N°. 10920. Maandag 30 September A0. 1893. (Deze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit DRIE Bladen. Leiden, 28 September. Feuilleton. Met scherpe wapeneii. LEIDSCH DA&BLAD. PRIJS DEZER COURAIÏT: Voor Leiden por 3 maanden. 1.10. 1.40. 0.05. Franco por post Afzonderlijke Nommers PRIJS DER ADVERTEMHËN: Van 1—6 regels ƒ1.05. Iedoro regel meer 0.17J. Groeitere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de stad wordt 0.05 berekend. Eerste Blad. Heden is de 3-October tentoonstelling in do Kunstzaal van het Stedelijk Museum in gereedheid gebracht. Een tropee van wapenen, tegen een oranje fond uitkomend prijkt aan den ingang, te midden van nationale en stadskleuren. In het midden der zaal, waar ook een klein model naar Yan der WerfFs standbeeld is opgesteld, zijn verscheidene merkwaardigheden in eene vitrine verzameld, op Leidens beleg en ontzet betrekking hebbende. De vermaarde „hutspot-pot" staat op een afzonderlijk piëdestal. De gemeente-archivaris mr. Dozy stond uit zijn verzameling een reeks fraaie gravures af, meerendeels portretten, o. a. van Prins "Willem I, Louise De Coligny, Van der Werff, Jan Van Hout, Jan Van der Does, Filips II, Valdez, Magdalena Moons, Boisot, enz. Deze tentoonstelling blijft, ook na 3 October, nog eenige dagen ter bezichtiging. Na lang tobben en veel moeite is het de Inrichting voor fabrieksmeisjes gelukt een kook school te krijgen. Een oude schuur, die een maal dienst heeft gedaan als varkensslagerij, is omgetooverd in een ruime, luchtige keuken, waar iederen avond van halfacht tot halftien wordt les gegeven aan een twaalftal fabrieks meisjes. Ieder twaalftal komt tweemaal per week, zoodat 36 meisjes den cursus van crie maanden bijwonen. Mej. E. Maas, gediplo meerde onderwijzeres, in dienst van het Hoofd bestuur van 't Nut van 't Algemeen, staat aan het hoofd der school. Wat het bijwonen van dezen cursus betee- kent voor meisjes, die totdat zij trouwen op de fabriek zijn, ligt zóó voor de hand, dat het haast overbodig is er op te wijzen. Orife, zindelijkheid, zuinigheid, overleg, het wordt hun hier practisch geleerd. En men bedenke wat het zegt dat deze meisjes dertig ver schillende middagmalen leeren klaarmaken, berekend naar het gemiddelde arbeidersbudget, alle van voldoende voedingswaarde en daaren boven bestaande uit grondstoffen, die binnen het bereik der fabrieksbevolking liggen. Een minder voor de hand liggend gevolg, maar wellicht het meest ingrijpende, is de hoogore opvatting van huishoudwerk, die de meisjes van do kooklessen, zooals ze hier ge geven worden, kunnen medenemen. En nog spraken wij niet van de bevordering van hui- selykbeid. Het Nut staat juffr. Maas slechts voor drie maanden aan de Inrichting af. Het bestuur hoopt echter dezen tydelyken tot een biyven- den cursus te verlengen. Aan de opleiding van een permanente onderwijzeres wordt met het oog hierop krachtig gewerkt. Het zal den contribuanten aan de Inrichting aangenaam zijn, dat hunne bijdragen, behalve de instandhouding der club-avonden, der biblio theek, van uen kuipsursus, de inrichting van dezen kookcursus mogelijk maakten. De pri mitieve inrichting van de keuken wyst echter op de groote zuinigheid, die moet worden in acht genomen. De gewone jaariyksche vergadering van de afdeeling Leiden van den Nederlandschen Protestantenbond werd gisteravond in het Nutsgebouw gehouden. Na opening van de vergadering door den voorzitter, prof. dr. H. Oort, las de secretaris de notulen voor en daarna het verslag over den toestand en de werkzaamheden der Afdeeling. Uit dat verslag bleek dat, dank zij een ge nomen maatregel om de nieuw toegetreden leden van verschillende gemeenten, die de richting van den Protestantenbond toegedaan zijn, per circulaire tot lid worden uit te noo digen, het getal leden met 81 is vooruitga- gegaan, zoodat het aantal leden thans is 433, tegen 352 in 't vorige jaar. De contribuanten aan de algemeene kas verminderden met 9 en daalden tot 42. Na do veranderingen in 't bestuur en de gehouden lezingen herinnerd te hebben, wer den de verslagen meegedeeld van de verschil lende instellingen der Afdeeling; alleen niet meer van de Inrichting voor fabrieksmeisjes, die thans afgescheiden van den Bond werkt. De Zondagsschool telt 530 leerlingen, aan wie om de 14 dagen door 30 dames in drie verschillende lokalen onderwys wordt gegeven. In de school Middelweg zet mej. E. C. Knap pert met den meest gunstigen uitslag haar catechetischen arbeid voort. Van het wyk- gebouw kwamen de meest bevredigende berich ten in. (Reeds vroeger werd het verslag daar van in ons blad opgenomen). De rekening van den penningmeester, den heer M. P. Meerburg H.Cz., door de hoeren Binnendijk en De Tombe onderzocht, werd in orJe bevonden en den penningmeester dank gebracht voor zyn nauwkeurig beheer. De ontvangsten bedroegen 851.86, de uitgaven 571.86, zoodat er een batig saldo is van 280. Tot nieuwe bestuurders werden benoemd: vac.-prof. Oort, prof. Van Manen; vac.-ds. Schim van der Loeff, de heer J. Korevaar Pz.; vac.-R. Moquette, de heer H. C. Van der Heyde. Na mededeeling van den inhoud van den beschrijvingsbrief voor de Algemeene Verga dering te Zwolle, werd tot afgevaardigde ge kozen ds. H. P. Schim van der Loeff, tot z(jn plaatsvervanger dr. H. O. Hagen. Besloten werd den 3lsten October's avonds in de Remonstrantsche kerk wederom den gedenkdag der Hervorming vanwege de Afdee ling feestelijk te vieren. Eindelek werd aangenomen om aan de Algemeene Vergadering voor te stellen, die 't volgend jaar te Leiden te mogen ontvangen. Nadat de voorzitter nog een en ander had medegedeeld over de wijze, waarop de Afdee ling hare werkzaamheden kan uitbreiden, en voor 't vertrouwen den aftredenden bestuur ders geschonken, namens dezen dank bracht, sprak de heer Lojenga den dank der ver gadering uit voor 'tgeen de aftredende be stuurders in 't belang der Afdeeling hebben gedaan. Daarna werd de vergadering gesloten. Tot heden zijn alhier nieuw ingeschreven 117 studenten, van wie 107 candidaat leden voor het corps. In eene algemeene vergadering van de Leidsche Maatschappij van "Weldadigheid werden tot leden van het hoofdbestuur her kozen de heeren O. F. Alsche en Th. M. Roest en benoemd in de plaats van den heer L. G. Le Poole, die de gemeente metterwoon verlaat, de heer J. M. Van Houten. Andermaal doet bet ons genoegen te kunnen gewagen van de goede verstand houding, die bestaat tusschen patroon en arbeiders. Het was den 27sten September nl. de dag, waarop de heer J. Zaalberg de gedachtenis mocht herJenken van zijn 40 jarige echtver- eeniging. Die gedachtenis wenschte het per- sonoel der fabriek van wollen dekens van do firma J. C. Zaalberg Zoon waarvan de heer J. Zaalberg thans de oudste firmant is niet onopgemerkt te laten voorbijgaan. Hot kantoor was daartoe keurig met groen en bloemen gesierd, en nadat de jubilaris met zijne echtgenoote was uitgenoodigd om aldaar plaats t-e nemen in de voor hen gereedstaande zitplaatsen, werd hy bij monde van een der oudste werklieden uit aller naam met een korte, gepaste en hartelijke toespraak, die ge tuigde van de sympathie, die voor den hoog- geachten patroon steeds wordt gekoesterd met het feit van dezen dag gelukgewenscht, daarbij den wensch uitsprekende, dat het hun moge gegeven worden om nog eenmaal het gouden huwelijksfeest te mogen beleven en met hunne kinderen en kleinkinderen to vieren. Uit aller naam werden hun 2 prachtige cadeaux aangeboden, bestaan Je in een cuivre poli salonlamp op tafel met onixblad en ge dragen door vier consoles, alsmede een prach tig bewerkte kristallen bloemenmand, rijk met zilver gemonteerd en vervaardigd in de fabriek van zilveren werken van de heeren Van Kempen, te Voorschoten. Ook het personeel der administratie wenschte op dezen dag niet achter te blijven en bood den geachten oudsten patroon en zijne echtgenoote een paar keurige beelden aan, elk op een kolom rustende. Deze wer den hun met eene even hartelijke toespraak bij monde van den oudsten boekhouder aan geboden, die, ook namens zijne collega's, het feestvierende echtpaar den wensch toebracht, dat dit feest nog eenmaal moge gevolgd worden door eene 50 jarige echtvereeniging. De heer en mevrouw Zaalberg, zichtbaar getroffen door zoovele blijken van achting en toogenegenheid, betuigden allen hun harte- lyken en oprechten dank. 'b Ryks Ethnograpbisch Museum heeft van den heer H. Th. M. Pino Post, controleur, de navolgende voorwerpen, herkomstig van Nias, ten geschenke ontvangen: 20 baadjes, 1 sjerp, 4 doeken, 1 reiszak, 12 matten, 1 jas, 6 hoofdsieraden, 1 stuk snijwerk, 3 kammen, 1 mondtrom, 2 kruiden- wrfjvers, 3 dekens, 1 stuk boomschors, 17 tasschen, 1 bak, 1 sigarenkoker, 2 lepels, 1 klopper, 8 doozen, 9 halssieraden, 4 zakken, 8 fluiten, 2 kussens, 1 kistje, 1 boor, 3 hoofd- ringen, 1 bordenhanger, 4 trommen, 3 muziek instrumenten, 10 armringen, 3 manden, 7 helmen, 1 spatel, 2 kloppers, 3 inhoudsma ten, 8 oorsieraden, 2 haaientanden, 1 wan, 1 pluim, 1 gietvorm, 12 hooden, 1 stuk leder, 23 beelden van voorouders, 3 harnassen, 1 schelp, 4 stokken, 1 maatstok, 1 waaier, 4 schilden, enz. Aan den schenker is de dank der Regeering betuigd. In ons kort overzicht der jongste ge meenteraadszitting staat, b(j de quaestie der telephoon concessie-verlenging, dat de heer Drucker door het nader rapport van B. en Ws. nu van gedachten was veranderd. De lezer zal wel begrepen hebben dat dit niet moest wezen, want spr. was nog dezelfde meening als vroeger toegedaan. Het Nederlandsch Instituut van Accoun tants, gevestigd te Utrecht, heeft den heer C. A. J. Simonis, van Leiden, als lid tweede klasse benoemd. Op het viertal ter beroeping van een predikant bij de Ned.-Herv. Gem. te Middelburg komon voor de predikanten J. J. Van den Broek, te Noordwfikerhout, en dr. A. J. Van 't Hooft, te Nootdorp. H. K. H. Prinses Von Wied woonde gisteravond met hare dochters het eerste gedeelte van het symphonie-concert bij in de Kurzaal. H. K. H. werd ontvangen en uitgeleid door den directeur generaal van da Maat schappij „Zeebad", den heer GolJbeck. H. K. H. de Prinses Von Wied bracht gistervoormiddag met hare dochters en ge volg een bezoek aan de tentoonstelling van de Historische Galerfi in „Pulch'ri Studio", waar de heer en mevrouw Bisschop H. K. H. ontvingen. Met de grootste belangstelling en onder het geleide van den heer Tersteeg werden de schil Jeryen door H. K. H. be zichtigd, nadat zy bjj herhaling hare hooge bewondering had betuigd voor de talrijke meesterstukken op deze tentoonstelling. De werving voor het O.-I. leger is, door dien het contingent voor dit jaar voltallig is, gesloten. De luitenant ter zee der 1ste kl. J. H. Van Hoogstraten en de luitenant ter zee der 2de kl. W. De Ruyter van Steveninck zullen wegens lichaamsgebroken den dienst met pensioen verlaten. Baron Von Braun, voormalig 1ste secretaris by de Oostenryksche legatie, en zyn gade hebben gistermiddag de residentie verlaten. Aan het Staatsspoorstation namen o. a. oen hartelijk afscheid van de vertrekkenden: de gezanten bij ons Hof van Italië en Spanje, de zaakgelastigden van Duitschland en Frank rijk en ce opvolger van baron Von Braun, de heer Slavensky, die tijdens de afwezig heid van den Oostenrijkschen gezant dezen als zaakgelastigde vertegenwoordigt. Te 's-Gravenhago is het bericht ontvangen der benoeming van RifkiEffendi, vroeger consul generaal van Turkije te Athene, tot consul generaal van dat rfik te Batavia, ter vervanging van Beh Bey, tot andere function geroepen. Vier jaren geleden beeft de nu benoemde consul-generaal reeds de consulaire functie te Batavia vervuld. De heeren dr. A. Franz, te Berlijn, dr. F. Ritter, te Emden, A. J. Smith, te Noord broek, en C. Bauwens, te Weenen, hebben een bezoek gebracht aan het standbeeld te Heili- gerlee, om te onderzoeken, waar de slag in 1568 werd geleverd. Het terrein van den slag is nog altijd niet nauwkeurig vastgestelJ. De resultaten zullen door den heer A. J. Smith en dr. Franz onderscheidenlijk in een Nederlandsch en een Duitsch tijdschrift worden medegedeeld. Dr. H. A. Groskamp heeft tegen 1 Januari a. s. eervol ontslag aangevraagd als genees heer van hot krankzinnigengesticht te Deventer. Do heer W. L. Combo, aan wien tegen 1 Januari eervol ontslag is vorleend als leeraar aan het gymnasium en de Hoogere Burger school te Schiedam, onder dankbetuiging, voor zijn veeljarige diensten, is in het academisch ziekenhuis te Utrecht op zeventigjarigen leeftijd overleden. De Staatscourant van 28 dezer bevat een rapport van den commandant van Hr. Ms. schoener „Zeehond," belast mot het politietoezicht op de visscherij in de Noordzee, van 19 Aug. tot en met 7 Sept. De barin, - vloot was zoer verspreid en over het alge meen werd, hoewel de vangst zeer ongelijk was, over de geringheid der vangst geklaagd. Van M. A. 35 werd de klacht vernomen, dat hem door vreemde visschers, vermoedelijk Engelschen, 3 breels ontroofd waren. Daar dit des nachts was geschied, de roovers geen lichten op hadden, nummers en zelfs nationali teit geheel onbekend waren, kon aan deze klacht niets worden gedaan. De door den Raad der gemeente Reeuwijk vastgestelde en door Ged. Staten goedgekeurde rekening, dienstjaar 1894, bedraagt aan inkom sten 16,821.16 en aan uitgaven 16,348.20, derhalve een batig slot van 472.96. De aan den Raad aangeboden begrooting, dienstjaar 1896, bedraagt aan inkomsten en uitgaven /"16,825.92s; waarby de hoofdelijke omslag is bepaald op 0000. De kosten van het onderwijs en de ver leende subsidie aan het burgerlijk armbestuur zyn respectievelijk vastgesteld op 6,435.01 en 1,250; dit laatste is 100 meer dan het vorige jaar. De schuldaflossing is dit jaar bepaald op 200. Bij koninklijk besluit is aan den hoer L. Van Riet, consul-generaal der Nederlanden te Buenos-Ayres, de persoonlijke titel van zaakgelastigde verleend. Pensioen verleend aan: J. W. Callenfels, ontvanger der directe belastingen en accijnzen, 2737; G. J. Buekers, id., 1577; R. W. K. M. Dierkens, id., ƒ1183; J. Wetselaar, commies 1ste kl. bij 's Ryks belastingen, ƒ555; A. Kamminga, commies-ontvanger 1ste cate gorie by 's Ryks belastingen, 734 'sjaars. Met ingang van 1 Nov. a. s. benoemd tot directeur van het telegraafkantoor te Nieuwe- diep F. J. Van der Mueren, thans directeur- brievengaarder te Kralingschevoer. 76) „Je weet," zeide Sir John ernstig, „dat hot nu juist mijn aard niet is van opinie te ver anderen. Niet, dat ik wil beweren het juist altyd by het rechte eind te hebben, maar wat daar ook van zy, gewoonlijk blyf ik er by. Toen je mo verleden jaar de eer aandeedt mij over die zaak te sprekeu, gaf ik je myn opinie." „En is daar niets in veranderd?" „Niet het minste! Ik zou niet weten waarom." „Niet een klein beetje?" smeekte Jack. „Neen." „Niet het minste?" Jack haalde diep adem. „Neen." Langzaam blies hy de opgehaalde lucht weer Uit, opdat het niet zou lijken alsof hij zuchtte. „Wilt u me ten minste zeggen waarom?" vroeg hy; ik ben toch geen kind!" Sir John bracht de hand naar zyn mond en keek zyn zoon scherp aan. „Ik geloof," zeide hij, „dat ge beter zoudt doen dit niet te vragon." „Ik zou graag weten," hield Jack vol, „waarom u eigenlijk tegen mijn huwelijk met Millicent zyt." „Eenvoudig, omdat ik do slechte vrouw weet uit te vinden, als ik haar ontmoet," ant woordde Sir John beslist. Jack trok de wenkbrauwen op en wierp een schuinschen blik naar de deur, alsof hy er over dacht de kamer op staanden voet te verlaten. Het was opmerkelijk hoe weinig dit antwoord hem scheen te hinderen. Neen, meer dan opmerkelijk veelbeteekenend. Aan Sir John, die hem gadesloeg, ontging die blik niet en hij begreep wat Jack wilde. Onver zettelijke zelf behoer8ching was het eerste, wat hy hem had geleerd, vele jaren geleden, toen Jack nog de korte broek droeg, en de leerling had die les goed onthouden. „Het spyt me, dat u dat gezegd hebt," sprak de zoon. „Juist zooals ik ook een goede vrouw weet uit te vinden," vulde Sir John aan. H(j zweeg en beiden dachten aan dezelfde vrouw Jocelyn Gordon. Sir John had zijn oordeel over Millicent Chyne nu duidelijk genoeg uitgesproken, en de zoon wist, dat de zaak hiermede was afgedaan. Zy was een slechte vrouw. De oude man zou dit blijven volhouden. „My dunkt," hernam Jack, „dat het tot niets zou leiden, dit onderwerp nog langer te bespreken." „Neen. "Wanneer denk je te trouwen?" „Zoo spoedig mogelyk." „Alleen een quaestie van de modiste?" vroeg Sir John zoetsappig. „Ja. Sir John knikte ernstig. „Wel," begon hy weer, „je hebt gelfik, je bent niet langer een kind; dat heb ik mis schien wel eens vergeten. Ik wil dan ook niet probeeren je er af te brengen. Misschien be grijp je die zaken beter dan ik." Hij zweeg, plaatste langzaam zijn handen op de knieën en tuurde in het vuur, alsof daar z\jn levenslot geschreven stond. „In alle geval," vervolgde hy, „is de bron zuiver. Het is toch een huweiyk uit liefde, als ik me niet vergis. Ik heb geen verstand van zulko zaken. Uw moeder, myn zeer be treurde vrouw, was een voortreffelijk wezen, misschien zóó voortreffelyk, zou ik haast zeggen, dat zy een gewoon menschenkind geen liefde kon inboezemen. De engelen mis schien my ten minste nooit! Myn eigen leven hier, in deze vertrekken, is nu juist niet rooskleurig geweest. Daar buiten had ik een schitterend succes en verstrooiingen van allerlei aard. Dat was wel noodig. Er zyn deelen aan sommige machines, die veerkracht ver- toonen zoolang ze in beweging worden ge houden. Sommige menschen zyn daarby te vergelyken. Ik beklaag me niet. Ik ben or niet slechter aan toe geweest dan myn buur man, maar ik had het wel anders ge- wenscht." Hy leunde in zyn stoel achterover en een vreemd lachje vertoonde zich op zyn gelaat. Jack boog zich naar zyn vader toe en luisterde met den eerbied, dien hy hem altyd betoonde. „Ik voor my geloof," ging Sir John voort, „dat romanschryvers en dichters het nog zoo mis niet hebben. Er schynt zoo iets te bestaan als kalm geluk in het huweiyk. Ik heb zelfs oude menschen gezien, die nog behagen vonden in elkanders gezelschap. Met het voorbeeld van myn eigen leven voor oogen, zou ik jouw leven anders wenschen. Ik meende het goed met je, maar je zult zelf wel beter weten wat het best voor je is. Hoeveel geld heb je?" Jack draaide ongedurig op zyn stoel. „Ik heb de laatste bezending Simiacine ge heel verkocht," begon hy categorisch. „De vraag er naar was toegenomen. Wy hebben nu voor tweemaal honderd duizend pond in Engeland en Amerika geplaatst. Myn deel bedraagt omtrent zestig duizend pond. Ik heb die som grootendeels uitgezet en myn tegen woordig inkomen bedraagt een beetje moer dan twee duizend pond 'sjaars. Sir John knikte ernstig. „Ik feliciteer je," zeide hy, „je hebt je flink gehouden. Een ding heb je ten minste be wezen: dat de edelman, die zich in den handel wil begeven, evengoed kan slagen als de burgerman. Daaruit moet men wel opmaken, dat de Engelsche adel nog niet zoo snel ver valt als de radicale nieuwsbladen beweren voor den geringen prys van een halven stuiver." Maar hier zweeg hy met een veelbeteekenend handgebaar; „ik voor my zou wel willen, dat een ander dan juist myn zoon dat bewys had geleverd." „Ik zou zeggen," antwoordde Jack, „dat men onze onderneming moeiiyk handel kan noemen. Wy waagden niet ons geld, maar ons leven." Sir Johns gezicht betrok. „Avonturen," zeide hy binnensmonds, „reis avonturen! Er zyn van die menschen, men ontmoet ze dikwyis, die in onbekende streken wat rondreizen en er den mond vol van hebben. „Faute de mieux" pryzen ze ons zonder blikken of blozen het een of ander middeltje aan, dat zy, als ze van streek zyn, zeggon in te nemen, en het hindert hun volstrekt niet om by voorbeeld zeep te adverteerenBen je soms van plan een boek te schryven?" „Neen, ik zou niet weten, waartoe dat zou dienen." „Hoe zoo?" „Wel, wy willen de plaats, waar de Simiacine groeit, geheim houden." „Maar je gaat er toch niet weer naar toe?" riep Sir John onwillekeurig uit. „Wy zyn natuurlyk niet voornemens ons Plateau weer op te geven." Sir John leunde voorover. Zyn belde han den rustten op de knieën en hy was geheel in gedachten verdiept. „Een getrouwd man," hernam hy, „kan het moeiiyk met zyn geweten overeenbrengen zyn leven by zulk een gevaarlyko expeditie te wagen." „Neen," antwoordde Jack op kalmen, veel- beteekenenden toon. Sir John lachte gedwongen. „Zoo," zeide hy, „je bent me te slim af geweest. Als ik myn toestemming niet geef tot dit huweiyk, dan keer je naar Afrika terug?" Jack knikte toestemmend. Er volgde een langdurig zwygen, terwyi de mannen naast elkander in het vuur zaten te turen. tWordt vrvolgd,)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1