<§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven
Leiden, 28 October.
Eene Soldatcngescliiedenis.
N°. 10945
Dhisdaa: SO October.
k\ 1895
IEIBSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Yoor Leiden per 3 maanden. 1.10.
1.40.
0.05.
Franco por post
Afzonderlijke Nommers
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
1 6 rogels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootere
Yan
letters naar plaatsruimte,
wordt 0.05 berekend.
Yoor het incasseeren buiten de stad
Oiliciëele Keunisgeyingen.
Bnrgameeater en Wetbnodera van Leiden;
Gozian de oiroulaire van den heer Commieaaria
der Koningin in deze provincie van den 5den October
1895 A. No. 1298 (3de afd.), Provmciaal blad No. 51,
herinneren b\j deze den ingezetenen dezer gemeente
aan de bepalingen van do artt. 27 en 42 der wet
van don 29»ten Maart 1833 (Staatsblad No. 4), zooala
die zijn gewijzigd en aangevuld bij de artt. 7 en IA
dor wet van den 9den Aprii 1869 (Stóatabiad No. 59).
bebolzondo bepaliügoa omtrent do op hon rnatoDdo
verplichting tot hot inleveren van eupph toire aan
giften wegona het in gebruik nemen van poiceolcn
of perceoUgedeelton of aanecbaffing van belasting
voorworpen naar de 5de en 6de grondslagen, terwijl
zij teveae worden gewezen op de strafbepalingen van
art. 85 der wot van 29 Maart 1833 (Staatsblad No. 4),
voor zoover dio zijn gewijzigd bij art. 13 der wet van
9 April 1869 (Staatsblad No. 59) en van art. 39 der
wet van 29 Maart 1^33 (Staatsblad No. 4, waaraan
zij zich by nalatigheid in het doen der aangiften
zonden blootstellen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leidon, F. WAS, Burgemeester.
26 Oct. 1S95. E. KIST, Socrotaria.
Bij openbare kennisgeving herinneren Burgemeester
en Wethouders van Woubrugge den betrokken inge
zetenen, voor zooveel noociig, aan huono verplich
tingen tot het doen hunner suppletoirs aangiften voor
do Porsoneole Belasting, hetwelk speciaal geldt voor
degenen, die ui den 15den Mti 1895 een belastbare
woning of gedeelte daarvan hebben betrokken, of
aai slagpliohtig moohton zijn geworden naar don
5den ©e Cdon grondslag (belastbare dienstboden en
paarden).
Yc-rdor l.gt, krachtens publicatie vanwogo Burge
meester ou Wethouders van Woubrugge, ter secretarie
dier gemaento, gedurende 5 maanden, van den 24sten
October 11. tot en met den 2lsten Maart a s., in
afschrift ter visie het door den Raad vastgesteld en
door Gedopoteerde Staten goed ekourd suppletoir
kohier wegens den Boofdsiyken Omslag, dienst 1895.
B(j het te Dordrecht gehouden examen
in de vrije- en orde-oefeningen der gymnastiek
zyn geslaagd de heer W. F. Maartense, van
Leiden, en de dames E. Van Leeuwen en
"W". E. Brittjn, beiden ook van Leiden.
De heer A. Yan Wijk, cand. tot den H.
Dienst te Leiden, is beroepen tot hulpprediker
by de N»d.-Herv. gem. to Bladel.
Ds. E. Fransen, leeraar by de Oud-
Gereformeerde gemeente te Lisse, heeft het
beroep naar diezelfde gemeente te Barneveld
aangenomen.
Op de voordracht voor onderwyzer aan
aeno scheel te Purmerend komt nummer óén
voor de heer J. P. Bouma, van Leiden.
Uit ten ingezonden stuk in het „Han
delsblad" van den hoer Verster blykt dat
ook de grafzerk va* Floris van den Bouchorst
en Janne van Schagen, indertyd, in do
Noordwjkseh© kerk verplaatst is op aanraden
van zijn graetvader, wyien den heer A. H.
Yerstor Ta* Wulv«rhorst, die geruimen tyd
op dit d*rp heeft gewoond.
~~Zjn vader (toen paankomende" jongen) her
innert zich de epening van het graf tegen
woordig to zqn geweest, en deelde hem nog
medo dat in den kelder o. a. do gepolychro
meerde wapens waren aangebracht.
Yoor dio wisseling van plaats pleit tevens
het feit, dat een der hoekwapsns (de kwar
tieren van Henegouwen en Beieren (Schagen)
bevattend), thans liet dichtst by den muur
gelegen, liet meest door afsljjping g. leden
heeft, terwyi do leeuw in het wapen van
van den Bouchorst, nu gemakkelyk te berei
ken, beter bewaard bleef. Vlak langs den
kerkmuur toch wordt weinig geloopen.
Do heer J. H. L. Yan der Schaaff had in
een vorig schryven de namen genoemd van
dr. Ph-yte, dr. Du Rieu en mr. Dozy, 't geen de
hoer Verster doet zeggen„deze heeren maken,
evenals ik, deel uit van de Commissie voor de
bewaring van Voorwerpen van Waarde of
belangrijk voor de Oudheidkunde en de Geschie
den w der Kunstto Leiden.
„Toch dien ik hier, ten einde verkeerde
gevolgtrekkingen te vermyden, te constateeren
dat ik de „Vlokken" niet schryf in qualiteit
van conservator van het Stedeiyk Museum
(do Lakenhal), doch den inhoud er van ten
volle voor myne persoonlijke verantwoording
neem."
Op de in de „Standaard" voorkomende
vijftiende iyst van de zeventiende jaarcollecte
voor de Scholen met don Bybel komen o. m.
voor Leiderdorp met Oegstgeost en Leidscbe-
buurt met een bedrag van f 224.
In den avond van den 26sten dezer
hield do afdeeling van „Patrimonium", te
Oude-Woteiing, hare eerste openbare lezing
voor dit winterseizoen. Als spreker trad op
de heer G. J. B. Bontje, hoofd der Christe-
ïyke school aldaar, dio in zyn onderwerp,
„Vooruitgang", wees op de vruchten, die door
Patrimonium's optreden verkregen waren;
hoe, mede door haar streven en invloed, in
de laatste 20 jaren eene beweging der peesten
was ontstaan, die de openbare meening in
zoovele sociale vragen had omgezet ten gunste
van den arbeider. Met eene opwekking om
„Patrimonium" te helpen en te dienen in
hare goede bedoelingen besloot de spreker
zyne rede, die met byzondero aandacht
gevolgd werd.
Ds. Yan Veen, predikant te Akkooi, heeft
het beroep naar de Ned.-Horv. Kerk te Hille-
gom aangenomen.
Zaterdag 11., te ongeveor twee uren,
werd op de algemeene begraafplaats te
Waddingsveen, onder een toevloed van be
langstellenden, het Ijk van den heer P.
Neurriss®, rustend geneesheer te 's-Gravenhage,
ter aarde besteld. Toen de kist, door prachtig®
kransen van vrienden bloedverwanten be
dekt, boven de groeve stond, nam de heer
G. Van der Pot, predikant by de Remon-
strantsch© gemeente t« Waddingsveon, als
voorzitter van hot Nonrrisse-fond« het woord,
schetste met welsprekende woorden den
overledone als vriend der armen en bohoef-
tigen en herdacht hera met weemoed als den
man, dio gedurende eea 36-tal joren zyn taak
op waardige wyze had vervuld. Hot zooeven
vermelde Fonds i» door bemiddeling van d«i
heer Nourrisso opgerioht en stelt zich ten
doel zooveel mogelijk 1* de persoeoiyke be
hoeften van armo zieken en herstellenden to
voorzien, door hun gratis versterkend voedsel,
ligging en dekking te verschaffen.
Hoewel in ons land by het grooto
publiek onbekend, bestaat er in Nederland
eene Unlo van studenten der universiteiton
van Leiden, Utrecht, Groningen en Amsterdam,
onder den naam van „Hendrik do Cock". Do
loden dezer Unie behooren tot do Gerefor
meerde Kerken en houden hunne vergade
ringen te Amsterdam. Het doel der Unie is.
do vriendschapsbanden onder de studenten te
bevorderen en bewaard te blyven van mede
te gaan met de beginselen der hedendaagsche
wetenschap. Door de Unie worden onder
werpen van den dag behandeld. Zoo werd
11. Dinsdag te Amsterdam het vraagstuk:
„Is afschaffing gewenscht?" besproken, waarby
tevens nieuwe leden van de Unie werden
geïnstalleerd. Spoedig hoopt men te Groningen,
waar 7 leden zyn, eene afdeeling der Unie
op te richten. Het twoedo lustrum wordt in
Februari te Amsterdam gehouden. U.D
Het Turksche gezantschap te 's-Graven
hage spreekt pertinent als onwaar tegen de
berichten der Engelsche bladen omtrent de
summiere veroordeeling van leden der jong-
Turksche party en hunne overbrenging op een
oorlogsschip, waarna zy in zee zouden zyn
geworpen.
Vrijdagmiddag heeft jhr. mr. W. M. Van
Weede, Harer Majesteits nieuwbenoemde
gezant by het Spaansche Hof, zyn geloofs
brieven aan de Koningin Regentes van Spanje
overhandigd. Betuigingen van welwillendheid
werden daarbij gewisseld.
De heer D. Emrik, lid der firma Emrik
Binger, te Haarlem, is benoemd tot vice-
president der jury voor de internationale ten
toonstelling, welke ter gelegenheid van het
eeuwfeest der steendrukkunst te Parys wordt
gehouden.
Zooals men zich zal herinneren, con
stitueerde zich indertijd eene commissie met
het doel, om een waardig gedenkteeken op
te richten op het graf van wylen dr. C. E.
Yan Koetsveld, in leven hofprediker te 's-Gra
venhage. Naar gemeld wordt, zal dit monu
ment op Donderdag 7 Nov. a. s. op de bo
graafplaats „Eik-en-Duinen" worden onthuld.
De Geldersch-Overyselsche Maatschappij
van Landbouw heeft zich met een adres tot
do Koningin-Regentes gewend, ten einde to
wyzon op don benarden toestand, waarin het
landbouwbedrijf verkeert, die het dringend
noodzakelijk maakt, dat alles aangewend
vrordo om dezen voornamen tak van ons
volksbestaan to steunon en weder tot bloei
t® brengen.
Zondagvoormiddag had in de Koniokiyke
Hofkapel van het paleis Het Loo een gods-
éieastoefening plaats voor de Koninginnen met
gortig on eenige genoo3lgden. De plechtigheid
word geleid door ds. Beets, van Arnhem.
De ritmeester jhr. W. H. J. Borool, die
te "Woonen gedurende een jaar een rycursus
hooft gevolgd, keert met 1 November hier
to lande terug en is bestemd om te Amers
foort op to treden als instructeur van de rij-
oa hoefsmidschool.
Te Utrecht heeft weder de jaariyksche
algomeene vergadering plaats gehad van de
leden der Yereeniging tot instandhouding van
hot oud-studentenfonds, onder leiding van mr.
G. Yan Tionhoven, lid van de Eerste Kamer.
Uit het jaarverslag, door den secretaris uit
gebracht, bloek, dat het kapitaal van het fonds
geklommen was tot een bedrag van f 33,000,
en dat het beschikbaar saldo over het jaar
1895/96 bedroeg f 1180.43'/,, tegen f 1034.73
over het vorige jaar.
Onder de byzondere bydragen zyn gedurende
het afgeloopen jaar te vermelden: lo. een
bedrag van f 1000, door een geacht ingezetene
van Utrecht het bestuur ter hand gesteld ter
uitreiking aan den hoogleeraar dr. Freiherr
von Eiselsberg, als bewys van waardeering
van hot door hem genomen besluit, om aan
de Utrecht8che universiteit verbonden te
blyven; 2o. een bedrag van f 300, het saldo
der rekening van de thans ontbonden com
missie uit de burgery, tot het stichten van
een nieuw academiegebouw; en 3o. een bedrag
van f 400 van een oud-student by gelegenheid
zyner bevordering tot doctor in de rechts
wetenschap.
Besloten werd het beschikbaar saldo over
1895/96 weder by het kapitaal te voegen.
Tot lid van het bestuur werd herkozen
dr. T. H. Blom Coster, te 's-Gravenhage, en
ter voorziening in de vacature in het bestuur,
ontstaan door het overiyden van mr. W. R.
Boer, werd gekozen jhr. mr. dr. A. D. Van
Rlemsdyk, to Utrecht.
De hoer P. C. Swemer, civiei-ingenieur
te Nymegen, is benoemd tot ingenieur by
de Nederlandsche Zuid-Afrikaansche Spoorweg
maatschappij.
De aandeelhouders in het waarborgfonds
voor het te Deventer in Augustus jl. gehou
den nationaal zangersfeest moeten 1.90 op
hunne aandeelen storten.
In het „U. D." wordt door de Utrocht-
sche hoogleeraron H. Van Herwerden en B.
H. C. K. Van der Wyck een harteiyk „In
memoriam" gewyd aan de nagedachtenis
van prof. Moltzer. Onder moer zeggen zy
daarin:
„Zooals hy was als jong professor van
zeven en twintig jaar, is hy gebleven tot aan
den vooravond van zyn dood: vol liefde voor
zyn werk, beweeglijk en zeer ontvankeiyk
voor indrukken, vroolyk, geestig, opgewekt,
spraakzaam, daarenboven zeldzaam trouw in
zyno toegenegenheid."
Het „N. v. 'd. D." is in staat mede te
doelen dat de reden, welke, in deskundige
kringen, gold voor do ontslag-aanvrage van
prof. Van 't Hoff, te Amsterdam, vervallen is.
Men nam aan dat de hoogloeraar naar Bor-
lUn zou vertrokkon. Hiorvan is nu geen sprake
neer, omdat voor do bedoelde betrekking
alda&r de keuze op een ander gevallen is.
Het „Nieuws" kan hier nog bijvoegen dat
prof. Van 't HofF voor zyn blijven aan de
Amsttrdamscho universiteit voorwaarden ge
steld heeft, welk® het gemeentebestuur niet
hooft kunnen inwilligen, en dat daarna de
Rogooring pogingen hoeft aangewend om den
hoor Van 't Hoff te bewegen op zyn besluit
torug te komen, welko tot geen resultaat
hebben geleid.
De vraag is dus thans of de heer Van 't
Hoff onder deze omstandigheden zyn ontslag
aanvrage al of niet bandhaven zal.
Blykons telegraphisch bericht van Hr.
Ms. gezant te Rome heeft de Italiaansche
regeoring, by decreet van 25 October 1895,
den invoer van Noderlandsch vee in Italiö
weder toegelaien onder voorwaarde, dat er
by worde overgelegd een certificaat van een
Italiaansch consulairen ambtenaar, houdende,
dat ter plaatse van herkomst van bet
vee geen enkele besmettelijke veeziekte
heerscht. (Sls.-Crt.)
Naar aan de „Berl. Börsen-Zeitung" uit
Wéenen wordt geseind, is thans aan de Oos-
tenryksche wapenfabriek definitief de levering
opgedragen van de nieuwe geweren voor
ons leger.
Het stoomschip „Maasdam" vertrok 26
Oct. van Nieuw-York naar Rotterdamde
„Prinses "Wilbelmina", van Amsterdam naar
Batavia, arriveerde 27 Oct. te Padang; de
„Schiedam", van Rotterdam naar Nieuw-York,
passeerde 27 Oct. Dover.
By koninkiyk besluit is gesteld op
pensioen de kapitein op non-activiteit A. P.
Vaillant, van het wapen der infanterie, met
ingang van 1 Nov., op zyn aanvrage, krach
tens art. 42 15 der wet van 28 Augustus
1851, en het bedrag bepaald op ƒ1452
'sjaars.
Aan den lsten luit. A. C. P. Charlouis,
van het 6de reg. inf., vergunning verleend
tot het aannemen en het dragen van het
ordeteeken 3de kl. van het Borstbeeld van
den Bevryder Simon Bolivar, hem geschonken
door den president van de Yereenigdo Staton
van Yenezuela.
Met ingang van 1 Dec. a. s. benoemd tot
directeur van het post- en telegraafkantoor
to Doorn, G. G. Gyben, thans in gelyke
betrekking te Monster.
Met ingang van 16 Nov. a. s. benoemd tot
commies der posteryen van de vierde klasse
E. F. Meerdink, thans surnumerair der
posteryen.
Gemengd Nieuws.
Gisteravond ontlastte zich om
streeks halfnegen een zwaar on weder boven
Leiden en omstreken. Te Hillegoin is de blik
sem geslagen in den Elsbroeker molen. Do
molenaar D. De Groot en zyne vrouw waren
in den molen, doch kwamen met den schrik
vry. De molen is tot aan den grond afgebrand
on was met den Inboedel tegen brandschade
verzekerd.
De laatste bomschuit van de
tweede reis „KW 7", ach. W. Van Baaien,
reeder F. E. Meerburg, is te Katwijk aan
Zee met volle lading aangekomen. Van de
Katwykscbe vloot ontbreekt nog een logger
van denzelfden roeder van de tweede reis.
Een party volle pekelharing werd verkocht
voor f 13.75 de ton.
50 kantjes steurharing brachten ƒ9.50 a
10 (met de ton) op, 20 kantjes makreel
10 per kantje; volle pekelharing geldt 13.70
a 13.90 en yie 10.60 a 10.75 per ton.
Het volgende wordt medegedeeld
aangaande de dezer dagen aan het departe
ment van koloniën ontdekte verduistering
van gebruikte postzegels, moerendeols bo-
staande uit postzegols, geplakt als porto
betaling van postwissels van groote bedragen,
grootendeels uit Curasao en Suriname.
Slof.)
Wat moest de armo kerel al niet doorstaan
hebben, dat hy geen monsch meer vertrouwde!
Ten slotte rolden langzaam twee tranen over
zjjn wangen.
Ik nam hem mede naar den wagen; niet
hg den koetsier op den bok, maar in het
rytuig by mg. Onderweg spraken wy geen
woord. Van tyd tot tijd Blaakte hy een
zucht. Thuisgekomen, stond het snydertje
militair stil en verdween zonder een woord
van dank.
Den volgenden morgen zag hy er al weer als
vroeger uit. Alleen bemerkte ik van dien tyd
af, dat by zich beyverde, wat netter op zyne
kieeren te zyn, en dat hy ook zyn dienst
met meer nauwgezetheid verrichtte, zyn
somber, terughoudend gedrag bleef ais
vrosger.
Zoo ging het voort, totdat einde Juli de
mobilisatie kwam. Alles was vol agitatie en
geestdrift, alleen het snydertje vertrok geen
spier van zyn gezicht. Weldra waren wy
over de grenzen en spoedig ook voor den
vyand.
Op zekeren avond zat ik met myn officieren
bfi het wachtvuur. Den geheelen dag had het
by de buitenposten fiks geknald; nu was het
.-filler. Het snydertje was vandaag weer eens
het voorwerp van allerlei grappen. Hy was
•fhet een patrouille uit geweest. Nu spotten
zyn kameraden, dat hy zich voor twee
vyandelyke lanciers achter een schutting
verstopt had. Ik 6prak juist mot ds officieren
over hem en vertelde van zyn treurige
verhoudingen, hoe hy van kinds af niets dan
slaag en hardo woorden gekregen had en
door iedereen verstooten was, en hoe groot
zpn liefde geweest was voor het eenige wezen,
dat goed voor hem was: voor zyne moeder.
Daar hoorde ik eensklaps een onderdrukten
kreet, die uit de struiken voor ons scheen
te komen. Ik sneldo er heeD. Daar stond het
snydertje op wacht. Hy was doodsbleek;
misschien van het schynsel van het vuur, of
had hy alles gehoord?
Nu ging ik nog eenmaal langs de posten.
Niets verroerde zich. Van tyd tot tyd een
„Halt! Werda?" van achter een boom of uit
een sloot; daarby het kletteren van een ge
weer, het zwakke blinken van een helm.
De posten waakten.
Toen ik by het vuur terugkwam, hadden
myn officieren zich reeds in hunne mantels
gehuld en sliepen. Of zy droomden van wat
zoo spoedig reeds komen zou? Ook ik was
doodmoe en viel spoedig in een onrustigen
slaap. Nu en dan wekte my eon schot. Ik
wierp een stuk hout op het glimmende vuur
en sloot de oogen weer. Eensklaps sprong ik
als geëlectriseerd op. Dat was geen op zich
zelf staand schot, dat was een salvokrrrach I
Nog esn! Ik keek op myn horloge.
Drie uren. Reeds brulde de schildwacht:
„In 't geweer!" Eer ik nog een bevel gaf,
stond de compagnie, hot geweer in de hand,
al gereed.
„Met secties rechts zwenken, marsch!"En
het ging voorwaarts over de straat.
Krrrach een derde, vierde, vyfde salvo.
Donkere gestalten komen dreigend naar ons
toe. „Halt! Werda?"
„Wy zyn teruggeworpen; de vyand tast
ons over de geheele linie aan."
„Niet terug, aansluiten; voorwaarts,jongens!
Huiih pats aha, daar slaat al de eerste
kogel in den populier ginds. Niet gebukt,
tamboer, men gewent er spoedig aan
„Aah" een diepe zuchtIk kyk om en
zie twee rechtuit starende oogen. Styf en
zwaar valt de rechter-vlougel-onderofficier
voorover op het gezicht.
„Sergeant Lorenz, op zyn plaatst Voor
waarts 1
Met het dofïe stampen der voeten vermengt
zich het rinkelen der akers op de ransels en
het bygen en blazen der manschappen.
Holla I Maar nu wordt het ernst. De kleine
hoogte voor ons staat formeel in lichterlaaie.
Dat is snelvuur 1 Zy hebben ons ontdekt 1 De
kogels suizen ons om de oorenl Ik meende
te droomen en wiet toch zoo nauwkeurig,
wat om my heen gebeurde.
„Voorwaarts, jongens, altyd rechtuit ge
keken I" By ryen vallen zy, de achtersten
strompelen in de duisternis over de voorsten,
myn beide officieren zag ik niet meer, zy
lagen ergens op de straat dood. De ryen
worden verbroken. Daar een grauwe licht
streep voor on8l Hoera, daar kruisen de
straten elkaar!
„In tirailleurslinie links van de straat 1"
marsch."
Afgemat wierp do rest myDor manschappon
zich neer. Nu waren zy althans eenigszins
beschut voor den kogelhagol! Achter ons
verhieven zich op de grauwe vlakte der
straat, zoo ver men by de duisternis kon
zien, groote, zwarte hoopen; meer dan een
derde myner compagnie bleef daar achter
dood en bloek. De vyand bevond zich op
ongeveer tweehonderd meter vóór ons, te
oord6elen naar de lange vuurlinie, minstens
drie compagnieën sterk.
Eindelyk weerklonk van achteren het doffe
tempo der toesnellende hulptroepen. Ook zy
werden door een helsch vuur ontvangen; ons
liet men nu oDgemoeid. Eensklaps hoorden
wy een verward door elkaar roepen by de
onzen, hun marsch stokte; nu echter weer
klonk het bolle rollen der in draf aansuizende
batteryen. Ik keek in 't rond: er was niets
te zien, maar daar achter moest iets onge
woons voorgevallen zyn. Eensklaps steeg
torenhoog een heldere vlam op en verlichtte
het huiveringwekkende tooneel. Het toesnel
lende bataljon in radelooze verwarring en
daartusschen vastgeklemd, de paarden op
een hoop, de kanonnen in elkaar geschoven,
onze batteryen. De artillerie had biykbaar de
vooruit marcheerende infanterie b(j de duister
nis en het alarm niet opgemerkt en was in
vliegende vaart op haar aangereden. Om
althans licht te maken, had iemand in zyne
opgewondenheid den in de nabyheid staanden
hooiopper in brand gestoken en zoo was de
groote, breede masaa, helder verlicht, voor
den vyand het beste doel.
Doch, wat huilt daar zoo onheilspellend
boven onze hoofden in de lucht? Wat betee-
konen deze donderslagen daar ginds voor
ons? Dat zyn kanonnen 1 De vyand Bchiet
met kartetsen op de hulpelooze men3chen.
massa. Als wy ons niet opofferen, zyn zy
verloren. Wy moeten het vuur van hen
afleiden. Dat zeg ik myn manschappen. „Heen
schot lossen, met de bajonet op den vyand
loal" Wy Btormen voorwaarts, krampachtig
het geweer omvat, het hoofd naar den grond.
Wy wisten niets meer, wy dachten niets meer.
Maar de kanonnenhagel is zóó vreeseiyk, de
verliezen worden zóó ontzettend, dat, nauwe-
ïyks nog honderd meter van den vyand, de linie
staan blyft en naar de beschermende sloot
wil vluchten. Alles scheen verloren. Ik stond
alleen; enkel de trouwo sergeant majoor was
naast my. Om ons heen knalden en suisden
de kogels. Ik roep„Jongens, wil je je kapi
tein in den steek laten Er blyft er éón staan
en ziet my aan: hot is het snydertje. Bleek
als altyd, ondanks de inspanning, alleen de
eene wang wat zwart getint door den kruit
damp. En ik 't zie nog, myne heeren, alsof het
vandaag gebeurd is; nu zag hy my voor de
eerste maal aan met den blik, waarop ik
zoo lang gewacht had. Wat ik nu vertel,
dat alles duurde natuuriyk nauwelyks eene
seconde. Bliksemsnel keerde hy zich om
tot de anderen.
„Kameraden 1" riep hy met donderende
stom, „moet het lafbartigo snydertje alleen
onzen kapitein helpen?" Nu talmen eenigen
en zien elkaar besluiteloos aan. Ik maak van
het oogenblik gebruik en roep: „Voorwaarts,
marsch 1" Velt geweerI Hoeral Hoeral" Als