N°. 11223. Vrijdag S5 September. A0.1896 f 1.10. 1.40. 0.06. feze £ourant wordt dagelijks, met uitzondering van <§pn- en feestdagen, uitgegeven. feuilleton. ZIJN NICHT. - LEIDSCH DA&BLAD. ~ppt.tr DEZEB COUKAUT! Voor Leiden per 3 maanden. i Franco per post-s t .5 Afzonderlijke Nommers PBIJS DEE ADVEBTENTTEN: Van 1-6 regel» f 1.05. Iedere regel meer f 0.17$. Grootera letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Leiden, 24 September. Binnen eenfge dagen zullen aan de inge zetenen, van -wie verwacht mag worden, dat zjj in de „Vereeniging tot bevordering van de Vakopleiding voor Handwerkslieden in Nederland" belangstellen, circulaires worden aangeboden, waarin het doel en de middelen, tot bereiking van dat doel, zyn omschreven. Daar de Vereeniging zich op een breed standpunt plaatst en het haar te doen is allen, die verbetering wenschen in de vak opleiding, onder welken vorm dan ook als lid der Vereeniging te laten toetreden, zullen zeer zeker velen bereid worden ge vonden deze jonge vereeniging te steunen, hetztf als lid, hetzij als donateur. Correspondeerend lid voor Leiden en Omstre ken is de heer G. Van Driel, by wien meerdere inlichtingen te verkrygen zyn. Tot directeur der zuivelfabriek te Wilder- vank is benoemd de heer A. Spruyt, te Leiden. Naar aanleiding van professor Bolland's inaugurale rede „verandering en tyd" herin nert een onzer lezers", dat by na eene eeuw geleden Fokke Simons eene voorlozing hield, die later in 't licht verscheen, over „verlich ting, deugd en tyd". Daarin betoogde de bumo ristische schryver, dat er eigeniyk geen tyd bestaat. „Wat geweest is, is niet meer; wat komen zal is nog niet, en tusschen verledon en toekomst is de overgang niet waarneem baar en kan dus niet gezegd worden te be etaan". ArnhCt Naar men verneemt, heeft Hr. Ms. gezant by do Forte, jhr. Van der Staal van Piershil, met verlof te 's-Gravenhage, reeds in de vorige week zyn reispas aangevraagd ten einde tegen 1 October, datum van het eindigen van zyn verloftijd, naar Konstantinopel terug te keereö. Biunen weinige dagen zal by de residentie verlaten. De heer Van Duysberg Jr., leerling tolk ▼oor de Chineesche taal by Hr. Ms gez-int schap in China, is gisteravond van Den Haag naar Parys vertrokken ten einde zich aanst. Zondag met den heer Knobel, minister resident en consul-generaal by den keizer van China, te Marseille naar Shangai in te schepen, om hunne bestemming naar Peking te volgen Door de afdeelingen van de Tweede Kamer zyn benoemd tot rapporteurs over do begrooting van Nederlandsch-Indië voor 1897 en htt wetsontwerp tot nadere regeling van het aandeel der geldmiddelen van Nederlandsch- Indië in de ten behoeve dier middelen door het Ryk in het jaar 1883 ter leen opgenomen gelden, de heeren: Van Dedem, Bool, Pynacker Hordgjk, Van Vlymen en Van Gennep. De minister van Waterstaat, Handel en Ny verheid heeft, naar men verneemt, de win- terdienstregeling van de Hollandsche Spoor- weg-Maatschappy goedgekeurd. De Pauseiyke Internuntius Mgr. Loren- zelli is voornemens a. 8. Zaterdag-avond de sluitingsplechtigheid van een feest in de Redemptoristenkerk te Rotterdam by te wonen. In de diplomatieke kringen der residentie zegt men dat in November de benoeming van dc-n Nuntius tot gelyke waardigheid te Mun- chen verwacht kan worden. Het beroep naar de Ned.-Herv. gemeente te Aalsmeer is aangenomen door ds. P. N. Gysman te Beekbergen, (Gelderland). De loting voor de nationale militie, lich ting 1897, is voor de 7 gemeenten van het 14de militiekanton dezer provincie, bepaald op Vrydag 16 October a. s. te Woubrugge: Zevenhoven, 's voorm. te 10'/4 u Nieuwveen, te lO'/j u., Alkemade, te 10J/4 u., Leimuiden, 'a nam. te l!/4 u., Ter-Aar, te V/2 u., Ryn- saterwoude, te 21/4 u. en Woubrugge, te 21/, u. By de begrooting van Waterstaat wordt door den minister voorgesteld, te besluiten tot de oprichting van een geologisch bureau te Utrecht, ter samenstelling van eene nieuwe geologische kaart, hoofdzakeiyk met 't oog op de belangen van den landbouw. De kosten worden geraamd op ongeveer ƒ26,000. De minister stelt voor, wyders voor de Inrichting van een stormwaarscbuwingsdienst, waarvoor de uitgaven in eens op ƒ25,000, en de jaarlyks terugkeerende op 5870 geraamd worden, ongerekend 2000 per jaar voor onder houd der 8einstations en seinmiddelen. Omtrent de inrichting van den dienst hier te lande wordt o. a. het volgende medegedeeld: De waar schuwingen zullen uitgaan van het Meteoro logisch Instituut te Utrecht. Een 40-tal kust plaatsen zyn voor het geven van stormseinen gekozen, die eveneens geheschen kunnen worden aan de filiaal-inrichtingen van het Meteorologisch Instituut te Amsterdam en Rotterdam. De bediening der seininrichtingen zal geschieden door het personeel der kust wacht. De stormwaarschuwingsdienst zal in twee cleelen gesplitst zyn, en wela. de dienst aan het Instituut te Utrecht, A de dienst aan de kuststations. Een lid der firma Ruys Oo., te Rot terdam, de heer W. Ruys, is naar Rome ver trokken, ten einde aldaar in overleg te treden met den Nederlandschen gezant, den beer Westenberg, en eene conferentie te houden met de Italiaansche regeenng in zake de inbeslag neming van het stoomschip „Doelwyk". De nieuwe cursus aan de Ryksland- bouwschool te Wageningen is geopend met ruim 240 leerlingen. De firma Van Heek en Co. te Enschedee zal aan den Parallelweg aldaar een nieuwe spinnery bouwen van 20,000 spindels. Te Air.sttrdam is opgericht een gemengde zangvereeniging, onder den naam „Concordia." Mejuffrouw Marie Penning, leerlinge van het Conservatorim te Karlsruhe, is by de Nederlandsche Opera geëngageerd. De nieuwbenoemde Engelscbe gezant by ons Hof, de heer Howard, is slechts voor enkele dagen te 's-Gravenhage aangekomen. In het begin van October zal hy definitief zyn post aanvaarden. Tot assistent aan de gynaecologische afdeeling van deD hoogleeraar dr. Hector Treub, in het Bmnen-Gasthuis te Amsterdam, is voor het studiejaar 1896/97 benoemd de heer dr. L. F. Driessen aldaar. De 1ste luit W. L. Overduyn van het 4de reg. inf. wordt op 5 Oct. overgeplaatst van Gouda naar Dulft en nader ingedeeld by de 1ste compagnie van het 1ste bataljon. De heer C. J. M. Mooyman, te 's-Graven hage, is door den Paus benoemd tot ridder lste klasse in de orde van den H. Gregorius, ter erkenning zyner vele verdiensten gedurende vyftig jaren als lid en meer dan 45 jaren als president van de parochiale afdeeling van den H. Jacobus der Vereeniging van den H. Vincentius a Paulo. By elk der corpsen infanterie is thans weder een sabel in gebruik gesteld tot proef, waarover rapporten werden ingewacht ten einde te beslissen of de oud model sabel van de officieren door deze al dan niet zal ver vangen worden. De commissie, benoemd uit den gemeente raad van Middelburg tot het uitbrengen van advies over het ontwerp der Gedeputeerde Staten van Zeeland betreffende de grens regeling van Middelburg en Nieuwland, heeft zich met 11 tegen 5 stemmen met het ont werp vereenigd. Het 10-jarig bestaan der muziekver- eeniging „Amicitia" te Brummen zal Zaterdag en Zondag feesteiyk gevierd worden. Een 9-tal zuster vereenigingen zal hieraan deel nemen. Matinées, concerten, bals en optochten zullen elkander afwisselen. In de plaat6 van wyien prof. dr. F. W. B. Van Bell is tot bestuurder van het Haag6ch Genootschap tot verdediging van den Coriste- ïyken godsdienst benoemd dr. A. Bruining, te Krommenie. Onder bevel van den met verlof hier te lande aanwezigen kapt. der inf. van het Indi sche leger J. Schnyder en het medegeleide van den lsten luit. van dat wapen en leger F. C. H. Hirschmann 6n den lsten luit. der genie W. A. C. Gout, zal den 17den October van Amsterdam per „Prins Hendrik" naar Oost-Indié worden overgebracht een detache ment suppletietroepen ter sterkte van 50 korporaals en manschappen, benevens 3 onder officieren. Met hetzelfde schip keert de met verlof hier te lande aanwezige kapt. der inf. O -I. leger J. Koch naar Indië terug. Omtrent de belasting op rywielen zegt de „Ned. Sport", dat zü een groote verbetering is op het ontwerp der heeren Rutgers Van Rozenburg c.s., die er een onderdoel van de personeeie belasting met een grondslag van 5 per rywiel en de Doodige opcenten van wilden maken. Toch blyft het bezwaar bestaan zegt het blad dat de wielryder ten allen tyde aan den last van opvragen zyner kaart zal zyn blootgesteld, eene moeilykheid, die wel zou zyn op te heffen, desnoods dan met een klein risico van ontduiking voor het Ryk. Doch dat de „Ned. Sport" principieel met deze noch met eene andere belasting op ry wielen kan instemmen, blyft onveranderd om de eenvoudige reden, dat eene rywiel belasting, hoe dan ook, altyd blyft eene belasting op verteringinstede van eene belasting op bezit, welko laatste toch op slot van zake zonder eenige quaestie als de eenig juiste wyze van belasting moet worden aangemerkt. Deze be lasting op rywielen komt het toch reeds zoo onbillyke on gecompliceerde Nederlandsche belastingstelsel nog iets leolyker maken, zegt het blad. De nieuwe regeling van de Kon.-Ned. Marine-reserve treedt 1 Nov. a. 8. in werking en bepaalt, dat de sterkte wordt vastgesteld op 10 luitenants ter zee lste kl., 60 idem 2de kl., 30 adelborsten lste kl. en zooveel buitengewone adelborsten als ter voltallig- making der hoogere rangen worden noodig geoordeeld. Om voor benoeming tot officier in aanmer king te komen, moet men zich voor 6 jaren verbinden. De officieren hebben recht op een jaarlyksch vast traktement van ƒ240 voor een luitenant ter zee lste kl., ƒ120 voor een idem 2de kl., ƒ60 voor een adelborst lste kl. en 50 voor een buitengewoon adelborst. Het stoomschip „Amsterdam" vertrok 23 Sept. van Rotterdam naar Nieuw-York met 163 kajuits- en 110 tusschendeks- passagiers. Gemeenteraad van Hazerswoude. De burgemeester opende te elf uren de vergadering in tegenwoordigheid van alle leden. Na lezing en vaststelling der notulen deelde hy mede, dat B. en Ws. zich, naar aanleiding van het request-Stadhouder, in contact hebben gesteld met den heer Philippo, doch deze reeds vooraf maatregelen had genomen ter afwering van brandgevaar, veroorzaakt door diens ovens. Vooits werd de begrooting voor 1897 den Raad aangeboden en een commissie gekozen, bestaande uit de heeren D. De Bruin Yzn., Noordam en Wesselingh, die haar zullen onder zoeken. Tevens kwam ter tafel het request vaD den omnibus-ondernemer D. Keizer, die met cyfers aantoont, dat blykens den door hem overgelegden staat van inkomsten en uitgaven over de maanden Mei, Juni, Juli en Augustus, zyn onderneming Leiden Hazerswoude v.v. hem geen menschwaardig bestaan verschaft; beweert, dat zyn omnibusdieust een gemakke- lyke verbinding in het belang der iDgezetenen is, en voorspelt, dat, wordt hem van gemeente wege geen financiëele steun verleend, het hem onmogeiyk is, zyn onderneming in stand te houden. Do heer D. De Bruin Yzn. achtte dezer omnibusdienst ook in het belang der gemeente en zeer geriefelyk, inzonderheid voor het zwak kere geslacht, dat een wandeling naar het spoorwegstation Hazerswoude van */4 uur, vooral in guur weer, allesbehalve aangenaam vindt. Hy herinnerde aan de teleurstelling vele jaren geleden, toen de plannen voor den aanleg van een stoomtram van Gouda naar Leiden via Hazerswoude niet tot uit voering kwamen, en wees op het gemis aan dagclijkscke communicatie, waarin deze omni busdienst voorziet, door een verbinding met Leiden van tweemaal on met het station Hazerswoude van vier- a vyfmaal per dag. Het zou spr. spyten, indien de onderneming werd opgeheven, omdat ze niet rendeert. Aan genaam zou het hem zyn, indien de zaak een jaar werd voortgeholpen, om te zien of ze levensvatbaarheid heeft. Ten slotte herinnerde spr. nog aan den aankoop van den gemeenen weg in het belang van den boerenstand, voor wien, door ophef fing van den tol een groot ongerief uit den weg werd geruimd, en voorts aan de subsidie ten behoeve van het telegraafkantoor te Kou dekerk, waarby alleen de Ryndykbewoners belang hebben. Op grond hiervan drong hy aan op behartiging, ook der belangen van het dorp. De heer Wesselingh kon met den vorigen spr. niet meegaan. Hy is er tegen, een parti culiere onderneming te steunenwees er op, dat Keizer de minste klandizie van het dorp heeft, en is van meening, dat, verleent do Raad aan K. subsidie, er anderen zyn, dia er evenveel recht op hebben. Z. i. moeten zy, die behoefte aan den omnibus hebben, deze onderneming steunen. Ten slotte zeide spr., dat het dorp veel voordeelen geniet, waaraan de bewoners van den Ryndyk niets hebben. De heer Korteweg gelooft, dat de omnibus- dienst er te kort is, om het noodzakelyke eener subsidie te kunnen booordeelen; spr. wil ook de opbrengst in de komende winter maanden weten. Vandaar zyn voorstel, om op dit verzoek geen gunstige beschikking te nemen, aan K. overlatende, of hy later nogmaals een dergeiyk request zal richten tot den Raad. De heer Van den Akker juicht met da andere leden van het D. B. den omnibusdienst, toe, doch is er niet voor van gemeentewege subsidie te verleenen aan een onderneming, die sommigen ingezetenen, die in de gemeente lasten bydragen, een groot gedeelte van hun bestaan ontneemt, zooals rytuigverhuurders1 en vrachtryders. De heer C. De Bruin is vó<5r subsidie. Hoa j meer communicatie, hoe beter voor de ge meente. Dit is sprekers opinie. De heef D. De Bruin Yzd. wees nogmaals op het groote belang, dat vele dorpelingen, ambachtslieden niet te vergeten, by d?een dageiykschen verkeerdienst hebben, en merkte op, dat niet ieders beurs toelaat, van een rytuig gebruik te maken. De heer Koetsier kwam op tegen de voorstel ling, als zou men een particulier willen steu nen. De quaestie is: wat strekt tot welzyn der burgery van Hazerswoude? Aan den heer Korteweg vroeg spr., of Keizer eerst moest verongelukken, voor men hom in zyn onder neming steunt. De heer De Jong is tegen subsidie en zeide, dat de gemeeneweg voor de gemeente geen schadepost is. De heer D. De Bruin Yzn. ontkende dit niet, doch merkte op, dat de aankoop van dien weg in allen gevalle tot welzyn van den boerenstand was en evenzoo een subsidie aan K. tot welzyn van hot dorp zou strekken. De Voorzitter geloofde, dat de subsidie vol doende was verdodigd en bestreden en meende, dat by de discussie de vraag op den voor grond moet staaa wat in het belang van Hazerswoude is. Nadat de heer Korteweg nog den heer Koetsier had beantwoord met de opmerking, dat hy diens bezwaar niet deelt, en K6izor nog wel een poosje geduld zal kunnen Slot.) Bibb werd door haar in een kamer links gevoerd, half ODtvangstsalon, half eetzaal; ten minste, hierop duidde een mahoniebuffet, op welks plat een statige ry gevulde en half ledige flesschen met vruchtensappen, inge maakte en pikante sausen stond. „Asjeblieft, mynheer, wilt gy een oogen- blik wachten, ik zal juffrouw Knak voet roepen." En weg ylde de dienstbaro geest, onder luid geklits-klats van haar afgesleten pantoffels. Alleen met zyn gedachten, dio als een geurende rozenstruik zich om hem strekten, bleef Sil vander Bibb. Hier dus ademde, leefde en zweefde de zwartzyden engel met de door sneden bankbiljetten I O, zeldzaam, maar zalig lot, dat hem op zulk een wyze tot een wezen had begonnen te voeren, welks lieftalligheid zyn verouderd hart zoo goed had gedaan, welks bankbiljetten zich zeker niet tot die twee door hem gewisselde beperkten I En dit kleine, door een tuin omgeven huis, nauweiyk8 twintig minuten van zyn kantoor, nog geen vyf minuten van het naaste station der tram verwyderd! Dan deze aardige, gezel lige kamer I Dan eindeiyk de zoo good gearran geerde en gevulde inmaakflesschen, die op een belangstellende verstandhouding met keuken en kelder duidden. Hier aan den schoorsteen rechts de zwellende Z9tel voor Sibylla, links een plaatsje voor hem. Hoe ademde alles behaagiykheid en comfort l Het knarsen der kamerdeur rukte hem uit zyn zoete faDtasieén. Voor hem stond een hooge vrouwelyke gestalte, vry oud en het eerste gezicht, met hoog, glad voorhoofd, spiraalvormig gedraaide, lange, dunne, met olie gedrenkte haarlokken, die by iedere be weging van het antieke hoofd als spring- veeren op en neder dansten, het eene oog met roerende volharding de figuren en bloemen van het tapyt fixeerend, terwyi het andere den bezoeker monsterde. De geheele overige figuur wekte het vermoeden, alsof zy tusschen twee met groote gewichten bezwaarde planken als de bloemen van een plantkundigo was platgedrukt. Met een sprong stond Silvander op zyn platvoeten en staarde de gestalte aan, als ware het een geestverschyning. „Ik las uw uitnoodiging. Gy hebt myn biljet dus ontvangen?" vroeg de dame. „Dus gygy.... zyt.... juffrouw Knak voet?" stotterde de boekhouder, wien de bittere oütgoocheliDg byna tranen in de zachte schelvischoogen dreef. „"WaGht maar af. Mag ik u verzoeken: welke zaak verschaft my de eer?" Het woord „zaak" bracht hem weer op orde. „Er was een jonge dame by my" Bibb drukte, o verdorvenheid der wereld! op het woordje jong „en wisselde onder andere ook een bankbiljet van honderd gulden. Toen ik dit later nauwkeurig onderzocht, bevond ik, dat het uit twee aau elkander gelymde helften bestond, die blykens de getallen niet by elkander behoorden. Hier moet dus een misverstand plaats gehad hebben." „Hebt gy het bankbiljet by u?" „Om u te dienen." „Mag ik het een oogenblik hebben?" Ribb reikte haar het gewenschte bank- billet over. „Juist!" riep de juffrouw uit; „dat komt overeen." „Wat komt overeen?" vroeg Bibe. „Het is het bankbiljet, dat myn nicht in wisselde." „Uw uwnichtI" riep Bibb uit. „Waar is zy?" „By my." „Kan ik haar spreken?" „Dat is niet noodzakeiyk, mynheer. Over deze zaak kan ik u opheldering geven. Myn broeder in Amsterdam, die myn vermogen beheert; zond my eenigon tyd geleden twee bankbiljetten van honderd gulden in een enveloppe. Ik sneed deze met een papierechaar overlangs open en sneed daarby onvoor- zichtigerwyze de beide bankbiljetten door. Om de schade weder goed te maken, lymrie ik de helften met gom voorzichtig aan elkander en moet daarby de verkeerde helften genomen hebben." Met deze woorden woelde zy in een tasch, die aan haar zyde hing, en die zy, na eenige krampachtige grepen, eindeiyk gelukkig be reikte, en bracht een versleten, smerige portefeuille te voorschyn. „Hier, mynheer is het andere biljet! Nu zullen wy de zaak wel in het reine brengen." Bibb verging van angst en verlaDgen. De vrees, dat hy weder zou moeten aftrekken zonder zyn „zon" en „vlam" gezien te hebben, snoerde hem byna de keel dicht. Eindelyk vatte hy allen moed, op het oogenblik by hem aanwezig, en zeide zoo onverschillig mogeiyk„Het is echter beslist noodig, dat ter opheldering der zaak uw nicht een kort schryven onderteekent." Dat was echter slechts een voorwendsel, waarmee hy de van zaken onkundige tante om den tuin wilde leiden. Tegeiyk haalde hy voor den schyn een papier uit zyn binnenzak; het was een oud schouwburg-programma. En, o vreugde! de tante liet zich om den tuin leiden. Zy knikte toestemmend, opende de deur van de kamer een weinig en riep met een stem, scherp en gillend als de stoomfluit van een locomotief: „Lilil Lilil" Bibb's trommelvlies beefde bfi dit eeluid: doch zyn hart hamerde tegen zyn ribben, als een slecht gestuurde boot tegen de oevers van een nauw kanaal bonst. De verheugende schrik voer hem zelfs zoodanig in de boenen, dat hy zich ongenoodigd in een der leuning stoelen liet vallen. Nauwelyks was tantes grille stem weggeklonkon, toen van boven een zilveren stem hoorbaar werd: Dadeiyk, tante, dadelykl" Dan hoorde men een lichten veerkrachtigen tred de trap afkomen, en met een ongedwongen „Tralalala" huppelde Lili de kamer binnen, juist als een dier ondeugende zonnestralen, die in den beginne vaD onze ware geschiedenis Bibb's rust hadden gestoord. „Dat is de jonge man van de geschiedenis met het wisselkantoor 1" knarste de oude tante, als ware elk van haar woordan een gebrande koffieboon, die zy malon moest. „O ja, dat is hy 1" lacht© Lili. „Hoe gaat het met u?" voegde zy er vriendeiyk aan too» „Het doet my zoo leed, dat gy u mynont- wege hierheen hebt moeten begeven." En Lili ging zonder schroom op den 7an vreugde geheel ontroerden Bibb toe en stak hem licht kleurend, haar witte hand toe, als wilde zy zeggen: „Gryp ze nu en schud maar, ik ben er niet boos om." En Silvander vatte de kleine hand met z(jn glacé handschoen en schudde ze zacht. Doch in de diepten van het donker oog, dat zeld zaam vorschend hem beschouwde, van af den roodgeteekenden vischschedel tot op de laken- sche schoenen Bibb droeg lakensche echoo- nen uit het oogpunt van hoffelykheid jegens zyn eksteroogen, waagde hy niet te zien. En zooals eens Desdemona by Othello's avontuurlyke vertellingen, zoo fluisterde nu Lili: „In waarheid, zeldzaam, wondervreemd." „Wat is zeldzaam, kind?" vroeg de tante. „De gelykenis, waarvan ik toenmaals dadeiyk by myn terugkomst u vertelde, de gelykenis van dezen heer met oom Kaspers portret." De oude juffrouw haalde een lorgnet uit den Margaretha-zak aan haar rechterzyde en ODderwlerp den geduldig wachtenden Bibb aan een grondig onderzoek. „Ja, zeldzaam, werkeiyk zeldzaam 1" gilde zy nu ook. „Die neus, die terugtredende kin, die ontbrekende wenkbrauwen, die karakteristieke schedel vorming gauw, lieve Lili, loop naar boven en haal vlug oom Kaspers portretten; wani deze gelykenis is fabelachtigI" Lili huppelde heen en verscheen na tw

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1