N°. 11129. Maandag 8 Juni, A". 1893 Leiden, 6 Juni. Feuilleton. Be ui acht der duisternis. feze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Eon- en feestdagen, uitgegeven prijs DEZER COURANT: Voor Leidon per 3 maanden Franco por post Afzonderlijke Nommers f 1.10. 1.40. 0.05. jDit nommer bestaat uit 1>RIE Bladen. EersteBlad. De Koninklijke Academie van "Weten schappen, aföeeling taal-, letter-, geschied kundige en wysgeerige wetenschappen, ver gadert Maandag 8 dezer. De onderwerpen van behandeling zijn: levensbericht van wijlen prof. dr. P. J. Yeth, door prof. mr.P. A. Van der Lith t9 Leiden; opmerkingen over de ruinisterialiteit in Nederland. Bijdrage van prof. mr. S. J. Fockema Andreae te Leiden. Aangenomen is h9t beroep naar Hemmen door den heer A. W. Ippius Fockens, cand. te Leiden. Op het feestconcert van „Sempre Crescendo", 8 Dec., zal Orelio twee fragmen ten uit Mann's opera „Melaenis" en „Jonge Liefde" van denzelfden componist zingen, met welke nummers hy reeds in vele plaatsen veel bijval vond. (Binnenkort zal hij ze ook op een concert van het Philharmoniscb orkest op het Kurhau8 te Scheveningen voordragen.) Job. Wolff zal het aan hem opgedragen viool concert, dat Mann op het oogenblik bezig is te componeéren, spelen, en den solo vervul len in een orkest-fragment uit „Melaenis", dat ook zal worden ten gehoore gebracht. Het orkest zal verder eene symphonie van Gade, de ouverture „Mignon" en den „Huldi- gungsmarsch" van Grieg spelen. In de tweede helft van Novomber geeft „Sempre" een concert in Den Haag, ten voor- deele der vereeniging „Armenzorg" aldaar; bü dit concert zal Orelio ook als solist optreden, benevens twee werkende leden van het ge zelschap: de heeren Benjamins (piano) en Van Geer (violoncel). Op het z. g. Armen concert in Februari zullen de zangeres Marcolle Preghi, uit Partj9, en do pianist W. Mengelberg, directeur van het Concertgeb. orkest te Amsterdam, de solis ten zijn. Gistermorgen had in het Zeisterbosch (welwillend afgestaan door de douairière Pauw van Wieldrecht) de jaarvergadering plaats van het Utrechtsche Studenten-zendinggezelschap „Eitheto," dat zijn 50-jarig bestaan herdenkt. In deze vergadering, ook door tal van oud leden bijgewoond, werden de gebruikelijke jaarverslagen uitgebracht. Des namiddags te twee uren had een openbare samenkomst plaats, waarin door prof. dr. J. H. Gunning, uit Leiden, een lezing werd gehouden, over: „Het „niet met mij en tegen m\j" in zijne beteekenis voor theologie en Kerk." Do uitslag der examens in boekhouden en handels-correspondentie voor de praktijk, vanwege de Vereeniging van Leeraren in het Boekhouden te Amsterdam gehouden, is aldus Boekhouden: 66 cand.; geslaagd 29, nml. de heeren: A. Van Amstel Jr., H. W. Van den Broek, H. T. K. Van Haagen, K. Hage- doorn, C. H. Hinrichs, A. Kater, C. N. Kool, Slot.) Maar ondanks dat, voelde ik my toch absoluut niet op mijn gemak. Ik keek voort durend naar den wijzer van mijn horloge, die naar twaalf uren ging al kruipende. Toen gebeurde er iets in de alkoof. Ik zag de kaars niet uitgaan, ik keerde my om en zag, dat het er donker was; ik schrikte als iemand, die plotseling een ander voor zich ziet staan. De zwarte schaduw had haar plaats weer ingenomen. „Bij Jupiter," zei ik hardop, zoodra ik over m\jn verbazing heen was, „wat moet het daar tochtifen 1" Ik nam eon doosje lucifers van het tafeltje en liep op myn gemak de kamer door, met het doel de kaars weer aan te steken. De eerste lucifer, dien ik aanstreek, ging niet aan, en juist toen het my met den tweeden gelukte, verbeeldde ik my, dat ik iets op den muur zag schitteren. Ik draaide myn hoofd om en zag, dat de twee kaarsen, die op het kleine tafeltje by het vuur stonden, uit waren. Ik sprong op. „Dat is gekl" zei ik. „Zou ik dat zelf by ongeluk hebben gedaan?" Ik keerde op myn schreden terug en stak een der kaarsen weer aantsrwyl ik daarmee bezig was, zag ik een dor kaarsen by den spiegel heen en weer waaien en uitgaan; de tweede volgde weldra het voorbeeld der eerste. Ik verbeeldde het my niet. De vlammen stierven weg, alsof de kaars door iemand werd gesnoten; de pit gloeide of rookte niet, maar zag zwart. Terwyl ik PRIJS DER ADVERTENTIËN Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17|. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt 0.05 berekend. J. P. A. Van Leent, J. A. Oudheusden, H. Smit I. Czn., J. Smith, E. L. Smits, C. Van der Vlies, C. L. Wfjnsouw, E. Zeehandelaar en G. Zyi, van Amsterdam; I. J. Van Bocho- ve, van Schiedam; C. P. Van Boland, van Weesp; P. Gorter Mzn., van Zaandyk; T. M. Heijl en C. A. Jansen, van Utrecht; H. Nieuwenhuis Dzn., van Lisse; C. Oosterhuis van Zaandam; J. W. Schubart Jr., van Arn hem; A. F. Thomson, van Alkmaar; C. J. Verwoerd en D. Visser Jr., van Schiedam; H. H. Vinkonburg en moj. H. C. Swets, van Utrecht. Handelscorrespondentie: In de Hoogduitsche taal 2 cand.; geslaagd de heer C. P. Ten Houten. De Tweede Kamer heeft van den heer Beelaerts van Blokland, lid der Kamer, ont vangen het rapport van de commissie tot onderzoek van de dynamiet-ontploffing te Johannesburg; en de correspondent van de Zuid-Afiikaansche Republiek met betrekking tot de beroeringen in den aanvang van 1896. De hoer Ruyssenaers, buitengewoon ge zant en gevolmachtigd minister, chef van het kabinet van den minister van buitenland- sche zaken, is heden mot verlof van Den Haag naar "Wiesbaden vertrokken. De minister van binnenlandscbe zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat met 1 October a. s. te vervullen is de be trekking van leeraar in de Engolsche taal en letterkunde aan de Ryks-hoogere burgerschool met 5-jarigen cursus te Tilburg. Jaarwedde ƒ1800. Zy, die voor deze betrekking in aanmerking wenschen te komen, moeten zich vóór 21 Juni e. k. aanmelden by den inspecteur van het middelbaar onderwys, dr. W. B. J. Van Eyk, te 's Gravenhage. Op 13 Juni, meldt „De Kampioen", zal des avonds te 8 uren in „Maison Stroucken" te Amsterdam een byeenkomst worden ge houden om te protesteeren tegen de Amster- damsche Ry wiel verordening. Het Bondsbestuur wenscht niet op to treden tegen eene politie-verordening als zoodanig; integendeel, eene billyke verordening, waarby de wielryders ouderworpen worden aan be palingen, die het verkeer niet sterk belem meren of byna geheel verhinderen, wordt door het bestuur zeer toegejuicht. Het Bondsbestuur is overtuigd, dat, waar het voor de wielryders rechten eischt, aan hen ook billyke verplichtingen moeten worden opgelegd. In verband met de annexatie is het noo- dig te Amsterdam een nieuwe brandweer kazerne (hoofdwacht) te bouwon, voorname- ïyk ten behoeve van dat deel der gemeente, hetwelk vroeger tot Nieuwer-Amstel behoorde. In verband daarmede kan de bestaande post naby het Concertgebouw vervallen. Voor het doel achten B. en Ws. het best geschikt ean terrein op den hoek van de Hobbemastraat en de Ruysdaelkade, ter grootte van ongeveer 1600 M2. De kosten zjjn geraamd op 76,000. B. en Ws. st6llen voor tot den bouw over te gaan. - Naar aan de „Haarl. Ct." wordt gemeld, is prof. Fabius te Amsterdam ïydende aan roodvonk. De burgemeester van Amsterdam, mr. S. A. Vening Meinesz, is gisteren tot herstel zyner gezondheid naar Vichy vertrokken. Naar men weet, bestaat er sedert 1893 een plan ora voor Jan Pieterszoon Sweelinck, geb. 1562, overl. 1621, een standbeeld op te richten. Wat Palestrina is voor Italië en Orlandus Lassus voor België (voor wie beiden men resp. te Rome en te Bergen, in Henegouwen, gedenktcekenen heeft doen verryzen), dat is zonder tegenspraak Sweelinck voor Nederland. Niet alleen toch was hy' voor drie eeuwen de grootste onzer componisten, maar tevens giDg van hem, den organist van de Oude Kerk te Amsterdam, de beroemde school van orga nisten uit, die in Noord-Duitschland zoovele mannc-n van groote beteekenis heeft voort gebracht, zoodat men veilig mag zeggen, dat Bach en Handel er niet zouden zyn geweest, als deze „Amsterdamsche Orfeus", geiyk men hem reeds te zyner tyd noemde, hun niet was voorgegaan. Tot uitvoering van genoemd plan heeft zich indertijd te Amsterdam een commissie gevormd, waaraan zich nu in verschillende plaatsen sub-comitó's hebben toegevoegd, te Leiden bestaande uit de heeren Frans Coenen, S. Van Groningen en A. J. Wetrens. Die commissies noodigen thans per circulaire belangstellenden uit tot een vergadering op Zondag 14 Juni a. s. in het „American Hotel" te Amsterdam, waar de vraag omtrent de wyze van uitvoering van het plan nader zal worden behandeld. Hr. Ms. instructieschip „Nautilus", onder bevel van den kapitein-luitenant ter zee P. f. i Volcke, is in don namiddag van 4 dezer te Cadix aangekomen. De minister van oorlog heeft de bevoegd heid van de coramande9rende officieren der corpsen en inrichtingen van de landmacht, tot het afgeven van extracten uit het Stam boek, in dier voege uitgebreid, dat die auto riteiten bedoelde stukken ook rechtstreeks kunnen afgeven aan de burgemeesters, voor het geval zy noodig zyn tot raadpleging by het onderzoek naar fïe redenen van uitsluiting van den dienst by de schut tery. By het Koloniaal Werfdepot is in het jaar 1895 aan handgeld en gratificatie uitbetaald een som van f 433,320. Van dat bedrag is aan familieleden verzonden ƒ36,482, terwyi ƒ18,218 betaald is aan crediteuren, enz. Woensdag den 13den Mei heeft op het R.-K. kerkhof te Curasao de begrafenis plaats gehad van de daar algemeen beminde kloosterlinge, de zuster Thecla, die in 68- jarigen ouderdom is overleden na een leven van voorbeeldige zelfopoffering in dienst der arme gasthuiszieken, krankzinnigen en me- laatschen. Een kleine, maar uitgelezen stoet, waarin de gouverneur met zyn adjudant en byna alle geestelyken der stad werden opgemerkt, volgde de ïykbaar. Generaal Booth, van het Leger des Heils, wordt 6 Juli hier te lande verwacht. Vermoe- delyk zal dit wel in verband staan met het optreden der nieuwe leiders in Nederland, de commandant en maréchale Booth-Clifford, 't Laatste nommer van „De Oorlogskreet" geeft haar portretten. De Hollandsche schilder E. Pieters is te Parys in het Salon des Champs Elysées met de gouden medaille bekroond voor een interieur van het Volenaamsche Visschershuis in hot hotel van den heer Leendert Spaander. Het stoomschtp „Merapi", van Rotter dam naar Batavia, vertrok 5 Juni van Mar seille; de „Borneo", van Rotterdam naar Batavia, vertrok 5 Juni van Suez; de „Salak", van Rotterdam naar Batavia, vertrok 5 Juni van Suez; de „Zaandam" arriveerde 5 Juni van Amsterdam te Nieuw-York; de „Drente", van Batavia naar Rotterdam, passeerde 5 Juni Gibraltar. 17,700 per jaar bedragen, een verschil lus van 8555. Op dit oogenblik trekt Delft van de omlig gende gemeenten ƒ3000 voor onderwys, gas en duinwater, zoodat het werkelijk verschil het hierboven genoemde cyfer beloopt Onder dit cyfer zyn niet begrepen de uit gaven voor aanleg van straten, riolen, br n kranen, enz, noch met de verplichte r stitutie der kosten van gas- en waterleiding. Voor verfraaiing en evenmin voor armenzorg is iets uitgetrokken. Gemengd Nieuws. Jhr. Tan Asch van Wyck. De gouverneur van Suriname, jhr. mr. T. A. J. Van Asch van Wyck, hoeft in eene proclamatie, alvorens zyne openbare hande lingen in bovengenoemde betrekking te besluiten, aan colleges, civiele en militaire autoriteiten en ambtenaren, commissies en ingezetenen, zyn welgemeenden dank betuigd voor de medewerking en ondersteuning, ge durende zyn byna vyfjarig bestuur van hen ondervonden. Het was steeds zyn streven den bloei en de welvaart der kolonie en hare inwoners te bevorderen. Kan, wat den grooten landbouw aangaat, op den ingeslagen weg worden voortgegaan, hy verheugt er zich meer byzonder over, dat onder zyn bestuur de noodige gelden werden toegestaan, om door uitvoering van publieke werken de arbeidende bevolking in staat te stellen zich meer dan tot dusver, en zonder risico, op den kleinen landbouw toe te leggen. Mocht het hem gegeven zyn in eenig op zicht de belangen der kolonie Suriname verder voor te staan, hy zal de gelegenheid daartoe niet laten voorbygaan. Met den wensch, dat Gods onmisbare zegen moge rusten op de kolonie en op het werk van hen, die geroepen zyn hare belangen voor te staan, besluit de proclamatie. Do gren§uï<breldtng van Delft. Door de Vryenbansche Commissie van onder zoek in zake de nieuwe grensregeling is een manifest tot de Delfrsche kiezers gericht, waarin met cyfers betoogd wordt, dat eene aanneming van het voorstel aan Delft per jaar 11,555 zou kosten. By annexatie toch zou Delft aan inkomsten ontvangen ƒ9195 (hieronder begrepen 50 pet. verhooging van de tegenwoordige inkom sten), terwijl de onvermydelyke uitgaven De toestand van Dirk G, het knaapje, dat eergisteren op school zoo onge lukkig viel, is vooruitgaande, ook dank zy de vcortreffelyke hulp en verpleging, cis hy in het Hópital Wallon geniet. Da kans op herstel is zeer toegenomen. Deze week werden op „Rhynzigt" genomen 698 zwembaden door heeren en 119 door dames. Temperatuur van het water 20° Celsius. De 1ste luitenant der veldartille- rie C. v. U., van de 1ste treincompagme, onder wiens toezicht hedenochtend by de laad en losplaats voor vee aan h*jt Staats spoorstation te 's Gravenhage, een wagen met munitie werd gelost, is by een overweg met zyn paard, dat op de rails uitgleed, gevallen. De officier raakte onder het beest ma zyn been en brak dit lichaamsdeel boven den enkel. Een in de nabyheid wonende militaire dokter legde ter plaatse het eerste verband en gelastte de overbrenging van den luitenant naar het hospitaal, welk vervo r p.-r rader- baar geschiede. Donderdag-avond kwart vóór elven, schryft het „Vad.", stond de portier van Corty Alt bof voor den ingang van den circus, aan de Koningskadj te's-Gravenhage, t06n hy onverwacht werd aangegrepen coor een kerel, die h9m met een forsohen slag tegen den grona wierp en zyn beurs trachtte meester te worden. Op zyn hulpgeroep en het rumoer van do worsteling, die ontstond, kwam een andere man van den circus den portier ter hulp, waarop de brutale aanrander het op een loopen zette, achtervolgd door üen man van den circus, die riep„Houdt den diof Do straatrcover, die, om harder te loopen, zyn schoenen had uitgetrokken en in den steek gelaten, verdween echter daar op die stille Koningskade geen hulp kwam opdagen en nergens politie te zien was - in de Nassau- Dillenburgslraat. Dat de liefhebbery voor post zegels nog niet dood is, bleek weder by de verkooping in „D Koning van Zweeden," te Amsterdam, door G. Th od. Bom Zoon. De „Tel." geeft enkele der voornaamstep;yzen: Nederland, no. 61 portzegel 1881, 5-c. type IV 10; Nederl. O.-I. no. 110, postzegel 1874, 5 c. beschad. ƒ10.25; Suriname no. 1665. briefkaart 5 c. op do keerzyde verkeerd be- nog met al myn attentie daarnaar keek, ging de kaars uit, die aan het voeteneinde van het bed stond; de schaduwen kwamen hoe langer hoe dichter by my. „Dat mag nietl" zei ik, en tegelykertyd volgden de kaarsen op den schoorsteenmantel het voorbeeld harer zusteren. „Wat is dat nu?" riep ik uit, en myn stem klonk schril. Op dat oogenblik gingen de kaarsen by de kleerenka3t in de alkoof uit. „Toe maar," zei ik, „die kaarsen zyn be hekst ik trachtte een lucifer aan te stryken, om de kaarsen op den schoorsteen aan te steken. Ik beefde zóó, dat eerst de derde lucifer aaDging. Toen eindeiyk de schoorsteen mantel weer verlicht was, gingen twee kaarsen aan het andere einde van de kamer uit, maar met deDzelfdon lucifer stak ik ook de kaarsen aan den spiegel en op den drempel weer aan, zoodat ik my een oogenblik ver beeldde, dat ik de zegevierende party zou zyn. Op hetzelfde oogenblik echter gingen er weer vier kaarsen uit, ik streek met koortsige haast een lucifer aan, niet wetende welke kaars ik het eerst zou aansteken. Toen ik daarover nog stond te denkeD, was het alsof een onzichtbare hand de twee kaarsen op de tafel uitdeed. Met een gil van angst vloog ik naar de alkoof, daarna naar den hoek der kamer en Daar het raam, en stak er drie aaD, terwyi er weer twee uit gingen; eindeiyk bedacht ik een beter middel, gooide al de lucifers op een hoopje in den hoek en nam de kaars uit de alkoof op. Zoodoende behoefde ik geen lucifers aan te stryken; onderwyl ging het blusschingswerk zyn gang en de duisternis, waartegen ik zoo vocht en waarvoor ik zoo bang was, deed weer haar intrede. Ik was byna gek van angst door de steeds toenemende duisternis en verloor myn zelf beheersching geheel en al. Ik holde van de eene kaars naar de andere, tevergeefs worstelende tegen dien geweten- loozen vyand. Ik stootte myzelf tegen de tafel; ik gooide een stoel om, ik struikelde en viel zelfs op den grond en sleepte het tafelkleed met my mee. De kaars, die ik in myn hand had, liet ik vallen en opstaande snoot ik er nog een. Toch was het in de kamer nog niet geheel donker: een rood licht danste op de zolde ring en verjoeg de schaduwen. Het vuur! Ik kon immers myn kaars in het vuur gooien en haar zóó aansteken I Ik keerde my naar den haard, waar de vlam men nog altyd dansten tusschen de gloeiende kolen en een rossig schynsel op de meubelen wierpen; ik deed een paar stappen in de rich ting van het vuur en dadeiyk werden de vlammen kleiner, de gloed verdween, en toen ik de kaars er in gooide, werd het pikdonker. Er was iets onbeschryflyk angstaanjagends in die duisternis. Do kaars viel uit myn handen. Ik zwaaide met myn armen om my heen, in een* vergeefsche poging om die lood zware duisternis weg te duwen, en gilde zoo hard als ik kon, één-, twee-, driemaal. Ik geloof, dat ik toen opgekrabbeld ben. Ik herinnerde my plotseling de door de maan verlichte gang en trachtte nu met gebogen hoofd en met myn handen voor myn gezicht de deur te bereiken. Maar ik had de juiste ligging van de deur vergeten en ik stootte myzelf vreeselyk tegen den rand van het bed. Ik deinsde terug, keerde om en viel weer tegen het een of andere massieve meubel aan. Ik herinner myzelf flauwties, dat ik nog een poosje rondsukkelde in den donker, dat ik op het laatst een harden slag op myn hoofd kreeg en op den grond viel; ik deed wanhopige pogingen om op de been te biyven; verder herinner ik my niets meer. Toen ik tot myzelf kwam, was het helder dag. Ik had een verband om myn hoofd, de man met den lammen arm scheen myn oppasser te zyn. Ik keek om my heen, trach tende my te herinneren wat er gebeurd was, maar dat gelukte my niet dadelyk. Ik keek de kamer in en zag, dat de oude vrouw, die er nu lang zoo verstrooid en schrikaanjagend niet uitzag, bezig was met eenige druppels uit een klein blauw flescbje in een glas te schenken. „Waar ben ik?" zei ik. „Ik verbeeld my, dat ik u wel eens meer heb gezien, maar ik weet toch niet wie u bent." Toen vertelde zy my wat er gebeurd was en ik luisterde naar de geschiedenis van de Roode Kamer alsof het een sprookje was. „Wy hebben u by het aanbreken van den dag gevonden," zei hy; „uw voorhoofd en uw lippen waren met bloed bevlekt." Ik was nu Verbaasd, dat die man eerst een onaangenamen indruk op my had gemaakt. Zy zagen er alle drie in het daglicht zoo leuk ouderwetsch uit 1 De man met de groene klep zat met gebogen hoofd, alsof hy sliep. Heel langzaam keerde de herinnering aan wat er gebeurd was tot my terug. „En gelooft u nu," zei de oude man met den lammen arm, „dat het in de kamer niet pluis is?" Hy sprak nu niet meer tegen my als tegen een vreemden indringer, maar als tegen een goed vriend. „Ja," zei ik, „die kamer is betooverd." „En u hebt haar nu gezien. Geen van ons heeft haar ooit gezien, zoo oud als wy zyn. Wy durfden niet.... Maar, zeg eens, is het werkelyk de oude graaf, die „Neen," zei ik, „die is het niet." „Dat heb ik ook al gezegd,zei de oude dame met het glas in haar hand. 't Is dio arme, jonge gravin, die zy bang hadden go- maakt „Die is het ook niet," zei ik. „Er zyn geen geesten in die kamer, noch die van den graaf, noch die van de gravin; er zyn er in het geheel niet, er is iets veel ergers, ieta ontastbaars „Wat dan?" vroeg zy. „Het ergste van alles, wat ons, stervelingen, kan overkomen," zei ik en dat is: Vrees! Die angst, welke niet naar rede luistert, welke doof en blind maakt, welke geheel over rompelt. Die angst vergezelde my al in de gang; ik vocht er tegen in de kamer Ik viel myzelf in de rede. Een oogenblik was het stil in de kamer. Ik tastte met myn hand naar het verband om myn hoofd. „Da kaarsen gingen alle uit en toen koos ik het hazenpad Toen keerde de man met de klep my zyn gezicht toe, keek my aan en zei: „Ja, dat is hetl Ik wist, dat het dat was. De maebt der duisternis 1 Dat er zoo'n vloek op dit huis rusti Het kykt door alle hoeken en gaatjes. Men voelt het zelfs midden op den dag, op een helderen zomerdag, het zit in do gordynen, in de behangsels, overal vervolgt het u. Als het donker wordt, sluipt het de gang binnen en vervolgt u, zoodat go u niet durft omkeeren. 't Is zooals u zegt. Angst huist in die kamer. Angst, niets dan angst! En die zal er biyven zoolang dit huis der zonde bestaat."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1