N°. 11101. <§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Eon- en feestdagen, uitgegeven. Maandag 4 3Iei. A°. 1896 LEIDSCH PRIJS DEZER COURAUT: Voor Leiden per 3 maanden, it i Franco per post-i s j Afzonderlijke Nenmers i f 1.10. 1.40. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17^. Grootero letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad •wordt f 0.05 berekend. Dit nomrner bestaat uit DRIE Bladen. Eerste Blad. Leiden, 2 Mei. - Hebben wy reeds in ons vorig nommer met een enkel woord vermeld, dat het den eerwaarden heer M. Van Wesel niet aan huldeblijken ontbrak ter gelegenheid van zyn 40 jarig ambtsjubileum als leeraar en gods dienstonderwijzer bij de Israëlietische ge meente alhier, thans willen wy een en ander wat uitvoeriger mededeelen. Den geheelen dag regende het als het ware ten zynent telegrammen, brieven en visite kaartjes, terwijl van vele vrienden prachtige bloemen en bouquetten aan den jubilaris ge zonden waren. Te ongeveer één uur 's namiddags was eene commissie van oud leerlingen, bestaande uit de keeren S. Vies, M. Marsman en M. Van Geldoren, den heer Van We3el namens diens oud-leerlingen komen complimenteeren. De heer Vies gaf den jubilaris met welgekozen bewoordingen de verzekering van sympathie, die er voor hem bestaat by zijne oud leerlingen, en bood den jubilaris namens hen een stof felijk bewijs biervan aan, zijnde een prachtig boekwerk in verscheidene deelen, mot staander en album, bevattende de namen dier oud- leerlingen. Diep geroerd bedankte de heer Van Wesel voor dit bewijs van achting zijner vroegere leerlingen. Te twee uren verscheen de geheele kerke- raad der Isr. gemeente en het bestuur der vereniging „Gerailoth Casadim Obiekoer Choulim." Door den heer M. R. Beuth, voor zitter der gemeente, werd namens den kerke- raad, de gemeente en genoemde vereeniging de jubilaris gecomplimenteerd en er op ge wezen dat het thans 40 jaren geleden was sinds hy zijne function bü de gemeente en gezegde vereeniging aanvaard had; dat hij 40 jaren achtereenvolgens de gemeente op de hooge feestdagen in het gebed was voorge gaan en dat spreker dan ook gaarne de taak aanvaard had hem namens de gemeente en de vereeniging „G. C. O. Ch." tovens een geschenk aan te bieden (bestaande in eene prachtige pendule met bijbehoorende ornamen ten), benevens eene oirkonde, sierlijk op perkament gedrukt en namens de gemeente geteekend door de heeren M. R. Beuth en A. De Leeuw, voor de vereeniging „G. C. O. Ch." door den heer S. Tbors. Ten hoogste bewogen en met eene prachtige rede aan vaardde de heer M. Van Wesel dit blijk van waardeering. Vervolgens werd door den heer S. Tbors als voorzitter der vereeniging „G. C. O. Ch." 'en door den heer W. Marsman als president der schoolcommissie de jubilaris met hartelijke en welgekozen woorden toegesproken en ge- lukgewenscht. Ook de heer Staal bleef niet achter zijn ambtgenoot een hartelijk woord toe te spreken. Gisteravond te zeven uren werd de jubilaris door eene commissie uit den kerkeraad in de voor deze gelegenheid sierlijk met bloemen getooide kerk door de hoofddeuren binnen geleid, waar hij door een koor met lofzangen werd begroet, alvorens de gewone kerkdienst werd aangevangen. Heden, Zaterdag-morgeD, by den ochtend dienst werd den jubilaris in eene predikatie, gehouden door den eerw. heer Staal, hulde gebracht voor zijnen 40-jarige onafgebroken trouwe dienstbetrachting in zjjne verschillende function, die hij by de gemeente bekleedt. Daarna betrad ook de jubilaris den preekstoel om het kerkbestuur, de gemeente en den vorigen spreker te bedanken voor de eer hem bewezen, terwyi ook nu de ochtenddienst door koorgezangen werd opgeluisterd. Het voorhangsel voor de H. Arke, indertyd door wyien den schoonvader van den jubilaris aan de gemeente geschonken, prykto voor de H. Arke by bovengenoemde korkdiensten. Ter aanvulling en verbetering van het gisteren door ons opgenomen bericht aan gaande het 25-jarig jubileum van den heer C. Bonger, directeur der Kon. Ned. Grofsmedery alhier, vernemen wij nader, dat heeren com missarissen, mede namens aandeelhouders, hem, met eene hartelijke toespraak, waarin ook vooral werd betoogd wat de heer B. in dit tydsverloop voor de Kon. Ned. Grofsmedery is geweest, hoe hy de fabriek heeft verbeterd en uitgebreid, oene schilderij van Mesdag schonken. Van het gezamenlijk ambtenaarspersoneel ontving hy een geschenk in zilver en een bloemstuk; van de werkmeesters een zilveren presse-pspier, z\1nde eene eigenaardige voor stelling van heigeen in de verschillende werk plaatsen wordt vervaardigd, en ten slotte overhandigde hem eene deputatie van de werklieden eene zilveren statue op marmeren voetstuk, voorstellende de ijzerindustrie. Het overhandigen der geschonken ging go- paard met harteiyke en van hooge waar deering getuigende toespraken, en algemeen werd de wensch geuit, dat de heer Bonger nog een reeks van jaren aan het hoofd der Kon. Ned. Grofsmedery moge biyven. Ook ontving de heer B. van verschillende corporation, waarin hy als bestuurslid zitting heeft, waardeerende blyken van belangstelling. Ter voorloopige herdenking van het 25-jarig bestaan der vereeniging „Musis Sacrum" hadden zich gisteravond ingevolge een van het bestuur uitgegane oproeping een kleine honderd leden naar het in het Plantsoen gelegen sociëteits gebouw begeven, waar boven het buffet een verlichting met ballons was aangebracht, terwyl op het zich mede daarboven bevindende orkest eenige musici der dd. schuttery hadden plaats ge nomen. Overigens bevond het lokaal zich in zyn gewonen toestand. De president der vereeniging do heer J. J. Van Masyk Buyser Van Reenen, heette allen welkom en wees in korte trekken op de ge schiedenis der oprichting van „Musis Sacrum", welke sociëteit in het bloedige jaar 1870 tot stand kwam nadat pogingen om op het Ruïne plein een groot Harmonie-gebouw te stichten, hadden schipbreuk geleden. Spr. bracht in herinnering enkele namen van hen, die tot de oprichting van „Musis" een krachtigen stoot hadden gegeven, o. a. het driemanschap H. "W. F. Bakker, J. C. Fischer en H. N. Veefkind, aan welke drie namen hy ook vastknoopte dien van den ontwerper van het gebouw, den heer J. W. Schaap, evenals de beide eerstgenoemden overleden, erwyl de heer Veefkind zich al sedert lang in verre streken bevindt. Een woord van hulde bracht hy aan het thans nog in functie zyndc oudste bestuurs lid, (nl. wat het aantal lidmaatschapsjaren betreft), aan mr. C. H. P. Klaverwijden, die reeds gedurende 20 jaren als penningmeester steeds met yver voor de önantieele belangen der vereeniging zorg draagt. Spr. bracht dank aan allen, die de Vereeni ging hadden gesteund of op andere wyze ter wille ware geweest, o. a. het gemeente bestuur, wat den afstand van grond in bruik leen, het politie-toezicht by uitvoeringen enz. betreft, aan de muziekcorpsen der infanterie en schuttery, welke hun best deden om den leden op de concerten het beste aan te bieden wat zy konden, enz. enz., en deed tevens mededeeling, dat, in overleg met een daartoe benoemde sub-commissie, het plan bestond om eerlang, als de dagen hot langst en de nachten het kortst waren, het zilveren feest van „Musis" op meer grootsche wyze dan nu geschiedde, te vieren. De toespraak werd herhaaldelijk door toe juichingen onderbroken en beantwoord door den heer A. G. Hessels, die op zyne echt ge- moedeiyk en kalme wyze eveneens veel in herinnering bracht van wat hem was byge- bleven sedert de oprichting van „Musis." dat hij had zien geboren worden, ja uit de hem door den heer Schaap vertoonde plannen reeds vóór de tot stand-koming Kende, den architect die een gebouw stichtte, dat na do 25 jaren, welke het nu bestaat, nog wel minstens even veel jaren dienst kan doen. Als een bewys dat ook buiten Leiden aan den gedenkdag van „Musis" gedacht werd, strekte een telegram, dat van sprekers zoon uit Groningen was ontvaDgen, den heer J. T. Hessels, die vele jaren secretaris der ver eeniging is geweest en nu de beste wenschen voor haren verderen bloei uitsprak. De aanwezigen bleven verder nog enkele uren gezellig byeen, dezen zich amuseerend met whist- en ander kaartspel, genen zich onledig houdend met de edele biljartkunst, terwyl de muziek, welke by de toespraken reeds eenige fanfares had doen hooren, in den verderen loop van den avond by afwis seling eenige opgewekte nummers ten beste gaf. Het samenzyn kenmerkte zich door een prettigen, aangenamen, ongedwongen toon, welke er immer heerschte. Naar wy van t^r zyde vernamen, zal het eigenlyke herdenkingsfeest in de maand Juni worden gevierd o. a. den eenen dag met feeste- ïykheden voor de kinderen der loden (o. a. kinderbal met aanbieding van versnaperingen enz.), en den volgenden dag met een concert op het singelwater en in den geheel met lampions verlichten muziektempel in den tuin, waar ook een schitterende gasilluminatie zal worden aangebracht en een bal champêtre zal worden gegeven. Men schryft ons heden uit Leidschen- dam: In het café „de Zwaan" alhier is eene vergadering gehouden van werklieden, per strooibiljet byeengeroepen door de heeren J. Vleut en L. Van der Togt, beiden werk lieden, om het door hen opgeworpen plan, het oprichten van eene vereeniging tot uit- keering aan werklieden, die door ziekte of een ongeiuk buiten staac zyn hun werk te verrichten, nader te besprekon. De opkomst voldeed echter niet geheel aan de verwachting. Ongeveer 30 werklieden waren aanwezig, terwyl eenige notabelen, w. o. burgemeester, predikant, dokter en het hoofd der school, mede door hunne tegen woordigheid blyk gaven van hunne belang stelling in deze zaak. Op het verzoek van bet voorloopig comité nam de burgemeester de leiding der vergade ring op zich. Na met een enkel woord het doel dezer vergadering uiteengezet te hebben, gaf Z.E.A. het woord aan den heer Heyer, van 's Gra- venhage. Deze, volgens zyne verklaring zelf werk man, verzekerde gaarne de uitnoodiging der voorloopige commissie te hebben aangenomen, ten einde deze zaak alhier nader te bespreken. Met den gloed der overtuiging schetste spreker het nut van samenwerking voor den werkman, waardoor men in de gelegenheid is, elkander by ziekten en ongelukken te steunen. Met voorbeelden uit eigen ervaring kon hy zyne woorden bevestigen. Hy waar schuwde vooral tegen verdachtmaking en ouderlingen nay ver, waardoor zooveel goeds onuitvoerbaar gemaakt wordt. Na een opwek king tot de aanwezige werklieden, om toe te treden tot de op te richten vereeniging, en na de hoop te hebben uitgesproken, dat de meer gegoeden haar mochten steunen, eindigde spreker zyn rede. Na enkele besprekingen werd op voorstel van den voorzitter besloten, tot het oprichten eener vereeniging tot uitkeering by ziekte. 23 werklieden traden terstond als leden toe, terwyl 10 personen zich bereid verklaarden, de vereeniging als donateurs te steunen. Eene commissie van vyf leden, bestaande uit do heeren J. Yleut en L. Van der Togt, bovengenoemd, en P. Van Duyvenöyk, burge meester, R. Visscher, predikant, en P. Huyser, dokter, werd by acclamatie benoemd tot het samenstellen van een reglement, zullende dit in eene nader te houden vergadering worden behandeld, terwyl alsdan ook een definitief bestuur zal worden benoemd. Na een woord van dank aan den inleider en de aanwezigen voor hunne opkomst, sloot de voorzitter do vergadering. Gedurende de maand April zyn aan hot Rykstelephoonkantoor te Lisso behandeld 180 telegrammen, als: ontvangen 99 en verzon den SI. In de maand April van het vorige jaar werden behandeld 154 telegrammen. De keuring van paarden ten behoeve van 's Ryks dienst zal in de gemeente Lisse gehouden worden op Vrydag 22 Mei a. s., des namiddags te halféén, en te Woubrugge op Vrydag 29 Mei, des namiddags te één uur. Als advocaat en procureur by den Hoogen Raad is beëedigd mr. J. Dermout, te Scheve- ningen. In de algemeene vergadering van „Plaat- seiyk Volksonderwys" te Waddingsveen werd door den penningmeester rekening en verant woording gedaan. Do kas sloot met een voor- deelig saldo. Aan de hoofden der beide open bare scholen werd weder een toelage verstrekt tot het aanschaffen van boekwerken in do schoolbibliotheek. Op voorstel van den voor zitter, den heer C. C. Regt, werd besloten pogingen aan te wenden tot het doen van een reisje naar Rotterdam mot de leerlingen der hoogste klassen. In den loop dezer maand zal deze zaak nader worden besproken en ge regeld- Tot bestuurslid werd gekozen dr. C. W. Corts. Door den gemeenteraad te Waddingsveon is besloten het ontslag van den heer Sterk, ondanks zyn adres en dat van hot Hoofdbe stuur van den Bond van Ned. Onderwyzers der Afd. Gouda dezer Vereeniging, te hand haven. M--j. Hymans, van Leiden, zal tydeiyk als onderwyzere9 worden aangesteld. Het Pakis in het Lange Voorhout te s-Gravenhago, tot dusver toebehoorenie aan H. K. H. Mevrouw de Groothertogin van Saksen-Weimar, is gisteren in eigendom over gegaan aan H. M. de Koningin-Regentes. Dit geschiedde ten overstaan van den notaris Eikendal. De Hooge Partyen waren daarby vertegenwoordigd: H. M. de Koningin-Regentes door jhr. De Ranitz, Hr. Ms. particulier secre taris, en G. Ch. baron Snouckaert van Sohau- burg, thesaurier der Koningin; H. K. H. Prinses Sophie door de heeren Vinkhuyzen, intendant van Hare Domeinen, en Couturier, thesaurier der Groothertogin, secretaris der intendance. De kunstschilder Mesdag, voorzitter van „Pulchri Studio" te 's-Gravenhage, is gister ochtend naar Berlyn afgereisd, ten eindo als gedelegeerde tegenwoordig te zyn by de opening der Nyverheidstentoonstelling aldaar. B. en Ws. van Haarlem hebben den Raad voorgesteld zyne medewerking tot het tot stand komen der reeds vermelde over brugging van de sporen by den Kruisweg te verleenen. Ongeraden komt het voor, den tegenwoordigen toestand, die een voortdurende bron van ongerief en gevaar is, weder voor onbepaalden tyd te bestendigen. Zy stellen daarom voor, een bedrag van ten hoogste f 2000 daarvoor beschikbaar te stellen. Door B. en Ws. wordt ook voorgesteld het aantal scholen voor lager onderwys met één te vermeerderen en wel met een derde tusschen- school voor onderwys aan minvermogenden. Ds. J. Doorenbos, preoikant te Barne- veld, heeft een beroep ontvangen naar de Ned.-Hervormde gemeente van Ter Aar. De koetsier Jakob. i) Ten tyde van de onlusten wegens de pachten in sommige oorden van ons vader land had er te A. een gebeurtenis plaats, welke de aandacht der toenmalige woelzieke geesten voor eenige oogenblikken van hun staatkundige bemoeiingen scheen af te leiden. Jakob S., of eigenlyk, zooals hy in de crimineele akten betrekkelyk zyn zaak bekend staat, Jakob Frederik S., diende als koetsier by den toenmaligen burgemeester, naderhand gezant der Republiek aan het .sche Hof, den heer Van L., te A. Hy was reeds ver scheidene jaren by dezen in dienst geweest, was in dien tyd gehuwd en dacht nu eerlang zyn hoop bekroond te zien, om door den invloed van zyn heer, den burgemeester, een stedelyk ambtje te verkrygen, dat hem zoo veel zou opbrengen, dat hy er gemakkelyk zweep en roskam by neerleggen en er toch mot zyn vrouw en drie kinderen fatsoenlyk van leven kon, toen onverhoeds al zyn hoop opeens verydeld, al zyn uitzichten op het wreedst hem benomen werden, en hyzelf, yselyke teleurstelling zijner wenschen 1 z-ich overgeleverd zag in handen van het gerecht. Ziehier, hoe, volgens echte bescheiden dienaangaande, vergeloken en in hoofdzaak overeenstemmende met de primitieve aan- klacht van den toenmaligen hoofdofficier te /A., de omstandigheden, welke tot die treurige lotswisseling aanleiding gaven, zich zouden hebben toegedragen: Het was in het begin van den herfst, dat burgemeester Van L. zyn huis op de K-gracht metterwoon verliet en een ander huis in de D-straat ging betrekken. Daar er evenwel nog eenige vertimmeringen aan de nieuwe woning moesten geschieden, eer ze geheel bewoonbaar was, liet men niet alleen vele van de kostbaarste en grootste meubelen tot zoolang in bet verlaten huis staan, maar bleef men voorloopig nog gebruik maken van den stal en het koetshuis, die by do voormalige woning behoorden en daar achter gelegen waren; en daar er omstreeks dien tyd binnen A., blykens de menigvuldige inbraken en diefstallen, die aldaar werden begaan, een aanmerkoiyk en uitgebreid dieven- komplot scheen te bestaan, achtte de heer Van' L. het niet veilig, het verlaten huis, zoolang zich daarin nog eenige goederen van waarde bevonden, zonder eenig opzicht en aan de roofzucht van stoutmoedige nacht zwervers ten prooi te latonhy verzocht dus den koetsier, die anders met zyn huisgezin afzonderlyk woonde, voor eenige nachten de oude woning te betrekken, terwyl de palfrenier des nachts zoolang in den stal daarachter zou slapen. Beiden namen dezen last volgaarne op zich, wel wetende, dat het hun gedurende dien tyd aan niets ontbreken zou, en om zelfs aan het oogmerk van hun meester te gemoet te komen, begaven zy zich eiken avond reeds als het begon te schemeren, naar het onbe woonde huis. Dan wisten zy weldra den voor hen achtergelaten voorraad in turf- en wyn- kolder op te sporen, zetten zich te zamen aan den warmen keukenhaard neder en lieten zich, onder het spelen van een kaartje, den ouden wyn des burgemeesters tameiyk goed smaken. Dikwyls werd het dan onder kout en spel wel eens middernacht, eer zy hun gezel lig kolenvuur verlaten konden; maar dan ook legde elk zyn pyp neder, terwyl de een de lantaren opnam, om zich naar zyn slaap plaats in den stal te begeven, en de ander, na de tuindeur achter zijn metgezel gesloten te hebben, zich naar de voorkamer van het huis, welke op de straat uitzag, ter ruste begaf. Zoo hadden zy reeds menigen November avond genoeglyk doorgebracht en altyd den daaropvolgenden nacht gerust geslapen, zonder eenig onraad te vernemen, toen zy op zekeren avond overeenkwamen, ook eens een goeden bekende in hun gezelschap te noodigen. Zy lieten den zadelmaker, die voor hun heer werkte, vragen of hy zin had, een avond uurtje by hen te komen doorbrengen. De zadelmaker, die een eerste liefhebber van een kaartje was en zich recht gaarne aan een stevig glas wyn te goed deed, liot zich zoo iets geen tweemaal vragen. In het denk beeld, aan den Bordeaux des burgemeesters zyn hart eens lustig te zullen ophalen, was hy met het vallen van den avond de eerste aan het huis en had reeds een kleine poos voor de deur staan wachten, toen Jakob S. en de stalknecht daar aankwamon en met hem binnentraden. "Weinig dacht toen de ongelukkige man weinig dacht toen één van beu driün, dat die avond voor twee van hen zoo noodlottig zou afloopen; integendeel stelde elk zich voor, dien eens recht aangenaam te zullen doorbrengen. Het genoegen der byeenkomst was kort stondig van duur. Reeds spoedig werd de vreugde der gezolligheid door ouderlingen twist gestoord. Eer ik daarvan de aanleiding meld, wil ik myn lezers met een oigenaardigen karaktertrek van Jakob, den koetsier, en van den zadelmaker bekend maken. Jakob S. was een hupsche, oppassende kerel, goedhartig en verdraagzaam jegens elk in den omgang. Zelden gebeurde het, dat hy zich in stork9n drank te buiten ging; maar wanneer hy ook ongelukkig slechts een kleinen roes weg had, dan was hy een onverdraagiyke twistzoeker, die over elke kleinigheid viel, en wanneer zyn diift gaande werd, een onstuimige woesteling, die even zeer om zyn ongomeene lichaamskracht als om zyn boosaardige woede te duchten was. Allen, die hem kenden en hem slechts een maal in zulk een staat van razemy gezien hadden, vermeden zorgvuldig, dien man by zoodanige gelegenheid iets in den weg te leggen of hem tegen te spreken, maar wendden allea aan om hem ter neder te zotten en tot bedaren te krygen. Had de zadelmaker dit geweten en dien avond de verstandige party gekozen van op de woeste uitvallen des anderen te zwy'gen en zich zyn bedreigingen te laten aanleunen, voorzeker ware alsdan de twist zoo hoog niet geloopen; doch deze, een man, die het niet licht gewonnen gaf, maar altyd zoolang aanhield, tot zyn haan koning kraaide, bad den onstuimigen driftkop welhaast tot het uiterste gebracht. Gelyk gewoonlijk, gaf ook hier een armzalige kleinigheid, oen gering verschil over de kans van het spel, de eerste aanleiding, om de onbeteugelde hartstochten in ziedende beweging te brengeD, en waro niet da stalknecht tydig genoeg tusschen- beide gekomen, en had hy niet do toevlucht genomen tot den hem bekenden kunstgreep, met den koetsier neder te zetten en den ander te do6n zwygen, dan zou het wellicht reods vroeger met dezen laatste slecht zyn afge- loopen. Door de bezadigdheid en bedaarde bemiddeling van den stalknecht, die zyn lieden kende, werd niet allen de twist bygelegd, maar ook de ziedende toorn van den koetsier tameiyk gekoeld. Nu ging men weder bedaard en vreedzaam aan het spel, en er viel vorder niet het minste voor, dat den vrede stoorde. Het werd acht uren. Toen de klok geslagen had, stond de stalknecht op, voorwendende ergens een noodzakelyke boodschap te doen te hebben. By het proces, waarin hy nader hand als getuige geboord werd, verklaarde hy, dat hy door zyn meisje bescheiden was om haar op dat uur op te wachten. Hy wilde aJzoo het gezelschap voor eenige oogen blikken verlaten en beloofde binnen bet uur terug te zullen zyn, terwyl hy zyn kameraad, den koetsier, verzocht in dien tusscbentyd de paarden te voederen, welke gewooniyk op dat uur haver kregen, en den hond in den stal van drinken te voorzien. {Wordt vervolgd.) DAGBLAD.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1