<§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven Leiden, 28 October. Eene Soldatcngescliiedenis. N°. 10945 Dhisdaa: SO October. k\ 1895 IEIBSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Yoor Leiden per 3 maanden. 1.10. 1.40. 0.05. Franco por post Afzonderlijke Nommers PRIJS DER ADVERTENTIEN: 1 6 rogels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootere Yan letters naar plaatsruimte, wordt 0.05 berekend. Yoor het incasseeren buiten de stad Oiliciëele Keunisgeyingen. Bnrgameeater en Wetbnodera van Leiden; Gozian de oiroulaire van den heer Commieaaria der Koningin in deze provincie van den 5den October 1895 A. No. 1298 (3de afd.), Provmciaal blad No. 51, herinneren b\j deze den ingezetenen dezer gemeente aan de bepalingen van do artt. 27 en 42 der wet van don 29»ten Maart 1833 (Staatsblad No. 4), zooala die zijn gewijzigd en aangevuld bij de artt. 7 en IA dor wet van den 9den Aprii 1869 (Stóatabiad No. 59). bebolzondo bepaliügoa omtrent do op hon rnatoDdo verplichting tot hot inleveren van eupph toire aan giften wegona het in gebruik nemen van poiceolcn of perceoUgedeelton of aanecbaffing van belasting voorworpen naar de 5de en 6de grondslagen, terwijl zij teveae worden gewezen op de strafbepalingen van art. 85 der wot van 29 Maart 1833 (Staatsblad No. 4), voor zoover dio zijn gewijzigd bij art. 13 der wet van 9 April 1869 (Staatsblad No. 59) en van art. 39 der wet van 29 Maart 1^33 (Staatsblad No. 4, waaraan zij zich by nalatigheid in het doen der aangiften zonden blootstellen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leidon, F. WAS, Burgemeester. 26 Oct. 1S95. E. KIST, Socrotaria. Bij openbare kennisgeving herinneren Burgemeester en Wethouders van Woubrugge den betrokken inge zetenen, voor zooveel noociig, aan huono verplich tingen tot het doen hunner suppletoirs aangiften voor do Porsoneole Belasting, hetwelk speciaal geldt voor degenen, die ui den 15den Mti 1895 een belastbare woning of gedeelte daarvan hebben betrokken, of aai slagpliohtig moohton zijn geworden naar don 5den ©e Cdon grondslag (belastbare dienstboden en paarden). Yc-rdor l.gt, krachtens publicatie vanwogo Burge meester ou Wethouders van Woubrugge, ter secretarie dier gemaento, gedurende 5 maanden, van den 24sten October 11. tot en met den 2lsten Maart a s., in afschrift ter visie het door den Raad vastgesteld en door Gedopoteerde Staten goed ekourd suppletoir kohier wegens den Boofdsiyken Omslag, dienst 1895. B(j het te Dordrecht gehouden examen in de vrije- en orde-oefeningen der gymnastiek zyn geslaagd de heer W. F. Maartense, van Leiden, en de dames E. Van Leeuwen en "W". E. Brittjn, beiden ook van Leiden. De heer A. Yan Wijk, cand. tot den H. Dienst te Leiden, is beroepen tot hulpprediker by de N»d.-Herv. gem. to Bladel. Ds. E. Fransen, leeraar by de Oud- Gereformeerde gemeente te Lisse, heeft het beroep naar diezelfde gemeente te Barneveld aangenomen. Op de voordracht voor onderwyzer aan aeno scheel te Purmerend komt nummer óén voor de heer J. P. Bouma, van Leiden. Uit ten ingezonden stuk in het „Han delsblad" van den hoer Verster blykt dat ook de grafzerk va* Floris van den Bouchorst en Janne van Schagen, indertyd, in do Noordwjkseh© kerk verplaatst is op aanraden van zijn graetvader, wyien den heer A. H. Yerstor Ta* Wulv«rhorst, die geruimen tyd op dit d*rp heeft gewoond. ~~Zjn vader (toen paankomende" jongen) her innert zich de epening van het graf tegen woordig to zqn geweest, en deelde hem nog medo dat in den kelder o. a. do gepolychro meerde wapens waren aangebracht. Yoor dio wisseling van plaats pleit tevens het feit, dat een der hoekwapsns (de kwar tieren van Henegouwen en Beieren (Schagen) bevattend), thans liet dichtst by den muur gelegen, liet meest door afsljjping g. leden heeft, terwyi do leeuw in het wapen van van den Bouchorst, nu gemakkelyk te berei ken, beter bewaard bleef. Vlak langs den kerkmuur toch wordt weinig geloopen. Do heer J. H. L. Yan der Schaaff had in een vorig schryven de namen genoemd van dr. Ph-yte, dr. Du Rieu en mr. Dozy, 't geen de hoer Verster doet zeggen„deze heeren maken, evenals ik, deel uit van de Commissie voor de bewaring van Voorwerpen van Waarde of belangrijk voor de Oudheidkunde en de Geschie den w der Kunstto Leiden. „Toch dien ik hier, ten einde verkeerde gevolgtrekkingen te vermyden, te constateeren dat ik de „Vlokken" niet schryf in qualiteit van conservator van het Stedeiyk Museum (do Lakenhal), doch den inhoud er van ten volle voor myne persoonlijke verantwoording neem." Op de in de „Standaard" voorkomende vijftiende iyst van de zeventiende jaarcollecte voor de Scholen met don Bybel komen o. m. voor Leiderdorp met Oegstgeost en Leidscbe- buurt met een bedrag van f 224. In den avond van den 26sten dezer hield do afdeeling van „Patrimonium", te Oude-Woteiing, hare eerste openbare lezing voor dit winterseizoen. Als spreker trad op de heer G. J. B. Bontje, hoofd der Christe- ïyke school aldaar, dio in zyn onderwerp, „Vooruitgang", wees op de vruchten, die door Patrimonium's optreden verkregen waren; hoe, mede door haar streven en invloed, in de laatste 20 jaren eene beweging der peesten was ontstaan, die de openbare meening in zoovele sociale vragen had omgezet ten gunste van den arbeider. Met eene opwekking om „Patrimonium" te helpen en te dienen in hare goede bedoelingen besloot de spreker zyne rede, die met byzondero aandacht gevolgd werd. Ds. Yan Veen, predikant te Akkooi, heeft het beroep naar de Ned.-Horv. Kerk te Hille- gom aangenomen. Zaterdag 11., te ongeveor twee uren, werd op de algemeene begraafplaats te Waddingsveen, onder een toevloed van be langstellenden, het Ijk van den heer P. Neurriss®, rustend geneesheer te 's-Gravenhage, ter aarde besteld. Toen de kist, door prachtig® kransen van vrienden bloedverwanten be dekt, boven de groeve stond, nam de heer G. Van der Pot, predikant by de Remon- strantsch© gemeente t« Waddingsveon, als voorzitter van hot Nonrrisse-fond« het woord, schetste met welsprekende woorden den overledone als vriend der armen en bohoef- tigen en herdacht hera met weemoed als den man, dio gedurende eea 36-tal joren zyn taak op waardige wyze had vervuld. Hot zooeven vermelde Fonds i» door bemiddeling van d«i heer Nourrisso opgerioht en stelt zich ten doel zooveel mogelijk 1* de persoeoiyke be hoeften van armo zieken en herstellenden to voorzien, door hun gratis versterkend voedsel, ligging en dekking te verschaffen. Hoewel in ons land by het grooto publiek onbekend, bestaat er in Nederland eene Unlo van studenten der universiteiton van Leiden, Utrecht, Groningen en Amsterdam, onder den naam van „Hendrik do Cock". Do loden dezer Unie behooren tot do Gerefor meerde Kerken en houden hunne vergade ringen te Amsterdam. Het doel der Unie is. do vriendschapsbanden onder de studenten te bevorderen en bewaard te blyven van mede te gaan met de beginselen der hedendaagsche wetenschap. Door de Unie worden onder werpen van den dag behandeld. Zoo werd 11. Dinsdag te Amsterdam het vraagstuk: „Is afschaffing gewenscht?" besproken, waarby tevens nieuwe leden van de Unie werden geïnstalleerd. Spoedig hoopt men te Groningen, waar 7 leden zyn, eene afdeeling der Unie op te richten. Het twoedo lustrum wordt in Februari te Amsterdam gehouden. U.D Het Turksche gezantschap te 's-Graven hage spreekt pertinent als onwaar tegen de berichten der Engelsche bladen omtrent de summiere veroordeeling van leden der jong- Turksche party en hunne overbrenging op een oorlogsschip, waarna zy in zee zouden zyn geworpen. Vrijdagmiddag heeft jhr. mr. W. M. Van Weede, Harer Majesteits nieuwbenoemde gezant by het Spaansche Hof, zyn geloofs brieven aan de Koningin Regentes van Spanje overhandigd. Betuigingen van welwillendheid werden daarbij gewisseld. De heer D. Emrik, lid der firma Emrik Binger, te Haarlem, is benoemd tot vice- president der jury voor de internationale ten toonstelling, welke ter gelegenheid van het eeuwfeest der steendrukkunst te Parys wordt gehouden. Zooals men zich zal herinneren, con stitueerde zich indertijd eene commissie met het doel, om een waardig gedenkteeken op te richten op het graf van wylen dr. C. E. Yan Koetsveld, in leven hofprediker te 's-Gra venhage. Naar gemeld wordt, zal dit monu ment op Donderdag 7 Nov. a. s. op de bo graafplaats „Eik-en-Duinen" worden onthuld. De Geldersch-Overyselsche Maatschappij van Landbouw heeft zich met een adres tot do Koningin-Regentes gewend, ten einde to wyzon op don benarden toestand, waarin het landbouwbedrijf verkeert, die het dringend noodzakelijk maakt, dat alles aangewend vrordo om dezen voornamen tak van ons volksbestaan to steunon en weder tot bloei t® brengen. Zondagvoormiddag had in de Koniokiyke Hofkapel van het paleis Het Loo een gods- éieastoefening plaats voor de Koninginnen met gortig on eenige genoo3lgden. De plechtigheid word geleid door ds. Beets, van Arnhem. De ritmeester jhr. W. H. J. Borool, die te "Woonen gedurende een jaar een rycursus hooft gevolgd, keert met 1 November hier to lande terug en is bestemd om te Amers foort op to treden als instructeur van de rij- oa hoefsmidschool. Te Utrecht heeft weder de jaariyksche algomeene vergadering plaats gehad van de leden der Yereeniging tot instandhouding van hot oud-studentenfonds, onder leiding van mr. G. Yan Tionhoven, lid van de Eerste Kamer. Uit het jaarverslag, door den secretaris uit gebracht, bloek, dat het kapitaal van het fonds geklommen was tot een bedrag van f 33,000, en dat het beschikbaar saldo over het jaar 1895/96 bedroeg f 1180.43'/,, tegen f 1034.73 over het vorige jaar. Onder de byzondere bydragen zyn gedurende het afgeloopen jaar te vermelden: lo. een bedrag van f 1000, door een geacht ingezetene van Utrecht het bestuur ter hand gesteld ter uitreiking aan den hoogleeraar dr. Freiherr von Eiselsberg, als bewys van waardeering van hot door hem genomen besluit, om aan de Utrecht8che universiteit verbonden te blyven; 2o. een bedrag van f 300, het saldo der rekening van de thans ontbonden com missie uit de burgery, tot het stichten van een nieuw academiegebouw; en 3o. een bedrag van f 400 van een oud-student by gelegenheid zyner bevordering tot doctor in de rechts wetenschap. Besloten werd het beschikbaar saldo over 1895/96 weder by het kapitaal te voegen. Tot lid van het bestuur werd herkozen dr. T. H. Blom Coster, te 's-Gravenhage, en ter voorziening in de vacature in het bestuur, ontstaan door het overiyden van mr. W. R. Boer, werd gekozen jhr. mr. dr. A. D. Van Rlemsdyk, to Utrecht. De hoer P. C. Swemer, civiei-ingenieur te Nymegen, is benoemd tot ingenieur by de Nederlandsche Zuid-Afrikaansche Spoorweg maatschappij. De aandeelhouders in het waarborgfonds voor het te Deventer in Augustus jl. gehou den nationaal zangersfeest moeten 1.90 op hunne aandeelen storten. In het „U. D." wordt door de Utrocht- sche hoogleeraron H. Van Herwerden en B. H. C. K. Van der Wyck een harteiyk „In memoriam" gewyd aan de nagedachtenis van prof. Moltzer. Onder moer zeggen zy daarin: „Zooals hy was als jong professor van zeven en twintig jaar, is hy gebleven tot aan den vooravond van zyn dood: vol liefde voor zyn werk, beweeglijk en zeer ontvankeiyk voor indrukken, vroolyk, geestig, opgewekt, spraakzaam, daarenboven zeldzaam trouw in zyno toegenegenheid." Het „N. v. 'd. D." is in staat mede te doelen dat de reden, welke, in deskundige kringen, gold voor do ontslag-aanvrage van prof. Van 't Hoff, te Amsterdam, vervallen is. Men nam aan dat de hoogloeraar naar Bor- lUn zou vertrokkon. Hiorvan is nu geen sprake neer, omdat voor do bedoelde betrekking alda&r de keuze op een ander gevallen is. Het „Nieuws" kan hier nog bijvoegen dat prof. Van 't HofF voor zyn blijven aan de Amsttrdamscho universiteit voorwaarden ge steld heeft, welk® het gemeentebestuur niet hooft kunnen inwilligen, en dat daarna de Rogooring pogingen hoeft aangewend om den hoor Van 't Hoff te bewegen op zyn besluit torug te komen, welko tot geen resultaat hebben geleid. De vraag is dus thans of de heer Van 't Hoff onder deze omstandigheden zyn ontslag aanvrage al of niet bandhaven zal. Blykons telegraphisch bericht van Hr. Ms. gezant te Rome heeft de Italiaansche regeoring, by decreet van 25 October 1895, den invoer van Noderlandsch vee in Italiö weder toegelaien onder voorwaarde, dat er by worde overgelegd een certificaat van een Italiaansch consulairen ambtenaar, houdende, dat ter plaatse van herkomst van bet vee geen enkele besmettelijke veeziekte heerscht. (Sls.-Crt.) Naar aan de „Berl. Börsen-Zeitung" uit Wéenen wordt geseind, is thans aan de Oos- tenryksche wapenfabriek definitief de levering opgedragen van de nieuwe geweren voor ons leger. Het stoomschip „Maasdam" vertrok 26 Oct. van Nieuw-York naar Rotterdamde „Prinses "Wilbelmina", van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 27 Oct. te Padang; de „Schiedam", van Rotterdam naar Nieuw-York, passeerde 27 Oct. Dover. By koninkiyk besluit is gesteld op pensioen de kapitein op non-activiteit A. P. Vaillant, van het wapen der infanterie, met ingang van 1 Nov., op zyn aanvrage, krach tens art. 42 15 der wet van 28 Augustus 1851, en het bedrag bepaald op ƒ1452 'sjaars. Aan den lsten luit. A. C. P. Charlouis, van het 6de reg. inf., vergunning verleend tot het aannemen en het dragen van het ordeteeken 3de kl. van het Borstbeeld van den Bevryder Simon Bolivar, hem geschonken door den president van de Yereenigdo Staton van Yenezuela. Met ingang van 1 Dec. a. s. benoemd tot directeur van het post- en telegraafkantoor to Doorn, G. G. Gyben, thans in gelyke betrekking te Monster. Met ingang van 16 Nov. a. s. benoemd tot commies der posteryen van de vierde klasse E. F. Meerdink, thans surnumerair der posteryen. Gemengd Nieuws. Gisteravond ontlastte zich om streeks halfnegen een zwaar on weder boven Leiden en omstreken. Te Hillegoin is de blik sem geslagen in den Elsbroeker molen. Do molenaar D. De Groot en zyne vrouw waren in den molen, doch kwamen met den schrik vry. De molen is tot aan den grond afgebrand on was met den Inboedel tegen brandschade verzekerd. De laatste bomschuit van de tweede reis „KW 7", ach. W. Van Baaien, reeder F. E. Meerburg, is te Katwijk aan Zee met volle lading aangekomen. Van de Katwykscbe vloot ontbreekt nog een logger van denzelfden roeder van de tweede reis. Een party volle pekelharing werd verkocht voor f 13.75 de ton. 50 kantjes steurharing brachten ƒ9.50 a 10 (met de ton) op, 20 kantjes makreel 10 per kantje; volle pekelharing geldt 13.70 a 13.90 en yie 10.60 a 10.75 per ton. Het volgende wordt medegedeeld aangaande de dezer dagen aan het departe ment van koloniën ontdekte verduistering van gebruikte postzegels, moerendeols bo- staande uit postzegols, geplakt als porto betaling van postwissels van groote bedragen, grootendeels uit Curasao en Suriname. Slof.) Wat moest de armo kerel al niet doorstaan hebben, dat hy geen monsch meer vertrouwde! Ten slotte rolden langzaam twee tranen over zjjn wangen. Ik nam hem mede naar den wagen; niet hg den koetsier op den bok, maar in het rytuig by mg. Onderweg spraken wy geen woord. Van tyd tot tijd Blaakte hy een zucht. Thuisgekomen, stond het snydertje militair stil en verdween zonder een woord van dank. Den volgenden morgen zag hy er al weer als vroeger uit. Alleen bemerkte ik van dien tyd af, dat by zich beyverde, wat netter op zyne kieeren te zyn, en dat hy ook zyn dienst met meer nauwgezetheid verrichtte, zyn somber, terughoudend gedrag bleef ais vrosger. Zoo ging het voort, totdat einde Juli de mobilisatie kwam. Alles was vol agitatie en geestdrift, alleen het snydertje vertrok geen spier van zyn gezicht. Weldra waren wy over de grenzen en spoedig ook voor den vyand. Op zekeren avond zat ik met myn officieren bfi het wachtvuur. Den geheelen dag had het by de buitenposten fiks geknald; nu was het .-filler. Het snydertje was vandaag weer eens het voorwerp van allerlei grappen. Hy was •fhet een patrouille uit geweest. Nu spotten zyn kameraden, dat hy zich voor twee vyandelyke lanciers achter een schutting verstopt had. Ik 6prak juist mot ds officieren over hem en vertelde van zyn treurige verhoudingen, hoe hy van kinds af niets dan slaag en hardo woorden gekregen had en door iedereen verstooten was, en hoe groot zpn liefde geweest was voor het eenige wezen, dat goed voor hem was: voor zyne moeder. Daar hoorde ik eensklaps een onderdrukten kreet, die uit de struiken voor ons scheen te komen. Ik sneldo er heeD. Daar stond het snydertje op wacht. Hy was doodsbleek; misschien van het schynsel van het vuur, of had hy alles gehoord? Nu ging ik nog eenmaal langs de posten. Niets verroerde zich. Van tyd tot tyd een „Halt! Werda?" van achter een boom of uit een sloot; daarby het kletteren van een ge weer, het zwakke blinken van een helm. De posten waakten. Toen ik by het vuur terugkwam, hadden myn officieren zich reeds in hunne mantels gehuld en sliepen. Of zy droomden van wat zoo spoedig reeds komen zou? Ook ik was doodmoe en viel spoedig in een onrustigen slaap. Nu en dan wekte my eon schot. Ik wierp een stuk hout op het glimmende vuur en sloot de oogen weer. Eensklaps sprong ik als geëlectriseerd op. Dat was geen op zich zelf staand schot, dat was een salvokrrrach I Nog esn! Ik keek op myn horloge. Drie uren. Reeds brulde de schildwacht: „In 't geweer!" Eer ik nog een bevel gaf, stond de compagnie, hot geweer in de hand, al gereed. „Met secties rechts zwenken, marsch!"En het ging voorwaarts over de straat. Krrrach een derde, vierde, vyfde salvo. Donkere gestalten komen dreigend naar ons toe. „Halt! Werda?" „Wy zyn teruggeworpen; de vyand tast ons over de geheele linie aan." „Niet terug, aansluiten; voorwaarts,jongens! Huiih pats aha, daar slaat al de eerste kogel in den populier ginds. Niet gebukt, tamboer, men gewent er spoedig aan „Aah" een diepe zuchtIk kyk om en zie twee rechtuit starende oogen. Styf en zwaar valt de rechter-vlougel-onderofficier voorover op het gezicht. „Sergeant Lorenz, op zyn plaatst Voor waarts 1 Met het dofïe stampen der voeten vermengt zich het rinkelen der akers op de ransels en het bygen en blazen der manschappen. Holla I Maar nu wordt het ernst. De kleine hoogte voor ons staat formeel in lichterlaaie. Dat is snelvuur 1 Zy hebben ons ontdekt 1 De kogels suizen ons om de oorenl Ik meende te droomen en wiet toch zoo nauwkeurig, wat om my heen gebeurde. „Voorwaarts, jongens, altyd rechtuit ge keken I" By ryen vallen zy, de achtersten strompelen in de duisternis over de voorsten, myn beide officieren zag ik niet meer, zy lagen ergens op de straat dood. De ryen worden verbroken. Daar een grauwe licht streep voor on8l Hoera, daar kruisen de straten elkaar! „In tirailleurslinie links van de straat 1" marsch." Afgemat wierp do rest myDor manschappon zich neer. Nu waren zy althans eenigszins beschut voor den kogelhagol! Achter ons verhieven zich op de grauwe vlakte der straat, zoo ver men by de duisternis kon zien, groote, zwarte hoopen; meer dan een derde myner compagnie bleef daar achter dood en bloek. De vyand bevond zich op ongeveer tweehonderd meter vóór ons, te oord6elen naar de lange vuurlinie, minstens drie compagnieën sterk. Eindelyk weerklonk van achteren het doffe tempo der toesnellende hulptroepen. Ook zy werden door een helsch vuur ontvangen; ons liet men nu oDgemoeid. Eensklaps hoorden wy een verward door elkaar roepen by de onzen, hun marsch stokte; nu echter weer klonk het bolle rollen der in draf aansuizende batteryen. Ik keek in 't rond: er was niets te zien, maar daar achter moest iets onge woons voorgevallen zyn. Eensklaps steeg torenhoog een heldere vlam op en verlichtte het huiveringwekkende tooneel. Het toesnel lende bataljon in radelooze verwarring en daartusschen vastgeklemd, de paarden op een hoop, de kanonnen in elkaar geschoven, onze batteryen. De artillerie had biykbaar de vooruit marcheerende infanterie b(j de duister nis en het alarm niet opgemerkt en was in vliegende vaart op haar aangereden. Om althans licht te maken, had iemand in zyne opgewondenheid den in de nabyheid staanden hooiopper in brand gestoken en zoo was de groote, breede masaa, helder verlicht, voor den vyand het beste doel. Doch, wat huilt daar zoo onheilspellend boven onze hoofden in de lucht? Wat betee- konen deze donderslagen daar ginds voor ons? Dat zyn kanonnen 1 De vyand Bchiet met kartetsen op de hulpelooze men3chen. massa. Als wy ons niet opofferen, zyn zy verloren. Wy moeten het vuur van hen afleiden. Dat zeg ik myn manschappen. „Heen schot lossen, met de bajonet op den vyand loal" Wy Btormen voorwaarts, krampachtig het geweer omvat, het hoofd naar den grond. Wy wisten niets meer, wy dachten niets meer. Maar de kanonnenhagel is zóó vreeseiyk, de verliezen worden zóó ontzettend, dat, nauwe- ïyks nog honderd meter van den vyand, de linie staan blyft en naar de beschermende sloot wil vluchten. Alles scheen verloren. Ik stond alleen; enkel de trouwo sergeant majoor was naast my. Om ons heen knalden en suisden de kogels. Ik roep„Jongens, wil je je kapi tein in den steek laten Er blyft er éón staan en ziet my aan: hot is het snydertje. Bleek als altyd, ondanks de inspanning, alleen de eene wang wat zwart getint door den kruit damp. En ik 't zie nog, myne heeren, alsof het vandaag gebeurd is; nu zag hy my voor de eerste maal aan met den blik, waarop ik zoo lang gewacht had. Wat ik nu vertel, dat alles duurde natuuriyk nauwelyks eene seconde. Bliksemsnel keerde hy zich om tot de anderen. „Kameraden 1" riep hy met donderende stom, „moet het lafbartigo snydertje alleen onzen kapitein helpen?" Nu talmen eenigen en zien elkaar besluiteloos aan. Ik maak van het oogenblik gebruik en roep: „Voorwaarts, marsch 1" Velt geweerI Hoeral Hoeral" Als

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1