N°. 10915
r^nsdag 24 September.
A". 1895
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 23 September.
Feuilleton.
Met scherpe wapenen.
xxxiri.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PHIJS DEZER COURANT:
Yoor Leiden per 3 maanden.1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIÊN:
Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Yoor het incasseeren buiten de stad
wordt 0.05 berekend.
Ollieiëele Kennisgevingen.
De burgemeester der gemeente Lisee maakt bekend
dat het Inschrüvingeregiater over 1896 met de daaruit
opgemaakte alphabetische naamlijst, gedurende acht
dagen ter gemeente-eeoret&rio voor een ieder ter iDzage
is nedergelegd.
Naar wy met zekerheid vernemen, zijn
thans alle voorbereidende maatregelen tot aan
sluiting van Leiden aan het inter-communaal
telephoonnet genomen en zal weldra met de
werkzaamheden een aanvang worden gemaakt.
In de vergadering van aandeelhouders
te Leiden der Nederlandscbe Handel Maat
schappij is in plaats van dr. Bierens de Haan,
onlangs overleden, met algemeene stemmen
tot commissaris verkozen de heer T. P. Viruly.
's Rijks Ethnographisch Museum heeft
van den heer H. J. A. Raedt van Olden-
barneveldt, politiek agent te Djambi, Sumatra,
do navolgende voorwerpen, herkomstig uit die
afdeeling, ten geschenke ontvangen:
1 waterflesch, 1 watervat, 1 slendang, 1
damspel, 2 fuiken, 3 modellen van vaartuigen,
1 model van een prauw, 2 modellen van een
drijvende woning.
Aan den schenker is de dank der Regeering
betuigd.
In de Zaterdag te Delft gehouden 20ste
vergadering der Yereeniging voor Lijkverbran
ding waren vertegenwoordigd de afdeelingen
Dordt, 's Gravenhage, Amsterdam, Haarlem,
Nijmegen, Leiden, Delft, Schiedam en Rotter
dam. De vergadering werd geopend en geleid
door den algemeenen voorzitter, den heer J. M.
Pynacker Hordijk, met een toepasselijke rede.
Volgens het verslag van den stand en de
handelingen der Vereeniging en hare afdee
lingen, was het ledental verminderd met
twee. Tot eerelid was benoemd de heer Joh.
J. Perk, zoodat dit getal thans bedraagt 33,
en het getal gewone leden 64 3 en buiten
gewone 62. Te Breda werd een nieuwo af
deeling opgericht. Do ontvangsten over 1894
bedroegen 1250.27 V2, de uitgaven 1090.12,
zoodat een saldo in kas is van 160.1 bx/i.
Het kapitaal van het fonds voor lykovens
bedraagt thans 33,000 in Certif. Ned. Work.
Schuld, mot een werkelijke waarde van 31,291
en een saldo by de Zuid-Holl. Credietver-
eeniging van 389.79'/a-
Door de afdeeling 's-Gravenhage werd een
bedrag van 50 in dat fonds gestort.
Tot leden van het hoofdbestuur werden
herkozen de heeren J. A. James te Delft,
dr. J. C. Vaillant te Schiedam en gekozen
de heeren mr. J. D. Yerbrock, dr. C. J.
Snijders en generaal Romswinckel te 's-Gra
venhage, mr. W. M. Bergsma te Gongrijp,
en dr. D. De Loos te Leiden.
Besloten werd de functiën van algemeen
secretaris en penningmeester te scheiden.
Tot plaats voor de algemeene vergadering,
in 1896 te houden, werd bepaald Nijmegen.
De mededeelingen omtrent den bouw van
bet crematorium werden in geheime zitting
behandeld.
Na afloop der vergadering vereenigden de
leden zich aan een vriendschappelijken maaltijd.
De heer M. Indonberken, te Alfen, be
noemd tot sunumerair der posterijen, ontving
zijne opleiding van het hoofd der school voor
m. u. 1. o. de heer S. Van Bachum de Boer,
mede te Alfen.
Het register van inschrijving voor de
nationale militie, lichting 1896, bevattende 16
namen, ligt in de gemeente Voorschoten met
de alphabetische naamlijsten ter visi9 van
21 tot 28 September.
Beroepen is by de Gereform. gemeente
A. te Bunschoten de heer W. B. Renkema,
te Rynsburg.
Benoemd is tot hoofd aan de R.-K. paro
chiale school te Noordwyk de heer Haan
appel, van Purmerend.
De heer H. Koops, predikant by de Ned.-
Herv. gem. te Valkenburg, herdenkt op 23
October a. s. den dag, waarop hy vóór vyf
en twintig jaren de evangeliebediening aan
vaardde.
De prinses Von Wied en hare dochters
verlieten Zaterdag Domburg; te Middelburg
werd den Vorstinnen uitgeleide gedaan door
den Commissaris der Koningin en andere
autoriteiten. De erfprins is te Domburg ge
bleven.
Zaterdag-avond te negen uren arriveerde
de prinses te 's-Gravenhage. Aan het station
werden de vorstin en de prinsessen het aller
eerst welkom geheeten door den opper-
ceremoniemeester van de Koningin, baron
Du Tour van Bellinchave, waarna baronesse
Sirtema van Grovestins hare begroeting deed
vergezeld gaan van de aanbieding van een
fraaien bloemruiker.
Behalve dezen waren tal van grootwaardig-
heidsbekleeders op het perron tegenwoordig.
De Koningin-Regentes had hofrytuigen tor
beschikking gesteld van de Nederlandsche
pricses en daarmede begaven de vorstelyke
personen z'ch naar het „Hotel Garni" te
Scheveningen.
De prinses Von Wied heeft gistermiddag
te 1 uur, vergezeld van hare dochtertjes, oen
bezoek gebracht by H. M. de Koninginnen en
met dezen de lunch gebruikt.
Naar men verneemt, zal het huis, thans
bewoond door den heer Loudon, hoek Hooge
Nieuwstraat en Tornooiveld, te 's-Gravon-
hage, weldra betrokken worden door den
zaakgelastigde van Ojstenryk-Mongarye en
zyne gemalin, mevrouw de gravin Slavensky.
H. M. de Koningin Regentes bracht Zater
dag met prinses Pauline van Wurtomberg een
bezoek aan het Koninkiyk Paleis in het
Bosch te 's-Gravenhage.
Het „Museum Meermanno Westreer.ia-
num" (Prinses8egracht No. 30, to 's-Graven
hage) zal gedurende October 1895 geopend
zyn op den 3den en den 17den. Op die dagen
zyn toegangskaarten, zoowel aan het Museum
zelf als aan de Koninklyko Bibliotheek (Voor
hout No. 34), te verkrygen.
Door de heeren F. Troll en L. M. Moole-
naar is tegen 1 Nov. a. s. eervol ontslag
gevraagd als ambtenaren ter provinciale griffie
van Noord-Holland.
Jaap Eeden komt deze week in h6t
vaderland terug.
Aan de redactie van „Patrimonium" werd
de vraag gedaan, of het voor de afdeelingen
van hot verbond van dien naam niet wen-
scheiyk ware de droogmaking van de Zuiderzee
by do regeering aan te bevelen. Het blad
antwoordt daarop:
„Ons dunkt dat er nog zooveel land boven
den grond te bewerken is, dat men de visschers
nog wel wat met rust kan laten."
Men seint uit Stokholm: De Zweedsche
gezant by bet Belgische en Nederlandsche hof,
graaf Von Burenstam, heeft tegen 1 November
zyn ontslag genomen. Tot zyn opvolger is
benoemd graaf Hyldenstolpe, tot dusver secre
taris generaal by het ministerie van buiten-
landsche zaken.
De toestand van den heer K. Kater,
voorzitter van 't verbond „Patrimonium", is
vooruitgaande. De operatie, 't doorsnyden van
een zyner gezichtsspieren, is goed geslaagd;
toch biyft volstrekte rust aanbevolen. Hy
zal deze maand nog wel ih het ziekenhuis
moeten blfiven.
Alle militairen, officieren en minderen,
die benoemd werden tot ridder van de Militaire
Willemsorde, of in die orde in rang werden
verhoogd naar aanleiding van hun moedig,
beleidvol en trouw gedrag op Lombok, ont
vingen de vorige week van H. M. Koningin
Wilhelmina een fraaie photographische af
beelding van het tafereel, toen H. M. in de
Maliebaan generaal Vetter het ordeteeken op
de borst speldde. De photographieën dragen
de eigenhandige onderteekening van Koningin
Wilhelmina, benevens eene opdracht.
De gewone audiëntie van den minister
van oorlog zal op Donderdag 26 dezer niet
plaats hebben.
Hot stoomschip „Drente", van Rotterdam
naar Java, vertrok 21 Sopt. van Southampton;
do „Soembing", van Rotterdam naar Java,
passeerde 21 Sept. Gibraltar; de „Werken
dam" arriveerde 21 Sept. van Amsterdam
te Nieuw-York; de „Prins van Oranje", van
Batavia naar Amsterdam, passeerde 22 Sept.
Kaap St. Vincent; de „Prinses Wilhelmina",
van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 22
Sept. te Southampton; de „Admiral", van
Hamburg naar Zuid-Afrika, passeerde 22 Sept.
Gibraltar; do „Mashona", van Amsterdam naar
Kaapstad, arriveerde 21 Sept. te Gravesend.
By koninkiyk besluit van 13 dezer is aan
den heer P. C. Beelenkamp, op zyn verzoek,
eervol ontslag verleend als lid der Permanente
Militaire Spoorwegcommissie, onder dankbe
tuiging voor de goede diensten, door hem in
vermelde betrekking bewezen.
Benoemd tot notaris binnen het arr. Arn
hem, ter standplaats do gemeente Eist, N.
G. Francken, candidaat-notaris aldaar.
Benoemd tot leeraar aan de Ryks- hoogere
burgerschool te 's-Hertogenbosch, F. Allan,
thans leeraar aan de hoogere burgerschool
te Goes.
Goedgekeurd dat jhr. F. G. A. Gevers Deynoot,
burg. van Kethel, is benoemd tot secretaris
dier gemoonte.
Toestemming verleend aan W. A. Meyboom}
secretaris der gemeente Valkenburg, om te
Rynsburg te blyven wonen.
Een pensioen van 360 verleend aan C. G.
Holthuis, weduwe van den brievenbesteller
T. Van Hillo, te Utrecht.
Aan den met ingang van 1 Juli 1895 eervol
uit zyne betrekking ontslagen adjunct commies
by het departement van oorlog C. A. Schreurs,
een pensioen verleend van ƒ1105 'sjaars.
Benoemd, by het wapen der cavalerie, tot
eersten luit. by zyn tegenwoordig corps, de
tweede luit. C. J. J. Sixma baron Van Heemstra,
van het 3de reg. huzaren.
Staatsbegrooting voor 1896.
Daaraan is het volgende ontleend wat be
treft Hoofdstuk V: Binnenlandsche Zaken:
Do aangekondigde hoogere aanvraag voor
onderwfis 107,058) betreft: Ryksnormaal-
lessen ƒ30,000; opleiding van onderwyzers
door byzondere normaallessen en hoofden van
scholen 39,200; bydragon aan byzondere
scholen (art. 54 bis), 50,000; waartegenover
de post voor uitkoering aan de gemeenten
(art. 45 der wet) 50,000 minder wordt uit
getrokken.
Ter ontlasting van de overbevolking te
Medemblik zal het Groot Arsenaal te Grave wor
den ingericht tot gesticht voor ernstige krank
zinnigen en zal te Medemblik een gelegenheid
komen tot verpleging van krankzinnige veroor
deelden en van andere patiënten, wier bewaking
byzondere voorzorg vereischt. Er is 25,000
uitgetrokken om dat plan in 1896 gedeeltelyk
uit te voeren. Er is te Grave gerekend op
een inwonend ongehuwd geneesheer. Door de
inrichting van het gebouw te Grave wordt
tevens de mogelykheid in uitzicht gesteld
om later rondom dat gesticht de ver
pleging in het huisgezin toe te passen en
eene krankziünigcn-kolonie te vestigen, in
don geest als er in het buitenland worden
aangetroffen.
Een en ander zal een kleine wyziging noodig
maken van art. 10 der wet om de gelegen
heid voor het bestaan van twee Ryksinrich-
tingen voor krankzinnigen te openon.
De aanstelling is voorgenomen van twee
amanuenses, by do natuurkunde en de schei
kunde één en de andere by de physiologie en
de ziektekunde aan 's Ryks veeartsenyschool.
De jaarwedde zal voor ieder ƒ700 bedragen,
buiten inwoning. Twee tedienden vervallen
daardoor, maar het vryvallende geld zal wel
licht over de andere verdeeld worden.
De Regeering stelt voor, te Leiden een
hoogleeraar te benoemen voor het onderwys
in archaeologie en oude geschiedenis, op een
wedde van 4000.
Voorts is 't plan om in het Academisch
ziekenhuis te Leiden de verpleging op te
dragen aan inwonende verpleegsters, die
daarvoor opleiding hebben genotentegenover
de daaraan verbonden kosten staat eene
belangryke vermindering van waakloon.
In verband met de nog onderhanden be
werking van nieuwe ontwerpen voor een
gebouw ten behoeve van 's Ryks Museum
van Natuuriyke Historie, is het daarvoor
uitgetrokken bedrag gehandhaafd; gerekend
is op den tweeden termyn voor den aanbouw
van eene inrichting voor astrophotographie
der sterrenwacht en op den tweeden termyn
voor den bouw van een Pharmaceutisch
Laboratorium.
De kosten zyn op ongeveer 165,000
begroot.
In overweging is de aanbouw voor 25000
van 4 collegezalen van het academiegebouw
ten behoeve der rechtsgeleerde faculteit.
Tevens wordt een nadere aanvraag in uit
zicht gesteld ter verbetering van de klinieken
der heelkunde, der gynaecologie en der interne
ziekten, aan de hoogeschool to Utrecht. Voor
de heelkunde zal de stichting van een ni.uw
gebouw noodig zyn. Het plan is, de drie
klinieken onder éóne administratie te brengen.
Behalve voor de verdere verbouwing van
de Statenzaal, is ook 10,000 uitgetrokken
voor de verbouwing van de andere gedeelten
van dit gebouwen complex.
De billykheid wordt erkend om de gemeente
gymnasia van Amsterdam, Rotterdam en Den
Haag resp. met 27000, 18000 en 16000
uit 's Ryks kas te subsidièeren, doch de Re
geering doet voor 1896 daartoe nog geen
voorstel, omdat in den loop van dit begrootings-
jiar de finantiéele verhouding van het Ryk
en de gemeenten in haar geheel nader door
den wetgever zal worden overwogen.
Voor de Polytechnische school worden aan
gevraagd: 4000 voor oen nieuwen hoog
leeraar in de werktuigkunde en kennis van
werktuigen; 2o. 1200 voor een assistent
voor de beschryvende meetkunde. Voorts
worden thans op 't volle bedrag gebracht de
jaarwedde en personeele toelage van den
hoogleeraar in bacteriologie en technische
microscopie en de jaarwedden van het per
soneel by het bacteriologisch laboratorium.
Een memoriepost is uitgetrokken voor de
jaarwedde van den leeraar in den yk, welke
betrekking weer vervuld zal worden.
Voorbereid wordt het ten vorigen jare toe
gezegd wetsontwerp, houdonde subsidiën voor
middelbaar onderwys voor meisjes.
De subsidiën voor de industriescholen voor
meisjes worden verhoogd: te Arnhem en te
's-Gravenhage voor ieder met ƒ1000 en te
Rotterdam met 2000, terwyl 1000 is uit
getrokken als subsidie voor eene te Groningen
op te richten industrieschool.
Voor de ambachtsschool te Utrecht wordt
1000 meer voorgedragenvoor die te Leiden
2000 meervoor die te Arnhem 3000.
Voor Groningen kan het subsidie met
1000 wordon verminderd.
Nieuwe bydragen zyn voorgedragen voor
land- en tuinbouwwintercursussen te Borkeloo,
Voorst en Wilp, Lunteron, "Waard en Groet,
Surhuisterveen, Oudebildtzyi, LuiDjoberd, Bols-
ward, Dodemsvaart, Hellendoorn, Ambt-
Vollenhove, Wildervank en De Wyk. Voor
instandhouding van de winterscholen te Goes
en in Limburg wordt 4000 uitgetrokken.
Voor de instandhouding van een tuinbouw-
winterschool wordt 2800 uitgetrokken, in
verband met de nog aanhangige plannen.
Voor twee nieuwe landbouw-winterscholen zal
resp. 2500 noodig zyn. Er wordt voorts
6000 uitgetrokkon voor nog twee Ryksland-
bouwleeraren en voor een Rykstuinbouw-
1 eeraar.
68)
Kwade prakiyken.
SleclitB een oerlyk man, dio zyn
plicht doet.
Toen Jack Meredith zeide dat er geen tweede
man in Afrika was, die den weg vanLoango
naar het Simiacino-Piateau zou kunnen vin
den, was dit de zuivere waarheid. Er waren
slechts vier mannen in de gansche wereld,
die hem kenden. Twee daarvan vraren achter
gebleven op den top van dien gtïsoleerden
berg in het hart van Afrika. Meredith zelf
kon niet en zoo bleef slechts Jozef nog over.
Het is waar, verscheidene inboorlingen had
den de reis meegemaakt, maar men had ze
als vee voortgedreven; ze hadden gevochten,
wanneer men het hun beval; gedragen, wat
men hun oplegde; geloopen, zoolang hek hun
meester goeddacht. Zy hadden zich als dieren
verhuurd en verrichtten nu getrouw hun werk
al3 lastdieren, trouw, maar werktuiglyk. Velen
hunner wisten niet, waar ze naar toe gingen,
wat ze gingen doen; den overigen kon het
niet schelen. Zóóveel werk, zóóveel loon, dat
was hun eenige gedachte. Zy letten niet op
de omgeving en berekenden geen afstand.
Nadat ze hun reis volbracht hadden, namen
zy alles zoo gemakktlyk mogeiyk op, totdat
ay gedwongen werden om te werken. Zoo
gaat het in Afrika. Velen hunner kwamen
uit ver verwfiderde streken, enkelen zelfs uit
Zanzibar, en keerden in goeden doen naar
huis terug. Mocht de een of andere lezer aan
dit alles twyfelen en zich verbeelden, dat het
toch zoo moeiiyk niet is zyn weg door het
woud te vinden, laat hom dan bedenken, dat
de weelderige plantengroei in Afrika binnen
drie maanden alle sporen doet verdwynen,
die een doortrekkende troep mocht hebben
achtergelaten. Verbeeldt iemand zich mis
schien, dat de menschen zoo stomp en on
verschillig niet zyn kunnen, laat hy dan om
zich heenkyken, in onze eigen maatschappyl
Menig flink matroos brengt zyn leven op zee
door, maar daarom leert hy nog het schip
niet sturen, en hy is nog wel een blanke!
Toen Jozef naar Loango terugkeerde, had het
versche spoor, door Guy Oscard achtergelaten,
terwyl hy hun ter hulp snelde, hem van dag
tot dag geholpeD. Hy wist dat nu alles weer
begroeid zou zyn. Het Simiacine-Plateau moest
dus opnieuw gezocht worden. En daarginds,
hoog in de wolken, was Guy Oscard, en,
zooals hy zich op zyn eigen manier uitdrukte
hy raakte ze daar! Zóó goed raakte hy ze
daar, dat de voorraad Simiacine met den dag
toenam. Ook Victor Durnovo was in zyn beste
stemming. Hy leek op een volbloed paard,
handelbaar als men hem maar goed aan het
werk hield. Op het Plateau was hy een heel
ander man dan te Loango. Er zyn menschen,
die in de wildernis verwilderen, terwyl andere
beter en sterker wordon, zoodra ze geschei
den zyn van de woelde der beschaving en
den verzachtenden invloed der vrouwen. Victor
Durnovo behoorde tot deze laatste soort.
Één ding bemerkte Guy Oscard al heel
spoedigniemand kon de menschen beter aan
het werk houden dan Victor Durnovo. Hy
behoefde zich maar aan de deur van zyn
tent te vertoonen, of alle inzamelaars bogen
zich met vernieuwden yver over hun boompje,
on terwyl daarboven onder zyn beheer met
den grootsten y ver werd gearbeid, waarborgde
zyn naam hun allen rust en vrede in de
vlakte aan hun voet.
Men begon het den heesters aan te zien,
dat zy zoo goed bemest en besproeid werden.
Nooit waren de bladeren zoo groot geweest,
nooit hadden de struiken zulk een vracht
van bladeren gedragen.
Oscard oefende, zooals gewoonlyk, zyn jacht
weer uit. Dag aan dag legde hy het geweer
over den schouder en verdween alleen, slechts
door een bediende vergezeld, in het woud,
om eerst togen zonsondergang weer te voor-
schyn te komen.
"Wat hy daar zoo al te zien kreeg, heeft
hy nooit verteld. Zeker waren het vreemde
dingen, die hy aantrof in deze wildernissen,
waarin geen blanke vóór hem ooit den voet
had gezet. Geen boek is er nog geschreven
over het land, dat het Simiacine-Plateau om
ringt. Hy was er de man niet naar om over
het onzekere te tobben. Zyn geloof in de taai
heid van den Engelscbman was onomstooteiyk,
en terwyl hy zich buiten adem, dikwyis
kruipende, een weg baande door het onmete-
lyke woud, dacht hy maar zelden aan Jack
Meredith. Deze, zoo meende hy, wist toch
altyd den dans te ontspringen. Waarom zou
hy dit nu ook niet doen? Hy was er toch
waariyk de man niet naar om te sterven uit
gebrek aan weerstandsvermogen, en daaraan
sterven meer menschen dan men in 't alge
meen wel denkt. Als hy eenmaal weer beter
was, zou hy óf terugkeeren óf Jozef terug
zenden met een brief vol wenkon, die voor
hem als bevelen zouden gelden.
Aan Millicent Chyne dacht by meer, met
een zeker gevoel van rust in het vooruitzicht
van de goede tyd9n, die in aantocht waren.
Ook in haar stelde hy een volkomen ver
trouwen. Een dichter heeft uitgemaakt, dat
de man, wien men vertrouwt, zich voelt op
gebeurd en zich dat vertrouwen weet waardig
te maken. Van de vrouwen rept hy geen woord.
Oscard dan ging kalm en moedig zyn weg
en deed veel ondervinding op van allerlei aard.
Eens op een mistigen morgen liep hy lang
zaam voor zyn tent op en neer. Hy was nu
genoeg bekend met de streek om te weten,
dat die mist om hem heen Diets anders was
dan damp, die zich gedurende den nacht om
den top van den berg had opgehoopt; dat
het beneden in de vallei helder was en binnen
een half uur de zon al die dampen zou op
trekken.
Hierop wachtte hy, toen hy op den weg
in het kreupelhout aan zyn voet een buks
hoorde afgaan. Hy begreep, dat het Jozef
moest zyn, die misschien weer een van zyn
merkwaardige, zoo ver reikende schoten loste,
waardoor hy altyd een zucht van nay ver
ontlokte aan dezen grooten jager, zoo dikwyis
deze er slechts getuige van was.
Oscard liep dadeiyk naar zyn tent en keerde
terug met zyn geweer in de hand. Daarop
loste hy twee, elkander snel opvolgende,
schoten en bleef ernstig wachten op den rand
van het Plateau.
Na een korte stilte troffen twee antwoor
dende schoten zyn geoefend oor.
Hy keerde zich om en zag Victor Durnovo
naast hem staan.
„Wat is dat?" vroeg de kleurling.
„Dat moet Jozef zyn of Meredith," ant
woordde Oscard. „Niemand anders kan het
wezen I"
„Wy willen hopen, dat het Meredith is,"
hernam Durnovo met een gedwongen lach,
„maar ik voor my geloof het niet."
Oscard keek den man in zyn taankleurig
gelaat. In zulke dingen was hy gewoonlyk
niet vlug van bevatting, maar, vreemd genoog,
ditmaal kreeg hy de vaste overtuiging, dat
Victor Durnovo in stilte hoopte, dat Meredith
dood zou zyn.
„Ik hoop van beter," antwoordde hy, en
zonder een woord meer te zeggen, liep hy
hot smalle pad af, dat van den top naar
beneden voerde, door de wolken heen, al
loopeDde zyn geweer ladende.
Durnovo en de mannen, die tusschen de
Simiacine struiken werkten, hoorden van tyd
tot tyd seinschoten, die de beide Engelschen
onderling wisselden, terwyl zy in het dichte
woud elkander trachtten te bereiken. Het
was reeds middag, toen men hen in het oog
kreeg, met moeite de helling beklimmende.
(Wordt vervolgd.)