MENGELWERK.
Ter uitbreiding der handelsrelatiën
met Japan is, naar onlangs aan het Han
delsblad werd ontleend, door de Duitsche
regoering tot de Duitsche legatie te Tokio on
de verschillende consuls in Japan do uitnoo-
ging gericht om haar te adviseeren, langs
welken weg het geschiktst een Japansche
courant in Japan zou kunnen gepubliceerd
worden. De uitgebrachte adviezen moeten van
dien aard zijn, dat men in regeeringskringen
tot de uitgave van een tijdschrift in de Japan-
schd taal besloten heeft.
In verband hiermede herinnert de heer
Kamerlingb Onnes in het Exportblad aan een
door hem voorberied; dergelijk plan, dat hij
thans opnieuw aanbeveelt, daarbij de hoop uit
sprekende, dat binnenkort zulk een supplement
B zal kunnen verschijnen. Over de quaestie
van inrichting da-.rvan schrijft h\j:
De allereerste quaestie nu is de taal onzer
uitgave voor Japan.
Blijkens de aan ons verstrekte inlichtingen
is eene uitgave, in de Japansche taal ten
onzent bewerkt, eene onderneming, die op het
bezwaar stuit, dat z£j in Japan door de Engel-
sche en Duitsche handelsfirma's ongelezen
zoude worden ter zijde gelegd, een bezwaar
dat een nommer gelijktijdig in het Franach
en Engelsch, niet aankleeft. Trouwens, ook
overigens is eene mededeeling in één dezer
talen den Japanner toegankelijk. De Japansche
taal to -kiezen als hulde aan de natie is te
eerder overbodig, daar de regoering zelve
hare handelsmededeelingen in het Japansch
en Fransch ai in het Japansch en Engelsch
uitgoeft.
Daarbij komt nog iets. Was de positie van
onzen handel deze, dat in de verste schuil
hoeken van Japan relation moesten worden
opgespoord, dan zoude een nommer in het
Japansch bewerkt noodig zijn, maar aangezien
de connection, die wij behoeven, zich allereerst
bepalen tot eene bekendheid met de leidendo
buitenlandsche firma's, die in Japan de import
en exportzaken drijven, bereikt een minder
officiëele publiciteit niet alleen het gestelde
doel, maar is zy voor het oogenblik zelfs
gewenscbt. Aldus mogen wy aannemen, zyn
wy met eene uitgave gelijktijdig in het Fransch
en Engelsch verantwoord.
Eene tweede quaestie, de inhoud zeker
van niet minder belang - voert ons tot ha-
schouwingen van minder - lokalen aard. "Wy
hebben op dit punt onze opvatting, waarvoor
wy geene algemeene instemming kunnen
vorderen, maar die wy hopen in weinige
woorden als practisch te kunnen verdedigen.
Met de markten, waar wy nieuwe relatiën
wenschen aan te knoopen in Zuid-Amerika
(Supplement A) allereerst, in Japan (Supple
ment B), in China, in Britsch-Indië, enz, overal,
waar door gebrek aan directe stoomvaartver
bindingen onze connection te zeer boperkt zyn,
in die streken, meenen wy door beschrijvende
inlichtingen, welke ons land en de activiteit
onzer natie in een gunstig daglicht doen
treden, mededeelingen van algemeenen aard
ia één woord, en eerst later versterkt door
bijvoeging van détails, welke de handels
relatiën, die wy het meest zich zien ont
wikkelen, vanzelven aan de hand doen, de
aandacht te trekken in de overzeesche ge
westen die wy bewerken.
Iedere opvatting heeft haar voor en tegen.
Voor die, welke in on6 Supplement A (Zuid-
Amerika) en wy hopen binnen niet al te langen
tyd in meerdere nommers hare uiting vindt,
kunnen wjj niet verlangen algemeene instem
miDg te vinden, m -.ar dio overweging is toch
de onze, dat, terwijl het werk, door ons
opgevat, de gelegenheid openzet voor firma's
om volgens eigen inzicht te blyven werken
of te gaan werken, onze Supplementen door
ieder hunner met voordeel kunnen worden
benut in de handelscentra, waar zy circuleeren.
Wat reeds ter bevordering van onze relatiën
mot overzeesche gewesten geschiedt; dit besef
dringt ons vooral, dat wy als kleine natie in
den hedondaagschen handelsstrijd te zamen
moeten houdon.
Finantiöele Ki-onieli.
Do afgeloopen week bracht eindelijk een
krachtige en gewenschte verandering op do
Effectenmarkt en wel voornamelijk door den
ommekeer der Amerikaansche spoorwegmarkt.
Hoewel moeilyk beweerd kan worden, dat
die plotseling gunstige wending was to voor
zien, kwam toch wel langzamerhand do over
tuiging tot rijpheid, dat de algemeene toestand
van verlamming en neerslachtigheid, zooals
zy m de laatste weken allerwegen was inge
treden, toch niet lang meer had kunnen aan
houden. De daling had zulk een omvang aan
genomen en de angst werd langzamerhand
zoo bespottoiyk, dat het pabliek eindeiyk wel
de oogen moest opengaan en tot de ontdekking
komen, dat het zich toch wel wat al te veel
door blindo vrees had laten medeslepen en
tot dwaasheden vleiden. Want belachelijk
en dwaas was het ten slotte, to zien boe do
aanbieding van één enkel stuk voldoende was
om eeno daling van meerdere percenten te
doen ontstaan, zelfs onder de bit6re soorten.
Doch er was ook niet do minsto vraag te
bespeuren, daarentegen van alle kanton aan
bod, zoodat een kooper gelegonbeid te over
had om abnormaal lage pryzen te bedingen,
hetgeen niet scheen te verhinderen om het
aanbod blindolings te doen aanhouden. Ten
slotte moest dan toch wel het besef boven
komen, dat een dergelijke toestand wat al te
dwaas was en de daling nu toch langzamer
hand wel een grenspunt zou moeten berei
ken, en zoo is het ook gekomen. Merk
waardig genoeg scheen dit denkbeeld niet
alleen op de AmsterJamsche, doch ook op
de Londensche en Nieuw Yorksche Beurs te
heerschen; de wacht was alleen op een eerste
aanleiding.
De markt eenmaal „om" zijnde, bleek ook boe
weinig ernstig de oorzaken der crisis werden
beschouwd, want plots ling was de vrees ver
dwenen en werd nu weer met graagte opge
nomen, hetgeen een paar dagen geleden in
angst verkocht was. Doch niettegenstaande
de gunstige wending, is en blyft het karakter
der markt toch oppervlakkig en wankelbaar
en zal zy voorloopig nog wel by iedere
kleine wyzigiDg, de voorliefde of de terug
houding van een zenuwachtig publiek blyven
ondervinden. Eonigszins gemotiveerd was de
verbetering wel, doch men dient er op voor
bereid te zyn, dat de Amerikaansche spoor-
wegmarkt nog menige verrassing, aangename
en onaangename, verborgen houdt en dat nog
wel eens angstige oogenblikken zullen kun
nen worden doorleefd, vóór de uitslag der
Presidentsverkiezing aan de onzekerheid een
oinde maakt. Intusschen beginnen de ver
schillende berichten er wel op te wijzen, dat
de kans voor den goud-president (zooals Mac
Kinley genoemd wordt) beter gaan staan, en
dit wel ten gevolge der crisis zelve.
Dit goede heeft zij in ieder geval teweeg
gebracht, dat de aandacht van hel Amerikaan
sche volk scherper gevestigd wordt op den
verwoestenden invloed, welke nu reeds ten
opzichte der Amerikaansche waarden in het
algemeen, te bespeuren valt, en nog slechts
een vingerwyzing is voor de beweging, welke
zou ontstaan, wanneer eenmaal de zilver-
dollar aan het woord mocht komen.
Een verblijdend teeken i3 het dan ook, dat
de redevoering van Bryan, van te voren voor
Nieuw-York aangekondigd en waarin hy een
krachtige verklaring zou afleggen, fiasco heeft
gemaakt.
Al is nu de eerste schrik, door de jongste
ma'aise ontstaan, veel getemperd, toch is de
lucht nog niet zuiver en het bloed nog niet
rustig, en daarom is het wellicht niet zonder
nut een blik te werpen op de perioden, welke
een veranderde muntpolitiek zouJon te door-
loopen hebben, alvorens de invloed daarvan
merkbaar zou worden. In de laatste dagen
is meermalen bet vermoeden uitgesproken,
dat het gevaar, dat de zilverparty aan het
ro?r zou komen, niet zoo byzonder groot
werd geacht, hetgeen af te leiden viel uit de
weinig geanimeerde houding der zilverpryzen.
By de groote agitatie der zil vermannen, zou
toch allereerst eene stijging der pryzen ver
wacht mogen zyn, indien de aanhangers dier
party werkelijk zeker genoeg waren om spe
culatieve aankoopen in dit metaal te onder
nemen. Uit het wegldyven eener prysver-
hooging werd nu afgeleid, dat de kansen voor
de zilverparty toch niet zoo gunstig stonden.
De hoegrootheid dezer kansen voor het oogen
blik nu buiten beschouwing gelaten, wordt
dit argument toch van weiüig waarde geacht
en wel op grond, dat bet verloop der ver
kiezingen in Amerika onmogelyk een spoe
dige prysverhooging van het zilver zou kun
nen to voorschyn roepen, zelfs in het geval,
dat de „zilver"-candidaat tot president wordt
gekozen. In den aanvang van November
worden door het volk de lectoren geko
zen, welke uitspraak omtrent de presi
dentskeuze hebben te doen. Deze electoren
krygen van hun kiezers natuurlijk een bepaald
mandaat en dienovereenkomstig kan re9ds
ia het begin van November met zekerheid
bet resultaat der verkiezing worden opge
maakt. Behalve deze verkiezing mo?t ook
een nisuwo verkiezing plaats hebben voor
een deel der leden van hot Huis van Afge
vaardigden en dc-r Senatoren.
Al deze nieuwe regeeringspersonen, ook de
nieuwe president, aanvaarden hun ambt eerst
vier maanlen later. Tot zoolang bJyft presi
dent Cleveland in functie. Wanneer nu in
Maart 1897 de regeeringsverwisseling plaats
heeft, is de zitting van het congres reeds
geëindigd en komt dit lichaam eerst in Decem
ber 1897 weer byeen, en eerst dün kan be
slist worden welke muntpolitiek door Amerika
zal worden gehandhaafd. Desnoods zou de
nieuwe president gebruik kunnen maken van
zyn bevoegdheid, om een buitengewone zitting
van bet congres uit te schryven, doch deze
zou niet vroeger dan in den zomer van 1897
kunnen plaats hebbeD. Vóór dien tyd zou dus
geen behandeling der munthervorming kun
nen plaats hebben en nu, met het oog op
de groote onzekerheid der verkiezingen en de
rente verslindende speculatie der zilverbaren,
om nu reeds speculatieve aankoopen van dit
metaal uit te voeren en dus zoowel de kansen
eener nederlaag, als eene langdurige rente-
verspilling te wagen, daarvoor zyn de
Amerikaansche speculanten toch nog niet te
vinden en daarom acht men ook het tydstip
tot het opkoopen van zilver nog veel te vroeg.
Hierdoor zou dus verklaard worden waarom
het zilver niet stygende is, zonder daarmede
te willen zeggen, dat de kansen der zilver-
party aan belangrijkheid hebben verloren of
gewonnen.
Intusschen hebben in deze afgeloopen
week belangryke aankoopen in Amerikaansche
fondsen plaats gehad en toonde vooral Don
derdag de Amsterdamscbe Beurs een merk
waardige stijfhoofdigheid, voor zooverre zy
zich in het geheel niet stoorde aan do minder
gunstige koersen van Nicuw-York. Ook de
Londensche en Duitsche speculatie begint met
een weinig meer moed op te treden en gaf
aan de algemeene houding iets meer veer
kracht.
In het begin der week vonden evenwel in
enkele soorton nog zeer belangryke, gefor
ceerde opruimingen plaats, voor rekening van
een in gebreke gebleven firma.
Voornameiyk werd dit gevoeld by de
Oregon Short Col 1. Trust Bonds,
waarvan niet minder dan 110,000 dollars ter
markt werd gebracht. Doch ook in -We 8 t e r n
N.-York Ponnsyl vanië, en Atlantics
hadden uit dezelfde bron belangryke aanbie
dingen plaats, waardoor voor deze waarden
n-fiuurlyk eene zeer ongunstige markt moest
ontstaan. Missouri-waarden hadden een
vry onrustig verloep, waarschynlyk in ver
band met het voorloopig bekend worden van
het jaarresultaat, hoewel dit toch niet zoo
onbevredigend blykt. De ontvangsten zijn ruim
voldoende om op de 1ste en 2de bypotheek-
obligatiëa de rente te betalen, waarna nog
een bevredigend surplus wordt gevonden.
Wellicht is de wank-lende koers terug te
brongen tot den minder guostigcn kato noogst,
welken men vreest, dat op de inkomsten der
maatschappij van invloed zal zijn. Door de
Canadian Pacific is op de gewone
aandeelen een halfjaars-dividend van 1
pet. aangekondigd, hetgeen zeer ongelyke
beoordeelingen heeft uitgelokt. Wordt aan den
eenen kant dit dividend gering geacht en
geeft het dus teleurstellmg, aan den anderen
kant wordt de handeling der directie gebillykt,
wanneer zy verklaart m6t het oog op den
onzekeren handelstoestand in Amerika, to'
voorzichtigheid aangemaand te worden en een
zuinige politiek te handhaven. De ontvangsten
der maatschappij blyven zich zeer bevredigen!
ontwikkelen en geven voor de eerste week
van Augustus weer eene vermeerdering van
59,000 dollars.
De teruggang der Mexicaansche
fondsen moet voor het grootste gedeelte
gesteld worden op rekening van geforceerde
opruimingen ten behoeve van het roeds hier
boven vermelde in gebreke gebleven com
missiehuis. Nadat de liquidation daarin hadden
opgehouden, konden de koersen weer een
belangryk herstel ondergaan.
De Europeesche markt bleef over bet
algemeen in bevredigende stemming, doch de
Parysch9 beurs was minder goed gedisponeerd,
voornamelijk onder den invloed van de hoogst
ernstige toestanden in Turkjje. Russi
sche fondsen bleven echter sterk voor die
plaats gezocht, onder den invloed der nu reeds
ontstaande opwinding, in verband met bet
aanstaande CzaTen-bezoek te Parys.
De Koloniale afdeeling liet weer
veel te wenschen over; in het algemeen zyn
slechts gevoelige afbrokkelingen te vermelden.
Petroleumwaarden zyn daarentegen
in beter conditie, in verband met de gunstige
vooruitzichten van den handel, o. m. door de
voorgenomen verhooging der invoerrechten op
petroleum in Hongarije.
In aandeelen Nederlandsch Zuid
Afrik. Spoor bad in den laatsten tyd
een opmerkelyke teruggang plaats, hetgeen
werd veroorzaakt door een geiyke koersbe-
weging op de Berlijnsche beurs. Aanleiding
daartoe gaf het gerucht -volgens hetwelk de
Volksraad een besluit zou hebben genomen
tot overname der lynen door den S aat, op
voor de aandeelhouders ongunstiger voor
waarden. Men wist daaromtrent te vermelden,
dat de overname zou geschieden op een basis
der laatste drie afgesloten boekjaren, terwyl
algemeen werd ondersteld, dat daarvoor ten
grondslag zouden worden genomen de resul
taten der laatste twee afgesloten boekjaren en
het loopende, hetgeen een belangryk hooger
doorsnee cyfer zou geven dan volgens do eerste
berekening. Nadat men echter de overtuiging
had gekregen, dat ten opzichte eener overname
niets bekend was, ook niet in Holland,
herstelde zich de Berlijnsche markt en daar
mede ook de stemming op onz9 beurs.
Rynlandsche Bank.
O ewroken
Uit het Fransch van Léon Malicet.
De kogel floot door de lucht en nam een
roos mede van Jacques De Górald's kepi,
daareven door hemzelf er op gestoken. De
jonge man wilde de bloem oprapen, doch ont
bladerd lag zy op den grond, terwyl het sten-
geit ja nog op de kepi was gehecht gebleven.
Hy keek om zich heen, of hy den schul
dige kon ontdekken.
In de verte zag hy hoe een Pruisisch offi
cier één voor één de geweren afschoot, welke
een soldaat hem telkens aangaf.
Jacques verbleekte; hy herkende in den
vyandelyken officier, met het donkere uitsr-
ïyk, in de eenvoudige uniform, met de platte
pet, zyn aanstaanden schoonbroeder, Henri
De Bruckner.
Twee jaar geledeD, toen het nog overal
vrede was in Frankryk, kon men geen go-
lukkiger huiselyken kring bedenken dan die
der familie De Górald was. Het geheele jaar
brachten de leden er van door op het fraaie,
kleine kasteel in de Vogezen.
Tnéièso, de zuster van Jacques, was toen
achttien jaar en een mooi meisje met goud
blond haar en groote, blauwe oogeD, waarin
oprechtheid en goedheid te lezen stonden.
Heur vader had op haar al de liefde over
gebracht, welke hy vroeger voor zyn vrouw
gevoeld had. Thérèse had haar moeder by
haar geboorte verloren. Broeder en zuster
beminden elkaar hartelyk.
Op een goeden dag was Jacques op de jacht
gegaan en verder van huis gedwaald dan zyn
gewoonte was. Niet recht wetend waar by
zich bevond, stond hy eensklaps tegenover
een jongen man, dien hy voor den eersten
koer in zyn leven zag. Groot, forsch, ryzig,s
nam de onbekende hem van het hoofd tcj
da voeten op. Hy voelde, dat een zenuwach
tige blos hem naar de wangen steeg, en zich
hierover schamend, betaalde hy, met schijn
bare brutaliteit, den vreemdeling met dezelfde
munt. Alsof hy slechts hierop gewacht had,
zeide deze:
„Mag ik my aan u voorstellen? Ik ben
Henri De Brückner, de nieuwe eigenaar van
„La Tourell9.""
Spoedig werden beiden vrienden, hun harts
tocht voor de jacht bracht- hen st9eds nauwer
tot elkander. Samen bedachten zy allerlei
tochtjes en heelwat wild werd door hen
thuisgebracht.
Vooral Henri Da Brückner was onvermoeid
als hy den geheelen dag er op uit was ge
weest, ging hy 's avonds nog yverig stu-
deeren. Natuurlyk kwam hy dikwyis aan
huis by Jacques en weldra was hy in den
familiekring een welkome gast.
Een paar maanden later was H9nri De
Brückner geëngageerd met Thérèse, die zich
allerlei lieflyke droomen schiep van een toe
komst, waarin ze op bet oude kasteel zou
blyven wonen, met haar man en haar vader
tot dagelyksch gezelschap. Ook de heer
De Gérald drong 9r op aan, dat de jongelui by
hem zouden blyven wonen; bet zou hem al
te veel hebben gekost, om van zyn dochter
geheel afstand te doen.
Telkens, wannser Henn op Teis ging (reizen,
waarvan niemand het eigenlyke doel wist on
waarvan hy altyd even onverwacht terugkwam)
liet hy een leegte achter, waardoor men reik
halzend uitzag naar zyn terugkomst.
Het was toen in Mei; twee maanden later
brak de oorlog uit en ontving Jacques order
om uit te trekken met het regiment, waarvan
hy luitenant was.
Vóór zyn vertrek wilde hij zyn vriend nog
de hand drukken, doch op zyn herhaald
schellen kreeg hy geen gehoor; het huis
scheen uitgestorven, alle blinden waren ge
sloten.
Het wreede lot wilde, dat Jacques tegen
den vyand te verdedigen kreeg het plekje
land, waar hy de gelukkigste jaren zynó
levens gesleten had.
Met een angst in bet hart, die hem nimmer
verliet, dacht hy er aan, wat er van zyn
ouden vader en van zyn zuster moest worden,
indien de Pruisen eens verder rukten. Hy bad
dien nacht in het ouderiyk huis geslapen,
daar zyn regiment in het dorp verspreid lag.
En 's morgens was hy heengegaan naar zjjn
post, met wanhoop in *t harte, omdat by de
twee wezens, die hy op aarde het liefst had,
onverzorgd moest achterlaten.
Thérèse had hem omhelsd en hem een
roos gegeven.
„Die zal my geluk aanbrengen", had hy
gezegd, en de bloam daarna op zyn kepi
gestoken.
En deze roos had de kogel van den Prui-
sischen officier nu weggeschoten.
En hoe wa3 het mogelijk, dat het niemand
anders was dan Henri De Brückner!
En thans dacht hy aan honderd kleinig
heden, voorheen niet opgemerkt, aan zyn
geheimzinnige reizen, zyn langdurige en dik
wyis herhaalde eenzame wandelingen in de
bergen. Nu begreep by het doel van dio
tochten I Had hy het maar eer ingezien 1
En die man, een Duitsche spion, had de
echtgenoot willen worden van zyn zuster!
Wat zou zy lyden, als zo hoorde, aan wien
ze haar hart had geschonken. Armo Tbérèsel
Hy balde de vuist, zoodat zyn nagels bloedige
sporen nalieten in het binnenste van zyn hand.
De vyand had het park omringd als in een
yzeren muur en Jacques moest steeds achteruit
gaan, wilde hy zyn manschappen niet bloot
stellen aan noodeloos gevaar.
Eenige uren later was het kasteel in staat
van beleg gesteld.
Van beide kanten vuurde men onophoudelyk.
Met ieder schot vlogen er pannen en stukken
steen los.
Het dak was geheel doorschoten; voor de
ramen hingen de doorboorde matrassen; de
toestand werd onhoudbaar. De vyand was
reeds genaderd tot aan de muren, weldra zou
by binnendringen, door niets of niemand te
weerhouden.
Thérèse verbond de gekwetsten, troostte
de stervenden en gedroeg zich als een heldin.
Jacques wilde haar de treurige tyding
langzaam mededeelen, er haar eerst op voor
bereiden.
„Weet gy, wie de vfland aanvoert, Thérèse?"
vroeg hy. „Ik zal u z(jn naam noemen, maar
zeg my dan ook, dat ge hem niet meerliefhebt."
Het jonge meisje verbleekte.
„Ik heb hem gezien; hy is hot, de verrader,
de lafaard, kyk zelf, daar staat hy."
Met uit ges trek ten arm wees Jacques Daar
een open ruimte.
„Daar1"
Als door den bliksem getroffen stortte hy
neer; met een doffen bons sloeg hot hoofd
tegen den grondde mond bleef open, de
arm uitgestrekt.
Bleeker dan de dooden, die haar omring
den, knielde Thérèse by het ïyk van haar
broeder neer.
Een dof snikken deed haar eindeiyk bet
hoofd opheffenhaar vader stond naast haar,
gebogeD, overmand door zyn smart.
Ïhérè3e stond op, een doodeiyke bleekheid
overtoog haar gelaat, waarin de groote oogen
onheilspellend schitterden; de droge lippen
hield ze op elkaar geklemd.
Ze nam een geweer op en begaf zich naar
het venster. Vóór haar was het een donkere,
wèmolende massa, een gegons van vele
sti.mmen: de vyand, die in hoe langer hoe
dichter gelederon het kasteel insloot.
Boven dit rumoer uit hoorde ze in haar
nabyheld een welbekende stem, welke haar
vroeger woorden van liefde en beloften van
trouw had ingefluisterd.
Het bloed steeg haar naar de wangenho«
had ze hem ooit kunnen gelooven, bèm, den
verraderl
Zy liet het geweer op de vensterbank
rusten, haalde den haan over, een kogel floot
door de lucht en kapitein De Brückner
viel dood neer.
Thérèse wendde zich af, de handen voor
het gelaat houdend.
Gemengd Nieuws#
Een onderwjjzer in'twielryden
in Den Haag wendt by zenuwachtige dames
e:n aardig middel aan om haar onbewust
een bewys ?an haar kunnen te geven.
Wanneer do dame de dorde of vierde les
neemt, en het ergste is overwonnen, begint
hy haar onder *t ryr'en de een of andere ge
schiedenis te verteiten, by v.: „Verbeeld u,
mevrouw, ze hebben vannacht hier ingebroken;
toen ik vanmorgen hier kwam, vond ik de
deur open en twee van de mooiste machines
waren weg. Ik kon dnidelyk den weg nagaan,
dien de dieven genomen hadden, want overal
lagen verbrande lucifers. En het'ergste is nog,
dat ze aan de brandkast Lebben geze
Met een „O! mynheer, maar ik ryd alleen!*"
valt de dame hem in de rede.
De onrierwyzer heeft de dame, toen zo by
de lucifers waren, losgelaten en is blyven
staan; tot de brandkist bemerkte de rydster
niets, maar toen hoorde ze zyn stem niet meer
zoo dicht by zich en viel natuurlyk om.
Het dorl is bereikt, ze weet nu, dat ze wel
alleen kan ryden en een groote moeliykheid
is reeds overwonnen. (De Kampioen.)
Uit Stevens weert schryft een
inzender aan de „L, K":
We waren altyd in de meening, dat de
kieviet geen roofvogel was. Ik was echter
getuige van een voorval, dat mo daaromtrent
aan 't weifelen brengt. Wandelinde laDgs de
Maas, deed ik een vlucht spreeuwen opgaan,
waar ik myn oog op gevestigd hield. Eens
klaps naderden twee kieviten op een grootere
hoogte dan de spreouwen. Toen Z9 juist
boven deze waren, schoten ze opeens, snel
als de bliksem, naar beneden. Als een wervel
wind vloog de troep spreeuwen door elkaar,
terwyl de kieviten, zichtbaar worstelende, op
een weiland neerstreken. Snel begaf ik me
nu daar naar toe en vond daar tot myn
grootste verwondering twee byna geheel ver
scheurde spreeuwen. Dus een verandering in
de natuurlijke historie. De kieviet is een
roofvogel.
In het district Zweibrücken, in de
Palts, zyn vele gemeenten, welker bewoners
voor het grootste gedeelte als muzikanten hun
brood verdienenjaar in jaar uit trekken zy
mot viool, trompet of citer op den rug de
halve wereld door om met hun verdiensten
jaarlyks in het vaderland terug te keersn.
Met name was ook Engeland het doel hun
ner tochten, maar thans blyken zy door den
Duitschershaat, naar aanleiding van de be
kende depeche van keizer Wilhelm aan pre
sident Kruger, zwaar getroffen te zyn. Dé
dit jaar reeds vroeger dan anders uit Enge
land terugkeerende muzikanten melden een
stemmig, dat het Engelsche publiek aan de
pachters van openbare vermakelijkheden beeft
verklaard, zb niet meer te zullen bezoeken,
indien zy nog langer Duitsche muziekcorpsen
gebruikten. Zoodoende hebben velen betrek
kingen verloren, die zy vyftien tot twintig
jaar lang hadden bekleed.
Li-Hun g-Chang. DeEuropeesche
pers zal er niet rouwig om zyn, dat de
Cbineesche onderkoning zich de moeite heeft
getroost op zyn ouden dag van het Hemelsche
Byk naar het verre Westen te komen. De bladen
hebben heelwat van hem te vertellen. Tydens
zijn verbiyf in Engeland bracht de ambassadeur
ook een bezoek aan het hoofdpostkantoor to
Londen. Daar werd by ontvangen door den
hertog van Norfolk, den directeur van het
postkantoor, en vele andere autoriteiten. Het
geheele gebouw werd Li, die van de vele
trappen geen last bad, omdat hy door vier
mannen in een stool werd gedragen, rondgeleid.
Yooral de uitgebreidheid van de telegraphie-
afdeeling wekte zeer zyn bewondering op.
Niet minder dan 3000 menschen waren hier
aan het werk.
Het onophoudelyk getik maakte zoo'n leven,
dat men ternauwernood zyn eigen woorden
kon verstaan. Ten genoegen van Li word,
waar by by stond, een telegram gezonden
naar Parys, van den volgenden inhoud: „Z\jn
Excellentie de onderkoning van China vereert
ons met een bezoek Wilt u ons melden, of er
nieuws is en wat voor weer het is." Onmid
dellijk daarop kwaftïhet antwoord: „Wy zyn
ook met een bezoek vereerd. Het is zeer mooi
weer. Er ie geen nieuws."
Daarop werd een dergelyk telegram naar
Duitschland gezonden en in een minimum van
tyd luidde het antwoord in htt Engelsch:
„Wy verzoeken u aan Zyn Excellentie onze
eerbiedige groeten over te brengen. Wy hebben
een prachtigen dag. Er is niet veel nieuws."
Toen gaf Li-Hung-Cbang het verlangen te
kennen om zelf een telegram te verzenden;
de beambten deelden daarop aan hun Duitscho
collega's mede, dat Zyn Excellentie met den
Duitschen keizer wilde spreken. Maar er
werd teruggeseind, dat Zyn Majesteit op het
oogeatlik te Wilhelmshöhe was en dat dit ni6t
rechtstreeks is aangesloten.