N°. 11028
I>oiiderda,g: 6 Februari.
A 189S
§eze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§on- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Leiden, 5 Februari.
Feuilleton.
In de val geloopen.
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURAUT:
Voor Leiden per 3 maanden.f 1.10.
Franco per post
Afzonderlijke Hommers
1.40.
0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIËN"
Van 1—6 regels f 1.05. Iedere regel meer 0.17£. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Eerste Blad.
Evenals vorige jaren zullen ook gedurende
1896, by genoegzame deelneming, vier Kunst
beschouwingen in den foyer van de Stadazaal
alhier worden gegeven.
De commissie bestaat uit de hoeren Theo-
phile De Bock, W. J. Lampe en C. W. H.
Verster.
De data worden later bekend gemaakt.
Dezer dagen circuleert een inteekeniyst by
onze stadgenooten, terwtfl op verschillende
andere plaatsen gelegenheid bestaat van in
stemming te doen blijken.
We hopen dat de commissie genoeg steun
moge ondervinden voor haar streven I
De tweede huishoudelijke uitvoering van
de „Dubbel-Quartet-Vereeniging" (a capella),
in het vierde jaar van haar bestaan, werd
gisteravond, gelyk dit ook met de vorige
soirées steeds meer het geval was, door een
zeer talrijk pubhek bijgewoond, zoodat de
groote zaal van tZomerzorg" geheel was
gevulcL
Na de meer uitvoerige besprekingen van
hare voorgaande concerten, wenschen wij
ditmaal slechts kort te zijn, en alleen te con
stateeren dat de aanwezigen, vooral bij de
tweede afdoeling, getuigenis aflegden dat het
ten geboore gebrachte, zoowel wat de dubbel-
quartet-nommers als wat de solo voordrach
ten voor zang van den heer C. Phlippeau en
die van den heer Pierre J. M. De Beer voor
piano, betreft, by hen veel waardeering onder
vond. Yan deze beide leerlingen van het
Amsterdam8che Conservatoire moest eer6t
genoemde zelfs een extra-nommer, na het
herhaalde applaus, geven.
Èn uitvoerenden èn directeur, de heer C.
B. Duyster Jr., mogen ook op deze uitvoering
met veel voldoening terugzien.
Zy geven meer en meer blijk zich den
krachtigen steun onzer muziekminnende stad
genooten waardig te maken.
In het verslag der feestviering van de
werkliedenvereniging ,E. z. o. D." 6tond, dat
de secretaris S. Buys het woord voerde, dit
moet zijn de penningmeester A. P. Oouwentak.
De heer T. Lekkerkerker, cand. tot den
H. Dienst te Leiden, is beroepen naar de
Ned.-Herv. gemeente van Bunnik en Vechten
en heeft bedankt voor het beroep naar de
Ned.-Herv. gemeente van Leerbroek en Mid
delkoop.
Men scbrflft ons uit AlfenGisteravond
gaf de barmonie-vereeniging „Beethoven" een
concert, gevolgd door eenige voordrachten,
in het hotel „de Vergulde Wagen". In aan
merking nemende dat de Vereeniging is een
club van dilettanten, die voortdurend van leden
verwisselt, is eene scherpe critiek niet doenlijk.
Toch willen w{j opmerken dat in de muziek,
over het algemeen genomen, geen vooruit
gang is te constateeren, ja een enkel nummer
van het programma werd vroeger zelfs beter
uitgevoerd. Van de voordrachten, die na het
concert volgden, wekten verschillende den
lachlust van het publiek op. „Kwik en Kwak"
en „De Turksche Marsch" werden vooral
goed gespeeld. Een woord van lof mag niet
worden onthouden aan den heer Zuidervaart,
die in de verschillende voordrachten zijn rol
telkens zeer goed vervulde, alsmede aan den
beer Stapper, in zijne rol als Mozes Silberstein.
Een gezellig bal hield de aanwezigen tot
laat in den nacht bijeen.
Door de heeren De Gauverit en De
Kanter, ingenieurs te Amsterdam, is concessie
aangevraagd tot het inrichten van een tele-
phoondienst tusschen de gemeenten Bode
grave, Zwammerdam, Alfen, Oudshoorn, Aar-
landerveen en Boskoop.
Men schrijft uit Leidschendam:
Op de Rijkspostspaarbank alhier is in 1895
voor een bedrag van 15,399.94, zegge ruim
vijftienduizend gulden, ingelegd.
Verblijdend is dit getal, wanneer wij het
vergelijken met dat van vroeger jaren:
aantal inleggers, bedrag, nieuwe inleggers.
in 1885: 121 f 2094.83 23
in 1890: 704 f 8585.81 105
in 1896: 608 f 15,399.94 54
In de laatste 10 jaren dus is het getal
inleggers 5 maal, en het bedrag 7 maal
vergroot.
Dat in 1890 het getal inlagen zoo groot is
geworden, vindt ongetwijfeld zijn oorzaak in
het sparen op de school. Immers, te rekenen
naar het groote getal inlagen is het bedrag
niet zoo hoog, maar zijn het juist de spaar
penningen, die zoo menige verrassing, zoo
menig noodig kleedingstuk aan de kinderen
hebben verschaft.
Dat het bedrag zoo toegenomen is in de
laatste jaren, moet ongetwijfeld het gevolg
daarvan zijn, dat de tuinders, landbouwers
en arbeiders beginnen te begrijpen, dat wie
in den winter betalen wil, In den zomer
garen moet. En waar kan het geld veiliger
bewaard worden dan op de Rijkspostspaar
bank? Geen dief kan het stelen, geen brand
kan het vernielen, geen bankier, kassier of
notaris kan zeggen: „Ik ga er mee heen."
Het Rijk waarborgt zonder eenig voorbehoud
teruggave van het ingelegde geld, en geeft
bovendien nog van elke 100 gulden 11 cents
in de halve maand toe.
Dat de Rijkspostspaarbank meer en meer
gewaardeerd wordt, daarvan is het steeds
grooter wordend bedrag een bewijs.
Het geld is rond en rolt daardoor zoo spoedig
weg. Wellicht dat 1896 nog meer de over
tuiging doet ingang vinden: Het Rijk geeft
rond geld, maar zorgt ook, dat het niet weg
rollen kan.
Aan het telepboonkantoor te Lisso zijn
in de afgeloopen maand Januari behandeld 82
telegrammen, t w. ontvangon 42 en ver
zonden 40.
In die maand van het vorige jaar bedroeg
dit aantal 81.
H. M. de Koningin-Regentes vertoefde
gistermiddag geruimen tijd in het paleis van
H. K. H. de -Groothertogin van Saksen in
het Lange Voorhout te 's Gravenhage.
Een boek, dat letterlijk onontbeerlijk is
voor iedereen, mag ongetwijfeld Akvcld's
Brievenboek genoemd worden. Reeds sedert
jaren gunstig bekend, is de 4de druk nu
opnieuw door den heer Servaas de Bruin her
zien en bijgewerkt, waardoor het een groote
uitgebreidheid (over de 600 bladz.) hoeft
verkregen en zeer veel aan bruikbaarheid
gewonnen.
Het is nagenoeg onmogelijk dat er zich
gevallen zullen voordoen, waarin dit brieven
boek u in den steek laat en zelfs voor meer
ontwikkelden en mannen van zaken die
modellen van brioven, enz. kunnen ontberen,
bevat dit boek zooveel wetenswaardigs dat
het een ware weldaad is het zich voor slechts
ƒ1.25 gobonden te kunnen aanschaffen.
Wat leest men niet vaak verzoekschriften
aan Koningin, Ministers of Gemeentebesturen
die allertreurigst in elkaar geflanst zijn! Wat
gebeurt het niet dikwijls dat men in zake
van burgerlijke akten, van formaliteiten bij
gevallen van geboorte, overlijden, huwelijk,
voogdij, bewindvoering, vruchtgebruik, nala
tenschappen, koop, huur, borgtocht, verbinte
nissen, enz. met de handen in 't haar staat.
Kortom, voor een ieder is hier iets van zijn
gading te vinden, want nevens voorbeelden
van akten in verband met administratie en
koophandel bevat het boek eene afdeeling over
successie, en zegel, benevens een aanhangsel
met PostTelegraaf- en Muntgids. Wie zich
even de moeite geeft met den inhoud van dit
boek kennis te maken, zal in een oogwenk
tot de overtuiging geraken dat wij er ni'dts
te veel van gezegd hebben, t Is werkelijk
onmisbaar voor iedereen.
Maandag hebben bij H. M. de Koningin-
Regentes gedineerd mevrouw de douairière
Van Lenncp, dame du palais; jbr. Hoeufft
van Velzen, intendant der Koninklijke palei
zen ritmeester baron Van Tuyll van Soroos-
kerken, adjudant, en E. L. Graaf Van Lim
burg Stirum, kamerheer en jagermeester van
H. M. de Koningin.
De soiróe, welke den 3den dezer ten
huize van den gezant der Vereenigde Staten bij
ons Hof, den heer Quinby, zou plaats hebben,
is wegens eene lichte ongesteluheid van een
der familieleden tot nader uitgesteld.
Den 12den dezer geeft de gezant wederom
een gastmaal voor de ledeo van het corps
diplomatique.
De heer J. Wfln, te Sappameer, ontving
gisteren, ter gelegenheid van de herdenking
van den dag, waarop hy vóór 50 jaren ais
onderwijzer optrad, als bewijs van hoogachting
en waardeering een prachtig album met een
door den heer Aler. Wijngaard te Groningen
zeer fraai gecalligrapheerd titelblad: als hul
debiyk van de onderwijzers in het district
Winschoten aan hunnen districtsschoolop
ziener, den heer J. Wijn.
Het album bevat 500 namen. Zooals mede
gedeeld, huldigde de Regeering de verdiensten
van den heer J. Wijn door hem de Oranje-
Nassau orde te schenken.
Benoemd is tot onderwijzer te Hilversum
fscbool Kerkbrink) de heer T. Kruiten, te
Aalsmeer.
Naar aanleiding van een gezegde van de
„Arnh. Ct.", dat haar hoofdbezwaar tegen den
„Radicalen Bond" is het beginselloos heulen
van deze gemasqueerde party met allerlei
partijen en groepen, welker programma ïyn-
recht tegenover het hare stond, heeft de heer
C. V. Gerritsen reeds in een ingezonden stuk
in de „Tel." de „Arnh. Ct." uitgenoodigd haar
beschuldiging met bewijzen te staven. Daar
dit zonder gevolg bleef, heeft nu het bestuur
van den „Radicalen Bond" aan de „Arnh. Ct."
een schrijven gericht, waarin z\j uitgenooiigd
wordt, de feiten, waarop de beschuldiging
steunt, alsnog mede te deelon, onder opmer
king, dat ter harer rechtvaardiging niet dienen
kan, „hetgeen van liberale zyde wel eens is
aangevoerd tegen de radicale kiesveree; iging
„Amsterdam": dat zy met gemeenteraads
verkiezingen wel met andere politieke par
tyen heeft samengewerkt." Dit toch geldt de
kiesvereeniging „Amsterdam" en niet den
„Radicalen Bond".
De minister van binnenlandsche zaken
heeft aan de Commissarissen der Koningin
bericht, dat hy ook over het jaar 1895 aan
zyn departement eene statistiek wenscht te
doen bewerken van het aantal kinderen, die
de gewone lagere school voorgoed hebben
verlaten vóór zy kunnen geacht worden het
gewoon lager onderwijs volledig te hebben
genoten, in verband met de gemiddelde be
volking der scholen en met het aantal kin
deren, die het gewoon lager onderwys wel
ten einde volgen, en tevens de redenen ver
meldende, die het te vroeg verlaten van de
school veroorzaakten. De invulling der noo-
dige tabellen door de hoofden der scholen
moet daartoe door tusschenkomst van de
gemeentebesturen gevraagd worden.
De oud-minister de heer J. D. Fransen
Van de Putte, die geiuimen tyd door een
ongemak aan den voet verplicht werd zyne
kamer te houden, doch daarvan juist hersteld
was, is sedert de laatste dagen ernstig onge
steld. Intusscben waren de geneesheeren, die
gisteren consult hielden, van oordeel, dat er
geen reden tot daaelyke bezorgdheid bestaat.
Jhr. Beelaerts van Blokland, die zich
eenige dagen geleden als Transvaalsch gezant
naar Beriyn begaf, wordt Vrydag of Zaterdag
a. 8. in de residentie terugverwacht.
Gisteren kwam van Duitschland te Vlis-
singen aan prins Albrecht van Pruisen met
gevolg, die met de te 11.50 vm. vertrekkende
dagboot „Nederland" der maatschappy „Zee
land" zyne reis naar Londen vervolgde.
Het „H. Dagbl." bevestigt het bericht,
dat de Nederlandsche Rogeering verlof gekre
gen heeft om de kist met het stoffeiyk over
schot van prins Willem George Froderik van
Oranje-Nassau, dat begraven ligt in de sacristie
der Augustynerkerk te Padua, naar Delft over
te brengen.
Het stoffeiyk hulsel zal' vermoedeïyk in
April a. 8. door een oorlogsbodem van de
Kon. Ned. Marine uit Italië worden afgehaald.
De sedert 1 Juli 1884 gepensionneerde
kapitein ter zee W. Van Oorschot is gisteren
te 's-Gravenhage overleden. Adelborst lste
kl. op 1 September 1856, verwierf hy den
rang van luitenant ter zee 2de kl. op 1 Jan.
1859 en dien van eerste klasse den lsten
October 1868. Sedert 16 Augustus 1879 kapi
tein luitenant ter zee, verliet by met rang van
kapitein ter zee den zeedienst met pensioen.
De korkeraad der Ned.-Herv. gem. te
Schiedam heeft de 15 leden van het bestuur
der Schiedamsche afdeeling van den Protes
tantenbond voor zich gedaagd. Aan alle go-
daagden werd de eisch gesteld, het doop
register over te leggen of opgave te doen
van de namen der ouders van de gedoopien
en in het orgaan der afdeeling van dez n bond
„Onze Kring" kennis te geven, dat eene coops-
bediening, als tot heden herhaalde malen
plaats bedpniet meer zou gehouden worden.
De gedaagden willen niet voor den kerkeraad
verschynen, doch hebben geantwoord, dat het
hun onmogelyk is aan de gestelde elschen te
voldoen.
Aan de Weesinrichting te Neerbosch is
door wylen I. W. F. baron Van Brakell van
Wadenoyen en Doornwerth gelegateerd ƒ5000.
Naar aan het „Utr. Dbl." thans weer
van hoogst bevoegde zyde wordt geschreven,
zou het bericht, dat prof. Von Eiselsbtrg als
zyn opvolger prof. Von B&hr te Kiel heeft
aanbevolen, zyn feitelyken grondslag missen.
Men deelt aan het „Hbld." mede dat
professor Röntgen, in Duitschland geboren,
zyn eerste opleiding ontvangen heeft in ons
land aan de technische school te Utrecht. De
ouders van den heer Röntgen hielden destijds
verblyf te Apeldoorn.
De geleerde is een neef van den musicus,
den heer Julius Röntgen, en sprak indertyd
onze taal als een geboren Nederlander.
Met de inrichting van het Centraal-Tele-
phoonbureau te Rotterdam, dat van gemeen
tewege gemaakt wordt boven de Vleeschhal
aan de Gedempte Botersloot, vordert men met
bekwamen spoed. De inrichting van het ge
bouw zal volgenderwys zyn;
Op de eerste verdieping treft men aan direc
teurs-, administratie- en portierskamers, alle
geïsoleerd van de kleedkamer voor het vrouwe-
lyk personeel en de seinzaal. Deze laatste zaal
is db 31 meter lang en ruim 6 meter hoog;
de wanden er van zyn ter hoogte van ruim
2 meter van eene betimmering met teakhout
▼oorzian. Deze zaal wordt door drie groote
gaskachels verwarmd.
Op de tweede verdieping hoeft men, behalve
eenige administratie-kamers, eene accumulato
renkamer, kamertjes voor intercommunaal tele-
phoonverkeer en boven de seinzaal twee zalen.
Hier worden de ondergrondsche kabels, die
tot deze verdieping door een gemetselden koker
opstygen, verdeeld en door den vloer heen
gevoerd naar de seinzaal.
In het begin van Maart zal met het stellen
der verschillende toestellen, voor den dienst
bestemd, een begin gemaakt wordenhot ge-
heele gebouw met toebehooren zal begin Sep
tember gereed zyn. Het zal electrisch verlicht
worden.
Voor de aanbesteding van de Tilburg-
sche wielerbaan hebben acht personen inge
schreven De laagste was de heer J. Vermeils,
voor 14,800.
20)
„Ik arresteer u wegens moord."
„Moord, van wien?"
„Van Alfred Granger."
„Het was zelfverdediging!" riep Mulvey.
„Gek," zeide de man met den wijden
hoed op spottenden toon, „de man hield u
voor den gek; toen gij uit de kamer waart,
Btond hij op en begon Garmo uit te schel-
deD, dat hij u niet uit den weg bad geruimd."
„Ik heb u dus mijn leven te danken."
„Ik heb den Italiaan ten minste den arm
gewond, toen hij u den degen in het hart
wilde stooten."
„En ik heb den Italiaan niet getroffen."
„Heen, want uw kogel kwam in het be
hang boven zijn hoofd terecht."
„Gelukkig voor mij, dat gij juister hebt
getroffen."
„Ik was kalm en gij beefdet van opge
wondenheid."
„Ik ben van nu aan aan uw zjjde; wat
staat ons nu te doen?"
„Afwachten is al, wat we doen kunnen."
„Waarom afwachten?"
„Omdat Granger weet, dat ge u tegen
hem hebt gekeerd."
„Hij denkt, dat gij dood zijt."
„Laat hem maar in dien waan."
Den volgenden dag ging Harry Park nog
maals naar de boot, waarop hij die wonder
lijke weerkaatsing in den spiegel had gezien.
Hij had de zaak nog eens rijpelijk over
dacht en was tot de conclusie gekomen,
dat het wel degelijk het gelaat van het
vermiste meisje was geweest, dat hij had
weerkaatst gezien in het glas.
XXIII.
Het was een dier nette, kleine Hudson-
booten, die aan de tallooze steden en dor
pen langs haar oevers ophouden.
Harry Park had een portret in zijn bezit
van Amelia Lathrop, hem verstrekt door
Martha Brown, en waarop het meisje was
afgebeeld met een medaillon van een vreem
den vorm om den hals. Het medaillon was
bevestigd aan een gouden ketting.
Hij had Martha gevraagd naar de her
komst van dat sieraad, en zij had hem
medegedeeld, dat een tweede zoo op de
gansche wereld niet gevonden werd.
De boot was nog niet aan en Harry was
dus genoodzaakt op de aanlegplaats te
wachten. Eerst twee uren later kwam zij
in het gezicht en terwijl de menschenstroom
de brug afging, nam hij ieder op en ging
eindelijk aan boord. Hij stond halverwege
de trap, toen eene dame de deur van het salon
uit kwam om zich naar beneden te begeven.
Het was een mooie vrouw van omstreeks
dertig jaar en zeer elegant gekleed en wat
Harry haar zeer verwonderd deed nastaren,
was het medaillon, dat zij om den hals
droeg en dat als twee druppels water op
dat van Amelia Lathrop geleek.
En Martha Brown had gezegd, dat er
op de geheele wereld zoo'n zelfde medaillon
niet te vinden was.
De dame daalde de trap af, onbewust
van den verbaasden blik van den detective,
en begaf zich van boord. Zij ging de eerst
volgende straat in en nam daar de tram.
Op een dralje liep Harry haar achterna
en nog juist kon by op het platform sprin
gen. Eindelijk scheen zijn moeite dan toch
beloond te zullen worden.
De dame reed door en stapte af, waar
zij wezen moest.
„Dat had ik wel gedacht," mompelde Park.
Hij had haar gelaat nauwkeurig opge
nomen, terwijl zij in de tram zat, en op
eens herinnerde hij zich, haar meer gezien
te hebben en na nog eens en nog eens
gepeinsd te hebben, wist hij ook waar.
Eenige jaren geleden had hij de gevan
genneming bewerkt ran een bekend falsaris;
des nachts, in de kamer van het hotel, was
de man gearresteerd geworden. Een jong,
mooi meisje was bij hem geweest. Dat was
nu reeds tien jaar geleden, doch de detective
met zijn scherp geheugen herkende in de
vrouw met het zeldzame medaillon het kleine
meisje, dat hij in de kamer van den falsaris
had aangetroffen.
Hij sprong van de tram en begaf zich
met vluggen tred naar het huis van Alfred
Granger, waar zoo menige misdaad was
beraamd en met goed succes volbracht. Hij
wachtte even en zag, dat de dame in het
genoemde huiB werd binnengelaten.
„Nu weet ik genoeg," mompelde de detec
tive en ging naar de boot terug.
Slechts enkele matrozen waren aan boord,
bezig met lading over te nemen. Harry
begaf zich naar het promenade-dek en begon
daar zijn onderzoekingstochi. Hij trok een
denkbeeldige lijn van den spiegel, waarin
hij laatst die weerkaatsing van het meisjes
gezicht had gezien, tot de deur eener hut.
Hij nam waar, dat een dame, die de hut
door die deur verliet, zeer goed weerkaatst
kon worden iu dien spiegel.
„Dien dag was Amelia Lathrop in deze
h dacht Harry, „zoo zeker als ik detec
tive ben."
Do stewardess, die hem gezegd had, dat
er geen dame aan boord was, kwam juist
toevallig met haastigen tred het salon door.
Harry Park trad haar inden weg, zeggend
„Ik heb op u gewacht."
„Als gij gekheid wilt maken, roep ik den
kapitein," zeide de vrouw verontwaardigd.
„Ik heb geen bevel van inhechtenisneming
tegen den kapitein."
„Inhechtenisneming!" riep de kleurlinge
verschrikt.
„Ja, ik heb u hier opgewacht, om u te
arresteeren."
„Maar waarvoor dan toch?"
„Dat zult ge aan het politie-bureau wel
vernemen."
„Ge moet u bepaald vergissen," zeide de
stewardess, die voor geen kleintje ver
vaard was.
„Ik vergis mij volstrekt niet!"
„Zijt gij een inspecteur?"
Harry Park wees haar zijn insigne.
„En hebt gij een volmacht?"
„Die heb ik niet noodig."
„Dan kunt ge mij ook niet arresteeren."
„Dat kan ik zeker."
„Niet zonder volmacht."
De vrouw was zich niet bewust, eenig
kwaad te hebben gedaan; dus wachtte zjj
kalm af wat volgen zou.
„Er zijn misdaden, die geen volmacht
behoeven om ten hoogste straf baar te zjjn,"
merkte Harry kalm op, en die woorden ver
ontrustten haar toch een weinig.
XXIV.
Harry Park begreep, dat hij te doen had
met een verstandige vrouw en wilde alle3
in het werk stellen om haar te kunnen
overbluffen.
„Ik zeg u nogmaals, dat ge mij zonder
volmacht niet kunt arresteeren."
„Gij zijt mijn gevangene," hernam hij, do
hand op haar schouder leggend.
Er was iets in den blik van den detective,
dat haar al den moed deed verliezen, en zg
begon te Bchreien.
„Het spijt mij voor u, maar gij hadt
beter moeten weten; uw straf zal dan ook
niet minder zwaar zijn."
„Werkelijk, mijnheer, er moet hier een
misverstand heersehen, ik ben een eerlijke
vrouw en kan de beste getuigschriften over
leggen. Zeven jaar ben ik hier reeds in
betrekking."
„Ja, hier hebt gij de daad begaan, waar
voor ge nu gearresteerd wordt."
Wordt vei'volgcU)