N°. 11072 Zaterdag; 28 Maart. A°. löbo §eze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven Dit hommer bestaat uit TWEE Bladen. Leiden, 27 Maart. Feuilleton. De Pruisische Luitenant. LEIDSCH DAGBLAD PBJJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 8 maandon. f 1.10. Fr&ricó'per pöst:,1.40. Afzönd'oriyke Nomniers 0.05. PRIJS DER ADVERTENTEÈN Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17 J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor liet incasseeren bulten de stad wordt f 0.05 berekend. Eerste Blad. Door de gebeurtenissen van den joDgsten tyd in de Transvaal werd de belangstelling in ei-} repujoliek onzer stamverwanten weer meer opgewekt. Daarom zal bet velen zeker aangenaam wezen uit achterstaande adver tentie .te vernemen, dat de heer P. M. Van Koetsveld, ambtenaar by de Nederlandsche Zuid-^frikaansche Spoor wog-maatschappy, met verlof: hier te lande, a. 8. Maandagavond in het Nutsgebouw alhier, een voordracht over zjjn verblijf in Zuid-Afrika zal houden. Als men nagaat, dat hy 20 jaren in dat land heeft vertoefd, zal .men gereedeiyk kunnen begry pen, ,dat by heelwat belangryks en merk waardigs gezien, maar nu ook te vertellen heeft., Hy is tevens bereid de noodige inlich tingen te geveu. De „Industrieschool" alhier ontviDg van den heer Q. Knapper Kz,, te Amsterdam, van al de,nieuwste drukken zyner handelsweten- Bchappeiyke werken een exemplaar ten ge schen,ko, waarvoor het bestuur uer school den mil iep gever zyne trkentelykheid heeft betuig J. Mej. A. C. H. Lovius alhier is benoemd tot onxlerwyzeres te Zaandam. Het collegium van het Leidsch Studen tencorps heeft benoemd tot eereleden de heeren G. G. Van der Hoeven, J. C. Kakebeeke, H. DvTjeenk Willink en Job. De Bergb, terwyl de hoeren J. D. De Stoppelaar en C. O. Ph. Creufys tot eereleden der Studentenalmanak commissie werden benoemd. Gedurende de 1ste helft der maand Maart zyn aan het postkantoor alhier bezorgd de volgende brieven, welke, door onbekendheid der geadresseerden, niet besteld konden worden: Engelbregt, Alfen; A. Plezier (2 stuks), Amsterdam A. Koning, Briedé, Dr. F. Schmidt, 's-Gravenhage.; wed. Noë, Kralingen; Kam, C. Cornet, Leiden; E. Carst, Meppel; J. Rietstap,; Ryswyk; J. Schreuder, Utrecht; Prins; C. Jonker, wed. Boon, C. v. Wingerden, C. De Koning Tilly, niet vermeld. Briefkaarten: Lensvelt-Parraentier, M. W. v. logen Schenau, AmsterdamA. P. v. Nefi- hof, 's Gravenhage. Brieven, verzonden geweest naar het bui tenhmd; Leeuwenhorst v. d. Bosch, Brussel; W. Krog,, DenemarkenEschauzier, Nice. iDe „Wereldstryd" van 28 dezer deelt mede dat ook te Bodegrave een afdeeling van de Nat. Christen-geheel onthouders vereeniging is opgelicht. De afdeeliog heet Bodegrave en Omsfreken en het bestuur bestaat uitds. Benqink Bolt, te Zwammerdam, voorzitter; J. Turken burg, penningmeester; Z. J. Ninaber van Eyben, secretaris. In de algemeene vergadering van de Coöperatieve Yleeschhouwery van „Eigen Hulp", te 's Gravenhage, is de rekening goed gekeurd en het dividend vastgesteld op 10J pCt. ;van het verbruik. Door den beer G. Luymes werd hulde gebracht aan het bestuur voor het uitstekend beheer. De Voorzitter der Tweede Kamer, de heer Gleichraan, vtrtrok gisteren met zyne echtgenoote voor eenigen tijd naar het bui tenland, zich allereerst begevende naar Parys. Naar men verneemt, is mr. C. A. Van der Kemp, lid van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, wegens gezondheidsredenen, voor twee maanden naar San Remo vertrokken. De gemeenteraad van Rotterdam hield gistermiddag zitting, welke te kwart over vyven werd verdaagd tot heden, ten einde dan nog te beraadslagen over het voorstel van het dagelyksch bestuur tot het niet over nemen tegen taxatie van de verzameling platen uit de nalatenschap des heeren A. Van Stolk. Voornameiyk bracht men gisteren den tyd door met de beraadslaging over de sluiting van het krankzinnigengesticht en de motie, welke ten doel heeft in die gemeente een doorgangshuis voor dergeiyke patiënten te stichten en zoolang dit er nog niet is, het bestaande krankzinnigengesticht daarvoor te gebruiken. De motie werd krachtig verdedigd door de heeren Smalt, Van Staveren en Booth en even krachtig bestreden door den wethouder Drost en den voorzitter. De voorstellers van de motie gingen van de meening uit, dat een passantenhuis in een gemeente als Rotterdam niet gemist kan worden, omdat er onder de patiënten zyn, die niet direct vervoerbaar zyn, terwyi ook de gemeente jegens de armen verplicht was een dergelyke inrichting te hebben, omdat van bewaking in die gezinnen geen sprake kan zyn. De heer Drost en de voorzitter behandel den uitsluitend de geldquaestie. Elk huis, waar meer dan twee krankzinnigen worden verpleegd, is een gesticht en valt als zoodanig onder de krankzinnigenwet van 1884, die velerlei splitsingen der patiënten voorschrift. Vanzelf krygt men daardoor een kostbare inrichting. De voorstanders der motie wonnen echter het pleit en wel met overgroote meerderheid; met 26 tegen 6 stemmen werd zy aange nomen. Evenmin fortuiniyk was het dagelyksch bestuur by het in stemming komen van het bekende amendement van de commissie voor de strafverordeningen op art. 1 der betreffende verordeningen, waarover de vorige zitting de stemming staakte. Het amendement werd met 19 tegen 13 stemmen aangenomen. Van het verder behandelde verdient nog vermei jing, dat een kapitale schildory van Joseph Israöls zal worden aangekocht voor het museum Boymans uit een legaat van den naamgever van dit museum, dat, met vrucht gebruik bezwaard, thans is vrygekomen. In de vergadering van leden der Ver eeniging voor den Effectenhandel to Amster dam is besloten, Zaterdag 4 April a. s. (den dag vóór de a. s. Paaschdagen) als Beurs- vacantiedag te beschouwen en op dien dag geen noteering te doen opmaken en geen offieiéele pryscourant uit te geven. Daar ook Vrydag 3 April de Beurs gesloten zal zyn, is voor den effectenhandel dua een 4-daagsche vacantie in het verschiet. De „Staatscourant" van 27 dezer bevat de statuten der ysclub „Ijsvermaak zy ons doel", te Oude Wetering, opgericht voor een tydvak van 29 jaren, gerekend van 23 Nov. 1895, en by koninkiyk besluit van 16 Jan. jl. als rechtspersoon erkend. Op de tweede Internationale Kunstten toonstelling te Stuttgart, die sedert drie weken geopend is, zyn in de Nederlandsche afdee ling reeds zes schilderyen verkocht, nl. van Du Chattel, Le Comte, Gabriël, De Haas, Willy Martens en Van der Waay. Tot commissaris van politie te Maastricht is benoemd de heer G. A. Bentz van den Berg, thans inspecteur van politie te 's-Graven- hage. Door het bestunr der Nederlandsche Vereeniging voor locaalspoorwegen en tram wegen is een adres gezonden aan den minis ter van financien, waarin dezen verzocht wordt gunstig te beschikken op het verzoek van het bestuur der Noord-Zuid HollandscheStoom- tramweg-maatschappy HaarlemLeiden tot vermindering van het toltarief voortramweg- ondernemingon en de daarby gevraagde ver mindering in te voeren voor alle tollen, die zich op rykswegen bevinden. Wy vernemen, dat op 15 April a. s. 3 compagnieën infanterie (ruim 200 man en 15 officieren) teNieuwersluis worden gedetacheerd, om daar gedurende de zomermaanden ver biyf te houden. Tot opvolgers van kolonel en mevrouw Oliphant in het bevel over het Leger des Heils in Nederland en België zyn aangewezen commissioner Booth Cliborn en deMarechale. De laatste is een dochter van den „generaal". Hr. Ms. pantserschip „Kortenaer", onder bevel van den kapt.-ter-zee P. Heyning, is te Algiers aangekomen. By den divisie-comman dant, den kapt. ter zee W. J, P. Van Waning, bestond het. voornemen, om met de drie pantserschepen, onder zyn bevel, den 27sten dezer van Algiers te vertrekken, ter aanvaar ding van de terugreis naar Nederland. De état majoor van Hr. Ms. fregat „Koningin Emma der Nederlanden", dat in het begin van Mei uit Oost-Indiö te Nieuwediep wordt verwacht, bestaat uit: kapt. ter zee W. E. Hazenberg (commandant), kapt.-luit. ter-zee H. F. Kouwenberg (1ste officier), luit. ter zee 1ste kl. F. Bauduin, luits. ter zee 2de kl. H. J. Pak, W. Moons, B. Schreuders, W. Bunge en H. O. Van Persyn, off. v. gez. lste kl. J. J. Sterk, off. v. gez. 2de kl. B. Van Utteren, off. v. adm. lste kl. I. Lom baard, adjunct-adm. E. E. O. Vervooren en den off. mach. 2de kl J. F. P. Nuboer. Het stoomschip „Ardjoeno", van Rotter dam naar Batavia, vertrok 26 Maart van Marseille; de „Spaarndam", van Rotterdam naar Nieuw-York, passeerde 26 Maart Praw- lepoint; de „Werkendam" vertrok 26 Maart van Nieuw-York naar Rotterdam. By koninkiyk besluit is benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau, de heer G. J. T. Mes, gemeente-archivaris te Bergen- op Zoom. Benoemd en gecommitteerd om Nederlandsch- Indië op de den 16 Jen Juni a. s. te Buda-Pesth te openen telegraafconferentie te vertegen woordigen, de heer J. J. Perk, referendaris by het departement van koloniën. Benoemd tot referendaris by het departement van justitie, mr. J. Simon van der Aa, thans hoofdcommies by gemeld departement. Benoomd P. Gallas jr. tot burgemeester der gemeente Hellevoetsluis. Met ingang van 1 April a. 8. J. H. Blum te 's Gravenhage benoemd tot schoolopziener in het arrondissement Alkmaar. Met ingang vén 1 Mei a. s. aan Th. G. G. Valette, op zyn verzoek, eervol ontslag ver leend als leeraar aan do Ryks hoogere bur gerschool te Gouda. Mot wyziging van het koninkiyk besluit van 20 Maart jl., het bedrag der verhooging van pensioen, toegekend aan den kolonel, commandant van het corps mariniers, A. H. W. De Gelder, ingevolge artikel 1, c, der wet van 1 April 1875 gebracht van 75 op f 150 'sjaar8. Met ingang van 1 Mei a. s., de eerste luit.- magazynmeester R. Van Solinge, werkzaam by de stapelmagazynen te Delft, bestemd voor den dienst by de magazynen van de artillerie- inrichtingen aan de Hembrug. Benoemd zyn tot rijksontvanger te Eysden (station) J. P. Schippers, thans te Hardenberg; te St -Pieter W. Plinsinga, thans te Noord- welle; te Monnikendam G. D. L. Rink, thans te Hattem; te Ryp P. J. F. L. Baumann, thans te Bellingwolde; te Warnsveld P. E. B. Clant Bindervoet, thans te Duiven; te Eorat D. W. Janssen, thans te Sluis; te Sluis L. Meytrs, thans surnumerair te Amsterdam; te Hattem P. C. Labrfin, surnumerair te Arnhem te Makkinga (residentie Oosterwolde) L. A. Mees, surnumerair te Groningen; te Harden berg G. W. Worst, thans surn. te's-Hertogen- bosch; te Duiven (residentie Westorvoort) P. A. De Klerck, thans surn. te Middelburgte Vries P. Dorhout Mees, thans surnumerair te Groningen; te Bellingwolde J. H. Staal, sur numerair te Zwolle; te Grave C. A. Do Vassy, surnumerair te Rottordam; te Noordwelle F. Adriani, surnumerair te Leeuwarden. Gemeenteraad van Rynsburg. (Zitting van gisteravond.) De opening geschiedt te ruim zes uren in tegenwoordigheid van alle leden. Na lezing en vaststelling der notulen komt allereerst ter tafel de rekening over 1895 van de Commissie voor den grindweg van Katwyk- Binnen tot de drie witte palen onder Oegst- geest. Blykens deze rekening bedraagt voor Rynsburg het aandeel in de kosten van onder- boud ruim 155, voor Katwyk ongeveer f 58. Op de vraag van den heer A. Van den Eykel, wat toch do reden is, dat Rynsburg zooveel meer heeft te betalen dan Katwyk en of in deze regeling geen wyziging, meer overeenkomstig de biliykheid, is te brengen, schetst de Voorzitter de toestanden, waaruit deze regeling geboren is, en noemt de redenen, die tot deze regeling hebben geleid. Zoo be toogde Katwyk, als hebbende een verbindings weg met Leiden via Valkenburg, minder bel mg by den grindweg te hebben dan Rynsburg. Bovendien wyst de Voorzitter er op, dat deze regeling, waarin ook het ge meentebestuur van Rynsburg destyds bewil ligde, ten eeuwigen dage van kracht blyften dus niet kan veranderd worden. De heer Van den Eykel acht na deze laatste mededeeling verdere discussie overbodig. Vervolgens komt ter tafel het Gemeente verslag over 1895, waarin van den landbouw gezegd wordt, dat de algemeene toestand slecht is. Besloten wordt tot publieke verhuring van het tweede leegstaande schoolgebouw en vastgesteld wordt het kohier der Honden belasting tot een bedrag van f 282. Hierna gaat de openbare zitting in een geslotene over ter behandeling van het kohier van den Hoofdelyken Omslag. De gebruikeiyke rondvraag werd vóór deD aanvang der geheime zitting door den Voor zitter niet gedaan. Gemengd Nieuws. Aan de telephoon alhier is onder No. 24 aangesloten de boekhandel van den heer De Vlieger, firma Rensink, Breestraat. By het te Katwyk gehouden prysschieten der scherpschutters van het 2de bataljon 4de regiment infanterie alhier werd de 2de prys gewonnen door den korporaal H. Amons van de 3de compagnie. Gisternacht is by den landbou wer P. Rylaarsdam, te Aarlanderveen, op een allerbrutaalste manier gestolen. Uit het vertrek, onmiddellyk grenzende aan het slaap vertrek, zyn alle kleederen ontvreemd. In dezon tyd, waarin byna iederen nacht wordt ingebroken, kan den landbouwers niet genoeg worden aanbevolen, alle ramen toch goed te sluiten. Ook by dezen diefstal bleek de afsluiting weder onvoldo nde. By den kleederbleeker W. v. u. Helm, aan den Veenweg, gemeente Stompwyk, zyn in den nacht van Woensdag op Donderdag 11. niet minder dan 45 paren wollen sokken en kousen ontvreemd. Enkele paren witte lieten de dieven hangen. Voor den bleeker is dit eene schade van f 50 a f 60. Het is zeer te wenschen, dat het aan de yverige na6po ringen der politie moge gelukken den dader of de daders in handen te krygen. Men meldt uit H i 11 e g o m: D o o r het gunstige weder, dat wy hebben mogen genieten, komen reeds overal de hyacinten te voorschyn. De vroege soorten, zooals ER Homerus, ER Norma, EW Albertine, EB Emilius, EB Orondatus, EW La Neige, ER Maria Cornelia, staan reeds in bloei. Voor zoover het nu reeds te zion is, staan de hyacinten er over 't algemeen zeer goed voor. Als het nu maar niet al te guur worctl Heden roert Maart dan al geducht zyn staart l Na de enkele waarlp 6choone dagen, die we deze week gehad hebben, is er een sterke wind komen opzetten, welke gaandeweg tot een storm aangroeitde 4) „Het zy zoomaar van pure nauwgezetheid dooft by u de frissche, vroolyke moed uit, die de Fransche officieren kenmerkt. Ik geloof, dat, als de schoonste vrouw der wereld den hoogsten prys uitloofde, zoo'n Duitsch model- inensch niet uit zyn gewonen dril zou ge- rakeD. Tot stoute waagstukken zyn deze last dragers der nauwgezetheid nooit te bewegen." Met deze woorden zag zy den jongen officier doordringend, zóó fonkelend aan, dat hom allo bloed in de wangen schoot. Als door e°n toeval raakte haar pink zyn op do tafel li gende hand aan. Dat bracht hem heelemaal van zyn stuk. Bevend van opgewondenheid klonk zyn stem, toen hy uitriep: „Madame, •tel my op de proef l Ik doe, wat u beveelt." Nog eenmaal zag zy hem zóó gloeiend aan, dat hy meende, op haar te moeten toesnellen, om dit vuur door zyn kussen te blusschen, maar toen nam haar gezicht weer een ge wone vriendeiyke uitdrukking aan, en glim lachend zeide zei: „Misschien is het niet eens de moeite waard, u op de proef te stellen. Maar ga nu heen, zet u op uw paard en ryd gehoorzaam naar Weinheim, geiyk het een fatsoenlyken Duitschen officier betaamt. Vaarwell" „Ik mag dus niet meer blyven?" „Neen, ik wil niet, dat u uw geweten door ■een plichtverzuim bezwaart.. Gal" „Maar als ik gaarne alle gevolgen op my neem, om een uur langer in uw gezelschap te kunnen blyven?" „Dat zou zeer dapper van u zyn. Maar het zou u niets baten, want ik heb nu wat te doen. Wy zien elkaar misschien aan tafel weer „Ik zal terugvliegen." „Dus tot weerziens!" Daarmede gaf zy hem de hand, die hy hartstochtelyk kuste. Hierna snelde hy haastig door den tuin naar den stal, sproDg in het zadel van het door den oppasser gereed gehouden paard en reed weg. Een spottende blik der Fran^aise volgde hem, en tusschen heur tanden siste zy: „Domme vlegel, je zult er nog leeiyk inloopen. Geen berisping van je overste zal het je bezorgen, dat je het gewaagd hebt, Amélie Heil een terechtwyzing toe te dienen, maar je officiersrok, je stand zal het je kosten en bovendien eenige maanden logies in een Fransche gevangenis. Waartoe hebben wy anders onze strenge wet tegen de spionnen Daarmede keerde zy naar het huis terug. Na weinig tyd kwam luitenant Kolb op zyn van zweet druipend paard terug. Nauwelyks had hy zyn oppasser de teugels toegeworpen, of hy snelde naar den tuin, naar het terras, overal heen, waar hy hopen kon, madame Heil te ontmoeten. Hy vond haar echter niet en moest dus tot etenstyd geduld hebben. Onder het eten werd het coquetteeren der Frangaise met den jongen luitenant voort gezet, die volstrekt niet bemerkte, dat zy een laag spel met hem speelde. Hoe intiemer zy zich hield, des te begeerlyker, des te ver- leidelyker scheen zy hem toe, en met geweld moest by zich menigmaal dwingen, ook tot de lieve huisvrouw eenige vriendelyke woor den te zeggen, om niet te zeer tegen den goeden toon te zondigen. Laatstgenoemde bevond zich in een zeer pynlyke positie. Zy kende haar zuster te goed, om niet te weten, dat deze in geen geval in staat was, zich met den officier in een lichtzinnig avontuur in te laten, ook indien hy een Adonis ge weest ware. Even vast was zy overtuigd van den afkeer, men zou kunnen zeggen van den haat, dien Amélie tegen alle Duitsche officieren koesterde. Maar waarom was zfi zoo tegemoet komend tegenover dezen luitenant Kolb Lang zamerhand kwam mevrouw Richter de waar heid eenig8zin8 op het spoor, door aan te nemen, dat haar zuster den luitenant verliefd wilde maken, opdat hy zich tot een liefdes verklaring liet vervoeren, in welk geval zy hem dan zou kunnen bespotten. Zy zelve trachtte dus het gesprek telkens zóó te sturen, dat de luitenant geen gelegenheid vond voor een intieme opmerking aan het adres harer zuster. Toen luitenant Kolb na het koffie-uur in de stallen inspectie hield, verzocht zy madame Heil bovendien de zaak niet te ver te dry ven en ook rekening te houden met haar, mevrouw Richters, positie als Duitsche grondeigenares. Zy ontving het korte ant woord: „Maak je niet bezorgd, Gusje; ik weet het gastrecht te eeren. Maar de man zal aan my denken!" Daarmede ging de Franqaise in den tuin en legde het zóó aan, dat zy den van de stallen terugkeerenden officier moest tegenkomen. Mevrouw Richter was door het antwoord harer zuster eenerzyds gerustgesteld, ander- zyds evenwel verontrust, daar zy zich niet kon voorstellen, wat Amélie voornemens was te doen. Byna drie uren lang zag zy noch haar noch den luitenant. Zy vernam alleen, dat zy in het aan den tuin grenzend bosch waren gaan wandelen. Tegen het avondeten kwamen zy terug, beiden met een blos op de wangen, alsof zy in groote opgewonden heid verkeerd hadden. By de thee wilde het onderhoud niet zoo goed vlotten als tot nu toe. Nu reed de wagen van madame Heil voor. Luitenant Kolb hielp haar galant in stappen. De zusters gaven elkaar tot afscheid nogmaals de hand. Daarop riep de Franijaise den luitenant toe, dat zy hem geluk wenschto met de volgende manoeuvre, en voegde er, toen haar zuster den koetsier nog een opdracht gaf, snel, maar zacht by: „Lus om één uur van nacht." De luitenant antwoordde eveneens zacht, maar toch niet zoo voorzichtig als madame Heil: „Om één uur van nacht." Mevrouw Richter had dit verstaan, verraadde zich echter niet, wenkte haar zuster nogmaals toe en de wagen reed weg. Luitenant Kolb betuigde nu de vrouw des huizes zyn dank voor de vriendelyke ont vangst en gaf zyn leedwezen te kennen, niet nog eens den volgenden morgen afscheid te kunnen nemen, maar hy moest om vyf uren te Weinheim zyn en dus reeds om vier uren 's morgens met zyn ulanen vertrekken. Mevrouw Richter wenschte hem goede reis en trok zich in haar kamer terug. Daar ginj zy onrustig op en neer en peinsde: „Wat zou het zyn? Wat heeft Amélie voor? Het is niet onmogeiyk, dat zy hem om één uur '8 nachts een rendez-vous wil gevenAch, dat zal het wel zyn! Zy heeft hem op de een of ander ver afgelegen plaats om één uur 's nachts besteld, om hom daar tever geefs te laten wachten. Dat zal hem ook niet schaden. Het is een heel gezonde straf voor hem, dat hy zich door een coquetterie, die elk maar eenigszins ervaren man zou hebben doorgrond, liet misleiden. Waar zou zy hem besteld hebben? Als het maar niet te dicht by de grens was. Als by verdwaalde en daarby op Fransch grondgebied belandde, zou hy de grootste onaangenaamheden kunnen krygen. De Fransche autoriteiten zyn nameiyk verbitterd sedert de ergeriyke voorvallen met den houtvester Hofmann. Daarby hun be zorgdheid ten aanzien van de grensoefeningen der Duitsche artillerie. Als ik maar te weten kon komen, waar de luitenant heen wil! Misschien kan de koetsier my opheldering geven?" Zy belde en beval, den koetsier Jozef onmiddellyk by haar te zenden. Deze kwam na eenige minuten. „Jozef, is aan de ulanenpaarden de noodige fourage gegeven, die zy hebben mee te nemen?" „Ja, mevrouw. Ik heb elk paard zyn quantum rykeiyk toegemeten." (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1