die, met het voorkomen en de manieren eens
ambassadeure, sedert lang aan het hoofd stond
eent-r internationale bende effecten-dieven, en
aardig op weg was om een groot vermogen
te bezitten. Het is gebleken, dat hy reeds vier
jaren geleden by verstek wegens medeplichtig
heid aan den di fatal van 117,000 fr. aan het
Fransche ministerie van financiön in 1890
tot lien jaar opsluiting veroordeeld is. Te
Londen heelt hy een kantoor gehad voor het
verhandelen van gestolen effecten onder de
firma: „Baron Laterner Co., maatschappy
der Siberische goudbergen". Hy is te Ham
burg gevangen geweest, maar wist te ont
vluchten, heeft in Oostenryk twee jaar „go
ztten", enz. Hg is zeer kalm en betwist de
bevoegdheid van den Franschen rechter met
de wetskennis en scherpzinnigheid van een
volleerd advocaat, zonder in het minst het
hem te last gelegde te ontkennen.
Te Kopenhagen zyn vyf anarch is
ten, de hoofdmannen der party, gearresteerd,
o. a. Möller, een redacteur van het anarchis
tisch blad „Der Pruletar". Möller stond in
connectie met Peter Jensen, den secretaris
der anarchistenclub, die eenigen tyd geleden
was gearresteerd. De ov.-rige worden be
achuldigd van medeplichtightid aan den
onlaDgs ontdekten diefstal ten nadeele van
de spaarbank.
Benjamin Franklin Evans en
Mary Fros Ormsky, presidente van den inter
nationalen vrouwenbond voor don vrede, de
twee grootste strydtrs voor een algemeenen
vrede, zyn thans met elkander in 't huweiyks-
bootje gest ipt. Wat zal dat oen rustig huis
houdentje gevenl
Een rijtuigfabrikant te Hof was
van plan geweest een rytuig in te zenden
op de tentoonstelling te Neurenberg, en had
zulks aan de administratie doen weten. Later
bad hy er evtnwel van afgezi n, maar boe
stond by te kyken, toen hy later bekroond
werd met een zilveren medaille voor dat niet
ingezonden rytuig. En hy nam den prys
aan ook.
Indische Begrooting.
Het antwoord van den minister van kolo
piön op h't afdelingsverslag der Tweede
Kamer omtrent de Indische begrooting voor
1897 is verschenen.
De Minister, wien de ingenomenheid van
verscheidene leden met de belangryke zaken,
welke by deze begrooting werden ter hand
genomen, bijzonder aangenaam is, vertrouwt,
dat de daartoe ged.ine voorstellen, als strek
kende tot verbetering der economische toe
standen in Ned-Indië, de goedkeuring der
wetgevende macht zullen mogen verwerven.
De cindcyfers der ontwerp begrooting zyn
thans: uitgaven in Nederland ƒ27,484,292;
in Indië 1^4,942,517; totaal 142,426,809;
de middelen: in Nederland 16.833,028; in
Indië 110,940,550; totaal 127,773,578 Het
geraamde tekort bedraagt alzoo 14,6? 3,231.
Omtrent den afval van Toekoe Oemar bezit
de Minister geen nieuwe gegevens dan sedert
het hieromtrent medegedeelde in het koloniaal
verslag. Hy meent, dat, alles byeengenomen,
de oorziak van Oemar's handehvyze alleen
gezocht moet worden in zyn opzien tegen
den tocht naar Lamkrab, waar hy een ern
stigon tegenstand verwachtte, die hem met
de geestelyke party in volslagen vyandschap
zou hebben gebracht. De Minister spreekt
tegen, dat tusschen den afval en het bezoek
van generaal Vetter aan Atjeh eenig verband
zou bestaan.
Hoewel de Atjeh politiek voor generaal
Votter's vertrek naar Indië veelvuldig met
den Minister is besproken geworden in den
zin, dat zonder dringende noolzakelykheid in
de tot op dat tijdstip gevolgde gedragsiyn
geen verandering behoorde te worden gebracht,
is van het medegeven eener instructie door
den Minister geen sprake geweest. De in
structies, die na het vertrek van den regee-
ringscommissaris den gang van zaken heb
ben beheerscht, zyn uit den aard dc-r zaak
niet voor een breede openbaarmaking vat
baar; zij schryven de handhaving van de ge
concentreerde stelling voor, nochtans gepaard
met actief optreden der troepen daarbuiten,
om den vyand te verhinderen zich opnieuw
te vereenigen en T. Oemar te beletten zyn in
vloed in de IV en VI Moekims te herkrygen.
Op do kust moeten onze établissementen en
moet de schoepvaart voldoende beveiligd wor
den en de oorlogscontrabande worden te keer
gegaan. Verstrekking van wapenen en munitie
blyft verboden. Alleen aan de hoofden binnen
de geconcentreerde linie is het bezit van een
by het bestuur bekend aantal tromplaadge-
weron tot zelfverdediging toegestaan; daar
buiten wordt, wie zich vertoont gowapend
met een geweer, als vyand behandeld, evenzoo
de hoofden, die niet aan dien last voldoen om de
bun vroeger verstrekte wapenen in to leveren.
Hoofden en bevolking worden alleen naar
hunne handelingen beoordeeld. Gemeenschap
tusschen de buiten de linie wonenden en de
bevolking in het gebied daarbinnen, staat
onder scherpe controle, al wordt zy niet be
perkt; het binnenkomen mag alleen langs
onze posten plaats hebben en de blanke wa
penen, waarvan het dragen geoorloofd is,
moeten aldaar worden afgelegd.
De Regeering ziet in het gunstig verloop
der werving in de eerste helft van dit jaar
het verbiydend bewys, dat het niet ontbreekt
aan wakkere Noderlandors, die bereid zyn de
oer der vlag in Indië te helpen handhaven,
en brengt barerzyds hulde aan het Indische
leger en de steeds toevloeiende vrywllligers.
Dj Minister, thans in het bezit van de voor
stellen der Indische Regeering omtrent de in
de toekomst te volgen gedra slyn, is gaarne
bereid de Volksvertegenwoordiging zooveel
mogelyk in te lichten omtrent hetgeen gedaan
moet worden, naar de meening van hen, die
wegens bekendheid met land en volk en met
den toestand gelyk die zich thans teekent,
het best tot een oordeel in staat zyn. Een korte
uiteenzetting van den actueelen toestand gaat'
aan de ontwikkeling van die plannen vooraf en
daaruit blykt, dat de gebeurtenissen in Maart
van dit jaar ons tot een staat van zaken hebben
teruggebracht, die groote punten van overeen
komst vertoont met dien by het einde van het
bestuur van den luitenant generaal Van der
Heyden, maar toch in zoover zich daarvan guns
tig onderscheidt, dat, naar den ondervonden
tegenstand in de XXTI Moekims te oorleelen,
h t weerstandsvermogen der vyandeiyke party
geringer is dan to n, en dat wy, terwyi destyds
onze troepenmacht over een groot aantal def- n-
sieve posten in ge deel Groot-Atjeh was ver
deeld, thans een drietal punten met een voor
een actief optreden voldoend krachtige troe
penmacht bezitten, afgescheid n van onze
dientengevolge onaantastbare hoofdstelling. Dit
stelsel, dat niet ae verovering van geheel Ati h
tot einddoel heeft, maar alleen wil d win-on
tot b stendiging van de afgedwongen rust en
tot werkelyke eerbiediging van ons gezag, is
het stelsel, dat naar de meening van de Indi
sche Regeering nog gedurende een niet vooraf
te bepalen tyd moet worden volgehouden.
Onder herinnering aan de geschriften en
rapporten van den adviseur voor Oostersche
talen en Mahomedaanscb recht, dr. Snouck
Hurgronje, die het bezet houden gedurende
geruimen tyd van een aantal behecrscheace
punten in Groot-Atjeh onvermijdelijk noemt,
meent de Minister, dat de gunstiger toestand
in Groot-Atjeh, nadat in 1893 tyaelyke ver
sterkingen buiten de geconcentreeroe stellir g
waren opgericht, en de loop der gebeurtenissen
van den laatsten tyd, de zienswijze van dr.
Snouck Hurgronje op zoo verrassende wyze
in het gelyk stellen, dat er grond is te ver
trouwen, dat ook gunstige resultaten van bly-
venden aard verkregen zullen worden wanneer
de staat van zaken, die thans door den drang
der omstandigheden geboren is, gedurende een
vol oenden tyd wordt bestendigd. Daartoe zal
noodig zyn het bestaande overcompleet by het
leger vooralsnog te handhaven. De daaraan
verbonden uitgaven, die feitelyk ooknure-ds
gedaan worden, zullen onzen krachten niet te
boven gaan. Intusschen is de Minister omtrent
de bestendiging der boven omschreven gedr gs-
lyn nog met den Gouverneur-Generaal in over
leg getreden, zoodat hij er zich toe bepaalt
op de beide hoofdstukken der begrooting
300,000 meer aan te vragen, ten einae in
1897 tot aanvulling van het leger 600 man
meer te kuünen uitzenden dan waarop oor-
spronkelyk gerekend werd. Met het oog op
de diensten van het corps marechaussee in
Atjeh, welke de Minister eveneens in hooge
mate waardeert, is de aandacht van den
Gouv.-Gcn. nog speciaal gevestigd op de vraag
in hoeverre uitbreiding van het corps nuttig
zou zyn en tevens mogelyk zonder te veel
goede krachten aan de overige deelen van het
leger te onttrekken.
Wat de kuststiatjes betreft, zijn alle advi
seurs in Indiö het or over eens, dat de scheep-
vaartrogeling krachtig moet worden gehand
haafd. Aangaande overneming der in do kugt-
staatjes geheven wordende invoerrechten, acht
de Minister den tyd daarvoor nog niet ge
komen. Zoo lang ons gezag in Atjeh en Onder -
hoorigheden niet op hechter grondslagen rust,
dient de schyn van fiscaliteit te worden ver
meden.
Uit de by het departement van koloniën
ingekomen stukken is den Minister niet ge
bleken, dat de dood van den generaal-majoor
Dumoulin indirect het gevolg is geweest van
nalatigheid, van wien ook.
Een kaart met duidelyke aanwyzing van
de streken en plaatsen, in de officiëele rappor
ten vermeld, zou zulk een eerbiedwaardige
afmeting mosten bezitten, dat de Minister
betwyfelt of de vervaardiging van een derge-
ïyke kaart in de bedoeling van de Kamer ligt.
Naar luid van de ontvangen rapporten
moet aan de woelingen op Lombok politieke
beteekenis worden ontzegd. Intusschen wordt
zoo krachtig mogelyk opgetreden met behulp
van een deel der goedgezinde hoofden en
bevolking, gesteund door gewapende politie
dienaren en door militaire patrouilles, terwyl
er verder naar gestreefd wordt om de benden
zooveel mogelyk te isolceren en de pogingen
der leiders, om wantrouwen op te wekken
en verwarring te stichten, te doen schipbreuk
ïyden.
Nansen's Reisverhaal.
(Vervolg van gisteren.)
Het electrisch licht werd door den wind
molen voortgebracht en onze goede verwach
tingen zyn ook in dit opzicht vervuld, maar
er was niet altyd wind genoeg om ons in
6taat te stellen, voortdurend over electrisch
licht te kunnen beschikken; dan vergenoogden
wy ons met gewone petroleumlampen. Over
het geheel ging de tyd zoo prettig voorby
als in zulko omstandigheden mogelyk was.
Wy allen leefden in de beste harmonie en
ieder deed zyn plicht met opgewektheid. Na-
tuuriyk werd er voor gezorgd, dat er altyd
bezigheid was, maar ook zonder dat zou de
tyd ons niet te lang gevallen zyn, want er
werd gespeeld, muziek gemaakt, enz., en wy
hadden een goede bibliotheek tot onze be
schikking. Ik geloof niet, dat een onzer erg
beklemd geweest is door de eentonigheid van
het leven, waarover in alle poolexpedities
zoozeer geklaagd is. Wat onszelf betreft, die
het wetenschappelyke werk te bezorgen had
den, wy kwamen tyd te kort. De „Fram"
was inderdaad een prachtig observatorium voor
allerlei wetenschapp-lyke onderzoekingen, en
het is dan ook niet te verwonderen, dat wy
zoo overvloedig en kostbaar materiaal heb
ben medegebracht als weinig expeditiën vóór
ons. Luitenant Sigurd Scott Hansen had de
meteorologische, magnetische en astrono
mische waarnemingen te doen, die, durf ik
zeggen, zeldzaam volledig zyn. Dr. Blessing
nam de botanische waarnemingen, die van het
noorderlicht, en natuuriyk ook de physiolo
gische en medische, grootendeels voor zyne
rekening; ook deze laatste waren allerminst
onoelarigryk. Daarenboven werden aan boord
zoölogische onderzoekingen ingesteld, peilingen
gedaan, de temperatuur en het zoutgehalte
van het zeewater opgenomen, waarnemingen,
gedaan voor de atmosferische electriciteit,
enz., enz.
De snelheid, waarmede wy door de poolzeo
dreven, veranderde elk oogenblik. Onze koers
lyn had niets van een rechte lyn, en als ik
die op een kaart aanteekende, zou het een
niet te ontwarren kluwen worden van knoopen
en krommingen. Maar 's winters drev n wy
meest in noordwestelijke richting, ook in het
voorjaar, terwyl wy des zomtrs veel door
noordelyk» winden werden opgehouden.
Den lSden Juni hadden wy op deze wyze
81° 52' bereikt, maar toen ging het weer
zuidwaarts en dien geheel n zomer van 1894
kwamen wy r,i -t veel verder, zoodat wy eerst
op 21 October den 82sten brtedtegraad over
trokken, op 114 9'. De SSsto gr .ad werd bereikt
op Kerstavond (ongeveor 105° O.L.), en een
paar dagen later waren wy op 83° 24' NB.
dichter by de pool reeds dan ooit iemand
vóór ons.
De allersterkste y sper sin gen had de „Fram"
tfl verduren op den 41en en 5den Janu.-iri
1895. Vóór wy onze expeoitie ten uitvoer
1 gden, gaf de gezaghebbende poolreiziger Sir
Leopold M'Cliutock te kennen, dat de „Fram"
naar zyne mcening des zomers wel weer-
st <nd zou kunnen bieden aan den druk van
h t ys; maar werd zy er 's winters aan
blootgesteld, dan achtte hy de waarschynlyk-
heid, dat zy den druk zou kunnen weerstaan, of
in de boogto gelicht zou worden, zeer gering.
Andere deskundigen drukten zich nog sterker
uit en verzekerden, dat het een onmogelyk-
heid was, voor welk schip dan ook, aan de
yspersingen van 's winters weerstand te
bieden. -
En toch, de „Fram" werd niet enkel bloot
gesteld aan den druk van het winterys, maar
toen dat gebeurde, was zy in ys van 30 voc-t
dik vast ingevrorenik had dit door vooraf
gaando boringen gevonden. Over deze laag
kwamen nu ontzaglyke massa's ys met
onweerstaanbare kracht tegen de zyde van
ons schip gly Jen. De druk was dan ook ont
zettend. De ysscbotsen stapelden zich op
boven de geschutpoorten en tegen het want
aan en het scheen alsof het ys, het schip
niet kunnende verpletteren, h^t zou begraven.
Wy dachten geen van allen, dat zy het houden
zou. De noodige provision, de kajaks, kook-
stellen, brandstoffen, tenten, sleden en ski
werden in veiligheid gebracht op het ys.
Ieder was gereed op het eerste sein het schip
te verlaten, en wu sliepan geheel gekleed.
Maar de „Fram" bleek sterker te zyn dan
ons geloof in haar. Toen de persingen op
't sterkst waren en wy voor de eerste maal
het houtwerk hoorden kraken, brak zy uit
de yslaag los en het schip werd langzaam
in de hoogte geschoven.
Het was een triomf. Een samenloop van
de hachelykste omstandigheden, die ik be
denken kon, had niet meer van ons schip
kunnen eischen, en nu het deze beproeving
zoo glansryk doorstaan had, achtte ik de
„Framtot alles in staat Hoewel wy het
schip op 't nauwkeurigst onderzocht h3bben,
is het ons nog niet gelukt, een enkele scheur
te ontdekken; geen houtsplinter was van zyn
plaats.
Hierna werden de persingen vergelyken-
derwys veel minder, en wy begonnen tamelyk
snel in noordelyke en noord-oostelyke richting
voort te dry ven.
RECLAMES,
a 25 Cents per regel.
Aguilar's Abafado Tinto isdewynom
met de Kina de Vrij te vermengen. Eiscbt
den naam der firma op de kurken.
Verkrygbaar: Brecstraat 64. 8042 4
INGEZONDEN.
Mijnheer de Redacteurl
In uw blad van heden stond weer, dat er
een brief op de post was bezorgd met een
bankbiljet van 25 gulden en dat deze niet
in handen van geadresseerde gekomen was.
Zulks is voor de hoogere zoowel als voor de
lagere postbeambten zeer onaangenaam, daar
die van oneerlykbeid worden verdacht. Als
het dan waar is (het is ook wel eens meer
malen gebleken, dat het een leugen was en
er wel een brief, maar geen geld er in was
verzonden); als het clan waar is, dat men
25 gulden heeft verzonden, waarom dan niet
per aangeteekenden brief? Voor een luttel
bedrag was men dan gewaarborgd. En daar
men geen geld mag verzenden zonder aan-
teekenen, mo?st men degenen kunnen beboe
ten, die kwamen klagen, dat brieven met geld
zoek waren geraakt. Dan zou men er niet
meer zoo van hooren.
U, Mynheer de Redacteur, dankend voor
de plaatsing dezer regelen, teeken ik my:
Leiden, 3 Nov. Een lagere beambte.
Roepstem tot de Volken.
Het zevende algemeene Vredecongres, van
17 tot 22 September 1896 te Buda-Pesth
gehouden, waaraan de afgevaardigden van
meer dan honderd vredevereenigingen uit alle
deelen van Europa en Amerika hebben deel
genomen, wendt zich vol vertrouwen tot de
volken en roept hun toe:
Er is een tyd geweest, dat men oorlog
voerde zonder voorafgaande waarschuwing,
alleen met bet doel om te rooven, zich meester
te maken van de goederen van zyn nabuur
en zich slaven te verschaffen. Plundering was
regel en het recht van den sterkste gold on
beperkt. De verzachting der zeden heeft dezen
toestand van volslagen barbaarschheid eene
andere gedaante doen aannemenmen ver
spreidde voortaan dood en verderf volgens
vaste regelen, welke men het oorlogsrecht
noemde.
Het lyden der volken, der huisgezinnen
en der individuen is zonder twyfel vermin
derd evenals de benauwde vrees voor den
dag van morgen, maar het is meer algemeen
geworden, naarmate de getalsterkte der legers
toenam. Altyd was het de oorlog, welke
dreigde, dat wil zeggen eene zekere ver
woesting en een gewisse dood, alhoewel met
Steeds langere tusschenpoozen.
Thans wordt tegen het beginsel van den
oorlog opgekomen door het menschelyk ge
voel, gelouterd door de nieuwe vorderingen
der beschaving en steeds meer eischend door
nieuwe levensomstandigheden. Deze ontwik
keling ligt in de rede, is logisch en onver
mydelyk; en nu oude gewoonten, minder
barbaarsch dan die van den oorlog, hebben
moeten wyktn voor den gestadigen vooruit
gang der menschheid naar bare ideale be
stemming, is het plicht van ieder denkend
wezon zich af te vragen, of dit bloedig spoor
van onherroepelijk vervlogen tijden ook niet
moet verdwynen in de naaste toekomst.
Andere middelen dan ruw geweld zyn uit
gedacht om de twisten tusschen individuen
te beslechten, en reeds hebben, in meer dan
honderd vyftig gevallen, ook de Staten scheids
rechterlijke uitspraak ingeroepen om aan
hunne geschillen langs vreedzamen weg een
einde te maken.
Thans nog éóne poging gewaagd op het
menschelyk gevoel, en de oorlog zal zyn
laatste woord gesproken hebben, terwyl het
beroep op de kracht der wapenen zal worden
verbannen naar de categorie der oude gebrui
ken, welke men zich zou schamen thans nog
te volgen.
Wel zullen er altyd misverstand en srryd
tusschen de volken onderling blyven bestaan,
maar men zal ze weten uit den weg te ruimen
zonder bloedvergieten, dank zy de verzachting
der zeden en het noodwendig gevolg daarvan,
namelyk het meer en meer volmaken der
jnternationalo instellingen. Den dag, waarop
die overtuiging by de menigte zal zyn door
gedrongen, zal het ook gedaan zyn met den
oorlog, met zyne toebereidselen tot verwoes
ting, met zyne bedreigingen.
Aan dien arbeid werken, wel is waar lang
zaam, maar vol vertrouwen op het bereiken
van het einddoel, de Vredevereenigingen, over
de geheele wereld verspreid, hare krachten
vermeerderend door eendrachtig samenwerken
op h?,re congressen, en tusschentyds door
bemiddeling van baar permanent internatio
naal Bureau te Bern.
Het zevende Congres beeft de belangryke
uitkomsten geboekstaafd, welke sinds twee
jaren verkregen zyn door vredelievende pro
paganda, uitgaande van vereenigingen, welke
hoe langer hoe meer zyn toegenomen, zoowel
wat betreft haar aantal als de toewyding
barer leien. Het heeft kennis genomen van
de aanmoediging aan het gemeenschappelyk
werk betoond door invloedryke Staatslieden,
door Volksvertegenwoordigingen en door
belangstellende Vereenigingen. Een en ander
heeft het Congres venrouwen ingeboezemd
in de toekomst, en al zyne besluiten zijn
genomen met het doel om zooveel mogelyk
dj publieke opinie te doordringen van den
vurigen wenscb, om door vreedzame op'ossing
de geschillen tusschen volken te beslechten
en van den afschuw van oplossing op geweld
dadige wyze, waarvan de oorlog de meest
onrechtvaardige en wreede uiting is.
Als gevolg hiervan heeft het Congres zijne
afkeuring uitgesproken over het beroep op
het geweld in de betrekkingen tusschen de
volken onderling, welke ook het voorwendsel
hiertoe mocht zyn, en het heeft zich o. m.
den tolk gemaakt van den afschuw, welken
do moorden in Turkyo inboezemen, door tot
de Europeesche mogendheden de dringende
bede te richten om zonder verwyl de noodige
maatregelen te nemen, hieraan een einde
te maken.
Steunt dan, door een krachtig samenwerken,
de Vredevereenigingen, gy allen, die de
onvermydelyke noodzakeiykheid inziet om
eindelijk de rechtvaardigheid en het recht
tusschen de volken te doen zegevieren!
Het is niet voldoende, dat de publieke
opinie de oorlogen doet uitstellen; het is
nooJig, dat zy, onweerstaanbaar en machtig,
den Vrede aan de wereld voorscbryft.
Eerst d&n zullen de huisgezinnen de vruchten
kunnen plukken van den arbeid hunner indivi-
dueele loden en de volken op hun beurt de
weldaden genieten, welke de rechtszekerheid
hun verschaffen zal.
Vit naam van het 7de Algemeene Vredecongres
Generaal ETIENNE TüRR,
President.
ELIE DUCOMMUN,
FRANCOIS KEMËNY,
Secretarissen.
BUITENEAND.
Frankrijk.
Het „Journal des Chambres de Commerce"
wyst er op, dat de uitvoer van Frankrijk naar
Rusland bedroevend gering is. Terwyl cJit
land zelf in de eerste 8 maanden van dit jaar
voor 117 millioen franken uit Rusland trok, en
zoo enorme sommen in Russische leeningon
heeft belegd, bedroeg de uitvoer van Fransche
goederen naar Rusland nog geen 14 millioen
franken, tegen 667 millioen, die naar Engeland
gingen. Ofschoon St. Petersburg, Moskou en
andere groote Russische steden zeker veel
zyde gebruiken, bedroeg de waarde der zydon
goederen, uit Frankryk naar Rusland ge
zonden, slechts 274,000 franken. De vriend
schap van Rusland heeft dus aan den Franschen
handel en ny verheid nog geene voordeelen
gebracht.
Dultsohlandi
Naar de „Berliner Neuest. Nachr." verneemt,
is reeds thans in de kringen der Duitsche
nyverheid zoo groote sympathie kenbaar g -
worden voor de deelneming aan de Paryscho
wereldtentoonstelling in 1900, dat de vraag
of de plaats, die voor Duitschlan i beschikbaar
zal zyn, zal worden bezet, geen vraag meer
is. Het geldt veeleer reeds nu enk' 1 te over
wegen, hoe de plaats kan worden gebruikt
ten meesten nutte van de Duitsche nyverh-id.
Het kan niet het do--l zijn, dat Duitschland
van alle.?, wat het voortbrengt, stalen ter be
zichtiging stelt op de Paryscbe Wrrel ten
toonstelling; veeleer moet het in elk m tak
van bedrijf zoolanig vertegenwoordigd zyn,
dat duidelyk te zien is tot welk een graad
van ontwikkeling men 't daarin heeft gebracht.
Zal Duitschland op de tentoonstelling niet
onvoordeelig afsteken tegen ander n tiën,
dan moet het zich vooral toeleggen op zorg
vuldige schifting van de voor de tentoon
stelling aangegeven voorwerpen.
Zaterdag zyn prjns Hohenlobe, Duitsch
rijkskanselier, en Von Marschall, staatssecre
taris voor buitenlan jsche zaken, onverwachts
naar Potsdam geroepen. Ofschoon do broeder
des kans liers onlangs overleden is, heeft
prins Hohenlohe niettemin onmiddellijk gevolg
gegeven aan de oproeping. Men maakt daaruit
de gevolgtrekking, dat tusschen den keizer
en zyn beide raadsleden ernstige aangelegen
heden besproken zyn.
Italië.
In Italië heeft de Bismarcksche bom d9
poppen al aan het dansen gebracht.
De „Opinione," die als Rudini's orgaan
geldt, begint met een lofpryzing van Bismarck.
Deze heelt, zonder den Dn'bond te schaden,
door Q6Q afzonderlyk tractaat met Rusland
den vrede verz-kerd.
Bismarcks optre ien bewyst, dat de triplo
alliantie des te zekerder haar doel vervullen
kan, naarmate de alliantie mogendheden
hartelijker betrekkingen met andere mogend
heden onderhouden.
Daaruit kent men de wysheid van Rudini's
politiek, dat deze steeds in denzelfden zin
gearbeid heeft. Evenals Bismarck heeft deze
den Driebond gesteund, door onderhandelingen
met Gier6 te houden in 1891. Ook nu heeft
Rudini door voorbereiding van betere betrek
kingen met Rusland en vooral met Frankryk
net doel der triple alliantie, het behoud van
den Europeeschen vrede, bevorderd. De tegen
standers van Rudini zullen moeten toegeven,
dat Rudini volkomen terecht handelt, wanneer
hy eene verzoening met Frankryk en toe
nadering tot Rusland tracht te bereiken.
Dit artikel heeft in den Italiaanschen
ministerraad de grootste opwinding veroor
zaakt. Er wordt gezegd, dat de regeering
openlyk verklaren zal, dat het artikel de
inzichten van Rudini en Visconti-Venosta
volstrekt niet weergeeft.
Voorrechten militieplichtigen 1897.
De militieplichtigeu voor de lichting van
1897, die er prys op stellen om ingevolge
het kon. besluit van 3 Oct. jl. in het garnizoen
en by wapens hunner keuze te worden ge
plaatst, kunnen dit voordeel verkrygen als zy
in de maand Januari a. s. aan een examen
voldoen, waarvan het programma door den
minister van oorlog is vastgesteld als volgt;
I. Het scbryven van een go3de leesbare
hand.
II. De kennis van de gronden der spelling
van de Nederlandsche taal, welke biyken moet
uit een te vervaardigen opstel.
III. De vier hoofdbewerkingen der reken
kunde met geheele getallen.
IV. De kennis van het Nederlandsche stelsel
van maten en gewichten.
V. Eenige bekendheid met de Vaderlan ische
Geschiedenis.
VI. Voldoende kennis der aardrijkskunde
van Nederland.
De militieplichtigen, die met voldoenden
uitslag aan dit examen hebben deelgenomen,
worden, voor zooveel dit met de belangen
van den dienst strookt, by elkander gehuis
vest en kunnen desverkiezende, zoo daartoe
gelegenheid bestaat, met elkander afzonderlyk
spyzen.
UITLOTINGEN. 6-pCte. OosteDr. aaDdeelon van
1800 a fl. 500, premietrtkking van 2 November 1896,
betaalbaar 1 Fobruan 1897. F). 300,000 o. 933-1/14,
fl 50 000, 8. 628/1, fl. 25,000, e. 17753/9, elk fl. 10.100
e" 1321/12. e. 2135/7, olk fl. 5000 e. 11^/13, 8. 118/18,
8 221<75, 8. 3131/9. e. 3217/5, e. 3563/20, 8. 7635/8,
8. 8700/1, e. 14720/13, e. 14773/17, e. 17870/3,
s. 17892/12, a. 18139/9, e. 18514/2, e. 19042/18.
CORRESPONDENTIE. Ingezonden stuk
ken of mededeelingen, waarvan de inzonders
hun naam niet aan de Redactie bekend maken,
worden ongeplaatst ter zyde gelegd.