd .1 M JCakeheekn, to (ioes Goedgekeurd, dat W. Z. Van Teylingen. burge meester van de gemeonle Oo3tka;iello. isbanoemd tot secretaris dier gemeente. Met ingang van 1 Dec. a. s. lo. de o.iicier- machinist 2de kl. bij 'sRijks stoomvaartdienst S. Yerschoor, op pensioen gesteld, onder toekenning van een pensioen van fyOO 's jaars, en eene ver hooging van dat pensioen, ten bedrage v\.n f'JOO 's jaars, ingevolge art. 1, c, der wet van l April 1875; 2o. benoemd tot officier-machinist der 2de klasse bij 's Rijks stoomvaartdienst, de lioofd- machiDist der lste klasso J. A. Schell. Op pensioen gesteld, de majoor-kwartiermeester P. M. Scheurleer, van bet 8ste reg. int-, op zijne aanvrage, krachtens art. 42, |t6, der wet van 28 Augustus 1851, en de kapitein kwartiermeester J. M. J. Van Rijen van het 2de reg veld-art., krachtens art. 42 2c. dierzelfde wet, en het bo drag van bet pensioen bepaald, voor den majoor- kwartierm. Scheurleer op f 1600 's jaars, en voor den kapitein-kwartiermeester Van Rijen op 1560 's jaars. Benoemd is tot inspecteur der registratie en domeinen derde klasse in do 40ste divisie U. J. W. Van Nooten, thans derde klasse in de 37ste divisie; in de 37ste divisie N. Koomans, ontvanger der registratie te Zalt-Bommel. Benoemd bij het personeel der Militaire Academie tot kapitein-kwartiermeester, respectievelijk bij het 2de reg. vesting-art. en bij het 2de reg. veld-art., de eerstc-luit.-kwartiermeesters C. W. F. Doorman, van bet 4de reg. inf., en J. D. De Bloome. van den staf der inf, werkzaam bij liet departement van oorlog; tot eersten luit.-kwa liermeester, bij bun tegenwoordig corps, do tweede luit.-kwartier- meesters P. Rienks, van het 3de. en F. Dekker, vaD bet 2de reg. inf. Benoemd bij het personeel vau den geneeskun digen dienst der landmacht, tot militair apotheker 2de kl., de apotheker A. J. Mol. De kapt. E. F. W. C. Westorbaen Schmidt, van het 4de regt. inf., op non-activiteit gesteld. Mevrouw M. J. H. Ch. Lodewijks, geb. Joosten, gewezen hulponderwijzeres bij bet openbaar lager onderwijs voor Europeanon en met dezen gelyk- gestelden in Nederlandsch-Indië, thans met verlof buiten de koloniën, op haar verzoek, met ingang van 1 December a. s., eervol uit 's lands dienst ontslagen. De gewone audiëntie van den minis'er van marine zal op Yrrjdag 20 November a. s. niet plaats hebben. Uit een rapport van den commandant van Hr. Ms. schoener „Dolfijn," belast met het politie toezicht op de visscherij in de Noordzee van 31 Oct. tot 4 Nov. jl., blijkt, dat geen overtredingen zijn opgemerkt en geen klachten vernomen. Gr e m en g cl Nieuws. Voor de betrekking van huis- meester in het krankzinnigengesticht „Ende- geest", hebben zich aangemeld 261 sollicitanten, voor bo-'khouier 187, voor liDneDjuffrouw 92, voor tuinbaas 100 en voor portier 85. De stoomboot d e r M a a t schappij „De Volharding," die gistemamiddag om vyf uren van hier naar Amsterdam vertrok, kwam even buiten de Zijlpoort in aanraking met 2) „Hm! dat 's vreemd.... dat ding weg en zy om een boodschap. Dat komt me ver zonderling voor." 't Woord verdacht lag op de lippen, maar werd niet uitgesproken. En weer de kamer een paar malen doorloopende, vervolgde hij: „Wacht nu maar met den timmerman en de gaswerkers te roepen, tot ik je zal hebben gewaarschuwd. Eerst moet die vrouw terug zyn en ik met haar hebben gesproken." „Ja, meneerI maar.... ik heb er Hein al naar gevraagd, en die was w&t erg op zyn paardje. Als 't niet gauw uitkomt, wie 't ge daan had, zei Hein, dan zou hy er een politie zaak van maken. Hy wil niet onder ver denking staan, 't Is al erg genoeg, zei Hein, dat een ambachtsman zoo'n beetje verdient m zoo'n duren tfid; en dan nog een kwajen naam op den koop toe te krygen, daar heeft ie maar volstrekt geen zin in. Vóór negen uren moet 't bekend zyn, wie gestolen heeft of waar 't gebleven is, of anders zal Hein er werk van maken." „Daar heb je me nu, met je babbelzucht, wat moois gedaan 1 Ik zal de laatste zfjn om te beweren, dat de timmerman er iets van weetDe man op den zolder, dus eon verdieping hoogeren bovendien.de gas werkers ook al onzin." En als ontevreden op zichzelven, mompelde hij binnensmonds: „'t Is ook inyn eigen schuld; 'k had er niet zoo over moeten uitvaren; nu is 't vuurtje aan don gang, en 't zal moeite kosten dat te blusschen, zonder dat de buitenwereld er iets van bemerkt." En zich achterover in zyn armstoel werpende, zag hy, als in gedachten verzonken, de meid huishoudster werktuiglijk strak in het gezicht. Een oogeDbhk keek zy voor zich, werd toen bleek en begon luid te schreien. Yan Stolwijk, hierdoor uit zyn mijmering gewekt, zag haar verwonderd aan en vroeg op den goedhartigsten toon van de wereld: „Wat deert je, Jans? Schort er iets aan?" „Of er iets aan schort?" zei Jans snikkende, „dat zal u 't beste weten, u ziet me aan met een gezicht, of u zeggen wilde: Jy hebt 't, Jansl kom er miur voor uit. En ik kan u zeggen, meneer! dat ik er zoo onschuldig aan ben als een pasgeboren kindje... datik nimmer anders zou kunnen zeggen, al brach ten ze me op do pijnbank... en dat het toch wat te zeggen is, als men twaalf jaren achter een eerlijk en trouw gediend heeft, zoo maar opeens te worden verdacht van zoo'n miserabele handeling;maar ik ga heen, of 't uitkomt of niet uitkomt. Ia een dienst, waar ik na zooveel jaren zoo weinig vertrouwen heb ge kregen als hier, wil ik niet blyven." En meer spijtig dan verdrietig liep Jans driftig weg. Yan Stolwijk werd ongedurig, 't Scheen hem een raadsel, hoe de zaak te moeten aan pakken. Eenmaal begonnen, moest er een eind aan komen; maar hoe, dat wist hy niet. Terwijl hy daarover nadacht, werd er even driftig op de deur getikt, die daarna onmid dellijk werd geopend. Jans kwam eerst bin nen, met een paar betraande oogeu en rood kleurige wangen, an dadelijk achter haar volgde de schoonmaakster, die schoorvoetend de kamer binnentrad eü, aan heur voorschoot frommelende, strak voor zich zag. Zy scheen zeer zenuwachtig, want haar lippen beefden, en zy werd nu rood, dan bleek, toen Yan Stolwyk haar aansprak. „Yrouw, Mietje, of hoe je heeten moogt," begon hy, na zich zoo kalm mogeiyk tegen over de beide vrouwen te hebben goplaatat: „er is hier iets onverklaarbaars gebeurd, en daar ik een volslagen vyand ben van alle verdenking, wensch ik tot zekerheid te ko men. Een mensch is feilbaar, en er kunnen dus vergissingen plaats hebbeD.Weet je ook iets van bankbiljetten, die hier op de tafel hebben gelegen? Zio, zóó." En hy haalde drie bankbiljetten van vyf en twintig gulden uit zyn brieventasch, vouwde ze dubbel en lei ze voor zich op de tafel. De schoonmaakster antwoordde tamelyk beschroomd: „Ja, meheerl ik heb daar wel papiertjes zien liggen, maar 'k wist niet, dat 't bankbriefjes waren.'k ben er ook niet aan geweest'k heb ze alleen maar wat op zy gelegd, om de tafel te kunnen afstoffen, anders niet." „En heb je niet gezien hoeveel er waren „Neen, meheerl 'k heb alleen gezien, dat ze van vyf en twintig waren, want by 'top- zyschuiven sloeg er een om, maar andera niet, heusch niet." „Zyn ze dan ook gevallen, of van de tafel ge waaid, want 't raam stond een kiertje open „Neen, meheerl heuschelyk niet; dat kan niet, want 'k heb er uit voorzorg nog een sleutel op gelegd, juist omdat ze niet van de tafel zouden waaien; en toen ze toch zoo'n beetje fladderden, van de tocht, weet uwe, toen heb ik 't raam maar toegedaan." „Zool en toen ben je er niet meer aange weest?" „Neen, meheerl heusch niet." „Was er nog iemand anders by je in de kamer?" „Neen, meheerl ik doe altyd uw kamer moederziel alleen." „Zool dat weet je dus zeker. De timmer man niet en de gaswerkers ook niet?" „NeeD, meheerl niemand. Ik benik ben juist de kamer niet uitgegaan, voordat u terugkwam, juist om die papiertjes; want oen mensch kan nooit weten, niet waar, meheer?" „Ja maar, Antje! dat is toch vreemd. Eerst zeg je, niet te hebben geweton, dat 't gelds waardig papier was, en toen zeg je, enköl en alleen uit voorzorg voor dat papier hier te zyn gebleven. Gevoel je niet, dat die beide verklaringen met elkander in tegen spraak zyn?" „Noe«, meheerl heusch niet; ik kan er anders niet van zeggen. U zult wel begrypen, dat wy, armé stakkers, geou verstand hebben van keponnetjes en bankjes. We zyn biy als we een paar kwartjes zien voor een geheelen dag tobbenmaar Er werd luid aan de huisdeur gescheld, en de meid-huishoudster, die dit gesprek stil zwijgend had aangehoord, vertrok om te zien wat er was, en kwam dadeiyk terug, bleek als een doek, en viel byna de kamer in met de woorden: „Ach, meneer 1 daar is een inspecteur van politie 1" „Wat blief je?" vroeg Yan Stolwyk, meer verschrikt dan verwonderd. „Wie heeft daar order toe gegeven, zonder myn voorkennis?" „Ik weet 't niet, meneerl maar ik denk, dat Hein hem gehaald heeft, want hy staat druk met hem to praten." „Maar dat is door het brutale heen Ik zal hem te woord staan, daar kan hy staat op maken. Maar," en nu wendde hy zich tot de schoonmaakster, met oen ge dwongen bedaardheid, die z\jn karakter eer aandeed: „wo zyn tegen wil en dank aan het uiterste gekomen; iedere minuut is be slissend voor uw volgend leven; bedeck dat wel, moeder 1" en hy lei zooveel nadruk op dat woord, dat de werkster hem getroffen aanzag. „Indien gy door het een of andor toeval in het bezit zyt gekomeu van het bankbiljet, zonder de waarde er van te kennen, zeg het dan, en wy kunnen nog al de ge volgen voorkomen, die aanstonds reeds niet meer van onzen wil afhankeiyk zullen zyn Maar spreek dan toch, mensch 1 en zie me niet zoo aan „By de nagedachtenis myner zalige moeder, ik weet er niets van, meheerl" antwoordde de vrouw op een toon, alsof ze besloten had geen woord verder te spreken. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1