N°. 11114.
Woensdag SO Mei.
A". 189S
feze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van <§pn- en feestdagen, mtgegetyi.
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden.
Franco por post
Afzonderlijke Nommers
f 1.10.
1.40
onv
PRIJS DER ADVERTENTIÈN:
Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootore
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 ber"'"-^.
Dit uomrner bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
Leiden, 19 Mei.
By koninklijk besluit is dr. J. F. O. S.
Veit, privaat-docent aan de Universiteit te
Berlijn, benoemd tot hoogleeraar in de facul
teit der geneeskunde aan de Rijksuniversiteit
te Leiden, om onderwijs te geven in de ver
loskunde en de leer der vrouwenziekten.
Heden ontvingen wy het verslag van
den toestand van Handel en Nijverheid in de
gemeente Leiden over 1895, uitgebracht door
de Kamer van Koophandel en Fabrieken.
Welwillend werden van bevoegde zijde
verschillende gegevens ter opneming in het
verslag verschaft omtrent den handel en de
industrie in het algemeen.
Omtrent de Katoenindustrie hier ter stede
kan worden vermeld, dat de Leidsche
Katoenmaatschappy, voorheen De Hoyder
Co., gedurende het afge'oopen jaar steeds
geregeld plaatsing koü vinden voor de
producten barer drukkerij, bleekery en
stoomweverij en daardoor geregeld aan onge
veer 900 werklieden werk kon verschaffen.
De resultaten over 1895 worden bevredigend
genoemd.
In den toestand van den wolhandel kwam
in 1895 feitelijk weinig verandering; toen in
den zomer de wolprijzen in het buitenland,
voornamelijk Engeland, opliepen en hier te
lande gehandhaafd bleven of slechts weinig
stegen, werd bet verbroken evenwicht lang
zamerhand hersteld, zoodat de prijzen, voor
de Hollandsche wol betaald, geacht konden
worden de waarde te zyn.
Doordien voor een groot deel de vraag
naar verschillende wolsoorten zich naar de
mode (vooral damesstoffen) regelt, doet zich
thans in den wolhandel het eigenaardige
geval voor, dat de grovere soorten, in ver
houding tot de fijnere, veel duurder zijn;
even merkwaardig mag het heeten, dat
Drentscho wol, die vroeger in aanzienlijke
hoeveelheden naar onze plaats gezonden
word, thans zoo goed als verlaten is.
Niet weinig belemmering ondervindt de
wolhandel van de beperkende bepalingen,
dat alleen machinaal gowasschen wol in het
Duitsche Rijk mag worden ingevoerd. Do
invoer van vette wol wordt onder geen
voorwaarde toegelaten en bloot- en topwollen
slechts by waggonladingen te gelijk, waarbij
de wagens op het ladin^sstation geplombeerd
worden, om by 't station van aankomst direct
onder geleide naar de fabriek te worden
vervoerd; een en ander natuurlijk niet zonder
de ncodige documenten.
Do sajetspinnerljen gingen in 1895 voort
met vaak beneden kostenden prijs garens te
verkoopen, waardoor de vraag natuurlijk
bleef aanhouden en wellicht een verminderde
invoer van uit het buitenland daarvan het
gevolg is. In September evenwel hadden
eeoige spinners den moed tot verhooging
hunner garenprijzen over te gaan en vond
dit by allen in den lande navolging. Daar
dit echter in den druksten tyd vaD het jaar
plaats had, zal het de vraag zfin of de
hoogere noteeringen op den duur tegen de
concurrentiewoede zullen bestand zyn.
Officiöele verhooging of verlaging van de
pryzen der wollen dekens valt niet te con-
stateeren; dat by grootere orders de vast
houdendheid van fabrikanten aan hunne
noteeringen spreekwoordeiyk zou worden,
durven wy - zogt het verslag niet ver
zekeren veeleer vreezen wy het tegendeel.
De enkele wollendekenfabrieken bezuiden den
Moerdyk doen van tyd tot tijd van hun bestaan
biyken. Dat prikkelt de Leidsche fabrikanten
om niet op den ouden roem te teren, doch
er gestadig op uit te zfin het fabrikaat te
verbeteren en rich op natuurlyke wyze te
ontwikkelen en sterk te maken.
Overigens kenmerkt het jaar 1895 zich voor
de wolindustrio niet door belangryke inciden
ten; er valt van de andere niet genoemde
branches dier industrie niets te vermelden;
moge de optimistische spreuk, dat slechts zy
gelukkig zyn, die geen geschiedenis te schryven
hebben, ten hunnen aanzien waarheid bevatten
Werkstakingen zfin in de wolfabrieken ge
lukkig nog niet voorgekomen en alle daaruit
voorkomende ellende uit ervaring niet bekend.
De verstandhouding tusschen patroons en
werklieden laat zoover dit bekend is niets te
wenschen over, hetgeen met genoegen en
dankbaarheid geconstateerd wordt.
Omtrenf de industrie van verduurzaamde
levensmiddelen wordt het volgende mede
gedeeld
Voor de firma Tieleman Dros was het
j3ar 1895 niet ongunstig: het vermeerderd
debiet eischte zelfs eene groote uitbreiding
der werkplaatsen en der inrichting, het plaat
sen van een tweedon stoomketel van 50
M3 verwarmd oppervlak, benevens het daar-
stellen van eeno reserve-stoommachine van
zt 15 paardekrachten.
Over het algemeen genomen, acht men de
industrie in kwynenden toestand te verkee-
ren, hetgeen in de voornaamste plaats hier
aan te wyten zou zyn, dat door hooge invoer
rechten van alle ryken, behalve Engeland, de
consumptie zich beperkt tot ons land en onze
Indische bezittingen.
Engeland voorziet zichzelf en zfine kolo
niën van eigen fabrikaat en derhalve moet
de stryd om het bestaan van de fabrieken
hier te lande worden uitgestreden in een be-
trekkelyk engen kring.
Onze Indien herbergen slechts een betrek-
keiyk gering aantal Europeanen, waarvan dan
nog alleen de gegoeden de artikelen gebrui
ken, daar vracht, enz. en niet het minst een
inkomend recht van tien procent den prys
daarvan aanzienlyk verhoogt.
Men is overtuigd, dat het aantal te groot
is en dat de nieuw opgerichte fabrieken een
zwaren stryd zullen moeten stryden tegen
dezulke, die na jaren vasten voet hebben
gekregen en door volmaakte inrichting en
belangryken omzet tegen een minimum-prys
kunnen leveren.
En van belang is deze industrie zeker, als
men, om slechts één voorbeeld te noemen, In
aanmerking neemt, dat in het afgeloopen jaar
meer dan f 70,000 werkloon is betaald door
do firma Tieleman Dros.
Men zou het dan ook van overwegend be
lang achten voor deze industrie, als de Regee
ring besluiten kon de rechten in Indië te ver
lagen of af te schaffen of althans de tarieven
te herzien, waarnaar het recht geheven wordt.
Die tarieven toch zijn beduidend hooger dan
de factuurwaarde der artikelen, zoodat het
recht in werkelykheid veel hooger wordt dan
tien procent van het factuurbedrag.
Wellicht dat de Kamer van Koophandel
te Leiden in den loop van dit jaar aanleiding
vindt om op die grieven hare aandacht te
vestigen en op verandering in bovenbedoelden
zin by de Regeering aan te dringen.
De toestand der Zeepziedery, zachte zeep,
wordt niet vooruitgaande genoemd, als gevolg
voornamelyk van de enorme concurrentie De
levering van zeep tot fabelachtig lage pryzen,
maakt dat by de fabricage vele surrogaten
worden gebezigd, die niet in het belang zyn
van de consumenten, zoodat zuivere zeep by
winkeliers slechts zelden wordt aangetroffen.
Dit heeft zelfs één der fabrikanten to dezer
stede genoopt een fabrikaat samen te stellen,
dat absoluut zonder eenige vervalsching is en
door hem wordt geleverd in bussen van 2l/1
Kilogram, voorzien van een wettelyk gede
poneerd fabrieksmerk, opdat de verbruikers
verzekerd kunnen zyn van zuiver zachte zeep.
De maatregel is te kort ingevoerd, om
daarvan nu al de resultaten te kunnen mel
den; de verwachting daaromtrent is echter
gunstig.
Uit het verslag der Leidsche Duinwater-
Maatschappy over do werken en exploitatie
over 1895 blykt, dat door dé stoomwerktuigen
te Katwijk aan den Rijn uit het duin-reservoir
102,083 M3 meer is opgepompt dan in 1894,
nl. 1025,217 M3 gemiddeld 2809 per etmaal,
zoodat het waterverbruik is toegenomen met
280 M3 per otmaal. De oorzaak daarvan wordt
toegeschreven aan art. 20 dor nieuwe verorde
ning dd. 11 Juli 1895 der gemeente Leiden,
waarby eigenaars van kleine perceelen ver
plicht zyn voor goed drink- en werkwater te
zorgen, wat 't vcordeelust uitkwam dcor aan
sluiting by de Duinwater-Maatschappy. Het
aantal contracten klom van 5249 tot 5545.
Gesloten zyn 296 nieuwe contracten, waarvan
281 abonnement- en 15 metercontracten.
Afgesloten werden 30 abonnementen.
Hot water, door dr. De Loos scheikundig
onderzocht, werd kleurloos, reukeloos, smake
loos bevonden, dus goed.
Tn fabrieken en andere inrichtingen werd
gebruikt 136.509 M3, door abonnement dus
888,708 M3, waaronder het water begrepen
voor spuien, brand, lekkage.
Het aantal brandkranen werd met 100 ver
meerderd. Het geheele buizennet bedraagt
54,471 meters.
Het waterverbruik der standpypen bedroeg
190 M3 of 22 MJ meer dan in 1894.
Voor industriëele en andere inrichtingen
zyn 482 meters in gebruik.
Het voornemen bestaat, om by vol
doende deelneming, vermoedeiyk in de laatste
dagen van Juli en het begin van Augustus
a. 8., voor jongelieden de gelegenheid open te
stellen om, evenals het vorige jaar, een kamp
te betrekken by Laren, gedurende een 12 tal
dagen.
Aan dat kamp kunnen deelnemen:
a. vrywilligers voor het Reservekader, die
niet by hun corps onder de wapenen zyn;
b. zy, die, hoewel nog niet by het Reserve
kader verbonden, in het bezit zyn van een
bewys B of D;
c. zy, die toegelaten zyn tot de 4de of
eene hoogere klasse eener Hoogere Burger
school of van een Gymnasium, of die op
andere wyze aanspraak hebben op vrystelling
van het toelatings-examen tot het Reserve
kader.
Zy, die aan dat kamp, hetwelk onder bevel
staat van een officier, wenschen deel te
nemen, moeten hun voornemen daartoe uiter-
lyk 1 Juli a. s. schrifteiyk hebben medege
deeld aan den hoofdofficier voor het Reserve
kader te Leiden, Vischmarkt No. 5, die tevens
bereid is verdere inlichtingen ter zake te
verstrekken.
Do vrywilligers voor het Reservekader reizen
en karapeeren voor rekening van het Ryk.
De deelnemers, onder b en c genoemd, zyn
gehouden voor eigen rekening te reizen. Zij
storten by aankomst, als tegemoetkoming
in de kosten, o. a. voor de voediug, ligging
en alle andere uitgaven, f 16.
Door deelneming aan dit kamp, vinden zy,
die nog ongeoefend zyn in den wapenhandel,
o. a. de gelegenheid om het Getuigschrift A
te verwerven.
Voor h9t examen voor Chr. bewaarschool-
houderessen te Utrecht gehouden, zyn geslaagd
17 voor den lichteren vorm A, en 5 voor B,
zwaarderen vorm. Tot de eersten behoort mej.
Z. A. Mieters, te Leiderdorp.
In de vergadering van stemgerechtigde
ingelanden van den Zoetermeerschen meer
polder, onder Zoetermeer en Stompwyk, zyn
herkozen de heeren A. Hilgersom, te Zoeter
meer, en A. Olsthoorn, te Stompwyk.
De inspectie der verlofgangers in de ge
meenten Zoetermeer en Zegwaard zal gehouden
worden op Donderdag 11 Juni a. s., des voor
middags te 10 uren, te Stompwyk aan den
Leidschendam.
De heer D. P. Ramp, te Woubrugge, is
herkozen tot dykgraaf-voorzitter van het
bestuur van den Vrouwgeest Polder onder de
aangrenzende gemeente Oudshoorn.
Met zekerheid kan „De Residentiebode"
melden, dat by de te bouwen kerk van Onze
Lieve Vrouw van GoeJen Raad, aan den
Bezuicenhoutschen Weg te 's Gravenhage, een
klooster komt voor vyf en twintig liefdezus
ters der Congregatie van den H. Carolus
Borromeus, te Maastricht, die de zieken in
hunne huizen verplegen. Aan het klooster
zal verbonden zyn een polyklmiek met operatie
kamer.
In den laatsten tyd kwamen in meerdere
bladen berichten voor omtrent eene aanstaande
uniformverandering bij het leger en omtrent
het staken van do vervanging van de gele
uitmonstering der infanterie door eene roode.
Van bevoegde zyde wordt medegedeeld, dat
voor deze berichten geen grond bestaat.
Wel is door den minister van oorlog be
paald, dat, in verband met de invoering van
het nieuwe geweer en eene ontworpen ge-
wyzigde uitrusting van geringer gewieht dan
de tegenwoordige, tevens by een drietal regi
menten infanterie een proef zal worden ge
nomen met een kapotjas en een korte jas
van eenigszins ander model.
Mocht die proef voldoen en tot eene defini
tieve invoering van die gewyzigde kleeding-
stukken leiden, dan zou voor de officieren
der infanterie de verandering zich echter be
palen tot eene weinig beteekenende wyziging
van de korte jas, waarvan het snit evenwel
#geheel blyft zooals thans is bepaald.
H. M. de Koningin-Regentes maakte
Zaterdag een rytoer door Baarn en omstreken.
Zondag deden H.H. M.M. weder een rytoer,
o. a. door Eemnes.
Des morgens woonde H. M. Koningin
Wilhelmina, vergezeld van eene hofdame, do
godsdienst-oefening in de kerk te Baarn by.
onder het gehoor van dr. H. H. Meulen'oelt.
De in verschillende gemeenten dos lands
gevestigde afdeelingen van den „Nederland-
schen R. K. Volksbond" hielden Zondag buiten
gewone bfieenkomsten ter herdenking van do
uitvaardiging der encycliek „Rerum novarum'*
door Z. H. Paus Leo XIII.
Voor de betrekking van secretaris dor
gemeente Deventer is de volgende alphabeti-
sche voordracht opgemaakt: mr. H. W. Van
Sandnk, te 's-Gravenhage, en mr. J. H. Da
Vries, te Zwolle.
Het „N. v. d. D." deelt mede, dat de
uitvoering van het voornemen om het stoffelyk
overschot van prins Willem George Frederik
uit Padua naar Nederland over te brengen, op
het laatste oogenblik gestuit" is op een groote
mooilykheid.
Op verzoek van de Nederlandsche Rfgeering
en in overeenstemming met de Italiaanscbe,
hadden de Eremitani te Padua, in wier kerk
de prins begraven was, hunne toestemming
verleend om het lyk, benevens het medaillon
van Canova, aan Nederland af te staan en
lag de „Van Speyk" te Vtnetiö g reed omdat
in ontvangst te nemen. Thans echter ontkennen
de Eremitani hunne vroegere toestemming
en is de overdracht daarom uitgesteld moeten
worden. Vanwege de Itafiaanscho rogeering
worden ernstige pogingen gedaan om de
Eremitani op hun laatste besluit te doen
terugkomen, doch dezen verklaren alleen voor
gewTeld te zullen bukken 1
Zooals reeds gisteren is medegedeeld, is
uit 's-Gravenhage de luitenant-kolonel baron
Sirtem? van Grovestin-<, adjudant van II. M.
de Koningin, Zondag naar Padua vertrokken
om by de ontvangst en de overbrenging van
het stoffelyk overschot van den prins tegen
woordig te zyn. Men mag dus aannemen,
d.at, zoo er al moeilykheden ontstaan w. ren,
deze bevredigend zijn opgelost.
In den ouderdom van "82 jaar is te
's-Gravenhage overleden de heer F. H. J.
Furnée, gep. kolonel der infanterie,
De arme schrijnwerker.
6)
U alleen wil ik dit geheim mededeelen;
uwer bescheidenheid alleen wil ik het hebben
aanbevolen; echter het belgo u nietl op
één uitdrukkelyke voorwaarde: het is alleen
onder de plechtige verzekering van een
onschendbare geheimhouding, dat gy niemand
deelgenoot er van xult maken.
De leeraar. Maar wanneer nu uw geheim
van dien aard is, dat het zonder schending
der maatschappelyko orde niet kan, niet mag
bedekt biyven, dat het belang der samen
leving de geheimhouding wraakt, dat het
recht, aan de openbare rust verschuldigd,
deze bedekking niet duldt, in het kort:
wanneer nu plicht en geweten die geheim
houding verbieden, en
De gevangene. Laat het my vergund zyn
u te zeggen, dat dit geheim alleen my aan
gaat, alleen betreft den zwaren last, onder
welken ik sinds eenige dagen gebukt ging,
en dien het myner ziel ondoeDlyk is verder
te torsen.
De leeraar. Is het dan wellicht een eigen
gemoedsbezwaar, dat u kwelt, misschien een
byzondere gewetenszaak, bij welker bekend
heid de maatschappy geen belang heeft, en
die gy aan het oog der wereld gaarne zaagt
onttrokken, waaromtrent gij zoo nadrukkelyk
myn 8tilzwygendbeid inroept?
De gevangene. Naargy het gelieft te nemen 1
Het is een aangelegenheid, voor my van bet
uiterste gewicht, van geen het minste belang
voor anderen. Noch de gerechtigheid, noch
de maatschappy komt daaraan te kort, schoon
daaromtrent ook het diepste stilzwygen worde
in acht genomen. Waan niet, dat ik een mis
daad heb te openbaren. Geloof my, als ik u
te goeder trouw verzeker, dat deze zaak alleen
my en myn geweten betreft, geen ander
daarmede iets heeft uitstaan.
De leeraar. Tot hiertoe bleek my steeds
uw oprechtheid en waarheidsliefde. Ik heb
dus geen recht, uw goede trouw te betwyfelen
ik wil u ook nu myn vertrouwen niet weigeren.
Gy zult my toch wel niet misleiden I Welaan,
ik wil aan uw verlangen te gemoet komen
gy hebt myn woord; immer wil ik uw geheim
eerbiedigen, immer zal uw begeerte van
geheimhouding my als de laatste wil eens
afgestorvenen heilig zyn. Doch wanneer nu
de uitkomst my het tegendeel van uw be
tuiging doet blyken, dan neem ik myn gegeven
woord terug; dan zy u myn belofte van stil-
zwygendheid reeds nu by voorraad opgezegd;
dan handel ik overeenkomstig de inspraak
der eer en naar hetgeen myn plicht my zaJ
voorschryven.
De gevangene. Neen! neen! Als dit zoo
ware, dan daalde het met my ten grave,
dan zou het zwygend graf dit zielsgeheim
voor immer bedekken. Opdat gy echter rpoogt
zien, dat ik waarheid sprak, dat dit geheim
onvoorwaardelyk my en mij alleen geldt
nog eens, in het heiligst vertrouwen op uw
braafheid en rechtschapenheid! - Weet,ik
ben onschuldig aan den dood van Willem B. I
De leeraar. Hoe! Is het mogeiyk wat
gy zegt? Oüschuldig?
Do gevangene. Still Stil! bid ik u, laat
ons zacht spreken, eer te groote luidruchtig
heid ons gesprek verraadt, - zelfs de wanden
eens kerkers hebben ooren. Luister slechts,
en uw bevreemding zal dra ophouden
De leeraar. Maar ik begryp tocb niet
uw vrijwillige bekentenis uw eigen ver
klaring, voor uw rechters afgelegdI... Hoe
strookt die met
De gevangene. Louter een verzinsel. Voor
gewend alles, waarvan ik myzelven be
schuldigde.
De leeraar. En dit alles geschiedde vry-
willig, met bewustheid, na ryp overleg, zonder
dwang van pyn of banden? Hemel l Wat
kon u bewegen
De gevangene. Hoor my, bid ik ut Ik
verkreeg uw woord, verleen mij ook uw deel
neming. Kent gy dat schrikbeeld, dat men
wanhoop noemt? Tk heb u vroeger het
tafereel van myn rampspoed geschetst. Ik
heb dikwerf by het verhaal van myn lot
gevallen een traan van innig mededoogen
tn uw oog zien opwellen; verkwikkend was
voor myn hart uw medelydon. Ach! balsem
is voor den ongelukkige de deelneming van
een menscbenvriend. Het is u bewust, welk
een rampzalig zwerver ik op aarde ben. Ik
wil daarom met de herhaling myner jammeren
niet by vernieuwing u het hart verbryzolen,
maar u alleen de oorzaak myner jongste
ellende mededeelen.
Sinds lang viel het leven my bitter, stond
het karig genot, dat my er van te beurt viel,
my tegensinds lang was de dood myn eenig
uitzicht; ik beschouwde dien als den eindpaal
myner rampen. Door ongekenden kommer
en hoimelykon afkeer van het leven daartoe
aangezet, smeedde ik sinds eenigen tyd het
ontwerp lot zelfmoord; meer dan eens stond
ik op het punt myzelven om bals te brengen,
maar altijd hield een onvorklaarbaar iets ïry
daarvan terug. Nog weinige dagen vóór het
ongeluk, myn vriend overkomen, beproefde
ik opnieuw den aanslag daartoe, maar op
het oogenblik der uitvoering hield diezelfde
geheimzinnige belemmering my in mijn opzet
tegen. Het was omtrent dien tyd, dat myn
ongelukkige landsman hoe, weet ik niet
aan zyn einde kwam. Het is u bekend
twee lieden meenden my dien avond uit het
achterhuis te hebben zien komen; en op deze
eenige, onzekere getuigenis werd ik, als van
de daad verdacht, in verzekerde bewaring
1 genomen.
In den beginne nu deed ik der waarheid
buide door myn volkomen onschuld te be-
lyden. Ik had de onomstooteiykste bewyzen
daarvan voor my; bebalvo myn beroep op
twee onzydige getuigen verschilden zy, die
tegen my waren, nog daarenboven in hun
opgaven; maar daarna kwam diezelfde geheime
tegenzin en diezelfde onoverwinlyke afkeer
van het leven weder by my boven; myn
zwaarmoedige gemoedsgesteldheid greep my
opnieuw met verdubbelde kracht aan; hevig
i was de stryd der wanhoop, dien myn
j ziel streed.
„"Wat zal het u baten," zoo luidde de taal
der wilde vertwyfeling, „wat zal het u baten,
dat uw onschuld wordt gestaafd en gy uw
vryheid verkrygt? Gy deugt toch nergens
toe, zyt uzelven in den weg en anderen tot
last op de wereld. Veel werken zyt gy niet
gewooD, en het handwerk, dat gy nog uit
oefent, verstaat gy niet eens ten halve; een
knappe leerjongen is bekwamer en kan meer
verdienen dan gy. Blyft het zóó met u achter
uitgaan en overkomt u ziekte otj ongeval,
dan loopt het nog met u op den bedelstaf
uit. Byna lijdt gy nu reeds broodsgebrek, en
toch zyt gy het zoo goed gewoon, hebt in
uw leven zulke beste dagen gehad 1 Ware er
nog hoop, dat gy het eenmaal beter kondet
krygenhadt gy nog een of ander stellig
uitzichtmaar het is niet anders dan
ellende, waar gy in de toekomst heen ziet.
Wie zal zich in een vreemd land uwer aan
trekken, daar do eenige vriend, dien gy hier
nog bezat, nu ook niet meer is? Ware het
lot van Wilhelm liever u te beurt gevallenl
Hadde het liever u ten offer gekozen, dan
leedt gy nu reeds niet meer. Daarenboven:
zal men aan uw onschuld geloof hechten,
schoon de rechter by gebrek aan volledig
bewys u al loslate? Zal niet de verdenking
altyd op u blyven rusten? Wie zal u in zijn
dienst nemen? Vroeg of laat komt gy van
kommer en gebrek nog om."
Deze en dergelyke gedachten prentten zich
diep in myn ziel; de akeligste toekomst steldo
ik my in myn verbeelding voor oogenwaar
ik heen zag, overal ondoordringbare nacht.
Wordt vervolgd.-,