N°. 11195 Maandag; Sf4 Augustus. A0.1896 <§eze (Geumnt wordt dagelijks, met uitsondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven Feuilleton. DE JONGSTE. LEIDSCH DA&BLAD. PRIJS DEZEB C0UBAI7T: Voor Leiden por 3 maanden.f 1.10. Franco per post1.40. Afzonderljjko Nommers0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Yan 1-6 regels f 1.05. Iedere regel moer f 0.17Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de sW wordt f 0.05 berekend» Derde Blad. Gemeenteraad Tan Alfeo. Tegenwoordig 7 leden. Afwezig de heeren N. D. Kemink, A. Streng en C. Nagtegaal, met kennisgeving, de heer De Jong zonder kennis geving. Een adres van mej. B. Van Diest, weduwe van P. M. Van der Voort, om in 1897 weder eene gratifies te mogen ontvangen, wordt gerenvoyeerd aan B. en Ws. ter behandeling hij het opmaken der begrooting. Gelezen het rapport der financiöele commissie tot goedkeuring der gemeente rekening. Zonder eenige discussie wordt daartoe besloten. De heer Yan Abshoven dankt namens de financiöele commissie B. en Ws. voor het goed 'gehouden beheer der gemeente-financiön en brengt den heer secretaris ontvanger hulde voor de keurig gehouden administratie. Komt nader in behandeling de verlaging van de Hof brug en wordt er voorlezing gedaan van een brief van den minister, houdende bezwaren togen het bestek en de teekening van de te maken brug, welke bezwaren werden geopperd op advies van den heer ing-nieur van den waterstaat in het Xde district, en waarvan de voornaamste waren dat het dek der brug nog lager kon worden gemankt; dat een noodbrug zal worden go- maakt, waar niet alleen personen, doch ook rijtuigtn en vrachtwagens over kunnen; dat de balans van geslagen in plaats van gegoten yzer moet zyn dat de ijzeren bouw der Irug publiek moet worden aanbesteed, ten einde een zoo laag mogelijken prijs te bedingen, en die bouw alzoo niet ondersbands aan de Ijzer gieterij „De Prins van Oranje" mag worden aanbesteed; dat in plants van drie steenen hoofden alle vier moeten worden afgebroken en wodu. opgebouwd ter bevordering van netheid on gelijkheid; dat juistere berekenin gen omtrent de zwaarte, het toortelyk ge wicht, enz. der balans moeten worden opgege ven; dat moet bljjken, dat de brug dooréén persoon kan worden opgehaald en weder ge zakt, enz. Om aan de bezwaren, door den minister gesteld, tegemo.-t te komen, zullen de kosten, volgens des opzichters raming, 8150 hooger wor.en dan ze oorspronkelijk waren geraamd. Het rapport van den gemeente opzichter, omtrent 's ministers brief, zet de raming der meerdere kosten ad f 3150 uiteen en de kosten bestaan hoof zakelijk uit: ƒ800 voor de hulpbrug, ten einde bebalve voor voetgangers ook geschikt te zijn voor rijtuigen en vracht wagens; f 1000 voor meerde* e koeten van een brug van geslagen ijzer, dan wel van gegoten ijzer; f 400 voor eene zeker te ontvangen nota van de ijzergieterij „De Prins van Oranje", vooral wanneer aan deze do lovering der brug niet worat opgedragen, voor het maken van tetkeningen, opm-tingon, <nz.; f 800 aan een ingenieur, met brugtouwkunde bekend, voor bet doen van de vertischte berekeningen, omdat de gometnte-.-rchitect, met bruggen bouw niet op do hoogte, hiervoor geen zorg kan dragen, het overige voor het afbreken en wederopbouwen van den vierden vleugel. Het advies jvan B. en Ws. is, oat aan de bezwaren, door den minister gemaakt, niet worde tegemoet gekomen en de Hof brug niet worde verlaagd, omdat men meent, dat het gemeentebelang niet in die mate bij de ver laging der Hof brug is betrokken, dat dit een uitgaaf wettigt van f 5000. Nog even herinnert de Voorzitter, dat in de Raadsvergadering van 16 October 1895 besloten is de brug te doen verlagen, doch dat toen de berekening was, dat dit de ge meente zou kosten f 1500, en wel: de kosten der verlaging bedroegen f 6000, waar van het hoogheemraadschap Rijnland ƒ1400 en het Rijk f 3100 zou bijdragen en er dus voor de gemeente 1500 overbleef. Bovendien gaf dan het Rijk een subsidie van 7000 a 8000, dat gekapitaliseerd moest worden en waarvan de rente strekte tot onderhoud en bediening der brug. Een zeer breedvoerige en langdurige dis cussie tusschen den Voorzitter en de heeren Van Abshoven, Bos en Los was van dit voorstel van B. en Ws. het gevolg. De heer Van Abshoven vindt de voorwaarde tot het maken eener hulpbrug, voor rijtuigen bruikbaar, onbillijk; nooit wordt Rijnland zulk een verplichting opgelegd bij herstel der Alfensche brug, iets, waarmede de Voorzitter geheel instemt; bovendien kan volgens hem ter plaatse onmogelijk zulk een hulpbrug gemaakt worden. De Voorzitter zegt, dat volgens den architect een der vleugels der brug geheel nieuw is en het dus overbodig is hem af te breken en dan weder op te bouwen. Of geslagen ijzeren binten beter zijn dan gegotene? Spreker kan er niet over oordeelen; by is geen des kundige. De beer Los acht gegoten evengoed als geslagen ijzer, betgeen hy zegt met het oog op de Gouw-luissche brug, waar ook gegoten ijzer is gebruikt. De heer Bos kan zich met het advies van B. en Ws niet voreenigen: eerst is besloten de brug te doen verlagen en nu gaat het niet aan, dat besluit weder te niet te doen. Het is wel vreemd, dat de minister nu ver schillende onmogelijke voorwaarden maakt, terwijl eerst subsidie is toegekend. Wanneer B. en Ws. eens persoonlijk over de gestelde voorwaarden gingen onderhandelen, zouden zjj misschien verder komen dan met er over te schrijven. Ook do heer Los vindt dit denkbeeld het be6fe. M-n moet volgens d zen spreker tot eene minnelijke schikking geriken. De Voorzitter bestrijet d^ze icJeeén en heeft er al zoo dikwijls met den hoofdingenieur v^n den waterstaat over gesprok'n, en deze is toch feitelyk de man, tot wi n men zich richt n moet, omdat de minister de bezwaren ook heeft gemaakt, na r aanleiding van het rappo:t v..n den hoofjingen eur. De heer Van Abshoven stelt voor, dat de stemming over het advies v n B. en Ws. nog wat worde uitgesteld, totdat de R>ad beter op de hoogte zij, en dat de hela- ghohbenden zelf naar den minister gaan. Dit Uatste voor stel vindt bestrijding by de heeren Bos, Loa en den Voorzitter. Na nog eenige discussie wordt op voorstel van den heer Van Abshoven met algemeene stemmen besloten de stemming over het advirs van B. en Ws. uit te stellen en B. en Ws. uit te noodigen zich persoonlijk tot den minister te wenden tot minnelijke schikking der geopperde bezwaren. Opgemaakt wordt de voordracht voor twee leden van het college van zetters en daarop gebracht de heeren A. Streng en C. Van 't Riet, als aftredenden, en de beeren C. P. Pannevis Jr. en K. Van Hellemond, als plaats vervangers. Gelezen een missive van den directeur- generaal der posteryen, waarin deze mededeelt, dat hij den minister van waterstaat, handel en nijverheid zal adviseeren na de ^rbouwing van het post- en telegraafkantoor dit voor de som van 1000 per jaar te huren, waarna door den Raad tot verhuur van dat kantoor voor den tijd van vijf jaar wordt besloten. Met algemeene stemmen wordt definitief tot gemeente werkman benoemd M Van Donk, terwijl de Voorzitter mededeelt, dat by B. en Ws. het voornemen bestaat Van Donk met 1 Januari a. s. 50 per jaar meer toe te kennen, iets wat de heeren Van Abshoven en Los toejuichen. Nog deelt de Voorzitter mede, dat mar aanleidiog van het in de vorige vergadering door den heer Bos gesprokene, juist den heer Sam8om hulde moet worden toegebracht voor zyno goede administratie (de heer Bos: dat heb ik ook gedaan), want dat deze heer juist met 1 Januari jl. de slagers rechtstreeks heeft betaald en de weesvader nu niets meer levert. Aan het bezwaar van den heer Bos was dus reeds tegemoet gekomen. Hierna sluit de Voorzitter de vergadering. Gemengd Nieuws. Gedurende deze week worden op „Rbynzigt" genomen 394 zwembaden door heeren en 93 door dames. Temperatuur van het water 18° Celsius. Men schryft ons: De opsomming der ongerechtigheden, die sedert eenigen ty i in den omtrek van het Kerkepad te Noord- wykerhout geschieden, vormt reeds een lange lyst. Dat geen enkele bedryver kon wordtn gestraft, bewyst, dat met groote sluwheil wordt te werk gegaan. Worden er schoenen ontvreemd uit een gesloten kar, in een dito schuur geplaatst, waai in nog wel een hond als een kalf de wacht houdt, terwyi by de rykpolitie een deel van het vermiste netjes wordt thuis bezorgd met de mededeeling waar de rest te vinden is, de dader wordt niet gevonden. Met ontvreemde bollen is het byna evenzoo gegaan. Verder werd hier door een bedstede geschoten, daar in het kozyn; hier worden ruiten ingeworpen, elders een geheel raam. Te veld staande boonen worden in het midden van den oogst uit den grond getrokken en wel is het niet brutaal? twee nachten aaneen op hetzelfde stuk land. Zoo konden we voortgaan. Dez9 week is de lyst weder met een geval vermeerderd. By den bloemist Th. Go-mans werd een schelft helm uit kwaadwilligheid midden in den nacht in brand gestoken en ging met een hoop hooi en een partytje narcissen in de nabyheil geheel verloren. Het verbrande was niet verzekerd en de eigenaar ïydt een schade van ongeveer 150. Hoogstwaarschynlyk waren de daders met hun beiden, maar wat hen tot het bedrijven van het betreurenswaardig feit kan hebben geleid, is met geen mogelykheid te gissen. Voor hen zelf hopen we, dat het Kerkepad nog eens betere gedachten in hen wekt. Men schryft ons uit Noordwy k er hout: 't Was gisteren, Vrydagnamiddag en half- vyf. Uit de bewegingen van onzen brand meester blykt duidelyk, dat er Iets byzonders aan de hand is. Zy worden steeds heftiger. Zyne ledematen nemen zwaaiende bewegin gen aan: 't is het stadium van in functie zyn. Biyf nu asjeblieft uit zyn nabyheid, want zóó is hy gevaarlyk. Pakt u niet dadelyk aan, dan pakt by u aan. De blusschingskoorts woedt. „Staat nu een huis in laaie vlammen „En scbynt de schrik elk te verlammen, „Hy is gereed en blyft niet staan, „Maar pakt den vyand aan". Een paar van zyn knechts heeft by reeds naar de spuit gedirigeerd en één naar den toren. Maar waar blyft het onheilspellen! klokgebrom? O, men heeft slechts een ver keerden sleutel meegenomen: do toren kan dus niet geopend worden. Maar dat is minder. De spuit is er al en door het lawaai ook volk genoeg. Dus vooruit! Naar Leen Van Dyk daar is de brand l Een stap of wat en op onthoud. Wat is het nu weer? Men ziet niets dan opgestoken handen. Ho! wat is er? Och, er is niets! Ook geen brand: het fornuis brandde wac fel! Ontspanning voor alle spieren en zenuwen. De brandspuit rukte weer in, maar heelwat kalmer dan zij uitrukte. En de kleermaker, die met zyn brandgeroep al die herrie veroorzaakte, rukto ook in, neen, droop af. En hy keek lang niet vroolyk. 't Was dan ook een tegenvaller, 't Geeft by brand 20 cents per uur, ziet u. Het was op h6t laatst alleen uw correspondent, die nog lachte. Er is ernstig sprake van tusschen Nieuwkoop, Zwammerdam en Bodegraven een bootje in de vaart te brengen, gedreven door een petroleummotor en geschikt voor personen- en goederenvervoer. Wanneer de tarieven billyk gesteld worden, kan deze onderneming voorzeker op veel succes rekenen, daar te Nieuwkoop reeds lang groote behoefte wordt gevoeld aan een vervoermiddel, dat cit dorp met de sponriyn zal verbinden. Donderdagavond jl. viel de acht jarige G. E., te Nieuwkoop, toen hy een konynenbok van den hooizolder wilde halen, door een gat naar beneden. Bewusteloos werd het knaapje opgenomen en terstond om geneeskundige hulp gestuurd. Men vreest voor hersenschudding. Uit de in het ziekenhuis te Rotter dam gehouden schouwing op het lyk der onverwachts daar ter stede overleden vrouw van den Leiderdorpschen schipper W. De Z. is gebleken, dat do vrouw is gestorven van een hartkwaal. Het lyk is daarna te Rotter dam begraven. Naar men aan de „Te 1." meldt, moet de gezondheidstoestand van Alexander Cohen, den dezer dagen te Amsterdam ge arresteerden anarchist, zeer veel te wenschen ovtrlaten. Pogingen worden aaügewend om hem om deze reden de vryheid t9rug te geven. Aan het nieuwe seminarium voor verzekeringswetenschap aan de universiteit Göttingen werd verleden week het eerste examen afgenomen. Van de 7 candidaten ver kregen 6 het diploma van staatswege van ver- zekerings-deskundige. TWEEDE HA 91 ER. Militaire Pensioenraad. De Regeering acht het wenscheiyk de wet, houdende instelling van een Militairen Pensioen raad, in werking te doen treden en heeft daartoe fondsen aangevraagd voor de uitbrei ding van het tegenwoordig bureel van den Pensioenraad voor burgerlyke ambtenaren. Aan uitbreiding van het bestaande bureel wordt de voorkeur gegeven boven het vormen van een afzonderlijk bureel voor den Militairen Pensioenraad. Voor uitgaven aan traktementen van den secretaris en van de ambtenaren zal ten gevolge van het optreden van den Militairen Pensioen raad móór benoodigd zyn een bedrag van 10,100, verdeeld als volgt: verhooging van de jaarwedde van den secretaris met 1000; verhooging van de jaarwedden van het be staande personeel met 1100; jaarwedden van nieuw aan te stellen personeel 6800; belooning van tydeljjk personeel en schryf- loonen 1200; samen als hierboven 10,100. Het ligt in de bedoeling het personeel niet te splitsen in ambtenaren speciaal voor de militaire pensioenen. Het nieuw aan te stellen personeel zal bestaan uit twee commiezen, óén adjunct commies en vier klerken, en het voornemen bestaat om ter benoeming tot commies voor te dragen twee adjunct commiezen by de departementen van ooi log en marine, die thans in de pensloenbureelen by die departe menten werkzaam zyn. Er op rekenende, dat de wet tot instelling van den Militairen Pensioenraad op 1 Nov. e. k. io werking zal kunnen treden, wordt voor traktementen over de maanden November en December dozes jaars aangevraagd yan 10,1G0 of rond 1684. Behalve de ambtenaren van de departe menten van oorlog en marine, die tot commies by den Pensioenraad voor burgerlyke ambte naren zullen worden voorgedragen, zal ver moedelijk nog een ambtenaar van een der departementen van algemeen bestuur worden aangesteld. Wederom had Koonraad een eigenaardig gevoel van verbazing. De onschuld, waarmede die reine, blauwe oogen hem aanzagen, was genoeg, om den man van de wereld een gewaarwording te geven als ploegde hy een heiligschennis. Nauweiyk8 hadden zy op den oever van het meer elkaar goeden dag gezegd, of Koen- raad hoorde zich duidelyk by den naam roepen, en omkeerend, zag by, dat het meisje hem naliep. „Denkt u er nog eens over I" riep zy geheel buiten adem; „ik bedoel over den 16den; en als het eenigszin8 kan, toe biyf dan alsjeblieft een paar dagen langer!" By de laatste woorden had zy reeds weder rechts-omkeert gemaakt en verdween tusschen de struiken. Koenraad hoorde alleen nog het kraken der takken, toen zy zelve reeds uit het gezicht was. Nauweiyks had men gedaan met ontbyten, of de groene vilten hoed van den houtvester ging het raam voorby, hetgeen in Koenraad eensklaps den jagtr deed ontwaken. Zyn tweede kop koffie onaangeroerd latend, haalde hy onmiddoliyk zyn geweer. Toen hy voor de tweede maal dien dag door de lindenlaan ging, vroeg hy zich af waarom hy niet van zyn vroegtydige excursie in het roeibootje gesproken had; het eenige besluit, waartoe hy kwam, was, dat een tintje geheimzinnigheid iets aantrekkelyks geeft aan het meest gewone avontuur en dat het denkbeeld van een komplot tusschen hem en de jongste barones, die hy begreep dat Elsbeth moest wezen, zyn verbeelding had geprikkeld. Intusschen had do baron zich met een gevoel van verlichting in zyn grooten arm stoel neergoviyd. Een paar uren althans kon hy het waakzame oog sluiten, nu by den gevreesden gast op veiligen afstand wist. Doch een wreede schok zou dienzelfden avond des barons gemoedsrust verstoren, t09n hy, aan het souper, in den loop van het gesprek, hoorde, dat de namiddagwan deling van Anna en Helena vreemd ge noeg dezelfde richting genomen had als Koenraad Kestlers jacht, hetzy louter toe vallig, óf ten gevolge eener schromelyke onachtzaamheid van Miss Wilkina, die haar vergezelde, dit was moeilyk uit te maken. Nooit nog had de baron zoozeer het onaan gename gevoeld van de jicht. Had hy het vrye gebruik van zyn ledematen de helft van zyn angst ware hem bespaard, want zoolang hy zelf voortdurend zyn gast gezel schap hield, mocht men zich tameiyk ver zekerd houden, dat alle ernstig gevaar kon worden afgewend; maar, helaas! hoeveel ontoerekenbaar kwaad kon er niet worden veroorzaakt door eenige ontmoetingen in de romantische schaduw der pynwouden? Tot overmaat van ramp lokte de onbe- wolkte September-hemel zyn meisjes dage lyks tot wandelingen uit, veel grooter dan zy gewoon waren. Van het ontbyt tot hot middagmaal en van hot middagmaal tot het avondeten zat de baron dus alleen thuis, want Elsteth genoot van haar vac ntie doir overal in haar eentje rond te dwalen brommend over zyn gedwongen rust on de dagen tellend, die voor het vertrek van graaf Kestler nog verloopen moesten. Langzamerhand echter werd het hem dui delyk, vry wel tot zyn ergernis, dat de vreugde, waarmede hy den 16den tegemoet zag, niet onvermengd was. Koenraad mocht een Doa Juan zyn van het eerste water, wi9ns weg bezaaid was met gebroken harten, zooals hot strand der zee met gebroken schelpjes, dit belette niet, dat zyn stem, zyn lach, zyn onwederstaanbaar guitige oogopslag den baron levendig de dagen voor den geest riepen, toen zyn oude schoolkameraad jong. was. Ook merkte hy een andere hoedanigheid in zyn gast op, die hem aangenaam verraste: Koenraad was voorzeker geen luilak! Twee malen had de oude heer graaf Kestler het huis uit zien gaan op een tyd, toen wel het dienst personeel op behoorde te zyn, maar het niet was; ook kwam hy geregeld laat aan het ontbyt, het haar vochtig van den dauw, menigmaal met een grashalm, of een rood of geel blaadje aan zyn jas. De baron moest erkennen, dat er toch wel iets goeds in hem was. Een jongmensch, dat genot vindt in een eenvoudige morgenwandeling, kan niet geheel zyn modegesleept door de verdorven heden eener groote stad. Miss Wilkins van haar kant was hoogeiyk ingenomen met de ontdekking, dat een zeker punt, lang tusschen haar on haar pupil een onderwerp van stryd, een goeden keer scheen te nemen. „Je wangetjes zyn eens zoo rood en je oogen tweemaal zoo blauw," zeide zy goed keurend, toen zy op zekeren morgen Elsbeth in de gang tegenkwam, beladen met herfst- krokussen. „Dat komt van het vroege opstaan." „Of van de vacantie," liet Elsbeth er on middellijk op volgen. „Maar vertel my nu eens: hoe komt het, dat je in de vacantie zooveel minder slaap noodig hebt dan op andere tyden? Nooit heb ik je voor zevenen het bed uit kunnen krygen, zoolang er boeken of atlassen in het vooruitzicht waren." Elsbeth glimlachte, van geluk, misschien ook een klein beetje met een schuldig gevoel doch gaf geen uitleg, en luisterde, ongewoon geduldig, naar het betoog over het gezonde van vroeg opstaan, hetwelk Miss "Wilkins zich ver plicht voelde by deze gelegenheid ten beste te geven. Ook Anna en Helena kondon dans den niet ontspringen, doch lieten zich lydelyk wel gevallen, haar zuster te hooren aanpryzen als een model van goed gedrag, en stonden den volgenden morgen geen minuut vroeger op. Zoolang men een gast had, was het toch beter zich frisch te houden voor den avond, door 's morgens lang in bed te liggen. Den vyfden dag van Koenraads verbiyf ten zynent maakte de baron, toen hy hem des avonds een goede nachtrust toewenschte, goed keurend de opmerking „Ik zie, dat je een even groot vriend van vroeg opstaan bent als je vader; maar morgen vrees ik, dat je met een nat pak thuiskomt." Koenraad zette groote oogen op. Zoodra hy alleen was, in zyn kamer, wierp hy zich in een stoel en liet vele zaken de revue passeeren. „Dat ïykt er wel een beetje op alsof mon spionneerde" aldus de gang zyner gedach ten: „Die oude heer is óón en al achter docht! Zou er niet een manier zyn, om hem het spoor byster te maken?" Eenige minuten zat hy met diepe rimpels in zyn voorhoofd, al bytende op zyn knevel, het tapyt te bestudeeren, toen eensklaps de rimpels verdwenen, en hij uitbarstte in een hartelyken lach, zooals men lacht by een byzonöer komischen inval. „Zóó zullen wy het aanleggen 1" was het besluit, waartoe hy kwam. En, opstaande, giDg hy naar bed. De voorspelling van den baron aangaande het weder bleek juist te zyn, en met een lang gezicht keek Koenraad den volgenden morgen door de ruiten naar buiten. En toch by eenig nadenken, vond hy, dat een regen dagje hem voor zyn plannen nog beter te pas kwam dan mooi weer. Zoodra het ontbyt afgeloopen was, stelde hy een partytje biljart voor, dat vol lust door de jongedames werd aangenomen. Waar de gevaren zoo groot werden, zag de baron ge9n ander redmiddel dan zelf ook een keu ter hand te nemen. Die voormiddaguren waren een harde dobber voor den armen, plicht} getrouwen vader. (Slot ommezijde.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 9