N°. 10399
V rijdag 3 .lauuai i.
A0.1895
geze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en geestdagen, uitgegeven.
Leiden, 2 Januari.
Feuilleton.
TE NiEUWSCSERICr
LEIDSCH
DA&BLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden.
Franco per post
Afzonderlijke Nommer*
1.40.
0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Yan 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17£. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het mcasseeren buiten de stad
wordt 0.05 berekend.
Officieel© Hennisffevintfen.
ZEEMILITIE.
Burgemeester on Wethouders van Leiden,
Gelet op art. 150 der Wet op de Nationale Militie,
▼an den 19den Augustus 1861 (Staatsblad No. 72),
gewijzigd bij d_ Wet yan den 4clon April 1892
(Staatebla No. 56);
Noodigon do lotalingen dezer gemeente, die ver
langen bij do Zoemilitio te dienen, uit zh.li daartoe
aan to melden vóór den lsten Februari aiustaaude.
op eon der werkdagen, tueschen des voormiddaga
tien en des namiddags drie uren, ter Secietarie dezer
gemeente.
Zij herinneren voorts den belanghebbenden, dat
het overbodig is, verzoeken om m ij ving bij de
Zeemilitie tot liet Departement van Marino :e richten
en dat zoodanigo verzoeken buiten beschikking
worden gehou en; dat derhalve bela gheobei.den,
van het verlangen om bjj de Zeemilitie te worden
geplaatst, uitsluitend op de boven aangegeven wijze
behoorea te doen blaken.
Tevens vestigen zij in verband met het voren
staande, d~ aandacht dor loteliugen op het voor
schrift van art. 129 der Militiewet, zijnde van dezen
iahoad:
„Do bij do militie te land ingelijfden worden niet
tot het aangaan van eene verbintenis voor do buiten-
landsche zeevaart toegelaten, zondor schriftelijke
toestemming vanwegs odzob Minister van Oor.og.
Die toestemming wordt slechts verleend aan de
lotelingen, dio reeds vóór bonne inlijving bij de
militio hun beroep van de buitenlandsche zeevaart
maakten en die zich overeenkomstig art. 150 voor
de Zeemilitio hebben aangeboden, doch daarbij niet
hebben kunnen wordon aangenomen".
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemeester*
2 Januari 1896. E. KIST, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van Leiden,
Herzien de openbare kenDiag-.viDg omtrent de
verplichting tot het doen van aangifte voor de Nationale
Militie in do maand Januari 1896, voor hen, die op
den lsten Januari van dit jaar hun 19de jaar ziju
ingetreden, en alzoo de personen, geboren in het
jaar 1877, alsmede voor hen, din eerst na het intreden
vau hun 19do jaar, dooh vóór het volbrengen van
hun 20sto, iDgczetenen zyn geworden;
Brengen ter algomeeno kennis;
dat tot deze inschrijving zitting wordt gehouden op
het Raadhuis, Yan d»e voormiddags 10 tot des
namiddags 3 uren,
op Maandag don 6den Januari, vaor de bewoners
van do wijkeu I, II en III,
op Dinsdag don 7don Januari, voor de bewoners
van do wijkon IY en Y,
op Woensdag den 8sten Januari, voor de bewoners
van wijk YI,
op Donderdag don ödoD Januari, voor do bewonore
van wijk YII,
op Yrgdag don lOden Januari, voor de bewoners
van de wijken YII! en IX of de buitenwijk,
en dat de geboorte-akten, die do belanghebbenden
bij de im chrg/ing. oader opgave dor woonplaats van
den ingeachreveue, behooron over te leggen, dagelijks,
den Zondag uitgezonderd, zijn to verkrijgen ter
Secretarie dezer gemoonte (afdeeling Burgerlijke
Stand), van des voormiddags 10 lot des namiddags
3 uren, wanneer tevens voor hen, die hior niet zga
geboren, aanvrage ter verkrijging dier akten kan
worden gedaan.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Bnrgcmeostor.
2 Januari 186$. E. KIST, Secretaris.
Burg. en Wetbs. van Woubrugge herinneren de
I ingezetenen dier gemeente aan ae verplichting tot
I bot vegen of rditugea hunner rookgelcidiDgen, in-
gevolge artt. 148 <ro 1*6 der AJgoraeene Plaatselijke
I Politievorordoning, znlleade de desbetreffende schouw
I worden gedreven op Maandag 13 Januari a. e.
H. M. de Koningin-Regentes heeft aan het
Centraal Israëli :tisch wees- en doorgangs
huis alhier f 60 geschonken.
By beschikking van den minister van
binnenUndscbe xaken van 31 December 1895
zijn voor het jaar 1896 benoemd de heeren
tot assistent bjj de Rijksuniversiteit to Leiden
in het ziekenhuis: A. A. Hijmans van den
Bergb, J. C. J. Bierens de Haan, dr. C. S.
Lechnir, II. B. Sommelink, G. N. De Voogt;
voor de heelkunde: M. Rutgers; sterrenkunde:
J. Weeder, natuurkunde: dr. P. Zeeman, dr.
J. Verschaffeit, A. Van Eldik, Ch. M. A.
Hartman; physiologie: M. A J. Geluk, H.
W. Blote; pathologische anatomie: W. A.
Kuenen pathologie en hygiëne: N. L.Schoorel;
scheikunde- dr. E. A. Klobbie, dr. H. W.
Bakhuis Roozeboom, dr. H. J. Taverne, W.
P. Jorissen; botanie: L. Vuyck, pharmacie:
H. A. Van Helden; verloskundige polikliniek
dr. J. D. Doorman, en tot prosector bij de
anatomie: G. H. Van Dissel.
Bij de Leidsche Spaarbank werd in de
maand December ingelegd 42,742.48s en
terugbetaald 53,444.94, terwijl zijn afgege
ven 59 nieuwe en geheel afgelost 48 boekjes.
Het gezamenlijk tegoed der 10574 deelhebbers
bedroeg oinde December 1895: f 1,962,968.55s.
De Nedörlandsche mail, möt berichten
uit lndië, wordt hedenavond alhier verwacht.
B\j koninklijk besluit is het beroep van
J. Boot, ingesteld tegen een besluit van
B. en Ws. van Woubrugge, waarbij hem
geweigerd werd het oprichten van eene
scheepstimmerwerf voor ijzeren scheepsbouw,
alsmede eono smederij, ongegrond verklaard.
Deze beslissing heeft bjj vele ingezetenen
groote teleurstelling verwekt.
In plaats van den heer A. Van der Vos,
die wegens voortdurende ongesteldheid ont
slag heoft genomen, is door den directeur
der directe belastingen, enz. te Rotterdam
tot sub ontvanger te Nieuwveen aangesteld
de heer W. Van der Vos, secretaris en ont
vanger dier gemeente.
Bij koninklijk besluit is deheerJ.H. H
Römelingh, secretaris der gemeente Sassen
htim, benoemd tot burgemeester te Zw6eloo.
Aan het postkantoor te Wassenaar werd
gedurende het 4de kwartaal 1895 ingelegd
ƒ6100.95 terugbetaald ƒ3400.65
Het laatste door dat kantoor uitgegeven
boekje draagt het nummer 493.
Aan het postkantoor te Noord wijk en de
daaronder ressorteerendo hulpk. werd ge
durende het éde kwartaal 1895 ingelegd
ƒ3296.40, terugbetaald 1728.05.
Het laatste door dat kantoor uitgegeven
boekje draagt het nummer 368.
HH. MM. de Koninginnen woonden in de
Groote Kerk te 's-Gravenhage de Oudejaars
avond-godsdienstoefening b(j onder gehoor
van ds. Vermeer.
Hare Majesteiten de Koninginnen hielden
gisturnamiddag te éón uur Nieuwjaarsreceptie
voor de dames en heeren ier hofhouding, de
ministers, de presidenten van Eerste en Tweede
Kamer, de voorzitters van hooge Staatscolleges,
den directeur van het Kabinet der Koningin,
de leden van den Raad van Voogdij en eenige
andere autoriteiten, o. a. den gouverneur der
residentie.
Ten paleize hebben een groot aantal per
sonen, leden van het corps diplomatique, van
de vertegenwoordigende lichamen, burgerlijke
en militaire autoriteiten, hunnen naam geschre-
;n in het felicitatie-boek, hetwelk daar ter
plaatse gereed lag.
Namens H.H. M M. de Koningin en de
Koningin Regentes werd aan het hoofdbestuur
van het Marinefonds op Oudejaarsavond toe
gezonden een som van tweehonderd gulden
als blijk van H. D. belangstelling in, en als
bijdrage ten behoeve van genoemde vereeniging.
Jhr. mr. Beelaerts van Blokland, gezant
van Transvaal by ons Hof, is gisteren naar
Berlijn vertrokken.
Door de Maatschappij tot Exploitatie van
Staatsspoorwegen is bepaald, dat door de
houders van abonnementskaarten voor lijn
groepen (groepenkaarten) geen hoogere waar
borgsom behoeft gestort te worden dan vijf
gulden. Tot dusverre bedroeg die waarborgsom
20 pet. van den prijs van het abonnement.
De staatsraad mr. J Heemskerk Azn.
is thans geheel hersteld en nam zijne werk
zaamheden weder waar in het college van
den Raad van State.
Een „Leiddraad voor Richard Wagner's
werken" zal zeker aan velen welkom zijn.
In het Noderlandsch bewerkt door Wilhelmine
Van Westrheene, naar het bekende werk
van M Chop, verschijnt thans zoodanige
leiddraad bij den uitgever A M Van den
Broecke, te Amsterdam Het werk zal in tien
afleveringen compleet zijn, de eerste daarvan
is gewjjd aan de „Tannhauser".
De geschiedenis van die opera wordt eerst
gegeven en daarna eene analyse van de
ouverture en verdere onderdeelen Indien alle
latere afleveringen even duidelijk van Wagner's
„muziek drama's" een overzicht geven als deze
eerste het van „Tannbauser' doet, dan voor
zeker verdient deze „Leiddraad" in handen
te komen van iedereen, die Wagner's werken
wil leeren kennen, vooral van hen, die in
de gelegenheid zijn ze te gaan zien en hooren.
Om daarvan het rechte genot te hebben, is
het vooraf bestudeeron van zoodanigen leid
draad nagenoeg onmisbaar en het komt ons
voor, dat deze bewerking alle aanbeveling
verdient.
De druk, ook van de daarin voorkomende
muziek, is aangenaam, het formaat handig
en de op zichzelf reeds lage prys behoeft
niemand af te schrikken, omdat elke afleve
ring ook afzonderlijk verkrijgbaar is, hoewel
iets duurder dan b(j inteekening voor alle
afleveringen te zamen.
Uit goede bron kunnen w(j mededeelen,
dat de hoer W. H. De Beaufort, te Drieber
gen, niet voornemens is, gelijk werd gemold,
van woonplaats te veranderen, en alleen,
evenals tot dusverre, een huis te 's Gravenhage
heeft om aldaar gedurende de zittingen der
Tweede Kamer tjjdelflk te verbleven. UD.)
Den 27sten April 1896 zal het studenten
zending gezelschap „Elthato" te Utrecht zjjn
vijftigjarig bestaan herdenken.
Het voornemen bestaat, om hetzij April
zelf, hetzij in 't begin van Juni, op den tijd,
waarop het jaarfeest gewoonlijk gevierd wordt,
eone feestelijke bijeenkomst ter herdenking
van dit jubileum te houden, waartoe eereleden,
buitengewone en correspondeerende Jeden
zullen worden uitgenoodigd.
De nog in leven zijnde oprichters zijn do
h°eren J. Drost, emeritus-pred. te Leiden,
A Murray, pred. te Wellington, Kaapkolonie,
C. G. Schyvliet, emeritus-pred. te Zeist,
en J A. Rufls, emeritus-pred. te Kampen.
- Naar men meldt, zal de luit-kol. Van
Lelyveld, van het 3de regt. veld-art. te
Breda, binnenkort den dienst met pensioen
verlaten.
- De 3de batterij van het 3de reg. veld-
art., in garnizoen te Bergen-op-Zoom, wordt
in den zomer van 1896 overgeplaatst naar
's Hertogenbosch.
- Het rapport van de Duinvormingcom
missie is, naar wij vernemen, dezer dagen tij
den minister van waterstaat ingekomen. Fad
- Naar de „A. Ct." verneemt, is het be
staan der Nederlandsche Opera, door den
ondervonden finantièelen steun en de drukkere
opkomst van het publiek, tot Mei verzekerd.
- In zake het aanstaand vertrek van prof.
Von Eiselsberg van Utrecht naar Konings
bergen, verneemt het „U. D.," dat b(j ver
moedelflk nog eenmaal, in de eerste helft
van Januari a s., naar Utrecht zal komen
om nog een college te geven en afscheid van
zijne leerlingen te nomen.
- Door den minister van oorlog zijn wijzi
gingen gebracht in de reglementen op d6n
inwendigen dienst der infanterie en der cava
lerie, noodig geworden door de nieuwe rege
ling der voeding van do militairen voor reke
ning van het Rijk on de invoering van het
reglement op de magazijnen van levensmid
delen en slachterijen.
- De gewone audiëntie van den minister
van koloniën zal op Vrydag 3 dezer niet
plaats hebben.
- Het stoomschip „Smeroe" airiveèrde
31 Dec. van Rotterdam te Batavia; de
„Bromo" vertrok l Jan. van Batavia na?r
Rotterdam; de „Drente", van Batava naar
Rotterdam, passeerde 31 Dec Sagrèsde
„Edam" arriveerde 31 Dec. van Nieuw-York.
te Rotterdamde „Jason", van Amsterdam naar
Batavia, arriveerde 31 Dec. te Liverpool; de
„Kanzier", van Oost Afrika naar Vlissingon
en Hamburg, arriveerde 1 Jan. te Suez, de
„Lawoe", van Java naar Rotterdam, vertrok
1 Jan. van Perim; de „Merapi", van Java
naar Rotterdam, arriveerde 1 Jan. te Marseille
de „Prinses Amalia", van Amsterdam naar
Batavia, vertrok 1 Januari van Suez; de
„Prinses Sopbie", van Amsterdam naar
Batavia, passeerde 1 Jan. Ouessant; de
„Schiedam" is 31 Dec. van Amsterdam te
Nieuw-York aangekomen; de „Telemachus"
is 1 Jan. van Batavia te Amsterdam aange
komen; de „Prinses Wilhelmina" arriveerde
1 Jan. van Batavia te Amsterdam.
- By koninklyk besluit is jhr. A. W. Van
Borsele, burgemeester van Eede, benoemd tot
ridder in de orde van den Nederlandschen
Leeuw.
Met ingang van 1 dezer aan J. Beyder-
wellen, op zijn verzoek, eervol ontslag ver
leed als opzichter ovor rechtsgebouwen, ge
vangenissen en Rijksopvoedingsgestichten.
Met ingang van 1 Febr. a. s. aan jhr. A.
W Van Borsele, op zyn verzoek, eervol ont
slag verleend als burgemeester van Eede,
met dankbetuiging voor de diensten, door
hem in die betrekking bewezen.
Benoemd: de heer J. Barendregt Az. tot
burgemeester van Zaamslag; de heer C.
Z Tadema, met ingang van 8 dezer, tot
burgemeester van Kuilenburg (met toekenning
van eervol ontslag als burgemeester van Leek)
jhr. G. A. Van Nispen tot id. van Kesteren.
De adelborst 1ste kl K. W. Van derCbys,
met ingang van 1 dezer, bevorderd tot luite
nant ter zee 2de kl.
Benoemd tot lid van het college voor de
zeevisscheryen, H. Dirkzwager Mz te Maassluis.
Gemengd Nieuws.
In den nacht van 24/25 Decern-
ber jl. werden de bewoners van een perceel
aan de Langegracht opgeschrikt door een slag
op de ruiten, waarop de dochter des huizes,
die nog niet te bed was, ging zien en ont
dekte dat eene ruit verbrijzeld was en bij
nadere beschouwing bleek op die ruit geplakt
te zfln een papier met groene zeep, terwijl
een worst van de uitgestalde winkelwaren
van den schotel was gavellen en het daar
over liggende servet meó ééne punt buiten
de gebroken ruit stak. Buiten komende, heoft
zij niemand opgemerkt. Uit alles was af te
leiden dat de ruit niet by ongeluk of door balda
digheid was gebroken, maar met het kenne
lijk doel om diefstal te plegen.
Door het door de politie ter zake ingestelde
onderzoek mocht het gelukken twee dagen
later als vermoedelijke daders aan te houden
twee personen, die, inden laatsten tyd zonder
werk zynde, veelal langs de straat zyn, en
die, na aanvankelyke ontkentenis, bekenden
de daders te zyn en het feit te hebben ge
pleegd na onderlinge afspraak, om zoodoende
zich de eetwaren toe te eigenen. Tegen hen
is proces-verbaal opgemaakt.
Een klein schoorsteenbrandje
aan don Zuidsingel, dat spoedig gobluscht
werd, was oorzaak dat gisternamiddag als
een loopend vuurtje zich door de stad het
gerucht verspreidde, dat de Katoenfabriek in
brand stond, dat duizenden menschen zich
naar de Heerengracht spoedden en dat slan
genwagens en brandspuiten uitrukten, gelukkig
echter zonder een druppel water te behoeven
te geven.
Door de politie alhier zyn ge-
durende het afgeloopen jaar 200 processen-
verbaal opgemaakt togen personer, schuldig
aan verschillende misdry ven en overtredingen
tegen 622 personen wegens openbare dronken-
sch?p, en tegen 880 personen die de Algemeene
Politieverordening en bijzondere wetsbepalingen
hebben overtreden.
Gedurende dat jaar hebben zich by de
polilio om nachtverblijf en onderstand aange
meld 1211 personen, die in de richting hunner
woonplaatsen werden voortgeholpen, terwyi
342 personen wegens openbare dronkenschap
in voorloopige politie bewaring moesten worden
gesteld.
In de fabrieken der Leidsche
Katoenmaatschappy alhier is een electrische
42)
Maar in een oogwenk kon ik zien, dat by
vroolyk en opgewekt keek; en toen ik by
hen kwam, waren vader en dochter in een
levendig gesprek zoo gelukkig blykbaar,
alsof zij geen zorgen kenden.
Ethel merkte my het eerst op, en tot
mijne groote vreugde scheen haar gelaat van
genoegen te stralen, zoodra ik in zicht kwam.
Zy liep my tegemoet, stak hare hand uiten
drukte de myne met warmte.
„O, papal" riep zy, ,daar is Mr. Paul
eindelyk.
„Wel, wel," zeide de oude heer, my even
eens hartelyk de hand gevende. „Daar is dan
eindelyk Mr. Paul, van wien ik zoo dikwyis
heb hooren spreken 1 Nu, het verheugt my
u te zienl Het is zoo goed voor my als de
dokter. Wat zeg ik? veel beterI O, die
dokters wat hebben ze mu doen lyden 1 En
wanneer zyt gy gekomen? En hoe lang denkt
ge te blpven? En waar hebt ge uw intrek
genomen? Gy komt ons toch zeker dikwyis op
zoeken? Wel - well Ik ben bly u te zien."
Ik wilde de vole vragen van den ouden
heer beantwoorden, toen Ethel tusschenbeide
kwam:
„En hoe vaart gy, Mr. Paul? Geheel her
steld, hoop ik."
„Zoo goed als, Miss Eayner. Ik ben nog
wat zwak, maar zal ongotwyfeld spoedig weer
geheel in orde zyn,"
„Dat hoop ik. O, ik had zoo met u te doen.
Maar ik was zeer bly, dat Frank u kon
oppassen. Was by een goede verpleger?
Volgens zyn eigen zeggen deed by wonderen
in dat opzicht en beschouwt uw herstel als
voornamelyk zyn werk."
„Dan hoeft hy het niet ver mis, Miss
Rayner. Ik geloof dat ik meer verschuldigd
ben aan zyno vriendelyke zorg dan aan
iets anders."
„01" zeida Mr. Rayner lachende. „Hy
deed my niet zooveel goed, ofschoon de goede
jongen zyn best deed toen ik in het hospitaal
lag. Maar ik veronderstel, dat zyne talenten
meer op genees- dan op heelkundig gebied
liggen, en hy beter met koortsen dan met
gebroken ribben overweg kan. Hier is myne
verpleegster; maar o'. Mr. Paul, zy is eene
vreeselyke tiran eene geduchte kleine hekBl"
„Daar merkt gy het weer, Mr. Paul," zeide
Ethel, mot aardig nagebootste boosheid, „ik
word even slecbt behandeld door papa als
door Frank. Zy plagen my altyd."
„En gy verdient het - gy verdient het;
dat weet gy wel - kleine heksl Dat is zy,
Mr. Paul eene kleine heks I Ik verbeeld my
somtyds dat ik Koning Lear ben en zy al
zijne dochters in één persoon vereenigt,
Cordelia er buiten gelaten. Eene kleine heks,
zeg ik ui"
Hoe den blik van innige liefde te beschry-
ven, waarmoe de oude man zyn woorden
weersprak
„Hoor eens, Mr. Paul," ging hy voort, „ik
behoef u maar te vertellen hoe zy my be
handelde, toen wy nauwelyks hier waren."
„01" riep Ethel uit, mot een gemaakt
lachje, „nu krygt gy papa's groote ui te
hooren. Ik wist, dat hy verlangend was u
die te vertellen."
„Houd uw mond, missl" riep haar vader
uit. „Hoe durft gy het eene ui noemen en de
geschiedenis bederven? Neen, neen," voegde
hy er by, moeilyk zyn lachen onderdruk
kende by zyne poging om ernstig te zyn;
„het was geen ui, zooals gy zult hooren."
Ethel wiorp my een veelbeteekenenden biik
toe, terwyl zy de wenkbrauwen optrok en
glimlachte, zooveel als om te zeggen; „Nu
komt er wat grappigs."
„Gy moet weten, Mr. Paul," zeide Mr.
Rayner, met eene blykbare poging om zeer
ernstig te zyn, „dat, toen wy 's avonds hier
aankwamen en Ethel onze bagage uitpakte,
ODze hospita, mevrouw Moffat, de zitkamer
binnenkwam en my o. a. vroeg, wat Ik den
volgenden morgen voor ontbyt wilde hebben.
Nu, daar bemoeit zich myne kleine heks in
den regel mee; maar ik vond het goed eens
voor een enkelen keer haar trots wat te
buigen door zelf orders te geven buiten haar
voorkennis. Ik vroeg dus, of ik wat viach
kon krygen. Ik was er niet zeker van, of
er visch te bekomen waa, daar wy zoo dicht
by zee waren.
Nu, mevrouw Moffat zeide, dat zy my
visch zou bezorgen, indien de ochtendtrein
uit Londen ze meebracht. Wat ik wilde
hebben? Een lekkere tong? Een lekkere
tong zou my wel aanstaan I Nu moet gy
weten, Mr. Paul, dat ik in myn sukkelenden
staat nooit vroeg opsta, maar myn ontbyt
in bed krijg, terwul Miss Heks het hare in
de zitkamer gebruikt. Weina, wat kryg ik
den volgenden morgen I Niets dan een
schaal met beschuitjes zesr lokkere be
schuitjes, dat moet ik zeggen, maar niet wat
ik besteld had. Nu, denk ik by me zelf, de
trein heeft zeker geen viscb gebracht. Niets
daarvan. Zoudt gy hot willen gelooven: er
was visch, in overvloed I Maar door eene ver
gissing van de meid was de viscb opgediend
voor het ontbyt van Miss Heks in plaats van
het myne, en Miss Lear, nommer één en
twee in één persoon, at da lekkere gebakken
visch van haar armen kreupelen vader op."
Hy hield op, als om kracht te verzamelen
voor wat er verder zou komen.
„Nu komt het," fluisterde Ethel, met een
scbalk8cben blik.
„Nu, mynheer," riep de oude man met
kluchtig nagebootste verontwaardiging uit,
„was dat geen buitengewone behandeling van
een zieken vader door zyne dochter?"
„Zeker," zeide ik, dit lachend toestem
mende.
„Dat is het niet dat is het niet," her
nam Mr. Rayner met ondeugend flikkerende
oogen. „Maar 't was te verwachten. Waarom?
Wol, omdat zoodra ik die kleine tiran by my
heb, ik zelfs geen baas ben over myn eigen
tong."
Natuurlyk lachte ik hartelyk om deze ge
waagde ui meer misschien wegens de kun
stige wyze, waarop zy in elkaar gezet was,
dan om de aardigheid zelve. Ethel lachte ook,
en de oude man zelf barstte in zulk een
Bcbaterend gelach uit om zyn eigen geestig
heid, dat hy zich blykbaar pyn deod, want
hy veranderde spoedig van toon.
„Och, uchl Myne arme ribbenI" riep hy
uit. O, ol" kermde hy.
„Papa, papa," zeide Ethel, „gij moet
wezeniyk niet zoo grappig zyn. Gy weet, dat
gy er nog niet tegen kunt."
Woldra kwam de oude heer tot bedaren
en zeide
„Op myn woord, Mr. Paul, ik geloof, dat
dio zoo kwaad niet is voor oen oud man. Ik
denk er over om haar aan Punch te zen
den. Vindt gy haar daar goed genoeg
voor?"
Ik zeide dat ik vreesde dat zy al te goed
was te ver boven het peil van dat komische
tydschrift, dat het misschien niet kwaad zou
zyn een splinternieuw blad van die humo
ristische kracht op te richten.
Zoowel Ethel als haar vader begrepen dat
ik schertste, en zoo liep het kleine tusschen-
bedruf vrooiyk af.
Dit was zeker een verblydend begin, en ik
was in wat men „den zevenden hemel" noemt.
Onderwyi drentelden wy op en neer, Eth'-l
aan de eene zyde van het wagentje, ik a n
de andere. Wy hielden alleen stil, toen Mr.
Rayner zoo hevig moest lachen en pfjn had.
Het was een heerlyke dag. De zon scheen
warm en helder, do zee was kalm en liet
een smalle franje van Bchuim op het
strand.
(Wordt vervolgde