N°. 11077 A0. 1893 feze i€curarit wordt dagelijks, met uitzondering van (Eon- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. .-i-olgd.) Zaterdag 4 April. LEIDSCH BA&BLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. f 1.10. Franco per post. 1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER AD VERTEN TIÉN Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17£. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Tweede Blad. Ofüciëele HeaniwffeTingen. Door Burgemeester en Wethoudtre der gemeente Zegwaard wordt, gezien trtt. 6 en 7 dor wet yju 8 Juni 1375 (dtabl. No. 95) tot regelin. v»>n het toezicht bii het oprichten ran isr.'chtiogen, welke gevaar, echade of lindtr knnnen veroorzaken, ter openbaro kennia gebiacht: Dat ter aecrntariu dtr gemeente is ter visie gelegd eon verzoek met bij lagen van do heeren M. V&n der Hagen en Co., te Botterdam, om vergunning tot het oprichten eener Btoomzuivelfabriek, wcarin zal worden gep aatst oooe stoommachine van 6 paardek; ach en met Lijbehoo- rende twee stoomketels op ein etuk grond, gelegen ifcan d.n Molenweg onder dio gemeente, kadastraal .bekend «cctio C No. 704 verder dat op Maandag 'den 13den April a. s., doe Damiddage te 4 uren, in bet Raadhuis aldaar gelegouheid zal worden gegeveu 'Oii tegen de oprichting bezwaren in te brengen cn 'deze mondeling en schriftelijk toe te lichten, ca dat zoowel do verzoeker als zq. die bezwaren it brengen. gedurende drie dagen vóór eveugenoemd tydetip op de socretario der gemeente van de ter zake inge komen schrifturen kunnen kennis nomen. Burg. en Weths. van Woubrngge maken bekend dat aldaar gelegen o;d zal worden gegeven tot kostuiooze iuo."tiDg, pu wel te« Raadbuizo op Woensdag 8 April, '8 Dam. to één uur, en in de openbare school to Hooguiade op Donderdag 9 April, 's nam. u-halftwee. Leiden, 2 April. By het overgaan van den sedert jaren bekenden boek- en papierhandel van den heer A. A. Rensink in andere banden, is tevens het perceel aan de Breestraat zelf, waar de zaak gedreven wordt, aan mei keiyk veranderd. Door ver' ouwing van den vroegeren winkel is er eene belangrijke ruimte meer verkregen, waardoor ook de zaak zelve kon worden uit gebreid, terwijl het achter de groote spiegel ruit geëtaleerde thans meer tot zijn recht komt. De winkel, welke nu gedreven wordt door den heer De Vlieger, ziet er met de fraai en goed gevulde nieuwe kasten en uit stallingen netjes uit en de naar boven voerende trap, al is zy misschien wel wat al te goed zichtbaar, zal zeker aan eene richtige uit oefening der zaak, welke wy een voortduren- den bloei toewenschen, geeo bezwaar op leveren. Een geheel andere bestemming dan vroeger heeft het perceel aan het Kort-Rapenburg, het tweede van de Borstelbrug af, verkregen, nadat de heer E. J. De Bruyn, kapper, het daarnaast gelegen nieuwe pand heeft be trokken. De heer Koolbergen heeft er nu een filiaal gevestigd van zyn aan den Heerenweg, bij Leiden, gelegen Schoenenfabriek, welke niet alleen te dezer stede, maar ook ver daar buiten goed staat aangeschreven. Velen, die reeds met de firma in relatie stonden, zal de opening van het filiaal, waartoe de winkel de noodige veranderingen moest ondergaan, ongetwyfeld aangenaam zyn, terwyi het ande ren misschien zal aanleiding geven om met haar in connectie te treden. Aan het postkantoor Leiden en de daar onder ressorteerende hulpkantoren werd ge durende de maanden Jan., Febr. en Maart inge legd f 105,138.775; terugbetaald f 105,984 09. Het laatste door dat kantoor uitgegeven boekje draagt het nummer 11,296. Aan het postkantoor te Noordwyk en de daaronder ressorteerende hulpk. werd ge durende het l8te kwartaal 1896 ingelegd f 8751.24; terugbetaald f 4088.45. Het laatste door dat kantoor uitgegeven boekje draagt het nummer 390. Men meldt ons uit Katwyk: Onlangs stond in het „Leidsch Dagblad" het verslag van den Raad der gemeeDte Rynsburg, waarby de verhouding der finantiëele draagkracht werd blootgelegd omtrent het onderhoud van den grindweg van Katwyk aan den Ryn via Rynsburg naar „Endegeest". Tot dat onder houd dragen by Oegstgeest, Rynsburg en Katwyk. Het lezen van hot verslag zoude oppervlakkig leiden tot de veronderstelling, dat die Rfinsburgsche voorouders erg domme menschen moeten geweest zyn. Wanneer echter de zaak eens nader wordt bekeken, komt men tot andere resultaten. De middelen van verkeer en vervoer waren oudtyds natuur- lyk veel anders en men moet bedenkenin het „verleden" ligt het „heden" Men vergeet zoo dikwerf, helaas I hoe de toestand vroeger was en wat juist daaruit „beden" is voort gevloeid. Rynsburg lag als het ware midden in de klei en had met Leiden direct geen verbinding door een verharden weg. Alléén den weg naar „Endegeest" aan te leggen, leek haar minder en men trad in overleg met de naburige gemeenten. Wat kon echter die weg eigeniyk Oegstgeest schelen? Bijzonder wei nig; immers, woningen stonden niet langs dien weg, bet bouwland behoorde grootendeels aan eigenaren, die elders woonden. De gemeente Katwyk had haar straatweg via „de Vink" naar Leiden en moest reeds tol betalen by het gebruik maken van den kleiweg via Rijnsburg, Oegstgeest en by het verharden van dien weg zou het tolgeld hooger gesteld worden. Katwyk wilde dientengevolge om deze redenen jaarlyks minder tot het onder houd byaragen. Dit is de toedracht van de tot stand-koming van dien grindweg, behoudens misschien enkele variaties, waar het onderdeelen mocht betreffen. Men vergete daarom nimmer, dat onze voorouders onder andere omstandigheden verkeerden, doch toen zy besluiten namen, evengoed als wy, deden wat zy doen moesten, en dat zy dikwyls veel hebben bygedragen tot ontwikkeling van een gebeele streek. De heer C. P. Aartse, hoofd eener by- zondere school te Voorschoten, heeft op zyn verzoek, met ingang van den lsten dezer, eervol ontslag ontvangen als directeur en onderwyzer der Ryksnormaallessen aldaar. Ds. F. F. J. Vc.n de Plassche, predikant te Gouderak, heeft voor het beroep naar de Ned.-Hervormde gemeente van Woubrugge bedankt. Te 's-Gravenbage is overleden de gepen sionneerde majoor der genie van bet Indische leger D. J. Uhlenbeck. Hy onderscheidde zich by de Baliscbe expeditie en werd deswege gedecoreerd met de Militaire Willemsorde en later eervol vermeld. Blykens gisteren by den Raad van State, afdeeling voor de geschillen van bestuur, inge komen koninklyke besluiten is o. a. de vol gende beschikking genomen: Met vernietiging van hèt betrekkeiyk be sluit van Burg. en Weths. van Nieuwer-Amstel is alsnog onder voorwaarden aan de geza menlijke buskruitmakers van Noord Holland, Utrecht en Zeeland vergunning verleend tot oprichting eener inrichting voor de vervaar diging van zwavel en salpeterzuur te Nieuwer- Amstel. In het Koninklyk besluit wordt o. a. over wogen, dat de aanvoer van salpeter van elders eigenaardige oezwaren zou opleveren; dat, wanneer oio stof op bet aangewezen ttrrein te Nieuwer-Amstel wordt bereid, het vervoer beperkt en de voorraad gereed zuur aanzimlyk verminderd wordt; en dat by handhaving van de weigering der vergunning gevaar voor de omgeving zou ontstaan of vermeerderen. Ds. A. J. Th. Jonker, te Dordrecht, heeft voor het beroep naar de Ned. Herv. gem. te 's-Gravenhage bedankt. De te Haarlem gehouden 87ste alge- meeDe vergadering der „Algemeene Vereoni- ging voor Bloembollencultuur" werd, op eene enkele na, door afgevaardigden van al hare afdeel ngen bygewoond. Ook war«.n eenige gewone leden tegenwoordig. De voorzitter deelde o. a. mede, dat bet getal afdeelingon thans 26 bedraagt, terwijl het ledental eene kleine vermindering onderging. De Vereenidng heeft th .ns 1558 leden. Aan de c-rde kwam do b hanltling der by den beschry ving^britf genoemde onderwerpen, waarby vooral de door de afdeeling Sassen- heim voorgestelde op te maken statistiek van den voorraad der te veld staande bolgewas sen, ter voorlichting van den handel, ruime bespreking uitlokte. Resultakt weri echter niet verkregen, daar door tie afdeeling Sassen- heim, naar aanleiding der gevoerde discussion, dit voorstel werd ingetrokken. In behandeling kwam ook het voorstel van de afdeeling Uitgeest tot het oprichten te Haarlem van een aanzegshuis en werd beslo ten tot. de inhuur van een lokaal, aan het Spaarne gilogen. Uitvoerig werd besproken het voorstel van de afdeeling Voorhout, om onder de veilings voorwaarden voortaan ook de bepaling op te nemen, dat voor op bet veld verkochte bol gewassen, die vóór het einde van den opneom- tyd ontvreemd zyn, geen totaling kan wor den vcreischt. Besloten werd hieromtrent een rechtsgeleerd advies in te winnen Verschillende voorstellen, meerendeels van huisboudoiykpn aard, kwamen vervolgons aan do orde, na welker behandeling de Voorzitter aan den heer L Lohman, die in zake den proeftuin aan de Vereeniging groote dienst, n bad bewezen, een blyk van waarde, ring aan bood. bestaande in een sierlyko pendule met candelabers. De uitslag der verkiezing te Amsterdam van twee leden van de Provinciale Staten van Noord Holland is aldus: geel biljet, her stemming tus8chen de neeren P. A. L Van Ogtrop (katholiek) en J. Ter Meulen (1.). Wit biljet, herstemming tusschen de heeren mr. C. A. Cosman (I.) en P. A. L. Van Ogtrop (r.-kath.) Binnenkort vertrekken naar de Zuid- Affikaan8cbe republiek als verpleegsters de dames N. Wijndels van Arnhem, S. Voerman v-m Groningen en G. Stomp van Amsterdam nen-Gasthuis), die met de reeds ver tiokkenen het personeel in het hospitaal te Pretoria zullen voltallig maken. Als keuken meid op een loon van f 720 vertrekt met bovengenoemde dames mej. Hiltje Schuil, van Grootegast. De minister van binnenlandsche zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat in do maanden Juni en Juli a. s. aan 'sRyks Veeaitsenyschool te Utrecht gelegenheid zal worden gegeven tot het afleggen van het natuurkundig examen voor aanstaande vee artsen, bedoeld in art. 12 der wet van 8 Juli 1874 (Stsbl. 99). De dag van aanvang zal nader worden bekend gemaakt. Zy die tot dat examen wenschen te worden toege laten, behooren zich schriftelyk, mits postvry, vóór 1 Mei a. s. aan te melden by den directeur van gemelde school. Het stoomschip „Kaiser", van Hamburg en Amsterdam naar Oost-Afrika, is 29 Maart Ouessant gepasseerd; de „Stentor", van Am sterdam en Liverpool naar Java, arriveerde 30 Maart te Singapore; do „Veendam" is 31 Maart van Nieuw-York te Maassluis aan gekomen; de „Admiral", van Oost-Afrika naar Rotterdam en Hamburg, vertrok 29 Maart van Port Said; de „Kanzler" vertrok 30 Maart van Durban naar Ylissingen en Ham urg;de „Ardjoeno", van Rotterdam naar Java, arri veerde 31 Maart te Port-Said; de „Borneo" arriveerde 1 April van Batavia te Rotterdam; de „Bundesratti" arriveerde 31 Maart van Hamburg en Amsterdam te Tanga; de „Mars" vertrok 31 Maait van Neufahrwasser naar Amsterdam; de „Prins Alexander", van Am sterdam naar Batavia, arriveerde 1 April te Genua; de „Prins Maurits van Surii.ame naar Amsterdam, vertrok 31 Maart Van Havre; de „Prins van Oranje' vertrok 1 April van Amsterdam naar Batavia; de „Prinses Wil- heLmna", van Batavia naar Amsterdam, vertrok I April van Batavia. jre 114engd Nieuws. Men meldt uit Noordwyk aan Zee, dd. 31 Maart: Nog slecbts kort is de visscbery weder aangevangen, of reeds wordt ons dorp in rouw gedompeld. De Noordwyksche bomschuit „N. W. 29", genaamd „Do Jonge Pieter'reeder P. Van Duyn Cz., schipper Jacob Plug Sr., had eene reis ter kantvis- schery volbracht en zou hare lading lossen in de haven van IJmuioen. De gevangen visch, per sloepje, dat de schuit aan boord bad, aan wal brengende, passeerde eene stoombootde bemanning van bel sloepje. 4 man sterk, greep een van de boot hangend touw vast, om zoodoende dooi de boot op sleeptouw genomen t6 worden. Deze manoeuvre, onge twyfeld meermalen uitgevoerd, werd den opvarenden thans noodlottig: de sloep sloeg om, de bemanning geraakte te water en slechts 3 hunner bereikten den waléén, de 18-jange Jacob Plug Jz een oppassend jongmenscb, vond zyn graf in de golven. Gisteren werd zyn lyk opgeviacht en aan boord van „De Jonge Pieter" gebracht, welk vaartuig het lyk herwaarts zal overbrengen, om alhier ter aarde te worden besteld. By den landbouwer P. Korring a, aan den IJ weg J 14/20 te Haarlemmermeer, zyn in den nacht van 31 Maart op 1 April ontvreemd: manskieeren, 1 flacon met gouden stop, 1 zilveren pepermuntdoos, gemerkt B. P., 1 paar gouden b lletjes, 1 gouden ringetje, 1 medaillon, 1 flacon met zilver.n stop, 1 zilveren broche, 1 schildpadden broche, 1 koralen ketting met gouden tonnetje, 1 uoosje met 130 halve centen, 1 portemonnaie met zilveren sluiting, 1 zilveren knip met koralen beursje. De dieven hebben een zak met kl -eren, alles gemerkt, by anderen gestolen, waar- schynlyk door haast, op het erf van Korriuga laten staan. Door de Haagsche rechtbank werd gisteren uitspraak gedaan in de zaak van den heer v. S., te Parys, tegen mevr. de wed. B. Voor wat de primaire vordering betrof ad f 20,000 wegens bemoeiingen ter opheffing van het „Haftbefehl", hierin werd oischer niet ontvankeiyk verklaard, evenals in het daaromtrent aangeboden bewys. De rechtbank overwoog toch hieromtrent dat wat er ook ware van het feit, aat de volmacht door mevr. B. was opgez-gd en hierdoor de voorwaarde van het contract door haar zelf onmogelyk te vervullen was ge worden, in ieder geval, zoo ooit de som kon gevorderd worden, dit nooit by hbt leven van mevr. B. zou kunnen geschieden. Het tweede gedeelte der vordering, gegrond op vergoeding van gedane kosten, enz., we;d eiscber ontzegd, op grom, dat hy in gooreke was gebleven van de door hem by oagvaar- ding gestelde posten het bewys te leveren. Te Delft is bjj den landbouwer P., aan het Zuidöinde aldaar, by een koo een geval van miltvuur geconstateerd. Het dier is door de politie onschadtlyk gemaakt. In Naaldwijk (Z.-H.) hebben zich onder de paarden gevallen van kwaden droes voorgedaan. In tegenstelling met berichten, in sommige bladen voorkomende, wordt aan bet -„U. D." medegedeeld, dat de Hollmdsi he IJzeren- en de Staatsspoorweg-Maatscbappyen hare dienstkoleD, de eerste voor het jaar 1896/97, de laatste voor een aantal jaren, in Westfalen gekocht hebben. Al de grootere stoomboot-maatschappy en te Amsterdam en Rotterdam hebben ook hare contracten voor de levering van Wesifaalsche kolen wederom vernieuwd, en voor een groot getal extra- treinen zyn contracten afgesloten. Aan ue „Zw. Ct." worut medegedeeld dat het opgerichte Hollanasohe consortium nat het Luitsche samendoet en niets anders is dan alleenkooper hier te lande van de gecon- sortiéerde mynen, zoodat ieder by hen ter markt komen moet. En om nu de concur rentie van Engeland en Belgiö te fnuiken, moeten de spoorwegmaatschappyen haar vrach- k HET OPONTHOUD. i) Omtrent bet midden der vorige eeuw werd te A. een man terechtgesteld, wiens treurige, maar niet minder belangryke geschiedenis wy in dit feuilleton verbalen willen. Jan "Willem Van V., van beroep veearts en als zoodanig algemeen voor zeer kundig en bekwaam bekend, was te L., in de naby- heid van A., woonachtig. Sinds korten tyd had hy zyn geliefde vrouw verloren en niet lang daarna werd hem ook zyn beminde eenige dochter door den dood ontrukt. De 6oo plotseling en kort na elkander plaats gehad hebbende sterfgevallen, gevoegd by den nooddrang van huislyke omstandigheden, deden hem besluiten, zyn dorpje L. te ver laten en zich metterwoon binnen A. neder te zetten. Daar er omtrent dien tyd in A.'s omstreken een kwaadaardige ziekte en sterfte onder het vee heerschten, kon het niet missen, of de bekwame Van V. had een uitgebreide praktyk. Hy moest dus dikwyls dagen lang van huis zyn, om zyn patiënten in den omtrek te bezoeken, maar keerde dan ook altyd met een wèlgevulden buidel naar buis terug; want menig boer was er, die naast God aan 's mans kunde en yver alleen het behoud van zyn welgevulden stal met runderen en paarden te danken had en dit ook gaarne erkennen •n beloonen wilde. Eq niettegenstaande een 1300 gelukkige praktyk en zulke ruime ver. diensten, had Van V. meestal niet alleen gebrek aan geld en zat by by menigeeD in diepe schulden, maar was in de volste be- teekenis van het woord soms zelfs zóó arm, dat by niet eens zyn huisheer betalen kon. Van waar dit kwam, was voor hem niet moeiiyk te radeD, die den man meer van naby kende. Van V., schoon in andere opzicb ten een onbesproken, gul menscb, had oogen- blikken, dat hy, gelyk meer andere lieden van zyn beroep, geweldig aan den drank was, en dan, wanneer hy zich een roes gedronken had, er niet op zag om de boeren in de her berg eens lustig ten zynen koste te ont halen. Dezen, die 's mans zwakke zyde kenden, lieten, in plaats van hem daarin tegen te gaan, nooit een gelegenheid onbe proefd, om, zoo het hun doeniyk was, eens voor zyn rekening te drinken; en had Van V. zulk een „losse bui," geiyk zy het noem den, dan moesten ook de verdiensten van vele dagen op één avond er aan. Zoo gebeurde het, dat hy meer dan eens even arm en berooid naar A. terugkeerde, als hy de stad verlaten had. Dit dwaas ge drag van den anderszins hupscben man zou bem echter nog zoo aanmerkelyk niet hebben achteruit gezet, daar het slechts nu en dan, of by gelegenheid van een kermis of paarden markt, plaats had; maar daarby kwam, dat Van V. zyn gekrenkt fortuin door het spelen in de lotery zocht te herstellen. Hy was aan dit kansspel geheel overgegeven en zat zoo danig onder de loteryiuitjes, die hem niet dan op zwaren woeker borgden, dat by by den dood van zyn vrouw al dadeiyk een aanzienlyk gedeelte van haar nog onbezwaarde nalatenschap tot een onderpand aan deze lastige schuldeischers moest afstaan. De man moest dikwerf, gelyk ik zooevon verhaalde, gedurende gebeele dagen om be roepsbezigheden van zyn woonplaats afwezig zyn. Eens, dat by om deze reden van huis was en aan zyn huisheer, tevens zyn hospes, gezegd had misschien in langen tyd niet terug te zullen komen, viel er te L., het dorp, waar hy vroeger gewoond had, de volgende ver schrikkelijke gebeurtenis voor. Het was in den zomer; de avond begon reeds te grauwen, toen opeens uit een buis, in het voorste gedeelte van het dorp alle n staande en door een éónïge, bejaarde weduwe bewoond, eeD vreeselyk moordgegil werd aan geheven. Daar het buis, zooals ik zeide, zeer afgezonderd stond, was bet byzonder toevallig, dat dit angstgeschreeuw door iemand werd opgemerkt; dit had evonwel inderdaad plaats. De hoefsmid van het dorp, die voor zyn deur een pup stond te rooken, benevens twee boeren, die vóór de herberg onder hun gelag zaten, alsmede de onderwyzersvrouw, die van de pastorie terugkwam, waren de eenige menschen, die het vreeselyk gillen boorden en er dadelyk als tegelijk op toeschoten, niet wetende wat er te doen was. Zy vonden, aan bet huis komende, de deur gesloten, terwyi nog een flauw gekerm daar binnen bleef aanhouden. Daar zy de deur niet konden open krygen, besloten *y in hun ver warring deze met geweld open te breker om haar, die binnenshuis was, te hulp j kunnen komen. Reeds waren zy hiermeje bezig, toen er in den zymuur van het huis een raam, dat in den tuin uitzag, plotseling werd opgeschoven. Snel schoten zy op dit geruebt naar den ingang van den tuin, die van den publieken weg, waar zy stondeD, werd afgesloten met een doornen- of beuken haag, welke tevens den zymuur van het huis vorbond met een muur, die, verder op, den tuin aan dezen kant van den straatweg scheidde, alwaar een tamelyk breede sloot de belending eindigde. Vóór deze baag staande, dio misschien een manslengte hoog was, konden zy, daarover heenziende, alles waar- nemen wat in den tuin omging. Zy zagen toeD een manspersoon uit het opgeschoven raam spiingen, die zich daarna in alleiyl door den turn verwydorde. Alle vier meenden den bekenden veearts Van V. in den vluchteling te herkennen, en schoon hy zoo naby hen was, dat zy hem, tot zyn gelaatstrekken toe, zeer duideiyk konden onderscheiden, moesten zy hem echter voor hun oogen zien ontsnappen, daar de hoogte van vermelde haag en muur hun belette, spoedig genoeg er over en in den tuin te klimmen. Zy riepen dus den vluchteling wel achterna, dat zy hem herkend hadden, maar konden ook Diets verder doen. "Welhaast was hy aan giudscbe zyde van den uitgestrek- ten tuin, over heining en sloot, uit hun oog verdwenen. Nu besloot men, daar meD toch de wèlverzekerd gesloten huisdeur, zoo min als den ingang van den tuin, kon opon krygen, dat, om verder tydvoilies te voorkome. de onderwyzersvrouw, door één van de boeren ver gezeld, zich onverwyld tot aangifte van het gebeurde naar het dorp zou begeven, terwyl de smid met den anderen boer voor de i.uis- deur de wacht zouden biyven houden tot het gerecht kwam. Weldra begaf zicb de dorpsschout, vergezeld van den arts, een smidsknech: en een aantal dorpelingen, naar het huis der weduwe. Met behulp van smidsgereedschappen werd de deur opengebroken, en nu ylde men naa* binnen, om, zoo het mogoiyk was, de hulp behoevende nog te redden; men vond akelig scnouwspell de ongelukkige bewoonster van het huis, badende in baar bloed, op den grond neergeveld Zonder zich door iets anders te laten ophouden, trachtte men eerst der ongelukkige hulp te verschaffen. Alle hoop was, dacht meD, nog niet verloren. De deernis waardige lag nog te zieltogen en gaf, schoon flauw, nog eenige teekenen van bewustheid, wat er met haar gebeurd was. Op de vraag, welke haar, toen men be speurde dat zy haar denkvermogen nog machtig was, werd gedaaD, of niet de paarden dokter Van V. de dader van dit feit was, gaf zy, ofschoon reeds sprakeloos, echter met duidelyko oogwenken bet vreeselyk „ja" te kennen. Na gedane schouwing van de wonden verklaarde de aanwezige arts of beter, om in de taal van dien tyd te spreken, heel meester, dat, daar toch de ongelukkige niet te helpen was, al de hulp der kunst aan haar tevergeefs beproefd zou zyn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 5