N°. 11027
Woensdag 5 Februari.
A 1893
feze £ourani wordt dagelijks, met uitzondering
van (§on- en feestdagen, uitgegeven
A.ntwoorden
Leiden, 4 Februari.
Feuilleton.
In de val geloopen.
LEIDSCH
DA&BLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden. ll. f 1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlyko Nommers 0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17 Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseoren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
op de annexatie prijsvraag gelieve men, zoo
zy in oene enveloppe gosloten z^n, in de
brievenbus te werpen met het opschrift:
I»RIJS VII AC.
OÜlclëele Keimistfertngen.
DRANKWET.
Burgemeester on Wethouders van Leiden brengen
by dezo ter algemeer e kennis, dat door BA8TIAAN
CORNELIS MEEÜWIS, wonende te Haarlem, hande
lende onder de firma BOOKMAKER OKBUIZE.N Co.,
gevc-etigd aldaar, een verzoekschrift ia ingediend om
vergunning voor don kltiuhandel in sterken drank
in het perceel Baarlcmmerètraat No. 79.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F WAS, Burgemeester.
1 Fehr. 1696. E. KIST, Seoretaria.
Naar men verneemt, hebben Gedeputeerde
Staten van Zuid-Holland goedgekeurd het
besluit van den gemeenteraad alhier betref
fende de conversie en de geldleening ten te
hoeve van de oprichting van een krankzin
nigengesticht op „Endegeest."
Heden ontvingen wy het eerste j;iar
verslag van den Arbeidsraad voor de bouw
en aanverwante vakken te Leiden.
Na in enkele woorden de oprichting van
den Raad en de vaststelling van het Regio
ment te hebben herinnerd, meldt het verslag
dat na de eerste bijeenkomst op 21 Mei, ge
regeld iedere maand vergadering werd ge
houden, waarin allereerst nog eanige adminis
tratieve bepalingen werden gemaakt, met
name een rooster van aftreding vastgesteld en
de finantiëele toestand geregeld.
Spoedig na het optreden van den Raad
ontving hy van hier ter stede bestaande
arbeidersverenigingen het verzoek, dat de
Arbeidsraad de noodige stappen zou doen,
om tot de samenstelling van een loontabel
te geraken.
Met instemming werd dit verzoek begroet.
Zeer uitgebreide werkzaamheden waren echter
noodzakelijk en talrijke vergaderingen met
belanghebbende werklieden en patroons in de
verschillende bouwvakken, afzonoerlyk en ge-
zameniyk, daarvan het gevolg. De door tal
van personen verleende medewerking werd
door het bestuur zeer op prijs gesteld. Daar
uit werd een loontabel verkregen.
Al durft het bestuur zich niet vleien, dat
alle belanghebbenden voldaan zyn over den
uitslag, het was de taak van den Arbeidsraad
het mogeiyke tot bevrediging van alle partyen
te verkrygen, en volgtns bet oordeel van
bevoegde beoordeelaars is by daarin goed
geslaagd.
Aan den Gemeenteraad werd een verzoek
schrift gericht, om de daar aanhangige voor
dracht van B. en Ws., betreffende het op
nemen van bepalingen omtrent loon en
arbeidsduur in de bestekken der Gemeente,
aan te nemen. Tot leedwezen van het be
stuur word door den Gemeenteraad het voorstel
verworpen.
Behoudens eenige grieven, die met weinig
moeite zyn opgelost, kwamen klachten van
ernstigen aard niet in, zoodat de taak van den
Raad in dit opzicht niet zwaar werd gemaakt.
Sómmige leden van den Raad zien daarin
een bewys, dat algemeen een tevreden stem
ming met bestaande toestanden heerscht;
anderen daarentegen beweren dat dit niet bet
geval is, doch dat vrees voor de patroons vele
werklieden weerhoudt, rechtmatige klachten
by den Raad aanhangig te maken.
Is dit laatste het geval, dan kan alleen de
tyd en de invloed van de leden des Raads
daarin verandering brengen, waaraan dan ook
niet wordt gewanhoopt.
Eenige klachten kwamen by den Raad in,
die niet in behandeling konden worden ge
nomen, omdat de betrokken vakken niet onder
de bouwvakken konden gerangschikt worden.
Naar aanleiding daarvan is een paar malen
ter sprake gekomen de wenscheiykheid, om
den werkkring van den Arbeidsraad ook tot
andere dan de bouwvakken uit te breiden.
Vry algemeen was men echter van meening,
dat de ondervinding nog van te korten duur
was, om nu reeds tot uitbreiding over te gaan.
Ondertusschen is door de Regeering een
wetsontwerp by de Tweede Kamer ingediend,
tot instelling van Kamers van Arbeid". Dit
ontwerp heeft by den Arbeidsraad een onder
werp van bespreking uitgemaakt, en daar,
met de indiening van een bovengenoemd
ontwerp, het uitzicht op oprichting van
Kamers van Arbeid van Regeeringswege is
geop.nd geworden, komt het den Raad ook
daarom voorhopig niet gewenscht voor, tot
uitbreiding van zyn werkkring over te ga;n.
Kan met zekere voldoening worden terug
gezien op hetgeen door den Arbeidsraad
sedert zyn optreden is verricht, men mag
zich niet verhelen dat, wil de Arbeidsraad
geheel aan zyn© roeping beantwoorden, meer
te doen is.
Daarvoor is echter de steun, de voorlichting
en het vertrouwen noodig van allen, die met
de bouwvakken in betrekking staan.
Mochten ciie zyn deel worden, dan is er,
by de schoone roeping, die hy heeft te ver
vullen om misstanden to verwyderen en wat
verdeeld is tot elkander te brengen, alle kans
van slagen.
By koninklyk besluit is dr. G. Schlegel,
hoogleeraar aan de Ryks-universiteit te Leiden,
belast geweest met de opleiding in Nederland
van tolken voor de Cbineesche taal in Neder-
landsch-Indiè, benoemd tot ridder in de orde
van den Nederlandschen Leeuw.
Heden overleed in het Invalidenhuis
alhier, in den ouderdom van 80 jaren, J. G.
Geisderver, gerechtigd tot het dragen van het
Metalen Kruis en de Citadel medaille.
Tot hoofd der Nutsbewaarschool te
Veendam is benoemd mej. H. A. Hoefman alhier.
De gouden medaille met gratificatie van
f 100, ter belooning van 36 jaren yverigen
en trouwen dienst, is uitgereikt aan den
bediende H. Yalk by de verificatie van 's Ryks
zee instrumenten te Leiden.
Toen dezer dagen een geacht ingezetene,
de beer J. H. J. Kuypers, hoofd der R. K.
Parochiale school voor jongens, aan de Haar
lemmerstraat, den dag herdacht, waarop hy
12l/i jaar geleden zyn tegenwoordige betrek
king aanvaardde, schonk de schooljeugd hem
een stoffelyk huldebiyk, terwyl door haar
gedurende een groot deel van den dag hoog-
tyd werd gehouden. De president van de
commissie der R.-K. scholen, de zeereerw. heer
J. Bots, deken en pastoor alhier, maakte den
jubilaris zyne opwachting in het schoolgebouw
en wenschte hem geluk met den schoonen
herinneringsdag. Ook van vele andere zyden
vielen den heer Kuypers betuigingen van be
langstelling en blyken van sympathie ten deel.
By de Geref. gemeente to Hoogeveen is
beroepen de heer A. J. Breukelaar te Bojegrave.
Ter inschry ving voor de nationale militie
hebben zich te Woubrugge aangemeld 16
jongelingen, waarvan er 6 reden van vrystelling
hebben opgegeven.
Het getal te Haarlemmermeer voor de
nationale militie ingeschrevenen bedraagt 178.
H. M. de Koningin-Regentes heeft be
noemd tot ridder grootkruis der orde van
Oranje-Nassau, graaf De Tovar, gezant van
Portugal by ons Hof, onlangs als zoodanig
benoemd te Brussel.
Binnen enkele dagen zal graaf De Tovar
zich daarheen begeven, in byzondere zending
belast met de vertegenwoordiging van zyn
Souverein by het huwelyk van H. K. H.
prinses Henrietta van Vlaanderen.
De graaf keert, na afloop der huweiyks-
feesten, in Den Haag terug.
De nieuwe diplomotieke vertegenwoordi
ger van Portugal te 's Gravenhage, graaf De
Selir, is benoemd met rang van minister
resident. Hy was laatstelyk secretaris der
Portugeesche legatie te Madrid.
Naar wordt medegedeeld, zou de heer
J. G. De Groot, gesteund door verschillende
finantiëele krachten, niet alleen voornemens
zyn de Nederlandsche Opera weder te doen
verryzen, maar ook een Hollandsch tooneel-
gezelschap te vormen. De plaats van vestiging
zou vermoedeiyk 's Gravenhage zyn. In elk
geval zou de heer De Groot naar de concessie
dingen. Reeds moeten voor de opera enkele
artisten van naam geëngageerd zfin. Verder
wordt gemeld dat do heer De Groot in ver
schillende plaatsen van ons land Duitsche
opera zal doen vertoonen.
Aan „De Maasbode" wordt uit Rome ge-
sobreven, dat, door bemiddeling van de legatie
aldaar, de Nederlctndsche RegeeriDg verlof ver
kregen zou hebben om de kist met het stoffe
lyk overschot van prins Willem George
Frederik van Oranje-Nassau, dat begraven ligt
in de sacristie der Augustynerkerk tePadua,
naar Delft over te brengen.
Mede zal dan worden overgevoerd de bron
zen gedenkplaat, welke zich in genoemde
kerk ter nagedachtenis aan genoemden prins
bevindt en een kunstwerk van Canova is.
Alleen moet de Nederlandsche Regeering er
een nauwkeurig afgietsel van laten maken en
dit aan de kerk der Augustynen Eremieten
geven in de plaats van het origineel.
Door den minister van waterstaat, handel
en ny verheid is de heer J. De Keuning te
Lathum benoemd tot buitengewoon opzichter
by bet maken van werken tot verbetering van
de Maas onder Bergen en Broekhuyzen.
Naar men uit Den Haag meldt, heeft de
op 6 Febr. a. s. naar zijn post vertrekkende
minister resident in Japan, jhr. mr. Testa, van
het departement van buitenlandsche zaken in
opdracht, om, alvorens zich op zyne standplaats
te vestigen, eenigen tyd in Nederlandsch-Indié
te vertoeven, eene laatgeving, welke in het
belang eener speciale vooruereiding van het
personeel onzer vertegenwoordiging in het
Oosten reeds meermalen aan eenige consulaire
ambtenaren is verstrekt.
Mr. W. Jager Gerlings, sinds 1889 majoor,
commandant der schuttery te Haarlem, heeft
aan H. M. de Koningin ontslag uit die betrekking
gevraagd.
Vóór 2 jaren werd gelyk verzoek doordtn
heer Jager Gerlings ingediend, doch door hem
op aandrang van hoogerhand toen de aanvrage
weder ingetrokken.
Door do afdeeling Gendringen van de
Geldersch-Overijsélsche Maatschappy van Land
bouw werden onlangs by de Pruisische auto
riteiten pogingea aangewend om het verbod
van invoer van melk uit Holland over do
Pruisische grenzen wepr op te heffen, en een
verzoek tot den minister van buitenlandsche
zaken gericht, deze pogingen te ondersteunen.
Door onzen minister is nu aan gtnoemde
vereeoiging geantwoord, nog niet in staat te
zyn eenig vooruitzicht te geven wanneer de
Duitsche grenzen weer voor den invoer van
melk geopend zullen worden.
Td Utrecht heeft zich een commissie
gevormd, die onder de goedkeuring en met
den steun van de kerkelyke overheid zich
voorstelt een fonds te vormen tot het stichten
en onderhouden van een R.-K. burger-jongens
school voor meer uitgebreid lager onderwys
aldaar.
Het „U. D." verneemt dat professor Van
Ei6elsherg als zyn opvolger heeft aanbevolen
professor Von Babr, te Keil, die dan ook,
naar men zegt, voor de bezetting van den
vacanten leerstoel in aanmerking moet komen.
Uit Zwolle meldt men hot overlijden
van dr. E. Mehler, rector van het gymnasium
aldaar. De ontslapene heeft vóór enkele weken
onder vele blyken van hoogachting en waar
deering den dag gevierd, waarop hy vóór 25
jaar tot rector aan genoemd gymnasium werd
benoemd.
De minister van oorlog brengt ter kennis
van belanghebbenden, dat in de maanden Juli
en Aug. a. s. een examen zal worden gehou
den voor toelating van jongeliecen als cadet
by de Cadettenschool te Alkmaar. Voor dit
examen worden opengesteld: a. 30 plaatsen
voor jongelieden met bestemming om te wor
den opgeleid voor den dienst hier te lande;
b. 22 plaatsen voor jongelieden met bestem
ming om te worden opgeleid voor den dienst
in Nederlandsch Indië.
Ouders of voogden, wier zonen of pupillen
aan het examen wenschen deel te nemen,
behooren de kennisgeving daarvan in dier
voege in te zenden, dat zy vóór 1 Juni 1896
aan het departement van oorlog ontvangen
wordt.
Nadere byzonderheden vinden belanghebben
den in de Staatscourant van 4 dezer.
Door de Holl. IJzeren-Sp.-My. werd
gisteren te Amsterdam aanbesteed
a. het uitvoeren van onderhoudswerken op
de spoorwegen Amsterdam Rotterdam, Schie-
dam-Hoek van Holland en op het gemeen-
schappeiyk station Rotterdam (Maas) in 7
perceelen, raming f 62,900. Perce 1 I J. F.
Maas, Haarlem f 12,460; perceel II R. v. Dyk,
Noordwykerhout, f 11,320; perceel III M.
Meyer, Delft, f 12,500; perceel IV, V en VI
G. D. v. Doorn, f 19,750; perceel VII J. v.
Gelder, Haarl-m, f 5996.
Te Amersfoort is thans ook een afdee
ling opgericht van de Vereeoiging tot vereen
voudiging der spelling.
Voor het in de maanden Juli en Augus
tus a. s. hier te lande te houden examen
tot toelating tot den Hoofdcursus, ter oplei
ding van onderofficieren voor den rang van
tweeden luitenant der infanterie en van tweeden
luitenant kwartiermeester, respectievelyk voor
den dienst hier te lande en voor den dienst
in Nederlandsch-Indië, worden de navolgende
aantallen plaatsen opengesteld
I. voor het leger hier te lande: infanterie
20, administratie 5; II. voor het leger ia
Nederlandsch-Indië: infanterie 17, admi
nistratie 2. (Sts.-Ct.)
Wegens vertrek uit de gemeente Maas
sluis heeft de heer A. R. Van Beekum Maurisse
zyn ontslag ingezonden als lid van den ge
meenteraad aldaar.
In de drie vacaturen in den Raad zal door
een verkiezing, in de tweede helft dezer maand
te houden, worden voorzien.
De gemeenteraad van 's-Hertogenbosch
heeft in zyne geheime vergadering van gister-
namiddag besloten, dat dit jaar het carnaval
niet zal gehouden worden
Door de Engelsche Gasmaatschappij ia
het voorstel van den gemeenteraad van Har-
lingen, om de gasfabriek over te Demen
voor f 48,000, aangenomen. De burgory alda» r
hoopt nu mettertyd goedkoop gas te krygen.
Tegenwoordig wordt nog altyd 10 ets. per
kubieken meter betaald.
Het stoomschip „Ardjoeno," van Batavia
naar Rotterdam, arriveerde 2 Febr. te Suez;
de „Merapi," van Rotterdam naar Batavia,
arriveerde 2 Febr. te Southampton de „Zaan
dam," van Nieuw-York naar Rotterdam pas
seerde 3 Febr. Lizard; de „Bellerophon," van
Amsterdam naar Java, arriveerde 1 Febr.
Singapore; de „Soenda," van Amsterdam naai
Batavia, arriveerde 2 Febr. te PortS*id; de
„Stentor," van Java naar AmsterJara, is 3
Febr. Wight gepasseerd; de „Borneo" arri
veerde 3 Febr. van Rotterdam t=» Batavia;
de „Schiedam," van Amsterdam naar Nieuw-
York, is 3 Febr. Lizard gepasseerd; de „Suma
tra," van Batavia naar Amsterdam, vertrok
3 Febr. van Marseille; de „Java," van Am
sterdam naar Batavia, arriveerde 30 Jan. to
Camaran; de „Prinses Sophie," van Amster
dam naar Batavia, arriveerde 2 Febr. tePadang
de „Spaarndam" vertrok 1 Febr. van Nieuw-
York naar Rotterdam.
De gewone audiëntie van den minister
van financiën op 6 en die van den ministei
van marine op 7 dezer zullen niet gehouden
worden.
17)
Martha was verlangend te weten, hoe hij
zoo tijdig haar uit de handen van den
Italiaan had kunnen verlossen.
De verklaring van den detective was kort
en bondig.
Iiij had het huis van buiten goed opge
nomen en bij zicbzelven opgemaakt, waar
de onderscheidene kamers zich moesten be
vinden. Hij had heel spoedig opgemerkt,
dat in het bovenste gedeelte zich eenige
geheime vertrekken moesten bevinden en dat
de toegang daarheen zich in de bibliotheek
moest bevinden. Met zijn gewone slimheid
had hij heel spoedig die geheime trap ont
dekt. Hij was Martha Brown vóór geweest
en had expres de sluiting zoo half dicht
gedaan, opdat zij die gemakkelijk zou kunnen
ontdekken. Zijn lantaarn had hij uitgeblazen,
toen zij de trap besteeg.
Ook Garmo's binnentreden had hij opge
merkt en van het gesprek tusschen hem en
Martha was hij natuurlijk eveneens getuige
geweest.
„Wat hebt gij ontdekt in de geheime ver
trekken?" vroeg Martha.
De detective overhandigde haar een stukje
papier, waarop met potlood het volgende
stond geschreven:
„Lieve Martha, er moet iets verschrik
kelijks gebeurd zijnik heb gedroomd, maar
hoe lang weet ik niet. Een man van een
donker uitzicht is bij mij geweest en hij
noemde zich een doctor, maar ik vrees, dat
hij een medeplichtige is in een zeer geheim
zinnige zaak. Hij zegt, dat ik zwaar ziek ben
geweest. Ik bevind mij in een geheel vreemd
vertrek mis u zeerlieve Martha, waar
zijt gij toch Men heeft verteld, dat gij ziek
zijt, toen ik naar u vroeg, en daarom schrijf
ik u, in de hoop, datju deze brief zal he
reiken. Kom mij toch spoedig eens opzoeken
en verklaar mg al het vreemde om mij
heen en
Hier eindigde de brief onverwacht.
„Kent gij die hand?" vroeg Harry Park.
„Ongetwijfeld."
„Dit bewijst dus, dat het meisje vervoerd
is geworden en dat zij dus den brief niet
heeft kunnen afschrijven. Zij hebben haar
niet durven mishandelen uit vrees, dat ik
het hun later zou kunnen bewijzen. Binnen
enkele uren is zrj weer op vrije voeten."
„Ik verlaat mij geheel op uw oordeel."
„Daar doet ge wèl aan en tot belooning
zult gij Amelia dan ook gezond terugzien."
Het was avond geworden en het uur
naderde, waarop Harry zich naar het
kantoor van Mulvey zou begeven.
De slimme man begreep heel goed, dat
zijn moordenaars reeds besteld waren en
dat de rechtsgeleerde .maatregelen had
genomen, om hem uit den weg te ruimen.
„Mulvey behoorde in New-York tot die
rechtsgeleerden, wier geheele praktijk voor
namelijk bestond in het behandelen van
kwade zaken. Het kantoor stond in een
buurt, bewoond door lieden uit do heffe
des volks, en in de kleine woningen er
omheen huisden bijna niet anders dan
dieven en moordenaars van professie. Men
had geen geschikter plekje voor een mis
daad kunnen bedenken.
Op zijn weg daarheen ontmoette Harry
Park een zeeman, dien hij eenige oogen-
blikken staande hield, om toen weder verder
te gaan
Even later bevond hij zich voor het huis
van Mulvey, dat achteruit was gebouwd cn
slechts één verdieping hoog was. Aan de
eene zijde was een steenen plaats en aan den
anderen kant een bergplaats van hout.
Hier, in dit verlaten gebouwtje, overdacht
Mulvey zijn helsche plannen; een gieterij,
die des nachts gosloten was, maakte de plaats
nog eenzamer.
Mulvey was reeds meermalen onder
speciale bewaking der politie geweest, daar
er geruchten hadden geloopen van zaken,
die het licht niet mochten zien, doch het
was hem nog steeds gelukt aan haar opmerk
zaamheid te ontsnappen.
Eens was een detective er in geslaagd
hem aan te klagen, doch de sluwe rechts
geleerde had zooveel bewijsgronden weten
aan te voeren, dat men hem wel met vrede
had moeten laten.
Op het vastgestelde uur verscheen de
geest voor de deur van Mulvey's kantoor.
In de zakken van den vermoorde had hij
verschillende voorwerpen gevonden, o. a. ook
een huissleutel, dien hij nu in het slot stak.
Hij bevond zich nu in de gang en aan zijn
linkerhand viel een streep licht op den
grond. Hij begreep, dat dit de deur van het
kantoor moest zijn en den sleutel in het
slot stekend, draaide hij dien om en stond
voor Mulvey.
„Hoe kwaamt gij binnen zonder schellen?"
vroeg deze vol ontzetting.
„Met den huissleutel, natuurlijk."
„En waar hebt ge dien vandaan?"
„Zoover ik weet, heb ik dien altijd ge
bruikt."
„Wat komt ge nu eigenlijk hier doen?"
„Gij vergeet, dat niet ik deze afspraak
gemaakt heb."
„Ja, doch ik heb u niet in mijn huis
geroepen, toen gij u verleden bij mij liet
aandienen."
„Neen, toen kwam ik uit eigen beweging."
„En toen dreigdet ge mij?"
„Ik waarschuwde u; gij noemt dat nu
dreigen."
„Gij zegt, dat ge vele mijnor geheimen
kent
„Juist."
„En gij wilt nu uw stilzwijgen aan mjj
verkoopen
„Gjj waart het, die mij dat aanboodt."
„Toegegeven
„Nu beginnen we elkaar eindelijk goed
te begrijpen.''
„Wilt ge mij mededeelen, George Austin,
welke geheimen gij zooal weet?"
„Dat is niet noodig."
„Geef mij dan de som op, die gij ver-
langt, dat ik u zal uitbetalen voor uw stil-
zwijgen."
„Gij spot, mijnheer Mulvey!"
„Tien dollars?"
De geestverschijning lachte geheel als een
gewoon mensch.
„Is dit niet genoeg?" vroeg Mulvey.
„Neen."
„Ga zitten en noem mij de feiten op, dit
gij weet."
De rechtsgeleerde wees hem een stoel ..an
„Dank u, ik blijf liever staan."
„Ik sta er op, dat gij een stoel neemt
Austin."
„Nu, dan zal ik dezen nemen.''
„En nu voor den dag met uw kennis!'
„Ten eerste weet ik alles af van het ver
valschte testament."
„Wiens testament?"
„Van den heer Lathrop."
„Ik weet niets van een vervalscht testa
ment, maar laat ons die mogelijkheid aan
nemen welke feiten kunt ge nog mee>.
opnoemen
„Mij is de geheele samenzwering bekend
tegen de erfgename en dochter van den heer
Lathrop."
„Welke samenzwering?"
„Wend geen onkunde voor, mijnheer
Mulvey; gij weet heel goed, wat ik beilooL
Dan weet ik, dat men Amelia Lathrop iets
heeft ingegeven en dat haar lichaam uit do
kist is genomen, terwijl een ander daar
voor in de plaats is gelegd. Het is een
leugen, dat het meisje dood is."
(Wordt vervolgd.)