PERSOVERZICHT.
Kaart van Nederland.
aldaar werd Maandag aangebeld door eene
vrouw, die, nadat de deur geopend was, een
ongeveer 2-jarig kindje op de vloermat neder-
legde en zich verwijderde. Aangifte werd
gedaan bi) de politie, doch spoedig bleek, dat
óa bewoner dit kind vroeger had toevertrouwd
aan de zorgen van de bedoelde vrouw, die
rich thans niet langer met de verpleging van
bet kind wenschte belast te zien.
Men schrijft uit Amsterdam: D
Amsterdamsche dieven zijn weer druk bezig.
Zoo heeft een diamantslijper bij de politie
aangifte gedaan, dat hem vermoedelijk door
iemand, die in een logement in de Warmoes
straat gelogeerd is, een partijtje diamanten
afhandig is gemaakt, ter waarde van duizend
galden.
Ladenlichters hebben zich van den inhoud
van eene toonbanklade in een winkel op het
Rapenburg meester gemaakt; de politie heeft
se echter weten te arresteeren.
Zaterdagnacht is in een kantoor op de Lijn
baansgracht ingebroken, waar echter de dieven
slechts op eenig geld de hand hebben kunnen
loggen Op de Langte van den Kadijk is ook
ingebroken en de dieven hebben zich tevreden
gesteld met.... een ton haring.
Uit het gebouw „Frascati" nam eon man
een marmeren pendule mee, die niet zijn
eigendom was. Hij zal de gevolgen wel onder
vinden, want de politie wist hem op te sporen.
Op de Leidsche Gracht is een dief in een
WO; ing binnengeslopen. Een pendule en een
dames regenmantel werden buitgemaakt.
Alles is van de gading der heeren. Zoo
hield de politie twee personen aan, die een
vlet een soort van vaartuig hadden ont
vreemd, om zes zakken oude schoenen te
vervoeren, waarvan de herkomst volgens hun
beweren zelfs voor hen onbekend was, en last
not least heeft een heer Zaterdagnacht hat
Weteringplantsoen tot rustplaats verkozen,
Toen hy wakker werd, miste hij een porte
feuille met f 1200 aan bankpapier Dit was
zeker voor onzo dieven een buitenkansje.
Gisteren werd voor deo Hoogen
Raad behandeld het cassatieberoep van Mar-
tinns Albers, daglooner te Velp, die tot levens
lange gevangenisstraf is veroordeeld wegens
moord op zijne huisvrouw, op Zondag 15
Maart jl.
Middelen tot ondersteuning van het beroep
waren niet iDgediend.
Het Openbaar Ministerie concludeerde tot
verwerping. Uitspraak 2 Nov. a. 8.
De veroordeelde Beudeker is
gisteren door twee rijksveldwachters van Den
Haag geboeid naar de strafgevangenis te
Leeuwarden overgebracht tot het oddergaan
der 12 jaren gevangenisstraf, wegens het
dooden van een veld-artillerist.
Eergisternacht te ongeveer half
één is brand uitgebroken in de woning, be
woond door A. Lelie, te Landsmeer. De bewo
ners van het verbrande perceel lagen reeds
lp diepe rust, toen zij door don verstikkenden
/ook gewekt werden en den brand bemerkten.
Door den hevigen wind namen de vlammen
zóó 6poedig in omvang toe, dat aan redden
van den inboedel niet gedacht kon worden;
allea is dan ook in vlammen opgegaan.
Huis en inboedel waren tegen brandschade
verzekerd, doch laag.
Vermoedelijk is de brand ontstaan door den
bliksem, aangezien zich in den avond een zeer
hevige onweersbui boven de gemeente ontlastte.
Menigmaal, en terecht, zegt de
hofstad briefschrijver in de „Arnh. Ct.," is er
gewezen op de scherpzinnigheid, waarmede
de postambtenaren onduidelijk geadresseerde
brieven weten terecht te brengeD. Het komt
echter wel eens voor, dat de scherpzinnigheid
wat al te vèr gaat, en dan wordt deze goede
eigenschap al licht een gebrek, waarvan
anderen schade en nadeel kunnen onder
vinden. Zoo werd dezer dagen gewag gemaakt
van een brief, aan iemand in de Oranje-
Naasau-straat te Loosduinen geadresseerd, die
coor de heeren van 't Haagsche postkantoor
naar Zuid-Afrika, naar den Oranje-Vrijstaat
gezonden werd. Als tegenhanger kan ik een
brief vermelden, ergens uit het Noorden ver
zonden naar Borne in Overijsel, waarop de
schrijver, om alle verwarring met een plaatsje
van denzelfden naam (in Limburg, meen ik)
te voorkomen, op zijn Amerikaansch achter
den plaatsnaam O. had gezet. De brief werd
naar de Oost gezonden en bereikte na een
paar maanden zijn adres via Borneo 1
Den 19den Sept. 1826 werd voor
het eerst in Berlijn eene gaslantaarn aange
stoken en wel Unter den Linden. Te Londen
was namens koning Friedrich "Wilhelm III
met de aldaar gevestigde Imperial Continental
Gas-Association eon contract gemaakt, waarna
deze maatschappij onder den naam: „Gaser-
leuchtungs-Compagnie" een filiaal te Berlijn
oprichtte. Voor 40 duizend thalers kreeg deze
firma vergunning om geheel Berlijn van gas
te mogen voorzien, onder voorbehoud echter,
dat zij ook de straten moest verzorgen, waar
nog olie werd gebrand, waarbij zij tevens do
bezoldiging der lantaarn-opstekers op zich nam.
Na 21 jaar zouden de inschrijvers op ge
noemd kapitaal hun geld terugkrijgen.
De Engelsche civiel-inganieur Perkins, die
reeds vele fabrieken had gebouwd, bouwde
ook de eerste Berlijnscho gasfabriek. Den
19den Sopt. 1826 was een feestdag voor
Berlijn, 's Avonds vergaderde geheel Berlijn
zich op de promenade Unter den Linden, om
de eerste gaslantaarns te zien branden. Een
verslaggever uit dio dagen verhaalt, dat eene
week achtereen op deze plaats eene drukte
heerschte alsof er een volksfeest werd gevierd.
Afoeeldingen der nieuwe straatverlichting
werden met de beschrijving er van druk ver
kocht, en men sprak van niets dan gas.
Thans, na 70 jaren, is de roem van het
gaslicht merkbaar aan het verminderen.
Te Freiburg, in Baden, stond
dezer dagen een jonge man terecht, die zijn
oudtante had vermoord uit bijgeloof. Wernttt
zoo heette het jongo monsch hield zich
voor behekst. Hij ging eerst naar den wonder
dokter Birklin, die hem een middel aan de
hand deed, dat niet baatte. Eens op een dag
verklaarde Birklin, dat het misschien wel
eens goed zou zijn, als men de heks met een
stok sloeg. Wernett nam daarop het besluit
de heks, die naar zijn meening niemand
anders dan zijn oudtante kon zijn, te ver
moorden. Hy ging des nachts naar de woning
der oude vrouw, klom door het venster haar
slaapkamer binnen, pakte haar bij den hals,
sleurde haar uit het bed en worgde haar.
Na den moord ging Wernett kalm naar huis
en legde zich te slapen. Op de vraag van
den president, of hij van zijn daad geen
berouw had, antwoordde hjj, „dat het maar
een heks was!"
De rechter veroordeelde hem tot 10 jaren
tuchthuisstraf.
Onder het hoofdje „Rechtvaardig"? geeft
De Standaard het volgende te lezen:
LeideQ8 Gemeenteraad moest het
reglement voor het gesticht op „Endegeest"
vaststellen, ook in zake de geestelijke
verzorging.
Daaromtrent nu hield het voorstel in, dat
voor de Roomschen de aanwijzing van den
geestelijke zou plaats hebben door de Room-
sche geestelijkheid, maar voor de Protestan
ten door een commissie, die de Raad benoemde.
Zeer terecht kwam de heer Yan Kempen
tegen dit meten met twee maten op, en
stelde voor, de gezamenlijke Protestantsche
kerkeraden met gelyk recht als de Roomsche
geestelijkheid te laten optreden.
Toch kon dit voorstel slechts drie stem
men halen, en de Raad besloot, wel aan de
R^omsche geestelijkheid vrije beschikking
geven, maar de Protestanten onder curatoele
te stellen.
18 dit rechtvaardig?
Ja, zegt men, want de Protestanten zijn
te verdeeld.
Ons dunkt, dit zou hoogstens de conclusie
rechtvaardigen, om, nadat die verdeeldheid
bleek bezwaar op te leveren, tot andere
maatregelen over te gaan.
Vooraf is moeilijk in te zien, welke die
bezwaren zyn zouden, indien elke kerkeraad
voor de Protestantsche verpleegden van zijn
eigen kerkverband een „geestelijk verzorger"
aanwees.
,Fidelio" geeft in Haarlems Dagblad een
schets van de wijze, waarop hier te lande
de verkiezingen plaats hebben.
Wij, Hollanders, zijn koud, zegt hij, blijven
koud en zullen nooit anders dan koud worden,
als de kikkers in onze slooten. Er moet
heelwat gebeuren, wanneer wij uit de plooi
raken. De wereld draait en wij schikken ons
er in; in Konstantioopel worden Armeniërs
doodgeslagen, wij kunnen bet niet helpen;
er zijn verkiezingen in onze eigen stad, nou
goed, er zijn verkiezingen l Als deze niet
overleden was, dan zouden er geen verkie
zingen voor de Kamer wezen en als gene
niet bedankt had, voor den gemeenteraad
ook niet. Maar de oen is wèl overleden en
de ander heeft wèl bedankt, dus waren er
nu wèl verkiezingen! Ook goed.
Wanneer een vreemdeling bij een verkiezing
op het stadhuis kwam kijken en hij vroeg:
Wat doen toch al dio zwijgende menschen,
die daar ernstig en somber een kamer binnen
stappen, om er een oogenblik later even
zwijgend, ernstig en somber weer uit te komen,
en zoo haastig mogelijk weer te verdwijnen,
dan zou het antwoord„Er is verkiezing", hem
denkelijk met verbazing vervullen.
By ons lijkt niets zoozeer op een begra
fenis als een verkiezing. Deftig en stommig
komen de kiezers, mannetje voor mannetje
het stadhuis in, sommigen voor de gelegenheid
mot den hoogen hoed op deftig en stemmig
komen ze de kamer binnen en naderen het
stembureau. Stemmig leest de voorzitter den
naam en het nummer van den kiezer, van
het couvert af met oen hoogst ernstig
gezicht werpt de kiezer zijn biljet in de bus
en deftig en stemmig maakt hij rechtsom
keert. Als hij de stadhuisdeur uit is, kan
hy zich er op beroemen, goen woord te veel
te hebben gezegd, want hy heeft heelemaal
niets gezegd l
Nu komt de volgende morgen, oogenblik
van het dépouilleeren der stembriefjes. Nu
zal de kiesgerechtigde bevolking dan toch
eens warm worden l Ja waariyk, de groote
zaal is vol menschen. Vergis u niet, dat zyn
trouwlustigen, bruiden en bruidegoms met
vaders, moeders, getuigen, ooms, tantes,
neven en nichten, broers en zusters, vrienden
en kennissen, de meesten niet kiezers en
ik maak me sterk, dat menig hunner niet
eens weet wat die heeren daar aan die groote
tafel in de tweede klasse-trouwkamer uit
voeren. De eenige, die er ronddwaalt, is een
verslaggever, die op de hoogte moet biyven,
van tyd tot tyd een ambtenaar van de secre
tarie, die komt kyken hoe 't er mee staat,
en de bode, die wel eens weten wil, wien
hy voortaan in de Raadszittingen een glas
water en de presentieiyst zal hebben aan te
bieden, met en benevens twee man publiek
ziedaar de geheele belangstelling, die uitgaat
van de vele menschen, die gestemd hebben.
Wy, Hollanders, worden niet gauw warm.
Velen biyven zelfs zóó koud, dat ze in 't
geheel niet komen steramen en we zyn
daar zóó aan gewoon, dat we, van een be-
trekkelyk klein aantal uitgebrachte stemmen
gewagende, nog durven spreken van een
„mooie opkomst". Is het niet of, in weerwil
van kie8vereenigingen, van strooibiljetten en
luidruchtige advertentiön, de quaestie of
meneer A of moneer B gekozen wordt, ons
an fond zoo koud laat als.ja, 't hooge
woord moet er maar uit.zoo koud laat
als een hondenneus? Van warme belangstel
ling geen spoor, noch van spanning over den
vermoedelyken afloop, behalve denkeiyk by
de candidateD, die afwachten wat al deze
koele kiezers over hen hebben beschikt. Ik
ontmoette op een dag van den uitslag te
halfdrie iemand, die nogal doorgaat voor
iemand, die veel belang stelt in de publieke
zaak, en die my kalmpjes vroeg: „O ja, hoe
is 't afgeloopen met de verkiezing?" En dat
terwyi alles al sinds een paar uur was afge
loopen en de uitslag even lang voor de ramen
van de sigarenwinkels hingl
Op de plaats in het Venloosch Weekblad,
zoovele jaren voor de opstellen van wylen
mr. Haffmans bestemd, wordt thans het woord
gegeven aan den heor Jan Truyen, die een
betoog levert van het mislukken der
drankwet.
Uit financiéel oogpunt beschouwd, acht by
het resultaat niet zco ongunstig. De jaar-
lyksche opbrengst van het vergunningsrecht
bedraagt byna één millioen.
Maar dat is z. i. dan ook het eenige voor
deel, dat onze drankwet oplevert.
Het verwondert den heer T., dat de ministers,
die het wetsontwerp tot regeling der gemeente-
financiën hebben ingediend, in dit ontwerp
niet hebben opgenomen een uitbreiding van
het bestaande debietrecht voor drankverkoop.
E9n matig vergunningsrecht op alle drank
huizen of cafe's zou wellicht nog een tweede
millioen in de kassen der gemeenten doen
vloeien, en daarmede zouden bedoelde minis
ters z. i. tevens eon dienst bewyzen aan hun
collega van justitie, die nog steeds met de
buiten krediet geraakte drankwet zit opge
scheept.
Sinds de afschaffing van het patentrecht
zyn de drankhuizen in bedenkelyke mate toe
genomen; en de clandestiene verkoop breidt
zich uit zeer ten nadeele van hen die ver
gunningsrechten betalen. Dit ware, meent de
heer T., te verhelpen door het bedoelde
heffingsrecht aan de gemeenten te verleenen;
dan zou, naast het financieel, ook het moreel
voordeel van dezen maatregel niet uitblyven;
beperking van den clandestienen verkoop en
van de aanleiding tot dronkenschap, met haar
heilloozen nasleep.
Door de benoeming van overste Van
Vliet tot gouwornour van At j eb
is zegt het Haagsche Dagblad een
einde gemaakt aan de schaeve positie, die
de tegenwoordige waarnemende titularis,
kolonel Stemfoort, daar inneemt; en in de
tweede plaats spreekt uit deze beslissing de
bedoeling der Regeoring om te breken met
het agressief optreden in de laatste maanden,
dat men met den naam van het systeem-
Vetter heeft betiteld.
Immers, het is van algemeene bekendheid,
dat overste Van Vliet niet medegewerkt heeft
tot deze tactiek van links en rechts uitrukken
zonder plan of stelsel. Voor het oogenblik
mag deze handelwyze goede resultaten op
leveren, in de toekomst zeker niet. Indien
iemand, dan zal overste Van Vliet dit onder
vinden.
In verschillende kringen zal de benoemiDg
van dien overste tot gouverneur teleurstelling
verwekt hebben, daar men algemeen gerekend
had overste Van Heutz als gouverneur van
Atjeh te zien optreden.
Gedurende de jongste operatiön op Atjoh
was deze hoofdofficier de eigenlyke leider der
bewegingen, "hem werden de moeilykste op
drachten gedaan, en steeds voerde hy die
met succes uit. Bovendien was hy misschien
meer nog dan Van Vliet op de hoogte van
Atjehzaken, populair by den troep en de
officieren en, wat niet van lederen militair
gezegd kan worden, iemand, dié den tact
bezit ook met de civiele ambtenaren te kunnen
omgaan.
Hopen wy echter, dat overste Van Vliet zyn
moeilyke taak tot tevredenheid der Regeeriüg
en tot heil van het vaderland zal volvoeren I
De Haagsche Kouter der Prov. Groninger
Grtover rookers sprekende, zegt o. a.
Voor zoover ik hartstochteiyke, eeuwige, ver
slaafde rookers ken, moeten dezen zelfs onge
zind zyn, eenig gebouw, zy het ook een tem
pel des Heeren, binnen te treden, waar zy
hunne rook-passie niet kunnen voldoen. Is
er eenig land ter wereld, waar dit misbruik
zoo algemeen heerscht? Ik geloof het niet.
Jongens van vyf en zes jaar loopen hier op
straat met een sigaar in hun kindermond,
en een oppasser of loopknecht, die onze woning
binnenstapt, heeft de onbeschaamdheid zyn
kwalyk riekend eind sigaar of pyp in den
vuilen mond te houden.
Nog erger wordt het misbruik, dat er in
openbare vergaderingen, byeenkomsten en
kantoren van het rooken gemaakt wordt.
Zoo betaal ik dezer dagen, met weerzin en
een zuur gezicht natuuriyk, een deel myner
bedrijfsbelasting. In het nu eindeiyk ruime
kantoor, in de groote Halstraat (Den Haag),
moet ik queue maken en meer dan twintig
personen staan hier voor en achter my om
het hardst en drukst te dampen. Dat moest
eenvoudig verboden z(jn. In het postkantoor
te Frankfort staat met groote letters aange
plakt, dat het rooken verboden is, en iedereen
houdt zich stipt aan die bepaling. Hier daaren
tegen rookt het gansche publiek, en de be
nauwde tabakslucht is voor de vrouwen vooral
hoogst kwellend.
Van het belastingkantoor begaf ik my naar
een kykdag In het Verkoophuis, en ook hier
deed zich hetzelfde verschynsel voor. Het
geheele publiek rookte, vendu knechts incluis,
en voor de talryke dames was de prikkelende
rook dier onbescheiden sigaren hoogst onplei-
zierig. Is het denkbaar, dat in het buitenland
het rooken in dergelyke openbare lokalen
toegestaan is? Kan men zich voorstellen, dat
er in de groote opera te Berlyn, Dresden of
Frankfort een gelegenheid is, om heel gauw
eens een paar trekjes aan een sigaar te doen
Daar is geen sprake van! De verslaafde,
onverbeterlyke dampers weten zich voor die
weinige uren te bedwingen en hun rookharts-
tocht te beteugelen. Niemand denkt er aan
een tabagie. Maar hier is de tabak de tiran,
de universeele indringer, die geene deur of
lokaal voor zich gesloten vindt, als kerk,
rechtbank en hooge colleges van staat.
Er is eenige kentering merkbaar, nu tal
van doctoren op de nadeelige gevolgen van
het vele rooken wjjzen, en daarby het jonge
geslacht, dat te veel aan sport moet doen, het
eene voor het andere min of meer verwaarloost.
Fietsen en rooken schynen nog niet samen te
gaan, en dat spyt my zoo voor de sigarenwin
kels, want dat is een leelyke streep door hun
rekening. Hardloopen en worstelen eveneens
een paar gezochte lichaamsoefeningen kun
nen evenmin met een lekker brandende sigaar
gebeuren. Van daar reeds allerlei beletselen
om eiken dag „doorgerookt" te zyn. Daarby
komt, zooals ik daareven zeido, de vermaning
der faculteit, om toch die nicotine-vergiftiging
te matigen. Een en ander is van goeden
invloed op het tegenwoordige jonge geslacht,
dat met een fiets opstaat en met een voetbal
spel eindigt.
Voor onze jonge loopers, ryders en vliegers
is de Zondagsrust niet geschreven; eiken
Zondag kan men hier in onze eenige Malie
baan, een torrein zonder weergade, daarvan
de bewyzon zien. Daar krioelen alle Haagscho
clubs en vereenigingen in do bontste en
schreeuwendste Uitmonsteringen, met felle
kleuren on alsof zy in hun onderbroek uit
bed gesprongen waren, door elkaar, en sprin
gen en vliegen er rond.
Een ding treft u by al deze kleurige exem
plaren onzer spes patriae: hun ontbreekt een
breode, kloeke borst; het voorovergebogen
hoofd en de ingevallen borst herinneren nog
maar al te veel aan de nabootsing van den
„Gigerl", den fin-de siècle-fat, die het jonge
Nederland nog een ideaal toeschijnt. Als dit
overdryft, komt er misschien nog een flinke
jongen van Jan De Wit voor den dag, dien
"Wo in allo opzichten als oen veelbolovend
NederJandsch product kunnen toejuichen.
Wy zyn in de gelegenheid onzen abonnó's
een goedkoope en toch zeer goede kaart
van Nederland aan te bieden, zeer geschikt
zoowel voor kantoor en school als voor de
huishouding.
De prijs is cents.
In de vestibule is zy ter bezichtiging opge
hangen; de afgifte zal in de volgende week
plaats hebben.
INGEZONDEN.
Mijnheer de Redacteur
Wilt U zoo goed zyn onderstaande in Uw
veelgelezen blad op te nemen.
Menigen Zyisingel-bewoner zal onwillekeurig
de verzuchting ontsnappen: „Was het maar
10 uur." Zulk een leven is niet uit te houden,
dagelyks geen rust van 's morgens 6 uur
tot menigmaal 9 en 10 uur. Dat noemen de
stadsbewoners heeriyk, „om buiten te wonen."
Maar wat ik U bidden mag, indien ge soms
het „wotlige" stadsleven met het „rustige"
buitenleven wilt verwisselen, en Uw plan
mocht wezen den Zylsingel uit te kiezen, ga
dan eerst even daarheen, om te „hooren",
zien kunt ge naderhand wel. En dan is de
uitslag reeds zeker, dat ge het „rustige" stads
leven voor dit „woelige" buitenleven niet
wilt omwisselen.
Mynheer de Redacteur, zou er werkelyk
niets aan te doen zyn, om de bewoners,
waarvan er sommigen nogal tameiyk be
lasting betalen, van dien vreeselyken over
last te bevryden?
Ik hoorde iemand zeggen: Gelukkig, dat ge
„geannexeerd" zyt, want nu zult ge eens
ondervinden, hoe men in Leiden voor zyne
burgeren zorgt. Tot dusverre heb ik daarvan
evenwel niets kunnen bemerken, zoodat ik
vermoed, dat de vreeselyke hamerslagen der
Kon. Ned. Grofsmedery, de ooren der bevoegde
autoriteiten nog niet hebben bereikt. Laat
ons hopen, dat dit spoedig gebeurt, dan krijgen
de Zyisingelbewoners ook spoedig verademing.
Ontvang, Mynheer de Redacteur, myn be
leefden dank, terwyl ik met de meeste hoog
achting verblyf, UEd. Dw. Dnr.
K.
[Het ïydt geen twyfel of na dit schryven
wordt de Grofsmedery binnen veertien dagen
gesloten en geamoveerd. Red.]
't luisterend publiek worden verminkt tot een
allerellendigst gegalm van in elkaar loopendo
klanken, dat pyniyk is om aan te hooren en
't vry wel onmogeiyk maakt den zaüger of de
zangeres te waardeeren en juist te beoordee*
len. Zoo hoorde ik eens een samenzang van
Messchaert, Rogmans, Pia Von Sicherer en
nog een dame, welke op de plaat3, waar ik
zat, achter in de zaal, eenvoudig afschuwelyk
klonk en werkelyk veel had van hondenge-
huil 1 Als de zaal niet precies stampvol is en
men heeft geen plaats vooraan en eenigszins
naar 't midden der zaal, dan ondervindt men
dergelyke teleurstellingen, 't Publiek scb(jnt
dit echter met gelatenheid te ondergaan, als
iets onvermydelyks, en zoover ik weet heeft
men zich 't hoofd nog niet gebroken met de
vraag of hierin misschien ook verbetering zon
zyn te brengen, of wellicht de slechte werking
dier hooge, kale muren ook zou kunnen wor
den verminderd. Zou dan werkelyk 't ant
woord op die vraag zoo beslist ontkennend
moeten zyn? Ik weet wel, dat er voor de
acou8tique nog geen vaste regelen bekend zyn,
maar men tou toch, dunkt my, wel eens de
proef kunnen nemen met 't een of ander, 't
hangen van gordynen byv. of 't spannen van
draden, zooals men in 't Gebouw voor Kunsten
en Wetenschappen heeft gedaan. Of vergis ik
my en zyn er inderdaad proeven genomen?
In de onderstelling, dat dit niet 't geval is,
meende ik, dat 't misschien zyn nut kon
hebben op deze zaak nog eens de aandacht
te vestigen. L.
Mijnheer de Redacteur l
Mag ik eens door deze de aandacht van
het Bestuur dezer gemeente vestigen op den
toestand, waarin de Zoeterwoudsche Singel
verkeert? Deze toch is onhoudbaar en de weg
zou eer goed voor kruipende dieren dan voor
menschen geschikt zyn.
UEd. Dienaar, C. v. L
Men heeft zich Vrydag-avond weer eens
kunnen ergeren over de inderdaad bedroevende
acoustique der Gehoorzaal. E»n mensch wordt
werkelyk baloorig, als hy bemerkt hoe daar
de mooiste stemmen voor een groot deel van
Reservekader.
Evenals ten vorigen jare zyn ook thans
weer in tal van gemeenten de noodige voor
bereidingen getroffen tot het houden van
militaire cursussen.
Die cursussen vinden in den regel plaats
van 't laatst van October tot ongeveer half
April, wekelyks gedurende ten hoogste 3 uren.
Zy hebben ten doel de vrywilligers voor het
Reservekader theoretisch voor een hoogeren
graad te bekwamen tegen het tydstip, waarop
zy in het zomertydperk van het volgende jaar
voor hunne practische vorming eenigen tyd
onder de wapenen komen.
Tot welke gunstige uitkomsten dat oplei
dingssysteem leiden kan, mag uit het vol
gende biyken:
By hot eindo van den vorigen wintercursus,
den lsten Mei jl., bedroeg de sterkte:
1 Vaandrig,
13 Reserve Onderofficieren,
88 Reserve Korporaals,
111 Adspiranten-Vaandrigs.
Na afloop der practische opleiding gedurende
de zomervacantie was die sterkte geklommen
tot: 4 Vaandrigs,
60 Reserve Onderofficieren,
137 Reserve Korporaals,
73 Adspiranten-Vaancrig8.
Ook is hier en daar reeds oen aanvang
gemaakt met de practische oefening van hen,
die tot het Reservekader wenschen toe te
treden. Geiyk toch bekend is, moet men, om
tot eene verbintenis voor dat Kader te kunnen
worden toegelaten, in het bezit zyn van een
Getuigschrift model A, waaruit blykt, dat
men voldoende bedreven is in de behandeling
van het geweer.
Dit laatste wordt, om teleurstelling te voor
komen, byzonder onder de aandacht gebracht
van jongelieden, die in Januari 1897 voor de
militie moeten worden ingeschreven, ondef
mededeeling, dat aan den dienst by bet Reser
vekader slechts dan het recht op vrysteiling
van militiedien8t kan worden ontleend, wan
neer de verbintenis voor dat kader is gesloten
vóór den lsten Januari vajx het jaarwaarin
do belanghebbende voor de militie wordt
ingeschreven.
Mochten in eenige gemeente, waar geen
vrywillige oefeningen in den wapenhandel
worden gehouden, 5 of meer jongelieden, tus-
schen 16 en 24 jaren, aanwezig zyn, die
alsnog zouden wenschea in de behandeling
van het geweer te worden geoefend met het
doel het bovenbedoeld Getuigschrift A te
verwerven, dan kunnen zy in de gelegenheid
worden gesteld het noodige onderricht te
ontvangen, indien zy hun verlangen schrifte
lijk ter kennis brengen van den hoofdofficier
voor het Reservekader te Leiden, Vischmarkt
No. 6.
UCBT8TEKKTE.
Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek.
WEEK
van 11 tot en met 17 Oct.
Datum.
Uur
Aantal.
Gom. Eng.
Standk.
11 Oct.
12
13
14
16
16
17
6.45 8.S0
6.45 8.45
6.45 8.45
6.45 8.30
6.45 8.45
6.45 8.46
6.45 8.45
7
8
7
8
7
8
8
16.6
16.6 H
16.4
16.6
16.8
16.6
16.6
Dit beteekent: Wanneer men 6 cnbio feet =141.i
11 tere per uur van zulk gas verbrandt in een Sagg'a
London-Argand-Btandard burner No. 1, met 24 gaatjes,
wordt een licht verkregen, dat in sterkte gelijk staat
met 16.6 16.6 enz. Standaardkaaraen, waarvan elk#
kaars 20 grains 7,8 grammen Spermaceti per uo*
verbrandt.