N°. 11160. Dinsdag 14 «Juli. A0.1896 feze iCourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. BRANT ADAMS, de Keizer der Detectives. LEIDSCH DA&BLA PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. Franco per post Afzonderlijke Nommers f 1.10. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer 0.17£. Grootore letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Leiden, 13 Juli. BU de admissie-examens van het gymnasium alhier zyn tot de eerste klasse toegelaten: H. C. Van Bausekora, J. Comelissen, E. Doyer, J. Ph. Eggink, J. W. Gleuns, N. J. C. Van Hasselt, B. S. Siegenbeek van Heukelom, H. W. J. M. Keuls, G. G. Van Kleeff, J. L Klomp, A. G. Kloots, J. W. K Koning Pzn., J. G. Lekkerkerker, J. Van der Mandero, W. H. Obreen, A. S. Oppenheim, W. L. A. Roessingh, S. W. Visser. Er waren 25 jongens voor deelneming aan het examen ingeschreven, waarvan 3 niet verschenen zijn. Voor de derde klasse *yn 4 jongens geëxamineerd, waarvan één, en wel voor waardelijk, is toegelaten. Geslaagd zijn gedurende den cursus 1895/96 voor de H. B-S. de jongeheeren J. Drost en Ch. Drost, en voor de 2de kl. R. N. S. Fr. Gerth v. Wok, leerlingen van het Instituut Wullings te Voorschoten. De Nel mail, met berichten tot 16 Juni, kan hedenavond albier worden verwacht. In het Ambachtshuis te Voorschoten werd den llden Juli eene vergadering gehouden van de plaatselijke afdeeling van deHollandsche Maatschappij van Landbouw. De vergadering werd door 28 leden bijgewoond en gepresideerd door den heer D. K. J. Schoor als waarne mend voorzitter. Nadat de notulen van de vorige vergadering waren vastgesteld, had de verkiezing plaats van een voorzitter, ter ver vanging van den heer J. M. De Kempenaer. Met byna algemeene stemmen werd als zoo danig gekozen het lid van het bestuur de hoer J. M. Van Kempen, in wiens plaats ver volgens tot penningmeester werd benoemd de heer E. Vernède. Als volgend punt was op het convocatie biljet vermeld het houden van eene landbouw tentoonstelling. Het bestuur stelde voor deze tentoonstelling dit jaar niet te houdt n, maar in 1898, het jaar, waarin onze Koningin de teugels van het bewind zal aanvaarden, een luisterrijk landbouwfeest te organiseeren. Het bestuur achtte het daarom beter het geld in kas te houden, om later des te schitterender te kun nen optreden. Ook herinnerde de Voorzitter er aan, dat het volgend jaar te 's Gravenhage eene landbouwtentoonstelling zal worden gehouden, waartoe de leden der afdeeling vrijen toegang zullen hebben. Toch wilde bet bestuur den leden iets aanbieden en daarom stelde het voor, het volgend jaar in de maand Januari eene verloting te houden en uit de kas hiervoor f 100 beschikbaar te stellen. Dit bedrag zal worden aangevuld door bijdragen van particulieren. Zoo stelde de heer Van Kempen reeds dadelijk een zilveren kunst voorwerp beschikbaar, welk goed voorbeeld ongetwijfeld door anderen zal wordc-n gevolgd. Na eenige discussie werden beide voor stellen door de vergadering aangenomen. Vervolgens kwam in stemming het voorstel van het bestuur tot het houden van eene lezing over een onderwerp, op den landbouw betrekking hebbende, waarvoor uit de kas f 25 zou moeten worden besteed. Het merkwaardige geval deed zich voor, dat met 15 tegen 13 stemmen werd besloten voor dit doel geen geld beschikbaar te sullen. Toen nu de Voorzitter voorstelde een gratis lezing aan te vragen by het Hoofdbestuur, waren er zelfs nog enkele leden, die tegen stemden. Wel een bewys, dat de landbouw van hare wetenschappeiyke züde bezien zich te Voorschoten nog niet in groote populariteit mag verheugen en dat theorie en practyk aldaar niet hand aan hand gaan. Ten slotte werd de vergadering na een opwekkend woord van den Voorzitter gesloten. Het is te verwachten, dat met het oog op do groote plannen voor de toekomst de afdeeling, die in den laatsten tyd ietwat kwynende was, sterk in ledental zal toenemen, te meer, daar zy, die in 1897 lid worden, nog aan de verloting kunnen deelnemen en bovendien de belangryke tentoonstelling te 's-Gravenhage gratis kunnen by wonen. Te Kampen is tot de tweede klasse van het gymnasium aldaar by het toelatings examen toegelaten de heer M. Lekkerkerker, van Zoeterwoude. -- By de te Wassenaar gehouden aanbeste ding voor een noleering door het dorp werden ingeleverd 11 biljetten. Laagste inschryver was de heer H. De Graaf, te Koudekerk, voor f 2780 De raming is f 3500. De gunning zal later worden bekend gemaakt. Aan de Algemeene Synode der Ned.-Herv. Kerk is, gelyk wü reeds meldden, door den kerkeraad van Deventer een adres gezonden, met htt dringend verzoek, dat door de Synode maatregelen zullen worden genomen om by de regeering te bewerken, dat de Goede Vrijdag worde opgenomen onder de erkende christelyke feestdagen. Dat dit in zeer vele gemeenten niet ge schiedt, wordt in het adres gemeld, vindt zyne vorklaring in de omstandigheid, dat de Goede Vrydug niet behoort tot de erkende cbristeiyke feestdagen. Daardoor wordt die dag in menige gemeente doorgebracht als ware hy e9n gewone werkdag. De kantoren, de beursgebouwen staan open; in menige plaats wordt marktdag gehouden, waardoor de bewoners der kleinere, omliggende ge meenten zich naar de markthouaende plaats begeven, om er hunne waren te verkoopen of inkoopen te doen. Werd de Goede Vrydag als christeiyko feestdag erkend, dan zou een einde komen aan wat tot heden toe verhindert dien dag in stille wyding door te brengen en zou die ge denkdag meer en beter dan tot heden het geval is tot zyn recht kunnen komen. Op 1 Jan. 1896 waren er in de Ned.- Herv. Kerk 336 predikantspl .atsen vacant. Op 1 Juli jl. was dit getal 329, dus het is met 7 verminderd. Z. K. H. de Groothertog van Saksen en diens dochter H. K. H de Hertogin van Mecklen burg worden begin Augustus in hetKurhauste Scheveningen verwacht. Naar het „Hbl." verneemt, zyn door de bemiddeling van den Academischen Senaat en van eenige oud-studenten, Avunculi van den I. S. S. A., de verdeeldheden in het Amsterdamsch Studentencorps thans tot een einde gekomen. Zeer vele studenten, die voor het lidmaatschap van het A. S.-C. hadden be dankt, zyn opnieuw toegetreden. Eene commissie van oud-studenten zal trachten een nieuw sociêteits lokaal te vinden, waar toegang zal worden verleend aan alle leden van het A. S.-C., die den wensch daartoe kenbaar maken. Een verplichte kroeg wordt het dus niet. De plannen der feestcommissie tot viering van den Koninginnedag te Haarlem op 31A ugus- tus nemen ste9ds vasteren vorm aan. Thans is definitief besloten om des morgens een groot kinderfeest te organiseeren, des middags een grooten optocht te houden en des avonds muziek uitvoeringen in den Hout en elders te doen plaats hebben. Van alle zyden ontvangt de com missie grooten steun en medewerking, terwyl haar van vele vereenigingen en particulieren adhaesie wordt verleend, niet het minst door de hoofden der schelen en de onderwyzers. Tal van corporation en vereenigingen stelden zich reeds beschikbaar tot het deelnemen aan den optocht, of om op andere wyze het welslagen van het feest te bevorderen. Naar bet zich laat aanzien, zal de 31ste Augustus te Haarlem eeQ werkeiyk grootsche feestdag worden. De anti-revolutionnaire kiesvereeniging Nederland en Oranje" te Haarlem heeft zich tot den gemeenteraad gewend met een adres, waarin zy den Raad ernstig verzoekt de voor stellen, coor commissarissen over het gemeen- telgk muziekcorps bij den Raad ingediend, gobd te keuren voor zoover zy betreffen de liquidatie van het corps en afdoening van het bestaande tekort, doch niet te verleenen het voor 1897 als subsidie voorgestelde bedrag van f 5500. De kiesvereeniging gelooft, dat o. a. door de stichting van het Brongebouw in de be hoefte aan muziek in den Hout voldoende wordt voorzien en dat by de bestaande behoeften in Haarlem op verschillend gebied en waarin wogtns den staat der gemeentefinanciön niet kan worden voorzien het uitgeven eener zoo groote som voor een artikel van weelde in stryd is met een zuinig beheer der ge- meenteiyke geldmiddelen. Naar do „Tel." verneemt, staat dr. C. A. Lobry van Troostenburg de Bruyn, schei kundige aan de Marine te Amsterdam, nummer één op de voordracht voor hoogleeraar aldaar voor de vacature, ontstaan door het aftreden van dr. J. W. Gunning, professor in de schei kunde, de artsenykunde en de toxicologie. Door de commissie tot afneming van de diplomatieke examens is toegelaten als go- zantschaps-attachó de heer J. P. Graaf Yan Limburg Stirum, doctor in derechtsweteuschap. Dj heer Knobel, consul-generaal met den persoonlijken titel van minister-resident, in China, zal voor belanghebbenden zyn te spreken aan het departement van buitenlaud- sche zaken, op Dinsdag 14 en Woensdag 15 Juli, van 10 tot 12 en van 2 tot 4 uren. Naar het „A. H." verneemt, zal de heer F. M. Knobel in het begin van Augustus naar Peking terugkeeren. Hy zal alvorens te vertrekken in het laatst dezer maand nog enkele dagen te Amsterdam vertoeven, om belanghebbenden alsdan gelegenheid te geven hem te spreken. Met de nachtboot „Koningin-Regentes" van de Stoomvaartmaatschappy „Zeeland", kwam gisterochtend te Ylissingen van Londen aan prins Albert van Sleeswyk-Holstein, die met den aansluitenden sneltrein zyne reis naar Keulen voortzette. Men seint aan het „N. v. d. D." uit Batavia: Do suikeroogst van 1896 wordt geraamd op 2 millioen pikols minder dan in 1895. De oogst 1894 95 bedro9g 9,057,500 pikols die van 1893 94 beliep 8,838,137 pikols. Tot directeur van het Koninkiyk Zoölo gisch Botanisch Genootschap te 's Gravenhage is herkozen de aftredende titularis de heer D. N. Dietz, met 403 stemmen, tegen 61 op den gep. kapitein J. Huygens. Zdterdag heeft de Staatscommissie tot onderzoek van het plan tot geleidelyke droog making van de Lauwerzee bare eerste ver gadering, onder het voorzitterschap van den Commissaris der Koningin in Friesland, in het Gouvernementsgebouw te Leeuwarden gehouden. De faculteit van geneeskunde aan de universiteit te Groningen heeft aan den schry ver van het antwoord op de door haar uitge schreven prysvraag, die een onderzoek vroeg naar de samenstelling en de eigenschappen van caseine in de melk by den mensch en het rund, den gouden eerepenning toegekend. By de opening van het naambriefje is da schryver van het bekroonde antwoord geble ken te zyn de heer H. J. I. B. Franke, can- didaat in de medicynen aan de universiteit te Utrecht. De faculteit van letteren en wysbegeerte aan dezelfde universiteit had besloten, om aan den schryver van het antwoord op de prysvraag betreffende de taal van den Stafcnbybel en der daarby behoorende kantteekeningen eene eervolle vermelding toe te kennen en den schryver verzocht, verlof te geven tot de opening van het verzegelde naambriefje. Nadat dit verlof gegeven was, is de schryver van h6t eervol vermelde antwoord gebleken te zyn de heer J. Heinsius, doctoraudus in de Nederlandsche letteren aan do universiteit te Amsterdam. In de te Groniugen gehouden vergadering van gasfabrikanten is gokozen tot voorzitter van het hoofdbestuur de heer A. Breunissen Troost, te Sneek; tot vice-voorzitter de heer D. Van der Horst, te Utrecht, en tot bestuurs lid de heer W. J. Brender Brandis, te Haarlem. Tot redacteuren van het orgaan der vereeniging, „Het Gas", zyn herbenoemd de heeren D. Van der Horst, te Utrecht, en W. K. N. Geerling, te Almeloo. De volgende algemeene jaarvergadering zal te Middelburg gehouden worden. Men schryfc uit Hoekschewaard aan de „N. R. Ct.": Naar aanleiding eener beschikking van Ged. Staten van Zui.-Holland is geblekeD, dat door een onzer gemeenteraden reeds sedert meer dan 20 jaren van de ingezetenen een progres sieve inkomstenbelasting werd geheven, zon der dat de verordening dienaangaande zoo iets wettigde. Door een daardoor onder meer byzond-ren druk gebrachten belasting schuldige werd daarop by bezwaarschrift de aandacht van Ged. Staten gevestigd, ten ge volge waarvan door tusscbenkomst van dat college diens aanslag 1896 met f 75 i3 moe ten verminderd worden. Het bloemencorso, gisteren in den tuin van het Kon. Zoöl. - Bot. Genootschap te 's-Gravenhage gehouden, is uitmuntend ge slaagd, al was de deelneming geringer dan men verwacht had. Drie en twintig voer tuigen, vólocipèdes en sportkarren namen aan den wedstryd deel; bespannen voortuigen waren niet afwezig. D3 eerste pryzen werden behaald door mr. A. L. C. Kleyn, jhr. E. Micbiels van Ver- duynen, Hinze, Hoogeveen en W. graaf Van Limburg Stirum. Don 8sten Aug. a. s. zal van Amster dam met de „KoDingin Wilhelmina" vertrek ken een detachement suppletietroepen ter sterkte van 6 onderofficieren en 40 korporaals en manschappen, onder bevel van den van vtrlof terugkeerenden lsten luit. der infanterio van het Indische leger F. W. Cornets de Groot en het medegeleide van den voor dat leger bestemden 2 len luit. der artillerie R. Van Eek. In Juni jl. zyn by het koloniaal werf depot voor den Indischen dienst aangenomen 93 personen, nl. 62 Nederlanders, 14 Duit- schers, 12 Belgen, 3 Zwitsers en 2 Luxem burgers, en overgenomen 170 miliciens van het leger hier te lande. Naar Oost-Indië werden in Juni uitgezonden 4 detachomenten, sterk 10 officieren, 27 onder officieren en 410 korporaals en manschappen. Afzonderlyk vertrokken 5 officieren. Het stoomschip „Bundesrath," van Ham burg en Amsterdam naar Oost-Afrika, arri veerde 11 Juli te Gibraltar de „Burgemeester Den Tex," van Batavia naar Amsterdam, pas seerde 11 Juli Kaap St.-Vincent; de „Drente," van Rotterdam naar Java, passeerde 10 Juli Quessant; de „Java" arriveerde 12 Juli van Amsterdam te Batavia; de „Koningin Re gentes," van Amsterdam naar Batavia, arri veerde 12 Juli te Southampton; de „Maasdam" arriveerde 11 Juli van Rotterdam te Nieuw- York," de „Obdam" vertrok 11 Juli van Nieuw Y ork naar Rotterdamde „Werkendam," van Rotterdam naar Nieuw-York, passeerde 12 Juli Wight; de „Jason" arriveerde 10 Juli van Amsterdam en Liverpool te Batavia; de „Sumatra," van Amsterdam naar Batavia, pas seerde 10 Juli Gibraltar. By koninkiyk besluit is met ingang van 1 Aug. a. s. opnieuw benoemd tot school opziener in het arrondissement Hoogeveen, G. A. Bosch, te Hoogeveen. Aan den Oost-Indischen hoofdambtenaar jhr. J. G. O. S. Von Schmidt auf Altenstadt, resident van Batavia (niet van Bagelang, zooals in de Staats-courant van 11 dezer was gemeld), vergunning verleend tot htt aannomen van hot ordoteeken van comman deur der KoDinklyko Militaire orde van Onzen Heor Jezus Christus, hem door den koning van Portugal gescho ken. 4) „Hebt a nu genoeg vertrouwen in my, om my te willen aannemen als uw vriend?" „Ik zal vertrouwen in u stellen, hoewel ik veel liever den dood zocht djn nog langer dit troung bestaan voort te zoiten." „Wilt ge my mededeelen waarom die man uw leven zocht?" „Ik zal u myn geheele wonderiyke ge schiedenis vertellen." V. Do groote stoomboot lag veilig in het dok, verlaten door de passagiers, behalve door tweo: Brant Adama en het schoone onbekende meisje. De detective wilde wachten tot zy geheel alleen waren, om haar de wonderiyke geschiedenis te hooren vertellen. „Hebt gy al een adres, waar ge enkele dagen kunt blyven?" vroeg hy. „Da dame, naar wie ik my begeven zou, was ondtrwyzeres op de school, die ik bezocht; za is getrouwd en sinds eenigen tyd weduwe. Zq woont in New-York-City en heet mevrouw Sjwell." „En hoe is uw naam?" Zy aarzelde een oogenblik eer zy ant woordde: „Helen Twyford." De detective uitte een lichten kreet van verrassing op het hooren van dien naam, die een jaar geleden aan zulk een treurige familie-geschiedenis was verbonden geweest. Dienzolfden avond zaten Brant Adams en Helen Twyford in de voorkamer van een zeer eenvoudig huis in de City van Nieuw- York. De jonge dame vertelde hem de beloofde geschiedenis. „Myn ouders," begon zy, „zyn in Frankryk getrouwd; myn moeder was een Fransche van geboorte, myn vader een Ier. Op myn dorde jaar scheidden zy, om welke reden is my nooit duideiyk geweest. Ze waren naar Amerika vertrokken en al wat ik my daarvan herinner, was, dat ik met myn moeder een nederig hutje bewoonde. Ik was dertien jaar, toen ik voor het eerst hoorde, dat myn vader nog leefde, en dit wel op een zeer toevallige wyze. Op een goeden dag, toen ik van school kwam, haalde my een heer in, die my naar myn naam vroeg. Ik noemde hem dien, waarop hy halfluid mom pelde: „Dat dacht ik wel." Hy deelde my vervolgens mede, dat ik zyn kind was, en gaf my zyn portret. Hevig ont steld kwam ik thuis, want hoewel hy iemand was van een zeer gunstig voorkomen, go- loofde ik toch zyn verhaal niet. Natuuriyk vertelde ik alles aan myn moeder en toen ik haar het portret liet zien, be vestigde zy, dat het dat van myn vader was. Ze gebood my echter nimmer meer met hem te spreken. Een paar jaar later verzocht ik haar drin gend my toch de reden te zeggen, die myn ouders zoo totaal van elkander vervreemd had. Ze vond my toen nog te jong en eer ze my alles had kunnen mededeeleD, was zy gestorven na een kortstondige ziekte. Een tante, de oudste zuster van haar moeder, nam my by zich. Een jaar daarna ontving ik een schry ven van een advocaat, waarin hy my meldde, dat myn vader gestorven was en ik, zyn eenige erfgename, nu over een millioen dollars had te beschikken. Hy verzocht my over te komen, hetgeen ik ook deed. En nu deelde hy my mede, dat myn vader nog leefde en dat het een valsch bericht was geweest. Daar ik myn vader nooit gekend had, was deze mededeeling my vry onver schillig. Ik wilde weer naar myn dorp terug keeren en was reeds vlak by 't etatiOD, toen iemand my een hand op myn schouder legde. Ik keerde my om en zag iD het schoone gelaat van een jongen. „Kan ik u alleen spreken?" vroeg hy. „Waarom?" Hy keek even om zich heen en antwoordde toen haastig: „Gy zyt het slachtoffer van een samenspanning; men wil u de millioen dollars afhandig maken." Ik volgde hem naar de wachtkamer in het station, waar wy ons m het verste hoekje neerzetten. „Uw vader is dood en gy zyt zyn erf gename," begon hy. „De man, die van het geld bezit wil nemen en voor uw vader wil door gaan, is niets anders dan een bedrieger. Het is de gemeenste streek, die men beden ken kan." Gy kunt denken hoe my dit bericht ver baasde en ik ondervroeg den jongen nauw keurig. Hy vertelde my, dat hy Clarence Osborne heette en dat hy een aangenomen zoon was van den advocaat myns vaders, den heer Griggs. Hy had hen hooren spreken, toen ze zich onbeluisterd waanden, en hy had den man zelf hooren pochen op zyn sprekende gelijkenis met zyn vader. „En is dit alles een jaar geleden gebeurd?" vroeg de detective. „Ja. „Had ik u toen maar ontmoetl" „Dan hadt ge misschien nog een leven kunnen behouden." „Heeft deze samenzwering dan al een offer gevergd?" „Ik vrees van ja." „Met behulp van Clarence Osborne," ging zy voort, „kreeg ik den man te zien, die zich voor myn vader uitgaf, en ik zag duidelyk, dat hy niet dezelfde persoon was, die my zyn portret had gegeven. Hy vertelde my ook, dat myn vader een zeer excentriek man was, die zich dikwyls maanden lang schuil hield voor oe maatschappy. Slechts de advocaat Griggs had inzage van zyn zaken." „En weet ge ook iets van zijn dood?" „In een afgelegen dorpje van New-York State stierf hy met niemand by zich dan Griggs, die my het bericht van zyn dood zond en my later zocht te bedriegen." „Ik geloof met u, dat by daar eerst later aan gedacht heeft; kan niet een der buren hem op 't denkbeeld gebracht hebben?" „Neon, mynheer l Een zeer verstandig, jong advocaat liet ik de zaak onderzoeken en het is vreamd, maar zslfs meuschen, die myn vader gekend hebbon, gelooven dien be drieger." „Waar is Clarence Osborne nu?" „Op geheimzinnige wyze verdwenen." „Zou hy omgebracht zyn?" „Ik ben er zeker van, mynheer; sinds ik den advocaat naar hem vroeg, is myn eigen leven steeds bedreigd geweest." „Dus men veronderstelt, dat gy lont ruikt?" „Ik heb Grigga gezegd, dat ik hem ver dacht, en sinds dat oogenblik heb ik geen rustig oogenblik meer gehad." „Waarom kwaamt ge naar Nieuw-York?" „Om myn belagers te ontkomen." „Maar het is toch duidelyk, dat ze van uw voornemen verwittigd waren." „Ik ben overtuigd, dat men my dag en nacht böwaakte." In zyn eigen huis dacht de detective no& eens lang eD rypeiyk na over de ingewik kelde, geheimzinnige geschiedenis. Hy twy- felde niet aan de waarheid der woorden van de schoone Helen, dochter van James Twyford. Zy had er gaarne in toegestemd zich ge heel aan de leiding van haar nieuwen vriend over te geven en hy, van zyn kant, wilde alles in 't werk stellen, om deze zaak op to lossen. Gelukkig had by juist geen gewichtig werk onderhanden, zoodat hy zich geheel aan haar belangen kon wyden. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1