N°. 10910
Woensdag IS September,
A0. 1895
feze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§on- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 17 September.
F1 euilleton.
Met scherpe wapenen.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandeni f 1.10.
Franco per post 1.40.
Afzonderlijke Nommers 0.05.
PRIJS DER ADVERTENTTËN:
Yan 1-6 regels 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt 0.05 berekend.
Het aantal betalende bezoekers van het
Stedelijk Museum (Lakenhal) alhier bedroeg
van 13 Juli tot 1°. September 1489.
De hoer N. Huntelman, een stadgenoot,
die reeds meermalen in Leiden en omstreken
met succes is opgetreden, hield gisteravond
in de kleine zaal van het Nutsgebouw alhier
wederom voordrachten, 't Was jammer, dat de
opkomst zoo gering wasl Ware dit toch niet
het geval geweest, dan hadden meerderen een
paar genoeglijke uren kunnen doorbrengen,
want èn met L. I. Fikkee's schets uit het
Geldersche dorpsleven „Bij den Burgemeester"
vóór èn met tal van luimige en ernstige voor
drachten na de pauze boeide de heer Huntel
man zijn aandachtig gehoor of bracht het in
eene uitbundig vrooiyke stemming. Hfi had
meer belangstelling verdiend. Yerlieze hy
echter den moed niet en hope hy het beste
van een volgend optreden in of buiten Leiden!
's Ryks Etbnograpbisch Museum heeft
van den heer P. K. A. Meerkamp van Embden,
te Manilla, ten geschenke ontvangen een stuk
boomschors, waarvan pylgif wordt gemaakt.
Aan den schenker is de dank der Regeering
betuigd.
Het te Venraay gehouden kapittel der
EE. PP. Minderbroeders heeft gekozen tot
provinciaal den Hoogeerw. pater P. Van den
Burgt, pastoor te Leiden.
Van het groote „Woordenboek der Neder-
landsche Taal" is heden verschenen de 8ste
aflevering van het 5de deel, behandelende de
woorden Grootachting Gulden, bewerkt door
dr. A. Beets.
Graaf De Tovar, gezant van Portugal
by ons Hof, hoeft ook, als vertegenwoordiger
van zyne rogeering, alhier de opening byge-
woond van het derde Internationaal Zoölogisch
Congres.
De miliciens van de lichting 1892, die
by de 1ste en 3de battery, alsmede de 1ste
troin-compagnie, te 's Gravenhage, en by de
6de battery van het 2de reg. veld art. to
Leiden, voor herhalingsoefeningen sedert 14
Augustus onder de wapenen zyn geweest,
zyn weder in het genot van onbepaald verlof
gesteld.
Er bestaat gelegenheid tot verzending
der correspondentie naar Nieuw-York, door
middel van het stoomschip „Spaarndam", van
Rotterdam vertrekkende. Ten postkantore al
hier moeten de brieven, enz. uiterlijk morgen
ochtend om 8 uren bezorgd zyn.
De wyze van verzending behoort duideiyk
op het adres vermeld te worden.
Men schryft onsBy koninklijk besluit
is, met ingang van 21 September, tot bur
gemeester van Alkemade benoemd de odel-
achtbare heer F. H. Van Wichen, die hier
mede zyne tweede zesjarige regeeringsperiode
in die gemeente intreedt. Dit besluit zal door
alle ingezetenen van Alkemade met groote
vreugde worden begroet. Zonder onderscheid
in stand, rang of gezindte te maken, be?ft
deze burgemeester zich doen kennen als een
waar burgervader, wien de belangen zyner
gemeente en gemeentenaren na aan het hart
liggen. Vele verbeteringen zijn tijdens zyn
bestuur reeds tot stand gekomen, en op zyn
program heeft hy nog vele nummers, die op
uitvoering wachten, ten einde deze welvarende
gemeente eene eervolle plaats onder hare zus
toren te do9n innemen.
Uit de zevende lyst van do zeventiende
jaarcollecte voor de Scholen met den Bijbel
in „De Standaard" blijkt dat o. a. is ge
collecteerd te Leirauiden met Bilderdam
42.36'/2; te Yoorschoten f 115.31%.
Voorts wordt er by opgemerkt, dat, behalve
de Unie-collecte te Alfen aan don Ryn, in de
Herv. Kerk jaarlyks nog tien schaalcollecten
worden gehouden, waarvan de laatste drie
f 167.16 opbrachten.
Uit Aalsmeer wordt gemeld dat de heer
T. Van den Hoorn, sedert twee jaren genees
heer aldaar, met 1 October a. s. die gemeente
zal verlaten, om zich in Den Haag to gaan
vestigen.
Bedankt is voor het beroep naar de
Ned.-Herv. gem. te Appelscha door dr. A. J.
Van 't Hooft, pred. te Nootdorp.
De Koninginnen en prinses Pauline van
Wurtemberg zyn gisteren van Het Loo om
3 u. 39 m. te 's-Gravenhage aangekomtn.
Aan het station van het Staatsspoor waren
vele autoriteiten, o. a. de ministers van buiten-
landsche zaken, van justitie en van marine,
de Commissaris der Koningin in Zuid-Holland,
de burgemeester der residentie, generaal Van
Helden, enz. Do Regentes stelde aan de byna
18-jarige Wurtembergsche prinses de ver
schillende autoriteiten voor.
De Wurtembergsche prinses is een dochter
uit het eerste huwelijk van den Koning van
Wurtemberg met wijlen prinses van Waldock-
Pyrmont.
Do drie Vorstinnen begaven zich in open
rytuig naar het Paleis. Zoowel tegenover den
uitgang van het Hofwacbtsalon aan de Ryn-
straat als langs den geheelen weg, welken
HH. MM. met Haar niebt door de stad namen,
bad zich een talrijke menigte in ryen ge
schaard.
Aan een der huizen van den Bezuiden-
houtschenweg, nabij de Heerengracht, bad
men by binnenkomst der Koninginnen de
vlag uitgestoken.
Van het Paleis wapport weer do standaard
vlag gedurende het verblyf van het Hof in
de residentie.
De Koningin vertoonde zich ten Paleize
nog even voor het venster aan het publiek,
dat HH. MM. zag binnentreden.
Kort na aankomst maakte Hare Majesteit
do Koningin een rijtoer door het Bosch in
een met 2 poneys, door Haarzelve bestuurd,
bespannen victoria.
Een oogenblik later reed H. M. de Koningin-
Regentes uit met prinses Pauline van Wur
temberg.
Door de heeren mr. W. Dolk, J. Van
Heurn, A. T. L. RouweDhorat Mulder, mr.
H. J. A. Mulder, H. A. Van do Rovaart en
P. J. Van Voorst Vader is officieel aan den
Haagschen gemeenteraad medegedeeld, dat zy
aan den minister van waterstaat concessie
hebben gevraagd voor een visschershaven te
Scheveningen volgens het ontwerp der haven
commissie, onder byvoeging dat middelerwijl
door hen is onderzocht, op welke wijze de
havenaanleg finantiöel het best ware tot stand
te brengen, met welk onderzoek zy thans
zoo ver zyn gevorderd, dat zy vóór 1 October
een aanvraag om subsidie als bijdrage in de
kostea van den aanleg by den Raad zullen
indienen.
Tot klinisch assistent aan de kraam
inrichting te Amsterdam is benoemd dr. L.
E. Driessen, aldaar.
Eenige bladen te Amsterdam deelen het
gerucht mede, dat de heer T. Van der Zee,
burgemeester van Enschedee, in aanmerking
zou komen voor de betrekking van hoofdcom
missaris van politie aldaar.
Uit Rotterdam wordt gemeld dat als
gevolg der overeenkomst met de Engelsche
stoomvaartlijnen, de derde-klasse passage prys
per Noderl.-Amerikaansche Stoomvaart Mpy.
van Amerika naar Europa, met f 22.50 is
verhoogd.
Van nieuwo reizen, door HH. MM. do
Koninginnen nog in dit jaar te ondernemen,
is, volgens do Haagsche Kroniek der „N.
Gron. Ct." geen sprake. Behoudens uitstapjes
van een enkelen dag of deelneming aan
speciale plechtigheden, zal het tot aan de
kroning van onze jonge Koningin nu met
binnenlandsche reizen uit zyn. Wel scbynt
het plan vast te staan om zoodra Koningin
Wilhelmina zelvo den schepter zal hebben in
handen genomen, de tournóe door alle ge
westen des Ryks te herhalen. De jaren, die
ons nog van dat tydstip scheiden, zal de jonge
Koningin moeten besteden aan velerlei studio,
om zich voor de hoogo roeping, die haar
wacht, voldoende voor te bereiden. Weldra
zullen do beginselen van 't staatsrecht en de
staatkundige geschiedenis van ons vaderland
worden toegevoegd aan de talryke leervakkon,
waarin H. M reeds wordt onderwezen.
Prof. Friedrich De Martens, lid van den
Russischen staatsraad en van den raad van
het departement van buitenlandsche zaken,
die door den keizer aller Russen benoemd is
tot scheidsrechter in het tusschen Engeland
en Nederland aanhangig geschil in zake de
„Costa-Rica Packet", is een erkende autoriteit
op volkenrechteiyk gebied. Zyn bekende
werken „Internationales Recht; das moderne
Volkenrecht der zivilisirten Nationen" en het
niet minder bekend „Recueil des traités et
conventions conclus par la Russie avec los
puissances étrangères" hebben hem als volken
rechtelijke autoriteit door geheel Europa be
kend gemaakt.
Zyn naam alleen heeft al een grooten klank
in deze wetenschap: men herinnert zich Georg
Friedrich Von Martens, die in 1821 overladen
is, en ook een bekende schrijver over volken
recht is. Onze De Martens is sinds geruimen
tyd vice president van het volkenrechtelijk
instituut.
Heden zal te Roermond de commissie
aankomen, die in opdracht heeft, om in naam
der Ryksregeering de Rijksarchieven op te
eischen.
Naar aanleiding daarvan heeft de gemeente
raad van Roermond, onder toejuiching van het
talryk publiek, dat deze raadszitting by woonde,
met algemeeno stemmen de volgende motie
aangenomen
„De Raad, met intrekking van vroeger aan
den minister voorgestelde minnelijke schik
kingen, draagt B. en Ws. op, alle stukken
af te geven, tehoorende tot het Ryks archief,
behalve die, welke zich bevinden in het lokaal,
waar Ryks- en gemeente archief vermengd
werden.
„Voorts, door deskundigen die stukken te
doeD onderzoeken en daarvan een lyst te
maken. En ten slotte, indien de Staat of wie
ook bezit wil nemen van stukken, welke naar
het oordeel dier deskundigen aan Roermond
behooren, den president der rechtbank te
Roermond in kort geding om conservatoire
maatregelen te vragen."
Te Amsterdam vergaderde Zondag het
tweede congres van den R. K. Volksbond,
onder eere-voorzitterschap van mgr. C. J. M.
Bottemanne, bisschop van Haarlem, en voor
zitterschap van W. C. J. Passtoors, van Am
sterdam.
Nadat des middags in het Gildehuis eene
voorloopige huishoudelyke bijeenkomst was
gehouden, had des avonds te halfzeven een
plechtig Lof plaats, opgedragen door mgr.
Bottemanne.
In de grooto zaal van „Maison Stroucken,"
fraai versierd, had daarna de openingszitting
plaats, opgeluisterd door hot muziekcorps
„Orpheus" en de liedertafel „St.-Caecilia."
Do heer Passtoors sprak een warm wel
komstwoord en uitte de beste wenschen voor
het welslagen van het congres, waartoe hy
tot eendrachtig samenwerken opwekte.
Er werd een telegram gezonden aan H. M.
do Koningin-Regentes van gehechtheid en
trouw aan het Huis van Oranje.
De Bisschop sprak daarna een harteiyk
woord, opwekkend tot eendracht en eensgo-
zindheid, waarschuwende tegen ontevreden
heid en ongeduld, al moet men arbeiden tot
verbetering van ongunstige toestanden. Door
geduldig en gestadig werken, niet door revo
lutie, kan men het program van den bond
verwezeniyken.
De geestelijke adviseur, pastoor Konings,
deed daarna mededeeling van den Pauselyken
zegen. Hy bracht hulde aan den Bisschop en
wees op diens naderend 50 jarig priesterschap.
De heer Bax, uit Antwerpen, bracht den groet
der Belgische broeders. Pater A. v. Kerck-
hoff droeg een vers voor. De heer Zegers,
vroeger secretaris van den soc.-dom. bond,
sprak over zyne bekeering, terwyi daarna de
heer Passtoors een slotwoord sprak en met
zang en met muziek de zitting gesloten werd.
Maandag was de eerste zitting van het
congres in het Gildehuis.
De Rijkscommissie voor de examens ter
verkiyging van een diploma als stuurman aan
tcori van koopvaardyschepen zal, overeen
komstig het by koninklyk besluit van 17 Juoi
1891 vastgestelde reglement voor die examens,
met aanvang van 8 October, te 91/, uur, zit
ting houden te Rotterdam, in het gebouw der
Loge aldaar.
In do aanvraag om toegelaten te worden,
welke den voorzitter, den heer J. H P 13
Kniphorst, te 's-Gravenhage, vóór 1 O.ioler
portvry moet hebben bereikt, zal de cai di-
daat, onder toezending van eenig authentiek
geboortebewys, tevens te kennen moeten geven
voor welke vaart, groote of kleine, voor welk
diploma, zeil of stoom, en voor welken rang
hy verlangt geëxamineerd te worden. Mocht
hy by het examen volgens een der program
ma's B of in dezelfde zitting nog een aan-
vullings-examen wenschen af te leggen, dan
zal hy dit moeten vermelden.
Het volgende examen zal weder to mster-
dam worden gehouden.
Men zio verder de Staatscourant van 17 dezer.
In het Museum van Kunstnyverheid to
Haarlem zal 22 September eene tentoon
stelling van Japansche kunst worden geopend,
waarbij de meest verschillende kunstambachten
zullen vertegenwoordigd zyn en die op een
enkele uitzondering na vooral werkstukkon
van oude kunst zal bevatten.
Op het graf van den eenige maanden
geleden te Goes overleden predikant der Ned.-
Herv. gemeente aldaar, ds. D. P. M. Huet, is
door zyne vrienden een gedenkteeken geplaatst.
Op den steen ligt een bybel, en de openge
slagen bladzijde geeft de volgende woorden te
lezen: Jezus zeide: Ik ben de opstanding en
het leven. Joh. 11 vers 25a.
In den steen zelf is dit opschrift gogrift:
„Hier rust Ü3. D. P. M. Huet, geboren te Am
sterdam 7 December 1827, overleden te Goes
9 April 1895, gedurende 17 jaren predikant
der Ned.-Herv. gem. alhier. Joh. 5 vers 35.
Zyne vrienden."
De gewone audiëntie van den minister
van financiën op 19 en die van den minister
van marine op 20 dezer zullen niet gehouden
worden.
By koninklyk besluit is met ingang van
1 Oct. a. s.lo. de officier-machinist 1ste kl
J. L. Vermeer, op zyn verzoek, op pensioen
gosteld en hem toegekend een pensioen van
f 1200 'sjaars, en eene verhoogiüg van dat
pensioen met ƒ1200 's jaars, ingevolge artikel
1, c, der wet van 1 April 1875; 2o. benoemd
tot officier-machinist 2de kl. by 's Ryks stoom
vaartdienst, de machinisten 1ste kl. in het
vaste corps J. A. Waleson on W. De Waardt.
Benoemdby het wapen der inf., tot eersten
luit., de tweede luit. N. Van "Wingen, van het
wapen, gedetacheerd by de landmacht in
West Indië; by het 1ste reg., tot kapitein de
eerste luit. L. A. H. Anemaet, van hot 5de
reg.tot eersten luit. de tweede luit. W. E.
Van Eek, van het corps; by het 2de reg.,
tot eerston luit. de tweede luit. H. Z. A.
Van de Roemer, van het corps; by het 5do
reg., tot kapitein de eerste luit. jhr. D.
Barchman Wuytiers, van het reg. gren. en
jagers; by het 6do reg., tot eersten luit. do
tweede luit. P. A. De Ridder, van het corps;
by het 8sto reg., tot kapitein, de eerste luit.
A. H. Rink, van het reg. gren. en jagers.
In hun rang overgeplaatst, by het reg.
gren. en jagers, de lste luits. A. H. Van
Alphen de Veer, van het 5de, en J. G. Blom,
van het 8ste reg. inf.
61)
„Ja," hernam Jocelyn, „ik begrtjp het."
Zy zag waar het naar toe ging, wenschte het
vurig en toch voelde ze vrees. Zy betraden
voor haar als het ware gewaden grond en ieder
oogenblik kon zy een verkeerden stap doen.
„Ik zou u zoo gaarne met Sir John in aan
raking brengeD," sprak Lady Cantourne. „Zou
u eens by my op de thee willen komen? Zoo
even vroeg hy me, wie u toch kon zyn. Vreemd,
alsof hy er een voorgevoel van had, vindt u
niet? Ik ben niet bygeloovig en hecht niet
aan onderlinge gemeenschap van geesten en
zielen, en al dien onzin meer, maar in voor
gevoel geloof ik wel een beetje. Zou u morgen
willen komen? Van avond is u hier met me
vrouw Sander, nietwaar? Ik ken haar. Zy
zal u wel alleen laten gaan. Om vjjf uren. U
zou myn nicht Millicent ook ontmoeten. Zy is
met Jack Meredith geëngageerd. Dat gaf aan
leiding tot die oneenigheid tusschen vader en
zoon. Met haar zal u eerst ook niet op uw gemak
zyn. Zy is niet toeschietelyk. Maar ik geloof
dat u wel uw best zal doen om te begrypen,
wat zy gaarne wil weten."
„Ja," antwoordde Jocelyn bedaard - byna
al te bedaard „ik zal myn be3t doen."
Lady Cantourne stond op en Jocelyn volgde
haar voorbeeld.
„Het is een goede daad," zeide Lady Can
tourne nog en keek het meisje aan. „Daarom
vraag ik het van u. Een mensch heeft niet
dikwyis de gelegenheid een goede daad te ver
richten, waarby zelfs zyn intieme vrienden
aan geen by-oogmerken kunnen denken. Wio
is die man daarginds?"
„Dat is myn broer!"
„Ik zou gaarne ook eens kennis met hem
maken, maar breng hem morgen niet mee. Wy,
vrouwen, moeten dan liever onder elkander
zyn begrypt u?"
Met een vertrouwelyk knikje ging de statige
dame heen om andere zaken te behartigen,
misschien wel om nog moer goede daden te
verrichten, die even onbaatzuchtig waren.
Jocelyn bemerkte terstond dat Maurits
iemand zocht. Hy was juist binnengekomen
en baande zich een weg door de verzamelde
gasten. Weldra was zy hem zóó dicht gena
derd, dat zy zyn elleboog kon aanraken.
„O, ben je daarl" riep hy uit; „ik zocht je;
kom even met me buiten de kamer."
„Hy bood haar zyn arm aan en zoo baanden
zy zich een weg door de volle zaal naar het
aangrenzend vertrek, waar een dilettant troos
teloos rondzwierf, wachtende op eenig gehoor
voor de verzen, die hy wilde reciteeren.
„Kyk eens," zei Maurits, toen ze alleen
waren; „ik heb daareven een telegram ont
vangen."
„Hy reikte haar het dunne witte telegram-
model over van den onderzeeschen kabel.
„Ontzetting volkomen gelukt. Meredith Jozef
terug Loango. Meredith ziek uitputting,"
Jocelyn haalde diep adem.
„Dat's in orde hè?" zei Maurits hartelyk.
„Ja," antwoordde Jocelyn „in ordel"
XXX.
Oude bekenden.
Dio Engel nonnen os nimmt-lofrotid',
Die Tcafel doodod es Höllcnleid,
Dio Menochen nonnen esL i e b el
„A propos, lieve," zeide Lady Cantourne
don volgenden dag tot haar nicht, „ik heb
voor vandaag juffrouw Gordon op de thee
govraagd. Ik ontmoette haar gisteren by de
Fitzmannerings. Zy woont te Loango en kent
Jack. Ik dacht dat je wel eens kennis met
baar zoudt willen maken. Zy is een echte
dame en ziet er lief uit."
En Millicent ging regelrecht naar haar
kamer om haar beste kleedje aan te trekken.
Zoo iets behoort tot die kleinigheden, welke
een vrouw zeer natuuriyk voorkomen, en die
het verstand van een man volkomen te boven
gaan. Hy kan daaruit terloops zoo „en
passant" slechts opmaken, dat by sommige
gelegenheden de dames wel eens baar beste
kleederen aantrekken, zonder daardoor juist
te willen behagen. En terwyi Millicent Cbyne
zoo bezig was zich te kleeden, was Jocelyn
Gordon op geringen afstand in een ander
huis bezig haar mooie haar op te maken;
hier streek ze er eens over, daar haalde zy
bet wat uit, zy stak hier en daar een haar
speld, woelde er in, drukte het op een andere
plaats wat neer, met al de bedrevenheid, der
vrouw eigen.
Toen zy een weinig later elkander ont
moetten in Lady Cantournes deftige, degelyke,
ouderwetsche zaal, kon men gerust aannemeD,
dat niets aan den blik der beide dames ontging.
„Tante heeft me verteld," begon Millicent
terstond met een zeker „dógagé," waarmede
tegenwoordig de jongelui onderwerpen aan
roeren, die men vroeger als heilig zou be
schouwd hebben, „dat u Loango kent."
„O ja, ik woon er."
„En u kent mynheer Meredith?"
„Ja, en mynheer Oscard ook."
Er volgde een korte pauze on twee paar beleefd
lachende oogen namen elkander eens goed op.
„Ze weet er van, maar wat?" schoen het
eene paar te vragen.
„Zy zal het niet merken daar ben ik geen
oogenblik bang voor," zeide het andere paar.
En Lady Cantourne keek toe en wreef met
welgevallen haar witte handjes over elkander.
„O ja," zeide Millicent zonder blikkon of
blozen. Dat was haar sterke puntblozen als het
te pas kwam, niet als het minder gewenscht was
„Mynbeer Oscard, is die niet geassocieerd met
mynheer Meredith in die dolle onderneming?"
„Ik geloof, dat zy samen doende Simiacine,
meent u?" vroeg Jocelyn.
„Wat zou ze daar anders mee bedoelen?"
dacht Lady Cantourne by zichzelf.
„Ja, de Simiacine 1 Een rare naam, vindt u
niet? Ik voor my houd het er voor, dat ze
zich daar zullen rulneeren. Dat doen de men-
schen daar altyd, nietwaar? En wat zegt u
daarvandat zou ik graag eens weten
„Ik geloof' zeker, dat zy fortuin zullen
maken," antwoordde Jocelyn, en zag met
plotseling opkomenden weerzin hoe Millicents
oogen begonnen te schitteren, „ten minste
als het gevaar niet zoo groot wordt, dat zy
de plaats moeten opgeven."
„Wat voor gevaar?" vroeg Millicent, die
voor bet oogenblik vergat op haar stemge
luid te letten.
„Wel, natuuriyk, de Ogowe rivier is vor-
scbrikkelyk ongezond en er zyn nog veel
meer gevaren. Do inboorlingen in do valleitn,
die bet Simiacine-Plateau omringen, zyn zeer
vyandig gestemd. Hot Plateau was zelfs om
singeld en belegerd, toen wy Afrika verlieten."
Deze mededeelingen schenen Millicent te
schokken, maar Jocelyn gevoelde nog grooteren
schokbaar toeboorderes glimlachte niet
laDgerl Zy was niet meer op baar hoede, wat
haar nog eens was overkomen in tegenwoor
digheid van Sir John.
Op Millicents gelaat vertoonde zich een
trek, dien Jocelyn dadoiyk opmerkte en die
haar leed deediets, wat Sir John wist, sedert
den morgen, toen hy Millicent twee brieven
had zien openen; iets, wat Lady Cantourne
altyd wol had geweten.
„Eu was mynheer Meredith op het Plateau,
toen het werd belegerd?" vroeg Millicent met
een vertrokken, onnatuuriyk lachje.
„Ja," antwoordde Jocelyn. Zy kon niet
nalaten zich de armzalige voldoening te ver
schaffen van haar even te straffen; maar al
dien tyd gevoelde zy, dat die straf niets was,
vergeleken by de kwelliDg, dio zy ondervond,
en haar leven lang zou gevoelen. In het hart
van de vrouw, die werkelyk liefheeft, treft
men sommige zeer tegenstrydigo dingen aan
tegenover de wereld in het algemeen is goea
harder hart op aarde denkbaar dan bet hare,
zoodra het er op aankomt het voorwerp haror
liefde of die liefde zelf te verdedigen.
Wordt vervolgd.)