N°. 10906 V rijdag 13 September. A°. 1895 (Beze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. LEIDSCH T) AOL AT) PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per S maandenf 1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers i. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Leiden, 12 September. 's R^jks Ethnographiscb Museum heeft van prof. dr. H. Oort, alhier, de onderstaande 'voorwerpen, uit Arabië, ten geschenke ont vangen 1 badjistok, alsmede een prent van een moslimsch heiligdom. Aan den schenker is de dank der Regoering betuigd. De off. van gez. 1ste kl. R. Van der Veer, te Delft, zal met ingang van 1 Oct. a. s. een cursus in de chirurgie volgen aan de universiteit te Leiden. Evenals de Koning van België heeft ook de Groothertog van Saksen-Weimar inge- teekend op dr. Jan Ten Brink's „Geïllustreerde Geschiedenis der Nederlandsche Letterkunde." Lisse was gisteren in feesttooi; aller wegen was de vlag ontplooid. Do afdeeling Oegstgee8t en Omstreken der Hollandsche Maatschappij van Landbouw heeft er namelijk eene tentoonstelling geopend van vee, zuivel producten en voortbrengselen van land- en tuinbouw. Het geheel zag er zeer net uit en vele bezoekers stroomden toe, terwijl het muziekcorps der Leidsche schutterij het feest opluisterde. Er waren prachtige koeien, stieren en paarden ingezonden, die getuigen van de hoogte, waarop tegenwoordig deze streek staat wat aangaat veefokkerij. Het weder was goed; wel deed de lucht des morgens eenige vrees ontstaan. De tentoonstelling, geopend met eene toe spraak van den president der afdeeling, den heer Van Hoeken, omvatte 116 nummers, in 23 rubrieken verdeeld. De eenige extra- medaille, door de Maatschappij beschikbaar gesteld, werd toegekend aan den heer Eduard Blaauw, voor zijne verzameling opgezette en nuttige vogels. De by deze gelegenheid gegeven volks feesten verschaften veel genoegen en liepen met de noodige opgewektheid flink van stapel. Bedankt is voor het beroep naar do NeJ.-Herv. Kork te Oppenhuizen (Fr.) door dr F. J. Los, te Bruchem. Te Nootdorp is in den ouderdom van 64 jaren overleden de zeereerw. heer Joannes Scheerman, sinds 1876 pastoor aldaar. Het resultaat van de beraadslagingen in de Haagsche Kamer van Koophandel over de telephoon is geweest, dat met 7 tegen 2 stemmen werd besloten een schrijven te richten aan het gemeentebestuur, onder over legging van de noodige bewijzen, met liet verzoek de concessie bij expiratie niet meer te verlengen, over te gaan tot eigen exploitatie, en de geleidingen, toestellen, enz., behoorende tot de Tolephoonmaatscbappij, niet over te nemen. Tevens zal daarin gewezen worden op de wenschelijkheid van ondergrondsche draden. De groothertog van Saksen en zyne dochter zullen zich Vrijdagochtend a. s. van Scheveningen naar Domburg begeven, alwaar de prinses Von Wied vertoeft, en 's avonds weer te Scheveningen terugkeeren. Zondag a. s. nemen zy de terugreis naar Weimar aan. Te Nijmegen is overleden de heer C. M. De Rochemont, gep. ass.-resident op Java. Harer M »jesteits gezant bij het Turksche Hof, jhr. Van der Staal van Piersbil, heeft gistermiddag met zijne gade de residentie verlaten, om na het doorbrengen van z|jn verlof naar zijn post te Konstantinopel terug te keeren. Te Utrecht vergaderden in een der lokalen van de Exploitatie maatschappij 23 afgevaardigden, ter bespreking der zaak extra-treinen, ter gelegenheid der protest meeting te 's-Bosch van 22 September. De volgende treinen werden aangevraagd: Voor Amsterdam 1000 a 1200 personen. Rotterdam 500 600 Den Haag 420 500 Leiden 200 Utrecht 800 900 w Nijmegen 800 900 w Arnhem 400 500 Gouda 70 100 Tilburg 125 150 Helmond 40 Maastricht Venloo 100 Een 5000-tal personen zal dus per extra- treinen vervoerd worden. Van elders komen er nog met gewone vervoermiddelen. Tot het gebouw der „Liedertafel" te 's-Bosch, waar eenige woorden zullen worden gesproken door den voorzitter der regelings commissie, door den voorzitter van den Zouavenbond, door baron De Charette (waar schijnlijk), en het protest zal worden gelezen door luitenant Wils, zullen uitsluitend toegang hebben drie afgevaardigden van elke ver- eeniging met den vaandeldrager. Diezelfden hebben toegang tot de St.-Jans- kerk, waar voor hen plaatsen zijn gereser veerd in de middenbeuk. Dezen, maar ook dezen alleen, zjjn dus verzekerd van eene plaats in de kerk; de overigen ontvangen geen kaarten en kunnen bezit nemen van eene staanplaats in de kerk, zoolang de ruimte dit toelaat. De St.-Jans-kerk kan verscheiden duizenden bevatten; als echter het getal protesteeren den zoo groot is, als vermoed wordt, zullen allen geen plaats vinden, en dus verscheidene per sonen de H. Mis niet kunnen bijwonen. Voor alle zekerheid zorge men daarom, de H. Mis te hebben gehoord ieder in zijne eigen woon plaats. Het is zeker, dat markies De Résimont, de kranige zouaven-kapitein, die zich zoo menig maal, vooral tijdens de cholera te Albano, onderscheidde, generaal De Charette bij diens komst naar 's-Bosch vergezellen zal. (Mb.) De dagorder, door generaal Van Helden na afloop der groote manoeuvres uitgegeven, welke order op de heide bij Zeist aan de troepen is voorgelezen, luidt als volgt: Officieren, onderofficieren en soldaten! Bjj het einde der manoeuvres is het het mij aange naam, u allen mijn dank te betuigen voor den ijver en de plichtsbetrachting, die gij aan den dag hebt gelegd. Gy hebt, dikwijls onder be zwarende omstandigheden en vermoeienissen, steeds een opgeruimden en goeden geest be houden, en daardoor getoond goede veld- soldaten te zijn. Eenigen onder u toonden dit reeds vroeger voor den vijand. Gij z(jt als veldsoldaten in bruikbaarheid vooruitgegaan. Uw leiders en al uw chefs dragen u een goed hart toe. Leve de Koningin I Leve de Koningin- Regentes Naar de „N. R. Ct." verneemt, werd do voorgaande week, namens eenige nog in Indiö woonachtige families, een souvenir aangeboden aan den in de vorige maand ge- repatriëerden en thans in Den Haag geves- tigden heer W. P. Groeneveldt, oud-vice- prosident van den Raad van Ned. Indië. Het aandenken bestaat uit oen witmarmeren Venusbeeld, byna levensgroot, op een donker groen marmeren voetstuk van een meter noogto. Door de Commissarissen der Koningin in Drente en Overijsol is ter algemeene kennis gebracht, dat hun door H. M. de Koningin en H. M. de Koningin-Regentes is opgedragen, aan de ingezetenen der provinciën den warmen dank Harer Majesteiten over te brengen voor de hartelijke ontvangst, die haar in alle deelen dier provinciën, van de z(jde der bevolking, zonder onderscheid van rang en stand, is ten deel gevallen, en voor de treffende blijken van liefde en trouw, die H.H. M M. overal hebben ontvangen, onder bijvoeging, dat de dagen van haar bezoek aan die gewesten by H.H. M.M. een hoogst aangename herinnering hebben achtergelaten. Na jarenlange onderhandelingen is dezer dagen, volgens de „N. R. Ct.", de overéén komst tusschen de Engelsche en continentale lijnen op Noord-Amerika, ten aanzien van het vervoer van tusschendeks-passagiers in beide richtingen, tot stand gekomen. De drie regimenten huzaren, die gema noeuvreerd hebben in do omstreken van Amersfoort, keerden gisteren naar hunne respectievelijke garnizoenen terug. Bij de oefeningen in de stelling van Amsterdam van 16 tot 28 dezer zal het fort Aalsmeer in staat van verdediging gebracht worden. De afdeeling Scheveningen van „Patri monium" en de werkliedenvereniging „Een dracht" zullen elk voor f 1000 deelnemen in de eventueele leening voor een haven te Scheveningen. Bij de verkiezing van een lid der Pro vinciale Staten in het district Gulpen (Limburg) is gekozen de heer Louis Merckelbacb, met 494 van de 628 uitgebrachte stemmen. De heer Erens had 110, de heer Houtvas 18 6temmen. Blanco 6 stemmon. Door den minister van koloniën zijn de heeren N. A. Yan Oort, J. J. S. Van Leeuwen en E. J. C. Van Zuylen gesteld ter be schikking van den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië, om te worden benoemd tot ad6pirant-ingenieur by den waterstaat en '8 lands burgerlijke openbare werken in Nederlandsch-Indië. Aan de „Ned. Bell.-Tel. Maatschappij" is thans de exploitatie opgedragen van eene van Rijkswege aan te leggen telephoonlijn tusschen Amsterdam en Den Haag over Utrecht. Daardoor krijgen belanghebbenden te Amsterdam en te 's-Gravenhage oen ver meerdering van het aantal intercommunale telephoonlijnen, waarnaar zeer verlangd werd met het oog op het voortdurend toenemend gebruik der bestaande gelei iingen. Uit Assen wordt gemeld dat er pogingen worden aangewend om in Oud Hollandt te Amsterdam een herhaling te geven van de voorstelling der oud-Germaansche rechtsple ging in den Ballerkuil, en wel in de kostumes, die daarbij gediend hebben. Er zouden echter gedeeltelijk andere personen moeten optreden dan die aan genoemde voorstelling hun mede werking verleenden. Deze plechtigheid heeft zeer de aandacht getrokken, zoodat by de op Zondag jl. gegeven twee voorstellingen personen tegenwoordig waren, die daarvoor expresselyk uit Holland waren overgekomen. Gisteren is de commandant oer dienstdoende schuttery te Assen nog verrast met een gift van ƒ150, hem door den Commissaris der Koningin, namens do Koningin-Regentos, ter hand gesteld. Dit bedrag was bestemd om onder de leden van het Asser muziekcorps te worden verdeeld. Door H. M. de Koningin is voorts nog aan de 4 ordonnans-onder officieren van de schutterij en infanterie f 50 geschonken. Zooals gemeld is, hebben Gedeputeerde Staten van Friesland afgewezen het verzoek der ingelanden van den Grooten Veenpolder in Weststellingwerf, om den voorzitter van den polder, den heer Bartolotti Rynders, als zoo danig te ontslaan. De ingelanden zijn daardoor ontstemd en de commissie uit hun midden heeft besloten zich by dit besluit vooralsnog niet neer te leggen. Zy heeft nl. eene audiëntie aangevraagd by den Commissaris der Koningin, welke haar 13 dezer verleend zal worden en waar zy den Commissaris belangryke mededeelingen omtrent den stand van zaken hoopt te doen. Een adres is door haar aan Ged. Staten gezonden, waarin zy hare verbazing uitspreekt, dat dit college zyn besluit nam, vóór zy door den Commissaris der Koningin was gehoord. Wijzende op de toenemende ontevredenheid onder de ingelanden van den Grooten Veen- polder, verzoekt zy Gedeputeerden Staten, na gehoord te hebben de inlichtingen, door de commissie aan don Commissaris der Koningin te verstrekken, den voorzitter van den polder in overweging te geven, zyn ontslag te nemen of wel als zoodanig te ontslaan. De commissie heeft plan, aan den Commis saris der Koningin een brief over te leggen, houdende bewyzen op welke wyze door den voorzitter pressie is uitgeoefend op mede bestuurders van den polder, om den secretaris uit zyne betrekking te ontslaan, zooals ge schied is. Die wyze zou ver van fair zyn. Te Arnhem zullen nog pogingen in 't werk worden gesteld om do „Arnh. Orchest-ver- eeniging" voor den tyd van minstens drie jaren in stand te houden. Daartoe zullen eenige heeren zich voor de laatste maal tot de stad- genooten richten, om zekerheid voor een even tueel tekort van f 8000 's jaars te verkrygen. Den 28sten dezer heeft de beslissende ver gadoring plaats. Is er dan geen uitzicht op redding, dan wordt de „A. O.-V." tegen 31 Dec. a. 8. ontbonden verklaard. De heer J. Bakker, directeur der Gooische Stoomtram, zal binnenkort naar Oost Indiö vertrekken, om als administrateur der Kediri- Stoomtram maatschappy op te treden. Het stoomschip „Ardjoeno" veitrok 11 Sept. van Batavia naar Rotterdamde „Lawoe", van Batavia naar Rotterdam, arriveerde 11 Sept. te Marseille; de „Obdam" vertrok 11 Sept. van Rotterdam naar Nieuw-Yorkde „Prinses Sophie", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 11 Sept. van Suez; de „Spaarndam", van Nieuw-York naar Rotterdam, vertrok 10 Sept. van Boulogne-sur-Mer. By koninkiyk besluit is aan rar. W. A. P. Verkerk Pistorius, op zyn verzoek, ten gevolge van zyne benoeming tot secretaris-generaal by het depart, van buitenlandsche zaken, eervol ontslag verleend uit zyne betrekking van hoofddirecteur der dir. bel., invoerr. en acc. aan bet dep. van financiën, onder dank betuiging voor de diensten, door hem in die betrekking aan den Lande bewezen; en zyn by het dep. van financiën benoemdtot hoofddirecteur der dir. bel., invoerr. en acc. G. Oorthuys, thans hoofdinspecteur; tot hoofd-inspecteur der dir. bel., invoerr. en acc. J. H. Drielsma, thans referendaris; tot referendaris H. Damstó, thans inspecteur der dir. bel, invoerr. en acc. aan genoemd dep.; tot inspecteur der dir. belinvoerr. en acc. J. P. A. De Vries, thans inspecteur dier midde len te Doetinchem. Benoemd J. A. Van Luytelaar tot burge meester van Nunen c. a. Goedgekeurd dat aan den heer E. Vernèie, burgemeester van Voorschoten, op zyn ver zoek, eervol ontslag is verloend als secretaris dier gemeente. Wet op het faillissement. De „Staatscourant" van 12 dezer bevat de wet van 6 Sept. jl. (Stsbl. 155), tot wyziging van de wet op het faillissement en de surséance van betaling, van 30 Sept. 1893 (Stsbl. 140). De aangebrachte wyzigingen zyn do volgende: In art. 1, 1ste lid, worden de woorlen „die ophoudt te betalen" vervangen door do woorden „die in den toestand verkeert dat hy heeft opgehouden te betalen" en verva't do zinsnede „indien dit in het gemeenschappeiyk belang zynor schuldeischers wenscheiyk wordt geoordeeld". Art. 6, 2de lid, wordt gelezen als volgt: „De failliet-verklaring wordt uitgesproken, indien summierlyk blykt van het bestaan van feiten of omstandigheden, welke aantoonon, dat de schuldenaar in den toestand verkeert dat hy hoeft opgehouden to betalen, en, zoo een schuldeischer het verzoek doet ook van het vorderingsrecht van dezen". In art. 198 worden de woorden „had opge houden te betalen" vervangen door de woorden „in den toestand verkeerdo dat hy had opge houden te betalen", en vervalt de zinsnede, „en indien de rechtbank dit in het gemeen schappelyk belang der schuldeischers wenscho- lyk oordeelt." Met scherpe wapenen. 63) XXVI. In gevaar. „Hij gaf geen teeken; boven hem was het vnur van de Hel en aan lijn voet de duisternis der Hel." „Zoo slecht als het maar zyn kan, myn heer. Zóó staat het er mee." Jozef zette voor zyn meester het ontbyt gereed op de ruwe tafel, die voor zyn tent stond, en keek Jack M .vedith aan. Meredith voltooide zooals gewooniyk het grootste ge deelte van zyn toilet vóór zyn tent, en terwyi Jozef zyn ontmoedigend rapport uitbracht, was by druk bezig zyn vest dicht te knoopen. Hy knikte ernstig, maar op een manier, alsof hy niet volkomen begreep hoe dreigend het gevaar wel was. Zoo zyn sommige mannen zy sterven zonder eenige aandoening te laten blyken. „By den beelen troep zyn er maar twee of drie, waar ik op aan kan," ging Jozef voort. Jack Meredith trok zyn jas aan. „Ik weet wat zoo'n muitery beteekent. Ik heb het gevoeld, het zat in de lucht, om maar eens zoo te spreken; al lang, mynheer." „En wat voelde jy dan?" vroeg Jack Mere dith, terwyl hy met zyn ketting speelde. Maar Jozef antwoordde hem niet. Hy ging de tent binnen en keerde terug met twee geweren. Hy behoefde ook niet te antwoorden de naderende stemmen en het gekletter van allerlei wapenen zeiden reeds genoeg. „Daar komen ze al, mynheer," zeide de soldaat-oppasser, die zelfs in dat oogenblik den eerbied, aan zyn meester verschuldigd, niet uit het oog verloor. Jack Meredith ging slechts achter het tafeltje zitten, waarop het ontbyt nog onaangeroerd stond. Hy leunde er met zyn elleboog op en sloeg de bende zwarten gade, die hem in de grootste wanorde naderden. Eenigen liepen bard, andoren bleven wat achter, maar allen waren gewapend. Voorop liep een klein mannetje, ndet een woest voorkomen, breede schouders, het hoofd dreigend vooruit. Hy ging vlak vóór Meredith staan, keerde zich een weinig om en met een handbeweging op zyn volgers wyzende, zeide hy in het Engelsch: „Die mannen daar myn vrienden zeggen dat ze genoeg van u hebben. U geen goed aanvoerder. My maken zy hun aanvoerder." Met een leelyke, minachtende gryns haalde hy de schouders op. „Ik niet gevraagd. Zy my het maken. Wy gaan naar onze vrienden, beneden in het dal." Hy wees naar beneden, waar do vyand zyn kamp had opgeslagen. „Wy krygen tweehon derd pond voor u. Dat is de prys, dien onze vrienden in het dal Plotseling hield de man op. Verschrikt staarde hy naar den mond van een revolver, die op hem gericht was. Jack Meredith maakte niet de minste haast. Het scheen, dat hy nog niet ten volle begreep hoe ernstig de toestand was. Hy mikte op zyn gemak en haalde over. Een lichte, witte rookwolk verspreidde zich over de hoofden der oproerlingen. De breedgeschouderde man met zyn dreigend gelaat keek stom verwonderd. Met een pynlykon, vragenden blik keek hy de mannen aan, die hem ondersteunden alsof hy niet goed begreep w&t er met hem ge beurde; toen viel by voorover en verroerde zich niet meer. Jack Meredith keek de oproerlingen be daard aan. „Heeft iemand nog iets te zeggen?" vroeg hy. Er heerschte een doodelyke stilte. In de achterste ryen hoorde men een onderdrukt gelach. „Dan zal ik maar gaan ontbyten." En zoo deed hy. Eén of twee van de oproerlingen dropen af en keerden naar hun kwartier terug. „Neem dat mee," zeide Meredith, en wees met zyn theelepeltje naar het doode lichaam. „En ééns voor al," riep hy hun nog na, „nu verder geen onzin meer, begrepen? Dat kan tot niets leiden dan tot verdriet en ellende." Sommigen grynsden. De wyze, waarop ze hun overleden aanvoerder wegdroegen, was allesbehalve eerbiedig. Hun stemming was weer omgeslagen. Jozef oordeelde het geschikt later op den dag nog eens eenige opmerkingen ten beste te geven. „Dat is nu eens een man," sprak hy, meer onverschillig dan boos, „die meester van my, bedoel ik. Hy is bedaard en vriendelijk, maar als het moet, schiet hy, en als hy schiet, is het raak! En wat ik nu nog zeggen wilde, Christy Minstrels: wy zitten nu eenmaal allemaal in hetzelfde schuitje; we moeten dus allen meevaren, al moet ik bekennen, dat er onder ons wel wat verschil is van kleur. Sommigen onder jelui, grappenmakers, houden er een heel mooie kleur op na; daar kan ik niet tegen op. Maar dat doet er niets toe. Wy allen moeten van dit vervloekte oude Plateau gauw weg! Jelui moet terug naar Loango en daar eens je buik vol eten, hè?" De Christy Minstrels stemden dit toe. „Dan," ging Jozef voort, „moeten jelui ge hoorzamen of weg met jelui." Meredith had al weken lang geweten, dat Nattoo, de man, dien hy nu had doodgeschoten, de andoren opruide. Daarom had hy niet door getast onder den invloed van schrik, maar eigeniyk een lang vooruit beraamd plan ten uitvoer gebracht. Het was slechts de vraag geweest het zóó aan te leggen, dat die straf voltrekking als afschrikkend voorbeeld zou dienen. Het oogenblik was goed gekozen en diende nu om het gezag te bevestigon van die twee Engelschen, die in het hart van Afrika zoo geheel aan hun lot waren over gelaten. Hun positie was verre van aangenaam. Gedurende drie maanden was het Plateau reeds door vyandelyke stammen ingesloten, die af en toe kleine aanvallen deden. De ge ringe bezetting was in staat die af te weren, maar een algemeene aanval, al was het maar van twee zyden tegeiyk, zou zeker gelukken. Meredith had geen enkele reden om te ver onderstellen dat zyn vraag om hulp Msala had bereikt, daar de bosschen, welke hem van die plaats scheidden, door kannibaalsche stammen onveilig werden gemaakt. De voor raad begon op schrikbarende wyze te slinken. Er scheen niet het minste uitzicht te wezen op hulp van buiten en op het Plateau nam de ontevredenheid hand over hand toe. Jack Meredith, die nu eenmaal geen krygsraan was, zag zich genoodzaakt een zwakke stelling voor onbepaalden tyd te verdedigen met man schappen, die hy niet kon vertrouwen. Jozef had wel eenig begrip van krygvoeren en van het versterken eener stelling; maar meer dan dat hielp hem zyn vry scherpe blik, die hem steeds een hoekje deed vinden, waar hy beveiligd was tegen den vyand, en zyn vaste hand, die op den grootst mogeiyken afstand nooit haar doel miste. Boven alles deed zich misschien do stille invloed gelden van een man, die nooit terug deinsde voor eenig gevaar, die er zelfs niet in het minst door scheen van streek te geraken. „Ik geloof, mynheer," sprak hy later op den dag tot zyn meester, „dat u ze heele- maal hebt overbluft. Zo begrypen u niet." „Ik moet er den wind onder houden. Dat is de eenige manier," antwoordde Jack Mere dith op matten toon. Den laatsten tyd begon het hem steeds meer moeite te kosten zich in te spannen. „Ja, mynheer! Dat soortje Meredith luisterde niet. Na een korte tus- schenpoos herhaalde Jozef nog eens veel- beteekenend: „Dat soortje (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1