N\ 11108.
A0.1898
d?eze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven
Leiden, 11 Mei.
Feuilleton.
X>iiiis<3ag IS 33tei<
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURANT:
Yoor Leiden per 3 maanden. i s 1.10.
Franco per post. i 1.10.
Afzonderlijke Nommers 0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17£. Grootere
letters naar plaatsruimte. Yoor het incasseeren buiten de stad
wordt 0.05 berekend.
Wy vestigen er de aandacht op, dat de
tweoöe uitvoering van Sullivans „Gouden
Legende" is uitgesteld tot Vrijdag-avond a. s.
en dus niet a. s. Woensdag-avond zal plaats
hebben.
Bovendien is besloten, dat de kaarten slechts
verkrijgbaar zyn tot Woensdag middag te
12 uren; na dien tijd niet meer. Die maat
regel is genomen om te bepalen of de uit
voering al dan niet doorgang kan hebben.
Yan woorden, dat men zoo gaarne eene
reprise van Sullivans werk zou zien, moet
het dus nu komen tot daden, wil het blijken
dat zulk een verlangen werkelijk gemeend is.
Zij, die het streven van den heer Yan
Iperen waardeeren of willen steunen, haasten
zich dus de bewjjzen daarvan aan den dag
t9 leggen!
Wie de beroemde Nederlandsche zangeres
mej. Jeannette De Jong, die in dit concert op
treedt, hooren wil, baaste zich mede van de
aangeboden gelegenheid Vrijdag a. s. in de
Stadszaal gebruik te maken, daar zij, naar
men verneemt, in de volgende maand in het
huwelijk zal treden en naar het buitenland
vertrekken.
In plaats van de jeugdige violist zal dat
gedeelte van het programma door solo-nummers
der solisten worden aangevuld.
Op uitnoodiging van het bestuur van de
Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde
te Leiden zal de heer Yan 't Krujjs de bio-
graphie van W. F. G. Nicolaï, lid dier Maat
schappij, voor haar Levensberichten schrijven.
Het elfde nummer van „Caecilia" geeft dit
maal een bijvoegsel, bevattende het portret
van den overleden redacteur, Nicolaï, met een
„in memoriam" van de hand van mr. Henri
Viotta.
De groote zilveren beker en het schild,
die het afgeloopen jaar door de wielrijdende
Hollanders in de wereldkampioenschappen te
Keulen werden gewonnen, worden in de
grootste plaatsen des lands in de voornaamste
rijwielenmagazijnen tentoongesteld om belang
stellenden gelegenheid te geven deze prach
tige prijzen te bewonderen.
Gedurende eenige dagen zijn zij ook tentoon
gesteld in het rijwielenmagazijn van den heer
Yan der Stok, Breestraat 28, alhier.
Links vindt men „The Cyclist Shield", uit
geloofd door het Engelsche wielerblad „The
Cyclist", te Coventry.
Het is gegeven om in een tijdvak van 10
jaren in de wereldkampioenschappen te wor
den verreden.
De bond, waarvan de leden gedurende dat
tijdvak de meeste punten hebben behaald,
wordt eigenaar. Rechts staat „The Saltonstall
International Championship Trophy. Deze cup
van massief zilver vertegenwoordigt een zeer
groote waarde en is een meesterstuk van
drijfwerk, geschonken door mr. H. L. Sal
tonstall, te Chicago.
Deze prijzen werden in 1893 gewonnen
door Amerika, in 1894 door Engeland en in
1895 door Nederland.
Wij kunnen een ieder aanraden deze prach
tige prijzen te gaan zien en dan tevens een
blik te werpen op het geheel vernikkelde
„Fortune"-r]jwiel, dat by het bloemencorso
heeft dienst gedaan, waarvan wij reeds vroeger
melding maakten en waarvan het „Yader-
land" zegt: „Het fijne, mooie fietsje, model
1896, dat als 't ware triomfantelijk zijn rate
lende en krakende lompe voorgangers volgde,
een ieder moest het verlangen bekruipen om
zoo'n fiets te bezitten."
Het kohier van den hoofdelyken omslag
dienst 1896 der gemeente Zoeterwoude is
door den Raad vastgesteld tot een bedrag
van 5817. Het bestaat uit 29 klassen. De
hoogste is ƒ53 en de laagste ƒ0.50. Het
kohier van den hoofdelyken omslag voor een
bijzonderen nachtwacht aan den Hoogen Rijn
dijk bedraagt ƒ216.30.
De aangifte voor de schutterij in de
gemeente Zoetermeer, van personen, geboren
in 1871, zal plaats hebben op Donderdag den
19den Mei a. s., tusschen 10 en 12 uren 's voor-
middags, en in de gemeente Zegwaard tus
schen 4 en 6 uren 's namiddags.
In de vergadering van ingelanden van den
Palensteinschen-polder, onder Zegwaard, is
tot lid van het bestuur herkozen de heer J.
Dogterom aldaar. Tevens is in diezelfde ver
gadering afwijzend beschikt op een herhaald
verzoek van den ingeland Uyterlinde om resti
tutie van gelden voor het uitbaggeren van
een tocht, in zijn landerijen gelegen.
Aangenomen is het beroep naar Woerden,
door ds. J. W. H. Kalkman, te Alfen a. d. Rijn.
Yoor de 8 opengestelde plaatsen voor
adelborst voor de mariniers hebben zich 62
jongelieden aangemeld. (27. R. Gt.)
Te 's-Gravenhage is overleden de heer
L. Th. Blasius, gepensionneerd kapitein van
het O.-I. leger.
De kapitein E. F. W. C. Westerbaan
Schmidt, van het 6de regiment infanterie, is
op zijn verzoek overgeplaatst bij het 4do
regiment van dat wapen.
De machinisten der 1ste kl. L. J. Haes
en H. C. Piek, behoorende tot de rol van Hr. Ms.
wachtschip te Willemsoord en gedetacheerd
respectievelijk op het lichtschip „Terschellin-
gerbaDk" en bij de conservatie op 's Rijks
werf te Willemsoord, zullen met 1 Juni a. s.
van plaatsing verwisselen.
Aan dr. P. Leendertz te Groningen is
op zijn verzoek met ingang van 1 Sopt. eervol
ontslag verleend uit zijn betrekking van leeraar
aan het gymnasium.
Messchaert werd te Berlijn ziek en kon
in Bruch's „Moses", dat onder leiding van
Joachim werd uitgevoerd, niet meewerken.
Door do Koninklijke Vereeniging „Het
Ncderlandsch Tooneel" werd gisteravond in
den Grooten Schouwburg te Rotterdam Trilby"
opgevoerd. De zaal' bleek haast te klein om de
talrijke bezoekers te bevatten.
HH. MM. de Koningin en de Koningin-
Regentes maken te Faulenseebad dagelijks
kleinere of grootere toertjes. Het verblijf in
het hotel is uitstekend en 't weder over 't
algemeen niet ongunstig. Verleden Maandag
gingen Hare Majesteiten naar Lautorbrunnen
en bezochten den Staubbach en den Trum-
melbach. Dinsdag werd een tocht naar Blausee
ondernomen en Woensdag de Blatenberg be
zocht. De gezondheid van Hare Majesteiten
laat niets te wenschen.
De Koningin Regentes heeft aan dr. H.
Blink, directeur van een der hoogere burger
scholen te Amsterdam, opgedragen in den aan
staanden zomer aan H. M. de Koningin onder
richt te geven in de cosmographïe.
Bfi het examen van surnumerair bij de
registratie en domeinen zijn geslaagd: de hee-
ren G. J. Stolk, Den Haag; C. J. J.Janssen,
Rotterdam; E. Kleijn, id.; J. Zeper, Hoorn;
L. H. Yeenenbos, Rotterdam; Boersma, IJsel-
stein; E. baron Van Dedem, Rotterdam; L.
Do Kleyn, Den Haag; J. A. v. d. Scheer,
Leeuwarden, en A. W. J. A. IJske, Haarlem.
Aan het paleis te Soestdyk zijn dit jaar
weer aanmerkelijke verbeteringen aangebracht,
zoowel inwendig als uitwendig.
Door het geheele park en den tuin zijn de
buizen der waterleiding gelegd. De colonades
aan beide zijden van het paleis bevattende
de vertrekken voor de heeren en dames van
het gevolg der Koninginnen, alsmede de
logeerkamers van vorstelijke gasten, zijn met
zwaar spiegelglas dichtgemaakt.
Ook het inwendige van het Paleis is ver
beterd. De audiëntiezaal, thans „Leuvenzaal",
is opnieuw geheel gerestaureerd en verrijkt
met een levensgroot portret van koningin
Anna-Paulowna.
Do „Quatrebras zaal" en de „Tilburg-kamer"
z\jn ook veranderd. In laatstgenoemde, welke
kostbare herinneringen bevat (onder andere
fraaie eeresabels en een rijk versierden veld
heerstaf van koning Willem II), z\jn ver
scheidene merkwaardigheden bijgekomen. Be
halve het veldbed, waarop in den slag van
Wateiloo de Prins van Oranje na ztfne ver
wonding werd vervoerd, en het bed, waarop
prins Alexander op Madera is gestorveü, z\jn
daar ook nog verschillende uniformen gekomen,
o. a. van koning Willem I en koning Wil
lem II, van den Prins van Oranje en Prins
Alexander, alsmede het kostbare kostuum van
koning Willem III als ridder der Orde van
den Kousenband.
De galerij, welke verschillende portretten
van Nederlandsche helden te land en ter zee
bevat, is verrykt met een groot portret van
admiraal De Ruyter.
Dit alles is zoo goed als gereed en den
16den Mei zal het Paleis geheel in orde zijn,
ora de Koninginnen te kunnen ontvangen.
De gemeenteraad van Zweeloo heeft be
sloten de vastgestelde verordening betreffende
het aanbieden van koopwaren binnen de ge
meente niet in te trekken, ten einde de ver
momde bedelarij, welke een last voor de
ingezetenen is, tegen te gaan.
Gedeputeerde Staten van Drente, van oor
deel, dat de verordening strijdt met het alge
meen belang, zullen haar thans ter vernietiging
aan de Regeering voordragen.
De minister van marine heeft het vol
gende bepaald: lo. de luit. ter zee 2de kl. C.
A. Fock, gedetacheerd bij het departement
van marine (afdeeling Hydrograpbie) wordt
met 1 Juni a. s. op non-activiteit gesteld en
vervangen door den luit. ter zee 2de kl. F.
H. De Koek van Leeuwen; 2o. de luit. ter
zee 2de kl. C. C. A. Yan Burg, uit Oost-Indiê
in Nederland terp.ggekècra, is op non-activiteit
gesteld.
De gewone audiëntie van den minister
van oorlog zal op Donderdag 14 dezer niet
plaats hebben.
Het stoomschip „Edam" arriveerde 9
Mei van Rotterdam te Nieuw-York; de „Prins
Hendrik", van Batavia naar Amsterdam, ver
trok 9 Mei van Port-Saidde „Prinses Sophie",
van Amsterdam naar Batavia, passeerde 9
Mei Gibraltar; de „Soembing" vertrok 9 Mei
van Rotterdam naar Batavia; de „Soenda",
van Batavia naar Amsterdam, vertrok 10
Mei van Port-Said; de „Yoorwaarts", van
Amsterdam naar Batavia, passeerde 10 Mei
Dungeness; de „Werkendam" vertrok 9 Mei
van Nieuw-York naar Rotterdam; de „Burge
meester Den Tex", van Amsterdam naar
Batavia, arriveerde 10 Mei te Padang; de
„Java", van Batavia naar Amsterdam, pas
seerde 9 Mei Gibraltar; de „Kanzier", van
Oost Afrika naar Vlissingen en Hamburg,
vertrok 9 Mei van Lissabon; de „Schiedam",
van Arasterdam naar Nieuw-York, passeerde
10 Mei Dover.
Bjj koninklijk besluit is met ingang van
16 Mei a. s.: lo. aan den luitenant ter zse
der 2de klasse P. E. Yan Musschenbroek
vergunning verleend tot het .waarnemen van
eene particuliere betrekking buiten het zee
wezen, voor den tyd van een jaar, onder
stilstand van non-activiteits-traktement en zon
der opklimming in de ranglijst; 2o. bevorderd
tot luitenant ter zee der 2de klasse, de adel
borst dor 1ste klasse, F. H. A. Greve.
Aan den offic. van gez. 1ste kl. bij de
zeemacht J. D. Kiiyser, op zijn verzoek, met
11 dezer, eervol ontslag uit den zeedienst ver
leend; en de id. 2de kl. bfi de zeemacht G.
A. J. Yan der Sande, met ingang van 11
dezer, bevorderd tot id. 1ste kl.
Verleend de volgende pensioenen: T. Herm-
sen 157, L. Yalke ƒ332, C. Smitt 1740
's jaars.
De zending in Indië.
In een rondschrijven aan de kerkeraden der
Protestantsche gemeenten in Nederland her
innert het Comité voor Nederlandsche Zen
dingsconferenties er aan, dat het den 23sten
Juni dezes jaars drie eeuwen geleden is, dat
de eerste Nederlandsche schepen het anker
lieten vallen op de reede van Bantam, zoodat
kan gezegd worden, dat oio datum de dag
is, waarop drie eeuwen geleden onze heer
schappij in Oost-Indië een aanvang nam.
Na te hebben aangestipt, dat in die 300
jaar vele landgenooten in Indië een werkkring
vonden, stelt het Comité de vraag: „of het
wel de eenige bedoeling der Goddelijke Voor
zienigheid geweest zou zijn, Nederland door
Incië te bevoordeelen?" Het meent, dat hoofd
zaak moet z\jn het brengen van het Evangelie
aan de bewoners van den Indischen Archipel,
en verblijdend acht het de meer en meer ont
wakende bogeerte om de zending uit te breiden.
Dat die arbeid nog belangrijk kan worden
uitgebreid, stelt het Comité in het licht door
de volgende cijfers: Onze Indische bezittingen
hebben tegenwoordig eene bevolking van
dertig millioen zielen, en van dezen belijden
nog slechts 300,000, dus één op de honderd,
het Christendom. Onder de Indische volkeren
arbeiden nog slechts 120 Europeesche evangelie
boden, en wel 95 als zendeling en 25 als
hulpprediker in dienst der Regeering; terwijl
voor de prediking des Evangelies onder die
30 millioen heidenen en Mohammedanen cn
voor de vertaling en verspreiding van een
Bybel onder hen, geheel het Protestantsche
Nederland niet meer opbrengt dan ongeveer
300,000 's jaars.
Waarlijk, er is voor ons, Nederlandsche
Christenen, stof genoeg tot verootmoediging
op den aanstaanden gedenkdag, want hoe
geheel anders, hoeveel beter had de toestand
van Indië nu na 3 eeuwen kunnen en
moeten zyn!
Het is daarom, dat het Comité deze gelegen
heid aangrijpt om te herinneren aan de
gemeenschappelijke roeping ten aanzien der
bewoners van Nederlandsch-Indiê, „aie niet
slechts met ons onder ééne heerschappij zijn
vereonigd, maar ook onze mede-erfgenamen
zijn (Eftze III: 6), die wij dus mosten doen
deelen in de schatten der zaligheid, ons van
God geschonken in onzen Hesre Jezus Christus.
Het verzoekt den kerkeraden dezo dingen ter
sprake te brengen in hunne gemeente en.
gec-ft in overweging, onze vestiging in Indië
op Dinsdag 23 Juni a. s. of wel op den vooraf-
gaanden of volgenden Zondag met de gemeente
openlijk te gedenken en in de godsdienstoefe
ning, die daaraan gewijd wordt, eene collecte
te houden voor de zending in Indië.
Besmettelijke veeziekten.
Blijkens een in de Staatscourant van 10/11
dezer opgenomen staat zijn de volgende ge
vallen van besmettelijke veeziekten in Neder
land voorgekomen gedurende de maand April
1896:
Mond- en klauwzeer 53 bij het vee van 4
eigenarenkwade droes 2 bfi hot vee van 2 id.;
schurft 4 bij het vee van 2 id.vlekziekte 20
bfi de varkens van 12 id.; miltvuur 18 by het
vee van 16 id.; rotkreupel 100 bij de schapen
van 24 id.
Zeeland, Groningen en Limburg bleven
bevryd.
De gemeenten, waar gevallen van besmet-
telyke veeziekten, in vorige maandstaten
vermeld, op 1 April 1896 nog niet waren
geëindigd, zyn:
Schapcnsclmrftf.
Zuid-Holland: Aarlanderveen.
Noord Holland: Beemster, Harenkarspel,
Heer Hugowaard, Koedyk, Nieuwe-Niedorp,
Oterleek, Ouder-Amstel, Ransdorp, Sloten,
Watergraafsmeer, Wyde Wormer.
FrieslandTietjerksteradeel.
Overysel: Hengeloo.
Groningen: Noorddyk.
I&otkreopel.
Noord-Holland: Teasel.
Friesland: Doniawerstal, Opsterland, Scho-
terland.
Doe aan TraUijk te komen
o
i.
Een mooi landhuisje te Anteuil, by Parys,
bewoonde in het jaar 1838 de voormalige
tooneelspeler Cëlestin Girardet. Nadat hy vele
jaren in een van de eerste schouwburgen der
hoofdstad met het spelen van karakterrollen
wèlverdienden by val geoogst had, was hy,
een goede vyftiger, stil gaan leven en had
gezegd huisje gekocht, waarin hy nu met
zyn familie uit zyn vrouw en een negen
tienjarige kleindochter, wier ouders overleden
waren, bestaande rustig en behaagiyk
leefde. Nochtans droomde by nog dikwyls van
het tooneel en speelde hij in gedachten nog
eenmaal de vele rollen der klassieke en nieuw-
romautische treurspelen, waarmede by roem
en geld verworven had.
Zyn kleindochter Margot was verloofd met
den begaafden dokter Robert Bernard, die te
Parys zich een winstgevende praktyk verwer
ven dan trouwen wilde. Maar dat bleek voor
hem, evenals voor zooveel andere jonge
beginners, zeer moeilijk. Er werd, helaas,
byna nooit aan de schel zyner woning in
de straat Rambuteau getrokken. Er waren
trouwens al zooveel knappe dokters in Parys,
waaronder vele grooto beroemdheden! Voor-
loopig was het hem bepaald niet mogelyk,
van zich te doen spreken.
Op een mooien Zondagnamiddag in de lente
was de dokter in ADteuil op visite. Hy zat
met zyn bruid en haar grootouders aan de
koffietafel in het salon, van waar men het
gezicht op de hoofdstraat had. Juist reed er
een koets voorby, waarin een statig, zeer
waardig uitziend teer zat.
„Dat is dokter Charpentier, uit Parys,"
zeido Girardet. „Hy heeft hier verscheidene
ryke patiënten. Hij rydt met eigen equipage,
wat zyn klanten natuuriyk betalen moeten.
Zyn rekeniogen moeten van dien aard zyn,
dat men van zichzelven kan vallen, als men
ze inziet. Maar daarvoor is by modedokter en de
voorname wereld loopt met hem weg. Hadt jy
het ook maar eerst zoover gebracht, Robert!"
„Dat kan nog lang duren," antwoordde
zuchtend de jonge dokter. „Misschien breng
ik het nimmer zoo ver."
„Zoo menigen kwakzalver valt het toch
zoo gemakkelyk."
„Ja, helaas! De menschheid laat zich nu
eenmaal beetnemen door het geheimzinnige
en vreemde."
„Dat is het juist, wat ik bedoel! Zie
eens, jy met je ernstig streven kunt
stellig geen echte charlatan zyn. Maar als je
een onechte werdt, dus alleen het masker
en den mantel van een kwakzalver droegt,
dat zou je stellig vooruit helpen en je een
groote praktyk bezorgen."
„Uw idee is zeer geestig, maar ik weet
niet, hoe ik het met fatsoen zou kunnen
verwezenlyken."
„Daar, daar zou ik als oudcomediant je
den besten raad kunnen geven. Hoeveel
patiënten heb je nu eigenlyk?"
„Maar één."
„En wie is dat?"
„De portier van het huis, waarin ik woon.
Hy klaagt dikwyls over maagpyn; ik reken
het my tot een eer, de pyn te verdryven,
want geld krijg ik er niet voor."
„Maar zóó kan het toch onmogelyk blyven,
Robert 1 Dan zal je nimmer in de wereld
vooruitkomen, en Margot wordt een oude
juffrouw. Luister eens, ik heb een plan uit
gedacht, welks uitvoering je, naar ik hoop,
spoedig tot den meest gezochten dokter van
Parys zal maken."
„Dat zou heeriyk zynl"
„Ja, dan zouden wy spoedig kunnen
trouwen!" riep Margot.
„Glimlachend ontwikkelde daarop de oud
comediant uitvoerig zyn plan. Aandachtig
luisterden Robert en Margot, die beiden zeer
verwonderd waren over wat de oude looze
tooneelspeler uitgedacht had.
„Nou, hoe ïykt je dat toe?" vroeg Girardet,
toen hy geëindigd had.
„Uw plan is heel origineel en belooft
succes, omdat het nieuw, zonderling en voor
de Paryzenaars zeer geschikt is," antwoordde
dokter Bernard.
„En er is ook volstrekt niets onfatsoen-
lyks in. Niemand wordt bedrogen."
„Volstrekt niet l Ik heb er geen bedenking
tegen."
„Dus je wilt er op ingaan?"
„Ja, 2eer gaarne, als u my helpen wil."
„Dat spreekt vaüzelfl Het zal voor mij een
uitkomst zyn, een aangename afwisseling in
de dagelykscho verveling van myn tegen
woordig nietsdoen. Ik zal jo oude, vertrouwde
bediende zyn, in je wachtkamer met waardige
plechtigheid de zieken ontvangen even
waardig als ik eens de vertrouwde rollen
der confidents in de klassieke tragedies en
comedies speelde. Zulko rollen waren veertig
jaren lang myn fort."
„Maar om te beginnen moet er eenig geld
zyn, on daar ben ik niet ruim van voorzion."
„Het bedryfskapitaal of liever het grond-
kapitaal geef ik," zeide de oude comediant.
„Drieduizend franken zullen zeker voldoende
zyn. Het geld zal heel zeker belegd zyn. Daar
maak ik my niet over bezorgd 1"
„Dus met dokters visites laat ik my niet
in, maar ontvang alleen hulpzoekenden in myn
eigen woning, in myn spreekkamer."
„Juist. Zoo doen in den regel de wonder
dokters."
„Armen behandel ik kosteloos; want van
lieden, die niets hebben, is het toch niet de
moeite waard, iets to vragon."
„En do anderen mogen naar believen
betalen dat wil zeggen, Diet minder dan
vyf fraDken, wel meer. Dat zal ik als be
diende den ryken bezoekers en bezoeksters
wel duidelyk weten te maken, waüt in elk
geval zullen zy naar het tarief vragen. Ik
kyk de menschen aan en richt daarnaar myn
inlichtingen in."
De zaak werd nog verder besproken. Daarop
keerde Robert naar Parys terug. Hy zeide
de woning op, die hy in de straat Rambuteau
gehuurd had, en zeide tot zyn huisbaas, dat
hy na ommekomst van het kwartaal ver
huizen wilde, omdat hy in dezo buurt geen
klanten kreeg en hot dus in een andere
wilde beproeven.
II.
Eenigen tyd later verschenen in ver
scheidene couranten kleine, bescheiden adver-
tentiëD, inhoudende dat de Turksche dokter
Joessoef Soliman, uit Konstantioopel, zich te
Parys gevestigd had en in de straat St.-Honoié
nummer 31 woonde. Zyn spreekuren, vertelde
de advertentie voorts, waren van negen tot
één uur 's voormiddags en van drie tot
zeven uren 's namiddags, voor onbemiddolden
kosteloos.
Dezo advertentien hadden in de eerste
dagen weinig succes. Slechts eenige arme
lieden kwamen er op af. Omdat het ni:ts
kostte, gingen zy heen, om den vreemden
dokter te raadplegen, omdat zy meenden, dat
een Turksche dokter misschien moer wist
dan een Parysche. In een half Turksch
ingerichto wachtkamer werden zy ontvangen
door oen ouden getulbanden, ovor 't geheel
recht Turksch uitzienden oerwaardigen Muzel
man, namelyk door Ali Moestapha, den ver
trouwden bediende van den Oostenrykscbon
dokter. Met ernstige gebaren en eenige
vriendelyko woorden wees hy hen naar het
vertrek van den gebieder, dat zeer prachtig
en byna geheel Turksch gestoffeerd was.
Wordt vervolgd.)