N*. 11050.
Dinsdag 3IaarL
A 1896
geze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 2 Mairt.
Feuilleton.
Naar Friedrichsruli!
LEIDSCH
DA&BLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden.
Franco per post
Afzonderlijke Nommera
1
1.40.
0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootore
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
De commissie van do Kweekschool voor
Bewaarsehoolhouderessen alhier heeft, na ge
houden examen, ten overstaan van de school
commissie en den burgemeester, de hoofdakte
voor bewaarschoolhouderes uitgereikt aan de
dames Sophie Goedkoop, te Bussum, Trijntje
Cupéri, te Leeuwarden, Alida Boon, te Monni
kendam, Roelofje Lambert, te Leeuwarden,
en Aagje Ingeneeger, te Leiden.
In de morgengodsdienstoefening in de
Pieterskerk alhier herdacht ds. G. Van Her
waarden, predikant by de Ned.-Herv. gem.,
gisteren zijn vijf en-twintig jarige evangelie
bediening. Hjj hield eeno rede naar aanltiding
van Joh. 14 vers 27 (eerste gedeelte). De
talrijke schare zong hem by het eindigen van
den dienst Psalm 134 vers 3 toe.
Uit Delft, de vorige standplaats van ds.
Van Herwaarden, waren eenige belangstellen
den naar hier gekomen, om van deze plechtige
gedachtenisviering getuigen te zijn.
Blijkens achterstaande advertentie is de
lozing van dr. Schaepman in de Leidsche
afdeeling van den Bond van Nederlandsche
onderwijzers uitgesteld tot "Woensdag 11
Maart a. s.
De ledenvergadering der Leidsche Ver
zekeringsmaatschappij tegen invaliditeit en
ongelukken der werklieden was goed bezocht.
De aan de orde zijnde voorwaarden en tarieven
werden besproken en goedgekeurd. In plaats
van den heer J. Van Dam werd als bestuurslid
gekozon do hoer C. ft. Van Ruyven.
Uit de mededeelingen van den voorzitter
bleek dat de nieuwe maatschappij zich in
aller sympathie mag verheugen, daar zy nu
reeds ver over de honderd loden telt en reeds
een bedrag van f 200,000 verzekerd heeft.
Het gebeurt niet dikwijls, dat hier op
Zondag avond komedie wordt gogeven, althans
in den schouwburg aan de Oude Vest. Aan
andere gelegenheden om uit te gaan ontbreekt
het dan ook niet voor zekere rangen in de
maatschappij. Dat niettemin de tegen gister
avond aangekondigde voorstelling in den
schouwburg velen welkom was, toonde de
vrij goede opkomst, behalve die der loge-
bezoekers, en dat nog wel terwijl op het op
tredende gezelschap grootendoels het „onbe
kend maakt onbemind" kon worden toe
gepast, want de koninklijk goedgekeurde
Nederlandsche Tooneelvereeniging van Amster
dam onder directie van den heer L. H.
Chrispyn was hier nog niet op de planken
verschonen.
Ook de keuze van het stuk, „De kleine
Lord", tooneelspel in drie bedrijven, naar het
Eogelsch van F. Hudson Burnett vertaald
door P. Deka, met regie van den directeur
zeiven, had ongetwijfeld tot die belangstelling
medegewerkt, want de vroegere voorstellingen
daarvan door de vereeniging „Het Noderlandsch
Tooneel" hadden oen besten indruk achter
gelaten.
Werden toen de hoofdrollen vervuld door
den heer Frits Bouwmeester en de jonge
juffrouw Stoete, thans waren ze in handen
van den heer Van Kuyk als de oude, brom.
merige, jichtriige graaf Dorincourt en de jonge
juffrouw S. De Boer als zijn kleinzoon Cedric
Eriol, die door zijn lieftalligheid een geheelen
ommekeer in het karakter van zijn grootvader,
die zelfs zijn door hem beminde moeder eerst
niet wilde zien, wist teweeg te brengen.
Al was de heer Van ICuyk geen Bouw
meester, zoo speelde hy zijn rol toch ver
dienstelijk en omtrent de jongejuffrouw De
Boer zullen velen zeer zeker met verwondering
en verbazing vervuld zyn geworden, dat een
jong kind reeds zulk een omvangrijke rol als
de hare kon vervullen, en wel op eene wijze
zooals zy dit deed; immers, zy toonde meestal
zoo duidelijk dat wat zij zeide ook begreep.
Byna den geheelen avond was zij op de planken
en boeide zy de aandacht van het publiek,
dat bij herhaling van zijne tevredenheid blyk
gaf en waaronder ook de jeugd vertegenwoor
digd was, welke eveneens dikwijls hare tevre
denheid ten opzichte van de kleine actrice
deed merken.
De overige optredenden vervulden hunne
rollen insgelijks op bevredigende wyze, van
wie we o a. noemen mej. Mulder als de
liefhebbende moeder van den tot lord ver
heven jeugdigen Cedric Errol; mevrouw De
Boer Yan Ryk in bet eerste bedrijf bij
mevr. Errol als zy het spelen van den kleine
buiten gadeslaan; den heer Chrispijn, die als
de gemoedelijke advocaat Havisham voor de
rechten der miskende weduwe van des ouden
graven zoon in de bres springt, en den heer
Van Westerhoven, die als kruidenier tot het
welslagen van het geheel ook goed mede
werkte.
Het gezelschap heeft een gunstigen indruk
gemaakt en het zou niet te verwonderen zyn,
als, na deze kennismaking, by een weder
optreden er van, de schouwburg nog beter
zou bezet z\jn.
De uitslag der gehouden aanbesteding
door de firma Jan Zuurdeeg Zoon, onder
beheer van den architect den heer W. F. Van
der Heyden, wegens het maken van een
ketelhuis met bemetseling van twee stoom
ketels en daarmede in verband staande wer
ken, is dat waren ingekomen 5 biljetten, van
d9 volgende heeren: J. De Kier, te Leiden,
ƒ5300, W. Splinter, alhier, ƒ5276, D. Koore
man, alhier, ƒ4990, A. Smittenaar, te Leider
dorp, 4555, en W. Van der Hoogt, te Leiden,
ƒ4551.
Het werk U gegund aan den laagsten
inschryver.
Voor het examen nuttige handwerken
zyn gesLagd de dames: M. W. H. Ten Holdeu
en M J. A. Aewerdonk, uit Leiden; C. Dülle-
mans, uit Zoeterwoude.
Geslaagd is voor de 2de kl. der R. N. S.
T. J. Gerth Van Wijk, leerling van het
Instituut „Wullings" te Voorschoten.
Men schryft onsDe afdeeling van „Patri
monium" te Oude Wetering vierde haar 10de
jaarfeest. Als spreker trad voor haar op dr.
Kimmel, met het onderwerp: „De natuur
kunde van den mensek."
Op populaire wijze deelde hy mede: de
voeding, spysvertering, bloedvorming, adem
haling en werking dier organen, waardoor
de mensch leeft en ontwikkelt. Met het oog
op den tyd, die voor deze lezing beschikbaar
was, kon spreker de werking van de zuur-,
kool-, water- en stikstof en koolzuur op het
menschelyk lichaam niet volledig uitwerken,
om het den hoorders gemakkelyk te doen
begrypen.
Het nafeest werd recht huishoudelyk en
aangenaam gevierd.
Begin en einde gingen by „Patrimonium"
met gebed en dankzegging gepaard, in haar
gewone vergaderlokaal.
De bond van besturen en onderwyzers van
Chr. Scholen „Oude-Wetering en Omstreken"
vergaderde in het Gerof. Kerkgebouw te Lei-
muiden. De vergadering was goed bezocht
en werd door ds. Van der Voet met gebed
geopend. Sprekers waren de heeren Pranger,
onderwyzer, en Bontje, hoofd der Chr. school
te Oude-Wetering. De eerste behandelde het
ondorwerp: „De Chr. school en het godsd.
onderwys" de heer Bontje: „De Chr. school
een eisch Gods".
Aandachtig aangehoord, werd uiteengezet
wie van dat onderwys gebruik moeten maken
en wie niet, en verband gebracht tusschen
huisgezin, school en catechisatie, om ten slotte
tot aansluiting by den Chr. Schoolbond aan
te sporen.
Op uitnoodiging van het bestuur der Chr.
school te Oude Wetering, zal de heer Boon,
van Wilnis, Donderdag avond optreden in het
Geref. Kerkgebouw, met eene rede tot opwek
king voor Chr. onderwys.
In het Raadsverslag van Woubrugge
moest nog vermeld worden dat ook het voor
stel van B. en Ws. in zake het verzoek van
dr. Van Deventer door den Raad zonder
hoofdelijke stemming word goedgekeurd.
Gedurende de maand Februari werd ten
postkantore te Warmond in de Rykspost-
spaarbank ingelegd ƒ2569, verdeeld over 93
inlagen. Terugbetaald werd er 1195, verdeeld
over 17 terugbetalingen.
Van af 1 Januari werden 40 nieuwe spaar
bankboekjes afgegeven; in 't geheel zyn er
thans 683 boekjes te Warmond in omloop.
Aan het Rykstelephoonkantoor te Warmond
werden gedurende de maand Februari wederom
49 telegrammen behandeld.
Van af den dag der oprichting van genoemd
kantoor, d. i. 17 October jl., is nog nooit
storing op den draad Warmond-Noordwyk
waargenomen.
Door dykgraaf en hoogheemraden van
Rynland zyn aanbesteed:
I. Het eenjarig onderhoud van sluizen,
bruggen, enz. in 9 perceelen.
Gegund werden de navolgende werken aan
de na te noemen inschry vers, voor de sommen
achter hunne namen vermeld, t. w.:
lste perceel. Gouwe sluis en wachters-
woning, Ph. Stopper, te Alfen, 195;
2de perceel. Zwi.tersluis in den Weipoort-
schen Vliet, A. Verver, te Leiderdorp, 42;
3de perceel. 's-Molenaarsbrug en woning,
C. Pannevis, te Oudshoorn, ƒ930;
4de perceel. Zwammerdamsche brug en
woning, W. Boot, te Zwammerdam, ƒ159;
5de perceel. Bruggen over een sluisje naast
het kanaal te Alfen, C. Pannevis, te Ouds-
hporn, 44;
6de perceel. Gebouw voor waarnemingen
te Oude Wetering en telegraaflijn tusschen
Oude-Wttering en Roelof-Arendsveen, C. Zoet,
te Oude-Wetering, 156;
7de perceel. Sluizen in de Room- en Meer-
burgerwatering, A. Verver, te Leiderdorp, 41
8ste perceel. Bruggen over de Leidsche
Vaart by Rynsaterwoude en Langeraar, G.
Reyneveld, te Rynsaterwoude, 50;
9do perceel. Brug over den Ryn tusschen
Alfen en Aarlanderveen, C. Pannevis, te Ouds
hoorn, 155.
II. Levering van houtwaren in 5 perceelen
lste perceel. A. Van Dam, te Nederlang-
broek, 953
2de perceel. J. Dekker Jzn., te Westzaan,
ƒ503 91;
3-.0 perceel. C. Van der Torren Jzn., te
Waddingsveen, 73.75;
4de perceel. Dezelfde, ƒ808;
5de perceel. L. Eindhoven, te Zwolle, 428.80.
III. Levering van dyk- en wegmaterialen
en metselsteen in 7 perceelen:
lste perceel. Van Koppenhagen Co.,
Utrecht, ƒ488.40;
2de perceel. H. W. De Vries, te Haarlem-
merliede, ƒ748;
3de perceel. Niet gegund.
4de perceel. F. J. Swots, to Hardingsveld,
222.50;
5de perceel. P. Van Vliet Wzn., te Leiden,
ƒ139;
6de perceel. Van Koppenhagen Co
Utrecht, ƒ161;
7de perceel. G. Jonkman, te Leimuiden,
ƒ133.90.
De wis- en natuurkundige afdeeling van
de Koninklijke Academie van Wetenschappen
vergaderde onder voorzitterschap van prof.
Van de Sande Bakhuyzen, die aan hot begin
der vergadering eenige belangrijke mededee
lingen deed, o. a. van de ontvangst van eene
merkwaardige zending wolken-phofograpbieën,
in de tropen opgenomen, welke photo's ter
circulatie onder de loden gegeven worden.
Van het departement van justitie is een
schryven ingekomen, waariy instemming be
tuigd wordt met het plan van het bestuur, om
de commissie uit het instituut, benoemd in zake
de gehoorigheid in de gevangenissen, in directe
verbinding met den minister te doen treden
Het ministerie van binnenlandsche zaktn
vraagt by missive advies aan de academie in
zake het volgende:
Curatoren van de Leidsche universiteit vragen
verlof om in het natuurkundig laboratorium
samengeperst gas en door samenpersing
vloeibaar gemaakt gas te mogen gebruiken
Dit verzoek is ingevolge de wet van 2 Juni
1895 aan B. en Ws. van Leiden ter inzage ge
zonden, welk college belangryke bezwaren
opperde tegen de inwilliging. Op deze bezwaren
antwoordt de hoogleeraar directeur in een nota
aan H. M. de Koningin-Regentes.
De minister van binnenlandsche zaken vraagt
thans aan de academie of zy het verzoek voor
inwilliging vatbaar acht, en zoo niet, welke be
perkende bepalingen men zou moeten vast
stellen.
De voorzitter stelde voor, de zaak in handen
eener commissie te stellen, welk voorstel
aangenomen werd.
D.rn leden Van der Waals, Lely, Korteweg
en Hoogowerff verzocht de voorzitter, de
commissie te willen vormen. De vier heeren
verklaarden zich onmiddeliyk bereid, nadat de
voorzitter er nog op gewezen had, dat het
uit te brengen advies niet alleei voor dit
byzonder geval, maar ook principiëel van
belang is.
Nadat alle ingekomen stukken afgehan el 1
waren, nam prof. W. F. R. Suringar (van
Leiden) het woord naar aanleiding van een
uit het eiland St.-Martin ontvangen collectie
melocacti communes.
Omtrent de ontvangen exemplaren moest
spr. tot zyn leedwezen meedeelen, dat zy alle
stervende zyn, en zyn hoop eenige er van
opnieuw te zien bloeien, dus ydel gebleken is.
Toch waren zy by aankomst gelukkig nog
in een toestand om gephotographeerd en be
studeerd te worden. Spr. deelde hieromtrent
het een en ander mede.
Vervolgens deden nog eenige andere leden
korte mededeelingen van wetenschappelyken
aard en ten slotte nam prof. Oudemans, van
Amsterdam, het woord, ten einde der verga
dering mede te deelen, dat het voor het laatst
is, dat hy de functie van secretaris vervult.
Spr. heeft wegens zyn bereikten zeventig
jarigen ouderdom zyn ambt van hoogleeraar
moeten neerleggen en heeft besloten Amster
dam metterwoon te verlaten. Hy wordt dus
vanzelf van werkend lid rustend, zoodat de
afdeeling een nieuwen secretaris zal moeten
benoemen.
De voorzitter betreurde het, dat de heer
Oudemans zyne functie zal moeten neerleg
gen. Men is echter genoodzaakt er zich by
neer te leggen en spr. zal de heeren byeen-
roepen tot het doen van eene keuzo.
Een goede bekende in den Nederland-
schen boekhandel vierde gisteren feest: de
heer H. A. M. Roelants, te Schiedam, her
dacht zyn 50 jarige werkzaamheid als boek
handelaar en uitgever.
In 1827 te Schiedam geboren, kwam hy
op 12 jarigen leeftijd by een boekhandelaar
in de leer; toen hy negentien jaar was, be
gon hy een eigen zaak. Zeer bescheiden moest
hy beginnen, alleen als boekhandelaar, maar
al na drie jaar mocht hy den winkel in een
hem t09behoorend huis overbrengen, en kor
ten tyd dairna richtte hy een drukkery op,
welke hy door rustelooze werkzaamheid en
door een buitengewoon succes als "uitgever
tot eene hoogte heeft gebracht, als waarop
maar weinige inrichtingen zich thans kunnen
beroemen.
De drukkery, hoe klein begonnen, is er
eene van grooton omvang en die veel wel
vaart brengt in Schiedam, waar de eigenaar,
sedert tal van jtren lid van den Raad, in
zeer hoog aanzien staat.
Benoemd is tot leeraar in wiskunde en
lynteekenen aan de H. B. School en Burger
avondschool, tevens directeur van laatstge-
melde inrichting te Gorkum, de heer F. J.
Vaes, als zoodanig tydeiyk werkzaam.
Keulens botoekenis als oude historische
stad in het licht stellend, besprak hij den
lanqzamen achteruitgang gedurende deFran-
Bche heerschappij en het herleven onder
Pruisena leiding, met name na de slechting
der wallen. Oberbürgomeister Becker kon
hier de opmerking maken, dat Keulen juist
aan den vorst do ontmanteling voor een goed
deel te danken had. Do vorst gaf daarop als
zijn meening te kennen, dat bij een tegen
stander was van vestingen in dien zin, dat
zij licht te veel weermiddelen op één punt
concentreerden. Keulen had met de Rijnlanden
de lasten dor grensverdediging lang moeten
dragen. Nu was door het resultaat van den
oorlog van 1870 deze verdedigingsgordel meer
naar het westen verschoven. In de laatste
300 jiar, zeide Bismarck, hebben wjj telkens
aanvallen van onze naburen moeten ver
duren, en de oorlog van 1870 heeft er toe
moeten leiden, de beide provincies Elzas-
Lotharingen tot beveiliging der grens te
nemen. Of de bevolking zich direct heeft
kunnen verzoenen met de veranderde ver-
houdingen, was naast deze politieke nood
zakelijkheid der annexatie van minder belang.
De Franschen hebben in het begin dezer eeuw
er verd.diging van Hamburg meedoogonloos
de in het verdedigingsdistrict liggende huizen
rornield, zonder te vragen, wat de eigenaars
er van zouden zeggen. Op ons bezoek terug
komend, zeide de vorst, dat het hem ver
heugde, in de hem te beurt vallende groote
eer ook de meening van Keulen te her
kennen, dat het met de nieuwe toestanden
tevreden is.
Onder de toespraak bracht de vorst de
hand schynbaar onwillekeurig herhaaldeiyk
aan de pyniyke plaats in het gezicht. Zyn
houding evenwel verraadde geen vermoeid
heid. Een hem door zijn schoonzoon toe
geschoven stoel gebruikte hy gedurende onze
aanwezigheid eenige oogenblikken om er op
te leunen; by zyn toespraak echter bleef hy
vry staan. De beker werd daarop in alle
byzonderheden bekeken en bewonderd, waarby
het stadswapen nog tot enkele opmerkingen
aanleiding gaf. Ook de lederen mappe, waarin
het adres was gelegd, vond de waardeering
van den vorst. Het adres zelf nam de vorst
eveneens met groote belangstelling in ont
vangst.
Daarop verzocht de vorst zyn dochter den
Oberbürgemei8ter naar tafel te geleiden; wy,
overigen, volgden en namen in het midden
van de voor 18 couverts gedekte tafel plaats.
Het bloemgeschenk der stad Keulen, een op
een lauwerkrans gebouwde, ongeveer 50 centi
meter hooge kroon van gele rozen, was het
middelpunt der tafel. Een ryk koud ontbyt
gaf stof tot geanimeerde tafelgesprekken,
waaraan de beminnelyke gemalin van graaf
Wilhelm Bismarck met name levendig deel
nam. De Brunswyksche en Lüneburger depu
tatie was inmiddels door den vorst ontvangen.
Na korten tyd verscheen de vorst, nam naast
den Oberbürgomeister plaats en nam terstond
levendig aan het onderhoud deel; het sprak
vanzelf, dat hy, als hy sprak, een aandachtig
luisterend auditorium vond. Hy bracht zyn
laatste bezoek aan Keulen ter sprake, waar
hy by het uitrukken ten oorlog aan het sta
tion getuige was geweest van de groote
geestdrift van het volk.
Daarna sprak hy van den wynbouw in de
Rynlanden en merkte op, dat in alle wyn-
verbouwende landen de producent over 't ge
heel zelf weinig verteert; alleen de Ryn
maakt een uitzondering, daar gunt de wyu-
boer zich zyn dronk. De Zwaben, vervolgde
Bismarck, gaan zelfs zoo ver, dat zy niets uit
voeren en hun product zelf verbruiken. By
het vertrek van Keulen was ons door de
beide firma's Leiden en Mumm medegedeeld,
dat zy tot vulliDg van den beker byzonder
edelen en ouden Rynwyn naar Friedrichsruh
gezonden hadden. Toen nu de vorst zelf het
edele nat in den fonkelenden beker goot en,
over den grooten inhoud van den beker zich
verwonderend, den wyn onderzoekend onder
den neus hield, klaarde het vriendelyk gezicht
op, en opstaande (wy volgden allen zyn voor
beeld), bracht hy op geestige wyze een toost
op de stad Keulen uit, terwyi hy de mede
verschenen Brunswyksche deputatie vriende
lyk in den toost als gemeenschappeiyke Noord-
Duitsche stambroeders bedacht. De heerlyke
wyn smaakte hem uitstekend, en op zyn
verzoek deed de beker de ronde, om door
hem weer nieuw gevuld den terugweg om
de geheele tafel opnieuw te maken. Of de
stemming er toe meewerkte, of hoe het kwam
van den tic douloureux (zooals do vorst de
pyn noemde) was later niets meer te be-
morkon.
Kort daarna werd hem zyn lange pyp ge
bracht en met den lucifer van Bismarcksch
kaliber (ongeveer 1 cM. breed) word het rook-
offer aangestoken. Onder zware rookwolken
praatte de vorst nog wat, tot ook eonigo
gasten als deputatie van Laoenburg en Mëlln
hun toespraak tot hem richtten en als ant
woord van den vorst een geestige beschou
wing over verdraagzaamheid van buren ont
vingen. Met nauwe buren, die iemand op de
tafel kyken, zeide Bismarck, in vrede te leveD,
is een veel grootere verdienste dan met verre
vrienden. Met de Keulenaars in conflict te
komen, is byna niet mogeiyk. Het feit, dat
onmiddeliyke buren vrede houden, en dat
hy nu, behalve als buur, ook nog van rechts
wege tot hen behoorde, was hem een kost
baar bewustzyn. Hierna namen wy afscheid,
en by den afscheidsgroet van mijn bemin
nelyke tafeldame vond ik gelegenheid te
zeggeD, dat een Keulsche jonge dame nog
met een ruiker aan de deur stond en zich
gelukkig zou achten, als zy den vorst haar
hulde kon brengen. Zoo kwam het, dat door
tu88chenkomst van de dames Von Rantzau
en Von Bismarck de Keulsche jonge dame
en haar vriendin uit Bremen door den vorst
ontvangen en haar bloemen kwyt werden, en
wel tegen een pand, dat honderden haar
zouden benyden. De vorst kuste beide dames
op de wangen. Mot dit geïmproviseerd slot
effect trokken wy, vol aangename herinne
ringen, naar het park, bespraken de ontvangst
en zonden de telegrammen over een heerlijk
doorgebrachten dag de wereld in. De vroolyke
stemming over de ontmoeting duurde nog
voort, toen wy op Alsterlust ons avondet n
gebruikten, vóór ons do door de ondergaande
zon heeriyk beschenen watervlakte, waarop
zeilbooten en zwanen voortgleden.
Het hoofd onzer deputatie moest des avonds
nog, wegens gewichtige stedelijke aangelegen
heden, naar huis. Een ander lid der deputatie
ging naar Beriyn, naar de vergadering van
geneeskundigen, maar kwam in Kiel weer
by ons, om hot Noord Oostzeekanaal mode
te bezichtigen. "Wy tweeën, die overbleven,
met de dames, gebruikten den volgenden dag
met Hamburgs haven door te varen, het uit
stekende museum voor kunstoyverheid en
dat voor natuurlyke historie te bezichtigen.
De rangschikking in bet laatste is zeer indruk
wekkend by het binnentreden. Het geheele
gebouw is een groote ruimte met verschil
lende galerijen. Maar hoe schoon de eerste
indruk dezer regeling ook is, toch springen
de nadoelen er van spoedig in het oog. Eer
stens de groote ruimtevorkwisting en in do
tweede ^plaats de afbreuk, welke de geëxpo
seerde, op zichzelf reusachtige voorwerpen
(geraamten van walvisschen en dergeiyken)
door de groote afmetingen van het gebouw
lydon. De op zichzelf merkwaardige reuzon-
dieren verliezen zich in de ruimte. Ook moet
de verwarming groote moeilykbeden opleveren.
(Slot volgt.)