N°. 10399 V rijdag 3 .lauuai i. A0.1895 geze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en geestdagen, uitgegeven. Leiden, 2 Januari. Feuilleton. TE NiEUWSCSERICr LEIDSCH DA&BLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. Franco per post Afzonderlijke Nommer* 1.40. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIEN Yan 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17£. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het mcasseeren buiten de stad wordt 0.05 berekend. Officieel© Hennisffevintfen. ZEEMILITIE. Burgemeester on Wethouders van Leiden, Gelet op art. 150 der Wet op de Nationale Militie, ▼an den 19den Augustus 1861 (Staatsblad No. 72), gewijzigd bij d_ Wet yan den 4clon April 1892 (Staatebla No. 56); Noodigon do lotalingen dezer gemeente, die ver langen bij do Zoemilitio te dienen, uit zh.li daartoe aan to melden vóór den lsten Februari aiustaaude. op eon der werkdagen, tueschen des voormiddaga tien en des namiddags drie uren, ter Secietarie dezer gemeente. Zij herinneren voorts den belanghebbenden, dat het overbodig is, verzoeken om m ij ving bij de Zeemilitie tot liet Departement van Marino :e richten en dat zoodanigo verzoeken buiten beschikking worden gehou en; dat derhalve bela gheobei.den, van het verlangen om bjj de Zeemilitie te worden geplaatst, uitsluitend op de boven aangegeven wijze behoorea te doen blaken. Tevens vestigen zij in verband met het voren staande, d~ aandacht dor loteliugen op het voor schrift van art. 129 der Militiewet, zijnde van dezen iahoad: „Do bij do militie te land ingelijfden worden niet tot het aangaan van eene verbintenis voor do buiten- landsche zeevaart toegelaten, zondor schriftelijke toestemming vanwegs odzob Minister van Oor.og. Die toestemming wordt slechts verleend aan de lotelingen, dio reeds vóór bonne inlijving bij de militio hun beroep van de buitenlandsche zeevaart maakten en die zich overeenkomstig art. 150 voor de Zeemilitio hebben aangeboden, doch daarbij niet hebben kunnen wordon aangenomen". Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, Burgemeester* 2 Januari 1896. E. KIST, Secretaris. Burgemeester en Wethouders van Leiden, Herzien de openbare kenDiag-.viDg omtrent de verplichting tot het doen van aangifte voor de Nationale Militie in do maand Januari 1896, voor hen, die op den lsten Januari van dit jaar hun 19de jaar ziju ingetreden, en alzoo de personen, geboren in het jaar 1877, alsmede voor hen, din eerst na het intreden vau hun 19do jaar, dooh vóór het volbrengen van hun 20sto, iDgczetenen zyn geworden; Brengen ter algomeeno kennis; dat tot deze inschrijving zitting wordt gehouden op het Raadhuis, Yan d»e voormiddags 10 tot des namiddags 3 uren, op Maandag don 6den Januari, vaor de bewoners van do wijkeu I, II en III, op Dinsdag don 7don Januari, voor de bewoners van do wijkon IY en Y, op Woensdag den 8sten Januari, voor de bewoners van wijk YI, op Donderdag don ödoD Januari, voor do bewonore van wijk YII, op Yrgdag don lOden Januari, voor de bewoners van de wijken YII! en IX of de buitenwijk, en dat de geboorte-akten, die do belanghebbenden bij de im chrg/ing. oader opgave dor woonplaats van den ingeachreveue, behooron over te leggen, dagelijks, den Zondag uitgezonderd, zijn to verkrijgen ter Secretarie dezer gemoonte (afdeeling Burgerlijke Stand), van des voormiddags 10 lot des namiddags 3 uren, wanneer tevens voor hen, die hior niet zga geboren, aanvrage ter verkrijging dier akten kan worden gedaan. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, Bnrgcmeostor. 2 Januari 186$. E. KIST, Secretaris. Burg. en Wetbs. van Woubrugge herinneren de I ingezetenen dier gemeente aan ae verplichting tot I bot vegen of rditugea hunner rookgelcidiDgen, in- gevolge artt. 148 <ro 1*6 der AJgoraeene Plaatselijke I Politievorordoning, znlleade de desbetreffende schouw I worden gedreven op Maandag 13 Januari a. e. H. M. de Koningin-Regentes heeft aan het Centraal Israëli :tisch wees- en doorgangs huis alhier f 60 geschonken. By beschikking van den minister van binnenUndscbe xaken van 31 December 1895 zijn voor het jaar 1896 benoemd de heeren tot assistent bjj de Rijksuniversiteit to Leiden in het ziekenhuis: A. A. Hijmans van den Bergb, J. C. J. Bierens de Haan, dr. C. S. Lechnir, II. B. Sommelink, G. N. De Voogt; voor de heelkunde: M. Rutgers; sterrenkunde: J. Weeder, natuurkunde: dr. P. Zeeman, dr. J. Verschaffeit, A. Van Eldik, Ch. M. A. Hartman; physiologie: M. A J. Geluk, H. W. Blote; pathologische anatomie: W. A. Kuenen pathologie en hygiëne: N. L.Schoorel; scheikunde- dr. E. A. Klobbie, dr. H. W. Bakhuis Roozeboom, dr. H. J. Taverne, W. P. Jorissen; botanie: L. Vuyck, pharmacie: H. A. Van Helden; verloskundige polikliniek dr. J. D. Doorman, en tot prosector bij de anatomie: G. H. Van Dissel. Bij de Leidsche Spaarbank werd in de maand December ingelegd 42,742.48s en terugbetaald 53,444.94, terwijl zijn afgege ven 59 nieuwe en geheel afgelost 48 boekjes. Het gezamenlijk tegoed der 10574 deelhebbers bedroeg oinde December 1895: f 1,962,968.55s. De Nedörlandsche mail, möt berichten uit lndië, wordt hedenavond alhier verwacht. B\j koninklijk besluit is het beroep van J. Boot, ingesteld tegen een besluit van B. en Ws. van Woubrugge, waarbij hem geweigerd werd het oprichten van eene scheepstimmerwerf voor ijzeren scheepsbouw, alsmede eono smederij, ongegrond verklaard. Deze beslissing heeft bjj vele ingezetenen groote teleurstelling verwekt. In plaats van den heer A. Van der Vos, die wegens voortdurende ongesteldheid ont slag heoft genomen, is door den directeur der directe belastingen, enz. te Rotterdam tot sub ontvanger te Nieuwveen aangesteld de heer W. Van der Vos, secretaris en ont vanger dier gemeente. Bij koninklijk besluit is deheerJ.H. H Römelingh, secretaris der gemeente Sassen htim, benoemd tot burgemeester te Zw6eloo. Aan het postkantoor te Wassenaar werd gedurende het 4de kwartaal 1895 ingelegd ƒ6100.95 terugbetaald ƒ3400.65 Het laatste door dat kantoor uitgegeven boekje draagt het nummer 493. Aan het postkantoor te Noord wijk en de daaronder ressorteerendo hulpk. werd ge durende het éde kwartaal 1895 ingelegd ƒ3296.40, terugbetaald 1728.05. Het laatste door dat kantoor uitgegeven boekje draagt het nummer 368. HH. MM. de Koninginnen woonden in de Groote Kerk te 's-Gravenhage de Oudejaars avond-godsdienstoefening b(j onder gehoor van ds. Vermeer. Hare Majesteiten de Koninginnen hielden gisturnamiddag te éón uur Nieuwjaarsreceptie voor de dames en heeren ier hofhouding, de ministers, de presidenten van Eerste en Tweede Kamer, de voorzitters van hooge Staatscolleges, den directeur van het Kabinet der Koningin, de leden van den Raad van Voogdij en eenige andere autoriteiten, o. a. den gouverneur der residentie. Ten paleize hebben een groot aantal per sonen, leden van het corps diplomatique, van de vertegenwoordigende lichamen, burgerlijke en militaire autoriteiten, hunnen naam geschre- ;n in het felicitatie-boek, hetwelk daar ter plaatse gereed lag. Namens H.H. M M. de Koningin en de Koningin Regentes werd aan het hoofdbestuur van het Marinefonds op Oudejaarsavond toe gezonden een som van tweehonderd gulden als blijk van H. D. belangstelling in, en als bijdrage ten behoeve van genoemde vereeniging. Jhr. mr. Beelaerts van Blokland, gezant van Transvaal by ons Hof, is gisteren naar Berlijn vertrokken. Door de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen is bepaald, dat door de houders van abonnementskaarten voor lijn groepen (groepenkaarten) geen hoogere waar borgsom behoeft gestort te worden dan vijf gulden. Tot dusverre bedroeg die waarborgsom 20 pet. van den prijs van het abonnement. De staatsraad mr. J Heemskerk Azn. is thans geheel hersteld en nam zijne werk zaamheden weder waar in het college van den Raad van State. Een „Leiddraad voor Richard Wagner's werken" zal zeker aan velen welkom zijn. In het Noderlandsch bewerkt door Wilhelmine Van Westrheene, naar het bekende werk van M Chop, verschijnt thans zoodanige leiddraad bij den uitgever A M Van den Broecke, te Amsterdam Het werk zal in tien afleveringen compleet zijn, de eerste daarvan is gewjjd aan de „Tannhauser". De geschiedenis van die opera wordt eerst gegeven en daarna eene analyse van de ouverture en verdere onderdeelen Indien alle latere afleveringen even duidelijk van Wagner's „muziek drama's" een overzicht geven als deze eerste het van „Tannbauser' doet, dan voor zeker verdient deze „Leiddraad" in handen te komen van iedereen, die Wagner's werken wil leeren kennen, vooral van hen, die in de gelegenheid zijn ze te gaan zien en hooren. Om daarvan het rechte genot te hebben, is het vooraf bestudeeron van zoodanigen leid draad nagenoeg onmisbaar en het komt ons voor, dat deze bewerking alle aanbeveling verdient. De druk, ook van de daarin voorkomende muziek, is aangenaam, het formaat handig en de op zichzelf reeds lage prys behoeft niemand af te schrikken, omdat elke afleve ring ook afzonderlijk verkrijgbaar is, hoewel iets duurder dan b(j inteekening voor alle afleveringen te zamen. Uit goede bron kunnen w(j mededeelen, dat de hoer W. H. De Beaufort, te Drieber gen, niet voornemens is, gelijk werd gemold, van woonplaats te veranderen, en alleen, evenals tot dusverre, een huis te 's Gravenhage heeft om aldaar gedurende de zittingen der Tweede Kamer tjjdelflk te verbleven. UD.) Den 27sten April 1896 zal het studenten zending gezelschap „Elthato" te Utrecht zjjn vijftigjarig bestaan herdenken. Het voornemen bestaat, om hetzij April zelf, hetzij in 't begin van Juni, op den tijd, waarop het jaarfeest gewoonlijk gevierd wordt, eone feestelijke bijeenkomst ter herdenking van dit jubileum te houden, waartoe eereleden, buitengewone en correspondeerende Jeden zullen worden uitgenoodigd. De nog in leven zijnde oprichters zijn do h°eren J. Drost, emeritus-pred. te Leiden, A Murray, pred. te Wellington, Kaapkolonie, C. G. Schyvliet, emeritus-pred. te Zeist, en J A. Rufls, emeritus-pred. te Kampen. - Naar men meldt, zal de luit-kol. Van Lelyveld, van het 3de regt. veld-art. te Breda, binnenkort den dienst met pensioen verlaten. - De 3de batterij van het 3de reg. veld- art., in garnizoen te Bergen-op-Zoom, wordt in den zomer van 1896 overgeplaatst naar 's Hertogenbosch. - Het rapport van de Duinvormingcom missie is, naar wij vernemen, dezer dagen tij den minister van waterstaat ingekomen. Fad - Naar de „A. Ct." verneemt, is het be staan der Nederlandsche Opera, door den ondervonden finantièelen steun en de drukkere opkomst van het publiek, tot Mei verzekerd. - In zake het aanstaand vertrek van prof. Von Eiselsberg van Utrecht naar Konings bergen, verneemt het „U. D.," dat b(j ver moedelflk nog eenmaal, in de eerste helft van Januari a s., naar Utrecht zal komen om nog een college te geven en afscheid van zijne leerlingen te nomen. - Door den minister van oorlog zijn wijzi gingen gebracht in de reglementen op d6n inwendigen dienst der infanterie en der cava lerie, noodig geworden door de nieuwe rege ling der voeding van do militairen voor reke ning van het Rijk on de invoering van het reglement op de magazijnen van levensmid delen en slachterijen. - De gewone audiëntie van den minister van koloniën zal op Vrydag 3 dezer niet plaats hebben. - Het stoomschip „Smeroe" airiveèrde 31 Dec. van Rotterdam te Batavia; de „Bromo" vertrok l Jan. van Batavia na?r Rotterdam; de „Drente", van Batava naar Rotterdam, passeerde 31 Dec Sagrèsde „Edam" arriveerde 31 Dec. van Nieuw-York. te Rotterdamde „Jason", van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 31 Dec. te Liverpool; de „Kanzier", van Oost Afrika naar Vlissingon en Hamburg, arriveerde 1 Jan. te Suez, de „Lawoe", van Java naar Rotterdam, vertrok 1 Jan. van Perim; de „Merapi", van Java naar Rotterdam, arriveerde 1 Jan. te Marseille de „Prinses Amalia", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 1 Januari van Suez; de „Prinses Sopbie", van Amsterdam naar Batavia, passeerde 1 Jan. Ouessant; de „Schiedam" is 31 Dec. van Amsterdam te Nieuw-York aangekomen; de „Telemachus" is 1 Jan. van Batavia te Amsterdam aange komen; de „Prinses Wilhelmina" arriveerde 1 Jan. van Batavia te Amsterdam. - By koninklyk besluit is jhr. A. W. Van Borsele, burgemeester van Eede, benoemd tot ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw. Met ingang van 1 dezer aan J. Beyder- wellen, op zijn verzoek, eervol ontslag ver leed als opzichter ovor rechtsgebouwen, ge vangenissen en Rijksopvoedingsgestichten. Met ingang van 1 Febr. a. s. aan jhr. A. W Van Borsele, op zyn verzoek, eervol ont slag verleend als burgemeester van Eede, met dankbetuiging voor de diensten, door hem in die betrekking bewezen. Benoemd: de heer J. Barendregt Az. tot burgemeester van Zaamslag; de heer C. Z Tadema, met ingang van 8 dezer, tot burgemeester van Kuilenburg (met toekenning van eervol ontslag als burgemeester van Leek) jhr. G. A. Van Nispen tot id. van Kesteren. De adelborst 1ste kl K. W. Van derCbys, met ingang van 1 dezer, bevorderd tot luite nant ter zee 2de kl. Benoemd tot lid van het college voor de zeevisscheryen, H. Dirkzwager Mz te Maassluis. Gemengd Nieuws. In den nacht van 24/25 Decern- ber jl. werden de bewoners van een perceel aan de Langegracht opgeschrikt door een slag op de ruiten, waarop de dochter des huizes, die nog niet te bed was, ging zien en ont dekte dat eene ruit verbrijzeld was en bij nadere beschouwing bleek op die ruit geplakt te zfln een papier met groene zeep, terwijl een worst van de uitgestalde winkelwaren van den schotel was gavellen en het daar over liggende servet meó ééne punt buiten de gebroken ruit stak. Buiten komende, heoft zij niemand opgemerkt. Uit alles was af te leiden dat de ruit niet by ongeluk of door balda digheid was gebroken, maar met het kenne lijk doel om diefstal te plegen. Door het door de politie ter zake ingestelde onderzoek mocht het gelukken twee dagen later als vermoedelijke daders aan te houden twee personen, die, inden laatsten tyd zonder werk zynde, veelal langs de straat zyn, en die, na aanvankelyke ontkentenis, bekenden de daders te zyn en het feit te hebben ge pleegd na onderlinge afspraak, om zoodoende zich de eetwaren toe te eigenen. Tegen hen is proces-verbaal opgemaakt. Een klein schoorsteenbrandje aan don Zuidsingel, dat spoedig gobluscht werd, was oorzaak dat gisternamiddag als een loopend vuurtje zich door de stad het gerucht verspreidde, dat de Katoenfabriek in brand stond, dat duizenden menschen zich naar de Heerengracht spoedden en dat slan genwagens en brandspuiten uitrukten, gelukkig echter zonder een druppel water te behoeven te geven. Door de politie alhier zyn ge- durende het afgeloopen jaar 200 processen- verbaal opgemaakt togen personer, schuldig aan verschillende misdry ven en overtredingen tegen 622 personen wegens openbare dronken- sch?p, en tegen 880 personen die de Algemeene Politieverordening en bijzondere wetsbepalingen hebben overtreden. Gedurende dat jaar hebben zich by de polilio om nachtverblijf en onderstand aange meld 1211 personen, die in de richting hunner woonplaatsen werden voortgeholpen, terwyi 342 personen wegens openbare dronkenschap in voorloopige politie bewaring moesten worden gesteld. In de fabrieken der Leidsche Katoenmaatschappy alhier is een electrische 42) Maar in een oogwenk kon ik zien, dat by vroolyk en opgewekt keek; en toen ik by hen kwam, waren vader en dochter in een levendig gesprek zoo gelukkig blykbaar, alsof zij geen zorgen kenden. Ethel merkte my het eerst op, en tot mijne groote vreugde scheen haar gelaat van genoegen te stralen, zoodra ik in zicht kwam. Zy liep my tegemoet, stak hare hand uiten drukte de myne met warmte. „O, papal" riep zy, ,daar is Mr. Paul eindelyk. „Wel, wel," zeide de oude heer, my even eens hartelyk de hand gevende. „Daar is dan eindelyk Mr. Paul, van wien ik zoo dikwyis heb hooren spreken 1 Nu, het verheugt my u te zienl Het is zoo goed voor my als de dokter. Wat zeg ik? veel beterI O, die dokters wat hebben ze mu doen lyden 1 En wanneer zyt gy gekomen? En hoe lang denkt ge te blpven? En waar hebt ge uw intrek genomen? Gy komt ons toch zeker dikwyis op zoeken? Wel - well Ik ben bly u te zien." Ik wilde de vole vragen van den ouden heer beantwoorden, toen Ethel tusschenbeide kwam: „En hoe vaart gy, Mr. Paul? Geheel her steld, hoop ik." „Zoo goed als, Miss Eayner. Ik ben nog wat zwak, maar zal ongotwyfeld spoedig weer geheel in orde zyn," „Dat hoop ik. O, ik had zoo met u te doen. Maar ik was zeer bly, dat Frank u kon oppassen. Was by een goede verpleger? Volgens zyn eigen zeggen deed by wonderen in dat opzicht en beschouwt uw herstel als voornamelyk zyn werk." „Dan hoeft hy het niet ver mis, Miss Rayner. Ik geloof dat ik meer verschuldigd ben aan zyno vriendelyke zorg dan aan iets anders." „01" zeida Mr. Rayner lachende. „Hy deed my niet zooveel goed, ofschoon de goede jongen zyn best deed toen ik in het hospitaal lag. Maar ik veronderstel, dat zyne talenten meer op genees- dan op heelkundig gebied liggen, en hy beter met koortsen dan met gebroken ribben overweg kan. Hier is myne verpleegster; maar o'. Mr. Paul, zy is eene vreeselyke tiran eene geduchte kleine hekBl" „Daar merkt gy het weer, Mr. Paul," zeide Ethel, mot aardig nagebootste boosheid, „ik word even slecbt behandeld door papa als door Frank. Zy plagen my altyd." „En gy verdient het - gy verdient het; dat weet gy wel - kleine heksl Dat is zy, Mr. Paul eene kleine heks I Ik verbeeld my somtyds dat ik Koning Lear ben en zy al zijne dochters in één persoon vereenigt, Cordelia er buiten gelaten. Eene kleine heks, zeg ik ui" Hoe den blik van innige liefde te beschry- ven, waarmoe de oude man zyn woorden weersprak „Hoor eens, Mr. Paul," ging hy voort, „ik behoef u maar te vertellen hoe zy my be handelde, toen wy nauwelyks hier waren." „01" riep Ethel uit, mot een gemaakt lachje, „nu krygt gy papa's groote ui te hooren. Ik wist, dat hy verlangend was u die te vertellen." „Houd uw mond, missl" riep haar vader uit. „Hoe durft gy het eene ui noemen en de geschiedenis bederven? Neen, neen," voegde hy er by, moeilyk zyn lachen onderdruk kende by zyne poging om ernstig te zyn; „het was geen ui, zooals gy zult hooren." Ethel wiorp my een veelbeteekenenden biik toe, terwyl zy de wenkbrauwen optrok en glimlachte, zooveel als om te zeggen; „Nu komt er wat grappigs." „Gy moet weten, Mr. Paul," zeide Mr. Rayner, met eene blykbare poging om zeer ernstig te zyn, „dat, toen wy 's avonds hier aankwamen en Ethel onze bagage uitpakte, ODze hospita, mevrouw Moffat, de zitkamer binnenkwam en my o. a. vroeg, wat Ik den volgenden morgen voor ontbyt wilde hebben. Nu, daar bemoeit zich myne kleine heks in den regel mee; maar ik vond het goed eens voor een enkelen keer haar trots wat te buigen door zelf orders te geven buiten haar voorkennis. Ik vroeg dus, of ik wat viach kon krygen. Ik was er niet zeker van, of er visch te bekomen waa, daar wy zoo dicht by zee waren. Nu, mevrouw Moffat zeide, dat zy my visch zou bezorgen, indien de ochtendtrein uit Londen ze meebracht. Wat ik wilde hebben? Een lekkere tong? Een lekkere tong zou my wel aanstaan I Nu moet gy weten, Mr. Paul, dat ik in myn sukkelenden staat nooit vroeg opsta, maar myn ontbyt in bed krijg, terwul Miss Heks het hare in de zitkamer gebruikt. Weina, wat kryg ik den volgenden morgen I Niets dan een schaal met beschuitjes zesr lokkere be schuitjes, dat moet ik zeggen, maar niet wat ik besteld had. Nu, denk ik by me zelf, de trein heeft zeker geen viscb gebracht. Niets daarvan. Zoudt gy hot willen gelooven: er was visch, in overvloed I Maar door eene ver gissing van de meid was de viscb opgediend voor het ontbyt van Miss Heks in plaats van het myne, en Miss Lear, nommer één en twee in één persoon, at da lekkere gebakken visch van haar armen kreupelen vader op." Hy hield op, als om kracht te verzamelen voor wat er verder zou komen. „Nu komt het," fluisterde Ethel, met een scbalk8cben blik. „Nu, mynheer," riep de oude man met kluchtig nagebootste verontwaardiging uit, „was dat geen buitengewone behandeling van een zieken vader door zyne dochter?" „Zeker," zeide ik, dit lachend toestem mende. „Dat is het niet dat is het niet," her nam Mr. Rayner met ondeugend flikkerende oogen. „Maar 't was te verwachten. Waarom? Wol, omdat zoodra ik die kleine tiran by my heb, ik zelfs geen baas ben over myn eigen tong." Natuurlyk lachte ik hartelyk om deze ge waagde ui meer misschien wegens de kun stige wyze, waarop zy in elkaar gezet was, dan om de aardigheid zelve. Ethel lachte ook, en de oude man zelf barstte in zulk een Bcbaterend gelach uit om zyn eigen geestig heid, dat hy zich blykbaar pyn deod, want hy veranderde spoedig van toon. „Och, uchl Myne arme ribbenI" riep hy uit. O, ol" kermde hy. „Papa, papa," zeide Ethel, „gij moet wezeniyk niet zoo grappig zyn. Gy weet, dat gy er nog niet tegen kunt." Woldra kwam de oude heer tot bedaren en zeide „Op myn woord, Mr. Paul, ik geloof, dat dio zoo kwaad niet is voor oen oud man. Ik denk er over om haar aan Punch te zen den. Vindt gy haar daar goed genoeg voor?" Ik zeide dat ik vreesde dat zy al te goed was te ver boven het peil van dat komische tydschrift, dat het misschien niet kwaad zou zyn een splinternieuw blad van die humo ristische kracht op te richten. Zoowel Ethel als haar vader begrepen dat ik schertste, en zoo liep het kleine tusschen- bedruf vrooiyk af. Dit was zeker een verblydend begin, en ik was in wat men „den zevenden hemel" noemt. Onderwyi drentelden wy op en neer, Eth'-l aan de eene zyde van het wagentje, ik a n de andere. Wy hielden alleen stil, toen Mr. Rayner zoo hevig moest lachen en pfjn had. Het was een heerlyke dag. De zon scheen warm en helder, do zee was kalm en liet een smalle franje van Bchuim op het strand. (Wordt vervolgde

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1