"N°71ÏÖ31 Maandajr ÏO Februari. A° 1896. §eze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven Dit nomnier bestaat uit DRIE Bladen. F" euilleton. In de val geloopen. LEIDSCH DAG-BLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden Franco per post Afzonderlijke Nommers f 1.10. I. 1-40. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIES Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten do stad wordt 0.05 berekend. Eerste Blad. Leiden, 8 Februari. In de fisteravond gehouden maandelyksche vergadering van de Maatschappij van Neder- landsche Letterkunde te Leiden is het voor stel van het bestuur aangenomen, om aan de algemeens vergadering voor te stellen 100 te schenken aan het Zuid Afrlkaansche Taal fonds. Het adres, dat door dr. H. G. Hagen alhier naar de Synode der Ned.-Herv. Kerk is opgezonden, om van haar maatregelen te verkrijgen tot het doen erkennen van de rechten der minderheden, droeg ongeveer 500 handteekeningen. Wederom zijn door den burgemeester, als hoofd der gemeente-politie, vijf agenten 3de klasse tot de 2de klasse (brigadier) be vorderd. Aangenomen is het beroep naar de Ned.- Herv. gemeente te Waarder door ds. J. Boer Knottnerus, predikant te Roon. 15 Februari a. s. zal het veertig jiren geleden zijn, dat het college van Hoofdinge landen van den Haarleramermeerpolder voor het eerst heeft vergaderd. Dijkgraaf en Heem raden hebben besloten dezen dag te herdenken door het houden van een maaltijd met het bestuur, waartoe alle Hoofdingelanden zijn uitgenoodigd. De heer H. Van Wickevoort Crommelin is het eenige nog overgebleven bestuurslid, dat in 1856 in het college van Hoofdingelanden zittiDg heeft genomen. Men is voornemens gonoemden heer een bewijs van erkentelijkheid te schenken voor al, wat hjj rn het belang van den polder gedaan heeft. De luitenant ter zee lste kl. jhr. Van der Staal, adjudant van H. M. de Koningin, belast met het bevel over het naar Oost- Indië vertr kkende oorlogsvaartuig rNias", verliet hedennamiddag de residentie, om aan boord van dien bodem te worden geplaatst. Vóór zijn vertrek werd de commandant door H. M. de Koningin-Regentes in afscheids- audiöntie ontvangen. Het dagelijksch bestuur van het „Neder- lands?h Landbouwcoo itó" zal in de volgende week in Den Haag vergaderen ter beraad slaging over de by de Tweede Kamer inge diende suikerregeling. Het bericht omtrent den toestand van den heer Fransen van de Putte luidt heden ochtend: „Nacht onrustig. Toestand onver anderd." B. en Ws. van 's-Gravenhage hebben den gemeenteraad voorgesteld, afwijzend te be schikken op het adres van W. G. M. Hofman, aldaar, houdende verzoek om wijziging van de verordening, regelende het bedrag en de grondslagen van het haven- en liggeld in die gemeente, in dier voege, dat deze geen financiöel bezwaar oplevert tegen de oprich tiDg van een stoombootoienst tot het ver voer van passagiers en lichte goederen, voor- loopig tusschen Den Haag en Delft vice-versa. Tot wethouder der gemeente Vleuten in de plaats van wijlen den heer S. P. W. H. Van Byievelt is benoemd de heer A. Van Oostrom. De Raad der gemeente Ooststellingwerf besloot in zijn Donderdag gehouden vergade ring een buitengewoon rijkssubsidie van 5000 aan te vragen in de kosten van het onderwijs en een tegemoetkoming van ƒ13,500 in de kosten der gemeentehuishouding. Bij koninklijk besluit z(jn eervol ontsla gen, op hun verzoek: D. De Vries, als kanton- rechter-plaatsvervanger in het kanton Dokkum mr. R. C. E. G. J. baron Snouckaert van Schauburg, als id. in het kanton Haarlem mermeer, en H. M. Van Maaren, als id. in het kanton Oorschot. De detacbeeringstermyn van den by konink lijk besluit van 17 Maart 1S93 by de land macht in West-Inóió gedetacheerden eersten luit. der art. P. J. Van der Meer, verlengd met negen maanden en alzoo nader bepaald op drie jaren en negen maanden. Met ingang van 1 Juni a. s. aan C. Smitt Hmz., op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als directeur van het postkantoor te Amers foort. De heer J. N. A. C. Scheepens, ryksveearts, benoemd en aangesteld tot paardenarts 2do klasse by het personeel van den geneeskun- oigen dienst van het leger in Nederlandsch- Indië. Het stoomschip „Gelderland", van Java naar Rotterdam, arriveerde 7 Febr. te Suez; de „Merapi", van Rotterdam naar Java, pas seerde 7 Febr. Kaap Carvoeiro; de „Prins Hendrik" vertrok 8 Febr. van Amsterdam naar Batavia; de Admiral" arriveerde 6 Febr. van Hamburg en Amsterdam te Tanga de „Werk-ndam" arriveerde 7 Febr. v.-.n Nieuw-York to Amsterdam; de „Edam", van Rotterdam naar Nieuw York, passeerde 7 Febr. Scilly. Buitenlandsche hoogleeraren. Nadat prof. Snellen te Utrecht gisteren by de opening van zyn college oen pas vertrok ken professor Von Eiselsberg had herdacht, roerde hy ook de quaestie aan of het benoe men van buitenlanders tot hoogleeraar aan eene Nederlandsche universiteit al dan niet aanbeveling verdient. Als overwegend bezwaar daartegen heeft men op den voorgrond gesteld, dat zich vaak bet geval voordoet, dat een buitenlandsch ge leerde, hier tot boogleeraar benoemd, na eenigen tyd weer naar het buitenland ver trekt, gelijk ook nu met prof. Von Eiselsberg is geschied. „De medische faculteit", aldus zeide pro fessor Snellen, „betreurt het heengaan van professor Von Eiselsberg ten zeerste, maar zyn vertrek doet bet haar niet berouwen, dat zij hem, een buitenlander, indcrtyd voor esn leerstoel aan deze universiteit heeft voor gedragen, want zy is dankbaar voor het vele goede, dat professor Von Eiselsberg heeft verricht. „Natuurlyk zal er nu een opvolger van den vertrokken hoogleeraar worden ben urad, en by de aanbeveling zal de faculteit -eierom niet te rade gaan met de vr.t .g, wuike Neder lander een leerstoel toekomt, maar daaren tegen zich alleen afvragen welke benoeming, hetzy dan van een Nederlander, betzy van een buitenlander, het meest zal zyn in het belang der hoogeschool." {U. D.) Gemengd Nieuws. Het „Cafó du Théatre" aan de Oude Vest is in andere handen overgegaan en by die gelegenheid zyn er vele verbete ringen aangebracht. De koffie- en biljartkamer zelve is opnieuw behangen, van een nieuwen vloer voorzien en verder gerestaureerd zooals dit noodig werd geacht, wat ook het geval is met den wintertuin, waar de goed onder handen genomen kurkschors-wanden van een menigte nieuwe planton zyn voorzien en er ook ruim twintig opgezette vogels van allerlei soort zyn bevestigd, welk een en ander in deze omgeving niet onaardig staat en waarop Minerva en Hebe, in beelden vertegenwoordigd, uit de hoogte neerzien. Er blykt uit, dat do tegenwoordige onder nemer, de heer J. C. Scho nmaker, alles wil doen om het zyn bezoekers aangenaam en gezellig te maken en o. a. door het aan brengen eener nieuwe bierlbiding voor goede consumptie zorgen zal. Een 30-jarige steendrukkers- knecht, gedurende eenige jaren by zyn patroon werkzaam en ook belast met enkele huis- houdeiyke bezigheden, kon, toen hy op de kamer van een inwonend heer iets te doen had, den lost niet bedwingen om een stel gouden manchetknoopen weg te Demen, het welk hy verkocht. Kort daarop weder op die kamer moetende zyn, nam hy andermaal een zelfde stel weg, hetgeen hy ook verkocht. Daarna volgde aangifte by do politie; waarby bleek dat de verkochte knoopen reocs by den opkooper in den smeltkroes verdwenen waren. Het 1 0 j a r i g m e i s j e A. v. d. G., te Koudekerk, had Woensdagmiddag het ongeluk in een vry breedo sloot te geraken. De gemeente-veldwachter M. De Jongb, die op eenigen afstand haar hulpgeroep hoorde, begaf zich gekleed te water en mocht het genoegen smaken haar van een wissen dood te redden. Het getal verrichte vaccina tiën over hot afgeloopen jaar in de gemeente Ter Aar heeft bedragen 68, naar den leeltyd vau 13 jaren 12, van 3 6 jaren 52 en van 6—12 jaren 4. Reeds hyacinten. —Te Noord wyk kan men by den heer P. De Groot Jacz., bloemkweeker en buitenlandsche hanoelaar al aar, nu reeds een byzonder fraaie ver zameling bloeiende hyacinten bewonderen, in een verscheidenheid van 130 stuks, alle in potten gebroeid. Dit werk vereischt vele en nauwkeurige zorgen. Men meldt uit Haarlemmermeer O. Z.: Tot groot ongerief voor vele inwoners in het Noordeiyk ded onzer gemeente, kun nen de gemeente Haarlem en het polder bestuur van Haarlemmermeer bet maar niet eens worden over het aandt el, dat ieder dezer beide partyen by te drag n heeft voor den bouw eener nieuwe brug over ie ring vaart by de Fuikvaart, onder Haarlem. De kosten worden geraamd op ongeveer 17,000. Nu heeft het gemeentebestuur van Haarlem aangeboden de helft dezer som te betalen, als het polderbestuur van Haarlemmermeer de andere helft voor zyne rekening neemt. De andere party meent, als minder belang hebbende, met het betalen van een derde der som voormeld te kunnen volstaan. Het is natuurlyk moeilyk te constateeren, voor welke som ie er der partyen aansprakeiyk dient te zyn, ovoreenkomstig het belang, dat ze beiden by de nieuwe brug hebben. Daar de gemeente H. tot dusverre voet by stuk houdt en het behoud der brug op de genoemde plaats ontegenzegiyk van groot belang is voor de Haarlemmers, hebben dezen zich onder leiding vari de Haarlemscbe Handelsvereniging op gemaakt, om door middtl eener vrywillige inschryving het quaestieuze '/6 gedeelte der som, benoodigd voor den bouw der brug, uit het midcen der burgery byeen te brengen en ter beschikking te stellen van het gemeente bestuur. Circa ƒ3000 is daartoe noodig. De deel neming aan dtze inscbry ving liet de vorige week nog wel iets te wenschen over. Misschien komt er binnenkort moer in. De gelegenheid is tot 10 Februari opengesteld. Het is. te wenschen. dat deze zaak spoedig in orde kome. Het verkeer per rytuig geschiedt thans met behulp van een pont. Somtyds moot men wel een half uur of langer wachten om geholpen te worden. Do oude brug wordt nog gebruikt voor voetgangers. Het „Haagsche Dagbla tij' deelt mede, dat H. M. de Koningin Regentes in lichtingen heeft doen inwinnen omtrent het ongeval in de Ryklof Van Goensstraat te 's Gravenhage, waarop de metselaar Vos om het leven kwam, ahook omtrent den toestand van de achtergebleven betrekkingen van dezen ongelukkige. Te Haarlem stond Donderdag voor de rechtbank terecht een jager, die op een eendenjacht in den Haarlemmerraeerpolder een tamme eend voor een wilde had aangezien en het dier by geluk of ongeluk had dood geschoten. De eigenaar van de eend eischte schadevergoeding, eerst 50 en later zelfs 75. Het O. M. vond dat bedrag wel v at hoog, maar aangozien de aangeklaagde zich schuluig had gemaakt aan diefstal, uoor de eend onder zich te houden, werd jegens hem een boete van 15 of 7 dagen suosioiair geëischt. Mr. Van Gigcb, uit Amsterdam, vroeg echter het bewys of de eend tot het tamme of wilde of verwilderde geslacht behoorde, en of ao aanklager wel de eigenaar is.-Hy achtte dit niet bewezen en concludeerde daarop tot vryspraak. Gistermorgen wilde te Buik sloot een man uit Ransdorp, die te laat was gekomen, op de juist afvarende Purmerender boot springen. Hy nam zyn sprong te kort, viel in het water en werd een half uur later als lyk opgehaald. Dat de onderlinge veeverzeke- ring te Loosdrecht guostig blyft werken, blykt uit de volgende cyfers. Op 31 December 1895 bedroeg het aantal deelnemers 35, dat der verzekerde dieren 356 voor een gezamenlyk bedrag van 40.920. By vonnis van den krjjgsraad in het 3de militaire arrondissement, stand plaats Arnhem, is J. D., oud 27 jaren, geboren te Vleuten, dienende als soldaat by de k lo niale reserve, schuldig verklaard aan desertie in tyd van vrede, door zonder verlof langer dan twee dagen afwezig te zyn van zyn corps, zonder de reden zyner afwezigheid ten ge noegen des rechters te bewyzen, gepleegd van de wacht en met medeneming van militaire kleedingstukken boven de tenue van d< n dag, en te dier zake veroordeeld tot zes maanden militaire detentie. Door denzelfden krygsraad werd de milicien H. H. G., oud 20 jaren, geboren te Amers foort, dienende by het 5de regiment infanterie, tot ééne maand militaire gevangenisstraf ver oordeeld wegens diefstal in de chdmoréa ten nadeele van een kameraad. Tusschen twee heeren te Am sterdam, een advocaat en een ambtenaar van de politie, is een eigenaardige weddenschap aangegaan, die door eerstgenoemde glansryk gewonnen werd. De politie-ambtenaar had zich beroemd op zyn rechercheurstalenten en met den advocaat om een fijn diner, te geven in de sociëteit „Harmonie", gewed, dat ny hem vóór 1 dezer zou aanspreken en dat de ander hem niet herkennen zou. De ambte naar begon zich daarop in allerlei vermom mingen te steken. Nu eens 6prak hy den advocaat aan als schipper gekleed, dan weer als bedelaar, maar hoe uitgebreid zyu garde robe ook was, de advocaat herkeade hem onder elke verkleeding, zoodat de politie ambtenaar zich op 1 dezer overwonnen moest verklaren en het diner kwyt was. Gentr Veertien dagen geleden verliet te Amsterdam een werkman 's morgens 6 uren zyn woning in de Conradstraat om werk te zoeken aan de Handelskade, sedert keerde hy niet terug en de familie verkeerde steeds in grooten angst. Gistermorgen gelukkig kwam een briefkaart van den volgenden inhoud: „Ik heb werk in Rotterdam, brief volgt." Naar de „Tel." verneemt, heeft de commissie, welke zich had geconstitueer J om by het a. s. carnaval te Bergen op Zoom weder een optocht te organiseren, er het byitje by neergelegd, eensdeels om de w- inige deelneming, anderdeels om de mo ilykheden, van de zyde der deelnemers opgeworpen. Gistermorgen is de wed. P., wonende te Doesburg, uit hare woning gezet on heeft toen genoemde gemeente verlaten, met achterlating van vyf kinderen, waarvan het jongste tien weken is. De timmerman V., uit Ooster- wolde, is Donderdag avond in de Appelsche- vaart verdronken. Gisteren werd zyn lyk gevonden. 25) „Ik zal Granger met zijn eigen mond laten zeggen, dat hij een schurk is. Op zijn knieën zal hij u al zijn duivelsche plannen bekennen „Dit zijn vreemde ontdekkingen, die ge mij laat doen." „Het is nog vreemder, dat ge ooit aan de goede trouw van James Meade kondet twijfelen." „Spaar mij dit en bewijs mij, dat hij belasterd is; dan hen ik bereid te sterven voor al het kwaad, dat ik hem heb aan gedaan „Bij alles wat u heilig is, kan ik be zweren, dat gjj geen trouwer vriend hebt dan James Meade en dat Alfred Granger de gemeenste schavuit is, die er op de wereld rondloopt." „Ik geloof u." „Gij moogt mij gerust gelooven, uw stiefbroeder heeft een duivelsch plan tegen u en uw neef bedacht. Hij wilde hem laten doorgaan voor uw moordenaar, terwijl Garrao, de Italiaan, dat mengsel, waarvan gij gedronken hebt, voor u heeft klaar gemaakt. Alfred Granger hoopte in mij een gewillig werktuig te vinden; gelukkig, dat ik uitvond welk een doortrapte schurk hij was. James Meade heb ik er nog voor bewaard een moordenaar te worden." „Hoe meent gij dat?" „Hij had bijna uw moordenaar den dood steek gegeven." „En wie was dat?" „Alfred Granger." Op dit oogenblik schrikten beiden op door een licht geritsel buiten het tuin huisje. XXX. Harry Park vloog op en was in een oog wenk buiten het tuinhuisje, juist intijds om een witte japon in der haast te zien verdwijnen." „We zijn beluisterd," zeide hij, weder naar binnen komend. „Dat laat mij koud." „Nu, mij ook eigenlijklaat mij u echter nog een vraag doen: kent ge mevrouw Adair? Haar karakter, meen ik." „Zij is een nicht van Alfred Granger en zij is mij zeer genegen." „Een nicht van Granger, zegt gij? Ik geloof het niet. Het is een vrouw met een verleden; hoe dat is geweest, doet hier niets ter zake. Gij moet mij alles mededeelen wat er gebeurd is sinds men u uit het grafgewelf heeft verlost." Het meisje rilde bij de gedachte aan wat zij had doorstaan. „Uw getrouwen kwamen om u te bevrijden, doch, helaas, enkele uren te laat." „Weet mijn neef, dat ik leef?" „Ja. „En vindt hij het dan niet vreemd, dat ik niets van mij laat hooren?" „Hij gelooft, dat gij de gevangene zijt van uw stiefbroeder. Hij heeft nooit gedacht, dat gij hem van ontrouw beschuidigdet, en zoover het van mij afhangt, zal hij betook nimmer weten." „Als uw woorden waarheid bevatten, ben ik het slachtoffer van een afschuwelijke samenzwering." „Ik heb u niets verteld dan de zuivere waarheid. Uw neef is een goed man, uw stiefbroeder daarentegen verachtelijk en diep gezonken. Een moordenaar en een gifmenger." „En men heeft mij wijsgemaakt, dat ik hem mijn leven verschuldigd ben en dat mijn neef zich op die twee ondeugden kon beroemen." „Vertel mij eens alles." „Wij haddon elkaar lief van dat wij kin deren waren af, en sinds eenigen tijd waren wij verloofd." „Dat heeft uw neef mij medegedeeld." „Mijn vader was vóór het huwelijk en daar hij veel van James hield, heelt hij in zijn testament beschreven, dat, ingeval ik mocht komen te sterven, alles aan hem zou komen." „Hebt gij wel eens een afschrift van dat testament gezien?" „Nooit." „Wie heeft u dan den inbond verteld?" „Mijn stiefbroeder." „Dat was een leugen: uw neef had geen direct belang bij uw dood." „Dan had hij ook geen motief om mij uit den weg te ruimen." „Al had hij een motief, dan zon hij nog niet tot zulk een daad in staat zijn." „Toch heeft hij valsch tegenover mij ge handeld." „Hoezoo?" „Door in het huwelijk te treden." „Hij is niet getrouwd." „Ik weet het zeker." „Hoe kunt ge dat zeker weten?" „Granger heeft mij medegenomen naar den predikant, die James heeft getrouwd, en dio heeft het mij zelf verteld." „Maar hoe weet ge, dat het uw neef was „Omdat de predikant zijn portret her kende." „Geloof mij: James Meade heeft nooit iemand anders bemind dan u." „Gij zijt een engel!" riep Amelia met schitterende oogen. „Ik ben niets dan iemand, die u de waarheid zegt; maar vertel nu verder. Hoe verklaarde uw beminnelijke stiefbroeder het feit van uw schijndood?" „Hij zeide mij, dat James mjj een ver giftigden sinaasappel had gegeven en dat hij een tegengif had klaargemaakt." „Wat een ellendeling!" „Ik herinner mij, dat ik een sinaasappel heb gegeten, dien mijn neef mij heeft ge geven, en van dat oogenblik af weet ik nog slechts, dat ik in de kist ontwaakte." „Herinnert ge u niet wat op dat eten van die vrucht volgde?" „Ik weet wel, dat ik aan een bouquet heb geroken, die op mijn tafel stond." „Wie gal' u dien?" „Ik weet 't nietik vond dien daar liggen." „Uit dien bouquet hebt ge het vergif in geademd, dat gereed was gemaakt door Garmo." „En mijn vrienden gelooven mij dus wer kelijk gestorven?" „U w begrafenis werd met alle plechtigheid gevierd Aan uw doodkist fluisterde Meade Granger het woord „moordenaar" in het oor. En laat mij u nu nog zeggen, dat Alfred Granger op het oogenblik als wettig erfge naam in het bezit is van uw geheele nalaten schap. En dit alles door een valsch testament." Het meisje stond versleeud van schrik; het was bijna te ongeloolijjk om aan te nomen. Allred Granger had het willen doen voorkomen, dat Meade een dief en een moordenaar was; dit begreep Harry Park eu dit was ten minste iets van het raadsel achtige opgelost. Zij deelde den detective nog mede, dat zij Granger de helft van haar vermogen had beloofd, omdat zij meende, dat haar neef zulk een slechtaard was. „En wanneer zoudt gij die belofte tee kenen „Hedenavond." „En zou Granger daarvoor hier komen?" „Ja. Harry maakte nu met Amelia een plan op; zij zouden Granger vangen in den strik, dien hijzelf gespannen had voor een ander. In dien tusschentijd echter had mevrouw Adair ook niet stilgezetenzjj had het tweetal beluisterd en haar maatregelen genomen. Wordt vcrvolyd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1