N°. 11239. Woensdag 14 October# A0.1896 $eze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <§on- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 13 October. Feuilleton. De leerling van den onden detective. LEIDSCH DAG-BLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandon. f s f 1.10. Franco per postt i i 1.40. Afzonderlijke Nommers i -• 0.05. PBUS DEB ADVERTEHTIËW: Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Donderdag, overmorgen, eerste voorstelling van Ben-Ali Boy in de Stadszaal. Wy komen er nog eens even op terug, opdat onze lezers en lezeressen toch niet vergeten zullen er heen te gaan. "Want werkelijk, Ben Ali is zijn geld waard l Men krijgt zuiver boven natuurlijke magie te zien, waarbij een mensch wrevelig wordt, omdat zjjn begrip hierbij te kort schiet l Het „Nieuws van den Dag", melding ma kende van deze voorstellingen, schreef: „In OJeon waren gisteravond talrijke toe schouwers aanwezig, om de wonderbare ver richtingen van Ben-Ali Bey gade te slaan. Hoe men ook tuurde en gluurde, men snapte er niets van; hoe die duivelskunstenaar een plant doet groeien en bloeien, hoe hij op zijn manier koffie klaarmaakt, 't bleef een raadsel. Het publiek, dat den toovonaar bij zijn verschijnen hartelijk toejuichte, was in stomme verbazing over al wat 't te zien kreeg. Waren velen reeds ten vorigen jare getuige geweest van zijn werkzaamheden, men moest erkennen, dat Ben-Ali-Bey gister avond weer veel nieuws te zien gaf. Trouwens, geen wonder dat de herleving van de oude Egyptische mysteriën, waarvan Ben-Ali-Bey met zoo gelukkig gevolg, een speciale studie maakte, onder ons, Westerlingen, groot opzien baart. De weioige voorstellingen, die nog volgen, zullen voorzeker de belangstelling bl ij ven wekken." Nu, dat is hier ook al het geval, want er z\jn reeds tal van plaatsen besproken, zoodat men öf goed zal doen nog even een plaats te bespreken öf wat vroeg in den avond naar de zaal te gaan. Hoofdzaak is alleen maar: een goede plaats te hebben. Het drietal sollicitanten naar de vacante onóerwyzersbttrekkmg aan de openbare lagere school van Benthuizen, bestaat uit do beeren J. Tuininga, van Beets (Fiiesland); S. De Vries, van Amerongen, en P. A. Boeje, van 's Gra- venhage. De collecte voor noodlijdende kerken en personen heeft te Benthuizen opgebracht f 3.93 Het besluit van den gemeenteraad te Leimuiden om het met den heer H. Stigter Jr. bestaand eigendomsverschil over een per ceel rietland aan arbitrage te onderwerpen is door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland niet goedgekeurd. Gemeld college was van oordeel dat, volgens art 620 al. 1 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, slechts ieder do geschillen omtrent de rechten, waarover hij de vrije beschikking heeft, aan de uit spraak van scheidsmannen mag onderwerpen en de gemeente, als by de beschikking om trent onroerende goederen aan de goedkeuring van Gedeputeerde Staten gebonden, niet gezegd kan worden daarover de vrjje beschikking te hebben. De gemeente ia dus nu genoodzaakt een proces te voeren. De ministers van marine en van finan ciën begaven zich gisteren naar het Loo, ter auciëntie by H. M. De Koningin Regentes. De Commissie van Rapporteurs uit de Tweede Kamer voor de algemeene beschouwin gen en de financiëele hoofdstukken der Staats- begrooting voor 1897 heeft, in een gisteren gehouden vergadering, reeds den voorbereiden den arbeid voor het voorloopig verslag aange vangen. Deze week zullen ook andere Com- mi8siën voor de hoofdstukken van de Staats- begrooting vergaderen. De heer O. Carré, directeur van den Kon. Nederl. Circus te Amsterdam, heeft aan den Haagscben gemeenteraad ontbinding ge vraagd der koopovereenkomst betreffende het perceel aan het Gevers-Dejjnoot-plein te Scheveningen, door adressant van de gemeente gekocht tot oprichting van een steenen circus gebouw. De nestor der Rotterdamsche onderwij zers, de heer N. C. Oosterhoff, herdacht gisteren den dag, waarop hy 55 jaar geleden als hoofdonderwijzer werd aangesteld. De krasse 78 jarige man vervult nog steeds met ijver en toewijding zyn betrekking aan de school van het R.-K. Armbestuur aan de Lange Warande; 62 jaar geleden trad hy te Rotterdam fcy het enderwijs in dienst. Z. D. H. de bisschop van Haarlem heeft benoemd tot leeraar aan het seminarie Hageveld den weleervr. heer J. M. Hellegers; tot kapelaan te Dordrecht den weleerw. heer J. J. A. M. Krook, en tot kapelaan te War< mond den weleerw. heer J. C. Yan der Loos, die kapelaan was te 's-Gravenhage (H Jacobus). De minister resident van Japan by ons Hof, die eenige maanden buitenslands is ge weest, keerde gisteravond uit Berlijn in de residentie terug. Volgens „De Maasbode" heeft de Regee- riDg, als erkenning hunner diensten bij de nasporing en opgraving van het gebeente van den prins van Oranje te Padua, benoemd in de Oranje Nassau-ordetot commandeur den bisschop van Padua, tot ridders pater Adolfo Assoreto, ecouoom van het Augustyner- kloost r aldaar, prof. Gherardo Pompeo Mol- menti te Venetië, en den kanunnik Di Prampero te Udine. De leerlingen der H. B.-S. te Amersfoort hebben aan hun leeraren dr. A. H. Van Bor- gesius en dr. H. Van Capellen by hun vertrek naar de Rijks-Landbouwschool te Wagenmgen een souvenir aangeboden. Den eerste werden vereerd vier Delftsche schotels, den laatste een theetafel en een nikkelen Louilloir. De vaandels en standaards der verschil lende corpsen infanterie en cavalerie zyn thans van de by koninklijk besluit vastgestelde op schriften voorzien en worden dezer dagen van het D-partement van Oorlog afgehaald om dienst te doen op 17 dezer bij de eedsaflegging der pas aangestelde 2 ie luitenants. Na de uitneming van het rechteroog van den sergeant-majoor Malherbe van het reg. gren. en jagers is daarin aangetroffen een stukje koper, vermoedelijk af komstig van het voorc-inde eener losse patroon. Zijn linker oog hoopt men te kunnen behouden; evenwel zal bij toch voor verderen militairen dienst moeten worden afgekeurd en op pensioen gesteld. In de te Zwolle gehouden Raadsverga dering werd benoemd tot conrector van het Gymnasium dr. B. Ter Haar, op eene wedde van f2200 tot f 2400. Een voorstel tot oprichting van een abattoir is afgewezen. Hr. Ms. fregat „De Ruyter," onder bevel van den kapitein ter zee H. O. Feith, en Hr. Ms. instructieschip „Nautilus," onder bevel van den kapitein-luitenant ter zee L. A. H. Lamie, zyn in den namiddag van 10 dezer, respectievelijk Dover en Dungeness gepasseerd. Aan de „N. R. Ct." wordt gemeld, dat het kantoor der Hollandsche IJzeren-Spoor- wegmaatschappy te 's-Gravenhage naar Alk maar zal worden overgeplaatst. De daarvoor noodige perceelen moeten reeds zyn gehuurd. Te Utrecht is eene afde ling van den Bond van Post- en Telegraaf-beambten opge richt. In de pers was er op gewezen, dat de wacht van een twaalftal Turksche soldaten voor ons gezantschapshotel te Konstantinopel in deze dagen eventueel geen voldoende be scherming zou opleveren. In verband hiermede is het niet van belang ontbloot, wat uit Kon stantinopel aan het „Haagsche Dagblad" wordt gemeld, dat nameiyk onmiddeliyk na zyn terugkomst van verlof onze gezant jbr. Van der Stael van Piershil ter bewaking van het 'gezantschapshotel een wacht van Kroaten heeft genomen. Het stoomschip „Laertes," van Amster dam naar Java, vertrok 6 Oct. van Algiers; de „Telemachus," van Java naar Amsterdam, passeerde 11 Oct. Gibraltar; de „Prins van Oranje," van Amsterdam naar Batavia, vertrok 12 Oct. van Marseille; de „Soenda," van Batavia naar Amsterdam, passeerde 11 Oct. Malta. Uit de „Staatscourant". Kon. besluiten. Overgeplaatst in zyn rang bij het regiment grenadiers en jagers, de majoor P. J. Le Jollo van liot lste regiment infanterie. Op zijn verzoek, met ÏDgang van 15 dezer, eer vol ontslag verleend aan den officier van gezond heid bij het Koninklijk Militair Invalidenhuis op Bronbeek, J. A. W. Vermey, gepensionneerd offi- cior van gezondheid der lste klasse van het leger in Nederlandsch-Indië. Bevorderd tot opziener der visscherijen op do Schelde en Zeeuwsche stroomen, 3de klasse F. Lauret, thans schipper late klasse by de visschery- politie op diejwateren. De minister van marine heeft het volgende be paald: lo. de kapt.-luitenant ter zee L. J. K. A. Jeokel, geplaatst in de directie der marine te Willemsoord en als stafofficier dor zeemacht toe gevoegd aan den commandant der Stelling van den Heldor, wordt met 1 November a. s. eervol van die betrekking ontheven en vervangen door den kapitein-luitenant ter zee II. G. J. Wol ter beek. Eerstgenoemde hoofdofficier wordt alsdan op non-activiteit gesteld. Mot gelijken datum worden de luitenants ter zee der lste klasse O. H. Kuyck, jhr. H. L. Wichers en M. Van Nassau geplaatst als eerste officier respectievelijk aau boord van Hr. Ms. wachtschip te Willemsoord, Hr. Ms. pantseischip ,Evertsen" en Hr. Ms. wachtschip te Hellevoetsluis; 2o. met 1 Nov. a. 8. wordt de luitenant ter zeo der lste klasse F. J. Stam, dienende als eerste officier aan boord van Hr. Ma. pantserschip „Ëvertsen", geplaatst in de directie der marine te Willemsoord en toegevoegd aan het hoofd van het Vak van Uitrusting bij 's Rijks werf aldaar; 3o. met 1 November a. s. worden de luitenaDts-ter-zee 2de klasse bij do Koninklijke Nederlandsche Marine-Reserve, A. Kotting en J. Baron, overgeplaatst, respectievelijk aan boord van Hr. Ms. monitor Cerberus" en Hr. Ms. artil lerie-instructieschip („Bellona", en do adelborsten lste klasse dier reserve H. K. Van der Goot en K. H K. Wijtsma, overgeplaatst respectievelijk aan boord van Hr. Ms. monitor .Matador" en Hr. Ms. instructieschip ,Gier". Met gelijken datum wordt de luitenant ter zee der 2de klasse P. Kruys, dienende aan boord van Hr. Ms. monitor „Matador", op nonactiviteit gesteld. X>© Getemde Feeks. Het is een zeldzaam voorrecht Shakespeare nog eens te zien spelen. Als niet laag genoeg by den grond trekt het weinig publiek en ook, hoe weinig artisten bezitten wy, die Shakes peare vertolken kunnen! Maken dus mate- riëele en practische bezwaren het voor de directies moeilyk zich aan de klassieke Engel- sche kunst te wagen, te meer moeten wy het op prys stellen wat het Nederlandsch Toone9l toch nog heeft durven ondernemen. Jaren geleden heeft Bouwmeester Macbeth en Richard III gespeeld; verleden jaar heeft Royaards een succès d'estime behaald als Hamlet en thans weer wordt „The taming of the shrew" den volko vertoond. En, wat men lang niet altyd van het Nederlandsch Tooneel melden kan, de opvoering was in alle opzichten goed verzorgd. Er werd met lust en liefde, met entrain en animo gespeeld. Allen waren rolvast, zelfs goed in hun rol en ieder droeg het zyne by om een goed geheel te leveren. Zelfs aan de kleinste rol letjes mogen wy, in het algemeen, dien lof niet onthouden; globaal gesproken hadden allen hun taak en kunne woorden begrepen en gevoeld. Zy hebben wel gezien hoe het zoo ongeveer wezen moest en nu met routine en handigheid een bevredigend ensemble tot stand gebracht, maar en dit is de groote maar alles was te veel uitvloeisel juist van routine, te weinig van geest, van meeleven met den dichter. In de onbeduidende rolletjes kwam dit natuuriyk minder uit dan in de hoofd rollen. Daar toch wordt een zeggingskunst vereischt, een talent van souligneeren om de fijne trekjes, de vaak uitgeplozen geestig heden, de woordspelingen en de tegenstel lingen tot hun recht te doen komen, die wy hier vaak tevergeefs zochten. Dikwyis ging door den „gang", die er in het spel zat, door de oppervlakkige vlugheid, iets fijns verloren voor hen, die het stuk niet door on door kennen. Dit mag nooit, maar by Shakes peare, Molière en andere groote genieën het allerminst. Voorbeelden hiervan zullen wy achtereenvolgens aanhalen. Henri De Vries speelde den Petruccio; en van hem, moet ik eerlyk bekennen, had ik meer verwacht. Zoolang hy tamelyk kalm moet zyn, in zyn karakter van kordaat, kort aangebonden edelman, was hy zeer goed, zooals b. v. in het tweede tafereel en in het laatste, maar d&ar, waar hy razen en tieren moet, schoot hy te kort. Het is toch be- grypelyk, dat de man, van wiens huwelijks plechtigheid en van wiens tocht naar huis zulke sterke stukken verhaald worden, als hy eenmaal op het tooneel dat vertoonen moet, ook werkelyk tieren moet als een razende, dat hy te keer moet gaan als een gevleeschde duivel, wil hy vrees verwekken by de feeks, die waariyk voor geen kl into vervaard is. In die tooneelon nu wa; Hemi De Vries te koud, te leuk. Zyne gedragingen moeten zyn om bang van te worden en Diet om er om te lachen. Zóó is ontegenzegiyk des dichters bedoeling geweest en daarvoor speelde De Vries te iDgehouden. Daardoor ontbrak de kracht aan de tegenstelling, die ligt in zyne woorden by de thuiskomst als hy, tusschen schelden en klappen door, zyne vrouw vermaant: „"Wees vroolyk, Kaatjen" of „Verfrisch u, Kaatjen 1" Nathaniël zegt met schrik over zyn heer: „Hy maakt haar met haar eigen grillen klein"; maar dan moeten de grillen van Katharina ook vervierdubbeld worden voorgesteld, en De Vries was vol strekt niet zooveel ontembaarder dan zyne feeks. Veel meer luidruchtige kracht, forsch geweld zou hier op zyn plaats geweest zyn, terwyl De Vries zichzelven te veel geiyk bleef. Mevrouw BrondgeestBouwmeester ver tolkte de Katharina. Ongotwyfeld bezit zy temperament genoeg om aan zulk eene rol het passende karakter te geven, maar toch kunnen wy haar spel niet geheel vry spreken van iets conventioneels. Haar schrille, scherpe toon moge zich goed leenon voor eene Katharina, het onveranderiyke plukken en trekken met de vingers en het werken met hoofd en hals zyn by haar zóó alledaagsch, dat wy nu voor ditmaal wel eens iets anders hadden willen zien. Zy wordt bovendien rykeiyk oud voor jonge rollen. Ernstig be zwaar heb lk tegen haar voordracht van het slot. Zy droeg al die verzen voor met sentimen teel pathos, wat, rayns inziens, geheel ver keerd is. De bedoeling dier woorden is eene practische, navolgenswaardige vermaning te geven; het is, ja, eene overwonnen vrouw, die spreekt, maar eene, die toch hare waarde blyft gevoelen, die voor trots en stugheid, verstand en meegaandheid heeft verworven; die buigt, maar uit overtuiging en die kslm en met waardigheid dit anderen wil toonen. Kalmte en waardigheid moeten uit die verzon in de eerste plaats spreken, de berusting moet biyken uit den overtuigenden toon, niet uit het jammerlyke en weeke. Een enkele klemtoon was hier ook verkeerd, zoo b. v.: Uw eega is uw heer, uw schutse, uw leven, moet natuuriyk zyn: Uw eega is uw heeruw schutseuw leven. Eindelyk is wel degeiyk de bedoeling deze woorden te richten tot de weduwe in de eerste, tot Bianca in de tweede plaats en niet, zooals mevr. Brondgeest, met algebeele minachting van het gezelschap aan den discb, deed, tot bet publiek. Voor het slot-ffect behoeft zy in dat geval heusch niet bang te zyn; als de verzen goed gezegd worden, kan dat niet uitbiyven. Bianca (mevr Van Ollefen) was goed in haar ondergeschikt rolletje. Royaards speelde den Lucentio en deed het met den hem eigenen zwier en oen groot gemak en talent van verzen zeggen. Weinigen toonen zóó sterk als hy de liefde voor hun kunst in geheel Slot.) Snel droeg hy nu de beide lyken over een paar aangrenzende daken, om ze daar neder te leggen. Hy zette nu zyn dakwandeling voort tot hy er een bereikt had, dat een brandtrap ryk was en daarlangs daalde hy af op straat. De bewoners van het bedreigde huis waren hun inboedels aan het uitdragen; buiten was echter nog niets van de vlammen te zien. Nick posteerde zich vlak by Jerry's loge ment en bleef daar wachten op de brand stichters. Eindelyk kwamen zy en Nick sloop nog wat nader. „We hadden nog naar de biljetten moeten zien, eer we den brand aanstaken," zeide Billy met zyn bromstem. „Daarvoor hadden we immers geen tyd," antwoordde Gilbert. „Nu, aan geld is nog wel aankomen, als eerst die eene, die ons in den weg staat, maar voorgoed het zwygen is opgelegd." „Laat het van avond doen; die waagt, die wint." „Aangenomen 1" „Nick maakte zich uit de voeten, om zich op het vereerend bezoek voor te bereiden en zyn gasten een goed onthaal te kunnen verzekeren Thuisgekomen, vond hy daar Ralph en ht) vroeg hem dadelyk of hy een handelend aandeel in het laatste bedryf van het drama wou nemen. „Zeker, dan hebt ge ten minste iemand tot hulp." „Ga spoedig in dien stoel zitten, opdat ik u onherkenbaar make." Nick begon hem te metamorphoseeren en tO:n hy hiermede gereed was, verzocht hy Ralph nu eens zichzelf in den spiegel te bekyken. Hy hajl hem sprekend geiykend gemaakt aan Billy. „Wat ze voor plan bedacht hebben, weet ik niet," zeide Nick, „maar we zullen op alles voorbereid zyn." „Wat moet ik doen?" „Voor detective spelen; ik verberg my hier achter dit gordyn en blyf in uw onmid deliyk bereik. Vrees dus niets. Uw stem be hoeft ge niet te veranderen, want ze zien u toch dadelyk voor my aan. Doe u vooral onverschillig voor en spreek op spottenden toon." Eindelyk hoorden zy een lichten voetstap op de trap. „Dat is Gilbert," fluisterde Nick; die zal u dadelyk herkennen." Nick kroop achter het gordyn en Ralph riep „binnen," op een bescheiden klopje aan de deur. Glimlachend opende Gilbert de deur en hy lachte luid, toen hy plotseling tegenover den gewaanden Billy stond. „Ik kon myn hoofd in den muil van den leeuw steken," begon hy. „Ik ben biy, dat ge dat begrypt," ant woordde Ralph. „Mag ik gaan zitten?" Zonder antwoord af te wachten, zette Gil bert zich tegenover Ralph aan tafel. Nick hoorde duidelijk eenig geraas op de trap, dat Gilbert tevergeefs trachtte te doen verstommen door hevig met zyn stoel op en neer te schuiven. „Ik ben gekomen, om tot een vergelijk te raken," en tegelykertyd schoof Gilbert als toevallig eenige kleinigheden van tafel. Ralph bukte werktuigiyk om ze op te rapen on toen hy zyn hoofd weer ophief, zag hy een geladen revolver op zich gericht. „Nu, hoe is 't, zullen we een vergelyk treffen?" vroeg Gilbert spottend. „Zeker," antwoordde oen rustige stem en in een oogwenk wareD Gilberts polsen omkneld door de boeien. „Kom binnen, jongens!" riep Nick nu, Gil berts stem meesteriyk nabootsend. Billy en Dave stormden naar binnen. Een &lag en Billy lag als een blok aan den anderen kant van het vertrek en e6r Dave van den schrik bekomen was, voelde hy de boeien om zyn handen slaan. „Wat dunkt ge nu van die verrassing, heeren?" hoorde Nick. „Als ge er niet tegen hebt, zullen we. het ons gemakkelyk maken en wat gaan rusten. Kom, Ralph," en na zich te hebben over tuigd, dat de schurken onmogeiyk weg konden, begaven Ralph en Nick zich te bed. XXXI. Nicks eerste werk den volgenden morgen was het pakje los te maken, dat hy tusschen mevrouw Valdrona kleeren gevonden had. Daarna haastte hy zich naar mevrouw Livingston. „Is er iets gebeurd, dat gy zoo vroeg komt?" vroeg zy bevend. „Niets kwaads, mevrouw. Kunt u dit ont- cyferen?" „Dat is het geheimschrift, dat wy ge bruikten. Goede hemel, wat een slechtheid 1" riep zy al lezend uit. Na een poosje legde zy het boekje met een vreugdekreet ter zyde. „Hemel, wat een geluk! Myn dochter leeft Het is niet waar, dat zy gestorven is!" „Welke dochter?" „Myn eerste kind; Ethel, o waar is zy?" „Veilig by Mabel en zy is een allerliefst meisje; dat kan ik u verzekeren," ant woordde Nick. „Hoe kan ik u ooit genoeg danken, mynheer?" „Ge behoeft my volstrekt niet te bedanken ik deed slechts myn plicht en word daar voor beloond." „Dit is Jane's dagboek," verklaarde mevrouw Livingston; „ze heeft het zoo trouw byge- houden om later van de lezing te kunnen geDieten. Zy beeft Dalton door toedienen van vergif langzaam laten 6terven en zy heeft Mabel niet geruild zooals zy voorgaf. Zy deed het zoo voorkomen, omdat zy hoopte, dat ik dan myn eigen kind zou mishandelen, denkend, dat het een vreemde was. Maar gelukkig heb ik dit nooit gedaan. Wilt gy nu myn kinderen hier brengen, mynheer?" „Beiden?" „Ik zal myn man alles bekennen, en ik ben overtuigd, dat hy my zal vergeven." „Ik ga dadelyk." „Zeg my eerst wat er van die vrouw ge worden is." „Jane Manning is gelukkig dood; de mannen, die in het komplot waren, hebben haar ver moord. Ik zal zóó handelen met die schurken, dat ge van hen nimmer eenige publiciteit hebt te vreezen. Vertrouw op myi" Nick nam een rytuig en reed naar den inspecteur. „Succes gehad?" vroeg deze. „Prachtig!" Nick gaf verslag van zyn handelingen en van de gunstige oplossing der moeilykbeid. Geen enkel feit vergat hy te melden, dan de medeplichtigheid van mevrouw Livingston. Hy zeide waar de lyken te vinden waren en vroeg toen om een geleide van drie agenten. By het binnentreden van zyn kamer be gonnen de gevangenen hem uit te jouwen. Doch ze werden spoedig gekalmeerd, toen ze de drie mannen zagen, die hen in ver zekerde bewaring namen. Billy en Dave sleten hun verder leven op de galeien en Gilbert wist zichzelf van het leven te berooven, toen by hoorde welk lot hem wachtte. Ralph en Nick gingen nu naar Brooklyn; onderweg deelde de detective zyn vriend zooveel mede als noodig was omtrent mevrouw Livingston. Ethel en Mabel hadden elkaar zoo lief ge kregen in die enkele dagen, dat zü biudo waren te hooren, dat z\j elkaar zoo oa be stonden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1